Twee jaar met aftrek geëist tegen N. den Acties in van een Z.-Tirol werk kleine groep „Kredietwezen belachelijk gemaakt" Meeste werk geschiedde op last van superieuren HOGE wegwijzers maken plaats voor LAGERE Groningse wapenaffaire: hoge boete geëist Happy Food Meningen verdeeld over premiewet kerkbouw NIEUWE LEIDSCHE COURANT VRIJDAG 23 JUNI 1961 (Van onze speciale verslaggever) DE 'déconfiture van de met miljoenen goochelende N.V. Socrates werd gistermiddag in een vlijmscherp requisitoir totaal blootgelegd. De gewezen onderdirecteur van de Amsterdamsche Bank, T. H., hoorde een gevangenisstraf van tweeëneenhalf jaar met aftrek tegen zich eisen; Nic. den B., eens president-directeur, die aan een ton per jaar nog niet genoeg had, twee met aftrek. De officier van justitie, mr. F. J. Hartsuiker, had meer dan anderhalf uur nodig om zijn tenlastelegging te staven. Hij achtte H. schuldig aan verduistering in dienstbetrekking, Den B. aan be drieglijke bankbreuk, en beiden aan oplichting in vereniging. Als overwegingen voor het bepalen van de straf bracht de officier een groot aantal indrukwekkende feiten ter tafel. Toen hij met zijn onderzoek begon, zo stelde hij, meende hij dat het accent bij Den B. moest liggen. Hoe verder hij echter in de papieren dook. hoe meer kwam hij tot de conclusie dat de rol van H. in de Socrates-affaire van een veel ernstiger aard was. Naar de mening van mr. Hartsuiker had H. zijn directie bedrogen om Den B. (aan schulden) te helpen. Bovendien had hij door zijn handelingen het krediet wezen belachelijk gemaakt. Het was de officier een raadsel daj; H. ook thans nog niet inzag, dat hij de grote verantwoor delijkheid, wefllke hij droeg, t niet waard was geweest, en dat hij bijzónder onfat soenlijk tegenover zijn superieuren is op getreden. Hij weet dit o.m. aan een té eenzijdige vorming van de verd., die aan een intelligenltie-complex leed. Kennis is macht, luidde diens parool, en bij de macht, die hij wilde hebben, verkommer- die zijn gevoel. Nic. den B. was volgens mr. Hartsui ker een veel miinlder problematische fi guur. Hij was verre van een zakenman, doch een prater met fantastische plannen, die echter gebaseerd waren op geld van anderen. AUs een speler en een avontu rier ging Den B. door heft leven. In de letterlijke zowel als de figuurlijke bete kenis v^n het woord heeft hij va banc gespeeld. Hij ging namelijk naar de bank om geld te halen en ten slotte ging hij bankroet. Bijzonder gemakkelijk Als verzachtende omstandigheid voor Den B. voerde de officier aan dat het hem wel bijzonder gemakkelijk is ge maakt. De bereidheid van H. om hem steeds weer nieuwe kredieten of bank garanties te verschaffen, was een stimu lans voor zijn gedragingen. HU rekende het H. dan ook bijzonder zwaar aan dat hij aan de onzinnige financiering geen einde heeft gemaakt, doch het bedrie- gelijke spel zo lang mogelijk heimelijk heeft trachten te spelen. Over de wijze van zaken doen van Socrates deed mr. Hartsuiker o.m. de volgende mededelingen: Nic. den B., die zich ten onrechte ingenieur noemt, was er in de eerste plaats op uit onroerende goederen ij een N.V.-verpakking te kopen. Door de fiscale claim, welke hierop rustte en die bij verkoop moest worden gehono reerd, was hij vaak zeer goedkoop uit. Over belastingenverplichtingen be kommerde hij zich niet. Op de werkelijke, of althans getaxeerde waarde van huizen en gronden kreeg Den B. krediet na krediet los. Hij verteerde de ontvangen gelden grotendeels (in jaar tijd werd er aan onkosten, provisie ter verkrijging van krediet en particu liere uitgaven vier miljoen gulden opge maakt!), of verloor ze in projecten, wel ke niets opbrachtenéén miljoen in Ci nerama en één miljoen nl. onbruikbare patenten). Het kon dan ook niet anders, of er moest een vermogentekort ontstaan, dat in 1960 tot ruim zeven miljoen was opgelopen. Er was wanbeheer op onvoorstelbaar grote schaal. Ondanks dit zag H. in B. een financieel