FRANS
HALS S verrassende
0
i.
ZOON VAN AMERIKA
atjmsm sasflSi&B üSS
IR]
en merkwaardige
metamorfose
K
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 15 JULI 1961
waardig is de metamor
fose van de oude Frans
Hals, zoals zjjn laatste
schilderden deze openbaren.
Een groot schilder, die, of-
den bij aanraking griezelig koud
en hard moeten aanvoelen.
De vrouw aan de andere kant
van de tafel is door en door zake
lijk en gierig. De derde, staande
figuur is onnozel tot aan het im
beciele toe. En de vierde, naast
schoon in zgn eigen tijd wel gewaardeerd, toch na zyn dood
gauw werd vergeten en miskend. Pas in onze tijd werd hij
„herontdekt", evenals talrijke andere grootheden. En dan
werd hjj nog, dank zjj de vrjje, brede aard van zjjn kunst
en zjjn vlotte, spontane penseelvoering, vaak tot de
„vaderen" van het impressionisme gerekend Zoals in de SnütweSd. bij""
meeste gevallen berust ook dit op een oppervlakkig oordeel, delijk slecht, tot alles in staat, zo
dat evenmin het wezenlijke van zijn kunst, als dat van het
impressionisme raakt. Wel is het echter juist, dat hjj
„moderner" aandoet dan z\jn tijdgenoten, zjjn kunst heeft
iets wat buiten tijd en stjjl staat en geeft ons vaak het gevoel
alsof h\j een van de onzen is.
voelen wij het- Alleen het open.
eerlijke en goedige gelaat van de
gestichtsmoeder, die geheel bui
ten deze kring van gekondenseer-
de boosheid staat, brengt een ver
zachtende menselijke noot in de
ze heksengalerij.
Minder erg
Aantekeningen op een reis
naar Engeland
van Guillaume v. d. Graft
zijn minder erg,
veeleer dom, onverschillig en on-
benuttig. D, ..asnde fimur
„Malle Babbe" is één van
de meest beroemde schilde-
Sdïhij "et^ns'^Un hS25kb": dle aUeen de' ku"st ka" van Frans Hals. Deze
hoorlijk kan opzetten
lijks rechtop kan blijven staan.
Zijn waterige, verdwaasde ogen
kijken ons zo belachelijk onbehol
pen aan. dat wij een verachtelij
ke glimlach niet kunnen onder
drukken. Dat was 't wat ook de
schilder zelf voelde, en zijn lichte
SEr"itaat nog één vraag open: vrouwenkop is van een bij-
Heeft dan niemand opgemerkt, zondere, bijna fotografische
wat wij nu zo ondubbelzinnig in artinitpit
deze portretten voelen en ervan ucnviieiz.
aflezen? Was er niemand beledigd
nnIr of verontwaardigd, en heeft
mon/T 7inh irpï-7pt
De bij Bosch en Keunlng
N.V. te Baarn verschenen
dichtbundel van Guillaume
van der Graft Overzee wordt
aangekondigd als een ver
volg op de bundel De maan
over het eiland. De onderti
tel luidt „Aantekeningen op
een reis naar Engeland."
Men weet dat ds. Barnard
veel van Engeland houdt en
een kenner is van de Engel
se poëzie en niet in het
minst van het Engelse kerk
lied. Verscheidene Engelse
hymns heeft hij, met liefde
en inzicht, vaardig en dich
terlijk vertaald. Er is ook in
de Anglikaanse ritus veel dat
hem aantrekt, getuige het
vers
Met alle ketters
Bid waar je bent, bid mee,
rooms of onrooms, want men
moet altijd tot de wortel gaan
om het licht en de aarde te
verstaan,
de sappen en de vruchten
van de boom
om water te veranderen in
wijn
moet ik mijn voeten steken
in de stroom
en dan vertakt de wijn zich
in mijn hoofd.
God zij geloofd, men moet
nederig zijn.
Daarom ben ik Hervormd in
Nederland
maar hier in Engeland een
Anglicaan
en bid het Book of Common
Prayer mee.
Want ik geloof als lover, als
een plant,
ik roep de hemel overal van
daan
met alle letters van het
A.B.C.
Dit standpunt als men bij
een beweeglijk dichter als Van
der Graft van een „standpunt"
spreken mag herinnert on
bedoeld aan de Kuyperiaanse
leer van de pluriformiteit der
kerk, omdat het historisch ge
groeide zo sterk meespreekt.
