badhanddoek
Burger stelt eisen voor
rooms-rood samengaan
EU
Prijzenwet en begroting
werden z.h.s. aanvaard
Dienst op Golgotha', een
spel in Lij denstij d
Voor gemeenten vaste
financiële basis
De Zon gaat op
P.v.d.A. bereid tot meeregeren
Toespeling; op medewerking
aan de Kinderbijslagwet
Vanavond op het scherm:
I9f
—(UW
E LEIDSCHE COURANT
11
DONDERDAG 23 MAART 1961
7, 13, 17, 22, 25, 27, 30, 31.
('23, 29, 34, 36, 38, 39, 42, 45.
fcuteur A. A. Polman heeft hier
stand gecomponeerd die er zijn
Het lijkt een tamelijk onschuldig
sliet je, maar u zult het toch
r >eten uitpluizen. Het (fraaie)
[(lief is bekend en in dit geval met
zetten uitgediept.
Schaak-vvuag 75
lé stand in het tweezettige pro-
sn van F. A. Sonnenfeld was:
It^Kbl, Db4, Tel, La8, Pc3 en Pe4.
ivaH: Kd3, Tc7 en Tf7, Pe3 en Pe5,
14, c!4 en d7.
e èleutelzet is 1. Pc3e2, dreigt
mat. Dit levert de volgende
(anten op: 1Fc2; 2. Pel
t. 1Pc6; 2. Pc5 mat (niet
1Pf3; 2. Pf2 mat. 1. Pf5;
Pf4 mat (niet Pf2). 1Tc4;
)d2 mat. 1Pc4; 2. Pel mat
et pd2).
Bridge
>e (oplossing van het tegenspelpro-
ern va'ft gisteren is als volgt: Noord
et'klaVeren naspelen! Het spelen
harten 8 door Zuid in slag 3 is
m. lavinthal-signaal en vraagt de
;ner om.de laagste kleur terug te
liep. In de praktijk zag Noord har-
18 vo.or een „hoge"' kaart aan,
a.w. qjen verzoek om schoppen te
ilèrt. Noord deed zulks, waarna West
":pel rpaakte.
kaartverdeling was op dat mo-
naipelijk.zó:
(H 10 6
V 7 3
C B 10
7
H V 4 2
Tqen Noord schoppen 2 naspeelde,
rfl in Oost de 9 gelegd. Zuid speelde
oppeiivrouw, West nam met de
:h Hierna haalde West de troeven
lit, verloor nog slechts 1 slag in
ïoppep emklaverèn en won het spel.
(oord bad' .echter uit het bijspelen
Weslt kunnen weten, dat harten 8
1 Zuifi de laagste harten was, wei
hij op dat moment bezat en had
met klaveren moeten terugkomen,
ist moet dan later de schoppenkleur
eigen hand spelen en gaat één
n!
JACK DIAMOND
Hekwerk-puzzel
T
2
3
'•rf-F'
6
w
4. kleinigheid, 5. zegel,
6. kleine deur in een poort;
[ouiöérwe's fraai meubelstuk,
^ertjcaal: 1. geloofsheld, 2. zelf-
Wust, deftig ep fier; 3. betogen.
OPLOSSING VORIGE PUZZEL
Horizontaal: 2. kater, 6 mt, 8. al, 10.
4, 11. kei, 12. lol, 14. edelen, 16. does,
Eris, 13. eng, 19, aren, 21. eens, 23.
ia, 25. tred, 26. Bern, 27. Bremen, 29.
di 30. aan, 31. roe, 33. Se, 34. L.S.,
aster.
Verticaal: 1. Malden, 3. A.D., 4. toe,
elders, 6. mees, 7. tin, 9. loon, 11.
inket, 13. legeren, 15. ere, 19. anders,
sander, 22. Eem, 24. Eros, 25. tras,
bal, 28. not, 32. Ee.
FAILLISSEMENTEN
(Opgegeven door Van der Graaf Co)
UitgesprokenJ C WfinberK. conf.. Voor-
lorgstraat 53rd.f Haarlem, cur. mr. L AU
Cohen.
VernietigdF L Verbeek makelaar, Vos-
•lusstraat 38, Adam.
Geëindigd NV Ir H P Camlnada. Den
Haag: NV Ned. Scholti-n. idem. J A
Aarninkhol. bouwk. dr. Sloetstraat 24. Ol-
jdenzaal; P de Geus, makelaar. Dorpsstraat
MM. Oudkarspel
Surseance voorl. aan E Blaauw, kweker,
Azaleastraat 22, Sappemeer.
