De dominee op een prentje S5RIEEN GEESTELIJK LEVEN.. Ds. Gensel leeft en werkt als de zon is ondergegaan DEZE WEEK IN EEN WOELIGE WERELD ZONDAGSBLAD T— ZATERDAG 8 JULI 1961 Jaloezieën 9 5 Dat gaat niet doorl Met het overlijden van Simon Stylitus een reïncar natie van de pilaarheilige uit het verre verleden verloor het Amerikaanse blad Christian Century een scribent, die op rake maar blijmoedige wijze de vin ger legde op vele grote en kleine wonde plekken in de kerk. Zijn rubriek is overgenomen door een aan tal medewerkers onder de naam Pen-ultimate". Het artikel van Theodore A. Braun heeft voor alle tijden iets te zeggen, het was echter zo eigentijds en Amerikaans dat het niet te vertalen was. Daar om hebben we het maar in het Nederlands over gezet niet alleen naar woord, maar ook naar geest: ,.Er is in Schotland een museum dat een unieke oplossing heeft gevonden om censuur uit te oefenen op bepaalde schilderijen, die alleen voor boven de achttien geschikt zijn. Het betreft een schilderij van een vrouw, dat opvalt door de afwezigheid van kle ding. Het museum heeft voor het schilderij een ja loezie gehangen en er een zaalwachter naast gepos teerd. Als middelbare scholieren de zaal binnen ko men, wordt de jaloezie vlug naar beneden gelaten, zijn ze weg dan komt de dame weer voor de dag. Hoewel de psychologen dikke boeken kunnen schrijven over deze Schotse oplossing, zullen wij toch de eer ste steen maar niet werpen, want helaas hebben ook wij in ons land dergelijke jaloezieën onze ker ken zijn er allerminst vrij van. U vindt ze echter niet voor de gebrandschilderde ramen die zijn doorgaans veilig genoeg, maar wel voor een ander soort ramen. Het is woensdagavond. De centrale kerkeraad is in volledige zitting bijeen. Ouderling Jansen, oud in ja ren en jong van hart, komt met een voorstel. Wat hij wil is behoorlijk radicaal, maar er zit iets in. Het is een volledig nieuwe gedachte. Maar als hij is uitgesproken, staat ouderling Smit op. We weten bij voorbaat al wat hij gaat zeggen, want het zijn woorden die door de jaren heen telkens weer wer den uitgesproken: ..Maar zoiets hebben wij nog nooit gedaan!" Zip!" glijdt de jaloezie naar bene den. Het is zondagochtend, ongeveer in het midden van de preek. De predikant heeft gesproken over ver antwoording voor elkaar en over gemeenschap. Plot seling heeft hij het over de krotwoningen van wijk zes. Drie eigenaren van de woningen zitten in de kerk. „Zip!" valt de jaloezie. Het is donderdagmiddag. In de kleine zaal van het verenigingsgebouw is de vrouwenvereniging bijeen. Het onderwerp aan de orde is het aantal stands voor de volgende bazar. Het rad van avontuur en de grabbelton liggen aan de kop. Dan vraagt zuster Van Woerden het woord: ,,Ik geloof dat het goede boek het over ons heeft als we in Lucas 10:40 lezen: Martha echter werd in beslag genomen door het vele bedienen." Soms heb ik het gevoel dat we zo druk zijn met de tulbands die gebakken moeten wor den en de verversingenstand, dat we geen tijd heb ben om ons werkelijk bezig te houden met de dingen die door ons gedaan moeten worden. Laat me u een tekst voorlezen uit het tweede hoofdstuk van Open baringen in een moderne versie: ..En schrijf aan de engel der gemeente van de Bloemwijkkerk: ..Ik ken uw naaiwerk en uw liefde voor de keuken en uw lieftallig haakwerk en uw volharding en dat uw laatste bazar beter bezocht was dan de eerste. Ik weet waar ge woont in de versierde grote zaal van het verenigingsgebouw dat bij de kerk behoort.... maar ik heb een paar dingen tegen u". Toen ze zo ver was. ging er een geroezemoes door de zaal en 38 verschillende zips klonken tegelijker tijd. De moderne vertaling werd weer de oude ver taling. een snelle stemming wees urt, dat het rad van avontuur het toch weer gewonnen had. Onze kerk heeft heel wat jaloezieën. En zij bepalen de sfeer. Ik had er nog een paar willen noemen, maar mijn vrouw roept me. Ze wil de stad m om aan een nieuwe hoed te komen. Of ik mee ga. Plotseling herinner ik me