STENEN OF BROOD lOEDAN cultuur bedreigt schatten der I PHILAE KAN GERED WORDEN Egypte moet kiezen: KERSTBIJLAGE 1960 TURKIJE EGYPTE rSOEDAN iCAIRO 'Amarna Abydos 'Luxor Kom Ombo1 USSOEAN IEMPELEILANO \VANPHIILAE I TEMPEL VAN RAMSES 11 OM FORTEN TOEKOMSTIG STUWMEER door Ton Zeelenberg ^IIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHI^ TJET eiland Philae, de „parel van Egypte n |{an worden gered. Zo luidt de conclusie van twee Nederlanders, die in opdracht van de Nederlandse regering de situatie op en rondom het eiland, dat dreigt te verzinken in het opgestuwde Nijlwater, hebben bestu- deerd. De conclusie werd neergelegd in een uitgebreid rapport, dat inmiddels door de Ne- derlandse minister van onderwijs, kunsten en j| wetenschappen aan de plenaire zitting van de UNESCO (de culturele organisatie van de V.N.) werd voorgelegd. TTET eiland Philae is de basis van een be- langwekkende verzameling tempels en monumenten uit de Ptolemeïsche periode van 380 tot 80 jaar voor onze jaartelling. Na de bouw van de kleine Assoeandam in de Nijl kwam het eiland onder water te liggen. Slechts twee maanden peT jaar is het toegan- kelijk. De nieuwe Assoeandam, die waar- schijnlijk over zeven jaar gereed zal zijn, be- tekent dat het eiland en de tempels geheel onder water zullen verdwijnen. TWEE Nederlanders, de civiel-ingenieur C. Th. de Beaufort en de geoloog C. Voüthe, b hebben tussen 25 juli en 5 augustus de situa- tie ter plaatse opgenomen. Zij hebben alle suggesties voor redding van Philae op hun uitvoerbaarheid onderzocht en zijn tot de con- b clusie gekomen, dat de aanleg van dijken tus- sen de hoger gelegen eilanden voor Philae en van deze eilanden naar de rivieroevers, voor het eiland Philae een eigen bassis kunnen scheppen. Dit bassin zal een lager niveau dan het grote stuwmeer krijgen en het eiland zal dus weer het gehele jaar het .hoofd boven b water kunnen houden". Er dient bovendien een pompstation te wor- den gebouwd. Met elkaar zal het ongeveer 21 miljoen gaan kosten. Zo ligt het aan cultuurschatten zo rijke eilandje Philae in de Nijl. Zal het door het stuwmeer en deze levensader van Egypte voorgoed ver* zwolgen worden De prachtige tempel, die de oude Egyptenaren wijdden aan hun ajgod Isis, is een van de vele bedreigde schatten op het Nijl eilandje Philae. WAAROM zou ik opspringen en schreeuwen van veront waardiging. Zal het Philae redden. U zegt: Ik blijf met oosterse gelatenheid wachten op de vloed. Verwijt mij niet dat ik een oosterling ben, want het is geen luiheid die mij bedaard doet neerzit ten op de voet van Ramses, het is onmacht. En waar u, die westerling bent, uw verontwaardiging uit, dwingt de zon mij, bedaard te blijven en het hoofd te buigen. Bedenkt, dat wij de den wat wij konden. Hebben wij niet alle archeologen in Egypte verzocht hun werkterrein te verleggen naar dat deel van de Nubische woestijn, dat zal ondergaan in het stuwmeer van de Sadd el 'Ali? Zijn wij niet bereid de cultuurschatten te delen met het land, dat ze redt? Gaven wij niet toestem ming tempels uit Tafe. Dabod. Den- doer, Derr em El Lesya steen voor steen af te breken en in andere lan den te herbouwen? Dat doen wij. om dat wij weten, dat veel verloren dreigt te gaan en omdat wij zelf het geld niet hebben, te redden. Het water moet komen. Het water komt. want het land dorst en onze kinderen heb ben honger. En stil en machtig glijden de wa termassa's