„Wanneer de Volkskrant, benard vanwege Neerlands bestuurloosheid.
ons van partijpolitieke verkiezingswinst-verlangens verdenkt, dan is hier
ons antwoord: te weten dat wij terstond bereid zijn tot vorming van een
sociaal en cultureel progressief kabinet, tevens ter afwikkeling van het
Nieuw-Guinoavraagstuk, ter oplossing van de woningnood, tot het her
nieuwen van uitzicht biedend landbouwbeleid en een politiek van ver
mogensspreiding". Met deze volzin gaf mr. J. A. W. Burger vanmiddag
antwoord op de vraag „Waarom hebben wij een toestand in het verschiet
dat geen enkele combinatie meer te vormen valt waarmee gewerkt kan
worden?" Hij deed dit op het vandaag begonnen congres van de Partij
van de Arbeid, dat in Rotterdam wordt gehouden.
Mr. Burger besloot zijn rede met
met te zeggen: Terecht wordt ver
ondersteld dat de Partij van de Ar
beid niet bereid is gemakkelijk en
op losse voet aan een kabinet deel te
nemen. Maar nimmer hebben wij aan
leiding gegeven tot de veronderstel
ling dat partijpolitieke belangen voor
ons doorslaggevend zouden zijn.
Behalve het vraagstuk der bestuur
loosheid .behandelde de heer Burger
de door hem als volgt geformuleerde
vraag: Waarom is het kabinet-De
Quay een mislukking?
Hij zeide eerst: Dit kabinet doet het
niet bij het Nederlandse volk en wel
bepaaldelijk omdat het onbekwaam en
dubbelzinnig opereert, voorts omdat
het de consequenties van zijn beleidslij
nen niet doorziet en ten slotte omdat
het dientengevolge geen vertrouwen
weet te wekken. De loonpolitiek noem
de hij een misleiding, die zieh kenmerkt
door krampachtig dirigistisch overheids-
ngrijpen. „En wat het aandeel van de
werknemer in het nationaal inkomen
betreft, voor zover dat op zijn pootjes
terecht kwam, was dit dank zij de hard
nekkige hoogconjunctuur en het losla
ten van de regering van eigen uitgangs
punt."
r. Burger vervolgde: Het volkswo-
ningbeleid was niet minder misleidend.
Zo notoir zelfs dat het tot een open
kabinetscrisis heeft geleid. De belangen
van de minst-draagkrachtigen moesten
wijken voor de bouw in de vrije sector
Aan de beloofde belastingverlaging ga
ik maar voorbij, sinds alom is erkend
dat er slechts sprake is van belasting-
verschuiving.
Uitvoeriger ging spreker li op «Je
buitenlandse politiek. „Welnu", zo zei hU.
„lettende op de positie die Nederland
in de wereld inneemt, wordt het ons
soms vreemd te moede. In capaciteiten
niet achterstaand by andere volken en
anze bedoelingen zeker niet egoïsti-
scher en bekrompener, schijnt toch onze
deelname in internationale contacten
minder perspectiefrijk dan men onder,
die omstandigheden zou mogen ver
wachten." Hij weet >dit aan „dubbelzin
nigheid en onwaarachtigheid".
Over het Nieuw-Guineabeleid zei mr.
Burger onder meer, „dat dit kabinet
wel degelijk ons Nieuw-Guineabeleid
onderwierp aan het oordeel der V.N.,
dat het slechts een betrekkelijke plaats
nruimt voor onze verplichtingen jegens
de Papoea's, dat het niet langer schermt
met Amerikaanse toezeggingen van mi
litaire hulp." Daartegenover stelde hij:
„De Partij van de Arbeid aanvaardt de
consequenties van het beleid van het
verleden, maar is niet bereid een doel
bewuste oplossing van het probleem
naar het tweede plan te verschuiven,
j Zij heeft ook geen bezwaar tegen mili
taire bescherming van onze landgeno
ten. die daar overze nuttig werk doen.
maar aan de dwaasheid van een soort
bewapeningswedloop met Indonesië,
daartoe is zij niet bereid. De Partij van
do Arbeid wil inzake Nieuw-Guinea
een internationale oplossing beproeven,
zoveel mogelijk in overleg met belang
hebbende ons bevriende mogendheden
en in ieder geval met erkenning van de
laak en de moeilijkheden die de U.N.O
en haar organen heeft, althans op het
terrein van de regionale conflicten."
Ook stond de heer Burger langdurig
stil bij de eventuele mogelijkheden voor
een ander kabinet dan het huidige.
