INDIVIDU OF VERSCHIJNSEL? Interview met mr. Abel Herzberg Competentiestrij cl von Rrentano-Erhard Parlement wil antwoord Russische eisen torpederen het kernoverleg Volgende week begint in Jeruzalem het proces tegen Adolf Eichmann - de man die na Himmler waarschijnlijk het grootste aantal moorden op zijn geweten heeft. Van het ogenblik af dat een Joods opsporingsapparaat deze voor malige SS'er heimelijk uit Argentinië naar Israël overbracht - het land dat naar de opvatting van ieder weldenkend mens het meeste recht heeft Eichmann te berechten - is deze verschrikkelijke naam vrijwel niet uit de gedachte ge weest van miljoenen mensen. Opnieuw is, sinds het bekend worden van die arrestatie, de gruwelijke geschiedenis van de Jodenvervolging rondgegaan en de onwezenlijke tijd van enkele jaren, waarin zes miljoen Joden werden afge maakt op een wijze die elk menselijk voorstellingsvermo gen te buiten gaat, kwam bij velen weer duidelijk voor de geest. KICHNiRI- Adolf Eichmanns memoires, opgetekend door een oud-SS'er (nog wel van Nederlandse afkomst), zijn dure koopwaar geworden. Het proces dat de massamoordenaar straks in Jeruzalem te wachten staat, kent zijn gelijke niet althans als men wil afgaan op de inschrijvin gen van honderden journalisten, fotografen en filmmensen. En hoe dichter de dag van de enigszins verlate berechting naderbij komt, des te sterker zal de stem der wrake klinken van miljoenen mensen voor wie nog voordat de rechters hun oordeel hebben gegeven de vraag: „Is de zwaarste straf niet veel te licht?" de sterkste binding is met de afrekening van het gruwelijke verleden. Straks vliegt een bekend Ne derlander naar Jeruzalem om zich te voegen bij de honderden uit alle delen van de wereld, die hun plaatsen in de Eichmann rechtszaal zullen innemen: dr. Abel J. Herzberg, een Joodse landgenoot, advocaat in Amster dam, auteur van de „Kroniek der Jodenvervolgingen" en de zeven, met de Wijnaendts Franken-prijs bekroonde opstellen over het con centratiekamp Bergen-Belsen, ge bundeld in „Amor Fati". Dr. Abel Herzberg. Wie hem aan Je Vermeerlaan in Amsterdam in zijn voorname advocatenkantoor ont moet en hem spreekt over de ko mende reis naar Jeruzalem en de confrontatie met de man die meer dan honderdduizend van zijn landge noten in gaskamers, op transporten en in deportatieoorden liet omko men, ivaant zich eigenlijk in een an dere wereld. Tussen de muren van het deftige herenhuis hangt een onwezen lijke sfeer. Wij kwamen over Eichmann spre ken. ,.U kent hem toch. U weet toch...?" De wereld schreeuwt om wraak. De ferme slogan „opdat ons nage slacht het wete" wordt nieuw leven ingeblazen nu de grootste nog in le ven zijnde misdadiger voor zijn rech ters treedt. Dr. Abel Herzberg. Hij kwam te rug uii de diepste lagen van het in ferno. Zesendertig familieleden ble ven achter. Hij was boven de vijftig en het gold als algemeen bekend, dat de mortaliteit van de vijftigers in de concentratiekampen honderd pro cent was. Als er één aanwezige straks in de rechtszaal van Jeruzalem bevoegd is tot oordelen over hetgeen geschied is met de Joden van de wereld, dan is het toch wel deze Abel Herzberg. Maar aan de Vermeerlaan, achter het Rijksmuseum in Amsterdam een van' de weinige plekken in het hart /an de hoofdstad, waaf men ruim zicht heef» gaal geen vuist omhoog. Geen vloek om Eichmann Daar behoef* de journalist voor zijn verhaal geen steun te zoeken bij su perlatieven ingegeven door een man die ei eens zelf bij was. Hij mag noteren: „Ja, inderdaad, ik heb het gehaald", fin dr. Herzberg voegt er aan toe: waaruit eens te meer bevestigd wordt, dat onkruid niet vergaat Het verhaal van dr. Herzberg, zo als hij