1 Opening van De Driehoek, herv. - gerefj eugdcentrum Snel gaar* bord klaar-Molenaar Hl Naam der (Vrijg.) Geref. kerken weer besproken „Enige gezangen" worden opnieuw onderzocht Een kanttekening ER WORDT VEEL GESPAARD GOED GELIJMD Bondsdag Herv.-Geref. Een woord voor vandaag BESLUIT VAN ASSER SYNODE Ambtsaanvaarding V o.ztai\g.e,£s s ONZERZIJDS QM EEN grotere welvaart te krijgen, is het in de eerste plaats nodig, dat er voortdurend meer geproduceerd wordt. Dan alleen kan het totale in komen in ons land toenemen. Een geheel ander hoofdstuk slaan wij op bij dc vraag of de produktiestijging met de daarmee gepaard gaande stijging van het inkomen dusdanig over allen wordt uitgesmeerd, dat leder zijn aandeel in de groter geworden koek krijgt. Dit is het hoofdstuk waarin dc economische politiek een hartig woordje meespreekt. Grotere produktie alleen is echter niet voldoende. Zou het gestegen inkomen geheel worden opgesoupeerd, dan zouden wij ons heel lelijk in het vlees snijden. Elk jaar weer moeten wij een deel van het nationale inkomen op zij leggen om hiermee het produktie-apparaat te kunnen moderniseren en uitbreiden. Doen wij dit niet, dan schrompelt ons produktievermogen ineen en zal ook het nationale inkomen dalen. Wij moeten dus een deel van het nationale inkomen sparen om meer fabrie ken, meer machines, meer auto's, meer schepen, meer wegen, meer vrucht bare grond ter beschikking te krijgen. Niet alleen meer, maar ook beter. Dan alleen zal de produktie verder opgevoerd kunnen worden. Dit is een oude economische waarheid: er moet voortdurend produktiekapl- taal gevormd worden, en om dat te krijgen, moet een deel van het inkomen niet opgegeten maar gespaard worden. Welk deel van het nationale inkomen? Dat is niet gemakkelijk vast te stellen. Er kan namelijk ook te veel worden gespaard, waardoor er te weinig voor de consumptie overblijft. Dit vertraagt het economische proces, omdat een deel van de voortgebrachte goederen niet verkocht worden. Overbeste- ding is uit den boze maar dit geldt evenzeer voor onderbesteding. Wij zullen ons in deze ingewikkelde materie, waaraan economen ingewikkelde beschouwingen hebben gewijd, niet verdiepen. Aantrekkelijker lijkt het ons om met cijfers te illustreren, in welke mate er in ons land wordt gespaard. Dit valt ons te gemakkelijker, omdat dezer dagen zowel het jaarverslag van De Nederlandsche Bank als dat van de Nederlandse Spaarbankbond is ver schenen. De cijfers maken ons alras duidelijk, dat er niet alleen door particulieren wordt gespaard. Ook de overheid en vooral de bedrijven zijn op spaargebied erg actief. Zij houden geld over, dat zij niet uitgeven en dat dus niet op de consumptiemarkt terecht komt. In 1960 was het totaal aan nationale besparingen 9150 miljoen, een bedrag dat meer dan acht maal zo groot was als er bij de bekende spaarbanken werd gespaard. Van die 9150 miljoen nam de overheid 26 voor haar rekening. Het aandeel van de bedrijven (waaronder de overheidsbedrijven) wordt niet afzonderlijk opgegeven maar het zal vermoedelijk in de buurt van de 35 liggen. De gezinnen hebben derhalve voor de ontbrekende 39 gezorgd of ruwweg voor 3500 miljoen. De particulieren hebben dit geld gespaard door storting van sociale, pensioen en verzekeringspremies (bij elkaar zo'n ƒ1600 miljoen), door het geld naar een der spaarbanken te brengen (ruwweg 1000 miljoen) of door op een andere wijze te sparen- De spaarbanken zijn dus belangrijk voor het aantrekken van spaargelden maar duidelijk blijkt, dat er meer kanalen zijn waar de besparingen doorheen stromen. Het totale bedrag van 9150 miljoen aan besparingen maakt 23,6 uit van het nationale inkomen. Dat is een hoogte, die nog nimmer tevoren werd be reikt: in 1959 was het met ZVA al erg hoog; in 1958 was het 19Vi en in 1956 17,4 De president van de Nederlandsche Bank verwacht echter niet dat dit hoge percentage in de komende jaren gehandhaafd zal blijven. Niet omdat de be sparingen van de gezinnen of de bedrijven zullen dalen, maar wel omdat de besparing van de overheid