Eerst beantwoordde hij de vraag „Waar
om kan de Partij van de Arbeid geen
kabinet vormen met de protestantse
partijen?" Hierop zeide hij onder meer
MR. J. A. W. BURGER
.mogelijkheden
„Hadden de anti-revolubionairen bij de
laatste kabinetscrisis, in plaats van on
der elkaar ruzie te gaan maken, con
sequent doorgezet, krachtens het ada
gium: wie breekt betaalt, en hadden zij
dientengevolge tot een arrangement met
de P.v.d.A. weten te komen, dan zou
ten eerste die A.R.- hulptroep-van de
K.VP. na jaren, weer -een eigen zelf
standige factor zijh gewórden; ten twee
de zou de parlementaire democratie op
klassieke wijze hebben gefunctioneerd,
met de liberalen en de K.V.P. in oppo
sitie. Omdat de PvdA weigert voor
de K.VP. te buigen, daarom is de sa
menwerking P.v d.A./K.V.P. gebroken.
En Nederlands onbestuurbaarheid dreigt
daarom, omdat de K.V.P. in werkelijk
heid geen alternatief duldt. De te vaak
gewekte indruk van serviliteit van de
protestantse partijen en de V.V.D. aan
de K.V.P., heeft er toe geleid dat dp
Partij van de Arbeid het enige politieke
alternatief ls. Het wil mij voorkomen
dat de K.V.P., in plaats van te peinzen
hoe zij de Kinderbijslagwet met behulp
van de P.v.d.A. in het Staatsblad kan
krijgen, zioh beter kon afvragen of
haar conservatieve vleugel bereid
een socialistisch alternatief te honore
ren.
Hierna schetste de heer Burger wat
dit alternatief zou moeten inhouden:
herziening van de Invaliditeitswet, ver
betering van de voorzieningen voor
ouden van dagen, industriespreiding, ge
lijke kansen voor onderwijs en ontwik
keling. verhoging van de leerplichtige
leeftijd, het afschaffen van schoolgeld,
verruiming van de sportaccommodatie,
enz.
II oningvraagstuk
Langer stond hij stil bij het woning
vraagstuk: Ter oplossing daarvan be
pleitte hij een langjarig bouwprogram
ma en een standvastig overheidsbeleid,
regeringsbevoegdheden om het program
ma niet door financierings-moeilijkhe
den in gevaar te doen komen en stimu
lering van alle maatregelen, waardoor
de ontwikkeling van het bouwbedrijf
naar industrieel grootbedrijf wordt be
vorderd en ten slotte stichting door de
overheid van of deelneming aan bouw
ondernemingen, die prijsregulerend op
treden en die experimenteel werk doen
„Een gebiedende eis is daarbij", aldus
mr. Burger, „dat de woningproduktic
meer wordt gericht op de behoefte van
de bevolkingsgroepen met lagere inko
mens.
Niet minder wezenlijk voor regerings
deelname achtte de heer Burger het ten
uitvoer leggen van een perspectiefrijk
landbouwbeleid.
Na nog enkele andere desiderata Ic
hebben genoemd, zeide hü dat de be
stuurbaarheid van Nederland niet af
hankelijk is van partijpolitieke verlan
gens van de Party van de Arbeid naar
verkiezingswinst, maar van de vraag
welke offers de K.V.P. bereid is te bren
gen ten behoeve van progressief beleid.
In welk verband hü onder meer op
merkte: De K.V.P., spelende met de ge
dachte dat de P.v.d.A. haar zal helpen
aan het aanvaarden van de Algemene
Klnderbüslagwet, mag niet alleen weten
dat wy inderdaad in beginsel In kinder-
hyslagrcgelingen een van de weinige
politiek bereikbare middelen zien om
de minder-draagkrachtigcn een iets gro
ter aandeel te verstrekken in het natio
naal Inkomen, maar die K.V.P. moet ook
weten dat wij menen dat het vraagstuk
van de vermogensspreiding in de ac
tuele politiek behoort te komen.
Hij stelde als eis dat ook vermo
gensvermeerdering in de privésfeer
belastbaar behoort te zijn en dat on
dernemingen die publiekelijk een be
roep doen op geld van het publiek,
dientengevolge gehouden zijn een
juist en nauwkeurig inzicht te ver
strekken in hun financieel-economi
sche positie, gepaard met controle
van een passend orgaan. 'Ten slotte
eiste de heer Burger het scheppen
van middelen om te komen tot winst
deling aan loontrekkenden in een pas
sende verhouding tot dividenden en
bet stellen van nauwe grenzen aan de
j cumulatie van commissariaten.
(Van onze parlementsredactle)
De Eerste Kamer heeft gistermiddag
zonder hoofdelijke stemming het ont-
werp-Pryzenwet aanvaard. Slechts de
Y.V.D.-fractie, op haar voorzitter mr
H. v. Kiel na, verlangde aantekening te
gen te hebben gestemd.