het zou willen, is zó: „Gebo ren 1893 advocaat sinds 1918 en al tijd in Amsterdam gewoond nu ja met .uitzondering van de Duit se tijd dan" In een van zijn opstellen in „Amor Fati" schrijft hij: „Wanneer men na een paar jaa» afwezigheid en een wel wat langgerekte vakantie in Bergen- Belsen bet was een vakantie van de cultuur op een zomeravond weer "ens In een eigen bed ligt, zon der boven en zonder beneden-buur man, ji een echte kamer, en hel raam staat opeD en de wind beweegt de gordijnen en buiten slaat een klok, dan komt van lieverlede de vraag omhoog: wat is er toch eigenlijk ge beurd? flltler is dood en hij had be loofd mij te zullen vernietigen, maar ik luister naar een merel, die op een tak van een boom in de tuin zit te fluiten." Voor allen die terug gekomen zijn is het waarschijnlijk zo als voor dr. Herzberg: „een schimmenspel, een film. Zijn wij er waarlijk geweest, zo als wij -«(aren. óf was het onze scha duw, diif" wij daar hebben zien mee spelen in een al te sinister spel?" Menigeen had zijn ziel en zinnen thuis vergeten, bij al wat hem van oudsher lief was geweest. Hij herken de zienzelf wel in het kamp, maar ongeveer zo als hij zichzelf herkent op een foto. En wat hij nu „herinne ring" noemt, is een samenspraak tus sen zijn thuis gebleven ziel en zijn teruggekeerde schaduw. Daarom, zegt dr. Herzberg in zijn „Amor Fati", kan het zo moeilijk zijn, duidelijk te maken hoe het eigenlijk was. Zo moeilijk als het nauwkeurig navertel len van een droom. Toch moeten voor deze Amsterdam se advocaat met zijn fijnbesnaarde, scherp analyserende geest, grote flar den uit de droom weer opnieuw wer kelijkheid zijn geworden, toen hij, na de bevrijding door de Russen in Oost-Dui Island en zijn .terugkeer in Amsterdam, begon aan zijn „Kroniek der Jodenvervolgingen". Toen hij zijn zeven opstellen over Bergen-Bel sen schreef; toen de Scharführer, de Capo en de griet weer tot leven kwamen in „Amor Fati". ïoen ook de Joodse schoolmeester Labi uit Bengazi en zijn onzichtbare strijd in Bergen-Belsen hem weer duidelijk voor de geest moet h.ebben gestaan en ten slotte ook de laatste trein zijn lo me slagen stampte in het brein van de teruggekeerde. Men Kan het verleden niet meer te rughalen bij dr Herzberg. Misschien alleen enkele close-ups. Maar na de eerste publikaties van dr. Herzberg hebben talrijke verzoeken hem be reikt méér véél méér te ver tellen. De eerste druk van „Amor Fati" verscheen in 1946, de tweede druk een jaar latei en vorig jaar ging het boekske samen met het dagboek van dr. Herzberg „Tweestromenland" in vierde druk in pocketvorm van de drukpers. Welk een' moed was er voor nodig in die verschrikkelijke jaren nog te denken aar een dagboek. „Toen ik in Bergen-Belsen aankwam dacht ik: jongens, dit ga ik opschrij ven". vertelde dr. Herzberg ons. De Joodse gevangene stelde zich voor een leidraad te maken voor een volledig relaas, aat hij bij zijn terugkeer zou kunnen samenstellen De vodjes pa pier, die de clandestiene aantekenin gen Devatten, werden in het grootste geheim ïoor de gevangene verborgen. Zij maakten ten slotte het laatste transport mee de lange reis van de rijdende mestvaalten, waarin de Duitsers nun prooi vasthielden. Dr. Herzberg schrijft over die transpor ten uit de laatste dagen van de oor log: „De Satan, die wij kennen uit het verhaal van Job, begon zich blijk baar op een goede dag te vervelen met ie kampen. Want de ellende kan nog zoveel toenemen, zij houdt op indruk te maken, zodra zij een tonig wordt. En zij was eentonig ge- ivorder.. De fantasie der gruwelijkheid raakte uitgeput. Er moest iets nieuws gebeuren en daarom zei de Satan: „Wij gaan de hele boel op wielen