ITALIAANSE LIJN KAMPEERWAGENS: en koopverschuivingen Een greep Cijferparade Wat koopt de Nederlander ml „Het gaat glecht met ons!" roepen de Franse autofabrikanten gealar- meerd uit. „Onze verkoopresulta ten stemmen tot enige zorg!" zeggen de Britten, beheerst als zij zijn. „Het gaat heel erg goed!" spint voorzitter A. J. ten Hoeve van de Ver eniging de Rijwiel en Au tomobiel Industrie R.A.I. tevreden. „In januari van dit jaar be droeg de omzet van de Nederlandse automobiel bedrijven 300 procent van die in januari 1960. We hadden een topjaar", zegt hij, „en je kunt niet altijd op die hoogste top blijven zitten. We zijn op timistisch en die nare ge luiden uit bet buitenland neem ik niet zo ernstig." UIT DE NOVITEITEN De echte, spectaculaire en splinternieuwe primeurs worden niet meer op de automobielten- ïóonstellingen gebracht. Met fan fares en/of brunettes en blondines Worden deze elders aangekondigd: op een plaats of op een tjjdstip, waarvan een maximum aan pu bliciteit kan worden verwacht. Dit neemt echter niet weg, dat er op elke „Salon" wagens staan die het grote publiek nog nooit eerder heeft gezien. Noviteiten dus, die welisWaar de aandacht trekken, doch die in vakkringen reeds bekend zijn. Een greep uit de wagens, die voor 't eerst in Nederland worden getoond, tekent het volgende beeld: De Innocenti-fabrieken brengen een kleine, attractieve sportwagen, de „Innocenti 950". Het is een Ita liaanse carrosserie, waarin het mo torisch gedeelte van de Austin Hea- ly Sprite is overgenomen in enig zins opgevoerde toestand. Innocen ti heefin Italië de licentie van enkele typen Austins. Ongetwijfeld wordt de ..950" een aantrekkelijke propositie in de lichte sportklasse. Chrysler komt met een snelle sportwagen (220 km/uur), de „300 G", met maar liefst 375 paarde- krachten onder de motorkap en een gewicht van bijna twee ton. Van het Franse front weinig nieuws. Citroen vertoont zijn in middels al bekend geworden DS- Cabriolet, en het ,L>elijke Eendje" laat zijn nieuwe neusje zien. Wat niet is, kan echter nog komen: Pa rijs gonst van geruchten over de ,Trois Chevpvx", Nieuw uitItalië,:zijn de Lancia Flavia met-.voorwielaandrijving en de Alfa Röfnéo 2000' Sprint. Lea FrctnCis laat het oude, ge renommeerde tnerk „Lynx" een „come back" uitvoeren. Nieuw voor de Europese sec tor van Gemral Motors: De Opel 1700 in vierdeursuitvoering, en de mogelijkheid van automatische transmissie op de Opel Kapitan en de Vauxhall Cresta. In Amerika, dat eigenlijk met alle 1961-modellen op de R.A.I. staat, moet het nieuws gezocht worden in de „compact cars": De Ford Comet 1961. de Pontiac Tem pest (zeer revolutionair), de Olds- mobile F 85 en de Buick Special. Rambler American komt voorts met een cabriolet. Op de R.A.I. is een hele reeks nieuwe combinatiewagens te zien, waarvan enkele al in de circula tie zijn, doch waarvan andere in derdaad primeurs betekenen. Zo b.v. de Chevrolet Corvair en de Saab 95. Voorts vindt men bij deze com bi's, die voor het eerst in Nederland worden getoond, de Taunus 17 M Turnier, de Opel 1700 driedeurs, de Austin A 55 Countryman, de Morris Oxford V Traveller, de Aus tin Seven Countryman en de Mor ris 850 Traveller (in feite identie ke wagens). Tenslotte nog een com bi van Skoda. Drie fabrieken komen met een kampeerauto uit: de Engelse Com- mer, de Oostduitse EMW-Wartburg en de Isar, eveneens uit de Sov jet-zone van Duitsland. Dan zijn er natuurlijk nog de spektakelstukjes. Ford is er met zijn luchtkussenauto, de Levacar, die keurig aan bandèn is gelegd, maar een goed beeld geeft van de mogelijkheden van deze nieuwe vorm van vervoer. Simca staat er op de