Herv. kerk bezint zich
op mutatievraagstuk
Een kanttekening
_J
Meningen van anderen
Een woord voor vandaag
Derde lustrum van Clir.
Geref. studentenbond
ÖNTMOSTIKG^BRIÏF
HEIN2?
saus-soep
VenhaSe.
2
ONZERZIJDS
OPTIMISME
|}E beschouwingen over het jaar 1960 en de verwachtingen voor 1961 rijn
overwegend optimistisch gesteld geweest. Dit ondanks dat er onrust
heerst in vele landen: Kongo, Laos, Cuba. België, Algiers, het Midden-Oosten.
Wij weten nog niet, hoe de gebeurtenissen zich zullen ontwikkelen. Mochten
de spanningen sterker worden, zouden er ernstige moeilijkheden komen en
gewapende conflicten uitbreken, dan zullen de gevolgen ook op tie welvaart
van West-Europa stellig een nadelige invloed uitoefenen.
Dan toch optimistisch?
Op grond van de tot dusver bekende economische gegevens is er inderdaad
reden tot zeker optimisme. Er is met name in de landen die tot de Europese
Economische Gemeenschap behoren een aanzienlijke welvaartsstijging te
constateren. Gelijk men weet, wordt de E.E.G. gevormd door West-Duitsland,
Frankrijk, Italië, België, Luxemburg en Nederland. Welnu, in 1959 lag de
industriële produktie van de E.E.G. niet minder dan 10 pet. boven het gemid
delde van 1957. In Engeland bedroeg dit percentage 5 en in de Verenigde
Staten 4^4. Men moet daarbij wel in aanmerking nemen, dat het niveau der
produktie in laatstgenoemde landen reeds in 1957 hoger lag en dat had na
tuurlijk ook invloed op het percentage der toeneming.
Ook in het eerste halfjaar van 1960 ging voor de E.E.G. het percentage met
14 pet. vooruit in vergelijking met 1959.
Wanneer men daarbij in aanmerking neemt, dat ook de export der E.E.G.-
landen in procenten meer toegenomen is dan de uitvoer van de Verenigde
Staten en Engeland, is het begrijpelijk, dat velen optimistisch zijn gestemd.
Het handelsverkeer tussen de E.E.G.-landen onderling is eveneens intensie
ver geworden.
Drs. P. Bogaers, directeur van het wetenschappelijk adviesbureau van de
r:.k". ^Versbeweging, acht het mogelijk, dat West-Europa over twaalf a
vijftien jaar het huidige welvaartspeil van de Verenigde Staten heeft be
reikt. Daarna zal het accres tussen de landengroepen wel ongeveer gelijk zijn.
De werkloosheid is, voor wat de landen der Europese gemeenschap betreft,
alleen in Italië nog abnormaal groot. Dit land zal ook enige steun behoeven.
Hier is vooral structurele werkloosheid, hoewel deze ook in enkele andere
landen van de gemeenschap niet onbekend is. Ook niet in Nederland.
Gepleit werd door de heer Bogaers voor een Europees ontwikkelingsfonds.
Door dit fonds zou binnen de gemeenschap de tewerkstelling en het gaan van
het ene beroep naar het andere door middel van herscholing, gesteund en
bevorderd kunnen worden. Het fonds zou ook bepaalde projecten kunnen
uitvoeren.
Het is een gedachte die stellig ernstige overweging verdient.
Is het optimisme overigens volkomen gewettigd? Wij zijn geneigd om op
deze vraag in bevestigende zin te antwoorden, mits wij gespaard worden voor
sterke spanningen, voor oorlogen en een revolutie, zoals in België heeft ge
woed. En een ander iets is, dat met voorzichtig beleid wordt opgetreden ten
aanzien van investaties, lonen en prijzen.
Van de Here is veel wijsheid af te bidden. Ook in tijden van welvaart, waarin
men èn geestelijk-zedelijk èn sociaal-economisch op gevaarlijke klippen
stoten kan.
Dominees vaak
te lang op
zelfde plaats
In de eerste maanden van 1961
zal het mutatierapport der com
missie-Vossers, dat (met enkele
aanvullingen) door de synode aan
de kerkelijke vergaderingen ter
overweging is toegezonden met de
vraag om vóór 15 april van ant
woord te willen dienen, in de Ned.
Herv. Kerk allerwegen de aan
dacht vragen.
Gezegd dient te worden, dat de
commissie het mutatie-, of wel het
stagnatievraagstuk grondig heeft
bestudeerd en in haar rapport een
groot aantal statistische gegevens
geeft en verwerkt.