van de Nijl naar de zee. Daaraan denkt u, die westerling bent. U ziet de drie grote piramiden die zich in het heldere maanlicht scherp en machtig aftekenen tegen de grijs blauwe hemel: u ziet de sfinx boven de gele woestijn, dat raadselachtige wezen met het hoofd van een mens en het lichaam van een leeuw en u bedenkt dat het geloof in een leven na de dood. de oude Egyptenaren tot grootse daden heeft geprest. U vaart over de Nijl, u ervaart de grote stil te. die geaccentueerd wordt door het eenzame hondegeblaf en bij Abdoe Simbel, voorbij de bouwput van de Sadd el 'Ali. schrikt u even van de reusachtige beelden van Ramses II, uitgehakt in de sombere rotsen. Maar uw schrik wordt bewondering voorde prestaties van de oude farao's, en in uw ogen is een stil verwijt voor mij. die uw komst afwacht, zittend op de voet van Ramses. Er is een verwijt, dat mij en mijn broeders moet tref fen. Willen wij werkelijk deze tastba re oudheid opofferen voor een stukje grond meer. vragen uw ogen? DAT willen wij. Want moedig en Ijdel en groots was Ram ses II, die voor zich en zijn echtgenote Nefertari tempels liet uithakken in de rotsen en die na duizenden Jaren nog ver telt van zijn grootse daden; moedi ger is Nasser, die ons een dam bouwt en ons een beter leven schenkt. Nasser zegt: Mogen de Amerika- ien in hun woede stikken, de Sadd el 'Ali wordt toch gebouwd. De wa- erbouwkundigen zeggen: Philae en Abdoe Simbel kunnen door dijken oorden gered. Wat zal ik dus op springen en schreeuwen van veront waardiging; ik denk aan de woor den op een priestergraf in de The- baanse dodenstad: Beleef de dag met vreugde, Nederhotep. voortref felijke priester met de zuivere han den! Vermeng zalf met fijne olie, i Egyptische felluh op de voet van een reuzenbeeld Een situatietekening van het Nijl gebied rondom Philae. en sier met kransen en lotusbloe men je geliefde, die naast je zit. Laat zang en muziek weerklinken. Verwerp alle duistere gedachten en denk slechts aan de vreugde, tot de dag komt, dat je naar het land wordt gevoerd, dat de stilte lief heeft. En kent u, die westerling bent en de bijbel kent, deze woorden ook niet? Prediker zegt: Laten uw kle deren te allen tijde wit zijn en olie ontbreke niet op uw hoofd. Geniet het leven met de vrouw die gij lief- hebt, al de dagen des ijdelen levens, die Hij u geeft onder de zon, al uw jdele dagen, want dat is uw deel mder de levenden en bij het zwoe- jen, waarmee gij u aftobt onder de zon. STIL en machtig rukken de watermassa's van de Nijl op naar de Middellandse Zee en trekken over 7000 kilometer een groen spoor, dat Egypte heet, in de eindeloze woestijn, eindeloos van Atlantische Oceaan tot Rode Zee en vandaar tot Perzische Golf. En nog altijd is er rumoer rondom de Assoeandam, die de wereld in beweging bracht, die de Nijl opstuwt tot een meer waarin de cultuur verdrinkt, die meer welvaart brengt in het land van Misr; nog altijd is het rumoer rondom de Hoge Dam, Sadd el 'Ali noemen wij hem, niet verstomd. AT zal ik. Ibrahim Mo- hanied Ibrahim, die de zoon van een eenvoudige fellah ben en die de voet van de grote Ramses II tot zitplaats koos, daar aan toevoe gen? De wijsheid van de moëddzin is niet in mij: als de moëddzin roept op de minaret zal ik mijn gelaat naar Mekka wenden en als Allah het wil zal het water stijgen. Het zal stijgen -tot grote hoogte en het zal Ramses II, de zoon van Seti I en de grootste