terugtocht In de twintiger en ook nog in de dertiger jaren was de personenauto meer een speeltje dan een vervoer middel, dat, hoe dan ook, noodzake lijk was. Slechts zelden overnachtte een wagen op straat, en in het mo torcarter werd om de vijfhonderd of duizend kilometer dikke zomer- of iets dunnere winterolie gegoten. Om de haverklap mankeerde er iets aan het vehikel, en de levensduur hield al bij minder dan de helft van de te genwoordige wagen op. Vooral in en na de Tweede Wereld oorlog maakte de techniek de auto niet alleen betrouwbaarder, maar ook groter en krachtiger. Dit laatste gold overigens uitsluitend voor de Ver enigde Staten, want de krachtige op bloei van dé Europese automobielin dustrie is in de eerste plaats wel te danken aan de introductie van de klei ne, sterke, geperfectioneerde en com fortabele wagen. Er werd op dit punt in een behoefte voorzien. De geringere welvaart en de fiscale druk maakte de kleine wagen in de Oude Wereld favoriet. Een verschuiving van accenten doet zich thansL voor. De kleinste auto's vijfhonderd en zeshonderd cc verlo ren in Europa terrein, mede als ge volg van de hoogconjunctuur. En de wagens in de Verenigde Staten zijn aan 't krimpen denk maar aan de introductie van de „compact car" zowel door de meer aan de realiteit aangepaste, binnenlandse vraag als door de steeds ste/ker wordende con currentie, welke door Europa werd aangedaan. Wijzigingen Interessant blijft nog steeds de mogelijke ontwikkeling van de auto matische versnellingsbak, zoals DAF deze levert. De ontwikkeling In Eindhoven wordt door buiten landse technici met belangstelling gadegeslagen, waarbij vooral wordt gelet op de levensvatbaarheid van een continue-variabele overbren ging, welke geschikt is voor gro tere vermogens. De verdere toepassing van de schijf rem is, vooral in Engeland, zeer sterk merkbaar. Op vrijwel alle Britse mid- denklaswagens wordt de schijfrem al als standaarduitrusting op de voorwie len toegepast, terwijl de duurdere, Brit se wagens haar rondom hebben. De hoge prijs van de schijfrem schijnt in vele gevallen het voornaamste pro bleem te zijn. Gezocht wordt dan ook naar een acceptabele, betrouwbare en goedkope oplossing. Er zijn tekenen, welke erop wijzen, dat de in de afgelopen jaren zo sterk opgedrongen Italiaanse carrosserielijn op de terugtocht is. De verschijning van de nieuwe Taunus 17 M met zijn tot in de puntjes uitgedokterde stroom- lijnvorm heeft Farina een geduchte klap gegeven. Is men eindelijk weer tot de oude waarheid teruggekeerd, dat rechte lijn en vlakken wel mooi, doch niet economisch zijn? De Ro meinse body-stylisten hebben, hoe men het ook bekijkt, de moderne automo bilist veel benzine gekost. Gebruikelijk is. dat we ieder jaar ge annonceerd zien: procent meer glas." Ondanks het feit, dat men het welhaast niet voor mogelijk hield, is er ook dit jaar weer veel ruitopper- vlak bijgekomen, en wel voornamelijk door een ..verruiming" der daklijsten. In het licht van de verkeersveiligheid bezien, is dit alleen maar welkom. Amerikanen genoodzaakt geweest principiële constructiewijzigingen in te voeren. De zelfdragende carrosse rie, de luchtgekoelde motor achterin, de onafhankelijke achterwielvering en thans Ook de montage van de versnellingsbak jn de achterbrug, mogen dan voor Europa traditionele punten zijn, voor Amerika zijn ze beslist revolutionair. Hetzelfdè geldt voor de reducering der maximum gewichten. Ook al door de compact car" zijn de motoren aanzienlijk lichter gemaakt, en wel door gebruik van aluminium. Ook met gietijzeren motoren werden ech ter gewichtsbesparingen verkregen. Een topprestatie leverde Ford met