ITALIAANSE LIJN
KAMPEERWAGENS:
en koopverschuivingen
Een greep
Cijferparade
Wat koopt de Nederlander
ml
„Het gaat glecht met
ons!" roepen de Franse
autofabrikanten gealar-
meerd uit.
„Onze verkoopresulta
ten stemmen tot enige
zorg!" zeggen de Britten,
beheerst als zij zijn.
„Het gaat heel erg
goed!" spint voorzitter A.
J. ten Hoeve van de Ver
eniging de Rijwiel en Au
tomobiel Industrie
R.A.I. tevreden. „In
januari van dit jaar be
droeg de omzet van de
Nederlandse automobiel
bedrijven 300 procent
van die in januari 1960.
We hadden een topjaar",
zegt hij, „en je kunt niet
altijd op die hoogste top
blijven zitten. We zijn op
timistisch en die nare ge
luiden uit bet buitenland
neem ik niet zo ernstig."
UIT DE NOVITEITEN
De echte, spectaculaire en
splinternieuwe primeurs worden
niet meer op de automobielten-
ïóonstellingen gebracht. Met fan
fares en/of brunettes en blondines
Worden deze elders aangekondigd:
op een plaats of op een tjjdstip,
waarvan een maximum aan pu
bliciteit kan worden verwacht.
Dit neemt echter niet weg, dat
er op elke „Salon" wagens staan
die het grote publiek nog nooit
eerder heeft gezien. Noviteiten
dus, die welisWaar de aandacht
trekken, doch die in vakkringen
reeds bekend zijn.
Een greep uit de wagens, die
voor 't eerst in Nederland worden
getoond, tekent het volgende
beeld:
De Innocenti-fabrieken brengen
een kleine, attractieve sportwagen,
de „Innocenti 950". Het is een Ita
liaanse carrosserie, waarin het mo
torisch gedeelte van de Austin Hea-
ly Sprite is overgenomen in enig
zins opgevoerde toestand. Innocen
ti heefin Italië de licentie van
enkele typen Austins. Ongetwijfeld
wordt de ..950" een aantrekkelijke
propositie in de lichte sportklasse.
Chrysler komt met een snelle
sportwagen (220 km/uur), de „300
G", met maar liefst 375 paarde-
krachten onder de motorkap en een
gewicht van bijna twee ton.
Van het Franse front weinig
nieuws. Citroen vertoont zijn in
middels al bekend geworden DS-
Cabriolet, en het ,L>elijke Eendje"
laat zijn nieuwe neusje zien. Wat
niet is, kan echter nog komen: Pa
rijs gonst van geruchten over de
,Trois Chevpvx",
Nieuw uitItalië,:zijn de Lancia
Flavia met-.voorwielaandrijving en
de Alfa Röfnéo 2000' Sprint.
Lea FrctnCis laat het oude, ge
renommeerde tnerk „Lynx" een
„come back" uitvoeren.
Nieuw voor de Europese sec
tor van Gemral Motors: De Opel
1700 in vierdeursuitvoering, en de
mogelijkheid van automatische
transmissie op de Opel Kapitan en
de Vauxhall Cresta.
In Amerika, dat eigenlijk met
alle 1961-modellen op de R.A.I.
staat, moet het nieuws gezocht
worden in de „compact cars": De
Ford Comet 1961. de Pontiac Tem
pest (zeer revolutionair), de Olds-
mobile F 85 en de Buick Special.
Rambler American komt voorts met
een cabriolet.
Op de R.A.I. is een hele reeks
nieuwe combinatiewagens te zien,
waarvan enkele al in de circula
tie zijn, doch waarvan andere in
derdaad primeurs betekenen. Zo b.v.
de Chevrolet Corvair en de Saab
95. Voorts vindt men bij deze com
bi's, die voor het eerst in Nederland
worden getoond, de Taunus 17 M
Turnier, de Opel 1700 driedeurs,
de Austin A 55 Countryman, de
Morris Oxford V Traveller, de Aus
tin Seven Countryman en de Mor
ris 850 Traveller (in feite identie
ke wagens). Tenslotte nog een com
bi van Skoda.
