DIT KABINET:
Minister afwijzend omdat
overspanning dreigt
Kabinet-De Quay
gevallen
véél lof
en véél
kritiek
Van Eibergen (a.r.):
Geen sterk beleid
Vragen over verlies van
vliegtuig Karei Doorman
Statistisch woning
tekort 1 januari a.s.
tussen 80.000 en
85.000
Rotterdam geeft
subsidie voor
Bijbelonderricht
W
Actie voor
onafhankelijkheid
van Suriname
7
VRIJDAG 23 DECEMBER 1960
MEVROUW VAN AARTSEN
in de loge
gen", zo luidde het oordeel van de a.r.
woningbon wspeciallst.
Hij meende, dat ook de minister over
tuigd is van de nood der woningzoeken
den. Die nood wordt echter door het
beleid van de bewindsman niet afdoen
de bestreden. Er kan en moet meer wor
den gedaan. Bij afremming van de bouw-
produktie dreigt altijd weer de woning
bouw het kind van de rekening te wor
den en dat kan niet worden aanvaard.
Spreker diende daarom zijn (voor het
kabinet fatale) motie in, die medeonder-
tekend was door de heren Van der Peijl
(c.h.), Beernink (c.h.), De Ruiter (c.h.),
Smallenbroek (a.r.) en Biewenga a.r.).
Ook de heer Van der Peijl (c.h.) toon
de zich teleurgesteld door het ministe
riële betoog. De argumenten van de
bewindsman spreken de c.h.-fraotie niet
aan. Ann de woningbouw moet hogere
prioriteit worden toegekend en andere
belangen dienen daaraan ondergeschikt
te worden gemaakt.
De K.VP.-er Andriessen kwam met een
eigen mqtie (82.500 woningen), om-
(Vervolg van pagina 1)
|et bouwprogramma tot 85.000 wonin-
En.
De verklaring van minister Van Aart-
6n, dat hij geen bezwaar had tegen
leze K.V.P.-V.V.D., motie, betekende
fen niet-onbelangrijke tegemoetkoming,
laar ze ging de meerderheid der Ka
ter niet ver genoeg. De sooialist Bom
ber kwam nog met een motie om het
foningwetcontingent voor 1961 op het
leü van 1960 (37.500) te handhaven en
lus nog 5000 w.w.-woningen aan het
jrogramma voor 1961 toe te voegen. Deze
1 te duidelijke voorkeur voor de wo-
angwetsector ging edhter ook de mees-
t voorstanders van de motie-Eibergen
t ver.
2500
Het meningsverschil tussen de voor
tanders van de A.R.-C H.-motie cn de
tgering had In het laatste stadium van
et debat dus betrekking op slechts 2500
fonlngen, want zoals gezegd had minls-
|r Aartsen reeds beloofd om over-
enkomstig de motle-Andriessen het
buwprogramma door een toevoeging van
S00 goedkope woningen op te voeren
kt 82.500. Is een aantal van 2500 te on-
uiulllg om er zulke grote politieke ri-
co's voor te nemen? Dr. J. A. II. J. S.
ruins Slot (a.r.) ontkende dit.
Nadat mi mater-president De Quay en
inister Van Aartsen hadden gewezen
de ernstige politioKe consequenties
een aanvaarding van de motie-Ei»
hgen. beklom de anti-revolutionaire
aotievoorzut'ter het spreekgestoelte. Hij
i zich volledig bewust te zijn van de
nst van de situatie. De A.R.fractie
eft dit kabinet graag gewild en be-
evrt een eventueel heengaan oprecht.
>ch meent de fraotie „in geweten" ie
oeten liandelen, zoals ze doet. UiUiruk-
thjk wilde do heer Bruins Slot stel-
in, dat het niet de bedoeling van de
is dit kabinet omver te werpen. In
enig opzidht waarderen zij dit kabinet
jaonder.