zetten en ermee door de we reld rollen..." Welk een geest njoet er achter en in deze man gezeten hebben, dat hij aan zijn dagboek kon blijven denken tot de laatste dag, toen de Russen hem tegemoet kwamen met hun „tawa- risjtsji swoboda" kameraden, vrij heid! Het dagboek kwam met naar Ne derland. In her „Tweestromenland" is het meer geworden dan een leidraad voor een volledig relaas. De geschied schrijver mag er uit putten. Tot hem zegt dr. Herzberg: Zo zag de dagelijk se dag er uit in het hart van Euro pa omstreeks het midden van de twin tigste eeuw. Maar zijn vodjes met aantekenin gen tastten dieper door en veel di recter. Deze generatie nog de oude ren, die het zelf meegemaakt hebben en de jeugd, die het van horen zeg gen moet hebben zal door dr. Herz berg voor de klemmende vraag ge steld worden; „Probeer die blonde Ir- my de dolle furie uit het vrouwen kamp van Belsen, probeer de Schar führer, de Capo en al die anderen voora) naar waarheid te treffen, zoals dr. Herzberg zegt. Het is volgens hem niet alleen van belang hoe en wat er over de kampen van de tweede wereldoorlog is en wordt geschreven, maar vooral dat men het gebeurde tracht te begrijpen. Wat is de reactie geweest op de ar restatie van Adolf Eichmann? De wereld heeft gehuiverd. Zij is ontsteld geraakt over de eerste be richten over wat die Eichmann alle maal gedaan heeft. Want wie kende Eichmann? Dr. Herzberg vindt dat schelden ge zond is en misschien ook wel noodza kelijk, maar hij ziet het niet meer dan als een reactie op verschijnselen. Het is bovendien geen sterke reactie. En dat het voor velen bij schelden blijft, vond dr. Herzberg ernstig. Terwijl wij met hem praten op zijn kantoor aan de Vermeerlaan in Amsterdam, staat hij van zijn stoel Voorplaat van „Amor fati" en „Tweestromen land", het pocketboek, geschreven door dr. Herzberg. op. Met het uitzicht voor het raam op net grote Museumplein tracht hij ons de zin van zijn dagboek nader te verklaren, alsof hij zeggen wil: „Ik ben soms zo moeilijk te begrijpen." Zo is het eigenlijk ook. Er komt een Joodse lardgenoot terug uit Ber gen-Belsen één van de zeer weini gen - die de hel gezien heeft. Die na de bevrijding is aangeraakt door een vreselijke ziekte de vlektyfus. „Je icefde en je meende dood te zijn, je beleefde de depersonalisatie, de splitsing van de persoonlijkheid", zegt dr. Herzberg. Er komt genezing. Hoe vaak misschien wel heeft dr. Herz berg de film zien terugdraaien het schimmenspel zoals hij zelf zegt. Hoe vaak is bij deze diepe denker, die al hetgeen er gebeurd is, niet kwalifi ceert met „schurken, misdadigers, bende en tuig' hoe vaak is bij hem de herinnering niet levend ge worden of hij wilde of niet. De herinnering die hij de samenspraak noemt tussen zijn thuis gebleven ziel en zijn teruggekeerde schaduw. Ja, het is moeilijk om het te be grijpen Elke dag lezen we over pro cessen tegen oorlogsmisdadigers. Maar dit is een heel grote, die Eichmann. En wij zeggen allemaal in koor dat het de grootste schurk is. Dr. Herzberg stelt daar iets anders tegenover. Wij komen met dr. Herzberg pra ten over vroeger en nu en over zijn reis straks naar Israël, waar Eich mann voor zijn rechters zal komen tc staan. Met grote nadruk verklaart dr. Herzberg ons: „Het gaat niet om die Eichmann het gaat om ons! Ik ben zo bang dat wij het met de kwalificatie willen doen. Het was een schurk klaar af, punt en verder niets meer. Maar wij moeten niet bang zijn voor de misdadiger. Er is een maatschappij cn in elke maat schappij komen misdadigers en aso- cialen voor. Maar de criminaliteit krij gen we wei onder de knie. De ernst van het proces-Eichmann is, dat onze hele beschaving hiermee