Drie fabrieken komen met een
kampeerauto uit: de Engelse Com-
mer, de Oostduitse EMW-Wartburg
en de Isar, eveneens uit de Sov
jet-zone van Duitsland.
Dan zijn er natuurlijk nog de
spektakelstukjes. Ford is er met
zijn luchtkussenauto, de Levacar,
die keurig aan bandèn is gelegd,
maar een goed beeld geeft van de
mogelijkheden van deze nieuwe
vorm van vervoer. Simca staat er
op de terugtocht
In de twintiger en ook nog in de
dertiger jaren was de personenauto
meer een speeltje dan een vervoer
middel, dat, hoe dan ook, noodzake
lijk was. Slechts zelden overnachtte
een wagen op straat, en in het mo
torcarter werd om de vijfhonderd of
duizend kilometer dikke zomer- of
iets dunnere winterolie gegoten. Om
de haverklap mankeerde er iets aan
het vehikel, en de levensduur hield
al bij minder dan de helft van de te
genwoordige wagen op.
Vooral in en na de Tweede Wereld
oorlog maakte de techniek de auto
niet alleen betrouwbaarder, maar
ook groter en krachtiger. Dit laatste
gold overigens uitsluitend voor de Ver
enigde Staten, want de krachtige op
bloei van dé Europese automobielin
dustrie is in de eerste plaats wel te
danken aan de introductie van de klei
ne, sterke, geperfectioneerde en com
fortabele wagen. Er werd op dit punt
in een behoefte voorzien. De geringere
welvaart en de fiscale druk maakte
de kleine wagen in de Oude Wereld
favoriet.
Een verschuiving van accenten doet
zich thansL voor. De kleinste auto's
vijfhonderd en zeshonderd cc verlo
ren in Europa terrein, mede als ge
volg van de hoogconjunctuur. En de
wagens in de Verenigde Staten zijn
aan 't krimpen denk maar aan de
introductie van de „compact car"
zowel door de meer aan de realiteit
aangepaste, binnenlandse vraag als
door de steeds ste/ker wordende con
currentie, welke door Europa werd
aangedaan.
Wijzigingen
Interessant blijft nog steeds de
mogelijke ontwikkeling van de auto
matische versnellingsbak, zoals
DAF deze levert. De ontwikkeling
In Eindhoven wordt door buiten
landse technici met belangstelling
gadegeslagen, waarbij vooral wordt
gelet op de levensvatbaarheid van
een continue-variabele overbren
ging, welke geschikt is voor gro
tere vermogens.
De verdere toepassing van de schijf
rem is, vooral in Engeland, zeer sterk
merkbaar. Op vrijwel alle Britse mid-
denklaswagens wordt de schijfrem al
als standaarduitrusting op de voorwie
len toegepast, terwijl de duurdere, Brit
se wagens haar rondom hebben. De
hoge prijs van de schijfrem schijnt in
vele gevallen het voornaamste pro
bleem te zijn. Gezocht wordt dan ook
naar een acceptabele, betrouwbare en
goedkope oplossing.
Er zijn tekenen, welke erop wijzen,
dat de in de afgelopen jaren zo sterk
opgedrongen Italiaanse carrosserielijn
op de terugtocht is. De verschijning
van de nieuwe Taunus 17 M met zijn
tot in de puntjes uitgedokterde stroom-
lijnvorm heeft Farina een geduchte
klap gegeven. Is men eindelijk weer
tot de oude waarheid teruggekeerd,
dat rechte lijn en vlakken wel mooi,
doch niet economisch zijn? De Ro
meinse body-stylisten hebben, hoe men
het ook bekijkt, de moderne automo
bilist veel benzine gekost.