Barnard handelt op zijn wijze
volgens het advies van Goethe,
waar deze zegt: „Wie een dich
ter wil verstaan, moet in 't
land des dichters gaan". Dit
kan men ook toepassen op ker
ken die een sterk nationaal-
historisch stempel dragen, zo
als de Church of England. Wie
zo'n kerk wil verstaan, moet
het land kennen, sterker nog:
omdat het de kerk geldt, moet
hij de kerk betreden en er
meebidden.
De titel van het sonnet „Met
alle ketters" is natuurlijk een
zinspeling op Efeze
tiek voor de milde ironie,
waarmee de predikant-dichter I
die broeders beziet, die er niets
van merken hoezeer hun na-1
tionale eigenaardigheden en
hun eigen historie mede bepa-
len wat zij denken van de
kerk en haar eredienst, waar
door zij soms ketters noemen
die nationaal anders gekleurd
zijn. „Men moet altijd tot de I
wortel gaan", zegt onze dich
ter en dat is natuurlijk niet 1
enkel de historische wortel.
Men moet tevens gaan tot de
wortel van de christelijke hou
ding ten aanzien van naaste
en geloofsgenoot, en die wortel
is de nederigheid. Zoals de
psychologie „Einfühlung" ver
langt ten aanzien van de me
demens, verlangt de christelijke
nederigheid bereidheid tot mee
bidden in elk milieu, waar de
grondwaarheden van de chris
telijke religie worden beleden.
Raak
I
Van der Graft observeert1
raak. Zo wanneer hij spreekt
over de blik van Engelse I
vrouwen: „het (oog) ziet alles
maar het blijft onbewogen".
Maar dat waarnemen is altijd 1
een dichterlijk, creatief, fabu-
lerend waarnemen: hij drukt
de uitgestoken hand van Lon- I
den, koeien ziet hij als vlok- I
ken sneeuw, autobussen
L""™' onbarmhartige ontmaskering van
3 mind?" /(stoten? da" verborgen persoonlijkheid? O
die van de Trouwe? mÏÏ? wem vanita;at N.emjnd wU weten 1toe
een °olf van verachting en vooral i spiegel der waarheid er
mentaire kracht in deze supeneu-
Deze portrettengalerij tan voor
name lieden toont het verfijnde
kunnen van de meester, die
Frans Hals was.
Portretschilder bij uitnemend
heid. heeft hij ook veel van de
toen zo geliefde en gevraagde, ty
pisch Hollandse groepportretten
vervaardigd. Ook hierdoor steekt
ïldadii
af, dat m
tÖ? laatste ~jazen manÏÏestèert.'
,n afbeeldt als de meeste repre- schilderde toen in opdracht
sentatieve portretten, en vooral de regenten en regentessen var
Oude-mannenhuis in Haarlem,
twee grote groepportretten, om
daarmee de regentenkamer te-
versieren. Beide schilderijen zijn
Het groepportret plaatst de nu n°8 te zien in het Frans Hals-
schilder voor een bijzonder moei- museum, dat toen de zetel
lijk en zeer ondankbaar pro- regenten rJ"" v'
bleem. Immers gaat het hier A"
kunstwerken! Hoe geheel
ders beschouwde hij vroeger de
mensen en met hoeveel welwil
lendheid en plezier heeft hij ze
toen geschilderd!
Over de grens
de ontmaskerde waarheid wil
herkennen. Men hult zich in de
sluier van eigenliefde en eigen
waan, in een sluier, die alle le
lijke waarheden verzacht
De Kater van Orfeus, door Ber
nard Kamp. Uitgave N.V. Stan
daard-Boekhandel, Amsterdam.
voor U besproken
hij weldadig bij de meeste ande-
t hij zijn modellen no°jt ding, die zich in de kunst van zijn
groepsportretten, dat doen.