gemoeid is. Voor wie deze dr. Herzberg niet kent is een gesprek met hem misschien een ontnuchtering. Het kan ook zijn een ergernis. Men kan zijn scherpe analyses ook ervaren als een college. En toch zegt hij het zo simpel. Bijna te eenvoudig om het te kunnen begrij pen. Wie in een beschouwing over de tweede wereldoorlog en de Duitse' mas samoorden kan putten uit het rijkste buiten-vocabulaire arsenaal, heeft de massa achter zich en dr. Herzberg is er zich van bewust dat je dat niet hebt, als je van Eichmann zegt dat het een normaal mens was. Dan wordt het ernst! En toch is het de mening van dr. Herzberg en hij is daarin niet mis te verstaan dat een groot deel van de oorlogsmisdadigers, die wij in de loop der tijden voor de groene ta fel gezien hebben, die dc strop of de kogel kregen, of die achter de tralies gingen, in aanleg geen echte misda digers waren. D.w.z. geen a-sociale types. Misschien zelfs wel integendeel. „Dat nu juist vind ik zo buitengewoon ernstig. Dat legt ons de verplichting op maatschappelijke verhoudingen te creëren, waarin de machtsbehoefte als leidend beginsel niet kan opko men". Duidelijk stelt dr. Herzberg het probleem van het massaverschijnsel in zijn eerste opstel over Bergen- Belsen, waarin hij zegt, dat wij maar al te gauw geneigd zijn die Sturmfïihrer en de Scharführer en al die anderen een Duits monopolie te verlenen. „Dat is op zichzelf begrijpelijk ge noeg. Ten eerste wassen wij onszelf daarmee schoon. Als wij zeggen, dat hij een Duitser is, bedoelen wij, dat wij onszelf niet in staat achten in die mate te degenereren als hij. En daarenboven begrijpen wij hem niet, noch de zinledige en nutteloze wreedheden, die hij begaan heeft. En wij kunnen moeilijk als algemeen menselijk aanvaarden, wat wij niet begrijpen. Alleen die eigenschappen, driften, hartstochten, krachten, zwak heden, die op de een of andere wij ze ook in ons leven, zij het dan al leen slapend, kunnen wij begrijpen. Daarom kunnen wij de literatuur volgen van ons overigens volkomen vreemde volken en tijden. Van Joseph Kramer, de kamp commandant van Bergen-Belsen of de SS-man X, daarentegen begrijpen wij niets. Het is of wij voor een krankzinnige staan, die in een ge heel andere wereld leeft. En daaruit concluderen wij, dat hij principieel anders moet zijn dan wij. Maar als wij nu toch eens iets van hem konden begrijpen?" Dr. Herzberg zegt dat hij geen psy chiater is cn dat hij niet verder kan komen dan de indruk van een leek, die zelfs als hij tegen de grond ge slagen wordt, de belangstelling niet verliest voor zijn tegenstander, omdat hij weet, dat deze belangstelling de eerste voorwaarde is om te zijner tijd raak en juist terug te .laan. Daarom vindt dr. Herzberg de indruk niet ge heel zonder belang. Want hij wil terug slaan, zó hard, dat wij zoiets nooit wéér zullen beleven. Maar er is kennelijk een verschil tussen het „slaan" van dr. Herzberg en dat andere slaan, dat ons beter ligt. Dat is het slaan van de man, die toen hij had gelezen dat Eichmann in de cel zat hartstochtelijk ver langde eens met die Eichmann samen in de cel te zijn. Vijf minuten vraagt hij maar Wij citeren dr. Herzberg In zijn analyse- Scharführer X kan niet met een ge wone misdadiger op één lijn worden gesteld. Er zijn cr natuurlijk onder Er zijn er, voor wie de SS gelegen heid werd om straffeloos iedere mis dadigheid bot te vieren, daaivan een goede broodwinning te maken er cr nog eer bij te behalen ook Maar de grote meerderheid is an ders. Scharführer X is niets. Hij is leeg. Men heeft hem idealisme toe gedacht. Hij bezit dat niet. Men heeft hem opvattingen toegeschreven. Hij mist ze. Men heeft in hem tenminste vaderlandsliefde