bouwheer aller tijden te vens, na 3194 jaren tot zwijgen bren gen. Ik, de zoon van een fellah, keu de waarde van het water, dat vrucht baarheid brengt in de woestijn. Ik ken de waarde van het water, want ik zag mijn vader een leven lang zwoegen mei de wrakke sjadoef. Ik zag hem vechten tegen de zon, die zonder genade is, en tegen de woes tijn, die loert op een moment van werkeloosheid. Ik zag de grond, die zieltoogt onder de zon, en ik leer de de waarde van het water kennen. Wat zal ik, die hier neerzit op de voet van de grote Ramses II. doen? Opspringen en schreeuwen? Zal ik protesteren nu de grote Ramses II in het water moet ondergaan. Hij was er altijd, in mijn jeugd en ver daar voor was hij er. Op zijn grote voe ten stond hij hier. twintig meter hoog en viermaal herhaald, tegen de rotsen, waarin hij zich 30 eeuwen geleden een tempel liet bouwen. Hij was hier al tijd. zoals de zon en de woestijn en de Nijl hier altijd waren. Wij uit Ab doe Simbel kennen hem beter dan wij Gamal Abdel Nasser kennen. En Nas ser is van onze tijd, hij is de bouw heer van het land van Egypte zoals u het nu kent. van de Assoeandam ook. En daarom is hij groter dan Ram ses, want hij bouwt niet om eigen roem te verkondigen; hij bouwt voor ons. de fellahin die van het land le ven. 'AAROM zal ik niet opsprin- gen en schreeuwen, want I J Ramses was hier altijd. maar het water was hier niet altijd. En nu zal het er komen, altijd zal het water hier zijn; tegen de Hoge Dam zal het stijgen, het zal de voet van de grote Ramses, die hier uit de hoogte neerkijkt op de Nijl, langzaam naderen en het zal mij van mijn zitplaats verdrijven. Maar eerst op het laatste moment zal ik mij laten verdrijven, de slippen van mijn boernoes zullen aangeraakt zijn door het kostbare water van de Nijl, waarin Ramses zal verdrinken. En ik zal juichen, zoals het gehele volk van Misr, dat u Egypte noemt. juicht op de Wafaa el Nile, op het feest van de overstroming, waarmee wij Allah danken voor het slib. dat de Nijl op ons zielloze land achter laat. Misschien zal ik nog even den ken aan mijn zitplaats op de voet van Ramses II. Ik, de zoon van een fellah, zat daar als een farao; als het mij behaagde nam ik daar plaats en ik dacht aan de grote heren van het Egyptische Midden-Rijk, die de ko ninklijke voet. waaraan deze stenen voet een afbeelding is, mochten kus sen als het de farao behaagde. En hoe de grote heren hun vorst Ram ses II mochten prijzen, terwijl zij de grond kusten, op hun buik liggend en luid jubelend. U verwijt mij fatalisme, nu ik hier op de voet van de grote Ramses het water afwacht, en niets doe. U ver wijt mij werkeloosheid, nu ik het wa ter verkies boven de erfenis van het oude Egypte. Ik ken de waarde, die u hecht aan de tempels, aan de pira miden, aan de sfinxen, aan de hiëro glyfen, die u vertellen hoe duizenden jaren geleden hier mensen leefden en stierven, hoe hun farao's heersten en streden, hoe hun goden kwamen en gingen. Ik weet dat allemaal, maar ik zal er geen traan om laten, want het leven gaat verder en het is Al lah's wil, dat het volk niet verhon gert. EN daarom zal het water stij gen. Volgt van Abdoe Sim bel uit de Nijloever in-zuide lijke richting en u vindt de Sadd el 'Ali, de Hoge Dam. waar 60.000 kinderen van mijn volk de hete zon van Nubië trotseren en werken aan het grootste monument van Egypte, zestien maal groter dan de grote piramide van Cheops. Het