Gebruikelijk is. dat we ieder jaar ge
annonceerd zien: procent meer
glas." Ondanks het feit, dat men het
welhaast niet voor mogelijk hield, is
er ook dit jaar weer veel ruitopper-
vlak bijgekomen, en wel voornamelijk
door een ..verruiming" der daklijsten.
In het licht van de verkeersveiligheid
bezien, is dit alleen maar welkom.
Amerikanen genoodzaakt geweest
principiële constructiewijzigingen in
te voeren. De zelfdragende carrosse
rie, de luchtgekoelde motor achterin,
de onafhankelijke achterwielvering
en thans Ook de montage van de
versnellingsbak jn de achterbrug,
mogen dan voor Europa traditionele
punten zijn, voor Amerika zijn ze
beslist revolutionair.
Hetzelfdè geldt voor de reducering
der maximum gewichten. Ook al door
de compact car" zijn de motoren
aanzienlijk lichter gemaakt, en wel
door gebruik van aluminium. Ook
met gietijzeren motoren werden ech
ter gewichtsbesparingen verkregen.
Een topprestatie leverde Ford met
haar Falcon zescylinder motor, wel
ke 86 kilo minder weegt dan de laat
ste standaard Ford zescylinder.
De belangstelling, welke er voor de
automatische transmissie bestaat, is
mede een gevolg van de verschijning
van de ..compact cars". In Europa, in
ieder geval in Nederland, is de auto
matische versnellingsbak niet populair.
Als extra is' hij duur. bij reparatie
krijgt men een zeer hoge rekening,
waarbij nog komt. dat hij de tweede-
handswaarde van een wagen aanzien
lijk drukt.
De tussenvorm, de automatische kop
peling. heeft het niet gedaan. Twee
jaar geleden waren bijna alle Britse
merken met deze voorziening lever
baar, evenals verschillende Franse en
Duitse merken. Maar men is er weer
van afgestapt, zoals de Verenigde Sta
ten al jaren geleden hebben gedaan.
De „Sunshine" is een van de vele
nieuwe produkten van de zich
snel uitbreidende, Nederlandse
ccvravanindustrie. Deze licKfge-
wicht-kampeerwagen (360 kilo
voor de wegenbelasting) heeft
niet minder dan zes ramen, ter
wijl de inrichting o.m. uit vijf
schuimplastic matrassen bestaat.
Elke auto, ook de kleinste, kan
dit zonnige vakantiehuis trekken.
De volledig ingerichte kampeer
auto is, vooral in Engeland, zeer
in trek. Op de R.A.I. worden er
drie getoond, o.m. deze Commer.
Dat maakt de R.A.I. niet minder in
teressant. Men kan er de tendenzen,
de grote lijnen, de verschuivingen in
hun geheel waarnemen. Zo zal men
op deze 43ste R.A.I. heel duidelijk
kunnen zien. welke wisselwerking er
thans bestaat tussen de Europese en
de Amerikaanse auto-industrie, met
als symbool de „compact car".
Die ..compact car" was het ant
woord van de Amerikaanse auto-in
dustrie op de steeds groeiende belang
stelling van de Amerikaan voor de
kleinere en kleine Europese wagen.
Hij heeft daar lang zijn schouders
over opgehaald: „Die Europese wa
gen is niets voor ons", zei hij.
Hetzelfde deed Europa over de „ver
chroomde sleeën" van enkele jaren
terug. Maar het verschil was. dat het
Europese produkt in Amerika een
steeds williger markt ging vinden, ter-
Offensief
De Amerikanen zaten niet stil. Ach
ter de schermen bereidden zij een of
fensief voor tegen de Europese im
port. die in 1959 twaalf procent van
de markt beheerste. Dat offensief
heette „compact car", en sloeg op
twee fronten tegelijk toe.
Het begon nooit als zodanig er
kend met de Studebaker .Lark".