of nationaal enthou siasme willen ontdekken. Hij heeft er geen zweem van. Hij heeft een maag, een hart, lon gen, darmen en nieren en hii stelt er bijzondere prijs op, deze behoorlijk te doen functioneren. Dientengevolge zijn zijn natje en zijn droogje hem heilig. Voor het overige is hij een ding. Leeg. Menige politieke partij heeft op de leegte gespeculeerd en daarmee tijde lijk succes gehad, maar de nationaal- socialistische heeft dat consequent ge daan. Uit de leegte is zij opgebouwd zij en nog meer dan zij, haar SS. Want de mens die geen overtuiging heeft en die niet weet wat hij wil, noch ook voldoende intelligentie bezit om zich een weten te verwerven en die eigenlijk alleen maar wil, dal hij niets behoeft te willen mi <lie de moed niet opbrengt om iets te begrij pen die man, die bang is in het donker en bang in het licht, die de schemering lief heeft, waarin hij kan voortdobberen op het ondiepe, modde rige slootwater van zijn gevoel; dat onvolgroeide kind, dat dc angst van zijn jeugd nooit kwijtraakt; die stum per, die eigenlijk „doodgewone" man, wat kan hij met zijn angstige, ach terdochtige, schichtige en schuchtere ziel in het gewoel van dc wereld an- ders doen dan zich te" laten biologe ren door de schijnwerpers der altijd weer opkomende krachtpatserij dan eens van keizers cn dan weer van re volutionairen? Voor ons zit de jurist Herzberg. Hij pluist zijn tegenstanders uit de oor log haarfijn uit. Hij vindt ze niet goed, niet slecht zonder meer, maar dringt dieper door in de psyche van de man, tegen wie ze gezegd hebben dat hij sterk is en dat kracht is, als je niet bang bent voor bloed. En nu is hij niet bang, schrijft dr. Herzberg. Dat wil zeggen, hij is vreselijk bang en juist daarom slaat hij er maar op los. Hij heeft angst voor zijn angst en dat noemt hij moed. En zo, om te verbergen dat zij bibberende kinde ren zijn, bombarderen zij elkaar tot man. En wat voor een man. Geen man met een confectiepakje an, maar met een uniform. „Het is allemaal uit het niets ont staan. Want aan de aanvang stond geen overtuiging, maar een gebrek aan overtuiging, en dat gebrek heeft een voortdurend groeiende onzekerheid gevoed die dan altijd weer door een groeiende schijnzekerheid moest worden gevoed. De infectie was begon- ben. En zo werd Sturmführer N of Schar führer X die als kind zo laat zinde lijk werd, als jongetje zo angstig was, als scholier zo middelmatig en als man zo „doodgewoon" van lieverlede en voordat hij wist hoe hij het had, massamoordenaar." Dr. Herzberg, die men uit deze re gelen kan herkennen, ten voeten uit, als de teruggekeerde „sans rancune" en de strijder met beginselen, ontkent dat dit allemaal Duits is geweest. Voor een groot deel wel, maar hij zegt ook: „Wat liggen ze al weer ver achter ons, nietwaar, al die figuren uit de uationaal-socialistischc tijd. Niet zó ver, niet zó ver. Ge kunt ze met de vinger aanwijzen, in besturen, vereni gingen, regeringslichamen, op kanto ren en fabrieken, onder ambtenaren, militairen, sociale werkers en organi satoren, wie in een concentratiekamp Capo zouden zijn geworden en wie niet." „Straks", zegt dr. Herzberg ons, „straks zal Eichmann in Jeruzalem bij zijn verdediging aanvoeren: „Mijn heer de president, ik heb precies het zelfde gedaan als de man, die de A- bom liet vallen op Hiroshima. Ik heb mijn plicht gedaan". „Kijk", zegt dr. Herzberg. „dat is het allerernstigste, dat zij in diepste overtuiging gemeend hebben hun plicht te doen; dat 't plicht gewor den is. En nu zijn het de vragen: kan een gewoon, normaal mens, zich verzetten tegen de algemeen heersende opvat ting? Kan hij een produkt worden van zijn omgeving en de atmosfeer om