Blad IA leder voor zich moet 0pen briel antwoord vinden op de vraag ee ben ik een goede grootmoeder^ TIP-PARADE We drinken minder thee Smaakvol toiletje ZATERDAG 29 APRIL 1961 ÜJIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII FOTO BOVEN: Zó moet je dat doen denkt oma. FOTO MIDDEN: Ze loeren ge- troon op haar tas zodra ic zit. FOTO ONDBR: JZou je het niet heter en dan vertelt oma hoe zij het vroeger deed (taak veel beter natuurlijk). veel trotser als hij zijn kleine, warme knuist in uw handen legt en op z'n nog korte benen naast ii dribbelt, op niet zulke smet teloze laarsjes, dan wanneer hij krakend z'n nieuwe schoenen kan laten horen Religie Tenslotte: grootmoeder en de religie. Verschillende grootmoe ders het moet helaas worden gezegd schilderen de Vader in de Hemel voor haar kleinkinde ren wel eens af als een bijzonder strenge Vader, die alles ziet en alles hoort. Maar de goede din gen van het kind schijnt die Va der in de ogen van grootmoeder nooit te zien. alleen de kwade. En het komt er dan in de prak tijk op neer, dat dje Vader door oma als een soort boeman wordt gebruikt. Oh. misschien doet ze dat niet opzettelijk en leeft ze zelf sterk in de gedachte, dat dit aardse leven maar weinig goeds te bieden heeft en dat wij alle maal vol zonden zitten, ook als we nog klein zijn. Inderdaad: ook kleine mensen zijn zondig, maar God is niet alleen een strenge Vader, die met boze ogen op de kinderen neerziet (ook niet op de grootmoeders!). Evenals een ..aardse" vader z'n zoon na een of andere straf wel eens op de knie neemt, zo wil ook de Va der zonden en fouten vergeven. En dat mag het kind, ook uit grootmoeders mond, best eens ho ren! Anders kan het wel eens schuldgevoelens krijgen, waar hij net in zijn latere leven bijzonder moeilijk mee kan hebben. Hoe ben ik een goede groot moeder?" Een antwoord op deze vraag hebben we niet helemaal gegeven. Zoals gezegd: dat was ook de opzet niet, noch de bedoe ling. Maar heel misschien hebben enxele oma's zich zelf ergens toch wel tussen de regels door her kend en heeft ze met een halve glimlach even naar zichzelf ge- kexen. Wie weet is het een wij ze glimlach geweest, want dat is het fijne als je grootmoeder bent: je kunt niet alleen een oudere, maar ook een wijzere vrouw zijn. En wat is heerlijker, als je klein kinderen je inderdaad vól ver trouwen en met liefde als die ou dere en wijzere beschouwen? Dan pas ben jezelf een levend antwoord op de vraag: „zó ben ik." tijdschriften worden achtergehou den en verslonden, en wij een week-end tussen de Lifes en de Images du Monde, de Margrie ten, Panorama's en de kinderen op de grond doorwaden, daarom dan heb 'Ik ook maar eens een blik in die mallemolen van rond vliegende gedachten geslagen. D LADEREND door allerlei IJ hartsuitstortingen, heb ik moeten constateren dat we op Blad Zij, in ieder geval wat de machtig boeiend, en ben ik altijd weer enthousiast met een nieuwe O B. vriendin, precies als mijn dochter met een nieuw boek. U moogt daarom zo dikwi ls als u wilt, terugschrijven, en u hoeft een beantwoording van uw brief in de krant niet naast u neer te leggen, zo van: ach, zo heb ik het niet bedoeld, maar laat nu maar. Want als ik er wat uitgelicht heb, is dat niet uit een zijdigheid maar met het doel er wat van te maken. U schrijft, naamgenoot Chr.: „ik heb alleen maar tegen u willen zeggen, toen ik schreef: zeg tegen die ver pleegster d'.e met een kind aan de hand bij de moeder kwam, ge rust dat het heerlijk is moeder te zijn, want een getrouwde vrouw die eerst ook eenzaamheid heeft gekend, weet ervan. Geef dat door, Christine, namens mij, want u- zelf hebt die ervaring niet, u bent niet tot over de 30 ongetrouwd' gebleven. Stem toe dat het heer lijk is met je eigen kind te wan delen." dat ben ik allemaal eens. Toen ik