dat ik nodig die Griek se studie voor mijn volgende preek moet afmaken. Zip!" t EE1L (Van een medewerker) Binnenkort is een publicatie te verwachten over een portret van ds. Hendrik de Cock, „de vader der afscheiding", dat men te Groningen ontdekt heeft. Dit zal velen maar matig interes seren. Voor ieder, die zich wel eens verdiept in de kerkgeschie denis der vorige eeuw, is het Ook het beroemde Arp-Schitgerorgel van uit de kerk werd weggehaald, in verband bombardementen, is eindelijk op zijn plaat pijpen, die lussen de JI meter en de een jaar 1512. Het opmerkelijke van dit orgel i: venhoofden. De plaatselijke o; le Hamburgse Jacobikerk, dat in 1942 net het gei aar van beschadiging door teruggekeerd. De oudste van de 3500 centimeter lang zijn, dateert uit het dat de zestig registerknoppen versierd tanist, die dit orgel vooortaan zal be teerd gespeeld t i fuga t het i tvat op dit orgel ■MAAST de ziekenhuispredi kant, de gevangenispredi kant, de jeugdpredikant en de evangelisatiepredikant, kennen de Amerikaanse kerken voor taan ook de „jazz-predikant'. Dat is geen dominee die Jazz- diensten houdt, zoals wij die in ons land wel kennen, maar een predikant die zich speciaal be moeit met de jazzmusici. Het is de lutherse predikant ds. John Garcia Gensel, die de taak heeft gevonden van gees telijk verzorger van deze musi ci. Ds. Gensel heeft de erkenning verworven van de jazzmusici zelf, die steeds meer tot hem komen met hun problemen en hem al lang beschouwen als hun predi kant. Maar ds. Gensel heeft ook de erkenning verworven van de commissie voor de binnenlandse zending van de Lutherse Kerken in New York. die een hulppredi ker hebben aangesteld voor zijn gemeente aan de beroemde straat Broadway, zodat hij meer tijd kan besteden om zich te bekom meren om het jazz-nachtleven van deze wereldstad. Bovendien heeft de Lutherse Jeugdbond hem gevraagd volgend jaar op hun grote nationale vergadering iets PREDIKANT VOOR JAZZ-MUSICI te komen vertellen over zijn Ds. Gensel werd onlangs door het bekende weekblad Newsweek ..de enige dominee voor jazzmu sici" genoemd. Hij werd dit door dat hij het beroep aannam naar de gemeente van Broadway en niet omdat hij zo'n speciale be langstelling had voor de jazz, al is hij een verwoed jazzliefhebber. Zijn gemeente van 200 lidmaten omvat twintig verschillende natio naliteiten en tenminste drie ras sen. Ds. Gensel zelf is een Porto- Een groot aantal gemeenteleden zijn musici, maar de meesten gingen maar zelden naar de kerk. In 1956 was er van de gemeente niet veel meer over, dan een handjevol oude mensen die dc diensten bezochten. Vanaf het ogenblik dat ds. Gensel echter het beroep aannam en zijn intre de deed, brak er een verandering Deze predikant merkte al spoedig dat in zijn wijk slci per vierkante kilometer wo nen dan ergens elders ter wereld. Hij begon zich in het bijzonder voor hen te interesseren, vooral ook omdat velen van hen negers waren of Portoricanen, evenals Ds. Gensel stond niet vreemd tegenover zijn toekomstige ge meenteleden. Van huis uit had hij een liefde voor de jazz geërfd. Al sedert 1931, toen hij voor het eerst de band van Duke Ellington hoorde spelen, bezocht hij ieder jazz-concert, dat in de omgeving werd gehouden. De zuster van de ze bandleader bezoekt tegenwoor dig bijna iedere zondag de dien sten in zijn Broadway-kerk. De musici voelden een zekere ver wantschap met deze 43-jarige pre diker, die zich niet schaamt voor zijn roeping. Ds. Gensel ontdekte dat de kerk niet moet gaan zitten wachten op deze musici, maar zelf op pad moet gaan. De meeste musici wonen in hun koffer. Ze zijn al tijd op reis van de ene stad naar de andere en daarom is het moei lijk voor hen een regelmatig con tact met een kerk te onderhou- it-********************.