Chrysler volgde met de „Valiant",
Ford met de ..Falcon", General Mo
tors met de Chevrolet „Corvair" met
zijn voor Amerika revolutionaire mo
torplaatsing achterin.
Die ..compact cars" zijn nog steeds
geen kleine auto's. Ze zijn te verge
lijken met flinke Europeanen in de
2.5. Jiter-klasse. De voorkeur blijft uit
gaan naar de zes-cilindermotor. De
pk's liggen in de buurt van de
honderd, wat voor een Europeaan
veel. voor een Amerikaan weinig is.
Geen R.A.I. in de na-oorlogse jaren
of men vond in vrijwel elke beschou
wingspottende woorden over staart
vinnen «n bumpera Dat hoeft thans
waarlijk niet meer. De Amerikanen
hebben begrepen, dat zij ons bepaald
niet met deze verkoopargumenten im
poneren.
levi
Terugtocht
"Intussen moet de „compact car"
toch nog steeds de concurrentie het
hoofd bieden van de zeer goede
Europese wagens in dezelfde (prijs)-
klasse. Ze vormen dus (nog) geen
de Europese indus-
tie. Voor
met de beroemd gzworden „Aria-
ne van Miramar": een auto, die
op het circuit van Miramar heeft
laten zien, dat een Rush-motor
tweehonderdduizend kilometer ach
ter elkaar kan draaien, zonder ook
maar een enkele reparatie. De mil
joenste Morris Minor wordt getoond,
die er natuurlijk net zo uitziet als
elke andere auto van dit type. En
Renault heeft het tenslotte toch nog
klaar gespeeld het „Ondine Ballet"
tijdig uit Brussel te laten komen,
waardoor elke R.A.I.-bezoeker zich KtllHltG
kan vergapen aan de pirouette-draai
ende Ondines in hun mooie kleuren.
De 43ste R.A.I. heeft een totale expositie-oppervlakte van 32.500 vier
kante meter. Zij blijft geopend t/m 12 februari.
Het aantal standhouders bedraagt 228, of wel tien procent meer dan in
1960. 33 van hen brengen personen- en combinatieauto's, 25 komen met
kampeerwagens, terwijl de rest (150) auto-onderdelen, toebehoren, zomede
garage-uitrusting exposeert.
Twintig Nederlandse fabrikanten van auto-onderdelen en toeleverings-
produkten verzorgen een gezamenlijke inzending, welke vanwege de
plaatsing op één der gaanderijen de naam „Nederlands Balcon" draagt.
Het internationale karakter blijkt zeer duidelijk uit de inschrijving van
69 verschillende merken personen- en combinatieauto's. Hiervan zijn er
21 afkomstig uit Engeland, 16 uit Westduttsland. 15 uit de Verenigde
Staten, 7 uit Italië, 5 uit Frankrijk, 2 uit Zweden, en 1 uit resp. Nederland,
Tsjechoslowaküe en Oostduitsland.
De afdeling kampeerwagens omvat 34 merken In ruim 80 verschillende
typen. Meer dan de helft hiervan is Nederlands fabrikaat. Engeland heeft
24 typen ingebracht, Westduitsland 11 typen en België 5 typen.
In 1960 kwamen er in Nederland 100.154 nieuwe personenauto's bij (in
1959 en 1958 resp. 76.847 en 56.188). De sector personenauto's groeide tot
541.000 eenheden, die van autobussen tot 9.600 eenheden, die van vracht
auto's tot 157.500 eenheden, en die van motortwee- en driewielers tot
189.300 eenheden.
Wat de verkoop in Nederland betreft, zijn Volkswagen en Opel opnieuw
de koplopers geweest. Volkswagen ging strijken met 17,33 van het
marktpercenfage; Opel met 15,55 Renault kreeg 10,27 CItroën
9,13 en Ford Engeland 7,97 Het aandeel van DAF kwam op
3,55 Eindhoven raakte hiermee voor op vele, hier te lande niet
onbekende merken.