tijdschriften zat door bladeren, kwam mijn jongste zoon bij me hangen en vroeg of mé de moppen wou Open Brief betreft, in illuster ge zelschap zijn. Niets beter of min der dan de rest van de schrijven de en lezende vrouwen Overal is het: „Mijn moeder loopt bij ons de deur plat", of: „zal ik gaan inwonen bij mijn schoonmama". En „mag ik trouwen met een jon gen die 10 jaar ouder is dan ik" of: „wat een verschrikkelijke plaag, die. 5-daagse werkweek." Wat saai, denk je dan eerst, het is overal hetzelfde Maar, en nu het boeiende: je krijgt zélf de morgenpost of je ziet niet een grauwe, kleurloze massa lezeres sen. die allemaal met dezelfde problemen lopen te zeulen, maar haar, de Open Brief vriendin, de unieke, de variatie op het the ma. Zij, mevrouw x of y. maar alleen zoals zij kan den ken en zijn. En daarom is het zo ik voor hem talen. Vooruit dan maar. Voorop een tijdschrift stond de foto van een knap meisje in een rood trui tje Fleurig en niet te zoet. „Leuk hè?" zei ik tegen hem terwijl we het blad opensloegen Maar hij schudde van nee. „Niet?" zei k, „vind je dat geen leuk gezicht? Wat vind jij dan een leuk ge zicht". Verlegen keek hij even op zij. en wees snel naar mijn wang. „U" en nu niet meer zeuren maar naar de moppen! Denkt u dat dat niet even adembene mend zwaar en heerlijk tegelijk is? Te weten dat er zóveel van afhangt? Dat moederzijn al be gint bij het vrolijk de huisdeur opendoen, bij de vlugge glim lach. bij de vuile, warme jon genshand in die van jou? Zeker Maar nu het verschil: ik kan er niets aan doen, maar als een on getrouwde met mijn kind bij mij kwam en zei: wat moet het heer lijk zijn enzdan denk ik nooit aan mezelf. Dan ben ik bij haar. Dan maakt zich één leven uit de veelvoud van levens los, en '.k zie het aan en denk: hoe be staat het dat iemand iets zo zui ver kan voelen en de rijkdom van iets dat niet haar deel werd, kan ondergaan. En dan knoop ik daarbij aan cn treed met die vrouw, die andere, die vriendin van wie ik pp dat moment de lasten draag, het leven leef. het nieuwe rijk van positieve erva ringen binnen en zeg: wat versta jij veel van liefde. nen, maar ik wil ook niet al leen maar be-amen. Ik wil ver der. Ik wil meer. Ik wil geen le ven van „niet"en, maar enkel „ja" 's. Toch ben ik ontzettend blij met uw brief, want hij bindt mij op het hart dat we elkaar steeds beter moeten leren ver staan en duidelijker moeten trachten te zijn. willen we er iets meer van maken dan de door snee-rubriek van: ja, dame. dat is nu eenmaal zo. Dat geldt ook vooi mijn twee de briefvricndin van vanmorgen. Mevr. te V„ hartelijk dank voor uw brief. U wilt het nog eens even over die zoon met ae soep hebben, en zegt dat u toch de in druk hebt dat het jonge vrouwtje te kort wordt gedaan. Door hem die zich niet bewust is van zijn „moederbinding" en misschien ook door mij met mijn antwoord: maak er een grapje van. Goed. aien we aannemen dat dit. wat u in de aangehaalde brief leest, er ook werkelijk in ligt. We con stateren dan een feit. Hij is zo en zo Helpt ons dat? En haar? en hem° Daar eindigen veel da mesbladen: mevrouw, uw man heeft dat en dat. Maar we moe ten ook nog leven We moeten el- kaars fouten, ook de onbewust be dreven fouten, over-leven. Als we het bij de analyse laten, hebben we onze opdracht nog met ver vuld. Helpt het of je gelijk hebt en ongelukkig bent" Niks. Stap er overheen en maak een grapje. Of in het groot: leef naar P.nksteren toe. Nu moeten we eens héél gauw een kijkje gaan nemen E üi de kinderkamer, want an- dors puilt die aan alle kanten uit. Een groot aantal tips, op de een of andere manier op E kinderen betrekking hebbend, liggen al een heel tijdje te wachten, zodat we (wat meer gebeurd Is In dit hoekje) de deur van die kinderkamer maar wijd open zullen zetten. IIKI. Kil OP Twee lezeressen, mevrouw De Jong-van Buuren uit Den Haag en mevrouw M. W. Kluit de Kluizenaar kwamen beiden E op hetzelfde (lumineuze! idee op het stuur van de kinder- of wandelwagen een fietsbel ie zetten. Wie dan 's zaterdags- middags met die wagen de drukke stad ingaat, hoeft niet E steeds luid te vragen ..of zij even passeren mag. als 't ef- fe kanEven bellen en u hebt meestal vrij doorgang. 