haar Falcon zescylinder motor, wel ke 86 kilo minder weegt dan de laat ste standaard Ford zescylinder. De belangstelling, welke er voor de automatische transmissie bestaat, is mede een gevolg van de verschijning van de ..compact cars". In Europa, in ieder geval in Nederland, is de auto matische versnellingsbak niet populair. Als extra is' hij duur. bij reparatie krijgt men een zeer hoge rekening, waarbij nog komt. dat hij de tweede- handswaarde van een wagen aanzien lijk drukt. De tussenvorm, de automatische kop peling. heeft het niet gedaan. Twee jaar geleden waren bijna alle Britse merken met deze voorziening lever baar, evenals verschillende Franse en Duitse merken. Maar men is er weer van afgestapt, zoals de Verenigde Sta ten al jaren geleden hebben gedaan. De „Sunshine" is een van de vele nieuwe produkten van de zich snel uitbreidende, Nederlandse ccvravanindustrie. Deze licKfge- wicht-kampeerwagen (360 kilo voor de wegenbelasting) heeft niet minder dan zes ramen, ter wijl de inrichting o.m. uit vijf schuimplastic matrassen bestaat. Elke auto, ook de kleinste, kan dit zonnige vakantiehuis trekken. De volledig ingerichte kampeer auto is, vooral in Engeland, zeer in trek. Op de R.A.I. worden er drie getoond, o.m. deze Commer. Dat maakt de R.A.I. niet minder in teressant. Men kan er de tendenzen, de grote lijnen, de verschuivingen in hun geheel waarnemen. Zo zal men op deze 43ste R.A.I. heel duidelijk kunnen zien. welke wisselwerking er thans bestaat tussen de Europese en de Amerikaanse auto-industrie, met als symbool de „compact car". Die ..compact car" was het ant woord van de Amerikaanse auto-in dustrie op de steeds groeiende belang stelling van de Amerikaan voor de kleinere en kleine Europese wagen. Hij heeft daar lang zijn schouders over opgehaald: „Die Europese wa gen is niets voor ons", zei hij. Hetzelfde deed Europa over de „ver chroomde sleeën" van enkele jaren terug. Maar het verschil was. dat het Europese produkt in Amerika een steeds williger markt ging vinden, ter- Offensief De Amerikanen zaten niet stil. Ach ter de schermen bereidden zij een of fensief voor tegen de Europese im port. die in 1959 twaalf procent van de markt beheerste. Dat offensief heette „compact car", en sloeg op twee fronten tegelijk toe. Het begon nooit als zodanig er kend met de Studebaker .Lark". Chrysler volgde met de „Valiant", Ford met de ..Falcon", General Mo tors met de Chevrolet „Corvair" met zijn voor Amerika revolutionaire mo torplaatsing achterin. Die ..compact cars" zijn nog steeds geen kleine auto's. Ze zijn te verge lijken met flinke Europeanen in de 2.5. Jiter-klasse. De voorkeur blijft uit gaan naar de zes-cilindermotor. De pk's liggen in de buurt van de honderd, wat voor een Europeaan veel. voor een Amerikaan weinig is. Geen R.A.I. in de na-oorlogse jaren of men vond in vrijwel elke beschou wingspottende woorden over staart vinnen «n bumpera Dat hoeft thans waarlijk niet meer. De Amerikanen hebben begrepen, dat zij ons bepaald niet met deze verkoopargumenten im poneren. levi Terugtocht "Intussen moet de „compact car" toch nog steeds de concurrentie het hoofd bieden van de zeer goede Europese wagens in dezelfde (prijs)- klasse. Ze vormen dus (nog) geen de Europese indus- tie. Voor met de beroemd gzworden „Aria- ne van Miramar": een auto, die op het circuit van Miramar heeft laten zien, dat een Rush-motor tweehonderdduizend kilometer ach ter elkaar kan draaien, zonder ook maar een enkele reparatie. De mil joenste Morris Minor wordt getoond, die er natuurlijk net zo uitziet als elke andere auto van dit type. En Renault heeft het tenslotte toch nog klaar gespeeld het „Ondine Ballet" tijdig uit Brussel te laten komen, waardoor elke R.A.I.