Prof. Witteveen (Lib.)' c.s. wensten op
zijn minst objectieve criteria voor het
niet-toepassen van deze wet, maar de
minister kon hen die niet geven. Wel
beloofde hij prof. De Gaay Fortman
(a.r dat prijsmaatregelen als in de
Prijzenwet mogelijk worden gemaakt,
ultimum remeaium 'uiterste middel)
zullen blijven.
De enige liberale voorstemmer, de
heer Van Riel, zette uiteen waarom hij
„op theoretische gronden" tot een an-
derfe conclusie meende, te moeten ko
men dan zijn fractiegenoot prof. Witte
veen, wiens beschouwingen hem overi
gens sympathiek waren. Mf. Van Riel
vond. dat de regering tot dusverre „door
een verstandig opportunisme" een gé-
slaagde conjunctuurpolitiek heeft ge
voerd. De Prijzenwet (waarvan een
„schrikwerking" uitgaat) is voor haar
een middel om op deze weg voort te
gaan. Men mag het haar daarom nie»
onthouden
Ook-de begroting tvan economische
/.aken voor 196Li'.^ord zonder hoofde
lijke stemming aangenomen. Tijdens dc
discussie daarover zei minister De Pous
het er met zijn partijgenoot dr. Lirh-
tenauer (c.h.) over eens te zijn, dat de
waarde van de macro-economische be
schouwingen niet moet worden geabso-
luteerd. De regering heeft zich overi
gens niet aan onderschatting van de
mens schuldig gemaakt. Haar beleid is
juist in de eerste plaats gericht op dc
bescherming van zeer bepaalde mense
lijke belangen (vergeten groepen e.d.)
Voor de wens van de heer Lichtcn-
nuer dat er een apart departement voor
Europese integratie zal worden gesticht,
kon de minister geen sympathie opbren
gen. Hij wees erop, dat bijna elk stuk
nationaal beleid een nauwe verweving]
vertoont met bepaalde aspecten van de
Europese economische integratie. Over
de verhouding tussen de Zes (EEG) en
de Zeven (EFTA) zei de heer De Pous,
dat er genoeg tekenen van beweging
vallen te onderkennen, die hoop geven
op een uiteindelijke oplossing van de
moeilijkheden.
Staatssecretaris Veldkamp deelde mee,
dat binnen afzienbare tijd de toegezegde
Nota inzake het Toerisme bij de Kamer
zal worden ingediend. De voorbereiding
daartoe bevindt zich in een vergevor
derd stadium.
Er zijn in de loop der tijden zeer veel verbeeldingsverhalen geschreven
over de figuren die ons uit de Bijbel bekend zijn en die een rol hebben
vervuld bij het lijden en sterven van Christus. De menselijke fantasie
heeft verder gevlochten aan de dikwijls summiere gegevens omtrent
deze personen en zo kennen wij behalve tal van boeken, ook lekespelen
en toneelstukken over Pilatus, Barabbas, Petrus, Judas en vele anderen.
Radio en televisie hebben ons nader
doen kennismaken met stukken van
genoemde betekenis. Vooral de televi
siespelen hebben daarbij een indringen
de kracht en daarom staan wij er met
voorzichtigheid tegenover.
In de laaitste jaren hebben wy, van
vensohillende omroepverenigingen, spe
len gezien over de figuur van Pilatus
en telkens werd deze Romein ons als
een andere persoonlijkheid voorgesteld
zijn intelligentie ben onder gaat". Daar
om is het ook geen Judas-drama ,maar
is de twijfel, de gekrenkte jaloezie en
de ij delheid hier de oorzaak van Judas'
houding. „Hij houdt niet van de men
sen, en hoe zou hij dan ooit de weg tot
Jezus, Gods Zoon, kunnen vinden?"
aldus de dramaturg Hofstra.
Nog andere personen worden im dit
stuk ben tonele gevoerd: Thomas d«
disoipel en Maria Magdalena, maar ook
Küken en luisteren wü dus naar de gefantaseerde figuren van Judas'
deze stukken, dan moeten wü ons wel
bedenken, dat het menselijke bedenk
sels zün en dat wü er zeker niet de
waarde aan mogen hechten die wij
onvoorwaardelük toekennen aan ook
maar de kleinste tekst uit de Btjbcl.
Er kan over gediscussieerd worden of
het juist is, verhalen te maken met
menselijke fantasie over personen, dne
wij In Bijbelgeschiedenissen leren ken
nen. De een keurt dit goed, de ander
wil er niet van weten. Zeker is, dat het
in elk geval met de nodige ernst dient
te geschieden en dat wij ze moeten aan
nemen voor wat ze zijn: bedachte ver
halen die niet dienen om de Bybel
nader te verklaren.