Groepportret
Nu is hij werkelijk over de
grens heen, waar alle uiterlijk
heden, alle ijdelheden wegvallen schenken,
en de afgronden van de mense
lijke ziel zich openen. Nu valt ook
elk ontzag, elke consideratie weg,
y*' alleen de waarheid blijft over, n
"et huiveringwekkend en somber. ®"ac l"
orn Maar de grootse allure, waarmee "er,J vorm
hij in deze laatste meesterwerken van gecont
vernietigend oordeel
rustig kunnen verdragen, en het
oude wijze, teleurgestelde genie
niet alleen hun vergiffenis.
de enige troost in leven en ster
ven, noch van een stervensgenade
is in dit boek sprake. Dat de va-
i het slachtoffer eerst in
■n van dit schil-
m heksengalerij
:erde boosheid.
een aantal mensen, die noch in bestemming. Ze stellen vier re-
innerlijk, noch in enig ander es- genten en vier regentessen voor,
sentieel verband met elkaar bij de mannen staat de „Vader"
sentieel verband met elkaar --^P-
staan. Ze zijn slechts door toe- van het gesticht als vijfde figuur,
vallige omstandigheden met el- bij de vrouwen de „Moeder", bei
kaar verbonden en om geheel oen moeten ze rekenschap aan him
uiterlijke redenen willen ze sa- superieuren afleggen.
men geschilderd worden. (Corpo-
raties, besturen, feestvieringen. 11000(6011 nf"
enz.). Maar Frans Hals kon zelfs
hierin nog vaak een vrije, bewe- De schilder was toen al 84 Jaar
gelijke opstelling van zijn figuren „ud, twee jaren voor zijn dood.
vinden, waardoor zijn groepen
rich gunstig van de gewone scha- h"
blone onderscheiden. kleurige omstandigheden, hij ge-
Maar in zijn talrijke echte por- noot immers steun van het stads-
nm^TenT/"™ "rk d?g"iJekTcu3i J**"""- M"r "J" "T ,7","*
laten en hij verrukt ons door zijn 111 d«e twee sombere schilderijen
kostelijke, ongeremde vitaliteit, een ongekend hoogtepunt, en
door de zelfbewuste, soms ook herf( tól„, ,ndtr
humoristische houding van zijn
modellen, die hij vaak uit het "b"" d"° "oegere werken,
volksleven haalt. Typisch en zeer
gedurfd zijn deze figuren, doch iWlcr a
vreugde aan vrije bewegelijkheid
?^'g; is weg- Onbewogen, bijna ver
bazend élan, met brede, dynami- star(j zitten en staan deze mensen
sche penseelstreek en in vrolijke, bij elk en een teemde stilte
X omgeeft hen. Hun kleding is ui-
wlrV-Aivf WffpriMVhPiH termate sober, kleurloos, en speelt
werk wars van elke burgerlijkheid ook geen rol het gehe€l_ even_
T"aar nn van min ais de omgeving: de kamer.
Een psychologische detective
roman met alle spanning van dien;
een roman, die uitreikt boven het
met alleen bun vergntems. maar noeme?8""1"**'"' d« van
zelfs ook nog hun bewondering Me» de|e aankondiging wordt Brussel - I
- het werk van Bernard Kamp op van e"J»'"
an- PanJS. voor zijn terugkeer naar
de h<* verre Oosten op een walgelij-
inhoud is opgebouwd rondom de ke wijze aan de zwier gaa zou
zelfmoord van een student In "en dan als een bijkomstigheid
Brussel. Tenminste tot deze con- moeten nemen,
clusie van zelfmoord komen een £1 met al een roman, die w
vriend en een vriendin van het inhoud en opzet zonder mee
slachtoffer, nadat zij tot in Parijs wijzen,
op onderzoek zijn uitgegaan.
Mede door het feit, dat de
schrijver in een mengelmoes van
Nederlands-Vlaams zich van de
ik-vorm bedient, laat dit boek
zich allerminst vlot lezen.
Maar veel grotere bezwaren
hebben we tegen de inhoud van
dit verhaal, omdat het in wezen
door-en-door on-christelijk is. Op
een begraafplaats komt de schei-
ding der geesten het duidelijkst boek gekomen, dat een merkwaar-
naar voren, zo merkte onlangs ie- dig juiste weergave
mand op, teen bij de begrafenis ne wat er onder de nieuwe, zwar-
van een vooraanstaand persoon de te volkeren leeft. De schrijver,
mens en zijn werk alleen in het die Duitser is, rekent af met de
middelpunt van de belangstelling legendes van het verbleekte, ko-
elke stijfheid,
elke gewilde jovialiteit
triciteit.