De mutatie is gestremd en dit niet
door toevallige omstandigheden: het
een s.ructureie ..oedanigheid van de
tuatie en de opbouw der Kerk. Uitvoe
rig wordt stilgestaan bij de gevaren,
die dreigen bij een te lang vert>lijf op
eenzelfde standplaats: het an leider
tot functieverlies voor het pastoraat ter
Advertentie
Hebt U ook al reumatiek
Wie de kwellingen van reumatiek kent.
weet hoe een groot deel van zijn leven ver-
r de vaak zware pUnen. Zodra
t U. hoe een heerlijk verwar
n Uw pijn lenigt. Niet vooi
len: ..Kloosterbalsem - geer
HET KABINET
Vandaag nog twee commentaren op de
oplossing van de kabinetscrisis, een liberale
en een socialistische. De eerste is uit het
Algemeen Handelsblad, dat om.
schrijft: „Sommige giftige en kleinzielige
commentatoren hebben waarschijnlijk deze
korte crisis toch nog verlengd, door te po
gen vele zaken op haren en snaren Je
zetten. Er waren betrokkenen, die io
heette het met alle geweld gezichts- en
althans prestigeverlies moesten incasseren.
Zij moesten „door de knieën gaan". En
mr. Beernink, de voorzitter van de C.H.U.,
wenste, dat dc ministers hun lesje ge
leerd zouden hebben na gepast zelfonder
zoek". Deze aarts-betweterij werd gelan
ceerd op de dag voor Oudejaar dus op een
moment, dat wijze zelfbeperking meer dan
ooit nodig was. Als er dan toch lessen ge
leerd moeten worden: dc heer Beernink
moge bedenken, dat er een zeer lange weg
ligt lussen politiek krakeel en staatsmans
inzicht. Tenslotte: zelfs deze rare crisis,
die volledig aan de dag trad is ons nog
liever dan de lagen en listen-in-hel-geheim,
die de machtshebbers op elkaar toepassen
in een dictatoriale staat. Toch dreigde de
ze operette-crisis Nederland belachelijk te
maken in de ogen van het buitenland. In
tussen, ook ec*i operette moet haar ontkno
ping vinden. Het is aan de tact en het ver
nuft van de informateur, prof. De Gaay
Fortman, te danken, dat deze ontknoping
op korte termijn tot stand kwam. Daar
voor moeten allen, die politiek iets ruimer
denken, hem dankbaar zijn."
En dit o.m. schrijft Het Parool
„Dc scherven zijn nu dus gelijmd en men
moet de reparateur-lijmer prof. De Gaay
Fortman althans hulde brengen voor de
snelheid, waarmede hij heeft gewerkt. Voor
het land is het echter o.i. wel zeer te be
treuren, dat deze snelheid betaald werd met
een gebrek aan kwaliteit. Want wel kan de
ze wankele ploeg nu voorlopig weer verder
strompelen, maar niemand kan zich ver
heelden, dat de moeilijkheden ten einde
zijn en dat een glorieuze tijd van doelbe
wust, eensgezind en krachtig regeren be
gint. Wij hebben destijds al betoogd, dat er
op dit ogenblik in Nederland naar onze me
ning geen andere politieke mogelijkheid be
staat dan een confessioneel-liberale regering
na de crisis van 1958 en de verkiezing van
twee jaar geleden. Wij treuren er in zekere
zin dus niet over, dat een kabinet van soort
gelijke politieke samenstelling terugkeert.
Dat lijkt ons vooralsnog onvermijdelijk tot
liet afbrokkelingsproces van de protestants-
christelijke partijen zich nog verder zal
hebben voortgezet. Maar dat men het bij
de meerderheid niet heeft aangedurfd bij
deze gelegenheid een grondige reconstructs
door tc voeren is zowel diep-treurig als be
schamend. Natuurlijk was het moeilijk di
ministers Beerman, Van Aartsen, Van Rooy
en Visser overboord te zetten en prof. Di
Quay op zijn post te handhaven, maar da
men voor deze operatie, over de nood-.
rschil
ng kan bestaan, is teruggedeinsd, d:
desondanks in onze ogen een opofferen van
liet landsbelang aan partij-politieke presti-
ge-overwegingen, die men de confessioneel-
liberale meerderheid als geheel zwaar moet
aanrekenen. Hier slaan KVP en WD al
even schuldig, zo niet door hun groter po
litiek gewicht schuldiger, dan dc twee pro
testantse groeperingen, die in eerste aan
leg deze crisis veroorzaakten."
Nieuw moderamen van
de ARJOS gevormd
het landelijk bestuur van de AR
JOS, de Nationale Organisatie van An
ti-Revolutionaire Jongere Studieclubs,
is een nieuw moderamen gekozen.
thies, lid; mr. C. Boertien, lid.
HEER OF HERE?