Het aantal in Nederland in gebruik zijnde kampeerwagens steeg van
600 in 1949 tot 12.500 in 1960. Door zeventien Nederlandse bedrijven met
meer dan tien man personeel werden in 1959 een kleine duizend kampeer
wagens geproduceerd.
In het inwendige der automobielen
is niet veel verandering gekomen. Veel
wensen zullen dan ook blijven, en het
is de vraag, of ze ooit kunnen worden
vervuld. Bij grote wagens heeft
nu eenmaal meer mogelijkheden
comfort dan bij kleine wagens. Er
dient een bepaalde ruimte te zijn om
de ledematen van een mens te bergen,
en bij de kleine wagens ontbreekt het
daar juist aan.
Typisch is ook het weinig comfort,
dat vele Amerikaanse auto's op de
achterzitting bieden. Gaat men mis
schien van de veronderstelling uit, dat
het hier niet zozeer op aankomt, om
dat de koper toch meestal achter het
stuur zit?
Wat de verwarming betreft, is een
nieuwe tendens waarneembaar. Men
ziet weer kacheltjes in het interieur
verschijnen, wat overigens niet bete
kent, dat het met de verwarmde, ver
se luchttoevoer gedaan is. Verwarming
van de voeten van de achterzittenden
schijnt enorm kostbaar te zijn. Slechts
in enkele wagens merkt men een be
treffende installatie op.
Een andere tendens, die opvalt, is
het streven naar verlenging van de
onderhoudstermijn. Hebben DAF en
Triumph al geen smeerpunten meer.
verschillende Amerikaanse auto's ko
men misschien nog maar drie keer
aan een smeerbeurt toe. omdat dit vol
gens de fabrikanten slechts om de vijf
tigduizend kilometer behoeft te gebeu
ren. Met een olieverversing zou men
6500 kilometer kunnen doen.
Een merkwaardig vast smeermiddel
bij welks samenstelling molybdeen di
sulfide wordt gebruikt, zomede het ge
bruik van speciale oliefilters, zouden
de sleutels tot deze geheimen zijn
Indien deze ontwikkeling zleh
voortzet, dan is het te hopen, dat
de inspectiebeurten ter controle
van het onderstel niet worden ver
geten. Geen wagen kan nu een
maal ooit onderboudslooa worden.
■',.v i -.
Echte sportwagens en pseudo-sportwagens zijn er te kust en te keur.
Ook dit is een verschijnsel van de hoogconjunctuur, die in alle sectoren
van de automarkt verschuivingen te zien geeft. De foto toont de Alfa
Romeo Sprint.
In dit licht-moet de 43ste R.A.I.-tentoonstelling extra feestelijk
in het nieuwe R.A.l.-gébouw gezien worden: Een gezonde, uni
versele show, die een vrijwel volledig overzicht geeft van wat de
markt te bieden heeft.
En daarin onderscheidt de R.A.I. zich dan van verschillende
andere Europese Shows. Men kan er alles vinden. De nadruk ligt
niet op de nationale industrie, omdat deze ten onzent nog zeer
bescheiden is.
Het Oosten
Er is echter nog een derde produ-
centengroep: Het Oosten. Ten eerste
is er het tot de westelijke wereld be
horende Japan, dat weliswaar niet op
deze R.A.I. is vertegenwoordigd, maar
dat zijn woordje gaat meespreken, en
dat, in tegenstelling tot voor de oorlog,
hoogwaardige produkten en geen prul-
En dan is er Rusland, wel op de
Brusselse „Salon", niet op deze R.A.I.
vertegenwoordigd. Rusland heeft het al
eerder geprobeerd op de westelijke
markten, maar wat men toen lever
de: onvolmaakte kopieën van overja
rige Europese en Amerikaanse model
len, die bovendien „underpowered"
waren, ging er hier niet in.