zal afnemen. Voor het lopende jaar 1961 laat het Centraal Planbureau in het kort geleden verschenen Centraal Economisch Plan 1961 nog een optimistisch geluid horen. Het totaal aan besparingen wordt hierin getaxeerd op 9820 miljoen. Het nationale inkomen loopt echter ook behoorlijk op, maar toch stijgt het aan deel van de besparingen daarin tot 23,8 Of dit er inderdaad van zal komen, is thans nog moeilijk te zeggen. Het hangt uiteindelijk af van het verloop van de produktie, de winsten, de salarissen en lonen alsmede van de kosten van levensonderhoud. Jiet eerste kwartaal komt echter al goed voor de dag. Bij de algemene spaar banken is het spaaroverschot opgelopen tot 110,3 miljoen, 30,4 miljoen meer dan in dezelfde periode van 1960. Deze ontwikkeling is illustratief voor de groei van de spaarbanksaldi. Bij de verzekeringsmaatschappijen gaat het ook die kant op. Wel zijn hier nog niet bekend de bedragen van de geïnde premies maar de cijfers van de produktie bewijzen, dat er steeds meer wordt afgesloten. In de eerste twee maanden van 1960 was de totale produktie van de gezamenlijke levensverzeke ringsmaatschappijen 755 miljoen. In de eerste twee maanden van dit jaar was de totale produktie 976 miljoen. Een uitzonderlijk resultaat. Blllil!ill9 Twee jaar geleden grond noch geld De Driehoek, het eerste jeugd- gebouw van de hervormd-gerefor- meerde jeugdverenigingen, is vanmiddag in Ermelo geopend. Bij dit vakantie-centrum, dat het middelpunt zal worden van de hervormd-geref. jeugdbeweging in de ruimste zin van het word, be hoort een kampeerterrein van vijf ha bos en heide. Het initiatief voor de bouw van dit centrum is ge nomen door drie leiders van de knapenbond en de verwezenlijking van hun plannen is mede mogelijk gemaakt door het enthousiasme van „hun jongens". Bij de ope ning van De Driehoek waren on der meer aanwezig; burgemees ter en wethouders van Ermelo, vertegenwoordigers van de Her- 4 ivertentte Beroepingswerk NED. HERV. KERK Beroepen te Birdaard, Fr. toez.: H. J. de Jonge te Tienhoven; te Garderen: H. Goedhart te Rotterdam-Delfshaven; te Hattem toez.: W. A. Poort te Hees; te Nijmegen toez.: B. Dagevos te Hattem. Aangenomen het beroep van de gene rale synode als predikant voor buiten gewone werkzaamheden, arbeid aan het vormingscentrum Barchem: dr. M. de Jonge te Blija. Bedankt voor Huizen NH: N. den Oudsten te Amersfoort; voor Nieuwland- Oosterwijk: T. Doornenbal te Oene. GEREFORMEERDE KERKEN Aangenomen naar Oostvoorne: J. de Waard. kand. te Rijsoord. Bedankt voor Abcoude, Asperen, Co- lijnsplaat, Hasselt, Hijum-Finkum, Ka- merik en voor Vinkeveen: J. de Waard, kand. te Rijsoord. Advertentie Reumatiek Griep Migraine Menstruatiepijn Verkouden Hoofdpijn Spit TOGAL HELPT TOGAL HELPT TOGAL HELPT TOGAL HELPT TOGAL HELPT TOGAL HELPT TOGAL HELPT Vandaag enkele commentaren over het in dc Tweede Kamer gevoerde debat naar aanleiding van de interpellatie van de »o- cialisten Baart en Blom over de werktijd verkorting. Allereerst De Tijd De Dl aasbode: „Uit de socialistische in terpellaties over de werktijdverkorting is uiteindelijk toch geen hlocd gelopen. De regeringspartijen in de Tweede Kamer heb ben het niet gewild. Het kabinet heeft met zijn ingrepen in de werktijdverkorting in de bouwvakken cn bij de gemeenten een akelige situatie, een vertrouwenscrisis, een centralistische politiek doen ontstaan; dat alles is door de regeringsgezinde frac ties gezegd. Do regering had bij haar ho ge spel louter en alleen het formele gelijk aan hnar zijde, en slechts dc uiterlijk on verstoorbare staatssecretaris Roolvink «elf heeft haar gedrag als moedig gekwalifi ceerd. Als er dus ooit een bewijs geleverd is voor dc goede gezindheid van de chris telijke en liberale kamerleden tegenover dit kabinet was dat hij dit debat liet geval. E<-n bewijs uit het ongerijmde of zo men wil, een bewijs van het goed gelijmde". De Telegraaf schrijft o.ni.: „Blij kens het debat in de Kanier heeft de re gering geen aanleiding gevonden ook maar enige concessie te doen. Zij heeft zich niet