In deze geest ook moeten wij het
toneelspel dat de KRO vanavond op
het scherm brengt, benaderen. Hier
gaat het om de figuur van Judas, zoals
een moderne schrijver die op filosofi
sche wijze wil zien. Niet als de zon
dige verrader in de eerste plaats, maar,
zoals de vertaler Jan Willem Hofstra
erbij aantekent, „als het evenbeeld van
de intellectueel uit deze tijd, die aan
(Van onze parlementsredactie)
DE TWEEDE KAMER is gisteren erin geslaagd, de behandeling van
het ontwerp-FinanoiëleVerhoudingenwet 1960 tot een goed einde te
brengen. Het wetsontwerp, dat de bijdrage van het rijk in de gemeente-
financiën wil vastleggen, werd zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
Voordat het zover was, had de Kamer
zich door een rljstebrybërg van dikwijls
zeer technisfche amendementen moeten
worstelen. Enkele malen werd de verga
dering geschorst om ministers en afge
vaardigden de gelegenheid te geven, zich
rustig te beraden over de gevolgen van
maatregelen, die uit de Kamer werden
voorgesteld.
Deze gang van zaken wekte ten zeer
ste de ontevredenheid van Kamervoor
zitter Kortenhorst. „De behandeling van
de amendementen levert geen voorbeeld
van een normale parlementaire behan
deling",' zei hij „De amendementen zijn
doorgaans te laat ingediend Het ver
rassingselement was te groot. De moge
lijkheid voor rustig fractieberaad ont
brak. Laat dit een les zijn voor later!"
Het wetsontwerp voorziet in het al
gemeen in een verbetering van de fi-
OP VERZOEK VAN DUIZENDEN: NU OPNIEUW DE
F 1.25 20 MERKJES
OF NAAR KEUZE
1 KUSSENSLOOP OF
2 FLEURIGE THEEDOEKEN
48
Plotseling knarste het door de stilte en voor
Olof goed besefte, wat er aan de hand was, stoof
de sneeuw voor Arnes scherp-remmende ski's
sissend in het vuur.
Erland hing als een zak over de slee. Hij was
zo stijf, dat Olof hem bijna naar het vuur toe
moest dragen. Het gezicht van de jager was be
bloed en zijn ene oog moest een stevige opstopper
hebben gehad.
„Wat mankeert jou?"
Erland kreunde, hij was niet in staat een ver
staanbaar antwoord te geven. Zijn voeten weiger
den dienst, hij kon zich nauwelijks staande houden,
terwijl Arne een rendiervel uitspreidde. Daarop
viel hij meer dood dan levend neer.
De broers aten en dronken sterke koffie. Ook zij
voelden, dat zij moe waren, nu zij tot rust kwa
men. De gloed van het vuur verlichtte hun ver
weerde gezichten. Men kon daarin niet veel zach
te trekken ontdekken. De bergen hadden hen ge
tekend.
„Het is niet veel gedaan met hem", zei Olof
plotseling.
„Hij zal wel weer opkrabbelen.'
„Wij hadden het tempo iets minder straf moetep
nemen."
„Neen, dergelijke tochten maak je niet als een
wandelingetje. Zijn benen zouden het heus wel
hebben uitgehouden, als hij maar niet zoveel je
never had gedronken." -
Olof wachtte een tijdje, voor hij vroeg, hoe Er
land aan dat bebloede gezicht kwam. Hij merkte,
dat het een netelige vraag was. Arne had zijn me
ning over de kolonist van Berkendal nooit onder
stoelen of banken gestoken en zo nu en dan zaten
zijn handen wel erg los. Arne bekeek zijn han
den; als platen staal lagen de harde eeltplekken
op de ruwe huid. Hij streek langs zijn wangen en
lachte ruig.
„Niet bepaald vrouwehanden!zei hij. „Ik heb
hem met sneeuw moeten wrijven om weer leven
in het dode vlees te brengen."
Arne zei geen woord over het feit, dat Erland
niet op de been te houden was geweest. Hij wist
in Gulbrandstal
DOOR BERNHARD NORDH
zelf niet meer, hoe vaak hij Erland had opgetild
en hem had gedwongen verder te gaan. Als hij
geen slee had gehad, zouden zij nog altijd niet door
de sneeuwhoop heen zijn geweest.
Olof schoof een paar rokende takken naar
elkaar toe en prikte toen peinzend in zijn korte
ijzeren pijp.
„Als hij sterft?"
„Hij s.terft niet."
„Maar als hij het nu wel doet!"
„Nou, dan sterft hij."
„Hij kan een kwelgeest worden."
Arne trok de schouders op.
„Er bestaan geen kwelgeesten," zei hij kortaf.
„Je moet niet zo bijgelovig zijn. Wie dood is, blijft
dood en die verroert zich heus niet meer."
Olofs blik drong dwars door het vuur heen naar
de wijde wildernis.