De 2500 woningen, waarom het nu
aait, vormen geen kleinigheid, zo ver-
»lgde dr. Bruins Slot. Wie de A.R.-
actie verwijt, dat ze om 2500 huuzen zo-
lel riskeert, moet ditzelfde verwijt ook
t het kabinet richten. Maar in wezen
at het niet om 2500 huazen De a.r. het>-
n ln dc verkiezingsstrijd gesteld, dat
woningnood een levensgevaarlijke
zaak is en dat aan de woningbouw de
hoogste prioriteit moet worden toege
kend. Zij erkennen overigens, dat bij de
bepaling van het woningbouwbeleid con
junctuur-politieke elementen een rol
spelen en dat tegen overspanning moet
worden gewaakt. De algemene conjunc
turele elementen zijn evenwel niet door
slaggevend, zeker niet, wanneer het gaat
om 5000 woningen. De A.R.-fractie on
derkent de mogelijkheid van overspan
ning op de bouwmarkt en zij acht maat
regelen daartegen noodzakelijk. Maar
zij constateert, dat de regering de wo
ningbouw in de vrije sector ongestoord
zijn gang laat gaan en de bouw voor de
minder-draagkrachtngen limiteert. Als er
gelimiteerd moet worden, dan dient dat
in de vrije sector te geschieden.
De voorzitter van de C.H.U.-fractle, dr.
H. W. Til&nus vond het onbegrijpelijk,
dat een zich extra-parlementair noemend
kabinet zulke ernstige consequenties
trekt uit de aanvaarding van de door
A.R.-C II. ingediende motie-Van Eiber-
gen. De C-H^raotle blijft prijs stellen op
een regeringscombinatie, zoals die ln het
kabinet-De Quay Is verwezenlijkt. Maar
toch zullen de c.h. voor de motie stem
men, omdat daarin naar hun mening de
grote zorg voor de langzame gang van
zaken bij dc woningbouw tot uiting
komt. Ambtelijke en administratieve
factoren remmen de bouw en dit is niet
aanvaardbaar, omdat bet woningtekort
nog zo groot Is.
„Men gaat volksvijand no 1 niet krach
tig genoeg te lijf", zo riep de heer
Tilarvus uit. Er moet iets doorbroken
worden en de motie-Van Eibergen is
daartoe oen poging. De C.H.4eider zag
maar heel weinig verschil tussen deze
motie en die van de heer Andriessen
(kath.v.).
Moet dat nu zo
V.V-D.-leidcr prof. mr. P. J. Oud
kwam met de klassiek-geworden vraag,
die dr. Tilanus bij de crisis van 1953
stelde: „Moet dat nu zo?". Hij meende,
dat de A.R.-f ractidoor deze gang van
zaken wel een buitengewoon zware ver
antwoordelijkheid op zich laadt, oen
.verantwoordelijkheid, die niet in over.
eens temming is met de beslissing waar
het op dit ogenblik om gaat Ook ae
V.VJD. wil, als iedere fractie, een hoge
prioriteit voor de woningbouw. Voor
minister Van Aarteen is er echter reden
De a.r.-fractieleider, dr. J. A. H. J. S. Bruins Slot, interrumpeert.
Tweede van links de indiener vqn de motie waarover het kabinet
even later zou vallen: de heer J. van Eibergen.
Condoléance of goede wensen voor de feestdagen? In ieder geval:
minister Van Aartsen had na zijn „val" heel wat handen te schudden.
Hier van griffier Huygens. Op de achtergrond mevrouw Tellegen,
minister Beerman en magister Stokman.
om huiverig te zijn voor overspanning
van de bouwmarkt. Hij is overigens
voldoende tegemoet gekomen aan de
verlangens van de Kamer. De bewinds
man wil bovendien in overeenstem
ming met de motie-Antdriessen in het
eerste halfjaar van 1961 met dc Kamer
overleg plegen over een mogelijke af
ronding van het bouwprogramma tol
15.000 woningen. Een dergelijke gang
van zaken heeft de Aü.-fractie zelf
bepleit bij het (voor het vierde fcabinet-
Drees fatale) belastingdebat van decem
ber 1958. Nu staan de a.r. op een ander,
verkeerd standpunt.
De heer Oud kon zich niet voorstel
len, dat men voor een verschil van
2500 woningen een kabinetscrisis wil
riskeren. Het is goed de verantwoorde
lijkheden nu duidelijk vast ,te stellen.