-bezoeker zich KtllHltG kan vergapen aan de pirouette-draai ende Ondines in hun mooie kleuren. De 43ste R.A.I. heeft een totale expositie-oppervlakte van 32.500 vier kante meter. Zij blijft geopend t/m 12 februari. Het aantal standhouders bedraagt 228, of wel tien procent meer dan in 1960. 33 van hen brengen personen- en combinatieauto's, 25 komen met kampeerwagens, terwijl de rest (150) auto-onderdelen, toebehoren, zomede garage-uitrusting exposeert. Twintig Nederlandse fabrikanten van auto-onderdelen en toeleverings- produkten verzorgen een gezamenlijke inzending, welke vanwege de plaatsing op één der gaanderijen de naam „Nederlands Balcon" draagt. Het internationale karakter blijkt zeer duidelijk uit de inschrijving van 69 verschillende merken personen- en combinatieauto's. Hiervan zijn er 21 afkomstig uit Engeland, 16 uit Westduttsland. 15 uit de Verenigde Staten, 7 uit Italië, 5 uit Frankrijk, 2 uit Zweden, en 1 uit resp. Nederland, Tsjechoslowaküe en Oostduitsland. De afdeling kampeerwagens omvat 34 merken In ruim 80 verschillende typen. Meer dan de helft hiervan is Nederlands fabrikaat. Engeland heeft 24 typen ingebracht, Westduitsland 11 typen en België 5 typen. In 1960 kwamen er in Nederland 100.154 nieuwe personenauto's bij (in 1959 en 1958 resp. 76.847 en 56.188). De sector personenauto's groeide tot 541.000 eenheden, die van autobussen tot 9.600 eenheden, die van vracht auto's tot 157.500 eenheden, en die van motortwee- en driewielers tot 189.300 eenheden. Wat de verkoop in Nederland betreft, zijn Volkswagen en Opel opnieuw de koplopers geweest. Volkswagen ging strijken met 17,33 van het marktpercenfage; Opel met 15,55 Renault kreeg 10,27 CItroën 9,13 en Ford Engeland 7,97 Het aandeel van DAF kwam op 3,55 Eindhoven raakte hiermee voor op vele, hier te lande niet onbekende merken. Het aantal in Nederland in gebruik zijnde kampeerwagens steeg van 600 in 1949 tot 12.500 in 1960. Door zeventien Nederlandse bedrijven met meer dan tien man personeel werden in 1959 een kleine duizend kampeer wagens geproduceerd. In het inwendige der automobielen is niet veel verandering gekomen. Veel wensen zullen dan ook blijven, en het is de vraag, of ze ooit kunnen worden vervuld. Bij grote wagens heeft nu eenmaal meer mogelijkheden comfort dan bij kleine wagens. Er dient een bepaalde ruimte te zijn om de ledematen van een mens te bergen, en bij de kleine wagens ontbreekt het daar juist aan. Typisch is ook het weinig comfort, dat vele Amerikaanse auto's op de achterzitting bieden. Gaat men mis schien van de veronderstelling uit, dat het hier niet zozeer op aankomt, om dat de koper toch meestal achter het stuur zit? Wat de verwarming betreft, is een nieuwe tendens waarneembaar. Men ziet weer kacheltjes in het interieur verschijnen, wat overigens niet bete kent, dat het met de verwarmde, ver se luchttoevoer gedaan is. Verwarming van de voeten van de achterzittenden schijnt enorm kostbaar te zijn. Slechts in enkele wagens merkt men een be treffende installatie op. Een andere tendens, die opvalt, is het streven naar verlenging van de onderhoudstermijn. Hebben DAF en Triumph al geen smeerpunten meer. verschillende Amerikaanse auto's ko men misschien nog maar drie keer aan een smeerbeurt toe. omdat dit vol gens de fabrikanten slechts om de vijf tigduizend kilometer behoeft te gebeu ren. Met een olieverversing zou men 6500 kilometer kunnen doen. Een merkwaardig vast smeermiddel bij welks samenstelling molybdeen di sulfide wordt gebruikt, zomede het ge bruik van speciale oliefilters, zouden de sleutels tot deze geheimen zijn Indien deze ontwikkeling zleh voortzet, dan is het te hopen, dat de inspectiebeurten ter controle van het onderstel niet worden ver geten. Geen wagen kan nu een maal ooit onderboudslooa worden. ■',.v i -. Echte sportwagens en pseudo-sportwagens zijn er te kust en te keur. Ook dit is een verschijnsel van de hoogconjunctuur, die in alle sectoren van de automarkt verschuivingen te zien geeft. De foto toont de Alfa Romeo Sprint. In dit licht-moet de 43ste R.A.I.