FRANS HALS S verrassende 0 i. ZOON VAN AMERIKA atjmsm sasflSi&B üSS IR] en merkwaardige metamorfose K ZONDAGSBLAD ZATERDAG 15 JULI 1961 waardig is de metamor fose van de oude Frans Hals, zoals zjjn laatste schilderden deze openbaren. Een groot schilder, die, of- den bij aanraking griezelig koud en hard moeten aanvoelen. De vrouw aan de andere kant van de tafel is door en door zake lijk en gierig. De derde, staande figuur is onnozel tot aan het im beciele toe. En de vierde, naast schoon in zgn eigen tijd wel gewaardeerd, toch na zyn dood gauw werd vergeten en miskend. Pas in onze tijd werd hij „herontdekt", evenals talrijke andere grootheden. En dan werd hjj nog, dank zjj de vrjje, brede aard van zjjn kunst en zjjn vlotte, spontane penseelvoering, vaak tot de „vaderen" van het impressionisme gerekend Zoals in de SnütweSd. bij"" meeste gevallen berust ook dit op een oppervlakkig oordeel, delijk slecht, tot alles in staat, zo dat evenmin het wezenlijke van zijn kunst, als dat van het impressionisme raakt. Wel is het echter juist, dat hjj „moderner" aandoet dan z\jn tijdgenoten, zjjn kunst heeft iets wat buiten tijd en stjjl staat en geeft ons vaak het gevoel alsof h\j een van de onzen is. voelen wij het- Alleen het open. eerlijke en goedige gelaat van de gestichtsmoeder, die geheel bui ten deze kring van gekondenseer- de boosheid staat, brengt een ver zachtende menselijke noot in de ze heksengalerij. Minder erg Aantekeningen op een reis naar Engeland van Guillaume v. d. Graft zijn minder erg, veeleer dom, onverschillig en on- benuttig. D, ..asnde fimur „Malle Babbe" is één van de meest beroemde schilde- Sdïhij "et^ns'^Un hS25kb": dle aUeen de' ku"st ka" van Frans Hals. Deze hoorlijk kan opzetten lijks rechtop kan blijven staan. Zijn waterige, verdwaasde ogen kijken ons zo belachelijk onbehol pen aan. dat wij een verachtelij ke glimlach niet kunnen onder drukken. Dat was 't wat ook de schilder zelf voelde, en zijn lichte SEr"itaat nog één vraag open: vrouwenkop is van een bij- Heeft dan niemand opgemerkt, zondere, bijna fotografische wat wij nu zo ondubbelzinnig in artinitpit deze portretten voelen en ervan ucnviieiz. aflezen? Was er niemand beledigd nnIr of verontwaardigd, en heeft mon/T 7inh irpï-7pt De bij Bosch en Keunlng N.V. te Baarn verschenen dichtbundel van Guillaume van der Graft Overzee wordt aangekondigd als een ver volg op de bundel De maan over het eiland. De onderti tel luidt „Aantekeningen op een reis naar Engeland." Men weet dat ds. Barnard veel van Engeland houdt en een kenner is van de Engel se poëzie en niet in het minst van het Engelse kerk lied. Verscheidene Engelse hymns heeft hij, met liefde en inzicht, vaardig en dich terlijk vertaald. Er is ook in de Anglikaanse ritus veel dat hem aantrekt, getuige het vers Met alle ketters Bid waar je bent, bid mee, rooms of onrooms, want men moet altijd tot de wortel gaan om het licht en de aarde te verstaan, de sappen en de vruchten van de boom om water te veranderen in wijn moet ik mijn voeten steken in de stroom en dan vertakt de wijn zich in mijn hoofd. God zij geloofd, men moet nederig zijn. Daarom ben ik Hervormd in Nederland maar hier in Engeland een Anglicaan en bid het Book of Common Prayer mee. Want ik geloof als lover, als een plant, ik roep de hemel overal van daan met alle letters van het A.B.C. Dit standpunt als men bij een beweeglijk dichter als Van der Graft van een „standpunt" spreken mag herinnert on bedoeld aan de Kuyperiaanse leer van de pluriformiteit der