„Er zijn kwelgeesent", mompelde hij. „Moeder
weet het en ik zelf heb twee kleine kwelgeesten
gezien, die boven op de berg rondfladderden, als
of zij op zoek waren naar iemand."
Arne had geen zin om te antwoorden. Olof kon
er ook niets aan doen, dat hij vaak een beetje
vreemd was en dingen zag, die niemand anders
kon zien. Hij schudde Erland. Er was koffie, hij
moest ervan drinken.
Erland kreunde, maar opende de ogen niet. Arne
liet hem liggen Over drie uur braken zij op. in
die tijd zou hij wel niet van honger omkomen.
„Wat zal vader ervan zeggen?"
„Zeggen waarvan?"
„Dat wij hem zo hebben afgebeuld."
„Dat is zijn eigen schuld, niet de onze. Dertig
kilo op je rug, in een gebaand spoor Hadden
wij dat stuk ongeluk soms moeten dragen? Ik
vind het heus genoeg, dat het paard zestig kilo van
hem heeft overgenomen. Zonder ons zou hij nooit
in Noorwegen zijn gekomen, laat staan, dat hij de
terugweg had gehaald."
„Jij zou Imber willen hebben."
Arne verdroeg de vragende blik van zijn broer.
Hij kreeg een vreemd star, gevoel in zijn nek en
balde de ene vuist, totdat de knoken wit waren.
„Wat beweer je?"
„Jij zou Imber willen hebben."
Olof had nooit over Imber gesproken. De vrou
wen hadden in zijn leven tot nog toe geen rol ge
speeld, maar nu kon hij er niet langer aan ont
komen. Wat voor vreemde schepsels moesten de
vrouwen toch wel zijn, dat zijn broer met graagte
een kwelgeest op de koop toe nam, als hij de
vrouw maar kon krijgen.
Arnes zware vuist ontspande zich, maar lussen
zijn wenkbrauwen lag een diepe rimpel.
„Ja, ik zou Imber willen hebben", zei hij dof.
„Maar je mag niet geloven, dat ik Erland ons ge
zelschap heb aangeboden om hem te doden. Als ik
dat gewild had, waren er al kansen genoeg ge
weest
Olof leek tevreden gesteld door dit antwoord,
maar hij bleef toch zitten peinzen.
„Jij moet morgen naar Imber toe," zei hij plot
seling.
Arne schrok op.
„Wat?
„Ja, Erland zal bezwaarlijk naar Berkendal te
rug kunnen, zo lang hij geen andere kleren heeft.
Ik geloof, dat hij koorts heeft en dat hij een beetje
bij ons moet blijven."
Arne stond op en greep de bijl. Het vooruitzicht,
dat hij Imber nog voor de volgende avond zou
zien, joeg hem het bloed door de aderen, en hij
was bang, dat zijn broer hem nog meer in het
nauw zou drijven, Hij liep weg van het vuur en
zwaaide de bijl woest tegen een knoestige berken-
stam. Zij hadden nog meer brandhout nodig.
Ook Olof stond op Hij gaf het paard gesmolten
sneeuw te drinken en bracht het dichter bij het
vuur. iWordt vervolgd)
nanciële positie van de gemeenten. De
meeste Kamerleden ging de verbete
ring niet ver genoeg. Minister Zijl^Lra
liet er gistermiddag echter geen twij-
fel over bestaan, dat de 12,70 pet. van
de opbrengst der rijksbelastingen, die
aan het gemeentefonds ten goede
komt, voor de regering de uiterste
grens is.
„Dit standpunt steunt op de algemene
financiële politiek van de regering, die
ook tijdens de algemene financiële be
schouwingen in het parlement instem
ming heeft gevonden. Pas als er een
taakverschuiving van het rijk naar de
gemeenten optreedt, wordt het moge
lijk. d® verhouding opnieuw te bezien".
Oppositie
De regeringsgezinde fracties legden
zich hier in het algemeen bü neer.
Slechts de socialist Venverloo wilde uit
drukkelijk verder gaan. Zijn amende
ment om het voedingspercentage te ver
hogen tot 13,50 pet. vond alleen dc steun
van zün partijgenoten, de PSP. dc ene
aanwezige communist en twee KVP-ers.
Het werd dus verworpen. De tegenstem
mers verklaarden echter tegen het amen
dement te stemmen uitsluitend om te
voorkomen, dat het hele wetsontwerp
bU aanneming ervan zou worden inge
trokken.