genie, terwijl Den B. de Amsterdamsohe Bank „als een pot zag, waarop hij steeds kon terugvallen". Over de wijze van financiering door de Amsterdamsche Bank merkte de officier van justitie op dat er in al die jaren slechts een keer een verantwoorde kre- dietvenlenging was geweest. H. spreekt van „overbruggingskredieten" (kredie ten dus, die worden verleend in afwach ting van te storten gelden), maar de de betstanden bij de Amsterdamsche Bank liepen met het jaar hoger op. Van f 65.000 in 1955 groeiden deze uit tot liefst 6.256.000 gulden in 1959. Door de „wisselruiterij", die werd be dreven (in dit geval het trekken wissels door Socrates op zijn „dochters", of andersom) liepen niet alleen de ten tot ontstellende hoogte op. H„ dlie met geld van de Amsterdamsche Bank opereerde, kreeg ook zeer twijfelachtige zekerheden. Ten aanzien van de (geslaagde) pogin gen van H. en Den B. om de Rembours, en Industriebank een bedrag van vijf ton op de rekening van Socrates te laten storten, sprak de officier van „een tige kunstgreep". De voorstelling vai ken, welke was gegeven, was vals ei drieglük geweest. Opzettelijk hadden beiden verzwegen dat er reeds een de hypotheek op het onderpand rustte, terwijl het uitgebrachte taxatie-rapport veel te hoog was. Oplichting in vereniging moest dan ook als bewezen worden ge acht, ook al wilde mr. Hartsuiker geen strafrechtelijke consequenties verbinden aan de door H. opgestelde, gunstige infor. matie, omdat deze buiten zijn verant woordelijkheid om verzonden is. Wat de aan Den B. ten laste gelegde be- driegelijike bankbreuk betreft, ook deze achtte de officier bewezen. Ter verkor ting van de rechten van crediteuren had Den B. opzettelijk geen boek gehouden, opdat noch de rechten, noch de verplich tingen van Socrates zouden kunnen blij ken. Zodra een zaak werd overgenomen, werd de boekhouding gestaakt. Pas jaar zaken doen nam Den B. e boekhouder in dienst, doch weigerde deze de noodzakelijke stukken en infor matie te geven. De onbeschreven boeken, die tot het bezit van Socrates behoorden, bleven onbeschreven. De bedoelingen Den B. werden vooral duidelijk, toen hjj tegen zijn nieuwe boekhouder zei dat niemand iets met zijn zaken te ma ken had. „Men kan zo denigrerend over Den B. oordelen als men wil", was een van de opmerkingen uit hét peidooi van mr. J. K. M. Mathuizen, „maar deze man bezit de eerste plaats creatieve potentie. Als geen breuk met de Amsterdamsche nk gekomen was, zou de Socratesaf- faire in orde gekomen zijn. Den B. heeft jarenlang getoond tot de zeer werkzamen te behoren, en hij mist in dit opzicht dan ook het kenmerk van de oplichter. Deze laat namelijk altijd anderen voor zich werken". Pleiiter noemde het resultaat van alle onderzoekingen nihil. Op grond van het feit dat zijn cliënt qualitate qua als fi er en credietgever gehandeld heeft, vroeg hij vrijspraak, subsidiair ontslag rechtsvervolging en onmiddellijk in- vrijheidsstéRing. Na raadkamer werd het verzoek van _t. Maris afgewezen, „hoewel", aldus president mr. B. van der Waerden, „niet alle argumenten voor de preventieve hechtenis meer gelden". een laatste woord zei Den B. beste weten te hebben gewerkt. H. merk te op dat hij na zijn ontslag in 1960 nog uit volle overtuiging heeft geprobeerd gunstige afwikkeling van de Socrates- affaire te bewerkstelligen. „Wanneer de Amsterdamsche Bank thans duidelijk verliezen te incasseren krijgt", zo stelde hij, „mag men deze niet Waarom Op de vraag, waarom H. deze o nige en onverantwoordelijke financiering zo lang heeft verricht, kon mr. Hartsui ker geen antwoord geven. Wel wilde hij aannemen dat de ontslagen onderdirec teur van de Amsterdamsche Bank geen direct winstgevend motief had, Zoals de directie van de Amsterdamsche Bank had ook hij in de richting van camouflage van gemaakte fouten gezocht, met het doel en de hoop eens tot aanzuivering ie kunnen komen. Dart de superieuren van H. niet eerder achter dc waarheid