kerk, omdat het historisch ge groeide zo sterk meespreekt. Barnard handelt op zijn wijze volgens het advies van Goethe, waar deze zegt: „Wie een dich ter wil verstaan, moet in 't land des dichters gaan". Dit kan men ook toepassen op ker ken die een sterk nationaal- historisch stempel dragen, zo als de Church of England. Wie zo'n kerk wil verstaan, moet het land kennen, sterker nog: omdat het de kerk geldt, moet hij de kerk betreden en er meebidden. De titel van het sonnet „Met alle ketters" is natuurlijk een zinspeling op Efeze tiek voor de milde ironie, waarmee de predikant-dichter I die broeders beziet, die er niets van merken hoezeer hun na-1 tionale eigenaardigheden en hun eigen historie mede bepa- len wat zij denken van de kerk en haar eredienst, waar door zij soms ketters noemen die nationaal anders gekleurd zijn. „Men moet altijd tot de I wortel gaan", zegt onze dich ter en dat is natuurlijk niet 1 enkel de historische wortel. Men moet tevens gaan tot de wortel van de christelijke hou ding ten aanzien van naaste en geloofsgenoot, en die wortel is de nederigheid. Zoals de psychologie „Einfühlung" ver langt ten aanzien van de me demens, verlangt de christelijke nederigheid bereidheid tot mee bidden in elk milieu, waar de grondwaarheden van de chris telijke religie worden beleden. Raak I Van der Graft observeert1 raak. Zo wanneer hij spreekt over de blik van Engelse I vrouwen: „het (oog) ziet alles maar het blijft onbewogen". Maar dat waarnemen is altijd 1 een dichterlijk, creatief, fabu- lerend waarnemen: hij drukt de uitgestoken hand van Lon- I den, koeien ziet hij als vlok- I ken sneeuw, autobussen L""™' onbarmhartige ontmaskering van 3 mind?" /(stoten? da" verborgen persoonlijkheid? O die van de Trouwe? mÏÏ? wem vanita;at N.emjnd wU weten 1toe een °olf van verachting en vooral i spiegel der waarheid er mentaire kracht in deze supeneu- Deze portrettengalerij tan voor name lieden toont het verfijnde kunnen van de meester, die Frans Hals was. Portretschilder bij uitnemend heid. heeft hij ook veel van de toen zo geliefde en gevraagde, ty pisch Hollandse groepportretten vervaardigd. Ook hierdoor steekt ïldadii af, dat m tÖ? laatste ~jazen manÏÏestèert.' ,n afbeeldt als de meeste repre- schilderde toen in opdracht sentatieve portretten, en vooral de regenten en regentessen var Oude-mannenhuis in Haarlem, twee grote groepportretten, om daarmee de regentenkamer te- versieren. Beide schilderijen zijn Het groepportret plaatst de nu n°8 te zien in het Frans Hals- schilder voor een bijzonder moei- museum, dat toen de zetel lijk en zeer ondankbaar pro- regenten rJ"" v' bleem. Immers gaat het hier A" kunstwerken! Hoe geheel ders beschouwde hij vroeger de mensen en met hoeveel welwil lendheid en plezier heeft hij ze toen geschilderd! Over de grens de ontmaskerde waarheid wil herkennen. Men hult zich in de sluier van eigenliefde en eigen waan, in een sluier, die alle le lijke waarheden verzacht De Kater van Orfeus, door Ber nard Kamp. Uitgave N.V. Stan daard-Boekhandel, Amsterdam. voor U besproken hij weldadig bij de meeste ande- t hij zijn modellen no°jt ding, die zich in de kunst van zijn groepsportretten, dat doen. Groepportret Nu is hij werkelijk over de grens heen, waar alle uiterlijk heden, alle ijdelheden wegvallen schenken, en de afgronden van de mense lijke ziel zich openen. Nu valt ook elk ontzag, elke consideratie weg, y*' alleen de waarheid blijft over, n "et huiveringwekkend en somber. ®"ac l" orn Maar de grootse allure, waarmee "er,J vorm hij in deze laatste meesterwerken van gecont vernietigend oordeel rustig kunnen verdragen, en het oude wijze, teleurgestelde genie niet alleen hun vergiffenis. de enige troost in leven en ster ven, noch van een stervensgenade is in dit boek sprake. Dat de va- i het slachtoffer eerst in ■n van dit schil- m heksengalerij :erde boosheid. een aantal mensen, die noch in bestemming. Ze stellen vier re- innerlijk, noch in enig ander es- genten en vier regentessen voor, sentieel verband met elkaar bij de mannen staat de „Vader" sentieel verband met elkaar --^P- staan. Ze zijn slechts door toe- van het gesticht als vijfde figuur, vallige omstandigheden met el- bij de vrouwen de „Moeder", bei kaar verbonden en om geheel oen moeten ze rekenschap aan him uiterlijke redenen willen ze sa- superieuren afleggen. men geschilderd worden. (Corpo- raties, besturen, feestvieringen. 11000(6011 nf" enz.). Maar Frans Hals kon zelfs hierin nog vaak een vrije, bewe- De schilder was toen al 84 Jaar gelijke opstelling van zijn figuren „ud, twee jaren voor zijn dood. vinden, waardoor zijn groepen rich gunstig van de gewone scha- h" blone onderscheiden. kleurige omstandigheden, hij ge- Maar in zijn talrijke echte por- noot immers steun van het stads- nm^TenT/"™ "rk d?g"iJekTcu3i J**"""- M"r "J" "T ,7","* laten en hij verrukt ons door zijn 111 d«e twee sombere schilderijen kostelijke, ongeremde vitaliteit, een ongekend hoogtepunt, en door de zelfbewuste, soms ook herf( tól„, ,ndtr humoristische houding van zijn modellen, die hij vaak uit het "b"" d"° "oegere werken, volksleven haalt. Typisch en zeer gedurfd zijn deze figuren, doch iWlcr a vreugde aan vrije bewegelijkheid ?^'g; is weg- Onbewogen, bijna ver bazend élan, met brede, dynami- star(j zitten en staan deze mensen sche penseelstreek en in vrolijke, bij elk en een teemde stilte X omgeeft hen. Hun kleding is ui- wlrV-Aivf WffpriMVhPiH termate sober, kleurloos, en speelt werk wars van elke burgerlijkheid ook geen rol het gehe€l_ even_ T"aar nn van min ais de omgeving: de kamer. Een psychologische detective roman met alle spanning van dien; een roman, die uitreikt boven het met alleen bun vergntems. maar noeme?8""1"**'"' d« van zelfs ook nog hun bewondering Me» de|e aankondiging wordt Brussel - I - het werk van Bernard Kamp op van e"J»'" an- PanJS. voor zijn terugkeer naar de h<* verre Oosten op een walgelij- inhoud is opgebouwd rondom de ke wijze aan de zwier gaa zou zelfmoord van een student In "en dan als een bijkomstigheid Brussel. Tenminste tot deze con- moeten nemen, clusie van zelfmoord komen een £1 met al een roman, die w vriend en een vriendin van het inhoud en opzet zonder mee slachtoffer, nadat zij tot in Parijs wijzen, op onderzoek zijn uitgegaan. Mede door het feit, dat de schrijver in een mengelmoes van Nederlands-Vlaams zich van de ik-vorm bedient, laat dit boek zich allerminst vlot lezen. Maar veel grotere bezwaren hebben we tegen de inhoud van dit verhaal, omdat het in wezen door-en-door on-christelijk is. Op een begraafplaats komt de schei- ding der geesten het duidelijkst boek gekomen, dat een merkwaar- naar voren, zo merkte onlangs ie- dig juiste weergave mand op, teen bij de begrafenis ne wat er onder de nieuwe, zwar- van een vooraanstaand persoon de te volkeren leeft. De schrijver, mens en zijn werk alleen in het die Duitser is, rekent af met de middelpunt van de belangstelling legendes van het verbleekte, ko- elke stijfheid, elke gewilde jovialiteit triciteit. De Nieuwe Wereld