**#*»»******************» den. Daar komt bij dat zij vrij wel altijd 's nachts leven en over- slapen. Als de zon daarom ondergaat, trekt deze dominee er op uit. Hij bezoekt de verschillende café's, dancings en nachtclubs, in de vorm van huisbezoek. Hij vindt zijn merkwaardige ..gemeentele den" altijd wel bereid voor een rustig gesprek ergens in een hoekje van de even onrustige zaal. Hij behoeft het gesprek niet te forceren om er een geestelijk tintje aan te geven. De musici zelf komen met theologische pro blemen aandragen. Het zijn men sen die niet geneigd zijn alles te slikken, maar zij zitten vol vra gen en zij willen over het alge meen toch luisteren. Om vier uur 's morgens kan het gebeuren dat er een musicus naar hem toekomt en vraagt: „Wilt u voor me bidden?" Ds. Gensel zegt nimmer: „Neen." Dat weten deze musici en daar om komen zij naar hem toe met hun huwelijksmoeilijkheden, hun spanningen, hun geestelijke pro blemen, om zich te laten trou wen of om familieleden te laten begraven. Ds. Gensel, zo drukte het blad van de Lutherse Kerk in de Verenigde Staten het onlangs uit, is het vaste punt in hun wis selvallig leven geworden. echter verrassend. Want er wordt altijd beweerd, dat het doorgaans gangbare portret van Hendrik de Cock slechts een caricatuur is en dat echte af beeldingen van hem onbekend zijn. Smijtegelt met ridderorde Op aanwijzingen van mevrouw De Cock, heeft men na de dood van haar man een portret gete kend, dat later weer nagetekend is. Geen wonder dat de familie tenslotte wel moest verklaren, dat het nergens op leek. Van een andere afgescheiden predikant, ds. H. J. Budding te Biggekerke, die vele jaren in Goes de vrije evangelische ge meente voorging, was evenmin een portret voorhanden. Budding voelde er niets voor om zich te laten vereeuwigen. Toen hij gestorven was. hebben de kerkeraadsleden in Goes, die wel begrepen dat velen graag een afbeelding van hun dominee wil den hebben, op weinig piëteitvolle manier voor een foto gezorgd. Zij hielden het lijk van de pre dikant rechtop, trokken hem toga en bef aan en lieten zo een af beelding maken. Waar nodig werd het een beetje bijgewerkt, maar aan de ogen kan men wel zien, dat hier amateurs aan de gang zijn geweest. Buddings portret maakt een vreemde indruk, ook als je van de voorgeschiedenis niets weet. Waar de zucht naar het portret van de een of andere vereerde figuur toe leiden kan, blijkt ook uit een afbeelding van de gelief de „oude schrijver", ds. Bernar- diis Smytegelt van Middelburg, die voorkomt in een uitgave van zijn preken, „Keurstoffen", van 1914. Prof. dr. M. J. A. de Vrijer, die een boek over Smytegelt schreef, heeft ontdekt waar dat portret vandaan kwam. Het was de afdruk van een kopergravure, in het bezit van een boer te Breu- kelen. Bij het zien van deze gra vure kon prof. De Vrijer onmid dellijk vaststellen dat het Smyte gelt niet was. „Het stelt een heer in midden 19e eeuws geklede jas met vader moorder voor; in het knoopsgat het ridderlint van de orde van de Nederlandse Leeuw." (Smyte gelt leefde van 1665 tot 1739). Toch hield de boer vol, dat het Smytegelt moest zijn. Bewijs: „Smytegelt was tegen de gelijk vormigheid aan de wereld van pruiken en dit portret heeft géén pruik, dus...." Rembrandt en Vondel In zijn pasverschenen disserta tie over de piëtist Gerhard Ter- steegen (169717691 verklaart dr. C. P. van Andel, dat Ter steegen zich nimmer liet portretteren. Toch bestaat er een kopergravu re, die voor het conterfeitsel van Tersteegen doorgaat, en waarvan dan ook braaf reproducties ge maakt zijn. Maar volgens dr. Van Andel wijzen kleding en haartooi van de afgebeelde persoon er op, dat het hier iemand betreft, die tientallen jaren na de dood van Tersteegen leefde. In dit jaar van de Menno-Si- monsherdenking is wederom vast gesteld, dat van de doperse refor mator geen betrouwbare portret ten bestaan, al zijn er veel af beeldingen van hem in omloop. Soms worden portretten ontdekt van personen, die men wèl reeds van afbeeldingen kent. Calvijn b.v. is meermalen naar het leven geschilderd. Maar enkele jaren geleden heeft men op het slot Asbach bij Bamberg een portret ontdekt, dat Calvijn zou voorstel len, door niemand minder dan Holbein op hout geschilderd. Prof. dr. Jan