op zijpaden laten dringen, maar zich ge houden aan de grote lijn. dat zij haar eigen verantwoordelijkheid draagt cn een beleid behoort te voeren in het belang van het land zoals zij dat ziet. Geplaatst tegenover deze krachtige hou ding, heeft de Tweede Kamer zich gehaast te retireren. Men volstond met milde kri tiek, waarbij er zorgvuldig voor gewaakt werd de woorden zodanig Ie formuleren. dat er geen kabinetscrisis uit kon voort vloeien. Overleg is in dc politieke wereld en over al elders een groot goed- Maar nu en dan, cn zeker als onredelijke wensen worden ge uit, is het noodzakelijk een krachtige hou ding aan te nemen. Het is een lichtpunt in de Nederlandse politiek dat wij, althans voor het ogenblik nog door een regering geregeerd worden en niet door belangengroepen". De parlenientsred acteur van Het V r ij Volk zegt in zijn commentaar o.a.: „De wijze waarop de K.V.P.-fractie heeft ge manoeuvreerd tijdens het kamerdebat over de werktijdverkorting getuigt van ren ont stellend gebrek aan slagvaardigheid en realiteitszin. Haar kritiek op het beleid van minister Toxopeus was zeker niet mi der ernstig dan die vnn dr socialistische i lerpellant Blom. Torli heelt zij zirh do< deze liberale bewindsman met een kluitje in bet riet laten sturen. Glashard en tegelijkertijd zo glad ah een aal heeft «laatssecretaris Roolvink zirh teweer geteld tegen de beschuldiging, dal het overleg met het georganiseerde be drijfsleven welhaast stelselmatig wordt on dergraven. Minister van Rooy, de man die zich tnrh eigenlijk in de eerste plaats ver antwoordelijk zou moeten voelen, zat er als vanouds weer voor spek en bonen bij. Zo zelfverzekerd was de heer Roolvink intussen ook weer niet of hij liet zich tot een duidelijke toezegging verleiden. Als de bouwnijverheid met nieuwe voorstellen komt is hij bereid de veelomstredi aanwijzing van 18 april in te trekken. De j gen ongezouten kritiek in Onder d' riugsgetronwa fracties is hieraan uiteraardj kiest men als ltd i „iet vreemd. "ie«n T<M>r "J" «e,d- enige toevoeging: Gereformeerde ker ken „Bij de reformaties van 1834 en 1886 kon men onmogelijk vasthouden aan de in 1816 gegeven naam: Nederlandse Hervormde Kerk. Maar door Gods ge nade mócht men in 1944 vasthouden aan de oude naam: Gereformeerde ker ken. Want men maakte zich slechts vrij Vo zal men ook de opgroeiende jeugd moe ten leren, dat er slechts één naam is, zonder toevoeging. Maar ook voor het vasthouden van elkaar. Er wordt nu al gesproken van hele en halve vrijgemaakten, zei prof. Kamp huis. Maar dat is een onzindelijk ge bruik maken van een aanduiding der kerken, die haar naam niet is. De verwarring ontstaat niet door ons, maar door de kerkengroep, die zich ten onrechte aanduidt als de Gereformeer de kerken. Deze kerkengroep met haar meerderheid in leden, zal die meerder heid niet mogen gebruiken om het recht weg te drukken. De naamskwestie komt niet bij ons aan de orde maar bij hén. Er waren echter ook andere stem men. ds. J. Keizer te Brouwershaven vroeg om nuchtere wijsheid en nuchte re zin. „Want we zijn toch ook vrijgp- maakt. In die aanduiding zit een getui genis". Ds. J. P. van der Stoel te Amster- dam-C noemde „vrijgemaakt" een prach tige btjnaam. Hierdoor blijkt immers dat de andere Gereformeerde kerken niet vrijgemaakt zijn en daardoor ge bonden aan verkeerde besluiten. Ouderling C. C. de Vries te Hattem zelf deputaat meende dat dc naam gereformeerd sterk gedevalueerd is. ,,Bij de gereformeerden kkn tegenwoor dig maar alles", hoor je vaak zeggen. Door het gebruik van de aanduiding vrijgemaakt laat men blijken de ..gere formeerden van dc gouden standaard" te zijn. Ouderling G. de Jonge te Voorburg vreesde, dat het staan op de naam „Ge reformeerde kerken" zonder toevoeging zou leiden tot verbreking van de sa menwerking in het Convent van Ker ken. Ds. G. Hagens te Bussum kon de jntstemming der commissie niet ver staan. Ook leek het hem een beetje kin derachtig om eventueel te eisen, dat de ■mdere Gereformeerde kerken óók van zen aanduiding voorzien worden. „Het