van dc Afrikaan, door Albert von Hal- ler. Uitgave H. J. Paris te Am sterdam. Vertaling dr. A. Al berts. gaans de ontwikkeling die een ge hele bundel te zien geeft willen Vervolgens voor de onverschil lige, die in een bloemlezing te schoksgewijs door de tuinen der dichtkunst gevoerd wordt en ten slotte zijn er tegen vertalingen van poëzie wel bezwaren aan te voeren. En het belangrijkste be zwaar is dunkt ons, dat er bij de am vertaling zoveel van het oor- af- spronkelijke werk verloren gaat, dat er in het beste geval een nieuwe creatie tot stand komt, d»? die echter weinig relatie heeft met de oorspronkelijke. gezinsplantsoen. Men leest, al tijd geboeid en vaak verrast, en I zelfs minder sterke of zwak-ein- I digende gedichten zou men niet willen missen, omdat die mis schien juist door hun niet ge- I heel geslaagd zijn een kijk ge- i op de wijze, waarop deze zen ontstaan. In het sonnet „My Country" belijdt Van der 1 Graft dan ook dr* dood er op volj I moet schrijven; nex is zijn 1 „enige manier van leven": I,,Wie mij tot zwijgen bracht zou mij vermoorden". Zelfs als hij praat, „en dat doe ik J meestal", is het alsof hij al- I tijd luistert. In zijn „Gebed vanwege de leeftijd", vraagt hij God tot driemaal toe om Itijd, tijd niet in de zin van uitstel, maar als „de snelle beweging van de dingen, de De Carrousel, door Thea dc Boni. Uitgave J. H. Kok N.V., Haller heeft geruime Kampen. Albert tijd in Afrika gewoond. Hoewel hij niet alle strekeil van het donkere continent bezocht heeft, hij tot het schrijven i datge- Op sommige kermisterreinen treft men ze nog wel aan: de carrousel, een draaimolen met houten paardjes, bootjes en bak jes, waarin kinderen met groot plezier een rondje draaien, om dan weer uit te stappen. Zoals deze carrousel heeft de schrijfster ook het menselijk le- willen zien. Immers werden gesteld. loniale""tijdperk. Hij gelooft' niet ctTotVin"fizuüriiïk draait het le- Ook in dit boek van Bernard in de noodzaak van de „vader- vPn doór en warmeer de dood Kamp treft dit. „De overlede- lijke hand" schimmen voor de als h werkelijk levende ling de Europeaan, komt. stapt i uit de levenden, WHIBBHH1H aanwezigheid", zo wil men ons Nóg minder gelooft hij doen geloven. Een opvatting, die geestelijke onderschikking door de schrijver met veel omhaal de zwarte aan de blank^ of van woorden wordt uitgewerkt, het brengen maar volkomen in strijd is met hetgeen de Schrift blijft Europese ,J_ als enig heilsgoed voor leert. Van de Afrikaan. verder gaat draaien, draaien.... Jozias Peene, de wagenmaker, heeft er plezier in gevonden een miniatuur-carrousel te bouwen. Compleet met paardjes, boten De figuren die hij Verandering De Kaukasische Krijtkring die haast kaal is, en de aanwezige voorwerpen, tot 't minimum be perkt Waar het hier alleen maar op aankomt is het gelaat en de handen. Daarin concentreert zich de persoonlijkheid van deze figu ren, daarin leven hun diepste, ver borgen of bewuste karaktertrek ken, die door het scherpe, onver biddelijke oog en door de intuïtie Von Haller maakt duidelijk wat rousel laat plaatsnemen, zijn zijn er in nog geen tien jaar tijds in mede-dorpsgenoten, o.a. de bur- Afrika is gebeurd. Met uitzonde- gemeester, de notaris en de do- ring van Kenya is er thans zelf- miné. beschikking tot aan de zesde zui- jn bet dorp vindt men Sas Pcc- derbreedtegraad. De Engelsen in ne> maar een „halve gare", de beide Rhodesia's en Nyasa- iemand die z'n tijd verdoet met soort beestenspel.. Maar Sas, die na de dood Zoon van