ten aanzien vai crates waren gekomen, moest volgens de officier aan verschillende factoren den geweten. Een van de eerste was wel dat H. het aureool van onkreukbaarheid had, en dat men van een goede net zo slecht af kan komen als var slechte naam. Verder had H. opzettelijk heimelijke handelingen verricht, zoals het verzwijgen en onder zich houden garanties! alleen ten aanzien van Rotterdamse Soala-rtihearter een bedrag van meer dan twee miljoen!) en wille keurige boekingen. Ten laatste: ook de organisatie van de Amsterdaimsdhe Bank was niet in orde. H. droeg de uitsluiten, de verantwoordelijkheid voor een zo be langrijke afdeling als die van de kredie ten. Door zijn roekeloos handelen had H. de Amsterdamschè Bank niet alleen een enorme schadepost bezorgd, do-h ook de naam van zijn firma in discrediet gebracht De opzet en de kwade trouw van H.. diens heimelijkheid en het feit, dat hij met gelden, hem niet toebehorend, handelde, bracht mr. Hartsuiker tot de conclusie dat er van verduistering in dienstbetrek king sprake was. H. had willens ei tens zijn limites overschreden, een twee ledig bevel tot staken van betalingen genegeerd, en stukken achtergehouden. een functionaris toerekenen, wiens ge- gefiatteerd beleid men na zijn ontslag ging veranderen". Elke verdachtmaking dat hij buiten de directie om gehandeld heeft om bepaalde manipulaties te camoufleren, wees hjj beslist van de hand. Hij benadrukte geen man te zijn, die met leugens werkt. Eichmann zegt ter verdediging: A DOLF EICHMANN gaat voort met aantonen dat hij „hoegenaamd niets met de werkelijke Jodenvervolging te maken heeft gehad". Gezeg den als „mijn afdeling stond buiten de gehele zaak" en „ik handelde uit sluitend in opdracht van mijn superieuren" liggen in zjjn mond bestorven. Vanmorgen verklaarde hij, dat hij met het gebruik van gasauto's, die wer den gebruikt voor het vermoorden van Joden, niets te maken had, en dat een correspondentie over het gebruik van deze auto's dit uit zou wjjzen. Geen luxe De raadsman betwistte dat Den B. een luxe leven had geleid. Ook zou hij geen persoonlijke schulden hebben gemaakt. Zjjn prlvé-uitgaven waren het hoogst in en toen beliepen ze slechts veertien- duizend gulden. Den B. beseft, aldus mr. Mathuizen, volledig voor de belevenissen van Socra tes verantwoordelijk te zijn. Niet vol doende was gebleken dat hij geen boek houding wenste, teneinde de rechten van de crediteuren bedriegelijk te bekorten. De lacunes zouden niet in verwijtbare liggen, doch in lidhiüvaardiiige slor- digheid, geheel eigen aan zijn Dersoon- lijfeheid. Als Den B. een financiële mis dadiger zou zijn 'geweest, zou hij in een vliegtuig zijn gestapt en gevlucht zijn, betoogde pleiter. Uit het feit dat de Amsterdamsche Bank zich separist verklaard heeft het faillissement van Socrates, leidde mr. Mathuizen af dat ook deze bank instelling van oordeel is dat er dege lijke waarde zit- in de erfenis der on roerende goederen. Hij concludeerde tot onmiddellijke invrijheidsstelling van zijn cliënt, omdat deze geen straf meer nodig had, die langer was dan de voorlopige hechtenis. Mr. A. G. Maris, pleitend voor H., be naderde de zaak formeler. Een van bers opmerkingen gold de gunstige infor matie over Socrates, die namens de Am sterdamsche Bank aan de Rembours- er Industriebank verstrekt is, toen H. met vakantie was. „Het verstrekken van informaties door ;n bank wordt onder deze omstandig, heden een hachelijke onderneming", klaarde hij. ,Men balanceert dan voort durend op de rand van oplichting". De verklaring van Eichmann had betrekking op de moorden bedreven door de Einsatzgruppen, die in de twee de wereldoorlog achter het Duitse oostfront ongeveer twee miljoen Jo den hebben vermoord. Eichmann deel de mee dat de rapporten over de vor deringen van deze Einsatzgruppen niet bij hem kwamen, maar bij een speciaal afdelingsihoofdkwartier, dat ressorteerde onder de leider van de Gestapo, Müller. Dr. Sesrvatius