cwaad zit dieper. Alle narigheid komt «mort uit het feit, dat men als kerken deel uitmaakt van een convent waartoe jijv ook het Leger des Heils behoort. Men laakt het, dat het Leger des -Teils geen oog heeft voor het kerkver- jaderend werk van Jezus Christus. Vlaar dan dient men zich daarmee s zondags niet samen te presenteren. Dit verlamt de kracht der belijdenis." In het rapport is ook gesproken over televisieuitzendingen van kerk diensten. Deputaten cn commissie Sperizal in de liberale fmetie toonde men meenden, dat niet principieel te moe- lYrmrnr! zirh «Hermin»! tevreden Ook in de krin-lten afwijzen, al bestaan er wel be- van K.V.P en A R P. »ehijnt het te|zwaren tegen. De commissie wilde Bij de behandeling van het rap port der deputaten voor radio uitzending van kerkdiensten is ter synode van de Gereformeerde ker ken (vrijgemaakt) ernstige kritiek geoefend op het beleid van deze deputaten, althans ten aanzien van enkele punten. Daarbij ging het voornamelijk om de aanduiding „vrijgemaakt", die in de stichtings- acte van het Convent van Kerken aan de naam der kerken toege voegd is. De commissie die het deputatenrap- port te behandelen kreeg en namens wie de voorzitter, ds. D. van Houdt te Uithuizermeeden, als rapporteur optrad, laakte het ten zeerste dat deputaten gegaan. Want de vorige synode te Spakenburg had immers elke aan duiding willen vermijden, behalve wan neer het beslist niet anders zou kunnen. Daarom stelde de commissie aan de synode voor te besluiten, dat deputaten a) op grond van het synodebesluit van Spakenburg inzakede naamsaanduiding der Gereformeerde kerken bij radio- ai tzending van kerkdiensten en in de op 20 maart 1959 verleden stichtingsacte van het Convent van Kerken er zullen aandringen dat de toevoeging ijgemaakt" worden weggelaten of ge schrapt; b> bevorderen, dat voor het geval het Convent tot elke prijs een distinctie willen hanteren, ook achter de naam van de „zich ten onrechte noemende Gereformeerde kerken" een toevoeging worde geplaatst Vooral ds. H. van Tongeren te Leeu warden. auctor intellectualis van het te Spakenburg genomen besluit tot zchrap- pen van dc postale aanduiding „onder houdende artikel 31". keerde zich krach tig tegen het beleid van dc deputaten. Spakenburg vreest terecht dat door een additie in de volksmond en in het rechtsverkeer de kerken een bijnaam wordt opgedrongen." En terwijl zij nu in het Convent van Kerken volkomen gelijkberechtigd wa ren met de andere kerken, hebben zij er niet voor gevochten in het Convent om de aanduiding te voorkomen. Want het Convent, als instelling die van geen en- Keic kerk afhankelijk is, heeft niet zelf uit te maken hoe de aangesloten ker ken zich zullen noemen. De deputaten vreesden voor verwar ring. Maar nu dreigt een andere ver warring: „dat we zonder slag of stoot bezweken zijn voor dc pretentie van hen, die ons de naam Gereformeerde kerken betwisten", verklaarde ds. Van Tongeren. In dezelfde geest drukte prof. J. Kamphuis zich uit. De naam is zonder vormde Kerk en van de Jeugd raad en voorts prof. dr. J. Seve- rijn. De Driehoek is een modern gebouw dat is uitgevoerd in lichte, vrolijke kleu ren en waarin veel glas is aangebracht. Het centrum bevat ondermeer een grote conferentiezaal van tien bij acht meter, een hal van zeven bij negen, twee slaapzalen die ieder plaats bieden aan veertig personen, twee kleine zaaltjes, die eventueel als ziekenzaaltjes gebruikt kunnen worden, een moderne keuken en een .kampwinkel. De indeling van het gebouw is uitermate practisch. Het is de bedoeling De Driehoek zo produküef mogelijk te maken. Het cen trum zal niet alleen worden gebruikt door de jongens- en meisjesverenigingen van de Gereformeerde Bonders, maar ook door andere groepen, zoals scholen en padvinders. Verder zal het als con ferentieoord dienst kunnen doen. Men is van pian ir. de toekomst De Drie hoek uit te breiden met ongeveer vijf tien bungalows waarin christelijke ge zinnen hun vakantie kunnen doorbren gen. De Driehoek zal dan nog meer het karakter krijger, van een