Zelfs al zou de hele Kamer op negen
of tien a.r. na tegen de motie-Van
Eibergen stemmen, dan nog zou een
kabinetscrisis ontstaan, wat wel heel
wonderlijk is. „Wij hebben." zo besloot
prof. Oud, „een kabinet met een ook
naar het oordeel van de heer Bruins
Slot juiste nsamcnstelling. Maar er kan
straks een kabinet komen van een ook
voor de a.r. fractieleider c.s. heel wat
minder gewenste structuur".
K.V.P.
De waarnemend fractieleider van de
K.VP, de heer Andriessen, zei dat zijn
fractie het niet verantwoord acht haar
stem aan de motie-Van Eibergen te
geven, gezien de vele consequenties die
daaraan vastzitten. Spreker wilde niet
treden in de verantwoordelijkheid van
de AR.-fraotie, maar wel had hij be
hoefte in tc gaan op een interruptie van
de heer Hazebosch (a.r.). Deze had de
heer Oud toegeroepen, dat de a.r. „staan
voor hun woningibouwprogram". Dat
doet, volgens de heer Andriessen, ook
de K.V.P. en vrijwel iedere partij.
„Maar dat betekent niet dat men, staan
de voor een bepaalde situatie en voor
concrete kabinetsbeslissingen, aan het
gemeen overleg tussen regering cn Sta-
ten-Gen., waaraan ins ons land zoveel
waarde wordt gehecht, feitelijk geen
inhoud zou moeten geven". Dit geldt
temeer, waar de regering toch met
onbelangrijke concessies heeft gedaan.
Nadat de socialist Bommer had ver
klaard, dat de P.v.dA.-fractie de voor.
keur geeft aan de motie-Van Eibergen
boven die van de heer Andriessen.
kwam eerstgenoemde motie in stem.
ming. Achter de regeringstafel luister.
den de ministers De Quay, Van Aart
sen, Korthals en Beerman met sombere
gezichten. Na de uitslag vroeg minister
Van Aartsen op de gebruikelijke wijze
om schorsing van de beraadslagingen.
Voorzitter Kortenhorst wenste ten slotte
iedereen eta vredig Kerstfeest, daarbij
de hoop itsprekend, dat ,,allen, die
verantwoordelijkheid dragen voor het
heil van ons land, in de komende dagen
de wijsheid mogen bezitten, waaraan
zij behoefte zullen hebben."
(Van onze parlementsredactie)
WIJ ZULLEN liever met fanfares eindigen dan ermee beginnen", heeft
prof. De Quay eens gezegd, toen hij sprak over het beleid van zijn
Kabinet. Een einde schijnt thans aangebroken, echter zonder fanfares. De
crisis, die gisteravond begon, geeft aanleiding de geschiedenis van dit
Kabinet nog eens weer te geven.
Het begon zo hoopvol. Velen verwachtten na de verkiezingen van maart
1959, dat nu een frisse wind door het regeringskasteel zou gaan waaien.
Een Kabinet zonder socialisten zou misschien de politieke malaise, die de
laatste jaren was ontstaan, kunnen opheffen.
Reeds aan de wieg van het kabinet
bleven echter de moeilijkheden niet uit
Van 28 maart tot 19 mei 1959 duurde de
kabinetsformatie. De heren De Quay.
Beel en nog eens De Quay spanden zich
in tot het uiterste. Tientallen personen
werden aangezocht om een ministers
portefeuille te aanvaarden.
Langzaam groeide het resultaat, een
kabinet, bestaande uit geestverwanten
van de CHU, ARP. KVP cn WD. Mi
nisters met een lange ervaring kwamen
terug: Zijlstra, Luns, Cals. Mannen met
geringe politieke ervaring verschenen:
De Quay zelf, Marijnen. Van Rooy, Van
den Bergh. Enkelen hielden een belofte
in, met name De Pous, die, hoe onwer
kelijk tijdens de huidige omstandigheden,
de Tweede Kamer de vorige week nog
voorhield, hoe groot onze welvaart in
1970, onder het derde kabinet-De Quay
wel zou kunnen zijn
Het werd een experiment. Het kabinet
kondigde aan een christelijk sociaal be
leid te willen voeren, maar de oppositie
constateerde al spoedig, dat geen enkele
regering ooit zoveel ex-secretarissen van
werkgeversvakbonden had geteld De
oppositie weerde zich cn wees de feilen
aan. zwakke plekken bij mannen met
weinig politieke ervaring Ook in de par
tijen, wier geestverwanten deel uitmaak
ten van dit kabinet, kwam skepsis voor.