gaf Eichmann vervol gens inzage van een document, waarin voorgesteld wordit de Joden te liquide ren, inplaats van hen te laten doodhon geren. Ekhmann verklaarde zich de brief miert te kunnen 'herinneren en wees op dat er geen stempels van zijn af deling op voorkwamen. Een ander punt dat vanmorgen ter sprake kwam, was het inbeslagnemen kunstwerken. Wat dirt betreft ver klaarde Eichmann, dart Göring zich tot zijn, bekiaagdes, superieuren had wend met het verzoek om aan Eichmann opdracht te geven tot het ner stappen bij de staatspolitie in Diisseldorf met betrekking tot de zich daar bevin dende kunstcollecties. Hert ging hier ech ter niet om inbeslagneming, doch trachten deza collecties „tegen goede voorwaarden" te kopen. Eichmann voeg de hieraan toe, dat Göring over tal van deskundigen beschikte, waaronder ook Joden die hij protegeerde die kunstschat ten voor hem moesten zien te krijgen. Dr. Servatius bracht hierna een reeks nazi-documenten over het aanduiden de Joden met de „gele ster" ter.sprake en vroeg Eichmann wat het effect deze aanduiding was geweest. „Het valt niet te ontkennen dat elke uiterlyke aanduiding van een groep per sonen, die in aanmerking kwamen om te worpen opgepakt, het werk van de po litic aanmerkelijk vergemakkelijkte", zeide Eichmann. Eichmann verklaarde dat tot'deze aan duiding was besloten door het rijksmi- misterie voor propaganda van Jozef Gö- bels, maar voegdie hieraan toe, dat hij niet precies wist wat er de reden van Dr. Servatius vroeg Eichmann welk aandeel hij had gehad in de opstelling van een brief van Heydrich aan de nazi-minister van buitenlandse zaken. Joachim von Ribbenrtrop, waarin Hey- ich mededeelde dart hij er maet op zou staan, dart buitenlandse Joden ook zou- in worden gedwongen de ster te dragen. Eichmann begaf zich in een wijd lopige verklaring, die hem een be risping van de president van de recht bank, Mosje Landau, bezorgde. Landau zeide dat hij geen redevoe ring moest houden maar eenvoudig de vraag moest beantwoorden. „Al het overige is overbodig", aldus Landau. 'Toen Eichmann uitweidde over de verschillende kleuren, die werden ge bruikt voor aantekeningen op brieven met instructies, welke hij ontving, werd zijn woordenstroom opnieuw door Landau gestuit. „Dit doet niet ter zake", zeide Lamdfiu. Hij herinnerde eraan, dat hem bij zijn verhoor voor het proces was toegestaan vrijuit te spreken. „Maar niieit in de rechtszaal", voegde Landau hieraan toe. Landau vatte vervolgens zelf de hele verklaring van Eichmann samen vroeg: „Hebt u gezegd dart u de brief hebt opgesteld volgens instructies van Hey drich en hem deze vervolgens ter onder tekening hebt voorgelegd?" „Jaiwohl, dat JÉm zo", antwoordde Eich- (Van een onzer verslaggevers) In Zuid-Tirol, de Noorditaliaanse provincie die vroeger tot Oostenrijk behoorde, is thans de bezetting door Italiaanse soldaten uit andere delen het land volledig voltooid. Over al staan ze, deze soldaten die geen woord Duits spreken, in dit Dolo- mieten-vakantiegebied, waar de oor spronkelijke bevolking zich vanouds van de Duitse taal bedient. Ze zijn te vinden langs de wegen en spoor lijnen, bij elektrische krachtcentrales en bij tunnels of viaducten, bruggen en op spoorwegstations, tot de kleine toe. Het geweer dragen ze losjes over de schouder, maar men kan ervan verzekerd zijn dat het met scherpe patronen is geladen. Ondergebracht zijn ze bij particu lieren in de dorpjes of in tenten langs de verkeersroutes. Oook de drie groot ste hotels in Bozen, of zoals de Italia nen zeggen Bolzano, zijn voor deze be zettingstroepen ontruimd. Staat even stil voor hotel Mondschein in Bozen met zÜn 200 bedden, dan krijgt men direct het „Avanti, avonti"! te horen, hetgeen zoveel zeggen wil dat men snel moet doorlopen. In het Dolo mietendorp Bruneck staan pantser wagens gereed om zo nodig te worden V akantiegangers merken niets ingezet, terwijl in het nabijgelegen Franzenfeste hele