Weerda te Erlangen wijd de hier een uitvoerig geschrift aan, waarin hij vaststelde, dat het portret inderdaad van Calvijn is. Alleen staat niet vast dat Hol bein het heeft gemaakt. In de 17e en 18e eeuw zijn heel wat schilders, graveurs en teke naars in de weer geweest voor het maken van domineesportret ten. Er kwamen dan vaak onder- NIET ALLE AFBEELDINGEN ZIJN BETROUWBAAR schriften bij, waarvoor de dich ters een kans kregen. Eens hebben Rembrandt en Von del bij zo'n portret samengewerkt. Het betrof de afbeelding van de doopsgezinde predikant Cornelis Claesz Anslo te Amsterdam, in 1641. Rembrandt maakte eerst een ets. Daar schreef Vondel bij: Ay Rembrandt, mael Cornells' stem! Het sichtbre deel is 't minst van hem; 't Onslchtbre kent men slechts Wie Anslo zien wil, moet hem hooren. Het heet. dat Rembrandt in dit onderschrift een ongunstig waar deringsoordeel van Vondel meen de te beluisteren en dat dit hem aangezet heeft tot het vervaardi gen van een bekend schilderij, nog in hetzelfde jaar, waarop wij Anslo afgebeeld zien als hij een weduwe troost met woorden uit de Heilige Schrift, die voor hem opengeslagen ligt. In het maken van onderschrif ten was men verbazend sterk. Ds. Wilhelmus Eversdijk, die rond 1700 te Rotterdam stond, kreeg een bijschrift bij zijn portret, dat aldus begint: Sle hier Heer Eversdijk na 't Leven uytgebeeld Die door 't gepreekte Woord den Heere kindren ieeld.... En toen ds. H. Pauw in 1806 afscheid van Breda nam om naar Den Briel te vertrekken, werd de dominee op een prentje gezet en daarbij kwam dit onderschrift: Dit's Pauw. die zwier van taal, die roerende gebaaren Met godgeleerdheid, smaak en oordeel weet te paaren. Breda vereert dit beeld, om zijn vertrek benard. Opdat hij in haar oog steeds blljv', als in haar hart. Uit de praktijk van een MAATSCHAPPELIJK WERKSTER verrukte, nieuw-toegeruste, bekrachtigde Therma fietst naar Opoe Slaker, in haar hart overtuigd dat alles nu voor mekaar is. Ze ziet de wereld in de meest heldere kleuren: de volkswijk baadt alshetware in zonlicht, palmen en andere tropische gewassen staan te wuiven, en tussen de takken kwinkeleren louter nachtegalen en paradijs vogels. Goed. goed, het regent, en de hele volkswijk is practisch ontboomd, want de anderhalve nieuwe aanplant wordt door de jeugd snel en vakkundig van de schors ont daan, terwijl alleen binnenshuis wat kanaries in de ruitijd, verkeren maar wat hindert dat? Wie een keerpunt beleef de, is een herboren mensdie kan alles weer aan. EN zo vindt Therma alles lie felijk, tot en met Opoe Zil ver, die tegenover Opoe Slaker woonten dat zegt wat. Want terwijl Opoe Slaker een lief en braaf en vriendelijk en vroom mens mag heten, is Opoe Zilver één brok venijn, kwaadaardigheid, ondeugd en boosheid. Terwijl Opoe Slaker een ingetogen binnenkamerleven leidt, is Opoe Zil ver verzot op de straat en de geneugten daarvan. Opoe Zilver leeft alshetware op de straat: ze staat er mee op en ze gaat er mee naar bed. Dat is voor vreemdelingen altijd 'n wonder lijke mededeling, want die zien Opoe Zilver slechts bij 'n open raam zitten, dan wel uit dat open raam hangen, en ze verbazen zich hoogstens dat iemand zelfs in hartje winter bij onkenbare hoeveelheden sneeuw en minimumtemperaturen-sinds-honderd- jaar zo bij 'n open raam toeft. Maar wij weten beter. Wij weten dat Opoe Zilver vanuit dit raam alles hoort en alles ziet en alles meemaakt. Iemand heeft dit open raam eens vergeleken met het hol van de adder en het nest van een gifslang en die iemand wist wel waarover hij sprak. Maar op dit gedenkwaar dige moment ziet Uier-ma haar zelfs voor 'n heilige aan en wuift haar vriendelijk goedendag, terwijl ze haar fiets tegen de pui van Opoe Slaker's woning poot en daarna aanbelt. DAAR IS Opoe Slaker dan. O, zij is een vrouw van open ra men: zij zit genoegelijk en haar stoeltje en ze leest De Blijde Boodschap of De Open Deur en op de achtergrond van dit stilleven houdt een dominee een radiobijbellesing maar daar is haar