badhanddoek Burger stelt eisen voor rooms-rood samengaan EU Prijzenwet en begroting werden z.h.s. aanvaard Dienst op Golgotha', een spel in Lij denstij d Voor gemeenten vaste financiële basis De Zon gaat op P.v.d.A. bereid tot meeregeren Toespeling; op medewerking aan de Kinderbijslagwet Vanavond op het scherm: I9f —(UW E LEIDSCHE COURANT 11 DONDERDAG 23 MAART 1961 7, 13, 17, 22, 25, 27, 30, 31. ('23, 29, 34, 36, 38, 39, 42, 45. fcuteur A. A. Polman heeft hier stand gecomponeerd die er zijn Het lijkt een tamelijk onschuldig sliet je, maar u zult het toch r >eten uitpluizen. Het (fraaie) [(lief is bekend en in dit geval met zetten uitgediept. Schaak-vvuag 75 lé stand in het tweezettige pro- sn van F. A. Sonnenfeld was: It^Kbl, Db4, Tel, La8, Pc3 en Pe4. ivaH: Kd3, Tc7 en Tf7, Pe3 en Pe5, 14, c!4 en d7. e èleutelzet is 1. Pc3e2, dreigt mat. Dit levert de volgende (anten op: 1Fc2; 2. Pel t. 1Pc6; 2. Pc5 mat (niet 1Pf3; 2. Pf2 mat. 1. Pf5; Pf4 mat (niet Pf2). 1Tc4; )d2 mat. 1Pc4; 2. Pel mat et pd2). Bridge >e (oplossing van het tegenspelpro- ern va'ft gisteren is als volgt: Noord et'klaVeren naspelen! Het spelen harten 8 door Zuid in slag 3 is m. lavinthal-signaal en vraagt de ;ner om.de laagste kleur terug te liep. In de praktijk zag Noord har- 18 vo.or een „hoge"' kaart aan, a.w. qjen verzoek om schoppen te ilèrt. Noord deed zulks, waarna West ":pel rpaakte. kaartverdeling was op dat mo- naipelijk.zó: (H 10 6 V 7 3 C B 10 7 H V 4 2 Tqen Noord schoppen 2 naspeelde, rfl in Oost de 9 gelegd. Zuid speelde oppeiivrouw, West nam met de :h Hierna haalde West de troeven lit, verloor nog slechts 1 slag in ïoppep emklaverèn en won het spel. (oord bad' .echter uit het bijspelen Weslt kunnen weten, dat harten 8 1 Zuifi de laagste harten was, wei hij op dat moment bezat en had met klaveren moeten terugkomen, ist moet dan later de schoppenkleur eigen hand spelen en gaat één n! JACK DIAMOND Hekwerk-puzzel T 2 3 '•rf-F' 6 w 4. kleinigheid, 5. zegel, 6. kleine deur in een poort; [ouiöérwe's fraai meubelstuk, ^ertjcaal: 1. geloofsheld, 2. zelf- Wust, deftig ep fier; 3. betogen. OPLOSSING VORIGE PUZZEL Horizontaal: 2. kater, 6 mt, 8. al, 10. 4, 11. kei, 12. lol, 14. edelen, 16. does, Eris, 13. eng, 19, aren, 21. eens, 23. ia, 25. tred, 26. Bern, 27. Bremen, 29. di 30. aan, 31. roe, 33. Se, 34. L.S., aster. Verticaal: 1. Malden, 3. A.D., 4. toe, elders, 6. mees, 7. tin, 9. loon, 11. inket, 13. legeren, 15. ere, 19. anders, sander, 22. Eem, 24. Eros, 25. tras, bal, 28. not, 32. Ee. FAILLISSEMENTEN (Opgegeven door Van der Graaf Co) UitgesprokenJ C WfinberK. conf.. Voor- lorgstraat 53rd.f Haarlem, cur. mr. L AU Cohen. VernietigdF L Verbeek makelaar, Vos- •lusstraat 38, Adam. Geëindigd NV Ir H P Camlnada. Den Haag: NV Ned. Scholti-n. idem. J A Aarninkhol. bouwk. dr. Sloetstraat 24. Ol- jdenzaal; P de Geus, makelaar. Dorpsstraat MM. Oudkarspel Surseance voorl. aan E Blaauw, kweker, Azaleastraat 22, Sappemeer. „Wanneer de Volkskrant, benard vanwege Neerlands bestuurloosheid. ons van partijpolitieke verkiezingswinst-verlangens verdenkt, dan is hier ons antwoord: te weten dat wij terstond bereid zijn tot vorming van een sociaal en cultureel progressief kabinet, tevens ter afwikkeling van het Nieuw-Guinoavraagstuk, ter oplossing van de woningnood, tot het her nieuwen van uitzicht biedend landbouwbeleid en een politiek van ver mogensspreiding". Met deze volzin gaf mr. J. A. W. Burger vanmiddag antwoord op de vraag „Waarom hebben wij een toestand in het verschiet dat geen enkele combinatie meer te vormen valt waarmee gewerkt kan worden?" Hij deed dit op het vandaag begonnen congres van de Partij van de Arbeid, dat in Rotterdam wordt gehouden. Mr. Burger besloot zijn rede met met te zeggen: Terecht wordt