is de ..piramide" van farao Nasser, die al het werk van de grote Ramses in de schaduw zal stellen en die niet wordt gebouwd om eigen roem te ver kondigen. Zoals Ramses de kinderen Israëls uit het land Gosen haalde voor slavendienst, zo haalt Nasser kapi taal uit het buitenland om een groot werk tot stand te brengen. De Hoge Dam. de Assoeandam. zal het water van de Nijl stremmen in zijn trage stroom, hij zal het water opstuwen tot een meer met een leng te van 500 kilometer en een inhoud van 130.000.000.000 kubieke meter en een oppervlak van 3000 vierkante kilo meter. De zon, die ons leven zo traag maakt als de Nijl stroomt, zal veel water verdampen en de lucht zal voch tig zijn. zo vochtig als zelfs in onze verbeelding niet mogelijk was. Miljoe nen feddan woestijn (2.47 feddan is ongeveer 1 hectare) zullen bloeien, want Allah zorgt voor zijn kinderen. Hij leerde Nasser het toverwoord Sadd el 'Ali. opdat ons volk, dat elke twee jaar met een miljoen kinderen toe neemt, niet zal verhongeren. Dit is onze vreugde, die niet Ram ses toekomt, want hij zal ondergaan in het meer en vele tempels en mo numenten der exidheid zullen met hem verdrinken; zijn echtgenote Nefertari, die hij een kleine tempel bouwde in Abdoe Simbel, zal hij niet kunnen red den. Dit is onze vreugde, want onze kinderen zullen leven. BROOD verkiezen wij boven stenen, want het Egyptische volk is niet de onbeschofte dragoman: de gids die u scheldend volgt als uw bak- sjis uitblijft, is hij niet. Het Egypti- sche volk Is niet de sjacheraar zon der moraal, die een mummiehandje uit zijn smerige boernoes tevoorschijn haalt en die vergeet te vertellen, dat de hand eens zijn schoonmoeder toe behoorde. Neen, het volk van Misr is ijverig en sober; bet leeft van de Nijl en het beschermt zich met traagheid tegen de zon, die ook u, die een wes terling bent en driftig en gejaagd, tot traagheid dwingt op uw reizen door het land van de grote stilte. U, dit de bijbel kent, kent het verhaal vai mtfn volk. U kent de rampspoeden de oorlogen, de vreemde overheersin gen, die een beschaving hebben ver moord en hebben begraven in het het< woestijnzand, waar zij na vele ecu wen, ongeschonden, werd gevonden. I kent onze afhankelijkheid van de Nijl de rivier die grillig is en rampspoed op voorspoed laat volgen. Reist een? ïaar het eiland Elefantlne: u vind er een de oude peilschaal met de zes ion Griekse ellen. Twaalf ellen kon digden de hongersnood aan; bij zes .ien ellen eerst was er overvloed li het 1 nd van Misr. U. die de moderne geschiedenis kent, weet dat Egypte een reeks stuw dammen bouwde, stuwdammen die het slib-dragendc Nijlwater opstuwden tot meren, waaruit geput kon worden als de dorst het land kwelde. Maar het volk van Egypte nam toe en het zag nog veel Nijlwater ongebruikt weg spoelen in de Middellandse Zee. De Hoge Dam van Nasser zal daar voor goed een einde aan maken, Sadd el 'Ali, tot de laatste druppel zal het wa ter worden gebruikt, Sadd el 'Ali. SCHREEF niet een farao 50 eeuwen geleden: Mijn hart is bedroefd, want er is ge brek aan graan: groente is er helemaal niet, en alle an dere dingen, die de mensen nodig heb ben voor hun voedsel, zijn op. Ieder een berooft zijn buurman. De men sen willen wel lopen, maar zij hebben de kracht niet zich te bewegen. Het kind kermt van honger, de jongeling sleept zich afgemat voort en de oude ren zijn gebroken door vertwijfeling. Alles