hem heen? Wat gebeurt er als je de open bare mening uitsluit de grondslag van de democratie? Hij doet een vraag: „Hoe is dat al lemaal mogelijk geweest? Hoe kunnen mensen tot zo'n laagheid vervallen?" En dan zijn we met onze kwalificatie „schurk" niet klaar, vindt. dr. Herz berg. Hij zou er vrede mee hebben, als het een handvol Duitsers zou be- Over hulp onderontwikkelde gebieden (Van onze correspondent in Bonn) De oude controverse tussen de ministeries van buitenlandse za ken en van economische zaken, tussen de ministers dr. Von Bren- tano en prof. Erhard, over de hulp aan de onderontwikkelde gebie den is weer opgelaaid. Beide mi nisters menen namelijk dat de ver deling van de miljarden, die voor deze hulp zijn uitgetrokken, onder hun competentie valt. Deze controverse kwam reeds aan het licht toen na de ondertekening van de Romeinse verdragen de integratie van de Europese „zes" op gang begon te komen en in de Bondshoofdstad de vraag rees of de E.E.G. een economi sche of een politieke organisatie was. En dus: of prof. Erhard of dr. Von Brentano pennevoerend zouden zijn. Alvorens de ontwikkelingslanden, die van de Westduitse gelden zullen gaan profiteren, kunnen beginnen met de besteding van de uitgetrokken miljarden (er ligt tot dusverre echter nog geen koperen pfennig op tafel) zal men in Bonn eerst moeten trach ten enige eenheid te brengen in de organisatie. Ook de beide grote partijen in het Westduitse parlement, de Christelijk- Demokratische Unie en de Sociaalde- mokratische Partij, willen van de regering weten, bij wie nu feitelijk de competentie voor de verdeling van de ontwikkelingshulp berust en wanneer er een einde komt aan de strijd tussen minister von Brentano en prof. Erhard. Het is niet onbekend gebleven, dat alle onderhandelaars, die naar Bonn kwamen zowel de oud-minister van financiën der Verenigde Staten Ander son (in november van het vorige jaar!, als meer recentelijk de onderstaatsse cretaris voor economische aangelegen heden van het Amerikaanse State De partment George Ball en de Britse mi nister van financiën Selwyn Lloyd tweemaal moesten vertellen, wat zij op hun hart hadden. Eerst bij prof. Erhard (die daarbij al tijd de assistentie had van zijn collega van financiën Franz Etzel! en dan la ter nogmaals op het ministerie van buitenlandse zaken, bij de secretaris generaal dr. Hilger van Scherpenberg (bij ontstentenis van minister Von Brentano). TEGENSPRAAK Evenmin is onopgevallen gebleven, dat de verklaringen die de rtiinisters Von Brentano en prof. Erhard over de vorm -en omvang van de toekomstige Westduitse ontwikkelingshulp hebben afgelegd, vaak met elkaar in tegen spraak waren. Minister Von Brentano, wiens taak het tenslotte niet is om de be nodigde gelden bij elkaar te bren gen en wie het ontwikkelingsgeld derhalve vermoedelijk wat losser in de zak zit, sprak enige malen van een vast bedrag van een mil- De Amerikaanse democratische sena tor Alberg Gore, die lid is van de Ame rikaanse congres-commissie voor dc kernenergie, heeft donderdag op een persconferentie te Genève verklaard dat de Sowjetunic het Brits-Amerikaans- Russische kernwapenoverieg, dat reeds geruime tijd te Genève wordt gevoerd, zal hebben getorpedeerd, wanneer zij vasthoudt aan haar cis dat aan het hoofd van de controle-organisatie, die toezicht zou moeten houden op de na leving van een verbod op proefnemin gen met kernwapens, een drie man sterke bestuursraad zou moeten ko men te staan. „Ik zal nog vanavond (donderdag avond) aan president Kennedy telegra feren dat hij en de Britse premier Macmillan er goed aan zouden doen eerst opheldering te doen vragen over deze Russische eis tot instelling van