Steeds meer wordt het woord
„Here" vervangen door het
woord „Heer". Niet iedereen is
het hiermee eens, bepaalde leef
tijdsgroepen en kerkgenootschap
pen denken er anders over. In
het officiële orgaan van de Theo
logische Hogeschool te Kampen,
De Bazuin, schrijft dr. C. N.
Impeta hierover onder meer het
volgende:
MEN vroeg mij onlangs in een
gemeente waar ilf op 'n zondag
preekte: „dominee, u zegt bij de
groet en bij de zegenbede: „de ge
nade van onzen Here Jezus Chris
tus" en gebruikt dat woord Here
telkens ook in. uw preken; maar ve
le jongere predikanten zeggen te
genwoordig „Heer" zonder de stom
me e: „onze heer Jezus Chris
tus" Dar klinkt ons rauw in de
oren. Althans: het doet ons niet
prettig aan. Wat zegt u ervan?'
Tk heb zo ongeveer dit ervan
gezegd.
Vooreerst: hier is niet een prin
cipiële kwestie aanwezig. Heer en
Here zijn beiden de Nederlandse
vertaling van het woord Kurios, in
't oorspronkelijk Grieks. Slaat ge
nu 't uitstekende woordenboek van
wijlen prof. dr. F. Muller, hoogle
raar te Leiden op. dan vindt ge
bij Kurios: machthebbende over,
meester of bezitter zijnde van, vlg.
bijv. Matth. 20 8: de heer van
de wijngaard: en op Christus toe
gepast: Mare. 2 28: „Alzo is de
Zoon des mensen een heer over
den sabbath". Prof. Muller haalt er
ook bij aan: Hand. 15 26: „Bar
nabas en Paulus, mensen die hun
leven hebben overgehad voor den
naam van onzen „Heer" Jezus
Christus, wien ze als rechtenheb
bende eigenaar van hun leven be
schouwden
In de drie moderne talen komt
het probleem niet voor.
De Duitsers spreken altijd van:
„unser Herr", de Fransen van:
notre Seigneur; en de Engelsen
van: our Lord. Zij hebben zelfs
geen andere mogelijkheid.
Wij wel. Want wij Nederlanders
kennen naast 't woord „Heer",
dat soms gebruikt móé* worden als
kennelijk eigenaarsrechten zijn be
doeld ook het woord Here.
zijn 'n paar dingen opmerke-
Nuu
lijk.
Dit wijlen prof. Schilder werd
er eens op opmerkzaam gemaakt
en zeide toen: „dat had ik nu
waarlijk nog nooit opgemerkt,
maar het is waar" dat onze
Psalmberijming (uit 1773), die wij
in onze Gereformeerde kerken ook
zonder enig bezwaar gebruiken, al
léén (en dan van God, want van
Jezus wordt er niet in gesproken)
het woord „Heer" wordt gebruikt
en nooit en nergens „Here". Bijv.:
„Heer, ai maak mij uwe wegen,
door uw Woord en Geest bekend";
waar 't rare woordje „ai" een
stoplap is en waar zo heel gemak
kelijk: „Here, maak mijhad
kunnen staan.
Dit 2e vers van Psalm 25 be
gint in de Proeve van een nieuwe
berijming, 110 psalmen, nu met
deze regel: „Here, maak mij uwe
wegen". Maar deze wijziging is
klaarblijkelijk aangebracht om het
niet-gewilde „ai" weg te werken.
Immers, overal elders is het
„Heer" gehandhaafd.
En vervolgens is dit oppnerkelijk
dat onze Hervormde broeders pre
dikanten (behalve die van de Ge
reformeerde Bond) bijna allen 't
woord „Heer" gebruiken en niet
„Here" zeggen.
In de derde plaats wijs ik er
op dat vooral bij bezittelijke voor
naamwoorden: mijne, uwe enz. on
tijd er op,uit is alle archaïsmen
dwijnen; dus vooral ook de
me e. Ook bij zelfstandige naam
woorden; wij spreken niet langer
van: mijne ziele, en dus ook liever
niet van „énen dope" in 't beken
de, nu door en voor ons gewijzig
de gezangvers.
Er schijnt dus iets voor 't ge
bruik van 't woord „heer" te zeg
gen te zijn.
rpOCH
■1 ten
gebruik ik voor mij het
'an „onzen Here
Jezus Christus" nooit (behalve dan
bij die paar teksten waar eige
naarsrechten worden verdedigd).
Ik zeg de stomme e er altijd
bij.
Dat is een kwestie van taalge
voel. Ik vind 't woord „Here" veel
teerder en eerbiediger.
En dat is nu heus maar niet een
particuliere mening van mij en
een gevoelskwestie, die, objectief
beschouwd, geen waarde zou heb-
Geen kwestie van.