rijen vrachtwagens gereed worden gehouden om eventu eel dienst te kunnen doen. Men denke echter niet dat het overal n Zuid-Tirol ongunstig is. Integendeel, het leven gaat zijn gewone gang: maar toch merkt men terdege dat er wat ie is en dat is er ook. Er zijn bom aanslagen gepleegd waardoor een zestal elektrische krachtcentrales zijn stilge legd. Bovendien zijn enkele spoorweg trajecten tijdelijk uitgevallen en alge- i houdt men er rekening mee, dat .neer revolutionaire wandaden zullen worden gepleegd. Een enkele maal heb-, ben de soldaten ook gevuurd op mannen die te dicht bij de bewaakte projecten kwamen. Er is reeds bloed gevloeid, on schuldig bloed naar later bleek. Want ondanks alle maatregelen die de Itali- regering vanuit Rome heeft ge troffen, is het haar tot nu toe nog niet gelukt ook maar één dader of medeplich tige te pakken te krijgen. Eerst heeft men de schuldigen onder de Zuiltirolse bevolking en vooral onder politie, brandweer en leden van schutterij gezocht. Dat bleek een fatale vergissing te zijn. Toen enkele jonge boeren op een morgen heel vroeg zich naar een hooiland begaven, werden zij plotseling gevangen genomen. De avond tevoren was in de omgeving een elek trische kabel onklaar gemaakt. Hieraan hadden de boeren part noch deel. Toch werden zij de gehele dag vastgehouden en verhoord, ja. zelfs geslagen. Doch toen men er eindelijk achter was geko men dat deze jongemannen niets met het gebeurde uitstaande hadden, werden ze weer vrijgelaten onder de belofte dat zij niet zouden vertellen dat zij tijdens het verhoor waren mishandeld. Zij hebben het toch verteld. De Ita liaanse regering, die een hele serie psy chologische fouten heeft gemaakt, is thans enigszins voorzichtiger geworden, ook nadat dr. S. Magago, die te vergelij ken is met de commissaris der Koningin bij ons, de minister van binnenlandse za ken Scelba heeft gewaarschuwd geen on doordachte maatregelen meer te nemen. Er zijn er nL al genoeg door de Ita liaanse regering vanuit Rome genomen. men op redelijke gronden kan aan tonen dat in Bozen drie hotels nodig zijn voor de onder te brengen Italiaanse sol daten die de openbare werken moeten bewaken, vindt men dat op dit ogenblik Zuid-Tirol begrijpelijk. Maar als drie ?n tevoren officieel vanuit Rome, AN W B-plan voor grote weg Drie Groningers hebben zich het officier vorig jaar beziggehouden met de ver vaardiging van onderdelen voor wa pens. Deze wapenonderdelen werden naar Marokko gezonden. De wapens waren bestemd voor de F.L.N. in Al gerije. Gisteren stond het drietal te recht voor de rechtbank te Groningen wegens overtreding van de vuurwa- penwet. Contactman was de Haarlem se chemigraaf O., die eveneens be trokken is geweest in de thans te Am sterdam dienende valsemunstersaffaire en die thans in Duitsland in de gevan genis zit. Allereerst stond terecht de 50-jarige fabrikant A. J. B. uit Groningen, die in opdracht van O. uit Haarlem veren maakte voor machinepistolen. Rond 10.000 stuks waren verzonden, 1250 wer den er, toen een inspecteur van de rijks recherche ingreep, in het magazijn aan getroffen. De fabrikant had offerte ge daan voor 20.000 stuks. Aanvankelijk, zo verklaarde hij ter zitting, had hij niet geweten, waarvoor die veren dienden, maar toen hij kort nadat de eerste 5.000 naar Marokko waren verzonden be zoek had gekregen van de voorzitter van de schietvereniging, waarvan hij ook lid was, en die hem had gezegd „dat konden wel eens veren zijn voor een automatisch pistool", toen had hij arg waan gekregen Maar hij meende ge bonden te zijn aan de bestelling, waar voor hij offerte had gedaan. De officier van justitie wilde er re kening mee houden, dat verdachte het niet heeft gedaan uit enige politieke overtuiging, doch enkel als een zakelijke transactie. De Haarlemmer O. was dc grote man op de achtergrond. Hü had enkele mensen te Groningen ingescha keld om allerlei onderdelen te maken. De justitie eiste tegen hem boete