Amerika, door Rich ard Wright. Uitgave Ad. M. C. Stok, Zuid-Hollandsche Uitge vers Mij., Den Haag. Vertaling mevr. mr. A. W. Ebbinge-Van Nes. i roman Wezenlijke bijdrage lol rassengelijkslelling de blanken op een dwaalspoor keerd. Ook de Portugezen brengen (door de verdenking op nog door en door .imperialisti- Jan te laten vallen) en daarmee sche" rijken Angola^en^Mozambi- bewijzen dat „die nikkers nog niet zo dom zijn". land moeten riet denken dat de over Afrika slaande onafhanke- lijkheidsgolf wel kan worden ge- Jaan alleen woont is - 0#""" d« menski? van wï3eên wonderlijk* rust uitgaat; ieder kan bij hem terecht en wordt geholpen. Sas Peene leeft in al zijn simpelheid Zoon van Amerika is e ver de vrijheidsstrijd van net Ciijn-C uug CU uuui UE 1UIU1UC f j VprpnicrHp «Sta de grote kunstenaar ontdekt 5^».® ra Verenjgae öta hij het lichaam en door hem belicht worden. In deze beeltenissen uit zich een zo duidelijke expressionistische hou ding van de schepper tegenover jJ? pit alQ nnrtit f/>\rnron in i- bragging ten; derwerp, dat van de actualiteit staat ----- -. Het boek (het is een herdruk), ,die h®m gebeei, wereldbestseller ee- heersing berooft e b. a-t Viü ti j .r.j vv vimiuiiuig vdn uc ziti, uic liltr kring als Nederlandse Toneelma- met psychologische scherpzinnig- mfestatie in het HoUand Festival heid geschiedt Even duidelijk en 1961 en na de voortreffelijke rea- scherp komt ook zijn eigen in- i de voortreffelijke i met zijn romans een militant Bigger tracht eerst nog de spo- strijder voor het wederzijds be- ren van zijn misdaad uit te wissen, grip tussen de rassen heeft ge- maar wordt weldra als de toond. denaar aangewezen en De inhoud van de roman"is in vlucht. Een vlucht, die --- - l«v.»„»axux, kort bestek als volgt: de jonge digt, dat hij na een uitgebreide zo zegt de neger Bigger Thomas leeft met klopjacht wordt gegrepen en in zijn moeder, broer en zuster op de gevangenis terecht komt. Hij een zolderkamertje in Chicago, wordt veroordeeld tot de elektri- Bigger, wiens jeugd zich tussen sche stoel. uc iasocjl. het opvoedingsgesticht en de so- Op subtiele wijze heeft Wright iijkstelling. ciale tewerkstelling beweegt, leeft de inhoud van deze roman, die preSjdent 1 r. terugdraaien. Voor al deze ge- bii lonen II bieden en ook voor Zuid-Af rik a zal straks de solidariteit van de iVi's Afrikanen de grootste bedreiging Bigger 8aan vormen. Zodra er smokkel- ...j gegre- aM^0 S de gevangenis opgeslo- rijden foïval' wSdi°é?" toSnSt het SfSUS Misschien een wat vreemde In- Hoof lussen X-Dfefi.™11"-™"" bijzonder Algerije zullen de Aangrijpend la het moment, verworvenheden der blanke min- aarop een vriend van Jan de derheden vroeg of laat moeten verdediging van Bigger voert, worden opgeheven. „Hier staat niet één neger maar V'.-scherm. zal menigeen ae ,ens tegenover deze men.» tui tekst van dit meest Brechtse stuk uitdrukking. En dat is juist het a!Rechts werken eens op Karakteristieke van het expressio- willen lezen. De Bezige Bij te Amsterdam heeft dit stuk daarom opgenomen i zijn Literaire Pocket- groep van vele miljoenen i-_ gers terecht. Mensen, waarbij het begrip vrijheid nooit heeft be slaat op de staan, mensen, die tegen hun on derdrukking in opstand komen", JJ -'iger. Poëzie ls overal. Ingeleid en verzameld door Karei Jonck- heere. Uitgave Ad Donker, Rotterdam. Een-Jaar tussen de spechlen, door H. Sielmann, vertaald door Hans Warren, oorspronkelijke ti tel Das Jahr mit den Spechten. Voorwoord A. B. Wigman. Uit gever Ploegsma, Amsterdam. „Koop