christelijk va kantiecentrum waarin men de mensen in hun e.gen sfeer op zal vangen. Men begint met de bouw van de bungalows zodra er geld voor is. IDEE Het initiatief voor de bouw van een jeugdcentrum werd genomen in een jongenskamp van de knapenverenigin- gen in Nijkerk. Drie leden van de kampstaf, ds. B. Eysenga uit Bameveld, de heer Z. H. de Groot uit Amsterdam en de redac teur van het knapenblad. L. Gundlach. staken daar de koppen bij elkaar. Wij moesten, zo overlegden ze, eigenlijk een eigen vakantiecentrum voor onze 3000 jongens r.ebben. Dan zouden wij ze ook 's zomers op kunnen vangen, wanneer ;r niet vergaderd wordt, zoals in de winter. Bovendien kunnen we het geld van al hun overnachtingen op kampeer boerderijen dan zelf verdienen. Zij spraken met anderen over hun plan en toen bleek al gauw dat dit idee reeds bij velen leefde, hoewel het tot dan toe nog niet tot daden was ge komen. Ze kregen bijval en namen con tact op met het hoofdbestuur van de knapenverenigmgen. Het bestuur was er vóór m wee; de drie initiatiefnemers aan als bouwcommissie. Deze bouw commissie toog aan het werk. Er was geen geld. geen vastomlijnd plan en evenmin een bouwterrein. De drie wa ren er echter van overtuigd dat er een kampcentrum moest komen en daarom gingen zij eenvoudig aan de slag; ze zien dat zelf nog steeds als een geloofs daad. GROND Hun eerste werk was het plaatsen van advertenties waarin ze om grond vroe gen. Na veel zoeken' kregen ze van de gemeente Ermelo een prachtig terrein in erfpacht De gemeente die hun acti viteiten steeds bijzonder heeft geani meerd, stelde echter als voorwaarde dat het centrum een stenen gebouw zou moeten worden en dat er in de toe komst bungalows bijgebouwd moesten worden, om meer recreatieterrein te scheppen. Deze voorwaarde bracht een aanzienlijke verandering van de plan nen te weeg. Het kampcentrum zou nu niet. zoals men aanvankelijk had ge dacht. een eenvoudig gebouw worden, dat grotendeels door vrijwilligers kon worden opgetrokken, het moest een ste nen gebouw worden, dat voor meer dan alleen kampeercentrum dienst kon doen. Langzamerhand groeiden de plan nen. Men vond een architect. A. Nes uit Bameveld. „Haast je maar niet met betalen", zei deze. „dot komt wel". Na het ontwerpen en verwerpen van vele plannen kwam uiteindelijk een plan op tafel waarover iedereen even enthousiast was, het was het ont werp van De Driehoek zoals die nu Advertentie Gelakt! In kleur! U staat perplex! 't Is transparant! is, een groot, modern en uitermate practisch gebouw. In juni '60 begon men te bouwen. ZORGEN De financiële kant van de bouw baarde de bouwcommissie veel zorgen. In de zomer van 1959 hadden zij de be schikking over drie tenten en een keu keninventaris, maar van de 80.000 gul den die nodig waren voor de gunning van het gebouw, de kosten van oprich ting en de inventaris hadden ze nog geen cent. In het najaar van datzelfde jaar werd met de eerste actie van de knapenverenigingen begonnen; de jon gens hebben met hun grote geestdrift in het geheel meer dan 17.000 gulden bijeengebracht. De commissie stuurde circulaires rond onder de kerkeraden en in verschillende kerken werd een collecte voor het vakantiecentrum ge houden. In maart '61 had men op deze manier 37.000 bij elkaar. Door de ren teloze leningen van vele particulieren had men verder de beschikking over 23.000 en het resterend tekort werd aangevuld met een hypotheek. Zo Is De Driehoek er gekomen. Een voudig was het niet. Steeds was er de zorg of het allemaal wel goed zou gaan en of het termijngeld voor de aannemer wel weer op tijd bij elkaar zou komen. De bouwcommissie her haalt het nog eens nadrukkelijk: „Het was louter en alleen een geloofsdaad. Als het dat niet was geweest, zouden we zeer onverantwoordelijk nebben gehandeld. De Driehoek is er geko men; men heeft er geen flauw idee van hoeveel werk het was. Met dc vergunningen kunnen we wel een ka mer behangen. We verwachten dat we over vier jaar uit de schulden zul len zijn, zodat er dan met de nouw van de bungalows kan worden