subsidair 4 maanden hechtenis, voorts vier maanden gevan genisstraf voorwaardelijk met een proef tijd van drie jaar en onttrekking aan het verkeer van het in beslag genomen ma- Vervolgens stond terecht de 33-jarige gereedschappenmaker B. V. uit Gronin gen, die stempels had gemaakt voor klemstukken voor lichte mortieren, stootdoppen voor een mortiergranaat, metaalhouders voor de patroonopduwer van een machinepistool en hulzen voor machinegeweerpatronen. Ook deze ver dachte kwam in contact met O. Hy maakte aanvankelijk allerlei dingen waarvan hij de bedoeling niet begreep, maar op een gegevei» moment kreeg hij argwaan. De officier van justitie was van oor deel dat verdachte heel goed kon besef fen dat hij was ingeschakeld in de illegale wapenproduktie. Tegen hem werd 2500 gulden boete geëist, subsidair 5 maan den hechtenis en vier maanden gevan genisstraf voorwaardelijk met een proef tijd van drie jaar. Ten slotte stond terecht de 38-jarige technicus W. van D. uit Groningen bij wie allerlei bescheiden en tekeningen in beslag zijn genomen en onderdelen van een mortiergranaat, van een mortier en van een machinegeweer. Hij was de tus senpersoon in Groningen. Details had hij niet begrepen, zei verdachte, maar wel had hij door dat het oorlogstuig was. De officier van justitie eiste tegen hem 5000 gulden boete subsidair vijf maan den hechtenis en zes maanden gevange nisstraf voorwaardelijk met een proef tijd van drie jaar. De rechtbank zal over veertien dagen vonnis wijzen. ANWB-protest tegen heffing luchtpassagiers De A.N.WB. heeft een schrijven ge richt aan de directie van Schiphol, waar in zij met de meeste kracht stejling neemt tegen het besluit om binnéhkort van de passagiers naar en van Schiphol een extra heffing te verlangen. De AN.WB. acht deze maatregel aanzienlijke aanslag op datgene, wat land tot nu toe in gunstige zin onder scheidt van 'het buitenland. Hoewel de A.N.WE. zich overtuigd houdt, dat een afweging van de voor- en nadelen van een „passengers service charge" plaats vond, ontkomt zij toch niet aan de in druk. dat men de weg van de minste weerstand heeft gekozen. Een zegsman van de bond raakte het probleem in de kern met de uitpraak „het argument van de directie van de luchthaven Schiphol is, dat de buiten landse luohbhavens ook een toeslag hef fen.. Dat is geen steekhoudend argument, als een ander in het water springt, daar m hoef ik het toch nog niet te doen?" Ook heeft de A.N.WB. de minister an verkeer en waterstaat met de meeste nadruk verzocht zijn invloed te willen aanwenden, om te voorkomen, dat de directie van de N.V. Luchtlhaven Schip hol uitvoering geeft aan de plannen om de „passengers service charge" te gaan invoeren. Zoals wij reeds meldden, héb ben ook de KLM en het ANW tegen de maatregel geageerd. de radio, is medegedeeld dat de toeristen niets maar dan ook niets in de weg wordt gelegd en dat zij rustig kunnen komen, dan kan een hotelvordering waarbij alle gasten binnen twee uur vertrokken moe ten zijn, weerstanden opwekken De mededeling van minister Scelba dat Bozen een tweetalige universiteit zal krijgen, heeft bovendien een slech te indruk gemaakt omdat die medede ling juist nu gekomen is. Tien jaren hebben de Zuidtirolers daarom ge vraagd. nimmer is dit verzoek in be handeling genomen; doch zodra werden de eerste krachtcentrales vernield of het besluit viel dat Bozen dan toch zijn universiteit zal krijgen waar ook in de Duitse taal onderricht zal worden ge- Zoals gezegd: men heeft de schuldigen eerst onder de Zuidtiroolse bevolking ge zocht. Eindelijk is het zelfs de Italiaanse regering duidelijk geworden dat zij op de verkeerde weg was. Men weet nu vrijwel zeker te doen te hebben met een groepje fanatiekelingen, die hoogstens 150 man groot is en die vanuit het bui tenland opereert Doch inmiddels moes ten de Zuidtirolers, zelfs ook de leden de schutterij vereniging hun wapens en munitie inleveren. Dat is vrijwel overal in