gehoor net niet goed genoeg meer voor, maar het geeft toch die wijding aan het geheel, die opnieuw de beste dingen verwachten doet. Bovendien: Therma kent Opoe Slaker en Opoe Slaker kent Therma. Die leven in de allerbeste verstandhouding met elkaar. Dat is 'n geschiedenis apart en ik ga er niet op in, maar ze hebben alle reden om elkander te waarderen. Wat zou hier nu nog mis kunnen gaan? „Ik kom eens even met U praten!" zegt Therma. „We hoorden dat die mensen van Thomassen 'n eigen huis krijgen en dat die andere kamer vrijkomt. Dat is toch zo. hè?" „Ja", zegt Opoe Slaker. Ze knikt er genoegelijk haar hoofd bij en ze herhaalt nog eens: „Ja!" „En U hebt die kamer nog niet aan andere mensen toege zegd, wel? Hij is nog helemaal vrij, hè?" vorst Therma verder. OPNIEUW antwoordt Opoe Slaker: „Ja!" En ze bevestigt dat met 'n tweede hoofdknik. „Als wij nu 'n ander leuk gezinnetje weten, mag ik dat dan noemen?" is de derde vraag van Therma. En voor de derde maal luidt het antwoord bevestigend en voor de derde maal wordt er vriendelijk geknikt. „U kent misschien wel dat meisje van dinges, vanSarie bedoel ik?" het lijkt wel 'n verhoor, zult U denken. Een ver hoor met 'n bijzonder gewillig getuige, want aan de beamingen komt maar geen eind. „Zou dat dan iets voor U zijn? Ze wil len zo graag trouwen. En U kent ze al. En ze is nog zo'n beetje vriendin met dat vrouwtje, dat nu bij U woont: ze zijn nog op dezelfde club geweestEn voor de zoveelste keer is er lou ter ontvankelijkheid voor de verzoeken welke Therma doet. En zelfs het feit dat Sarie trouwen moet. brengt geen ontstemming teweeg: alles is goed en best. en jongemensen hebben 'n dak boven hun hoofd nodig, en je bent op de wereld om elkaar te helpen. Op dat moment schijnt alles in kannen en kruiken. „Wat zul len ze 't heerlijk vindenmediteert Therma. „En ze heeft zo'n flinke jongen. Jan heeft die. Jan Okapoe!" En daar wil ze nu ook de lof van zingen. Maar opeens zegt Opoe Slaker: „Nee!" Hard. Hardvochtig. En ze schudt haar hoofd en zegt: „Nee. DAT GAAT NIET DOOR!" WIJKPREDIKANT Het ambtsgeheim van de zielszorger, door dr. Pta. J. Huij- ser. Uitgave J. H. Kok N.V., Kampen. Dat de behandeling van dit on derwerp een boek werd van ruim vijfhonderd bladzijden is gevolg van het feit dat er in ons land van protestantse zijde weinig of niets over is gepubliceerd én van de grondige wijze waarop dr. Huijser deze stof heeft bestudeerd en boek vorm heeft uitgegeven. Wat me nigeen misschien niet van zulk een dik boek over dit onderwerp ver wacht, is dat het merkwaardig prettig leest. Al lezende wordt men overtuigd van het grote gewicht van dit onderwerp. Al of niet ge gronde onzekerheid over de zwijg zaamheid van de zielszorger, weer houdt velen om juist dat te bespre ken wat hen het meest plaagt. Dit zou naar onze mening niet als der de, maar als eerste argument moeten zijn vermeld bij het ver zoek dat dr. Huijser deed om de zwijgplicht in de Geref. Kerkorde vast te leggen. Het geschiedde niet. Wel schreef de Ned. Herv. Synode de ambtelijke geheimhou ding voor. Waarschijnlijk ontstond aldus de interessante figuur, dat prof. dr. P. J. Roscam Abbing, hoogleraar vanwege de Ned. Herv. Kerk. deze studie van een Geref. predikant met een woord vooraf inleidt. Dit boek worde gelezen en De Bijbel over het paradijs, over de prediking van het woord, over de christelijke eenheid, over volgen en navolgen, vier geschrif ten, resp. door drs. B. Hemelsoet, dr. G. Kahmann, dr. J. Lescrau- waet en dr. G. Bouwman. Betreffende de bovenvermelde onderwerpen wordt in deze vier boekjes van elk ongeveer honderd bladzijden, gezocht en overdacht wat de Bijbel er van zegt. Aan de ze door de titel aangewezen op dracht houden de geleerde rooms- katholieke auteurs van deze semi- populaire geschriften zich nauwge zet. Al zal de protestant zich niet in elke passage kunnen vinden, het hier verrichte Schriftonderzoek, dat blijk geeft van deskundigheid en bekwaamheid, is aandachtige lezing ten zeerste waard en kan