begon nen. Hoewel er wel enige mensen sceptisch tegenover onze activiteiten stonden, hebben de hervormd-gere formeerden bijzonder spontaan mee gewerkt. Hieruit Is wel gebleken dat zij, hoewel ze tot nog toe niet direct tot daden k'va'""» zeker oog hadden voor het jeugdwerk. De Driehoek zal aan de kampeerva- kanties van de jongens en meisjes een ander karakter geven. Aan het ontspan nende element zal het vormende worden verbonden door lezingen die 's avonds In het centrum zullen worden gehouden over allerlei onderwerpen die hen inte resseeren. Op deze manier hoopt men ook meer tot persoonlijke gesprekken te komen Juist in de vakanties is er dikwijls gelegenheid om eens van hart tot hart te praten. Hiervoor wil men ook op den duur een vaste jeugdleider in De Driehoek aanstellen, die weet'hoe hij het moderne jeugdwerk aan moet pakken, 's Zomers zal hij de leiding van de kampen op zich kunnen nemen en in de winter kan hij dan het overige jeugdwerk stimuleren. De huishoudelijke bondsvergadering van de nervormd-gereformeerde man- nenveren gingen zal zaterdag 29 april worden gehouden in het gebouw van Kunsten en Wetenschappen op de Ma- riaplaars te Utrecht. De vergadering zal beginnen om 2.15 uur. Ds. Lamens en de eerw. heer H. Begeer zullen het onderwerp „Rome of Dordt" behandelen. Is eenzaamheid het onontkoombare lot van de mens? Staat hij machteloos tegenover dat verlammende gevoel van ver- laten-zijn, waarin alle contacten zijn gekapt en de mens alleen met zijn angsten en onoplosbare problemen overblijft? Is er misschien een oplossing in het zichzelf suggereren, dat de eenzaamheid maar verbeelding is? Die is er op deze wijze niet, omdat eenzaamheid, zelfs in de jacht van het leven en midden in de mensenmassa, werkelijkheid is. En misschien is er dan een tastend zoeken naar een macht, sterker en hoger dan de mens, naar een woord, dat als een wonderlijke en geheel onverwachte ontdekking gaat leven. Dan is er mis schien ook de ontdekking, dat die eenzaamheid alles te maken heeft met het losgeraakt zijn van de wortel, waaruit het mensenleven moet putten, wil het zin hebben. Dan leest de eenzame de geschiedenis van de Man, Die verlaten was van God en mensen en Die, overgegeven aan de totale eenzaam heid, de duivel ontmoette en alle smarten van de hel moest doorstaan. Hij, zo zegt het Avondmaalsf or muiier van de chris telijke kerk, heeft Zich vernederd tot in de allerdiepste ver- smaadheid en angst der hel, met lichaam en ziel, aan het hout des kruises, opdat wij tot God zouden genomen en nooit meer door Hem verlaten worden. Ziedaar de troost voor een zame mensen: Jezus Christus weet alles van onze eenzaam heid af, omdat Hij er onder is bezweken, maar juist daarin de overwinning heeft geboekt. (Van een onzer verslaggevers) De generale synode van de Gereformeerde kerken (vrijge maakt) te Assen zal deputaten benoemen, aan wie wordt op gedragen de bestaande bunde! „Enige Gezangen" te toetsen op z\jn schriftuurlijkheid. Zij moeten voorts enige door berijming van daarvoor geschikte schriftgedeel ten verkregen liederen verzame len om te beoordelen of deze zon der bezwaar in de eredienst kun nen worden gezongen. Een en ander was het gevolg van een aantal door de kerkeraad te Hil versum ingediende bezwaren tegen de bestaande gezangen, inzonderheid tegen de door de synode van Middelburg in 1933 toegevoegde liederen. De bezwaren behelzen: Het adventslied „Hoe zal ik U ont vangen" (Gezang 10) houdt bijv. geen rekening met het belijden, dat Christus' komst in de wereld een eenmalig ge-, beuren was. Gezang 12 „O hoofd bedekt met won den" verraadt typisch lutherse trekken en veronderstelt het godsdienstig ge bruik van het crijcifix. Gezang 13 „Is dat, is dat mijn Ko ning?'