1 tVOKI.n ATKR.S T Zijn uw kinderen in bed woelwaters, zodat in korte tijd de lakens ergens als een prop door het bed zweven? Leg dan, zoals mevrouw D. van der Ta- ny-de Vos uit Noordwijk aan Zee di'c doet. eens vier knopen in het onderlaken. Zo ontstaat er een hoesje, dat om de ma tras veel steviger zit dan een los laken. In het bovenlaken kunt u ook knopen leggen, maar dan twee aan de onder kant. 7.IKKK KINDEREN Zieke kinderen hebben vaak m'.nder trek, en eten soms met lange tanden, zodat de warme maaltijd op het bord alsmaar kouder wordt. Wie geen warm-waterbordje bezit, kan het bord met eten op een plastic- of rubber kruik zetten (met heet water er in). Daar door blijft het voedsel lartger op temperatuur, dus ook sma kelijker. Een idee van me vrouw A. Jumelet uit Dordt. TEDDY JASJES Nu het voorjaar is gaan de nog bruikbare teddyjasjes de kast in voor het volgende seizoen. Maar in het najaar, dan wel de winter, zal het kind gegroeid zijn, zodat het jasje wellicht aan de korte kant 'is. Als u nu al de zoom uit mouw tjes en onderkant haalt, zal het Jasje behoorlijk zijn uitgezakt voor de tijd, dat het weer ge dragen kan worden. Dit is wel nodig, omdat teddy nu een maal niet of bijna niet gestre ken kan worden. Deze tip werd Ingezonden door mevrouw M. Hoeden uit Andel, die gelijk een beroep op lezeressen wil doen. die weten hoe smeed ijzer het beste schoon te krij gen is. Weet u het? Schrijf net ons dan even. VEILIGE Al TOPKD Handvaten van een auto ped willen wel eens losraken, met als gevolg dat er aan het stuur gevaarlijke scherpe kan ten komen te zitten. Mevrouw M. van den Akker-Keyzer uit Monster raadt u in zo n ge val aan een paddestoelkurk in de handvaten te stoppen. Hst steppen wordt er een stuk vei liger aoor. .MKT KINDEREN DE STAD IA' Gaat u met uw kinderen wel eens op een drukke mid dag de stad in? Vergeet, zo schrijft mevrouw G. Roos uit Rotterdam, dan niet in hun zak bus- of tramgeld te stop pen mét een briefje erbij, waarop het nummer of de l'ijn van deze vervoermiddelen zijn geschreven. Raakt u de jongens in de drukte eens kwijt en kunt u ze niet meer vinden, dan kunnen ze loch thuis ko men. Druk ze wél op het hart een agent te vragen waar ze op bus of tram moeten stap pen. Deze lezeres heeft nog een aantal praktische wenken, die ik u zeker niet wil onthou den. Wat denkt u van het idee de meisjes een duikbrilletje op te zetten als hun haar ge wassen \*ordt of de ponny wordt bijgeknipt. Geen „het prikt zo" of „er komen haar tjes in m'n ogen". Wat voor kleinbehuisden wellicht ook handig kan worden genoemd is het hangen van een fietszitje (een stuurzitje) in de box. De box moet dan wel aan een kant van de .muur worden vastgemaakt, b.v. in de plin ten. De peuter zit prettig door dat hij zijn benen door de spij len vrij kan bewegen. NOG KKN /.IT-IDKK Een ander zit-idee komt van mevrouw F. van Leeuwen van llerk eveneens uit Rot terdam. B"lj gebrek aan een kinderstoel (als men ergens op visite is óf bezoek heeft) kan het kleine kind in een omge keerde kruk worden gezet, zo'n keukenkruk met dwarsspijltjes De kruk wordt op een stoel vastgebonden en zo zit de hummel keurig aan tafel. Is ic niet té dik, dan kan hij nog op een kussentje zitten ook. WÊG VERVELING Als 't dagen regent of het Jonge kind mag na een of an dere ziekte een tijdje niet naar buiten, dan doet verveling al spoedig haar intree. Hebt u daar ook eens mee te kampen, leg dan