belangrijk helpen het inzicht in en nadenken over de behandelde stof te verdiepen. opnieuw beginnen, door Helmut Thie- licke, uit het Duits vertaald door ds. D. J. Couvée. Uitgave N.V. Gebr. Zomer en Keuning, Wage- Ook dit boek van Helmut Thie- licke is het vertalen waard. Over de bergrede is men nooit uitge dacht en een boek als dit steunt dit denken zeer bijzonder. Wat be langrijker is, het raakt de lezer zozeer, dat deze haast onontkoom baar de Bergrede moet betrekken op zijn eigen leven. Als zout der aarde, niet als honing der aarde. „Wanneer men vele christenen met hun vaak weke, vrouwelijke, zoetelijke aard ziet, zou men kun nen menen dat zij er prat op gaan de honing der wereld te zijn", zegt Thielicke. „Zij verzoe ten en ver6uikeren de bitterheid van het levenslot door een al te goedkope voorstelling vari onze lieve Heer". Een passage éls de ze laat zien dat de auteur uiter lijkheid en oppervlakkigheid ont maskert en zich inspant om tot een echte ontmoeting te brengen met de Heer van de Bergrede. Wie dit boek leest, zal dankbaar zijn het zich te hebben aange schaft. Israel dringt door in de ruimte - Engeland neemt Koeweit in bescherming - Nieuwe tegenslagen in Kongo - Waarom geen verkiezingen - Mohamme danen achter Abbas - Frankrijk met rug tegen de muur HET MIDDENOOSTEN staat weer in het centrum van de belangstelling, niet alleen als gevolg van de dreigende situa tie in en om het olierijke sjeik- dom Koeweit, maar ook door de geslaagde lancering door Israel van een ruimteraket. Men weet, dat er enkele maan den geleden hardnekkige ge ruchten de ronde hebben gedaan, dat Israel betig Is gehouden met de mogelijkheid, dat dc Israëliërs binnen niet al te lange lijd over de mogelijk heid om dergelijke wapens tc vervaardigen tal beschikken. Nu Israel er In geslaagd is, een ruimteraket met succes te lan ceren kan dit vermoeden alleen nog maar versterkt worden. Dit alles zal van grote Invloed zijn op de toekomstige ontwikkelin gen ln het Middenoosten- Ener zijds kan de wetenschap, dat Israel binnen afzienbare tijd over afschrikwekkende wapens kan beschikken, de omringende Arabische landen van hun nog nooit opgegeven veroverings plannen afbrengen. Anderzijds bestaat evenwel het gevaar, dat zij zo lang het nog niet te laat lijkt zullen proberen, de Israëliërs net een slag voor te zijn. De gebeurtenissen met be trekking tot Koeweit hebben dc verwijdering tussen bepaalde Arabische staten vergroot; wel licht kan een gezamenlijk op- Koeweit Wat Koeweit betreft: Enge land bevindt zich door de troe penlandingen in dit oliestaatje in het Middenoosten opnieuw in een kwetsbare positie. De her nieuwde aanwezigheid van de Britse troepen in Koeweit zal in de Arabische landen willens en wetens worden uitgelegd als of zondag op Koeweit binnen te vallen. Ook Engeland had die zekerheid niet, toen het op verzoek van dc sjeik tot handelen overging. Het wilde echter het zekere voor het onzekere nemen, om te ver hinderen dat 1. de onafhanke lijkheid van Koeweit om hals zou worden gebracht, 2. de Britse oliebelangen in het sjeik- dom verloren zouden gaan en 3- de positie van Irak door an nexatie van het oliestaatje zo danig zou worden versterkt, dat Engeland Engeland heeft Koeweit nog maar enkele weken geleden vol ledige onafhankelijkheid ver leend. Het deed dit omdat het zelf daarbij het grootste belang had. Voor het overgrote deel is Engelands economie afhanke lijk van de oliebronnen van Koeweit, dat sinds de val van het Ottomaanse rijk een Brits protectoraat is geweest aan de uiterste zuidpunt van Irak. De Britten hadden belang bij het voortbestaan van deze enorme oliebron als onafhankelijke staal, toen zij zioh realiseerden, dat aan de Britse protectie geen be hoefte meer bestond en men in Koeweit zijn zaken zelf wilde regelen. Ook Internationaal stond En geland veel sterker na de sou- verelnlteltsoverdracht. Nu be vinden zich weer Britse troe pen in het sjeikdom. Maar zij zijn daar niet als de militaire macht van een koloniserende