een vetorecht, voordat zij hun afgevaardig den langdurig over bijzonderheden laten onderhandelen", aldus senator Gore. De Russen volgen niet slechts een vertragingstactiek; zij nemen thans en dat is erger een standpunt in, dat nog minder aanvaardbaar is dan de Sowjetrussische positie bij het opschor ten van de onderhandelingen in decem ber 1960", aldus senator Gore. jard dollar (ongeveer vier miljard gulden) per jaar. Hij werd snel op de vingers getikt door zijn collega's prof. Erhard en Etzel, die zeiden dat er van een vast bedrag geen sprake kon zijn, dat men zich niet voor vele jaren achtereen kon bin den en dat er „sowieso" nu maar eens een einde moest komen aan dat gesmijt met miljarden, waar van de minister van financiën niets afwist. Minister Von Brentano plaatste nóg een canard in de wereld, toen hij in een gesprek voor de Westduitse televi sie de indruk wekte, alsof er al een compleet Westduitse vredeskorps ge reed stond om in de ontwikkelingslan den actief te worden. Een half jaar geleden werden de ministers Erhard en Von Brentano het er over eens, dat men een strijd over de ontwikkelingshulp-competentie moest vermijden. Binnen het kabinet werd een „interministeriële commissie voor ontwikkelingspolitiek gevormd" met rou lerend voorzitterschap tussen minister Von Brentano en prof. Erhard. De com missie werd bijgestaan door twee sub commissies, een voor technische hulp onder aanvoering van ambtenaren van B.Z. en een voor kapitaalhulp onder leiding van Erhard-discipelen. Veel heb ben deze commissie en twee subcom missies niet bijgedragen tot de ont'.vik- kelingshulp-„planning". Dat was ook niet acuut: er was nog geen geld. ANTWOORD Op 19 april wil evenwel de oppo sitionele S.P.D. via een interpella tie antwoord hebben op de vraag, onder wie nu dc ontwikkelingshulp komt te ressorteren. Ook voor het parlement is dat nl. van belang: het heeft zijn eigen commissie voor ont wikkelingszaken en deze wil wel graag weten, met wie zij nu eigen lijk te maken heeft. Zij wil niet meer van het Brentano-kastjc naar de Er- hard-muur worden gestuurd. Intussen hebben zowel dr. Von Bren tano als prof. Erhard de zaak geprc- judicieerd: op beide ministeries is een nieuwe afdeling voor ontwikkelingshulp gesticht. Beide ministeries hebben daar mede een eigen organisatie gecreëerd, die nu zal proberen om de zeggenschap over de ontwikkelings-miljarden aan zich te trekken. Prof. Erhard heeft daarbij een kleine voorsprong op dr. Von Brentano: hij hoeft er geen speciale ambtenaren voor aan te nemen, hoefde derhalve in zijn begroting geen nieuwe salarisposten te zetten en kon dus direct beginnen. Minister Von Brentano moest wach ten tot zijn budget door de Bondsdag was. Aan salarissen alleen zou zijn nieuwe B.Z.-afdel'ing 300.000 mark per jaar kosten. Desondanks hoopt het ministerie van Buitenlandse Zaken door bondskanse lier dr. Adenauer, na diens terugkeer van zijn vakantie aan het Comomeer, met de opgaven der ontwikkelingshulp te worden belast. Men meent n.L te we ten, dat de bondkanselier er weinig brood in ziet zijn plaatsvervanger en eventuele opvolger, prof. Erhard, al te veel macht en zeggenschap te geven. Weer beschuldigingen tegen Ver. Staten De propagandisten van het regime- Caslro hebben nieuwe beschuldigingen van agressie gericht tegen de Verenig de Sta.en in een kennelijke poging om steun bij het volk te krijgen voor het revolutionaire bewind. Het semi-officiële dagblad Revolucion viel in grote koppen op de voorpagina het onlangs gepubliceerde witboek van president Kennedy over Cuba aan. Ook maakte het blad in een aantal berichten me.ding van Amerikaanse complotten tegen Cuba. De berichten waren afkom