Verworpen werden ook twee amende
menten, die beoogden de uitkering uit
het gemeentefonds aan de gemeenten te
verhogen. Het ene, ondertekend door
socialistische en KVP-afgevaardigden,
wilde de minimum-uitkering op grond
van de hoofdsom van de grondbelasting
iets verhogen. De verwerpende meerder
heid bestond uit CHU. ARP. VVD. SPG.
zestien socialisten en zes KVP-ers Het
andere socialistische amendement
beoogde het schaalbedrag voor de grote
gemeenten te verhogen Slechts de socia
listen stemden voor.
Hetzelfde lot onderging een socialis
tisch amendement om de reserves in
het gemeentefonds steevast te bestem
men voor na-uitkeringen aan de ge
meenten. Minister Zijlstra betoogde,
dat deze wens in strijd is met hc. ka
rakter van het wetsontwerp, dat juist
vastheid in de uitkeringen aan de ge
meenten beoogt Overigens werden niet
alle amendementen, die deze vastheid
ondergraven en een zeker subjectief
element in de uitkeringen brengen,
verworpen. Enkele van meer be
perkte strekking werden aanvaard.
Twee amendementen werden aange
trokken: een KVP-voorstel om voor de
Limburgse mijngemeenten een extra-
uitkering te krijgen ter compensatie van
het oude „mijnrecht", dat weldra ver-
en een voorstel van confessionele
partijen en socialisten, dat maatregelen
wenst, indien de provinciale subsidies
aan de gemeenten m de verplegingskos-
ten van geesteszieken worden ingetrok
ken.
Voor de mijngemeenten heeft minister
Toxopeus een wijs beleid toegezegd. Het
tweede amendement verdween van tafel,
omdat de consequenties ervan tijdens de
behandeling van dit wetsontwerp niet
waren te overzien. De materie komt
weer ter sprake bij de behandeling van
de eerstvolgende begroting van binnen
landse zaken
vrouw Thamar, zijn moeder Marah en
zijn broer Jacob.
Het girootste conflict, dat Judas in
dit stuk wordt toegeschreven, is ech
ter zijn twijfel aan God, wiens barm
hartigheid Judas niet kan zien. En
juist daarom twijfelt hij eraan, of
Jezus, die zo goed is, wel waarlijk
Gods Zoon kan zijn.
Gesteld wordt, dat de Romeinen van
Judas' twijfel handig gebruik maken
om hem tot verraad van Christus te
brengen. Hoe groot zijn verraad is ge
weest beseft Judas pas, wanneer alles
voorbij is en daarmee wordt dan weer
het Bijbelverhaal aangeraakt.
Uiteraard kunnen wij in deze voor
bespreking slechts enkele facetten van
dit vrij ingewikkelde stuk, waarin wij
bekende acteurs zullen zien optreden,
noemen. Maar toch voldoen.de om u er
over te doen nadenken, of u dit stuk
van de KRO-televisie wilt zien of niet
Dat het door de Zwitserse schrUver
zeer ernstig is bedoeld, ook om de
küker tot nadenken over eigen geeste
lijk beleven van de Lijdensgeschiede
nis te brengen, staat bulten alle twijfel.
U zult, wanneer u kijkit, Johan
Sohmlitz zien als Judas, Sigrid Koefcse
als Maria Magidalena en Jan Retèl al«
Thomas. Verder spelen o.a. mee Hans
Tiemeyer, Marie Hamel en John
Leddy.
I/I v i
vanavond
9 Na het NTS-journaal zendt de KRO
om 8-20 uur de kunstrubriek uit. Om
8 50 uur volgt dan de opvoering van
het toneelspel „Dienst op Golgotha"
van Marcel Dornier.
vanavond
Gezelligheid bij de NCRV-steravond
brengen u vanavond tussen 8 en 9.30
uur Aukje Karsemeyer, Justus Bon
en het Promenadeorkest, leerlingen
van de Ohr. Kweekschool te Leiden
en het Geref. gymnasium te Amster
dam in de sehoolquiz en de bekende
tonelisten die avonturen in Last be
leven Om 10 uur bespeelt André
Verwoerd het orgel in de Pauluskerk
te Rotterdam cn om 11.30 u. bespreekt
de heer C. Rijnedorp werken van
N obelpr ijsw inna ars.
Programma voor morgen
VRIJDAG 24 MAART 1981
Hilversum I, 402 m. 746 kc/s. VARA:
7.0U Nws 7.10 Gym 7.23 Gram en act 8.00
Nws 8.18 Gram cn act 9.00 Gym v d vrouw
9.10 Gram 9.35 Waterst 9.40 Schoolradio,
VPRO 10.00 Dit en het andere, gesprek.