En om dit in 't licht te stellen
beroep ik mij op het m.i. onover
troffen prachtige argument dat dr.
A. Kuyper eens voor deze stom
me e in „Here" Jezus heeft aan
gewend tegenover de Hervormde
Utrechtse predikant dr. Bronsveld
die hem er over had aangevallen.
Heel zijn brochure: „strikt ge
nomen" was tegenover deze dr.
Bronsveld een zo volstrekt-overtui-
gende weerlegging van diens ge
voelen inzake Universiteits-stichting,
dat een R.K. kriticus van naam
als zijn mening te kennen gaf:
„het is zalig, zó vernietigd te
worden."
Maar toen kwam dr. Kuyper
dan ook op die stomme e.
En nu geef ik het in mijn woor
den hier weer:
„Mijn zeer hooggeachte collega.
Stel dat mij de eer te beurt viel
om voor éénmaal eens te mogen
in correspondentie treden met uw
door mij even hooggeachte echtge
note. En stel: ik adresseerde dan
aldus: „Aan vrouw Bronsveld,
Utrecht"; zoudt gij beiden, en dat
zeer terecht, u niet ten hoogste be
ledigd achten? Maar indien ik al
dus adresseerde: „Aan vrouwe
Bronsveld, Utrecht" zou ik haar
niet de hoogste titel toekennen die
men een niet-adellijke vrouwe ge-
En daarom: ik voel er alles voor
om „Here" te blijven zeggen.
Ik vind 't niet prettig om te ho
ren: „we zitten met een theologi
sche moeilijkheid: de heer prof.
Jansen zegt er dit van; de heer
prof. Wiliemsen zegt er dat van;
de heer prof. de Vries weer iets
anders laten we nu toch ook de
Bijbel eens openslaan en zien wat
de Heer Jezus er van zegt."
Zo iets betaamt voor mijn be
wustzijn niet.
Ik zeg duizendmaal liever: Here.
En heb onze kinderen vroeger ge
leerd te bidden: Here-zegen-deze-
spijze-Amen.
plaatse en van de eerbied voor het pas
toraat in het algemeen. Naast het ver
driet van de pastor en de zijnen, die
nen de funeste gevolgen voor de ge
meente bedacht te worden. Om de pre
dikanten op moeilijke posten te bescher
men tegen een. pastoraal ten onder
gaan, meent de commissie dat een ver
plichte mutatie althans voor een deel
der Predikanten noodzakelijk is.
De kleinere (groep V en IV) en mid
delgrote (groep III) gemeenten, samen
1168 in gétal, omvatten met hun 1401
predikantsplaatsen 52 pet. van het tota
le zielental der Kerk; de grotere
(groep II) en de grootste (groep I), dat
zijn in totaal 57 gemeenten met 48 pet.
van het zielental en slechts 24 pet. van
het aantal predikantsplaatsen (442).
„lijnrecht een overblijfsel van de pa
rochie-indeling in de middeleeuwen"!
Deze cijfers wijzen niet alleen op de
noodzaak van uitbreiding van het aan
tal predikarvtsplaatsen in de grote ge
meenten, waardoor de mutatie óók be
vorderd zal worden, doch zij tonen ook
aan, dat' in het gunstigste geval de ver
ticale doorstroming altijd een te gerin
ge mutatiemogelijkheid voor het geheel
van het predikantencorps blijft beteke-
Een jtrekkelijk klein percentage be
reikt de grotere en grootste gemeenten,
een groter aantal de middelgrote ge
meenten, doch enige honderden blijven
in de gemeenten van de groepen V en
IV. In 1959 stonden 230 predikanten
reeds langer dan 10 jaar op hun stand
plaats; 52 waren nog nooit. 78 slechts
éénmaal van plaats verwisseld!
Het rapport bevat een groot aantal
interessante gegevens. Zo bijv. dat de
gemiddelde leeftijd van het .ïervormde
predikantencorps 45 jaar is: een cijfer
dat gunstig afsteekt tegen, het gemiddel
de van 56 jaar in de Church of Eng
land.
„Maar de glans hiervan verbleekt
el wat, als men nagaat hoe weinig
efficiënt deze mankracht wordt ge
bruikt." In de grotere en grootste ge
meenten is 45 pet. boven de 50 jaar.
„Gelet op de zare fysieke en psychi
sche eisen is dit een weinig gunstige
bezetting. Het aantal gevallen dat „af
knapt" neemt dan ook steeds toe."