Dat was toegestaan: het parlement stond
immers tegenover een cxtra-parlemen-
tair kabinet
Resultaat
T^R IS geregeerd. De vrijere loonvor-
*-J ming kwam goed op gang en nage
noeg de gehele bevolking profiteerde er
van. De huurblokkering werd opgeheven.
Huur- en melkprijsverhogingen trachtten
de scheve verhoudingen in de woning- cn
zuivelsector enigszins recht te trekken.
De prijzen bleven nagenoeg gelijk, de
welvaart steeg en voorstellen tot belas
tingverlaging passeerden reeds de Tweede
Kamer.
De waardering voor dit kabinet nam
toe, ook al ging zijn weg niet over ro
zen. Bij de algemene politieke beschou
wingen. die in oktober gehouden wer
den, oogstte het kabinet grote bijval
van de partijen, wier geestverwanten
deel ervan uitmaakten.
Aan protestantse zijde trokken enkele
rimpels over het watervlak, toen de loon-
motie-Burger enige a.r.- en c.h.-bijval
kreeg. Tot een openlijke wapenstilstand
kwam het twee maanden later bij de in-
terpellatie-Suurhoff. al bleef staatssecre
taris Roolvink niet van thans eensge
zinde antirevolutionaire en christelijk-
iistorische kritiek verstoken.
Moeilijkheden
TAE VRIJERE loonvorming, t(j ls wel
de grootste moeilijkheid geworden,
waarvoor het kabinet zich de laatste tijd
geplaatst zag. Nochtans struikelde het
niet. De polltle-salarrlssen deden reel
stof opwaaien. To*h keerde de rust weer.
Een cocktailparty welkte grote beroering
en opmerkingen als: „Het Hjkt naar
niets". Er vleien geen klappen. Nleuw-
Gninea, het vlootbezoek door de Karei
Doorman, deze aspecten van het rege
ringsbeleid lokten kreten over een te
grabbel gegooid gezag. Het kabinet hand
haafde zich.
De toto vormde een hoofdstuk apart
Bij de verwerping van het voorstel
Beerman brak storm uit. Naderhand
kreeg het er steeds meer de schijn van.
dat de afmeting van die storm de dimen
sies van een glas water niet overtrof.
Agrarische orkanen beukten minister
Marijnen Ook hij redde het.
Steeds weer rees de kritiek. Bij wel
haast Iedere regeringsmaatregel vroeg
men zich af: „Hoe zullen ze het redden?"
Dit kabinet wai géén goed kabinet wan
neer men zijn vakmanschap beoordeelt.
Het regeerde niet met flair Het miste
politieke ervaring Toch lukte het telkens
weer. En op principiële punten wisten
Kamermeerderheid en regering elkaar
telkens weer te vinden. Soms leek het er
zelfs niets op, of het kabinet van extra-
>arlementair geleidelijk een parlemen-
air was geworden.
Een aantal bewindslieden oogstte
grote lof. Vrij algemeen was de waarde,
ring voor het driemanschap Zijlstra-De
Pous-Roolvink. door sommigen weJ de
peilers van het kabinet genoemd Mi
nister Cals ontving algemene hulde
voor de totstandkoming van zijn wet
op het wetenschappelijk onderwijs,
eergisteren door de Eerste Kamer aan
genomen.
De bewindslieden, die aanvankelijk een
zwakke, ja een uiterst zwakke indruk
maakten, groeiden allengs ln hun taak.
kregen soms zelfs enige allure Het ma-
laisegevoel, de compromissengeest, die
voor 1959 ons politieke leven meer en
meer was gaan beheersen, bleef, ondanks
alles, weg.
HPHANS is het kabinet verslagen.