-tentoonstelling extra feestelijk in het nieuwe R.A.l.-gébouw gezien worden: Een gezonde, uni versele show, die een vrijwel volledig overzicht geeft van wat de markt te bieden heeft. En daarin onderscheidt de R.A.I. zich dan van verschillende andere Europese Shows. Men kan er alles vinden. De nadruk ligt niet op de nationale industrie, omdat deze ten onzent nog zeer bescheiden is. Het Oosten Er is echter nog een derde produ- centengroep: Het Oosten. Ten eerste is er het tot de westelijke wereld be horende Japan, dat weliswaar niet op deze R.A.I. is vertegenwoordigd, maar dat zijn woordje gaat meespreken, en dat, in tegenstelling tot voor de oorlog, hoogwaardige produkten en geen prul- En dan is er Rusland, wel op de Brusselse „Salon", niet op deze R.A.I. vertegenwoordigd. Rusland heeft het al eerder geprobeerd op de westelijke markten, maar wat men toen lever de: onvolmaakte kopieën van overja rige Europese en Amerikaanse model len, die bovendien „underpowered" waren, ging er hier niet in. In Brussel is intussen gebleken, dat de Russen sterk zijn vooruit gegaan. En wanneer men voortre deneert in de lijn van de inderdaad grote technische prestaties van de afgelopen jaren, moet verwacht worden, dat Rusland zonder meer in staat is een volwaardig produkt op de personenautomarkt te bren gen. Daarbij kan Rusland zich per mitteren, prijzen te vragen, die de koper aantrekkelijk zal vinden, maar die de handelaar „dumping prijzen" zal noemen. We zijn een beetje bovenaan in de prijzen begonnen. Wat de gemiddelde R A I.-bezoeker zich kan permitteren, vindt hij zelf gemakkelijker! Twee en vier jaar geleden was dat nog het héél kleine, goedkope autootje. Die zoekerscategorie is er nog en vindt nog steeds niet. wat hij wenst: feen betaalbaar produkt, dat tussen de kleine wagen en de scooter of motor- met-zijspan inligt. Toch is deze mensenschaar aan zienlijk kleiner geworden. Er heeft zich een verschijnsel voorgedaan, dat zeer opmerkelijk is, nl. een verschuiving van de vraag naar de goedkoopste auto's, naar die van tussen de vijf- en zesduizend gulden. Dat is dus de klasse, om maar eens een paar na men te noemen, waarin Volkswagen en Dauphine, en een aantal andere Europese „bestsellers" liggen. Men moet hier ongetwijfeld een con junctuurverschijnsel in zien, maar toch is ook de veronderstelling gewet tigd, dat de aanbiedingen in deze klasse zodanig zijn, dat er een pu bliek voor wordt gevonden, dat be reid is voor zo'n propositie iets boven het voorgenomen budget te gaan Ook in de cilinderinhoud ziet men een verschuiving, die overigens op de vorige R.A.I. al inzette. Zeshonderd cc wordt als minimum beschouwd veilige snelheid en accelera- sommigen is dit niet eens urn: Vooral in Duitsland gaat men hoger en ook DAF zou. naar de geruchten willen, aan een vergroting van de cilinderinhoud den ken «of zelfs al bezig zijn). Intussen is het niet zo. dat de klei- aanbiedingen er het loodje bij leggen. Maar ze moeten wel van ge renommeerde huize komen! In het or kest van de 600 tot 1000 cc'ers spe len de Fiat 500 en de 2 CV hun nar- tij nog steeds mee. maar Borgward is bijv. door de Lloyd in grote moei lijkheden