nooit De aanbeveling kan men be schouwen als een krans voor goe de wijn, want dit is een bijzonder boek en ten volle waprd in het bloemlezing, Nederlands vertaald te worden. XJ„t ia -«n"» natUUT- Schrikbarend BPHet gaat hier om veel mi reeks. Men kan beswaren hebben dan alleen om sympathie of tegen Brechts politieke opvattin- tipathie, die ook bij andere por- gen, zijn zwart-wit-i vertekening tretten te voelen zgn. Als wij in l de verstikkende atmosfeer i uiteen valt in drie delen Angst, negeronderwereld. In hem Vlucht en Noodlot weergegeven, woelt een afkeer van de blanke, We kunnen van wie hij niets begrijpt en wiens toenadering hij afwijst IJK, ujii »a., cm., «u... -r r, -j de onderdrukking, die hij van niemand kan ontkennen, dat openbaring, die schrikbarend kant heeft leren kennen, hij werkelijk een groot toneel- iS- Een afgrond opent zich als wij Hij_ wordt_ chauffeur bij^ een rij- van de menselijke en maatschap- de eerste plaats de regentessen in pelijke situatie, zijn cynische le- t oog vatten, dan treft ons de venskijk, zijn grove t„l. eM. enz.; kracht vjj venskijk, „...TÜjT 7 Een .fgrouf o^ent ich .1. wij - schrijver was. Aandachtige lezing deze oude. boosaaixiige vrouwen ke blanke familie, die de i deze uitgave zal dit opnieuw stuk voor stuk bekijken. Want n - boosaardig zijn ze. ieder op haar Ev. G. eigen aparte manier. De ene ;/a;s' oude mannen zijn mindci bewijzen. i of i Richard Wright heeft met zijn zjjn des duivels oorkussen", Het1S geschreven door roman Zoon van Amerika een schrijft Karei Jonckheere in de liefhebber die een jaar wezenlijke bijdrage geleverd tot inleiding tot de bundel gedich- leven en misschien wel meer de rassengelijkstelling. een ge- Poëzie is overal en hij le- als wij het goed uitrekenen larvan de nieuwe vert met deze uitspraak een van heeft doorgebracht in de bossen de V.S., John F. de aardigste bijdragen aan de uiteenlopende delen van West- ereeeeven ennedy> ,zicb als een uitgespro- verzameling poëzie uit vele lan- Duitsland om de spechten gade te uitstekend voorstander heeft gepresen- den. ciaan h„ Bigger, de". l'"" graag echt leven bet aanhankelijkheid aan de poëzie den gebouivd Dagen en nachten laat de lezer niet m het on- iang werd er gewaakt. Grote te- ujmiduciz ..,u6duja- ovei" w?t v,oden zal. leurstellingen moe3t men soms heden, die op het ogenblik met gedichten zonder problematiek verkroppen. De beloning is dan ook m* nmum groot wanneer men er. in slaagt beeld vormen om gerjongen, die HHRMRIPMPHH die wil. maar daarvoor vanwege zijn bo|k Amerika wordt wel huidskleur geen kans krijgt ]and van de onbeerensde move- en laa H.j, levend met zijn rasgenoten j'ijkheden;' genoemd De mogelijk- zekere slaan. Hij had daarbij helpers i dig, dc modernste hulpmiddelen c in de V.S. ^ie inleiding staat vol anime- bet meest zijn eigen liefde en g< lezen in dit duld. Schuilplaatsen moesten Francois Villon Het openluchtspel „Frangois Villon", het lustrumspel 1961 van het Utrechts Studenten Corps, zal de geschiedenis ingaan als het lustrumspel, waarin Prinses Ire ne meespeelde en het spel, waar van regisseur André van den Heuvel met veel aankleding ge tracht heeft nog wat te maken. Voor het overige is het niet erg indrukwekkend. De theologische student Karei Eykman moet ge prezen worden voor zijn initia tief. maar dramatisch noch lite rair en zeker niet wereldbeschou welijk heeft hij ook maar iets tot stand gebracht. Achter in de uit gave, die de Bezige Bij ervan in pocketvorm heeft gegeven, staan