TOEKOMST
In de toekomst zal. aldus de bereke
ning* r-, bet aantsl niet gemuteerden
aanzienlijk toenemen. Ora dit beangsti
gende probleem tot een oplossing te
brengen stelt de commissie de instel
ing van een raad voor de mutatie van
predikanten voor, onderverdeeld in
"ubcommissie9 ï.v.m. de verscheiden
heid van stromingen en modaliteiten in
de raad en zijn adviseurs.
Deze raad houdt een register bij van
de predikanten uit de groepen V (om
vattende 596 gemeenten met 599 pred.-
•laatsen) en IV (411 gemeenten me
452 pred.pl.). di? 9 jaar of langer op
aun standplaats staan Om de 5 jaren
worden deze predikanten door de raad
ina ingewonnen voorlichting van de
brede moderamina der kerkprovincie
an de visitatoren prov nciaal)
zet, tenzij de betrokken gemeente
klaart voor het e.k. vijfjarig tijdvak
voor mutatie in aanmerking te wil
len komen. De vergadering van de ker-
keraad, waarin deze hierover zich be
raadt, wordt gehouden buiten tegenwoor
digheid van de predikant en geleid door
een gedelegeerde van de prov. kerkver
gadering.
Predikanten uit de groepen III. II cr
I kunnen in overleg met hun gemeen
te zich ook in het register doen op-
Naast dit register komt nog een bij
zonder register, waarbij de mutatlc-
termljn on 5 jaar wordt gesteld en wel
voor predikantsplaatsen, welker geogra
fische of pastorale situatie naar het
oordeel der synode om een snellere af
lossing van de wacht vraagt.
Zo wil men de problemen oploese i
a) de mutatie der oudere predikanten
in de kleinere gemeenten,
b) de bezetting van dc geografisch en
pastoraal moeilijke gemeenten.
De commissie is zich bewust, dat de
gemeenten en de predikanten hiermede
een stukje van hun vrijheid prijsgeven.
Reeds 45.000 voor
hulp aan de Kongo
Op giro 5261 van de Stichting Oecu
menische Hulp aan Kerken en Vluchte
lingen te Utrecht kwam naar aanleiding
van de oproep tot hulp aan de slacht
offers van de honger in Kongo tot nog
toe een bedrag van 45.000 binnen.
De oproep werd gedaan op verzoek
van de Wereldraad van Kerken, die van
de hulpverleningsorganisatie van de
protestantse kerken in Kongo berichten
had ontvangen, dat dagelijks meer dan
200 van de ruim 300.000 uit de provincie
Kasai gevluchte Baloeba's de hongerdood
sterven.
De verstrekking van voedsel per dag
ongeveer 120 ton nodig geschiedt
in nauw contact met de Verenigde Naties
en het Roode Kruis. Behalve door de
honger worden de vluchtelingen thans
ook door ziekte bedreigd.
De girorekening van de stichting blijft
voorlopig nog beschikbaar voor het in
ontvangst nemen van de giften ten
behoeve van Kongo.
De combinatie van de protestantse kin
derbeschermingsinrichtingen „Hemava"
in Amersfoort ontving in het afgelopen
jaar ruim 233.000.
Dit bedrag is door middel van een
eenvoudige busjes-actie door kinderen in
het hele land bijeengebracht voor de ver
zorging van meer dan duizend kinderen,
die zijn opgenomen in de Heldring
Stichtingen te Zetten, de Martha Stich
ting te Alphen aan de Rijn en de Stich
ting Valkenheide te Maarsbergen.
doch meent dat zij voor zichzelf
voor de Kerk andere en grotere a
delen bereiken.
In dit voorstel wordt van de Kerk ge
vraagd iets nienws aan te durven, om
van iets dat niet langer te verantwoor
den is, ontslagen te worden.
AUTONOMIE
Ter synode van 28 juni 1960 werd
o.m. opgemerkt, dat de autonomie der
gemeenten in genen dele wordt aange
tast: de gemeente kan zich buiten de
periodieke ruiling houden. Onttrekt zij
zich daar echter niet aam, dan aan
vaardt zij daarmee ook de predikant,
die het verplaatsingsschema haar toe
wijst.
Gelet op de behoefte aan mutatie ook
in de grote(re) gemeenten wilden
migen een algemene mutatie. Een ge
lijkmaking van alle traktementen zou
hier de zaak der mutatie aanzienlijk
dienen, doch dit is vooralsnog onbereik
baar. Een periodieke mutatie van alle
predikanten, ongeacht de bereidheid
daartoe, zou een inbreuk zijn op de
structuur van de kerkorde. Sommig
zouden dit geen bezwaar achten: zij
menen dat het beroepingswerk honderd
jaar ten achter is en dat het Nieuwe
Testament nergens spreekt van autono
mie der gemeenten of ook van de vrij
heid der predikanten.