mogendheid, maar op verzoek van de sjeik en als de strijd krachten van een bevriend land. In feite Is er inderdaad weinig veranderd, maar men ziet dat er toch een groot en belangrijk verschil is met vroeger. Saoedi-Arabië Ook Irak heeft dat begrepen en de felle reacties van dit land zijn dan ook verklaarbaar. Koe weit is een kunstmatig gevormd staatje aan de Perzische golf. Als er geen enorme olievoorra den onder het woestijnzand aan wezig waren geweest, zou nie mand er over gepeinsd hebben, zich druk te maken over de toekomst van het kwart mil joen mensen, dat in dat gebied woont Er zijn echter meer sta. ten in het Middenoosten, die een kunstmatig karakter hebben, zoals Jordanië en in zekere zin ook Irak zelf. Toen Ibn Saoed ln het begin van deze eeuw de Hasjemieten van het Arabische schiereiland verdreef, stichtte Engeland de staten Jordanië en Irak en plaatste het aan het hoofd daarvan twee telgen uit dit vorstenhuis: Abdoellah en Fel- sal. die op gespannen voet heb ben geleefd met Saoedi-Arabië. Dit laatste verklaart ook. waar om Irak thans Saoedi-Arabië tegenover zich vindt, want Koe weit grenst ook aan het land van Ibn Saoed! Maar hoe Engeland zal er dan ook goed aan doen, zo snel mogelijk naar een oplossing van de kwestie Koeweit te komen, opdat het zijn troepen kan terugtrekken, zonder dat voor verwezenlijking van de Iraakse plannen behoeft te worden gevreesd. Van de zij de van de Labourpartij is in het Lagerhuis gesuggereerd, de verantwoordelijkheid voor de onafhankelijkheid van Koeweit geheel aan de Verenigde Na ties over te dragen. Het zal echter niet eenvoudig zijn, dit te verwezenlijken, omdat ver wacht mag worden. dat de Sowjetunie zich tegen een der gelijke oplossing zal verzetten, zo lang de uitvoering van de besluiten van de Verenigde Na ties nog uitsluitend aan secreta ris-generaal Hammarskjoeld zal worden toevertrouwd. Er zal dan ook in een andere richting gezocht moeten worden, bijvoorbeeld naar garanties van de zijde van vrijwel alle Ara bische staten, die zich reeds in verklaringen tegen dc eisen van Irak hebben gekeerd. Al met al bevindt Koeweit zich in de smeltkroes van het wereldge beuren en ziet het er naar uit, dat de jongste ontwikkelingen ook grote invloed zullen hebben op de toestand in het patrlar. chaal geregeerde olierijke sjeik- Kongo Weinig bemoedigend zijn ook de berichten, die ons in de af gelopen dagen uit Kongo en Al gerije hebben bereikt. Eigenlijk tegen beter weten in hebben we enige tijd aangenomen, dat er een mogelijkheid zou bestaan op een betere verstandhouding tussen de elkaar bestrijdende groeperingen in Leopoldstad, De New York Times schreef de zer dagen nog. dat de hoop op ..hereniging" van Kongo op nieuw is afgenomen door nieu we ruzies tussen de Kongolese leiders. Wijzend op Tsjombe's verwerping van de aaneenslui ting en de vrees van presidènt Kasavoeboe en generaal Mo- boetoe van de centrale regering, dat premier Gizenga van het tegenbewind in Stanleystad het parlement zal gaan overheer sen, schreef het blad: „Het enige verstandige in de ze situatie zou niet zijn, een uiteengeslagen parlement dat een jaar geleden onder geheel andere omstandigheden geko zen werd, opnieuw bijeen te brengen, maar om nieuwe par lementsverkiezingen te houden onder toezicht van de Ver. Na- tics. Op die manier zou het Kongolese volk zelf in staat worden gesteld, een oordeel te vellen over de meningsverschil len tussen dc stam- en groeps leiders. Waarom niet Men zal zich herinneren, dat we in deze rubriek al enige maanden geleden hebben gewe zen op de bezwaren, die ver bonden zijn aan het bijeenroe pen van het vorig jaar gekozen Kongolese parlement. In de eer ste plaats zijn er heel wat af gevaardigden letterlijk en fi guurlijk in de strijd gebleven zij zijn of gedood of gevan gen genomen, of krijgen geen gelegenheid, zich naar Leopold stad te begeven. En vele van de parlementsleden, die wel de zitting zullen bijwonen. staan onder pressie. Dit geldt in elk geval degenen. uit Oostpro. vincie