stig van het Cubaanse nieuwsagent schap. De regering van Cuba heeft gisteren bekendgemaakt, dat twee groepen con tra-revolutionairen, die onereerden in de Oriente provincie, onschadelijk zijn gemaakt door de gevangenneming van 107 rebellen. Twee Cubanen zijn in de gevangenis La Cabana geëxecuteerd. Het waren Carlos Manuel Delgado, die veroordeeld was wegens het doden van kapitein Hec. tor Salinas tijdens een vuurgevecht in februari en Dalmacio Palmont Solet, de veroordeeld was wegens het aan brengen van bommen in een bioscoop en andere gebouwen. Dean Acheson in ens land aangekomen Dean Acheson, de voormalige minister van buitenlandse zaken van de Ver enigde Staten, is vanochtend om 7 uur met zijn echtgenote in een dc-8 ma chine van de KLM uit Ntew York op Schiphol aangekomen. Hij zal in Den Haag voor het internationale hof van justitie als rechtskundig adviseur in een procedure tussen Thailand cn Cambodja een eis van Cambodja tot teruggave van een stuk land met een tempel er op be pleiten. treffen. Maar het zijn erhonderddui zenden, miljoenen Want met „Befehl ist Befehl" be doelen zij allemaal duidelijk te stellen dat het hun plicht was en dat zij opgenomen waren in de collectiviteit waaraan zij zich niet konden onttrek ken" Nog eens met grote nadruk: „Onze beschaving staat op het spel". Voor dr. Herzberg is deze Eichmann eigenlijk helemaal niet belangrijk. Het vonnis van tien, twintig jaar, of le venslang, kogel of strop kan ons niet behoeden voor een tweede „Hitltr- Duitsland". Wel als wij in hem, en al die anderen, zien waartoe de mens in staat is in de scheefgetrokken, onder steboven gegooide menselijke verhou dingen. Uit alles wat dr. Herzberg ons vertelde, mogen wij dan ook de vraag distilleren: Wèt doen we met Eichmann niet alleen in de beoordeling van de man, maar in ons streven naar het andere? Hem hangen zonder meer? Of hem begrijpen? Onze plicht is het maatschappelijke verhoudingen te creëren, waarin de machtsbehoefte als leidend oeginsel niet kan opkomen, maar waarin de zin gestalte krijgt. De zin van de hou ding van de Joodse schoolmeester uit Bengazi. die de soep van Bergen-Bel sen versmaadde, omdat er bij tijd en wijle een stukje paardevlees in dreef en het eten van paardevlees verboden is Dat verbod gold natuurlijk niet on der deze omstandigheden. „Ook La- bi wist, dat het niet gaat om soep of paardevlees, maar om de eerste zin uit de menselijke beschaving. Om de erkenning, dat er iets is. dat mag en iets, dat niet mag", schrijft dr. Herzberg Labi is gehaald door de paarden die de lijken ophaalden. Maar er is voor dr. Herzberg toch iets van hem overgebleven: de zin, die sterker is dan de paarden en de Rottenführer. Hij is dat, wat menigeen houding heeft gegeven. Hij is de tegenkracht die de onzichtbare strijd gestreden heeft, onzichtbaar, maar niet min der belangrijk dan die van de wa pens. Het is heel sterk gezegd van dr. Herzberg. Het is onbegrijpelijk voor iemand, die de Scharführer en de Sturmführer niet begrepen heeft, die geen waarde hecht aan de zin van Labi en ook onbe grijpelijk voor degene, die rea geert in eerste en laatste instan tie: „Die Eichmann is een schurk zonder meer." Maar dr. Herz berg zegt: „Hiermee is het grote probleem nog niet eens aan de orde gesteld, laat staan opgelost. Dat probleem is: dat het blijkbaar mogelijk is, zódanige omstandig heden te scheppen, dat normale mensen tot moordenaars worden, zonder te merken hoe. Dit ver schijnsel, waarin wij vroeger nooit hebben geloofd, maar waarin wij nu wel móeten geloven, is veel belangrijker dan de persoon Eich mann." H. J. Idema

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1961 | | pagina 9