In Brussel is intussen gebleken,
dat de Russen sterk zijn vooruit
gegaan. En wanneer men voortre
deneert in de lijn van de inderdaad
grote technische prestaties van de
afgelopen jaren, moet verwacht
worden, dat Rusland zonder meer
in staat is een volwaardig produkt
op de personenautomarkt te bren
gen. Daarbij kan Rusland zich per
mitteren, prijzen te vragen, die de
koper aantrekkelijk zal vinden,
maar die de handelaar „dumping
prijzen" zal noemen.
We zijn een beetje bovenaan in de
prijzen begonnen. Wat de gemiddelde
R A I.-bezoeker zich kan permitteren,
vindt hij zelf gemakkelijker! Twee en
vier jaar geleden was dat nog het héél
kleine, goedkope autootje.
Die zoekerscategorie is er nog en
vindt nog steeds niet. wat hij wenst:
feen betaalbaar produkt, dat tussen de
kleine wagen en de scooter of motor-
met-zijspan inligt.
Toch is deze mensenschaar aan
zienlijk kleiner geworden. Er heeft zich
een verschijnsel voorgedaan, dat zeer
opmerkelijk is, nl. een verschuiving
van de vraag naar de goedkoopste
auto's, naar die van tussen de vijf-
en zesduizend gulden. Dat is dus de
klasse, om maar eens een paar na
men te noemen, waarin Volkswagen
en Dauphine, en een aantal andere
Europese „bestsellers" liggen.
Men moet hier ongetwijfeld een con
junctuurverschijnsel in zien, maar
toch is ook de veronderstelling gewet
tigd, dat de aanbiedingen in deze
klasse zodanig zijn, dat er een pu
bliek voor wordt gevonden, dat be
reid is voor zo'n propositie iets boven
het voorgenomen budget te gaan
Ook in de cilinderinhoud ziet men
een verschuiving, die overigens op de
vorige R.A.I. al inzette. Zeshonderd
cc wordt als minimum beschouwd
veilige snelheid en accelera-
sommigen is dit niet eens
urn: Vooral in Duitsland
gaat men hoger en ook DAF zou.
naar de geruchten willen, aan een
vergroting van de cilinderinhoud den
ken «of zelfs al bezig zijn).
Intussen is het niet zo. dat de klei-
aanbiedingen er het loodje bij
leggen. Maar ze moeten wel van ge
renommeerde huize komen! In het or
kest van de 600 tot 1000 cc'ers spe
len de Fiat 500 en de 2 CV hun nar-
tij nog steeds mee. maar Borgward is
bijv. door de Lloyd in grote moei
lijkheden gekomen.
Was vroeger de R.A.I. en
iedere autotentoonstelling dan
ook een presentatie voor de
„happy few" van wat de indus
trie te bieden had, in de opmars
van de massamotorisering van
thans is zij geworden tot een
presentatie van het bereikbare
heel wat groter publiek
dan enkele jaren geleden.
De „Tempest", de nieuwste „compact car" van Pontiac, geldt als zeer
revolutionair van ontwerp. De motor (vier cylinders!) bevindt zich vóór,
de versnellingsbak achter, terwijl de carrosserie zelfdragend is. De
lengte van de wagen is nog altijd 4.81 m., de breedte 1.83 m. en de hoogte
1.36 m. Het vermogen bedraagt 112 pk, doch kan tot 132 pk worden
opgevoerd, als de uitrusting uit een automatische versnellingsbak bestaat.