Het ging als het weer: de dag
begon zonnig, en men ontwaakte
niet met het gevoel: „Vandaag zou
er wel eens een kabinetscrisis kun
nen komen." Maar toen het avond
geworden was. en eén miezerige re
gen de lampjes van de reuzekerst
boom op het Binnenhof in het pla
veisel deed weerkaatsen, was de on
dergang een feit
„Hij zal wel toegeven en meer wonin
gen laten bouwen", verwachtte men om
één uur. Mr. Van Aartsen gaf niet toe.
Schorsing van de vergadering voor over
leg volgde.
Het werd avond: er kwamen moties.
Weer werd een onaanvaardbaar altge
sproken. wéér pauze voor overleg Sinds
dien Is de hoop voor een oplossing uitge
bleven. Vier korte speeches, fotografen
en microfoons ln de zaal als accentuering
van deze bizarre ontwikkeling, een stem
ming, een korte verklaring door mr. Van
Aartsen. het was afgelopen.
De Kerstwens van dr. Kortenhorst ging
verloren in het rumoer. Men trok zijn
1as aan en ging heen. De lange zwarte
auto's van de aanwezige ministers zoef
den met felle achterlichten onheilspellend
het Binnenhof af. Groepjes mensen ble
ven napraten: ons land heeft geen rege
ring meer.
Lijmen
TN 1955 IS HET Tweede Kabinet-Drees
A na een soortgelijke crisis gerecon
strueerd „gelijmd" in de volksmond
teruggekomen. Is ook voor dit kabinet
een dergelijke oplossing mogelijk? De
tijd zal het moeten leren Aan taken be
hoeft het in de toekomst niet te ontbre
ken. Veel wacht nog en wie erop let, kan
slechts tot nadeel voor het land conclu
deren, wanneer de uitwerking ervan
lange tijd wordt uitgesteld.
Dit kabinet had nog grote plannen De
belastingvoorstellen wachtten op behan
deling door de Eerste Kamer Er liggen
belangrijke wetsontwerpen tot regeling
van de kinderbijslag en van het voortge
zet onderwijs (mammoetwet) Er zijn
plannen voor subsidiëring van de kerk
bouw en uitbreiding van het wetenschap
pelijk onderwijs Toegezegd is een nieuwe
regeling van de voetbaltoto Van vitaal
belang is Juist in deze tijd van hoogspan
ning ln de conjunctuur, dat een waak
zame regering de vinger aan de pols
blijft houden.
Het einde is niet met fanfares ge
komen. Juist nü is dat onmogelijk.
Deze crisis komt ongelegen. Hoe
men zich ook de oplossing denkt,
dat het een s p o e d i g e oplossing
moet zijn, lijdt geen twijfel.
(Van onze parlementsredactie)
Het z.g. statistisch woningtekort zal op
1 januari van het komend jaar tussen
de 80.000 cn 85.000 liggen. In 1949 bedroeg
dit tekort nog 253.000 cn tot 1954 is het
steeds boven dc 200.000 gebleven. Er ia
dus een belangrijke vooruitgang geboekt,
zo verklaarde minister Van Aartsen gis
termiddag in de Tweede Kamer bU de
voortgezette begrotingsbehandeling van
volkshuisvesting cn bouwnijverheid.
De minister zag niet veel in de sug
gestie van de heer Van Eibergen (a.r.)
om een meerjarenplan voor dg bouw
nijverheid op te stellen. Het bouwbedrijf
is zeer conjunctuurgevoelig en dit be
moeilijkt een planning op lange termijn.
Als de conjunctuur omslaat zullen de
aanvragen van het bedrijfsleven verdwij
nen als sneeuw voor de zon.
Het bouwprogramma voor 1961 bespre
kend zei de minister, dat van de 80.000
geprojecteerde woningen er 50.000 be
stemd zijn om de normale bevolkings
groei op te vangen; 20.000 zijn bestemd
voor het inlopen van het tekort en ÏODOO
voor de vervanging van krotten.
De bewindsman gaf de socialist Bom
mer toe. dat meer coördinatie op het ge
bied van de research gewenst is. Het is
de bedoeling met de betrokken organi
saties om de tafel te gaan zitten om te
zien wat hieraan kan worden gedaan.