ver ondersteld dat de Partij van de Ar beid niet bereid is gemakkelijk en op losse voet aan een kabinet deel te nemen. Maar nimmer hebben wij aan leiding gegeven tot de veronderstel ling dat partijpolitieke belangen voor ons doorslaggevend zouden zijn. Behalve het vraagstuk der bestuur loosheid .behandelde de heer Burger de door hem als volgt geformuleerde vraag: Waarom is het kabinet-De Quay een mislukking? Hij zeide eerst: Dit kabinet doet het niet bij het Nederlandse volk en wel bepaaldelijk omdat het onbekwaam en dubbelzinnig opereert, voorts omdat het de consequenties van zijn beleidslij nen niet doorziet en ten slotte omdat het dientengevolge geen vertrouwen weet te wekken. De loonpolitiek noem de hij een misleiding, die zieh kenmerkt door krampachtig dirigistisch overheids- ngrijpen. „En wat het aandeel van de werknemer in het nationaal inkomen betreft, voor zover dat op zijn pootjes terecht kwam, was dit dank zij de hard nekkige hoogconjunctuur en het losla ten van de regering van eigen uitgangs punt." r. Burger vervolgde: Het volkswo- ningbeleid was niet minder misleidend. Zo notoir zelfs dat het tot een open kabinetscrisis heeft geleid. De belangen van de minst-draagkrachtigen moesten wijken voor de bouw in de vrije sector Aan de beloofde belastingverlaging ga ik maar voorbij, sinds alom is erkend dat er slechts sprake is van belasting- verschuiving. Uitvoeriger ging spreker li op «Je buitenlandse politiek. „Welnu", zo zei hU. „lettende op de positie die Nederland in de wereld inneemt, wordt het ons soms vreemd te moede. In capaciteiten niet achterstaand by andere volken en anze bedoelingen zeker niet egoïsti- scher en bekrompener, schijnt toch onze deelname in internationale contacten minder perspectiefrijk dan men onder, die omstandigheden zou mogen ver wachten." Hij weet >dit aan „dubbelzin nigheid en onwaarachtigheid". Over het Nieuw-Guineabeleid zei mr. Burger onder meer, „dat dit kabinet wel degelijk ons Nieuw-Guineabeleid onderwierp aan het oordeel der V.N., dat het slechts een betrekkelijke plaats nruimt voor onze verplichtingen jegens de Papoea's, dat het niet langer schermt met Amerikaanse toezeggingen van mi litaire hulp." Daartegenover stelde hij: „De Partij van de Arbeid aanvaardt de consequenties van het beleid van het verleden, maar is niet bereid een doel bewuste oplossing van het probleem naar het tweede plan te verschuiven, j Zij heeft ook geen bezwaar tegen mili taire bescherming van onze landgeno ten. die daar overze nuttig werk doen. maar aan de dwaasheid van een soort bewapeningswedloop met Indonesië, daartoe is zij niet bereid. De Partij van do Arbeid wil inzake Nieuw-Guinea een internationale oplossing beproeven, zoveel mogelijk in overleg met belang hebbende ons bevriende mogendheden en in ieder geval met erkenning van de laak en de moeilijkheden die de U.N.O en haar organen heeft, althans op het terrein van de regionale conflicten." Ook stond de heer Burger langdurig stil bij de eventuele mogelijkheden voor een ander kabinet dan het huidige. Eerst beantwoordde hij de vraag „Waar om kan de Partij van de Arbeid geen kabinet vormen met de protestantse partijen?" Hierop zeide hij onder meer MR. J. A. W. BURGER .mogelijkheden „Hadden de anti-revolubionairen bij de laatste kabinetscrisis, in plaats van on der elkaar ruzie te gaan maken, con sequent doorgezet, krachtens het ada gium: wie breekt betaalt, en hadden zij dientengevolge tot een arrangement met de P.v.d.A. weten te komen, dan zou ten eerste die A.R.