Ten slotte werd o.m. nog opgemerkt,
dat de gemeente het grondvlak vormt
voor de arbeid van de predikant, maar
niet zijn opdrachtgeefster is. Voor de
predikant is primair de dienst aan
Woord en secundair waar dit geschiedt.
In de eerste tijden na de Reformatie
was er geen sprake van het k ezen
een predikant door de gemeente.
Bucer, vriend van Calvijn, bepleit de
instelling van moderatoren onder meer
met de noodzaak om aan het plaatsen
en verplaatsen van de predikanten lei
ding te geven.
Vrijdag zal ds. W. L. Tukker, te Kat
wijk aan Zee. in een vergadering van
predikanten behorende tot de Geref.
Bond. dit mutatievoorstel bespreken.
Beroepingswerk
vormde Evangelisatie te Heiloo: I
van Veen. a.s. emeritus predikant te
Leeuwarden.
Bedankt voor Hilversum, vac. A. Klein
Kranenburg: J. v. Rootselaar te Delft.
BeroenbaarstelT'ng: dr. A. v. d. Hoeven
te The Manse (Camobelltown Australië)
voorheen predikant te Utrecht is beroep-
GEREFORMEERriE KERKEN
Bcroenen te Kootwijkerbroek: T. Lo
pers te Nieuw-Amsterdam.
GEREF. KERKEN (Vrijgemaakt)
Aangenomen naar Tiel-Zaltbommel: T.
J. Keegstra te Waardhuizen.
Akademiedrgen 1 95
De akademiedagen van de Koninklijke
Nederlandse Akademie van Wetenschap
pen zullen op 4 en 5 april worden
gehouden in Nijmegen.
Vandaag schoten ons ineens twee regels van een oud speels
gedichtje te binii«c: „Een leeuw is eigenlijk iemandT die bang
is voor niemand". Wee de mens die dat als motto van zijn
leven wil hebben, die bang wil zijn voor niemand.
Wees maar gerust bang voor iemand, wees vooral bang voor
uzelf. In het hart van de hoogste kan het laagste broeien.
Koning David kon zich laten verleiden door de zich wassende
Bathseba. Het Duitsland van Beethoven en Mozart kon de
moordenaar van miljoenen Joden worden. Het rustige België
'kan een land van chaos worden.
Zeg niet zo gemakkelijk: „Mijn buurman heeft fraude ge
pleegd. Dat zou mij nooit overkomen". De levens van de
gelovigen uit de Bijbel tonen aan, dat ook .een volgeling van
Jezus niet immuun is voor de zonde.
Willen wij werkelijk met God wandelen, dan zal ons eerste
besef moeten zijn: Wij zijn tot alles in staat. Daarom zei
Christus: Neem uw kruis op en volg mij. Hij wil niet slechts
dat wij beseffen dat we geneigd zijn tot alle kwaad", maar
ook dat er een oplossing is voor alle kwaad. Hij neemt ons
mee naar Golgotha, om daar ons kruis over te nemen. Hij
zegt niet: „Omdat u tot alles in staat bent, wil ik u niet
helpen", maar juist: „Ik ben gekomen, omdat u uzelf niet
kunt helpen".
Kritische opmerkingen
van ds. B. van Smeden
(Van een onzer verslaggevers)
Kerk en academicus mogen geen
tegenstellingen zijn. De academi
cus behoort te weten, dat hjj ook
met zjjn grotere ontwikkeling een
gewoon lid van de kerk bljjft, die
hjj bereid moet zijn te dienen. En
de kerk zal open moeten staan
voor de academici en hen niet we
ren „omdat ze zo lastig, vooruit
strevend en kritisch zjjn".
Aldus prof. dr. B. J. Oosterhoff van
Apeldoorn op de te Utrecht gehouden
lustrumvergadering van de thans vijf
tien jaar oude Christelijke Gereformeer
de Studentenbond. waar hij de feestre
de uitsprak.
Gedurende de jaren van zijn bestaan
heeft de C.G.S. veel gedaan voor betere
verstandhouding tussen kerk en acade
micus. De C.G.S. heeft een kritische
maar ook een conserverende taak. Was
het vroeger haast regel, dat iemand,
die een wetenschappelijke titel behaal
de, uit de chr geref. kerken vertrok,
tegenwoordig blijven de meeste uit de
ze kringen voortkomende academici
voor de chr. geref. kerken behouden.
Al komt dit ook door de culturele ver
heffing van de andere leden dezer ker-
Voorheen vonden de studerenden voor
de vragen, die zij door hun studie ont
moetten geen weerklank in de kerk. Ter
wijl zij zelf al lang de vragen, die in
de kerk leefden, achter zich hadden ge
laten. Dit leidde tot vervreemding en
De academicus aldus prof. Ooster
hoff zal zich volkomen aan de kerk
moeten geven Dan mag hij ook kri
tisch staan tegenover de uitingen van
het kerkelijk leven, als eenzijdig gerich
te prediking, geringe openheid naar bul
ten, te weinig verontrusting over ver-
dce'dheid, enzovoort.