De K.V.P .-er Van Helvoirt, die een
pleidooi voor eigen-woningbezit bad ge
houden, kreeg tc horen, dat ongeveer 30
pet van het totale aantal huizen thans
eigen woningen zijn. Minister Van Aart
sen achtte dit een bevredigende toe
stand. die hij zou willen handhaven.
Met alleen de stemmen van de twee
communisten tegen heeft de gemeente
raad van Rotterdam vanmiddag besloten
een tegemoetkoming te verlenen aan dc
federatie interkerkelijk overleg ln school-
zaken (I.K.O.S.) Nederlandse protes
tantenbond. Het gaat hier om verhoging
van de subsidie in de kosten voor het
Bijbelonderricht en om een nieuwe sub
sidie voor de aanschaffing van leer- en
hulpmiddelen. In totaal is een bedrag
van f 95.000 beschikbaar gesteld.
Onder de genoemde leer- en hulpmid
delen worden verstaan Rijbels (Oude en
Nieuwe testament), zangboekjes, kaarten
van de oude wereld, wandplaten, films en
filmstroken. Verwacht wordt dat deze
middelen in belangrijke mate er toe zul
len bijdragen, dat het Bijbelonderricht,
dat aan ongeveer 17.500 leerlingen wordt
gegeven, op een meer aanschouwelijke
en bevattelijke wijze kan worden gege
ven. Van de genoemde f 95.000 zijn
f 45.000 voor de aanschaffing van die
leer- en hulpmiddelen bestemd.
(Van onze parlementsredactie)
AAROM wil de regering haar woningbouwprogramma voor 1961 niet
fixeren op een aantal van 85.000 woningen? Op deze vraag heeft
minister Van Aartsen gisteren in de Tweede Kamer een uitvoerig ant
woord gegeven. Het resultaat van zijn uiteenzettingen was nihil, maar
aan duidelijkheid lieten zij niets te wensen over. Het grote bezwaar van
de bewindsman was, dat opvoering tot 85.000 tot overspanning op de
bouwmarkt kan leiden. Het gevolg daarvan zal zijn: stijging van de bouw
prijzen (waarvan de laagste inkomens de dupe worden), verlenging van
Er heerste gisteravond in de
Tweede Kamer bepaald niet
voortdurend een begrafenis-
stemming. Een hartelijke lach
(op de foto de chr.-historische
fractie rondom HW. Tilanus)
deed de toenemende spanning
even breken.
Het ochtendblad De Ware Tijd te Pa
ramaribo meldt dat op 14 december te
Amsterdam door de Actiegroep 1952 een
bijeenkomst achter gesloten deuren was
bijeengeroepen, bijgewoond door kader
leden van de Surinaamse nationalistische
beweging in Nederland. Volgens een uit
gegeven verklaring besloot de vergade
ring naar volkomen onafhankelijk te
streven en deze tot inzet te maken van
de eerstvolgende Surinaamse verkiezin
gen.
Men besloot dr. R. C. Winter, mr. G.
H. Gunther en de heer C. S. H. J. Defares
uit te nodigen om een centrum voor de
internationale betrekkingen voor te be
reiden en een studiecommissie voor de
landsverdediging in te stellen.
Dr. ir. D. R. ManshoW, directeur-gene -
raal voor de arbeidsvoorziening, voor
spelt ln Economlsch-Staitistische Berich
ten, dat hot tekort aan arbeidskrachten
in 1960 zal stijgen tot 60.000 voor mannen
en 38-000 voor vrouwen, ondanks hot feit,
dat de beroepsbevolking met 35.000 zaJ
groeien.
DR. J. A. H. J. S. BRUINS SLOT
geen kleinigheid
de bouwduur en moeilijkheden bij de bouwbezetting.
Grote voorzichtigheid is daarom gebo
den. Er is maar heel weinig voor nodig
om de op de bouwmarkt aanwezige
spanning in overspanning te doen om
slaan. „Als die situatie eenmaal is in
getreden, ben ik niet meer bij machte
de klok terug te draaien", aldus de be
windsman. Eenmaal gestegen prijzen
zijn praktisch niet meer te verlagen. Er
zijn nu nog huizen die met te hoge hu
ren uit het overspanningsjaar 1956 zit
ten. Stijgende prijzen komen altijd neer
op het hoofd van de huurders.