De Nieuwe Wereld van dc
Afrikaan, door Albert von Hal-
ler. Uitgave H. J. Paris te Am
sterdam. Vertaling dr. A. Al
berts.
gaans de ontwikkeling die een ge
hele bundel te zien geeft willen
Vervolgens voor de onverschil
lige, die in een bloemlezing te
schoksgewijs door de tuinen der
dichtkunst gevoerd wordt en ten
slotte zijn er tegen vertalingen
van poëzie wel bezwaren aan te
voeren. En het belangrijkste be
zwaar is dunkt ons, dat er bij de
am vertaling zoveel van het oor-
af- spronkelijke werk verloren gaat,
dat er in het beste geval een
nieuwe creatie tot stand komt,
d»? die echter weinig relatie heeft
met de oorspronkelijke.
gezinsplantsoen. Men leest, al
tijd geboeid en vaak verrast, en
I zelfs minder sterke of zwak-ein-
I digende gedichten zou men niet
willen missen, omdat die mis
schien juist door hun niet ge-
I heel geslaagd zijn een kijk ge-
i op de wijze, waarop deze
zen ontstaan. In het sonnet
„My Country" belijdt Van der
1 Graft dan ook dr*
dood er op volj
I moet schrijven; nex is zijn
1 „enige manier van leven":
I,,Wie mij tot zwijgen bracht
zou mij vermoorden". Zelfs
als hij praat, „en dat doe ik J
meestal", is het alsof hij al-
I tijd luistert. In zijn „Gebed
vanwege de leeftijd", vraagt
hij God tot driemaal toe om
Itijd, tijd niet in de zin van
uitstel, maar als „de snelle
beweging van de dingen, de
De Carrousel, door Thea dc
Boni. Uitgave J. H. Kok N.V.,
Haller heeft geruime Kampen.
Albert
tijd in Afrika gewoond. Hoewel
hij niet alle strekeil van het
donkere continent bezocht heeft,
hij tot het schrijven
i datge-
Op sommige kermisterreinen
treft men ze nog wel aan: de
carrousel, een draaimolen met
houten paardjes, bootjes en bak
jes, waarin kinderen met groot
plezier een rondje draaien, om
dan weer uit te stappen.
Zoals deze carrousel heeft de
schrijfster ook het menselijk le-
willen zien. Immers
werden gesteld. loniale""tijdperk. Hij gelooft' niet ctTotVin"fizuüriiïk draait het le-
Ook in dit boek van Bernard in de noodzaak van de „vader- vPn doór en warmeer de dood
Kamp treft
dit. „De overlede- lijke hand"
schimmen voor de als h
werkelijk levende ling
de Europeaan,
komt. stapt i
uit de
levenden, WHIBBHH1H
aanwezigheid", zo wil men ons Nóg minder gelooft hij
doen geloven. Een opvatting, die geestelijke onderschikking
door de schrijver met veel omhaal de zwarte aan de blank^ of
van woorden wordt uitgewerkt, het brengen
maar volkomen in strijd is met
hetgeen de Schrift
blijft
Europese
,J_ als enig heilsgoed voor
leert. Van de Afrikaan.
verder gaat
draaien, draaien....
Jozias Peene, de wagenmaker,
heeft er plezier in gevonden een
miniatuur-carrousel te bouwen.
Compleet met paardjes, boten
De figuren die hij
Verandering
De Kaukasische
Krijtkring
die haast kaal is, en de aanwezige
voorwerpen, tot 't minimum be
perkt Waar het hier alleen maar
op aankomt is het gelaat en de
handen. Daarin concentreert zich
de persoonlijkheid van deze figu
ren, daarin leven hun diepste, ver
borgen of bewuste karaktertrek
ken, die door het scherpe, onver
biddelijke oog en door de intuïtie
Von Haller maakt duidelijk wat rousel laat plaatsnemen, zijn zijn
er in nog geen tien jaar tijds in mede-dorpsgenoten, o.a. de bur-
Afrika is gebeurd. Met uitzonde- gemeester, de notaris en de do-
ring van Kenya is er thans zelf- miné.
beschikking tot aan de zesde zui- jn bet dorp vindt men Sas Pcc-
derbreedtegraad. De Engelsen in ne> maar een „halve gare",
de beide Rhodesia's en Nyasa- iemand die z'n tijd verdoet met
soort beestenspel..
Maar Sas, die na de dood
Zoon van Amerika, door Rich
ard Wright. Uitgave Ad. M. C.