Steeds meer academici zullen in bijbel
kringen, evangelisatiewerk en amb!
mee moeten doen Want door kritiek
terzijde te staan is nog nooit iemand
gezegend.
In de chr geref. kerken zullen
gen over wetenschap en cultuur grondi
ger aan de orde moeten komen. En
gezamenlijk moet men ais leden der
kerk teruggaan naar het uitgangspunt:
gehoorzaamheid aan schrift en belijde-
Ook dc voorzitter van de jubilerende
bond, de heer M. de Boer te Apeldoorn,
had zich in deze geest uitgeiatcn. Hij
vertelde dat men in de C.G.S. naast
bijbelstudie ook gebedsgemeenschap
beoefent. In het gebed verstomt de kri-
Advertentie
't Is
Tomaat 92 ct
Kip 108 ct
Champignons 108 ct
Ossestaart 108 ct
Denk ook aan Heinz
Erwtensoep tijdelijk 98 ct
Familieblik 165 ct
Lieve Marja
r\AARNET heb ik vier uur achter elkaar geschreven, zonder
ophouden er. in een hoog tempo, en nu heb ik schrijfkramp.
Stel je voor, in de Middeleeuwen waren er monniken die het
de hele daq deden, van de vroege morgen af, je kunt het
je nauwelijks voorstellen, (en elke dagwat nog meer zegt).
Er waren speciale broederschappen voor, de broeders vande
penne, die een ganzeveer door hun muts gestoken hadden, ze
hebben zich later bijzonder verzet tegen het invoeren van de
drukpersen. Denk je eens in, de hele dag schrijven met zo'n
ganzeveer, die je dan nog telkens moest indopen ook, wat het
nog vermoeiender maakt....
Gisteren was de lucht bijna blauw, de zon scheende hele
stad was licht. Als het al maart geweest was, zou je gezegd
hebben: DIT IS DE LENTE maar het is pas januari, een
heel lange maand in de winter, de langste van allemaal, vind
je niet? En ja, vandaag is alles weer voorbij, de lucht is grijs
alsof ze altijd zo is geweest. Nu je eraan gewend bent is het
zelfs niet zo erg triest meer. Eigenlijk is het heel dom om 's zo
mers te klagen over de regen, alsof een blauwe lucht normaal
is. Ken je dat liedje van Georges Brassens. l'Orage? ..Le bel
azur me met en rage", zingt hij en is verontwaardigd over
de landen in het zuiden, „des pays imbéciles oü il ne pleut
jamais...." Het kan een troost zijn voor de winter in het noor
den, je kunt ook trots zijn op de regen, de grijze lucht en de
kou, waarom niet? En als je dat niet wilt moet je maar den
ken aan gisteren toen de lucht bijna blauw was, je eraan vast
klampen, het desnoods op een papiertje schrijven dat je boven
je bed hangt, en er elke avond naar kijken. Maar laten we
liever niet ove- de lente beginnen, lieve Marja. het duurt nog
zo verschrikkelijk lang, oh manipat mahoem en toi-toi samen
zijn er veel te zwak voor....
Rook jij weieens? Zeg alsjeblieft van niet, het moest verboden
worden, vind ik conservatiefhé?). Maar vandaag heb ik een
vrouw met een pijp gezien, het was een schokkend gezicht,
midden op straat liep ze, met een echte rooksliert achter zich
aan, demonstratief genoeg. Een klein pijpje had ze, maar toch
een echte pijp. Ik kon het bijna niet geloven en toch was het
waar. er was niets aan te doen, het was een vrouw die een
pijp rookte. Behalve de kinderen keek iedereen verschrikt de
andere kant op.
Ik heb nog altijd het boek „Marja en Peter" niet gevonden,
jij? We moeten het toch in elk geval eens lezen, natuurlijk.
Lees je alleen maar boeken voor school? Het is ellendig, ja,
dat ze bijna allemaal zo'n antieke indruk maken, maar er zijn
uitzonderingen, ken je „Winnie the Pooh"? Dat is een heel
lief boekje, en niet alleen voor kinderen. Maar je hebt er wei
nig aan voor het Engels zelf. het is eenvoudig. Eigenlijk
konden wij wel in het Engels boekjes gaan schrijven, later.
(Wat denk je ervan?)
Dag lieve Marja, later is ook de winter voorbij.
JE PETER
tiek op de kerk en wordt slechts voor
haar welzijn gewerkt.