Daarom meende de bewindsman weer
stand te moeten bieden aan de wens van de
Kamermeerderheid het bouwprogramma
met 5000 woningen uit te breiden door
opvoering van het aantal subsidie-wo
ningen van 65.000 tot 70.000 (kosten f 80
90 miljoen), zodat het hele bouwpro-
gram 85.000 zou omvatten. Wijzend op
het overspanningsgevaar riep de minis
ter uit: „Liever 65.000 woningen met
redelijke huren, dan 70.000 met opge
lopen huren".
Overigens wilde hij het getal 65.000
niet als heilig beschouwen. Overschrij
ding van de 80.000 (in de vrije sector)
is waarschijnlijk. Maar de regering zou
een gevaarlijk pad bewandelen, wanneer
ze zich in haar bouwprogramma op
70.000 subsidie-woningen zou vastleggen.
Voor afremming van de vrije sector ten
bate van de subsidie-bouw voelde de
minister weinig. Hij zag dit als een
ultimum remedium (uiterste middel).
Niet sterk
Het betoog van de minister bleek op
z(jn partijgenoot, de heer J. van Eiber
gen (aj.), niet de minste ladrak te heb
ben gemaakt. „Dit beleid Is geen sterk
beleid, w(J kannen op dit pant niet vol-
dat hij wel begreep, dat de motie-Van
Eibergen bij de regering geen goed ont
haal zou vinden. Staat de regering er
onverwachts toch welwillend tegenover,
dan zal de K.V.P.-fractie er zich bepaald
niet tegen verzetten. De motie-Andries-
sen ging de heren Van der Peijl (cJi.)
en Bommer (soc.) niet ver genoeg. Deze
laatste was ook niet erg enthousiast
over de motie-Van Eibergen, maar hij
en zijn fractie zouden daaraan hun
steun geven, wanneer de door hen inge-
liende motie (37.500 w.w.-woningen)
niet zouden worden aanvaard. De libe
raal Schuitemaker (die met zijn frac
tieleider prof. Oud de motie-Andries-
sen had ondertekend) keerde zich tegen
de motie-Van Eibergen onder het motto,
dat het hele systeem van het nieuwe
woningbouwbeleid staat of valt met de
continuïteit in het loon- en prijsbeleid.
De S.G.P.-er Kodde voelde het meest
voor de A-R.-C.H.-motie.
HET Tweede-Kamerlid Schouwenaar (soc.) heeft aan de minister van
defensie schriftelijk gevraagd of het waar is, dat tijdens de jongste
wereldreis van Hr. Ms. „Karei Doorman" een aan dek geparkeerd vlieg
tuig tijdens ruw weer overboord is geslagen en verloren is gegaan.
Indien zulks inderdaad het geval is,
zo vraagt de heer Schouwenaar verder,
is de minister dan bereid aan dp Ka
mer mede te delen onder welke om
standigheden dit ongeval heeft plaats
gevonden, tot welke maatregelen de re
sultaten van het ter zake ingestelde on
derzoek hebben geleid, en in het alge
meen alles, wat voor de beoordeling
van de gang van zaken aan boord van
het vliegkampschip van belang kan zijn,
met name of hier sprake kan zijn van
een tekort aan discipline bij he M.L.D.-
personeel, zulks mede met het oog op
hetgeen daaromtrent is gebleken bij
vroegere ongevallen met vliegtuigen van
de Marine Luchtvaart Dienst?
Is het voorts juist, dat tijdens een na
aankomst van Hr. Ms. Karei Door
man te Rotterdam door de comman
dant van smaldeel V gehouden pers
conferentie opzettelijk geen mededeling
is gedaan van bovenvermeld ongeval en
van nog een tweede ongeval, waarbij
een vliegtuig is verloren gegaan?
Zo ja, kan de minister dan meedelen
op grond van welke overwegingen zulks
is geschied?
Kan de minister meedelen, welke
maatregelen hij heeft genomen om
te waarborgen, dat ln alle gevallen,
waarin zulks met Inachtneming van
de somtijds ln 's lands belang nood
zakelijke geheimhouding mogelijk is,
aan de pers tijdige, jaiste en volle
dige inlichtingen worden verstrekt?