Stok, Zuid-Hollandsche Uitge
vers Mij., Den Haag. Vertaling
mevr. mr. A. W. Ebbinge-Van
Nes.
i roman
Wezenlijke bijdrage lol
rassengelijkslelling
de blanken op een dwaalspoor keerd. Ook de Portugezen
brengen (door de verdenking op nog door en door .imperialisti-
Jan te laten vallen) en daarmee sche" rijken Angola^en^Mozambi-
bewijzen dat „die nikkers nog niet
zo dom zijn".
land moeten riet denken dat de
over Afrika slaande onafhanke-
lijkheidsgolf wel kan worden ge- Jaan alleen woont is
- 0#""" d« menski? van wï3eên wonderlijk*
rust uitgaat; ieder kan bij hem
terecht en wordt geholpen. Sas
Peene leeft in al zijn simpelheid
Zoon van Amerika is e
ver de vrijheidsstrijd van net
Ciijn-C uug CU uuui UE 1UIU1UC f j VprpnicrHp «Sta
de grote kunstenaar ontdekt 5^».® ra Verenjgae öta
hij het lichaam
en door hem belicht worden. In
deze beeltenissen uit zich een zo
duidelijke expressionistische hou
ding van de schepper tegenover jJ?
pit alQ nnrtit f/>\rnron in
i- bragging
ten;
derwerp, dat
van de actualiteit staat ----- -.
Het boek (het is een herdruk), ,die h®m gebeei,
wereldbestseller
ee- heersing berooft e
b. a-t Viü ti
j .r.j vv vimiuiiuig vdn uc ziti, uic liltr
kring als Nederlandse Toneelma- met psychologische scherpzinnig-
mfestatie in het HoUand Festival heid geschiedt Even duidelijk en
1961 en na de voortreffelijke rea- scherp komt ook zijn eigen in-
i de voortreffelijke i
met zijn romans een militant Bigger tracht eerst nog de spo-
strijder voor het wederzijds be- ren van zijn misdaad uit te wissen,
grip tussen de rassen heeft ge- maar wordt weldra als de
toond. denaar aangewezen en
De inhoud van de roman"is in vlucht. Een vlucht, die --- - l«v.»„»axux,
kort bestek als volgt: de jonge digt, dat hij na een uitgebreide zo zegt de
neger Bigger Thomas leeft met klopjacht wordt gegrepen en in
zijn moeder, broer en zuster op de gevangenis terecht komt. Hij
een zolderkamertje in Chicago, wordt veroordeeld tot de elektri-
Bigger, wiens jeugd zich tussen sche stoel. uc iasocjl.
het opvoedingsgesticht en de so- Op subtiele wijze heeft Wright iijkstelling.
ciale tewerkstelling beweegt, leeft de inhoud van deze roman, die preSjdent 1
r. terugdraaien. Voor al deze ge- bii lonen
II bieden en ook voor Zuid-Af rik a
zal straks de solidariteit van de iVi's
Afrikanen de grootste bedreiging
Bigger 8aan vormen. Zodra er smokkel-
...j gegre- aM^0 S
de gevangenis opgeslo- rijden
foïval' wSdi°é?" toSnSt het SfSUS Misschien een wat vreemde In-
Hoof lussen X-Dfefi.™11"-™""
bijzonder Algerije zullen de
Aangrijpend la het moment, verworvenheden der blanke min-
aarop een vriend van Jan de derheden vroeg of laat moeten
verdediging van Bigger voert, worden opgeheven.
„Hier staat niet één neger maar
V'.-scherm. zal menigeen ae ,ens tegenover deze men.» tui
tekst van dit meest Brechtse stuk uitdrukking. En dat is juist het
a!Rechts werken eens op Karakteristieke van het expressio-
willen lezen.
De Bezige Bij te Amsterdam
heeft dit stuk daarom opgenomen
i zijn Literaire Pocket-
groep van vele miljoenen i-_
gers terecht. Mensen, waarbij het
begrip vrijheid nooit heeft be
slaat op de staan, mensen, die tegen hun on
derdrukking in opstand komen",
JJ -'iger.
Poëzie ls overal. Ingeleid en
verzameld door Karei Jonck-
heere. Uitgave Ad Donker,
Rotterdam.