gekomen. Was vroeger de R.A.I. en iedere autotentoonstelling dan ook een presentatie voor de „happy few" van wat de indus trie te bieden had, in de opmars van de massamotorisering van thans is zij geworden tot een presentatie van het bereikbare heel wat groter publiek dan enkele jaren geleden. De „Tempest", de nieuwste „compact car" van Pontiac, geldt als zeer revolutionair van ontwerp. De motor (vier cylinders!) bevindt zich vóór, de versnellingsbak achter, terwijl de carrosserie zelfdragend is. De lengte van de wagen is nog altijd 4.81 m., de breedte 1.83 m. en de hoogte 1.36 m. Het vermogen bedraagt 112 pk, doch kan tot 132 pk worden opgevoerd, als de uitrusting uit een automatische versnellingsbak bestaat. Dit is de Anglia „Sportsman"de nieuwste versie van de zo snel populair geworden New Anglia. Door de plaatsing van het reservewiel aan de buitenkant tegen het kofferdeksel heeft men er een soort sportkarretje van gemaakt. van 1375 tot 19.000 De representatieve caravantentoon stelling in het nieuwe R.A.I.-gebouw stelt het publiek in staat onder wel haast ideale omstandigheden kennis :e nemen van hetgeen de binnen in buitenlandse kampeerwagenindus- 'rie momenteel tc bieden heeft. De keuze is ongetwijfeld groot, maar 'och ook weer niet zo groot, dat zij verwarrend werkt. Het 'ijdstip is bo vendien uitermate gunstig. Wie tij lens de tentoonstelling tot aankoop besluit, zal er reeds in het begin van het kampeerseizoen met de nieuwe lanwinst op uit kunnen treks en. Kam peerwagens zijn nu eenmaal een sei zoenartikel, iaat wil zeggen, dat vrij wel geen fabrikant in staat is aan ie vooral in het voorjaar optredende grote vraag op korte termijn te vol doen. Van de ruim tachtig caravans, die in de ruime Oosthal staan, weegt de lichtste, een vouwwagen, honderd kilo. terwijl de zwaarste, meer een woon- trailer, het tot over de 1250 kilo brengt. Zonder enige overdrijving kan dan ook gezegd worden, dat er voor elk type auto een kampeerwagen te vinden is. Hetzelfde gaat op voor de portemon- naie. De goedkoopste caravan, die op de tentoonstelling te zien is. kost 1375. de duurste 19.000.-. De gemiddelde prijs van een kampeerwagen met vas te wanden- bedraagt 4.500.-. terwijl men voor een vouwwagen gemiddeld de helft betaalt, nl. 2.200.-. den. van de wagen over 't algemeen het grootste is, maar ook. omdat de kookdampen 't gemakkelijkst kunnen worden afgevoerd via een ép het hoog ste punt aangebracht dakluik. Een an dere overweging is voorts nog geweest het betrekkelijk grote gewicht van de keukeninventaris en de levensmidde- lenvoorraad. De middenkeuken komt de rijkwaliteiten dan ook zeer ten goe de. Het neus- of zwenkwiel is thans een standaard-onderdeel geworden van vrij wel alle caravans met vaste wanden. Bij het met de hand verplaatsen van de wagen heeft mtn van een neuswiel bijzonder veel gemak, en bij zwaarde re typen is hij zelfs onmisbaar. Bij de telescopisch uitdraaibare uitvoering wordt het aan- of afkoppelen kinder werk. waarbij nog komt, dat men een eenvoudig middel bezit om de vloer zuiver horizontaal te stellen. De toiletaccomodatie is eveneens in opmars. Hoewel de meningen over de wenselijkheid van een toiletruimte in een caravan uiteenlopen het woeke ren met ruimte speelt immers zulk een grote rol blijken de sanitaire voorzienningen op kampeerterreinen toch blijkbaar zwakke punten te zijn. Veersysteinen Stabiel trie op de eigen Europese markten. Wel daarentegen op de Amerikaanse thuismarkt. Van twaalf procent in 1959 is de Europese wagen in 1960 teruggedrongen naar een marktaan deel van acht procent. En in het licht van deze tegenslag van vier procent dient