en Kivoe en wellicht ook de vertegenwoordigers van Ka- tanga. Toen de Times zijn commen taar op dc gebeurtenissen in Kongo schreef, wist dit blad nog niet, dat er in Oostprovin cie en Kivoe troepenbewegingen plaatsvonden, die er op gericht zijn de bevolking en met name de parlementsleden uit deze ge bieden te intimideren. Presi dent Kasavoeboe heeft tegen 15 juli het parlement bijeengeroe pen. Op het ogenblik dat we de ze regels schreven was het evenwel dc vraag, of deze plannen zullen doorgaan. Algerije In Algerije zijn in de afgelo pen week dingen gebeurd, die van grote invloed zullen zijn op de betrekkingen tussen Fransen en mohammedanen en de toe komstige verhouding tussen Frankrijk en Algerije. De be treurenswaardige gebeurtenis sen van woensdag en donder dag hebben de positie van de tegenregering van Ferhat Abbas versterkt. President De Gaulle behoeft in Algerije echt geen referendum uit te schrijven om aan de weet te komen, hoe de mohammedanen denken over de toekomst van hun land. De verdelingsplannen van de gene raal heeft men unaniem van de hand gewezen. Franse autoriteiten hebben openlijk toegegeven, dat niet minder dan 90 pet. van dc mo hammedanen gevolg heeft ge geven aan de oproep van het FLN, op woensdag jl. te sta ken en te demonstreren. En na het door de Franse troepen veroorzaakte bloedbad, dat ve le tientallen mensen het leven heeft gekost en honderden an deren zwaar lichamelijk letsel toebracht, zal de stemming te genover Frankrijk en met na me dc Fransen in Algerije be paald niet zijn verbeterd. Gevaarlijk Het Algerijnse avontuur krijgt voor Frankrijk een steeds gevaarlijker karakter, ondanks het feit. dat generaal De Gaul le nu al drie jaar zelf de touw tjes in handen heeft. Gehan dicapt door het verzet van de extremisten onder de Europese bevolking van Algerije heeft De Gaulle zijn Algerijnse poli tiek niet kunnen verwezenlijken. De generaal heeft er naar ge streefd. de mohammedaanse bevolkingsgroep aan Frankrijk te binden door ze op grootmoe dige wijze tegemoet te treden. Hij heeft lang de overtuiging gehad, dat op deze wijze een blijvende band tussen Frankrijk en Algerije mogelijk zou zijn en dat de mohammedanen hem hun vertrouwen zouden schen ken. Het is thans de vraag, of dit laatste nog tot de politieke mogelijkheden behoort. Ook De Gaulle heeft zich dit reeds voor het bloedbad van deze week gerealiseerd. Vandaar zijn waarschuwende woorden over een mogelijk verdeling van Algerije in een Europees en een mohamme daans gedeelte waarschuwin gen overigens, die slechts ge leid hebben tot verslechtering van de betrekkingen tussen de tegenover elkaar staande par- Dieptepunt- Er is een dieptepunt aange broken in de Frans-Alggrijnse betrekkingen. Frankrijk is be zig, zijn laatste schepen achter zich te verbranden en het is betreurenswaardig, dat dit wellicht onbedoeld onder lei ding van De Gaulle gebeurt. Beide partijen, die aan de on derhandelingen te Evian les Bains hebben deelgenomen, heb ben in de afgelopen weken ge probeerd. hun positie aan de conferentietafel te versterken. De Gaulle heeft zijn verdelings plannen als stok achter de deur gebruikt, maar het is hem slecht bekomen, want deze stok heeft als een boemerang gewerkt. De tegenregering van Ferhat Abbas heeft hard en doeltreffend teruggeslagen en het bewijs geleverd, dat zij en niemand anders zich kan op werpen als vertegenwoordigster van vrijwel alle tien miljoen mohammedanen in Algerije. Haar onderhandelingspositie is daardoor uitermate versterkt. Bovendien bebbcn de Fransen nog de grote fout gemaakt, hun mitrailleurs op dc mohamme daanse demonstranten leeg te schieten. Alle kogels, die deze week werden afgevuurd waren eveUzovele blijken van de haat en de minachting, waarmede de bevoorrechte Fransen hun mo hammedaanse tweederangs-me deburgers bejegenen. De nieu we wonden, die zo wreed ge slagen werden, zullen de mo hammedanen alleen maar on verzoenlijker maken....

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1961 | | pagina 16