Een-Jaar tussen de spechlen,
door H. Sielmann, vertaald door
Hans Warren, oorspronkelijke ti
tel Das Jahr mit den Spechten.
Voorwoord A. B. Wigman. Uit
gever Ploegsma, Amsterdam.
„Koop nooit
De aanbeveling kan men be
schouwen als een krans voor goe
de wijn, want dit is een bijzonder
boek en ten volle waprd in het
bloemlezing, Nederlands vertaald te worden.
XJ„t ia -«n"» natUUT-
Schrikbarend
BPHet gaat hier om veel mi
reeks. Men kan beswaren hebben dan alleen om sympathie of
tegen Brechts politieke opvattin- tipathie, die ook bij andere por-
gen, zijn zwart-wit-i vertekening tretten te voelen zgn. Als wij in
l de verstikkende atmosfeer i
uiteen valt in drie delen Angst,
negeronderwereld. In hem Vlucht en Noodlot weergegeven,
woelt een afkeer van de blanke, We kunnen
van wie hij niets begrijpt en
wiens toenadering hij afwijst
IJK, ujii »a., cm., «u... -r r, -j de onderdrukking, die hij van
niemand kan ontkennen, dat openbaring, die schrikbarend kant heeft leren kennen,
hij werkelijk een groot toneel- iS- Een afgrond opent zich als wij Hij_ wordt_ chauffeur bij^ een rij-
van de menselijke en maatschap- de eerste plaats de regentessen in
pelijke situatie, zijn cynische le- t oog vatten, dan treft ons de
venskijk, zijn grove t„l. eM. enz.; kracht vjj
venskijk,
„...TÜjT 7 Een .fgrouf o^ent ich .1. wij -
schrijver was. Aandachtige lezing deze oude. boosaaixiige vrouwen ke blanke familie, die de
i deze uitgave zal dit opnieuw stuk voor stuk bekijken. Want n -
boosaardig zijn ze. ieder op haar
Ev. G. eigen aparte manier. De ene ;/a;s' oude mannen zijn mindci
bewijzen.
i of i
Richard Wright heeft met zijn zjjn des duivels oorkussen", Het1S geschreven door
roman Zoon van Amerika een schrijft Karei Jonckheere in de liefhebber die een jaar
wezenlijke bijdrage geleverd tot inleiding tot de bundel gedich- leven en misschien wel meer
de rassengelijkstelling. een ge- Poëzie is overal en hij le- als wij het goed uitrekenen
larvan de nieuwe vert met deze uitspraak een van heeft doorgebracht in de bossen
de V.S., John F. de aardigste bijdragen aan de uiteenlopende delen van West-
ereeeeven ennedy> ,zicb als een uitgespro- verzameling poëzie uit vele lan- Duitsland om de spechten gade te
uitstekend voorstander heeft gepresen- den. ciaan h„
Bigger, de". l'""
graag echt leven
bet aanhankelijkheid aan de poëzie den gebouivd Dagen en nachten
laat de lezer niet m het on- iang werd er gewaakt. Grote te-
ujmiduciz ..,u6duja- ovei" w?t v,oden zal. leurstellingen moe3t men soms
heden, die op het ogenblik met gedichten zonder problematiek verkroppen. De beloning is dan ook
m* nmum groot wanneer men er. in slaagt
beeld vormen
om gerjongen, die HHRMRIPMPHH
die wil. maar daarvoor vanwege zijn bo|k Amerika wordt wel
huidskleur geen kans krijgt ]and van de onbeerensde move- en laa
H.j, levend met zijn rasgenoten j'ijkheden;' genoemd De mogelijk- zekere
slaan. Hij had daarbij helpers i
dig, dc modernste hulpmiddelen c
in de V.S. ^ie inleiding staat vol anime- bet meest zijn eigen liefde en g<
lezen in dit duld. Schuilplaatsen moesten
Francois Villon
Het openluchtspel „Frangois
Villon", het lustrumspel 1961 van
het Utrechts Studenten Corps, zal
de geschiedenis ingaan als het
lustrumspel, waarin Prinses Ire
ne meespeelde en het spel, waar
van regisseur André van den
Heuvel met veel aankleding ge
tracht heeft nog wat te maken.