een groot stuk plastic, neer in een hoek van de ka mer en zet daar het kinder badje op. Dit vult u met iets vochtig gemaakt zand, waar mee het kind uitgerust met vormpjes, schepje, emmertje enz. enz. heerlijk uren kan spelen. Mevrouw C. Knóps- Krijgsman uit Rotterdam heeft er haar zoontje veel plezier mee gedaan Nog een andere tip van dezelfde lezeres gaat over cactussen, die van die venijnige prikkertjes hebben. Laatst kwam een kind met een van de handen midden in die cactus terecht met als ge volg honderd-en-een gemene stekeltjes in de huid. Het weg halen met een pincet bleek niet doenlijk. Radicaal bleek wél een stukje pleister, dat op de stekeltjes werd geplakt en even aangedrukt. Toen werd de pleister met één eraf getrok ken met als resultaat, dat ge lijk de stekeltjes verdwenen. Met plastic-plakband wil het ook wel eens lukken. Ik ontdek dat de rubriefc met dit cactussen-praatje ge lijk vol Is, dus tot ziens vol gende week in de kinderkamer. UIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIN de middenweg voor ogen hou den. die niet voor niets een „gul den" wordt genoemd. En mocht haar strenge optre den van vroeger de oorzaak zijn van de koers, die nu haar kinde ren varen, dan is het steken van de hand in eigen boezem mis schien een hulpmiddeltje om wol ken aan de lucht te voorkomen. Houd daarmee op Een ander facet is het voor trekken. Laat oma daar gelijk maar mee ophouden. Laat ze niet het ene kind aardiger of liever be.nandelen, omdat het toevallig de ogen van opa heeft, laat ze niet denken: „dat kind lijkt pre cies op mij" om het. heel trots, extra aan te halen of onwille keurig van zich af te stoten, om dat ze verschillende karakterei genschappen van zichzelf, die ze in het kind ontdekt niet waarde ren kan. Is ze zich van dit voor trekken bewust en wil oma in dit opzicht proberen een echt goeie grootmoeder te zijn, die niet het ene kleinkind boven de andere stelt, dan zal zij er soms een beetje moeite mee hebben. Want eon kina ziet menigmaal door voornemens heen, het let niet op wat je zégt, maar ziet hoe je bént. zodat niet alleen woorden helpen, maar een grondige ver andering de aangewezen weg is. Dan kennen we ook nog de grootmoeders, die zo graag ver gelijkingen trekken tussen de ver schillende gezinnen. „Nou maar onze Jo voedt haar kinderen stuk ken beter op, dan onze Riet het doetEn Riet wordt er maar op aangekeken. Oma heeft zich dus een ideaal beeld gevormd van hoe het wel moet en hoe liever niet. Maar: wat voor haar het ideale is, hoeft dit voor een ander nog niet te zijn. Alle mensen zijn verschil lend en tussen „onze Jo" en „on ze Riet" zullen er ook wel ver schillen bestaan. Ideaal, laten we onszelf niets wijsmaken, is prak tisch geen enkele opvoeding, we ziin immers zelf soms verre van ideale mensen. En mocht oma, afgezien van dit ideaalbeeld, ge- lilk hebben als ze zegt, dat Jo het stukken beter doet, dan heeft het weinig zin Riet alsmaar af te vallen. Slechts tact, wijs be leid én liefde kunnen een stootje in de goede richting zijn. een vol komen negatieve instelling kan dit niet. De buitenwacht Nu nog even kennis maken met de oma's, die graag met de klein kinderen pronken en dit gestalte willen geven door ze „opgepoetst en uitgedost" mee te nemen. O, wat is voor die oma de buiten wacht belangrijk! Natuurlijk: ze hoeft heus niet altijd met de kin deren op stap, als die hun „schob- bertjes-zandbakken-jas" nog aan heoben. Een kind is lekker sme rig op z'n tijd, maar mag ook wol eens schone nagels hebben. Maar om het kind. als het eens een keer geen smetteloze han den en knieën heeft, tóch mee te nemen kan toch zo bezwaarlijk niet zijn. Wat heeft oma voor de buitenweield te verbergen? Niets toch hopenlijk Laat de mensen maar eens kijken naar die man tel zonder knoop, een andere keer heeft hij