- hulptroep-van de K.VP. na jaren, weer -een eigen zelf standige factor zijh gewórden; ten twee de zou de parlementaire democratie op klassieke wijze hebben gefunctioneerd, met de liberalen en de K.V.P. in oppo sitie. Omdat de PvdA weigert voor de K.VP. te buigen, daarom is de sa menwerking P.v d.A./K.V.P. gebroken. En Nederlands onbestuurbaarheid dreigt daarom, omdat de K.V.P. in werkelijk heid geen alternatief duldt. De te vaak gewekte indruk van serviliteit van de protestantse partijen en de V.V.D. aan de K.V.P., heeft er toe geleid dat dp Partij van de Arbeid het enige politieke alternatief ls. Het wil mij voorkomen dat de K.V.P., in plaats van te peinzen hoe zij de Kinderbijslagwet met behulp van de P.v.d.A. in het Staatsblad kan krijgen, zioh beter kon afvragen of haar conservatieve vleugel bereid een socialistisch alternatief te honore ren. Hierna schetste de heer Burger wat dit alternatief zou moeten inhouden: herziening van de Invaliditeitswet, ver betering van de voorzieningen voor ouden van dagen, industriespreiding, ge lijke kansen voor onderwijs en ontwik keling. verhoging van de leerplichtige leeftijd, het afschaffen van schoolgeld, verruiming van de sportaccommodatie, enz. II oningvraagstuk Langer stond hij stil bij het woning vraagstuk: Ter oplossing daarvan be pleitte hij een langjarig bouwprogram ma en een standvastig overheidsbeleid, regeringsbevoegdheden om het program ma niet door financierings-moeilijkhe den in gevaar te doen komen en stimu lering van alle maatregelen, waardoor de ontwikkeling van het bouwbedrijf naar industrieel grootbedrijf wordt be vorderd en ten slotte stichting door de overheid van of deelneming aan bouw ondernemingen, die prijsregulerend op treden en die experimenteel werk doen „Een gebiedende eis is daarbij", aldus mr. Burger, „dat de woningproduktic meer wordt gericht op de behoefte van de bevolkingsgroepen met lagere inko mens. Niet minder wezenlijk voor regerings deelname achtte de heer Burger het ten uitvoer leggen van een perspectiefrijk landbouwbeleid. Na nog enkele andere desiderata Ic hebben genoemd, zeide hü dat de be stuurbaarheid van Nederland niet af hankelijk is van partijpolitieke verlan gens van de Party van de Arbeid naar verkiezingswinst, maar van de vraag welke offers de K.V.P. bereid is te bren gen ten behoeve van progressief beleid. In welk verband hü onder meer op merkte: De K.V.P., spelende met de ge dachte dat de P.v.d.A. haar zal helpen aan het aanvaarden van de Algemene Klnderbüslagwet, mag niet alleen weten dat wy inderdaad in beginsel In kinder- hyslagrcgelingen een van de weinige politiek bereikbare middelen zien om de minder-draagkrachtigcn een iets gro ter aandeel te verstrekken in het natio naal Inkomen, maar die K.V.P. moet ook weten dat wij menen dat het vraagstuk van de vermogensspreiding in de ac tuele politiek behoort te komen. Hij stelde als eis dat ook vermo gensvermeerdering in de privésfeer belastbaar behoort te zijn en dat on dernemingen die publiekelijk een be roep doen op geld van het publiek, dientengevolge gehouden zijn een juist en nauwkeurig inzicht te ver strekken in hun financieel-economi sche positie, gepaard met controle van een passend orgaan. 'Ten slotte eiste de heer Burger het scheppen van middelen om te komen tot winst deling aan loontrekkenden in een pas sende verhouding tot dividenden en bet stellen van nauwe grenzen aan de j cumulatie van commissariaten. (Van onze parlementsredactle) De Eerste Kamer heeft gistermiddag zonder hoofdelijke stemming het ont- werp-Pryzenwet aanvaard. Slechts de Y.V.D.