Voor het overige is het niet erg
indrukwekkend. De theologische
student Karei Eykman moet ge
prezen worden voor zijn initia
tief. maar dramatisch noch lite
rair en zeker niet wereldbeschou
welijk heeft hij ook maar iets tot
stand gebracht. Achter in de uit
gave, die de Bezige Bij ervan in
pocketvorm heeft gegeven, staan
enkele verrukkelijke chansons
van Villon, maar dan is het be
droevend te zien. hoe de heren
Evkman en Bert de Corte deze
getracht hebben in het Neder
lands te vertalen.
Heeft de maskeradecommissie
▼an het U.S.C. nu niets beters
weten te vinden? Q
links zittende met de zwarte kap.
is scherp als een mes, spits als
een naald en haar magere oude
hand, die op haar schoot rast,
wekt de gedachte, dat haar han-
<rg dan
zijn wel onbenullige,
schillige typen, waarvan
volkomen dronken
ZIJ
bij neergelegd, dat
.s zal
hem
met vreugde geschreven.
ter nog i
rakter. De r
rika vormt e
-orden, dat het leven
„geleefd" zal worden.
Maar er leeft ook een gevoel
in hem, dat opponeert tegen deze
vorm van „indolentie". Wanneer
dit gevoel in hem opkomt, dan
voelt hij zich sterk en machtig.
Dit gevoel beschouwt Bigger als
zijn rijkdom en doet hem min
achtend neerkijken op zijn moe- - --
der, broer, zuster, zijn vriendin gezegd de „film d'art"
gelijke verzamelingen twijfelach- diep in een boom gebeurt,
Ame- tig. In de eerste plaats voor lief- de specht zijn jongen groot brengt
hebbers van poëzie, die door- Raadsels werden opgelost. Wie
iets wil weten van deze wondere
„Films 0V6I kunst een boeiend onderwerp
genieten. Hoe is de snavel
bestand tegen het trommelen, te-
1'art", of korter lijke betekenis van een kunstwerk gen het hakken in harde stammen?
duidelijk maakt), de biografische Wat betekent dit aUes? De schrijver
onderwerp die de correlatie v
ment „blind" noemt Dit opposi" r'ik onderwerp, want dikwijl
tiegevoel is als het ware de kata- jp" gg|g 1
lysator, die hem nog enigszins be
wust doet leven.
En dan staat hij. in dienst als selman heeft daarom in de reeks
roeit de „film over kiinst"
lekwame handen uit tot een „spe-
filmkunst". Joh. C. Is-
chauffeur bij de rijke blanke fa
milie, op een nacht, door
samenloop van omstandigheden,
opeens 1"_J
„„„„„.„.ïlevenen werk zoekt er naar en vertelt
de kunstenaar aantoont, de HiJ laert ons hoe vele verechillen
anekdotische (een verhaal vertel- er zijn in aard en levenswijze van
lende aan de hand van kunstwer- de zwarte, de bonte en groene
ken), de instructieve (om de werk- spechten, ook tussen de dieren per-
wijze van de vakman te ontleden soonlijk.
voor de vakman), en dp kritisch-
al
het bed r
het meisje, dat, evenals haar speciaal gewijd
commutiistische vriend Jan, „die
mensen van de andere kant" zo
graag wil leren kennen en gelufc-
kig wil zien.
Nu bereikt het gevoel
positie zijn optimum: Biggi
wordt er als het ware toe gedre
ven Mary te doden. Hij heeft er
geen spijt van. maar is wel door-
s N.V. Purmerend) als deeltje 4 ZOek
studie laten verschijnen, die
;ewijd is aan dit, onge-
halve eeuw bestaande,
filmgenre, onder de titel: „Films
over Kunst, de geschiedenis van
een Enfant Terrible". Het is een
op- boeiend en instruerend werkje ge
worden. De schrijver heeft het gen
re van de film over kunst onder
verdeeld in een zestal groepen: de
documentaire (die de uiterlijkhe-
teraard de volledigheid na te stre
ven. worden van elke groep vol
doende voorbeelden vermeld om
een inzicht te geven van wat er op
dit gebied omgaat. Er is reeds
veel indrukwekkends tot stand ge-
De Condottiere, door F. C.
Tcrborgh. Uitgave L. J. C. Bou
cher, Den Haag.