10.05 Morgenwijding. VARA 10.20 V d
vrouw 10.45 V d kleuters. AVRO: 11.00 V d
Kleuters 11.10 Gram 11.45 Kookpraatje 12.00
Lichte muz 12.20 Regerlngsuitz: V d landb
12 30 Land- en tulnbouwmeded 12.33 Sport
cn prognose 12.50 Carillon en draaiorgel
13.00 Nws. meded en bcursber 13.30 Lichte
muz 14.00 Gemengd koor 14.25 Voordracht
14.45 Carlllonbèspellng 15.00 Amus progr
16.00 Planorecital 16.30 Lichte muz. VARA:
17.00 Tijd voor teenagers 17.45 Act.
1800 Nws 18.15 Pollt lezing 18.25 Lichte
muz 18 50 De puntjes op de 1. praatje 19.00
V d kleuters 19.10 Kinderkoor. VPRO 19.30
De stad nu. lezing 19 45 VPRO-nws 20.00
Nws 20.05 De Japanse vissers, hoorspel 20.50
De wereld vergadert, lezing. VARA: 21.00
Quiz 21.50 Rep congres v d Partij van de
Arbeid 22.15 Bultenl wcckoverz 22.30TIws.
VPRO: 22.40 Zorg om dc mens. gesprek.
23.no Soc nieuws ln EsDeranto 23.10
Muzlk gesprek 23.55—24.00 Nws.
Hilversum II, 298 n». 1007 kc/s. NCRV:
7.00 Nws en SOS-ber 7.10 Gram 7.30 Een
woord voor de dng 7 40 Gram 8.00 Nwa
8.15 Radiokrant 8.35 Gram 9.00 V d zieken
0.35 Gram 9.40 V d huisvrouw 10.10 Gram
10.15 Morgendienst 10.45 Planorecital 11.15
V d dudere luisteraars 12.00 Lichte muziek
i Land- cn tulnbouwmcd 12.33 Meisjes
jaar en Instr kwintet 12.53 Gram of act
13.00 Nws 13.15 Lichte muz 13.45 Ham
mondorgelspel 14.05 Schoolradio 14.25 Omr
ork en solist 15.05 Gram 15.30 Blaasorkest
fi.OO Wenken v d tuin 16.15 Gram 16.35
Pianorecital 17.00 Voordracht 17.20 Blaas-
trio 17.40 Beursber 17.45 Gram.
18.00 Gewijde muz 18 20 De hangmat 18.50
Regerlngsuitz Serie: studeren en student
zijn. II, door L G Schlmmelpcnnlnck, pre
sident van de Nederlandse Studentenraad.
De aankomende student het studentenle
ven 19.00 Nws en wcerber 19.10 Op de man
of praatje 19.15 Passlelyrlek 19.30 Radio
krant 19.50 Lichte muz 20.15 Gevar progr
2130 Koorzang 22.00 Kongo tussen hoop
cn vrees, rep 22.20 Gram 22.30 Nws 22.10
Wijd als de wereld. Int oriëntatie In kerk.
zending en oekumenc 23.05 Mil ork 24.33
Gram 23.55—24.00 Nws.
Televlsleprogr. NTS 20.00 Weekjournaal
VRO 20.30 Dc toestand in de wereld,
praatje 20.45 TV-kron 21.15 Gevar progr
•2 0522.20 Met hot oog op praatje.
Voordelen
ln het algemeen spinnen de gemeen
ten dus garen bij het aannemen van dit
wetsontwerp. Tot deze conclusie kwam
ook aan het eind van de beraadslagin
gen de socialistische afgevaardigde Ven
verloo Hij constateerde weliswaar, dat
de regering tekort is geschoten, mede
door niet te zorgen, dat thans ook de
wetsontwerpen tot instelling van een
eigen gemeentelijk balastinggebied en
tot regeling van de wegenfinanciëring
in behandeling konden komen. Boven
dien wordt thans aan de gemeenten een
men, want niet aanvaarding zou bete
kenen, dat met de huidige noodregeling
moet worden verder gewerkt.
Ook prof. mr P. J Oud (lib.) voerde
voor de eindstemming kort het woord.
Als voorzitter van de commissie-Oud,
die de regering over de regeling van de
financiële verhouding tussen rijk en ge
meenten van advies had gediend, heeft
hij een belangrijk aandeel gehad in de
voorbereiding van dit wetsontwerp.
De heer Oud zei, niet verwacht te
hebben, dat de regering alle adviezeh
ongewijzigd zou opvolgen. Wel had het
hem zeer teleurgesteld, dat de positie
van de Raad voor de Gemeentefinan-
ciën een heel andere zal zijn dan door
de commissie is geadviseerd. Zonder
enige aarzeling zou hij echter zijn stem
aan het wetsontwerp geven, vooral ook,
omdat nu een eind komt aan de noodre-
te smalle financiële basis gegeven Toch gclingen, waarmee van jaar tot jaar
zouden de socialisten met tegen slem-1 moest worden gewerkt.