-fractie, op haar voorzitter mr H. v. Kiel na, verlangde aantekening te gen te hebben gestemd. Prof. Witteveen (Lib.)' c.s. wensten op zijn minst objectieve criteria voor het niet-toepassen van deze wet, maar de minister kon hen die niet geven. Wel beloofde hij prof. De Gaay Fortman (a.r dat prijsmaatregelen als in de Prijzenwet mogelijk worden gemaakt, ultimum remeaium 'uiterste middel) zullen blijven. De enige liberale voorstemmer, de heer Van Riel, zette uiteen waarom hij „op theoretische gronden" tot een an- derfe conclusie meende, te moeten ko men dan zijn fractiegenoot prof. Witte veen, wiens beschouwingen hem overi gens sympathiek waren. Mf. Van Riel vond. dat de regering tot dusverre „door een verstandig opportunisme" een gé- slaagde conjunctuurpolitiek heeft ge voerd. De Prijzenwet (waarvan een „schrikwerking" uitgaat) is voor haar een middel om op deze weg voort te gaan. Men mag het haar daarom nie» onthouden Ook-de begroting tvan economische /.aken voor 196Li'.^ord zonder hoofde lijke stemming aangenomen. Tijdens dc discussie daarover zei minister De Pous het er met zijn partijgenoot dr. Lirh- tenauer (c.h.) over eens te zijn, dat de waarde van de macro-economische be schouwingen niet moet worden geabso- luteerd. De regering heeft zich overi gens niet aan onderschatting van de mens schuldig gemaakt. Haar beleid is juist in de eerste plaats gericht op dc bescherming van zeer bepaalde mense lijke belangen (vergeten groepen e.d.) Voor de wens van de heer Lichtcn- nuer dat er een apart departement voor Europese integratie zal worden gesticht, kon de minister geen sympathie opbren gen. Hij wees erop, dat bijna elk stuk nationaal beleid een nauwe verweving] vertoont met bepaalde aspecten van de Europese economische integratie. Over de verhouding tussen de Zes (EEG) en de Zeven (EFTA) zei de heer De Pous, dat er genoeg tekenen van beweging vallen te onderkennen, die hoop geven op een uiteindelijke oplossing van de moeilijkheden. Staatssecretaris Veldkamp deelde mee, dat binnen afzienbare tijd de toegezegde Nota inzake het Toerisme bij de Kamer zal worden ingediend. De voorbereiding daartoe bevindt zich in een vergevor derd stadium. Er zijn in de loop der tijden zeer veel verbeeldingsverhalen geschreven over de figuren die ons uit de Bijbel bekend zijn en die een rol hebben vervuld bij het lijden en sterven van Christus. De menselijke fantasie heeft verder gevlochten aan de dikwijls summiere gegevens omtrent deze personen en zo kennen wij behalve tal van boeken, ook lekespelen en toneelstukken over Pilatus, Barabbas, Petrus, Judas en vele anderen. Radio en televisie hebben ons nader doen kennismaken met stukken van genoemde betekenis. Vooral de televi siespelen hebben daarbij een indringen de kracht en daarom staan wij er met voorzichtigheid tegenover. In de laaitste jaren hebben wy, van vensohillende omroepverenigingen, spe len gezien over de figuur van Pilatus en telkens werd deze Romein ons als een andere persoonlijkheid voorgesteld zijn intelligentie ben onder gaat". Daar om is het ook geen Judas-drama ,maar is de twijfel, de gekrenkte jaloezie en de ij delheid hier de oorzaak van Judas' houding. „Hij houdt niet van de men sen, en hoe zou hij dan ooit de weg tot Jezus, Gods Zoon, kunnen vinden?" aldus de dramaturg Hofstra. Nog andere personen worden im dit stuk ben tonele gevoerd: Thomas d« disoipel en Maria Magdalena, maar ook Küken en luisteren wü dus naar de gefantaseerde figuren van Judas' deze stukken, dan moeten wü ons wel bedenken, dat het menselijke bedenk sels zün en dat wü er zeker niet de waarde aan mogen hechten die wij onvoorwaardelük toekennen aan ook maar de kleinste tekst uit de Btjbcl. Er kan over gediscussieerd worden of het juist is, verhalen te maken met menselijke fantasie over personen, dne wij In Bijbelgeschiedenissen leren ken nen. De een keurt dit goed, de ander wil er niet van weten. Zeker is, dat het in elk geval met de nodige ernst dient te geschieden en dat wij ze moeten aan nemen voor wat ze zijn: bedachte ver halen die niet dienen om de Bybel nader te verklaren. In deze geest ook moeten wij het toneelspel dat de KRO vanavond op het