de grootste rust en zelfs gemoedelijk gedaan. Enkele jongens in een der Dolomieten dalen vonden het echter nodig de nog voorhanden zijnde patronen eerst te ver schieten alsvorens de geweren naar het politiebureau te brengen. Een groepje toeristen die de schoten hoorden, grepen direct hun hebben en houwen bijeen en vertrokken richting Oostenrijk. Een der gelijk gebeuren wordt dan verder, ver en steeds meer aangedikt, en hoewel de laatste man het zeker nog iets verder zal hebben verteld, doet dan reeds het verhaal de ronde dat de toeristen in een vuurgevecht zijn gewikkeld. Niels Is echter minder waar. Men kan gerust zeggen dat het momenteel rustig is in geheel Zuid-Tirol, al hebben de maatregelen van de regering cn vooral ook de wijze waarop deze zijn uitgevoerd, hier en daar wel verbittering gewekt. De grenscontrole is wat verscherpt cn anneer men een grote koffer heeft, zal die worden onderzocht, doch de toe rist wordt niets in de weg gelegd. De revolutionaire acties zijn te ver oordelen en worden ook door de goed willende bevolking van Zuid-Tirol veroordeeld, doch de Italiaanse rege ring heeft nog niets anders gedaan dan geweld met geweld beantwoorden. In middels dreigt Zuid-Tirol het slachtof fer te worden van een actie van een handjevol mannen, dat meent met hun acties Zuid-Tirol een dienst te bewij zen. Men is, en misschien niet ten on rechte, bang dat de toeristen deze zo- wegblijven. En aangezien het toe ristenverkeer in Zuid-Tirol de voor naamste inkomstenbron is, kon het wel eens zijn dat het tegenovergestelde wordt bereikt van hetgeen men berei ken wil. De toerist kan echter gerust en zonder bezwaar komen, want het is niet zo, zoals vooral de Duitse pers het doet voorkomen, dat de bezetting van Zuid-Tirol daar het leven onmogelijk of onaangenaam maakt. De Zuidtiroler in het algemeen wil deze acties niet en daarom zal zij ook niet op iets uit vaar uitvoerige studie gaat de A.N.W.B. thans over tot een fundamentele wijziging van het systeem van richtingaanduiding buiten de bebouwde kommen. Het richtingssysteem in de grote steden is enige tijd geleden reeds ge wijzigd, de nieuwe transparante staidlswegiwijzers, hoog en groot, en waar mogelijk aangevuld met lage, blauwe richtingsborden vervangen de traditionele A.N.W.B.-borden. Hoewel de A.N.W.B. ervan overtuigd ls, dat de laaggeplaatste richtinigsbor- den voor het snelverkeer vaak veel lees baarder zijn dan de hoge wegwijzers, hebben de laatste onder zekere om standigheden ook 'voordelen. Zij zijn als bebakening op grote afstand reeds zicht baar, wat voor de weggebruikers die „er op zitten te wachten" vaak een groot Het nadeel dat aan de traditionele wegwijzer kleeft is, dat door de geringe lettergrootte de vermelde plaatsnamen eerst op betrekkelijk geringe afstand kunnen worden gelezen. Bij duisternis vallen dc onverlichte wegwijzers slecht op, het iezen van dc plaatsaanduidingen is vrywel onmogelijk. De A.N.W.B. heeft zich dan ook afgevraagd, of de moderne wegwijzer niet is achter gebleven by de eisen die het moderne verkeer stelt en of hy bulten de bebouwde kom nog reden van bestaan heeft, ook al omdat voor het aflezen van de richting de blik omhoog moet worden gericht waardoor de autobestuurder even wordt afgeleid van het verkeer. Het systeem dat nu reeds een jaar wordt toegepast op de autosnelwegen, blijkt zeer goed te voldoen. Hierbij wordt een aftakking van een autosnel weg voorzien van een laaggeplaatst richtingsbord, in de redhter zijberm. Een Staphorster-kmising (een plaatse lijke rijbaaTwerdubbeling in een auto snelweg) wordt voorzien van drie grote blauwe voorrichtingsborden. Bovendien komen op het 'kruispunt zelf nog borden, zodat bij een dergelijke kruising totaal 20 borden moeten worden geplaatst. Op een cixoulatieplein zet de bond in het algemeen een voorriéhtlngsbord op 1200 meter met een belangrijke plaatsnaam voor eik der aftakkingen tn ook nog drie voorrangsborden 1000, 600 