men dan ook de re cente prijsverlagingen van vele gro te Europese merken te zien. Logisch gevolg van deze ontwikke ling is. dat de Amerikanen nu zoeken naar nóg kleiner, en dat wordt dan wel „under-compact" genoemd. Aller lei geruchten gaan over een anderhal ve liter Ford met voorwiclaandrijving. Rond Chrysler wordt gefluisterd, en men zou de 1.7 liter Opel als een voorloper kunnen zien bij G.M. Wanneer Amerika in deze lijn inder daad een groot offensief opent, kan dit een genadeloze strijd tussen de nieuwe en de oude westerse wereld betekenen op de automarkt, die mis schien de koper, waarschijnlijk niet de industrieën zelf ten goede zal ko men. Het is dus inderdaad bijzonder interessant om op deze R.A.I. vooral de Amerikaanse compact-cars" niet over te slaan, doch deze juist eens ex tra goed ta bekijken. Vergeleken met vorige exposities is het prijspeil vrij stabiel gebleven. Tachtig procent van de tentoongestel de wagens vallen in de prijsklasse 3.000.- 7.500.-, waarvan weer het grootste aantal in het laagste dui zendtal zit. Bij twee-derde van de aanwezige ca ravans bevindt dc keuken zich in het midden. Dit heeft men niet alleen ge daan omdat de stahoogte in het mid- PRIJSKLASSEN Aantal typen Percentage 1959 1960 1. minder dan 3.000 gulden 1 0.2 0,2 2. 3.000 - 4.000 gulden 5 6.6 1.6 3. 4.000 - 5.000 gulden 20 8,6 17,5 4. 5.000 6.000 gulden 20 30,9 31,3 3. 6.000 - 7.000 gulden 32 7.6 9,3 6. 7.000 - 8.000 gulden 32 19,2 13,3 7. 8.000 9.000 gulden 40 8.7 7,5 8. 9.000- 10.000 gulden 32 5,3 4,8 9. 10.000- 11.500 gulden 28 4.6 5,2 10. 11.500 - 13.000 gulden 46 1,7 3,6 11. 13.000 - 16.000 gulden 54 4.5 3,3 12. 16.000 en meer gulden 158 2,1 2,5 Een vergelijking van de veersyste- men leert, dat bij de meeste tentoon gestelde typen torsievering wordt toe gepast. De half-elliptische bladveer komt bij 35 procent van de modellen voor. en wel voornamelijk bij de zwaar dere wagens. Het is vooral het nood zakelijk streven naar gewichtsbeper king. dat tot de toepassing van torsie vering heeft geleid. Of de rijkwalitei ten er beter aoor worden, wordt zowel verdedigd als bestreden. Dc grens tussen geremde en onge remde uitvoering ligt bij dc op de stands aanwezige wagens bij een ge wicht van vierhonderd kilo. Wettelijk is de geremde uitvoering bij een be laden gewicht van 750 kilo vereist. Het Is daarom verheugend, dat de cara vanindustrie haar produkten reeds be langrijk onder deze grens van een rein voorziet, ook al houden interna tionale ultrustlngselsen hier terdege verband mee. Wat het gebruikte materiaal voor de buitenwanden betreft, heeft aluminium het wel definitief gewonnen. Het ge bruik van polyester is nog zeer beperkt, al wordt deze kunsthars wel hoe lan ger hoe meer voor vervaardiging van earosserie-onderdelen gebruikt. Enkel wandige kampeerwagens komen, be halve in de groep vouwwagens, vrij wel niet meer voor. Bij verreweg de meeste dubbelwandige wagens worden tussen de ruimten sterk isolerende stoffen aangebracht, zoals glaswol, alu miniumfolie etc. De bagage-aanhanger gaat kennelijk ook tot het Nederlandse wegbeeld be horen. De kleine auto's bezitten nu eenmaal niet voldoende bergruimte om. behalve de persoonlijke bagage van de inzittenden, ook nog de vaak om vangrijke kampeeruitrusting mee te nemen, nog afgezien van het feit. dat de maximaal toelaatbare belasting dreigt te worden overschreden. De tentoongestelde bagage aanhan gers lopen in gewicht uiteen van twin tig tot tweehonderd kilo. Het lichtste model 1s een op één wiel gemonteerd bagagerek. De prijzen variëren van 335.- tot 5 1000.-.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1961 | | pagina 9