scherm brengt, benaderen. Hier gaat het om de figuur van Judas, zoals een moderne schrijver die op filosofi sche wijze wil zien. Niet als de zon dige verrader in de eerste plaats, maar, zoals de vertaler Jan Willem Hofstra erbij aantekent, „als het evenbeeld van de intellectueel uit deze tijd, die aan (Van onze parlementsredactie) DE TWEEDE KAMER is gisteren erin geslaagd, de behandeling van het ontwerp-FinanoiëleVerhoudingenwet 1960 tot een goed einde te brengen. Het wetsontwerp, dat de bijdrage van het rijk in de gemeente- financiën wil vastleggen, werd zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Voordat het zover was, had de Kamer zich door een rljstebrybërg van dikwijls zeer technisfche amendementen moeten worstelen. Enkele malen werd de verga dering geschorst om ministers en afge vaardigden de gelegenheid te geven, zich rustig te beraden over de gevolgen van maatregelen, die uit de Kamer werden voorgesteld. Deze gang van zaken wekte ten zeer ste de ontevredenheid van Kamervoor zitter Kortenhorst. „De behandeling van de amendementen levert geen voorbeeld van een normale parlementaire behan deling",' zei hij „De amendementen zijn doorgaans te laat ingediend Het ver rassingselement was te groot. De moge lijkheid voor rustig fractieberaad ont brak. Laat dit een les zijn voor later!" Het wetsontwerp voorziet in het al gemeen in een verbetering van de fi- OP VERZOEK VAN DUIZENDEN: NU OPNIEUW DE F 1.25 20 MERKJES OF NAAR KEUZE 1 KUSSENSLOOP OF 2 FLEURIGE THEEDOEKEN 48 Plotseling knarste het door de stilte en voor Olof goed besefte, wat er aan de hand was, stoof de sneeuw voor Arnes scherp-remmende ski's sissend in het vuur. Erland hing als een zak over de slee. Hij was zo stijf, dat Olof hem bijna naar het vuur toe moest dragen. Het gezicht van de jager was be bloed en zijn ene oog moest een stevige opstopper hebben gehad. „Wat mankeert jou?" Erland kreunde, hij was niet in staat een ver staanbaar antwoord te geven. Zijn voeten weiger den dienst, hij kon zich nauwelijks staande houden, terwijl Arne een rendiervel uitspreidde. Daarop viel hij meer dood dan levend neer. De broers aten en dronken sterke koffie. Ook zij voelden, dat zij moe waren, nu zij tot rust kwa men. De gloed van het vuur verlichtte hun ver weerde gezichten. Men kon daarin niet veel zach te trekken ontdekken. De bergen hadden hen ge tekend. „Het is niet veel gedaan met hem", zei Olof plotseling. „Hij zal wel weer opkrabbelen.' „Wij hadden het tempo iets minder straf moetep nemen." „Neen, dergelijke tochten maak je niet als een wandelingetje. Zijn benen zouden het heus wel hebben uitgehouden, als hij maar niet zoveel je never had gedronken." - Olof wachtte een tijdje, voor hij vroeg, hoe Er land aan dat bebloede gezicht kwam. Hij merkte, dat het een netelige vraag was. Arne had zijn me ning over de kolonist van Berkendal nooit onder stoelen of banken gestoken en zo nu en dan zaten zijn handen wel erg los. Arne bekeek zijn han den; als platen staal lagen de harde eeltplekken op de ruwe huid. Hij streek langs zijn wangen en lachte ruig. „Niet bepaald vrouwehanden!zei hij. „Ik heb hem met sneeuw moeten wrijven om weer leven in het dode vlees te brengen." Arne zei geen woord over het feit, dat Erland niet op de been te houden was geweest. Hij wist in Gulbrandstal DOOR BERNHARD NORDH zelf niet meer, hoe vaak hij Erland had opgetild en hem had gedwongen verder te gaan. Als hij geen slee had gehad, zouden zij nog altijd niet door de sneeuwhoop heen zijn geweest. Olof schoof een paar rokende takken naar elkaar toe en prikte toen peinzend in zijn korte ijzeren pijp. „Als hij sterft?" „Hij s.terft niet." „Maar als hij het nu wel doet!" „Nou, dan sterft hij." „Hij kan een kwelgeest worden." Arne trok de