Toen vlak na de oorlog Ter-
borgh debuteerde met twee no
vellen van geringe omvang werd
er terecht de aandacht op zijn
werk gevestigd. Nu hij een bun
del korte verhalen heeft gepubli-
bracht. Deze studie zal er onge- ceerd getiteld De" Condottiere. is
twijfeld toe bijdragen de weerstan- een zekere verwachting dan ook
den, die er in bepaalde kringen wel gewettigd,
tegen de film over kunst bestaan. Een teleurstelling blijft de le-
uit de weg tc ruimen. zer echter niet bespaard. Onge-
Ev. G. twijfeld heeft Terborgh literaire C. J. Kelk.
het water zijt." En zijn diep-
1ste wens is „Iedere morgen i
nieuwe liederen zingen."
Er staan ook beschrijvende
I verzen in deze bundel, dichter-1
lijke reis-impressies, over de/
kerken van York, de klokkei
van York Minster, de Wallen»
Ivan York, de Britse Spoorwe
gen, een dorpstoren en dan
weer kerken, die altijd weer de I
I aandacht van de dichter tot
zich trekken. Zijn losse en1
speelse dichttrant, waarbij het
rijm met grote vrijheid wordt
I gehanteerd, doet hem rustig I
„hijgen" op locomotieven rij
men, en „ontketend" op „unso-1
phisticatcd". Dit wegvallen!
I van alle rijmdwang en de
I vondsten die daarvan dikwijls
het gevolg zijn, vormen een
I bijzondere aantrekkelijkheid.
Maar onze dankbaarheid voor i
werk als dit geldt vooral het I
I onconventionele. christelijke
Karakter van deze poëzie: I
IDe woorden staan als kruisen
opgericht;
Ic_E J
mogelijkheden tot zijn beschik-
king, hetgeen blijkt uit zijn ver
zorgd proza en uit de kritische
zin waarmee deze verhalen ge
schreven zijn de naamvals-n
die de schrijver hanteert zegt
wel iets omtrent zijh generatie.
Ook heeft Terborgh een zuiver
gevoel voor de sfeer van
korte verhaal, maar hij zou zich
toch niet op ambachtelijke we-
fen moeten begeven, omdat de
orte verhalen uit deze bundel
die naam eigenlijk niet verdie
nen. Ze zijn namelijk volkomen
blijven steken in de een na
ste fase; men ervaart ze al:
constructie die eigenlijk ii
laatste werkmap thuishoort
der leven en bezieling. Stugge en
onbuigzame geschiedenissen vol
stoffering gestopt, maar zonder
een aanvaardbare afronding.
Vals goud, door Dick Dreux.
Uitgave N.V. De Arbeiderspers,
Amsterdam Arbo-reeks)
Dick Dreux, zelf zeeman
weest, geeft in dit boek zijn
sie op de toestanden voor en
dens de Eerste Engelse oorlog op
de Nederlandse vloot. In alles
kunnen we het zeker niet met de
auteur eens zijn, in het bijzonder
oiet wanneer het gaat over de be
schrijving van bepaalde gods
dienstige gevoelens. In deze
man trekt hij partij voor
„sloebers", die op deze schepen
dienden en hekelt hij de macht
hebbers uit die tijd. Zijn verhaal
heeft hij geweven om de jonge
schilder Seegher, die van huis is
weggelopen, omdat zijn meisje de
zoon van een zeer bemiddelde
koopman verkoren heeft boven
hem. Als schrijver van Witte de
With maakt hij alle narigheden
van een oorlog op zee mee en
eindelijk keert hij als een wrak
terug. Seegher komt toch weer
in aanraking met Marijke. Zij
verpleegt hem met alle liefde
brengt nog wat geluk in zijn v
woeste leven. De schrijver heelt
een boeiend verhaal van het ge
geven gemaakt. Maar, zoals reeds
opgemerkt, af en toe blijft men
steken, omdat men zijn opvattin
gen niet kan. delen.
De edele wingerd en de grote
wijnen van Duitsland, door Ste
fan Andres. Uitgave Ad. Don
ker, Rotterdam.
Over wijn valt een boek
schrijven. Indien men het al niet
wist, zou dit fraaie boek over de
Duitse wijnen dienen als stuk van
overtuiging. Het is een bijzonder
fraaie publicatie geworden, niet
het minst door de vier en twintif
foto's in kleur van Percy Henneti
en de zes gekleurde landkaarten
van Rudi H. Wagner. De bewer
king van het boek voor Nederland
is van iemand met een in dit ver
band bijzonder toepasselijke naam