zijn „zondagse jas" aan. U voelt zich heus niet zo- A/ANMORGEN bracht de post me mét een aantal brieven een O.B. pakje: een boek van een schrijf-vriendln. „Nou, moe der, u wordt maar verwend" zel den de kinderen, en inderdaad, dat wórd ik; voor een beetje in spanning mijnerzijds krijg ik ont zaglijk veel terug. Hartelijk dank, M„ en ook voor de onge wone kindertekening. Het spreekt haast vanzelf dat Ik, met de was en de Open Brief en eten koken en nog ander hulshoudgcraas, vandaag het boek nog niet heb Ingekeken. Maar dat deed mijn kleine schare wel! „Het eindigt met liefde" zei er een, en „o ja?" zei de ander, en toonde Ineens be langstelling. En nu het avond is en lk om me heen zie, la het boek nergens te vinden. WIE zou het hebben meegeno men naar bed?? Want als „het met liefde eindigt", wil 'edereen het wel lezen. Gek eigenlijk. Waarom vliegt bijna iedereen er voor de zoveelste maal in als het weer het gebrui kelijke „Jan-hou-je-van-me" is. Hoho, dat is nu juist de kwestie: het is n'let die gebruikelijke keer, het is wie weet een èndere Jan, en elke variatie opent de moge lijkheid dat we even zien dat het anders is. Het leven kent een veelvoud van vormen. En ik weet, dat nu. boven mijn hoofd, een van mijn „jeugdigen" op zoek is naar het leven van de „jij" in dit boek, het leven dat zich uit de veelvoud losmaakt, en één leven, één anders-zijn wordt. Uw leven. Het mijne. Het hare. Telkens een variatie op het thema: mens. En telkens zo boeiend, zo vertroos tend, zo verblijdend, naarmate we ons er meer m verdiepen. Mag ik dat even nader uitleggen? «Want één van mijn vriendinnen schreef vanmorgen: „u zegt het soms zo moeilijk voor een een voudig mens" en die opmerking waardeer ik geweldig van haar het IS ook moeilijk om geen ge dachten over te slaan als je zo'n bende moet onderbrengen op een paar blaadjes tikwerk). Ik voelde me dit week-end niet honderd procent en heb het daar om kalm-aan gedaan. En daar weer eens één van mijn kinderen in een oud-papier-actie was ge wikkeld en bij buur en kennis kranten en tijdschriften had op gehaald. met dien verstande dat de kranten direct ter bestemder plaatse worden gebracht maar de „Nu moet ik toch mijn hart eens luchten. Mijn schoonmoeder, met wie ik overigens goed kan opschieten, heeft namelijk de minder prettige gewoonte mijn fwee kinderen schandalig te ver wennen. Elke keer als ze komt (en dat gebeurt nogal veel) heeft ze iets bij zich, de kinderen loeren gewoon op haar tas zodra ze maar één stap over de drempel heeft gezet Of: „Ik ben die kritiek beu (met een heleboel uitroeptekens er achter). Ze zit in haar stoel met een afkeurend gezicht en als ze maar één kans schoon ziet, moet ik wat horen over „mijn slappe op voeding". Ik heb vaak het gevoel gewoon voor schut te staan als m'n moeder op bezoek is Of: „Begrijpt u dat nou? Als m'n kinderen hun gewone kleren aanhebben, waarin ze op straat spelen, „wenst oma niet met hen uit wandelen te gaan". Ik moet ze eerst af- en oppoetsen voor de kinderen „waardig worden gekeurd" om oma „te vergezellen". Of dan maar rustig te houden met wat haar hand maar vinden kan om te geven. In de praktijk heeft dit vaak tot resultaat, dat de lieve jeugd er helemaal niet „zoe ter" door wordt, soms gaat zeu ren en vragen om meer. Een andere keer kan verwenne rij wel eens het karakter hebben van „ogen uitsteken" en dan gaat het om de ogen van dochter of schoondochter. Die houdt mis schien de teugels wat strak, is niet zo weggeverig als het gaat om een ijsje of een lekkertje en dan wil grootmoeder wel eens aantonen, dat je in „dit leven ook wel eens royaal mag zijn voor een ander". Wat die verwennerij ook als oor zaak mag hebben: zodra een grootmoeder merkt, hetzij door de nouding, hetzij door een opmer king, dat de moeder van de kin deren die vele gaven