schouders op. „Er bestaan geen kwelgeesten," zei hij kortaf. „Je moet niet zo bijgelovig zijn. Wie dood is, blijft dood en die verroert zich heus niet meer." Olofs blik drong dwars door het vuur heen naar de wijde wildernis. „Er zijn kwelgeesent", mompelde hij. „Moeder weet het en ik zelf heb twee kleine kwelgeesten gezien, die boven op de berg rondfladderden, als of zij op zoek waren naar iemand." Arne had geen zin om te antwoorden. Olof kon er ook niets aan doen, dat hij vaak een beetje vreemd was en dingen zag, die niemand anders kon zien. Hij schudde Erland. Er was koffie, hij moest ervan drinken. Erland kreunde, maar opende de ogen niet. Arne liet hem liggen Over drie uur braken zij op. in die tijd zou hij wel niet van honger omkomen. „Wat zal vader ervan zeggen?" „Zeggen waarvan?" „Dat wij hem zo hebben afgebeuld." „Dat is zijn eigen schuld, niet de onze. Dertig kilo op je rug, in een gebaand spoor Hadden wij dat stuk ongeluk soms moeten dragen? Ik vind het heus genoeg, dat het paard zestig kilo van hem heeft overgenomen. Zonder ons zou hij nooit in Noorwegen zijn gekomen, laat staan, dat hij de terugweg had gehaald." „Jij zou Imber willen hebben." Arne verdroeg de vragende blik van zijn broer. Hij kreeg een vreemd star, gevoel in zijn nek en balde de ene vuist, totdat de knoken wit waren. „Wat beweer je?" „Jij zou Imber willen hebben." Olof had nooit over Imber gesproken. De vrou wen hadden in zijn leven tot nog toe geen rol ge speeld, maar nu kon hij er niet langer aan ont komen. Wat voor vreemde schepsels moesten de vrouwen toch wel zijn, dat zijn broer met graagte een kwelgeest op de koop toe nam, als hij de vrouw maar kon krijgen. Arnes zware vuist ontspande zich, maar lussen zijn wenkbrauwen lag een diepe rimpel. „Ja, ik zou Imber willen hebben", zei hij dof. „Maar je mag niet geloven, dat ik Erland ons ge zelschap heb aangeboden om hem te doden. Als ik dat gewild had, waren er al kansen genoeg ge weest Olof leek tevreden gesteld door dit antwoord, maar hij bleef toch zitten peinzen. „Jij moet morgen naar Imber toe," zei hij plot seling. Arne schrok op. „Wat? „Ja, Erland zal bezwaarlijk naar Berkendal te rug kunnen, zo lang hij geen andere kleren heeft. Ik geloof, dat hij koorts heeft en dat hij een beetje bij ons moet blijven." Arne stond op en greep de bijl. Het vooruitzicht, dat hij Imber nog voor de volgende avond zou zien, joeg hem het bloed door de aderen, en hij was bang, dat zijn broer hem nog meer in het nauw zou drijven, Hij liep weg van het vuur en zwaaide de bijl woest tegen een knoestige berken- stam. Zij hadden nog meer brandhout nodig. Ook Olof stond op Hij gaf het paard gesmolten sneeuw te drinken en bracht het dichter bij het vuur. iWordt vervolgd) nanciële positie van de gemeenten. De meeste Kamerleden ging de verbete ring niet ver genoeg. Minister Zijl^Lra liet er gistermiddag echter geen twij- fel over bestaan, dat de 12,70 pet. van de opbrengst der rijksbelastingen, die aan het gemeentefonds ten goede komt, voor de regering de uiterste grens is. „Dit standpunt steunt op de algemene financiële politiek van de regering, die ook tijdens de algemene financiële be schouwingen in het parlement instem ming heeft gevonden. Pas als er een taakverschuiving van het rijk naar de gemeenten optreedt, wordt het moge lijk. d® verhouding opnieuw te bezien". Oppositie De regeringsgezinde fracties legden zich hier in het algemeen bü neer. Slechts de socialist Venverloo wilde uit drukkelijk verder gaan. Zijn amende ment om het voedingspercentage te ver hogen tot 13,50 pet. vond alleen dc steun van zün partijgenoten, de PSP. dc ene aanwezige communist en twee KVP-ers. Het werd dus verworpen. De tegenstem mers verklaarden echter tegen het amen dement te stemmen