Dit is de Anglia „Sportsman"de nieuwste versie van de zo snel populair
geworden New Anglia. Door de plaatsing van het reservewiel aan de
buitenkant tegen het kofferdeksel heeft men er een soort sportkarretje
van gemaakt.
van 1375 tot 19.000
De representatieve caravantentoon
stelling in het nieuwe R.A.I.-gebouw
stelt het publiek in staat onder wel
haast ideale omstandigheden kennis
:e nemen van hetgeen de binnen
in buitenlandse kampeerwagenindus-
'rie momenteel tc bieden heeft. De
keuze is ongetwijfeld groot, maar
'och ook weer niet zo groot, dat zij
verwarrend werkt. Het 'ijdstip is bo
vendien uitermate gunstig. Wie tij
lens de tentoonstelling tot aankoop
besluit, zal er reeds in het begin van
het kampeerseizoen met de nieuwe
lanwinst op uit kunnen treks en. Kam
peerwagens zijn nu eenmaal een sei
zoenartikel, iaat wil zeggen, dat vrij
wel geen fabrikant in staat is aan
ie vooral in het voorjaar optredende
grote vraag op korte termijn te vol
doen.
Van de ruim tachtig caravans, die
in de ruime Oosthal staan, weegt de
lichtste, een vouwwagen, honderd kilo.
terwijl de zwaarste, meer een woon-
trailer, het tot over de 1250 kilo brengt.
Zonder enige overdrijving kan dan ook
gezegd worden, dat er voor elk type
auto een kampeerwagen te vinden is.
Hetzelfde gaat op voor de portemon-
naie. De goedkoopste caravan, die op
de tentoonstelling te zien is. kost 1375.
de duurste 19.000.-. De gemiddelde
prijs van een kampeerwagen met vas
te wanden- bedraagt 4.500.-. terwijl
men voor een vouwwagen gemiddeld
de helft betaalt, nl. 2.200.-.
den. van de wagen over 't algemeen
het grootste is, maar ook. omdat de
kookdampen 't gemakkelijkst kunnen
worden afgevoerd via een ép het hoog
ste punt aangebracht dakluik. Een an
dere overweging is voorts nog geweest
het betrekkelijk grote gewicht van de
keukeninventaris en de levensmidde-
lenvoorraad. De middenkeuken komt
de rijkwaliteiten dan ook zeer ten goe
de.
Het neus- of zwenkwiel is thans een
standaard-onderdeel geworden van vrij
wel alle caravans met vaste wanden.
Bij het met de hand verplaatsen van
de wagen heeft mtn van een neuswiel
bijzonder veel gemak, en bij zwaarde
re typen is hij zelfs onmisbaar. Bij de
telescopisch uitdraaibare uitvoering
wordt het aan- of afkoppelen kinder
werk. waarbij nog komt, dat men een
eenvoudig middel bezit om de vloer
zuiver horizontaal te stellen.
De toiletaccomodatie is eveneens in
opmars. Hoewel de meningen over de
wenselijkheid van een toiletruimte in
een caravan uiteenlopen het woeke
ren met ruimte speelt immers zulk
een grote rol blijken de sanitaire
voorzienningen op kampeerterreinen
toch blijkbaar zwakke punten te zijn.
Veersysteinen
Stabiel
trie op de eigen Europese markten.
Wel daarentegen op de Amerikaanse
thuismarkt. Van twaalf procent in
1959 is de Europese wagen in 1960
teruggedrongen naar een marktaan
deel van acht procent. En in het
licht van deze tegenslag van vier
procent dient men dan ook de re
cente prijsverlagingen van vele gro
te Europese merken te zien.
Logisch gevolg van deze ontwikke
ling is. dat de Amerikanen nu zoeken
naar nóg kleiner, en dat wordt dan
wel „under-compact" genoemd. Aller
lei geruchten gaan over een anderhal
ve liter Ford met voorwiclaandrijving.
Rond Chrysler wordt gefluisterd, en
men zou de 1.7 liter Opel als een
voorloper kunnen zien bij G.M.