niet zó pret tig vindt, moet ze de nioed kun nen opbrengen eens naar binnen te kijken om zichzelf te vragen: „Waarom doe ik het eigenlijk." En als er dan in alle realiteit een antwoord op wordt gevonden, kan ze. hopenlijk met een wijze glimlach, die op haar leeftijd toch wel verwacht mag worden, zich wat beperken. Dat „slappe" Een ander, veel gehoorde „klacht" draait om die slappe opvoeding van tegenwoordig. Al les mag maar, en alles kan maar, denkt oma en ze verbijt zichzelf van ergernis. Nu vraagt ieder kind om een eigen aanpak. De een eist ais het ware een strenge hand, een ander om een veel soepeler tegemoettreden. Dit geldt voor alle kinderen, omdat Een van de gevolgen, die de Tweede Wereldoorlog voor ons land heeft gehad, is dat de Ne derlander aanzienlijk minder thee is gaan drinken. Waar het hem in zit? Misschien gunnen we ons de tijd niet meer om uitge breid te „theeën" en vinden we koffie «gefilterd, uit de espresso- pot of uit het kant-en-klaar busje) meer geëigend voor deze haastige tijd. Nu is weliswaar de laatste jaren wellicht door de gevoer de propaganda de consumptie van thee wat meer gestegen, maar op het vooroorlogse peil staan we nog lang niet. In heel wat huisgezinnen wordt zelfs de helft gebruikt van het vooroorlog se kwantum. En dat mag toch wel «eventjes) typerend worden genoemd! ...Ja, of! Kent u ze ook, die vragen in de „harten-ultstort-ru- brleken", welke je in praktisch elk van de vele in ons land ver schijnende damesbladen tegen komt? Je kunt zo'n rubriek bij na niet lezen, of je ziet ze weer opduiken, die klachten van doch ters en schoondochters. Ze klim men in haar respectieve ball- pointen om het hare eens te zeggen over de oma \'an haar kinderen. Maar: ook grootmoe ders is wat dit betreft papier en pen niet vreemd! „Als ik zie hoe mijn schoondochter de kinderen opvoedt..„Ja, dat noemen ze te genwoordig nog opvoeden! (eveneens met veel uitroeptekens erachter). Levensgroot komen ze, al lezend, op je af, al die kleine en grotere grieven, die spelde- prikken over en weer. Dit pro bleem (als we het zo mogen noe men) schijnt dus actueel te zijn, Is het eigenlijk altijd en vandaar dat we vandaag op deze pagina eens de vraag durven stellen: „Hoe ben ik een goede groot moeder?". Van harte hopend, dat nu niet grote aantallen oma's ons gaan schrijven met een „u kunt beter vragen: hoe ben ik een goede moeder", want dan beginnen we weer van voren af aan met die speldeprikken Zonder pretenties Eén ding: we hebben in de verste verten niet de pretentie al die haken en ogen ineens keurig in elkaar te kunnen laten pas sen. zodat de eventueel wat onzui vere lucht plotseling tot stralend blauw en volkomen wolkeloos wordt veranderd. Op de vraag: „hoe ben ik een goede grootmoe der?" zal eigenlijk ieder voor zich, die het geluk heeft een of meer kleinkinderen te bezitten, een antwoord moeten vinden. De bedoeling is alleen een paar van de meest voorkomende „knelpun ten" eens te bekijken en dat doen we dan samen met een bekend Haags psychologe, die zelf ook grootmoeder is (Even terzij de: over een tijdje hopen wij u op Blad-Zij nog nader met haar te laten kennis maken. We zou den geen regel ruimte voor de ze grootmoederlijke vragen meer over hebben, als we u haar on getwijfeld interessante levensge schiedenis nü zouden moeten ver tellen. Dat zit dus nog in het Blad-Zij-vat). Die „knelpunten" dus, waarbij we direkt voorop willen stellen, dat die zeker niet hoeven te voe ren tot een vergaande verwijde ring tussen de oma en haar doch ter, resp. schoondochter, ook al komt dit (helaas!) wel eens voor. Een „schandalige verwen nerij" is gelukkig niet altijd oor zaak van fel oplaaiende onenig heid, wél kan zoiets een deuk in de verhouding geven. Waarom Waarom nu verwent een groot moeder haar kleinkinderen? Om dat ze zo „gek op hen is"? Ze ker niet altijd. Verwennerij is vaak een vorm van eigenliefde, die soms niets met de liefde voor anderen, in dit geval kleinkinde ren, te maken hoeft te hebben. Veel én dure cadeautjes-geven, het overladen met snoepgoed komt wel eens neer op het stre len en goedkeurend toeknikken van het eigen ik. Het gaat niet om de kinderen, maar het draait allemaal om grootmoeder zelf, die het heerlijk vindt zichzelf te beschouwen als de goede en gul le fee en daarin het grootste ge noegen beleeft. Een andere mo gelijkheid is, dat door dit toestop pen van ditjes en datjes oma de kinderen zonder meer zoet en weg wil houden. Ze is misschien niet al te gezond, heeft wat last van de drukte, die kinderen met zich mee brengen en probeert ze Hel joch kijkt uvl afgunstig naar de prachtige pop, die z'n zusje heeft gekregen. ieder kind op zichzelf een indi vidu is. Nooit kan men ze over één kam scheren. Doet de moe der dit wél, dan kan grootmoe der met haar oordeel over de opvoeding wel eens gelijk heb ben, waarbij zij evenwel op haar beurt niet uit het oog mag va liezen, dat voor haar hetzr geldt. Het ene kleinkind vi om een pittige hand, het a om een tedere. Oorzaken Als we dit in ogenschouw hou den en dan toch spreken over die „slappe opvoeding" zijn ook hier verschillende oorzaken aan te wijzen. Of de grootmoeder is, toen ze zelf haar kinderen groot bracht, altijd vrij streng geweest. Het kind, dat in deze strengheid is opgevoed, kan, misschien soms onbewust, denken: nou maar dat zal mijn kinderen niet overko men. De herinnering aan die strengheid thuis zal soms de weegschaal naar de andere kant doen overslaan, 't Kan ook zijn, dat oma denkt: „door dat gebrek aan tucht komt er van die kinde ren niets terecht" en zc ziet al visioenen voor zich van in het le ven mislukte kleinzonen, die ver der als slappelingen door het le ven moeten gaan, terwijl zij haar hart met beide handen vasthoudt a's ze denkt aan haar kleindoch ter. Nü gaat het nog wel, maar hoe zal ze zich gedragen als ze groter is Ook dan kan oma wel eens gelijk hebben Al moet ze daarbij weer één ding beden ken. Kinderen, al te streng groot gebracht, kunnen als een braaf hondje op alles „ja en amen" zeggen, zonder dat ze ooit zelf standig worden. Of ze nemen de protesthouding aan en blijven verder hun hele leven met dit pro test rondlopen, zodat ze eigenlijk dit tot ze zelf grootmoeder i.e. -vader zijn geworden een soort puDer blijven. Al moet er soms dus in een gezin sprake zijn van een gezonde discipline, té strak doorgevoerde strengheid kan averechts werken. Misschien kan oma zich troosten door te denken aan de zeven sloten, waarin we nog steeds niet met één stap te recht kunnen komen. Laat ze ook Bij voorkeur kan dit toiletje van een effen pastelkleurige linnen stof, of van ander effen materiaal, worden vervaardigd. Heel apart is de taille met de iets lager ingezette mouwen, die aan het manchetje zijn gezet. De rok is aansluitend en heeft garneer- plooitjes in de taille en aan de achter- kant een diepe plooi. Een brede cein- tuur van hetzelfde materiaal en de knopenook van dezelfde stof, geven cachet aan dit japonnetje. Men zal er ongeveer 1,80 tot 2 meter stof voor nodig hebben van 140 cm. breedte in de maten 42, 44 en 46. Onder vermelding van nummer 338 is dit patroon aan onze bureaus ver- jl. krijgbaar tegen betaling van 0,50 per stuk. De patronen kunnen ook per post worden toegezonden. De prijs wordt dan f 0,60. U gelieve dit bedrag in postzegels te plakken op de brief de kaart, waarop U Uw bestelling doet. Plak de zegels aan de adreszijde, naast het gewone fran je keerzegel. Bestellingen moeten voor 6 mei in ons bezit zijn. Na die datum kunnen geen opdrachten meer worden aan- vaard.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1961 | | pagina 19