en 300 meter. Dat betekent totaal van 24 borden per plein. Om te ko men tot een bijzonder duidelijk systeem van riohtinigsaanduiding buiten de be bouwde kom, dat volledig aan de hoge eisen die het hedendaags verkeer stelt zal voldoen, zal de A.N.WB. nog dit jaar, ter vervanging van de wegwijzers, een aanvang maken met een vervolma king van ihet systeem van ridhtings- voorliéhtingsborden. Binnen tien jaar, en indien mogelijk, zells binnen kortere tijd, ziullen circa wegwijzers op de belangrijkste routes buiten da bebouwde kom plaats hebben gemaakt voor laaggeplaatste riohtings- borden. In totaal zullen circa 30.000 rich- tingsborden geplaatst worden. Eén rich tingsbord komt, met de kosten van de plaatsing, ongeveer op f 150, dat betekent dat het hele project plm. 4 tot 4& mil joen gulden gaat kosten. KINDERCAKES pak voldoende voor 14 dagen 78 ct Happy Food is een product van Voorlopig verslag Tweede Kamer In het voorlopig verslag op de in- beid zien. De besteding der algemene middelen wordt nooit op volkomen ge lijke mate over elke burger of groeo gediende regeling van het verstrek ken van een premie aan kerkgenoot schappen terzake van de stichting van kerkgebouwen verklaren vele leden van de bijzondere commissie uit de Tweede Kamer met dit wets ontwerp ingenomen te zijn. Tevens zeggen zij het redelijk te achten, dat ook de mogelijkheid tot bijdragen in het stichten van bezinningscentra wordt geopend. Vele andere leden wensen duidelijk vastgesteld te zien, dat het verlenen van bijdragen in geen enkel opzicht zal mogen leiden tot „verstrengeling" van Kerk en staat noch tot bemoeienis van de staat met besteding van te verlenen bijdragen. Het zelfbeschikkingsrecht der Kerken mag naar mening van vele le den niet worden aangetast. Gevraagd wordt voorts of de term bezinningscen tra voor het buiten-kerkelijk deel van ons volk, dat niet als humanistisch wil worden bestempeld, aanvaardbaar zal zijn. Opnieuw rijst de vraag of alle ker kelijke bedenkingen tegen het ontvan gen van overheidssubsidie thans ver dwenen zyn. Andere leden keren zich in verschil lende nuanceringen tegen overheidsbij dragen aan kerken, omdat een groeiend deel van ons volk niet meer tot een kerkgenootschap behoort. Het zou on juist zijn deze mensen via belastingen tot bijdragen aan kerkbouw te verplich ten. Op grond van de overweging, dat „een krachtig kerkelijk leven een open baar belang is", konden vele leden hier in echter geen vorm van rechtsongelijk- verdeeld. Verschillende leden bleken van me ning, dat geen enkel argument voor steun aan kerkbouw krachtig genoeg ls. De met name genoemde christelüke historische unie keert zich tegen iedere uitkering uit overheidskassen aan bü voorbeeld het humanistisch verbond, dat zeer duidelijk Gods naam niet wenst te bciydcn. Er dient ondubbelzinnig prin cipieel onderscheid gemaakt te worden tussen „Godsdienstige aanbidding en verheerlijking Gods" enerzUds cn levcna- beschouwelijke bezinning" anderzijds. Enkele leden wensen dart de regering duidelijk verklaart, dat de wenselijkheid van subsidie ook dan blyft bestaan wan neer een te subsidiëren kerkgenootschap niet handelt in overeenstemming met het „door de regering als openbaar be lang geziene". Enige leden wensen duidelijk te zien vastgesteld, dat subsidie uitsluitend zal worden verstrekt op voorwaarde, dat de evangelieverkondiging geheel in over eenstemming zal zyn met de heilige schrift. Zonder het uitdrukkelijk op nemen van dit kriterlum in het wets ontwerp hebben zij er onoverkomelijke bezwaren tegen. In het verslag wordt voorts gevraagd naar belastingfaciliteiten als hulp voor kerken, het vasststellen van „rechtsper soonlijkheid" van kerkgenootschappen, alsmede om de wet met terugwerkende kraoht tot 1 januari 1956 te laten gel den. Voorts willen vele leden gemeen ten en provincies vrijlaten om aanvul lende subsidies te geven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1961 | | pagina 9