enkele verrukkelijke chansons van Villon, maar dan is het be droevend te zien. hoe de heren Evkman en Bert de Corte deze getracht hebben in het Neder lands te vertalen. Heeft de maskeradecommissie ▼an het U.S.C. nu niets beters weten te vinden? Q links zittende met de zwarte kap. is scherp als een mes, spits als een naald en haar magere oude hand, die op haar schoot rast, wekt de gedachte, dat haar han- <rg dan zijn wel onbenullige, schillige typen, waarvan volkomen dronken ZIJ bij neergelegd, dat .s zal hem met vreugde geschreven. ter nog i rakter. De r rika vormt e -orden, dat het leven „geleefd" zal worden. Maar er leeft ook een gevoel in hem, dat opponeert tegen deze vorm van „indolentie". Wanneer dit gevoel in hem opkomt, dan voelt hij zich sterk en machtig. Dit gevoel beschouwt Bigger als zijn rijkdom en doet hem min achtend neerkijken op zijn moe- - -- der, broer, zuster, zijn vriendin gezegd de „film d'art" gelijke verzamelingen twijfelach- diep in een boom gebeurt, Ame- tig. In de eerste plaats voor lief- de specht zijn jongen groot brengt hebbers van poëzie, die door- Raadsels werden opgelost. Wie iets wil weten van deze wondere „Films 0V6I kunst een boeiend onderwerp genieten. Hoe is de snavel bestand tegen het trommelen, te- 1'art", of korter lijke betekenis van een kunstwerk gen het hakken in harde stammen? duidelijk maakt), de biografische Wat betekent dit aUes? De schrijver onderwerp die de correlatie v ment „blind" noemt Dit opposi" r'ik onderwerp, want dikwijl tiegevoel is als het ware de kata- jp" gg|g 1 lysator, die hem nog enigszins be wust doet leven. En dan staat hij. in dienst als selman heeft daarom in de reeks roeit de „film over kiinst" lekwame handen uit tot een „spe- filmkunst". Joh. C. Is- chauffeur bij de rijke blanke fa milie, op een nacht, door samenloop van omstandigheden, opeens 1"_J „„„„„.„.ïlevenen werk zoekt er naar en vertelt de kunstenaar aantoont, de HiJ laert ons hoe vele verechillen anekdotische (een verhaal vertel- er zijn in aard en levenswijze van lende aan de hand van kunstwer- de zwarte, de bonte en groene ken), de instructieve (om de werk- spechten, ook tussen de dieren per- wijze van de vakman te ontleden soonlijk. voor de vakman), en dp kritisch- al het bed r het meisje, dat, evenals haar speciaal gewijd commutiistische vriend Jan, „die mensen van de andere kant" zo graag wil leren kennen en gelufc- kig wil zien. Nu bereikt het gevoel positie zijn optimum: Biggi wordt er als het ware toe gedre ven Mary te doden. Hij heeft er geen spijt van. maar is wel door- s N.V. Purmerend) als deeltje 4 ZOek studie laten verschijnen, die ;ewijd is aan dit, onge- halve eeuw bestaande, filmgenre, onder de titel: „Films over Kunst, de geschiedenis van een Enfant Terrible". Het is een op- boeiend en instruerend werkje ge worden. De schrijver heeft het gen re van de film over kunst onder verdeeld in een zestal groepen: de documentaire (die de uiterlijkhe- teraard de volledigheid na te stre ven. worden van elke groep vol doende voorbeelden vermeld om een inzicht te geven van wat er op dit gebied omgaat. Er is reeds veel indrukwekkends tot stand ge- De Condottiere, door F. C. Tcrborgh. Uitgave L. J. C. Bou cher, Den Haag. Toen vlak na de oorlog Ter- borgh debuteerde met twee no vellen van geringe omvang werd er terecht de aandacht op zijn werk gevestigd. Nu hij een bun del korte verhalen heeft gepubli- bracht. Deze studie zal er onge- ceerd getiteld De" Condottiere. is twijfeld toe bijdragen de weerstan- een