uitsluitend om te voorkomen, dat het hele wetsontwerp bU aanneming ervan zou worden inge trokken. Verworpen werden ook twee amende menten, die beoogden de uitkering uit het gemeentefonds aan de gemeenten te verhogen. Het ene, ondertekend door socialistische en KVP-afgevaardigden, wilde de minimum-uitkering op grond van de hoofdsom van de grondbelasting iets verhogen. De verwerpende meerder heid bestond uit CHU. ARP. VVD. SPG. zestien socialisten en zes KVP-ers Het andere socialistische amendement beoogde het schaalbedrag voor de grote gemeenten te verhogen Slechts de socia listen stemden voor. Hetzelfde lot onderging een socialis tisch amendement om de reserves in het gemeentefonds steevast te bestem men voor na-uitkeringen aan de ge meenten. Minister Zijlstra betoogde, dat deze wens in strijd is met hc. ka rakter van het wetsontwerp, dat juist vastheid in de uitkeringen aan de ge meenten beoogt Overigens werden niet alle amendementen, die deze vastheid ondergraven en een zeker subjectief element in de uitkeringen brengen, verworpen. Enkele van meer be perkte strekking werden aanvaard. Twee amendementen werden aange trokken: een KVP-voorstel om voor de Limburgse mijngemeenten een extra- uitkering te krijgen ter compensatie van het oude „mijnrecht", dat weldra ver- en een voorstel van confessionele partijen en socialisten, dat maatregelen wenst, indien de provinciale subsidies aan de gemeenten m de verplegingskos- ten van geesteszieken worden ingetrok ken. Voor de mijngemeenten heeft minister Toxopeus een wijs beleid toegezegd. Het tweede amendement verdween van tafel, omdat de consequenties ervan tijdens de behandeling van dit wetsontwerp niet waren te overzien. De materie komt weer ter sprake bij de behandeling van de eerstvolgende begroting van binnen landse zaken vrouw Thamar, zijn moeder Marah en zijn broer Jacob. Het girootste conflict, dat Judas in dit stuk wordt toegeschreven, is ech ter zijn twijfel aan God, wiens barm hartigheid Judas niet kan zien. En juist daarom twijfelt hij eraan, of Jezus, die zo goed is, wel waarlijk Gods Zoon kan zijn. Gesteld wordt, dat de Romeinen van Judas' twijfel handig gebruik maken om hem tot verraad van Christus te brengen. Hoe groot zijn verraad is ge weest beseft Judas pas, wanneer alles voorbij is en daarmee wordt dan weer het Bijbelverhaal aangeraakt. Uiteraard kunnen wij in deze voor bespreking slechts enkele facetten van dit vrij ingewikkelde stuk, waarin wij bekende acteurs zullen zien optreden, noemen. Maar toch voldoen.de om u er over te doen nadenken, of u dit stuk van de KRO-televisie wilt zien of niet Dat het door de Zwitserse schrUver zeer ernstig is bedoeld, ook om de küker tot nadenken over eigen geeste lijk beleven van de Lijdensgeschiede nis te brengen, staat bulten alle twijfel. U zult, wanneer u kijkit, Johan Sohmlitz zien als Judas, Sigrid Koefcse als Maria Magidalena en Jan Retèl al« Thomas. Verder spelen o.a. mee Hans Tiemeyer, Marie Hamel en John Leddy. I/I v i vanavond 9 Na het NTS-journaal zendt de KRO om 8-20 uur de kunstrubriek uit. Om 8 50 uur volgt dan de opvoering van het toneelspel „Dienst op Golgotha" van Marcel Dornier. vanavond Gezelligheid bij de NCRV-steravond brengen u vanavond tussen 8 en 9.30 uur Aukje Karsemeyer, Justus Bon en het Promenadeorkest, leerlingen van de Ohr. Kweekschool te Leiden en het Geref. gymnasium te Amster dam in de sehoolquiz en de bekende tonelisten die avonturen in Last be leven Om 10 uur bespeelt André Verwoerd het orgel in de Pauluskerk te Rotterdam cn om 11.30 u. bespreekt de heer C. Rijnedorp werken van N obelpr ijsw inna ars. Programma voor morgen VRIJDAG 24 MAART 1981 Hilversum I, 402 m. 746 kc/s. VARA: 7.0U Nws 7.10 Gym 7.23 Gram en act 8.00 Nws 8.18 Gram cn act 9.00 Gym v d vrouw 9.10 Gram 9.35 Waterst 9.40 Schoolradio, VPRO 10.00 Dit en het andere, gesprek. 