.', is in zijn hele opzet te indi- vidualistsch en daarom ten enenmale onlogisch. Gezang 14 „Jezus, uv/ verzoenend sterven", bevat gedachten over dood en sterven, wel typisch voor de poëzie van Rhijnvis Feith maar allerminst schriftuurlijk; dezelfde gebreken kleven aan Gezang 26 Gezang 21 „Kom Heil'ge Geest, be zoek uw kerk" suggereert een jaarlijKS herhaalde uitstorting des Geestes, het geen niet naar de Schrift is. maar zou door verandering vau de aanhef (b.v.: „Gij Heil'ge Geest bezocht uw kerk") wel bruikbaar te maken zijn. De particuliere synode van Utrecht deelde deze bezwaren van Hilversum en ondersteunde het verzoek tot toet sing der Gezangen. Men zou niet willen beweren, dat de Gezangen terzijde gesteld moeten wor den. In de kerk dient plaats te wezen voor liederen die berijmde schriftge deelten zijn. Zoals bijv. Gezang 17 ,,U, heilig Godslam, loven wij", een be rijming is van Openbaringen 5. Mr. L. E. H. Rutten, die door de Radboutstichting is benoemd tot buiten gewoon hoogleraar in het burgerlijk procesrecht aan de r.k. universiteit van Nijmegen, heeft gasteren in ^e aula van de universiteit zijn inaugurele rede ge houden. Zijn rede was gewijd aan he< onderwerp „Eigenrichting". Advertentie Maar men heeft te Middelburg in 1933 de Gezangen toch onvoldoende ge toetst op hun schriftuurlijkheid, gelijk destijds door prof. dr. K. Schilder in De Reformatie van 1932-'33 al werd aangetoond, aldus de bezwaarden. Voor de berijming van schriftgedeel ten als liederen, deed de synode van Assen nog een suggestie aan de te be noemen deputatie, namelijk om spe ciaal te letten op de bestaande bundel „Heilige Gezangen" van Adriaan van Boven (pseudoniem van de heer W. van der Kamp, lid der vrijgemaakte kerken. Deze suggestie was afkomstig van de kerkeraad te Leeuwarden, die ook on derzocht wilde zien of het ..Onze Va der" alsmede het apostolicum voor de gemeente zingbaar gemaakt kunnen worden; voor het apostolicum werd ge wezen op de compositie van de Frane- ker organist Yme G. Visser. Verband tussen "33 en '44 Er werd over deze zaak langdurig gesproken. Merkwaardig dat men zich in de eerste ronde tot randopmerkingen beperkte, maar dat in tweede instan tie nogal fundamentele bezwaren tegen de Gezangen te berde werden gebracht. Wel wilde niemand de Gezangen he lemaal van de tafel schuiven, maar ds. I. de Wolff te Enschede-N maande tot zeer grote beperking en voorzichtig heid. Door onvoldoend gecontroleerde versjes worden zo gemakkelijk dwalin gen de kerk ingedragen, meende hij. Bovendien is een groot contingent der zangen. In sommige gemeenten mogen ze niet worden opgegeven. Ds. J. C. Janse te Zutphen 2ag ver band tussen het aanvaarden der Ge zangen in 1933 en 1944. Men zag in 1933 de strijd dis Heren niet meer, zo- als deze in de Psalmen tot u tdrukking komt. Het is Calvijn indertijd niet gelukt om goede berijmde schriftgedeelten te vinden. Daarin had men in 1933 een te ken moeten zien. Gezangen zijn al me nigmaal een invalspoort voor de getst der eeuw geweest in de kerk. Dit blijkt nu alweer op de christeliik- nationale scholen in het oosten rles lands, waar vrijwel uitsluitend Jezm- gen worden gezongen. Aldus ds. Janse, die dan ook beslist niet meer dan en kele berijmde schriftgedeelten toege- wilde zien, omdat men anders vervalt in een buiten schriftuurlijk gedachten- klimaat. „Men wordt onwillekeurig geïnfec teerd door de subjectivistische geest der Gezangen, zoals in de gebonden kerken blijkt" zei hij. De rapporteur, ds. J. P. van der Stoel te Amsterdam-C. vestigde er de aandacht op dat men inderdaad niet meer dan enkele schriftgedeelten wil de toevoegen. De gevaren die ds. De Wolff had aangewezen zag hij ook wel. maar daarom behoefde men zich toch niet te onthouden van het doen van stappen. Een ameniement van ds. Jan'e om nadrukkelijk uit te spreken, dat verde re uitbreiding van de bundel Enige Ge zangen geen aanbeveling verdient, ge zien de conseauenties, die daaruit blij kens de kerkhistorie voortvloeien, werd aanvaard. Zulks naar aanleiding van een voor stel van de kerkeraad te Zeist, die het niet bij berijmde schriftgedeelten wil de laten, maar ook enkele zich nauw bij de Schrift aansluitende gezangen in het onderzoek wenste te betrekken, zo als ,,'k Heb geloofd en daarom zing ik", „Ere zij aan God de Vader". ,,Lof zij de Heer, de almachtige Koning der ere", e.d Dit zal dus niet gebeu ren. Aan de te benoemen deputaten zal worden opgedragen van hun werk zaamheden en bevindingen uiterlijk een half jaar voor de eerstvolgende generale synode rapport uit te bren gen. deel der rego.