Wanneer Amerika in deze lijn inder
daad een groot offensief opent, kan
dit een genadeloze strijd tussen de
nieuwe en de oude westerse wereld
betekenen op de automarkt, die mis
schien de koper, waarschijnlijk niet
de industrieën zelf ten goede zal ko
men. Het is dus inderdaad bijzonder
interessant om op deze R.A.I. vooral
de Amerikaanse compact-cars" niet
over te slaan, doch deze juist eens ex
tra goed ta bekijken.
Vergeleken met vorige exposities is
het prijspeil vrij stabiel gebleven.
Tachtig procent van de tentoongestel
de wagens vallen in de prijsklasse
3.000.- 7.500.-, waarvan weer
het grootste aantal in het laagste dui
zendtal zit.
Bij twee-derde van de aanwezige ca
ravans bevindt dc keuken zich in het
midden. Dit heeft men niet alleen ge
daan omdat de stahoogte in het mid-
PRIJSKLASSEN
Aantal typen
Percentage
1959
1960
1.
minder dan 3.000 gulden
1
0.2
0,2
2.
3.000 - 4.000 gulden
5
6.6
1.6
3.
4.000 - 5.000 gulden
20
8,6
17,5
4.
5.000 6.000 gulden
20
30,9
31,3
3.
6.000 - 7.000 gulden
32
7.6
9,3
6.
7.000 - 8.000 gulden
32
19,2
13,3
7.
8.000 9.000 gulden
40
8.7
7,5
8.
9.000- 10.000 gulden
32
5,3
4,8
9.
10.000- 11.500 gulden
28
4.6
5,2
10.
11.500 - 13.000 gulden
46
1,7
3,6
11.
13.000 - 16.000 gulden
54
4.5
3,3
12.
16.000 en meer gulden
158
2,1
2,5
Een vergelijking van de veersyste-
men leert, dat bij de meeste tentoon
gestelde typen torsievering wordt toe
gepast. De half-elliptische bladveer
komt bij 35 procent van de modellen
voor. en wel voornamelijk bij de zwaar
dere wagens. Het is vooral het nood
zakelijk streven naar gewichtsbeper
king. dat tot de toepassing van torsie
vering heeft geleid. Of de rijkwalitei
ten er beter aoor worden, wordt zowel
verdedigd als bestreden.
Dc grens tussen geremde en onge
remde uitvoering ligt bij dc op de
stands aanwezige wagens bij een ge
wicht van vierhonderd kilo. Wettelijk
is de geremde uitvoering bij een be
laden gewicht van 750 kilo vereist. Het
Is daarom verheugend, dat de cara
vanindustrie haar produkten reeds be
langrijk onder deze grens van een
rein voorziet, ook al houden interna
tionale ultrustlngselsen hier terdege
verband mee.
Wat het gebruikte materiaal voor de
buitenwanden betreft, heeft aluminium
het wel definitief gewonnen. Het ge
bruik van polyester is nog zeer beperkt,
al wordt deze kunsthars wel hoe lan
ger hoe meer voor vervaardiging van
earosserie-onderdelen gebruikt. Enkel
wandige kampeerwagens komen, be
halve in de groep vouwwagens, vrij
wel niet meer voor. Bij verreweg de
meeste dubbelwandige wagens worden
tussen de ruimten sterk isolerende
stoffen aangebracht, zoals glaswol, alu
miniumfolie etc.
De bagage-aanhanger gaat kennelijk
ook tot het Nederlandse wegbeeld be
horen. De kleine auto's bezitten nu
eenmaal niet voldoende bergruimte om.
behalve de persoonlijke bagage van
de inzittenden, ook nog de vaak om
vangrijke kampeeruitrusting mee te
nemen, nog afgezien van het feit. dat
de maximaal toelaatbare belasting
dreigt te worden overschreden.
De tentoongestelde bagage aanhan
gers lopen in gewicht uiteen van twin
tig tot tweehonderd kilo. Het lichtste
model 1s een op één wiel gemonteerd
bagagerek. De prijzen variëren van
335.- tot 5 1000.-.