10.05 Morgenwijding. VARA 10.20 V d vrouw 10.45 V d kleuters. AVRO: 11.00 V d Kleuters 11.10 Gram 11.45 Kookpraatje 12.00 Lichte muz 12.20 Regerlngsuitz: V d landb 12 30 Land- en tulnbouwmeded 12.33 Sport cn prognose 12.50 Carillon en draaiorgel 13.00 Nws. meded en bcursber 13.30 Lichte muz 14.00 Gemengd koor 14.25 Voordracht 14.45 Carlllonbèspellng 15.00 Amus progr 16.00 Planorecital 16.30 Lichte muz. VARA: 17.00 Tijd voor teenagers 17.45 Act. 1800 Nws 18.15 Pollt lezing 18.25 Lichte muz 18 50 De puntjes op de 1. praatje 19.00 V d kleuters 19.10 Kinderkoor. VPRO 19.30 De stad nu. lezing 19 45 VPRO-nws 20.00 Nws 20.05 De Japanse vissers, hoorspel 20.50 De wereld vergadert, lezing. VARA: 21.00 Quiz 21.50 Rep congres v d Partij van de Arbeid 22.15 Bultenl wcckoverz 22.30TIws. VPRO: 22.40 Zorg om dc mens. gesprek. 23.no Soc nieuws ln EsDeranto 23.10 Muzlk gesprek 23.55—24.00 Nws. Hilversum II, 298 n». 1007 kc/s. NCRV: 7.00 Nws en SOS-ber 7.10 Gram 7.30 Een woord voor de dng 7 40 Gram 8.00 Nwa 8.15 Radiokrant 8.35 Gram 9.00 V d zieken 0.35 Gram 9.40 V d huisvrouw 10.10 Gram 10.15 Morgendienst 10.45 Planorecital 11.15 V d dudere luisteraars 12.00 Lichte muziek i Land- cn tulnbouwmcd 12.33 Meisjes jaar en Instr kwintet 12.53 Gram of act 13.00 Nws 13.15 Lichte muz 13.45 Ham mondorgelspel 14.05 Schoolradio 14.25 Omr ork en solist 15.05 Gram 15.30 Blaasorkest fi.OO Wenken v d tuin 16.15 Gram 16.35 Pianorecital 17.00 Voordracht 17.20 Blaas- trio 17.40 Beursber 17.45 Gram. 18.00 Gewijde muz 18 20 De hangmat 18.50 Regerlngsuitz Serie: studeren en student zijn. II, door L G Schlmmelpcnnlnck, pre sident van de Nederlandse Studentenraad. De aankomende student het studentenle ven 19.00 Nws en wcerber 19.10 Op de man of praatje 19.15 Passlelyrlek 19.30 Radio krant 19.50 Lichte muz 20.15 Gevar progr 2130 Koorzang 22.00 Kongo tussen hoop cn vrees, rep 22.20 Gram 22.30 Nws 22.10 Wijd als de wereld. Int oriëntatie In kerk. zending en oekumenc 23.05 Mil ork 24.33 Gram 23.55—24.00 Nws. Televlsleprogr. NTS 20.00 Weekjournaal VRO 20.30 Dc toestand in de wereld, praatje 20.45 TV-kron 21.15 Gevar progr •2 0522.20 Met hot oog op praatje. Voordelen ln het algemeen spinnen de gemeen ten dus garen bij het aannemen van dit wetsontwerp. Tot deze conclusie kwam ook aan het eind van de beraadslagin gen de socialistische afgevaardigde Ven verloo Hij constateerde weliswaar, dat de regering tekort is geschoten, mede door niet te zorgen, dat thans ook de wetsontwerpen tot instelling van een eigen gemeentelijk balastinggebied en tot regeling van de wegenfinanciëring in behandeling konden komen. Boven dien wordt thans aan de gemeenten een men, want niet aanvaarding zou bete kenen, dat met de huidige noodregeling moet worden verder gewerkt. Ook prof. mr P. J Oud (lib.) voerde voor de eindstemming kort het woord. Als voorzitter van de commissie-Oud, die de regering over de regeling van de financiële verhouding tussen rijk en ge meenten van advies had gediend, heeft hij een belangrijk aandeel gehad in de voorbereiding van dit wetsontwerp. De heer Oud zei, niet verwacht te hebben, dat de regering alle adviezeh ongewijzigd zou opvolgen. Wel had het hem zeer teleurgesteld, dat de positie van de Raad voor de Gemeentefinan- ciën een heel andere zal zijn dan door de commissie is geadviseerd. Zonder enige aarzeling zou hij echter zijn stem aan het wetsontwerp geven, vooral ook, omdat nu een eind komt aan de noodre- te smalle financiële basis gegeven Toch gclingen, waarmee van jaar tot jaar zouden de socialisten met tegen slem-1 moest worden gewerkt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1961 | | pagina 11