Wel staat men soms nog onwennig te
genover dat gemeenschappelijk bidden,
maar iets nieuws is het eigenlijk niet,
want het werd in de dagen na de af
scheiding door vele gelovigen beoefend.
EIGEN THEOLOGIE
ONTBREEKT
Ds. B. van Smeden van A'dam sprak
's middags over „onze grote kerk".
Daarmee wilde hij niet zeggen dat de
chr. geref. kerken groot zijn, maar wel
dat de kerk van Christus groot is, al
heeft men daar in de chr. geref. ker
ken juist door haar beperktheid soms
te weinig oog voor.
Dat de chr. geref. kerken geen. eigen
theologie hebben, achtte ds. Van Sme
den zeer te betreuren. Velen willen niet
van een eigen theologie weten, omdat
zij willen vasthouden aan de theologie
der reformatie, maar dan vergeten zij
dat de chr. geref. kerken een produkt
zijn van de historische gang van zaken
in de vorige eeuw, en dit valt niet te
niet te doen. „Ons kerkelijk standpunt
heeft te maken met ons hele bestaan."
In 1892 ging het niet alleen over de
veronderstelde wedergeboorte en het ge-
nadeverbond. Het ging om heel het le
ven des geloofs dat men in gevaar
gebracht zag door de leer van Kuyper.
De chr. geref. kerken behoeven er
geen eigen dogma's op na te houden,
maar op zijn minst is nodig een duide
lijke uiteenzetting omtrent de eigen be
nadering van de heilige schrift en de
dingen des Geestes. Men lijdt aan on
duidelijkheid in het gesprek ten opzichte
van anderen. Daardoor valt men nu vaak
terug op gevoelens als sfeer en menta
liteit.
MENSENVREES
Zeer nadrukkelijk signaleerde ds. Van
Smeden in de chr. geref. kerken een
gebrek aan kerkelijke profetie. Deze
blijft vaak in het negatieve. „We zijn
verbonden aan „onze mensen" en han
teren dan een „onze mensen-taktiek".
*k zie mensenvrees bij onze kerkelijke
eiders, zelfs op synodes".
Ten bewijze van het laatste noemde
ds. Van Smeden de gang van zaken
met de nieuwe bijbelvertaling ter sy
node van Rotterdam-1959. Alleen uit
vrees voor „onze mensen" durfde men
niet over te gaan tot het vrijgeven van
deze vertaling
„Wat ik op de synode voelde, was de
worsteling om kerk te willen zijn maar
het niet te kunnen om „onze mensen",
zei ds. Van Smeden.
Zo leeft ook het gesprek van de depu-
taten met de vrijgemaakte en gerefor
meerde kerken niet. Velen hopen dat
de deputaten de vrijgemaakte en geref.
kerken behoorlijk van 't lijf weten te
houden.
Kleine dingen krijgen aandacht, waar
bij de traditie een grote rol speelt, b.v.
op het gebied van de mode. „Ik houd
mijn hart vast als de eerste theoloog
uit Apeldoorn komt, die een baard
draagt" zei ds Van Smeden. „Wat zal
dat een discussie opleveren!
Achter al deze dir.gen staat volgens
hem het gebrek aan heimwee naar de
grote kerk naar de oecumene. Niet dat
men zich bij de Wereldraad van Ker
ken moet aansluiten; dat dit niet ge
beurt achtte ds Van Smeden volkomen
terecht. Maar het heimwee naar de
wereldkerk is er niet. En de I.C.C.C. kan
dit heimwee niet opvangen, want deze
raad is meer contra dan anti-contra
wil zeggen: alleen maar tegen. Anti kan
óók betekenen in de plaats van.
Toch zijn de chr. geref. kerken een
grote kerk. Want zij mogen kerken van
Jezus Christus zijn. Zij staan „met bei
de benen in de heilige schrift". Zij grij
pen altijd terug op het Woord van God,
en dat is niet een theoretisch zich te
rugtrekken op de adat van de bijbel
maar vasthouden aan wat God verordi
neert.
Deze absolute binding aan het Woord
in God, de handhaving van het amb
telijk besef en het vasthouden van de
levende band aan Christus (bevinding!)
en voor ds. Van Smeden voldoende
zijn gehoor tot slot dringend te ad
viseren: investeer uzelf in die kerk!
'Zacht-bros'
BESCHUIT
verrukkelijk
Jaarvergadering van
Waarheid en Eenheid
De persvereniging Waarheid en Een
heid zal 7 januari, 's middags om 3 uur
zijn jaarvergadering houden in het voor
malige tramstation in Amersfoort
Een der redacteuren van het blad van
deze vereniging, de heer P. M. J. Mekkes.
zal spreken over het onderwerp: „Door
het geloof