zekere verwachting dan ook den, die er in bepaalde kringen wel gewettigd, tegen de film over kunst bestaan. Een teleurstelling blijft de le- uit de weg tc ruimen. zer echter niet bespaard. Onge- Ev. G. twijfeld heeft Terborgh literaire C. J. Kelk. het water zijt." En zijn diep- 1ste wens is „Iedere morgen i nieuwe liederen zingen." Er staan ook beschrijvende I verzen in deze bundel, dichter-1 lijke reis-impressies, over de/ kerken van York, de klokkei van York Minster, de Wallen» Ivan York, de Britse Spoorwe gen, een dorpstoren en dan weer kerken, die altijd weer de I I aandacht van de dichter tot zich trekken. Zijn losse en1 speelse dichttrant, waarbij het rijm met grote vrijheid wordt I gehanteerd, doet hem rustig I „hijgen" op locomotieven rij men, en „ontketend" op „unso-1 phisticatcd". Dit wegvallen! I van alle rijmdwang en de I vondsten die daarvan dikwijls het gevolg zijn, vormen een I bijzondere aantrekkelijkheid. Maar onze dankbaarheid voor i werk als dit geldt vooral het I I onconventionele. christelijke Karakter van deze poëzie: I IDe woorden staan als kruisen opgericht; Ic_E J mogelijkheden tot zijn beschik- king, hetgeen blijkt uit zijn ver zorgd proza en uit de kritische zin waarmee deze verhalen ge schreven zijn de naamvals-n die de schrijver hanteert zegt wel iets omtrent zijh generatie. Ook heeft Terborgh een zuiver gevoel voor de sfeer van korte verhaal, maar hij zou zich toch niet op ambachtelijke we- fen moeten begeven, omdat de orte verhalen uit deze bundel die naam eigenlijk niet verdie nen. Ze zijn namelijk volkomen blijven steken in de een na ste fase; men ervaart ze al: constructie die eigenlijk ii laatste werkmap thuishoort der leven en bezieling. Stugge en onbuigzame geschiedenissen vol stoffering gestopt, maar zonder een aanvaardbare afronding. Vals goud, door Dick Dreux. Uitgave N.V. De Arbeiderspers, Amsterdam Arbo-reeks) Dick Dreux, zelf zeeman weest, geeft in dit boek zijn sie op de toestanden voor en dens de Eerste Engelse oorlog op de Nederlandse vloot. In alles kunnen we het zeker niet met de auteur eens zijn, in het bijzonder oiet wanneer het gaat over de be schrijving van bepaalde gods dienstige gevoelens. In deze man trekt hij partij voor „sloebers", die op deze schepen dienden en hekelt hij de macht hebbers uit die tijd. Zijn verhaal heeft hij geweven om de jonge schilder Seegher, die van huis is weggelopen, omdat zijn meisje de zoon van een zeer bemiddelde koopman verkoren heeft boven hem. Als schrijver van Witte de With maakt hij alle narigheden van een oorlog op zee mee en eindelijk keert hij als een wrak terug. Seegher komt toch weer in aanraking met Marijke. Zij verpleegt hem met alle liefde brengt nog wat geluk in zijn v woeste leven. De schrijver heelt een boeiend verhaal van het ge geven gemaakt. Maar, zoals reeds opgemerkt, af en toe blijft men steken, omdat men zijn opvattin gen niet kan. delen. De edele wingerd en de grote wijnen van Duitsland, door Ste fan Andres. Uitgave Ad. Don ker, Rotterdam. Over wijn valt een boek schrijven. Indien men het al niet wist, zou dit fraaie boek over de Duitse wijnen dienen als stuk van overtuiging. Het is een bijzonder fraaie publicatie geworden, niet het minst door de vier en twintif foto's in kleur van Percy Henneti en de zes gekleurde landkaarten van Rudi H. Wagner. De bewer king van het boek voor Nederland is van iemand met een in dit ver band bijzonder toepasselijke naam

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1961 | | pagina 18