|rnmmele« - ik- - gelijke omstandigheden zich van advies onthouden. Aan het het kabinet-De Quay beraad hierover kwam de synode nog niet toe. EIGENLIJK ben ik altijd jaloers op mensen met een hobby. Ik ben jaloers op mijn fanatiek sigarenbandjes- sparende zoon. Ik ben jaloers op iedere vrouw met hosklos schoenen, die geen berg kan zien of ze moét erop. Dan zwijg ik over postzegelmannen, die pas weer rustig en normaal ademhalen als ze na lang jagen eindelijk een héél bijzonder exemplaar in hun dikke boek kunnen plakken. De tropische vis- lieden, die dan ook nog met hun hobby in een club kunnen, maken me stil van afgunst. Ik ben hobby-loos. Een omnivoor, die eigenlijk alles heerlijk vindt, maar ik geloof, dat daar nu echt verandering in moet komen. Stel je voor, op mijn leeftijd nog steeds geen hobby te hebben. Nu is het vacantie, we zijn op reis'met een neef en nicht en daar word ik levensgroot geconfron teerd met wéér een hobby-mens. Ik lijd, want vele goede dingen mag ik de mijne noemen, maar geen hobby. H\j fotografeert en wel op imponerende wijze. Nu na drie vacantiedagen vraag ik mezelf ernstig af of mijn jaloezie wel gerechtvaardigd was. Want mij blijkt, dat een hobby helemaal geen eenvou dige zaak is. Dat vraagt offers en dat heb ik me nooit gerealiseerd. Want zo'n fotograf eer-maniak hè? ik had gedacht, dat het zo ging: mooi hoekje knip verder. En dan na de vacantie gezellig een avondje plakken. Maar wat een vergissing. Neem nou gewoon al ihet lopen. Geiuoon lopen kan hij niet, want Hy ia en gewapend, met een duur ding, dat uitgeklapt, in geklapt én fotograferen kan. Zijn verdere uitmon stering bestaat uit een licht- en een weet-ik-veel- meter. Dat vereist een speciale loop. Een spontane vacantie-sprong kan hij nooit maken. Stel je voor en al die dure dingen om zijn nek dan? Hij be weegt zich toestel-bewust voort en ziet overal „plaatjes", die hij „schiet". Nou ja schiet? Eerst moet er eindeloos aan die metertjes gefriemeld en heen en weer gerend worden vanwege de vereiste afstand. De term „schieten" is dan wel geflatteerd. Ik heb verschillende denigrerende verhaaltjes ge lezen over slecht fotograferen en ben dus goed op de hoogte van het feit, dat ik nergens óók op een plaatje mag. Het gaat niet om Mink by Col zus of zo, maar om de Col zelf. Niet dat ik nou zo'n zin heb om gefotografeerd te worden, maar eindeloos op gepaste afstand dociel wachten tot alle meter tjes goed staan en alle afstandjes correct genomen zijn, verveelt echt vrij snel. Nee, fotograferen is het voor mij niet; wat een gedoe, wat een gedribbel. Nu liggend in het warme zand peins ik over andere mogelijkheden. Cactussen kweken? Dat lijkt in ieder geval niet zo ingewikkeld. Maar ik ben eigenlijk helemaal niet zo dol op cactussen en je moet er toch wel wat aardigheid in hebben. Iets verzamelen dan? Postzegels, vreemde munten, suikerzakjes schelpen Ik doezel zachtjes weg. Dan komt er een grote zware man op me af. Op zijn hoofd torst hij als een gewei een grote harige cactus, zijn ene oog is een zilveren munt met een gaatje. „Hee daar luilak in het zand, omnivoor zonder hobby, gemakzuchtig wezen". Hij scheldt me fors uit. terwijl zijn munt-oog flikkert. Dan word ik wakker en zie opgelucht, dat hij weg is. Ik vraag mijn man: Vind jij het een grote ramp om met een omnivoor getrouwd te zijn? Hij zit echter verdiept en geconcentreerd te lezen, zodat hij maar half hoort wat ik vraag en mompelt verstoord: Kind, of je nou een waterman of een schorpioen bent, dat doet me niets, ik geloof niet in die sterren-onzin. Ik gniffel om het misverstand. Mijn neef loopt weer driftig een afstandje te meten en ik denk: hoe heb ik ooit jaloers kunnen zijn? Wat is het heerlijk omnivoor te zijn MINK VAN RIJSDIJK.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1961 | | pagina 2