neigt naar de ondergang. Wal moet ik doen.? Zeg mij: waar zijn de bronnen van de Nijl? Welke God waakt over hen? Want de Nijl was het. die eens de schuren vulde. Zo klaagt mijn farao, die Nasser heet, niet. Hij is trots en zegt: Eeu wenlang hebben de piramiden de eer ste plaats ingenomen onder de techni sche wonderen. Door de piramiden zal de herinnering aan de farao's eeuwig voortbestaan. Maar in de toekomst zal de Sadd el 'Ali de piramiden over schaduwen. prachtiger en groter zal de Sadd el 'Ali zijn, en zij zal meer welvaart brengen voor alle Egyptena ren. Ik weet het. u die meer weet van mijn voorvaderen dan ik die een zoon van hen ben. u lacht om mijn ver ering voor Nasser. Ik weet het, u noemt hem een intrigant, een politie ke goochelaar. Wel, Allah wil het zo, laat hem. U lacht en vraagt mij, hoe jk weet wat mijn voorvaderen zeiden. Ik weet het, ik dank die wetenschap aan de hardnekkige arbeid van uw knappe archeologen en egyptologen. Ik was bij hen toen zij de geheimen van het verleden ontrafelden en ook ik ken het gevoel van verlegenheid, van onzekerheid zelfs, bij het binnen dringen in een kamer die duizenden jaren geleden door vrome handen werd afgesloten en verzegeld. Zelfs ik, die een eenvoudig man ben, werd over meesterd door de vrees, dat de tijd alle waarde had verloren toen ik de lucht, die ik inademde, deelde met de- geen, die de mummie duizenden jaren geleden op zijn laatste rustplaats leg de. Ik weet dat allemaal, maar ook weet ik wat het is, te moeten kiezen: stenen of brood. Hebt u ooit voor de keuze gestaan: stenen of brood? U koos het brood, nietwaar? Al was de steen ook miljoenen jaren oud, u kóós het brood. En ik kies het brood, en heel het volk van Misr kiest het brood, dat de Nijl geeft, dat de dam van Assoean zal geven. Dezelfde dam. die de ondergang van veel cultuurschat ten betekent. EN nog is niet alles verloren. De Nederlanders, die het water kunnen temmen, heb ben verteld, dat zij het ei land van Philae kunnen red den. Ik heb hen bezig gezien, bij dat eiland, dat de Parel van Egypte wordt genoemd, en dat tussen de oude en de nieuwe Assoeandam ligt. Tien maanden per jaar stond het eiland en de tempel van Isis, de tempel van Hathor, het paviljoen dat Ceasar Au gustus begon en dat Trajanus verder oouwde, de zuilengalerijen, en heel die kostbare erfenis van het Egypte van lang geleden, tien maanden per jaar stond alles onder water. Twee maan den slechts was het eiland droog, maar de planten waren verdronken en het met slib geladen water, had don kere vegen over de oude wanden ge- smeurd. Maar zij waren er nog, de kostbaarheden uit het verleden, zorg- /uldig waren zij voorbereid op de komst van het water, dat door de ?erste, kleine Assoeandam werd opge stuwd. Nu komt de Hoge Dam, de •add el 'Ali, die Egypte welvaart za) brengen. En zij zal het water vast- (ouden in het meer tussen oude en nieuwe dam. En langzaam, maar ze er zal de Parel van Egypte wegkwij nen. tenzij de Nederlanders hun plan tomen uitvoeren. Voor Philae ligger •wee hoge eilanden, die. door dijker met elkaar en de oevers verbonden Philae een eigen, lage waterstand kun ien geven. Technisch is het mogelijk maar het kost geld. meer geld dar. Egypte bijeen kan brengen. Is het waar, dat de westerlingen het eiland zo belangrijk vinden? Dan zal het niet verdwijnen in de Nijl, dan zal het in oude glorie worden hersteld. BESTAANDE RtJlBAMMEH 300 km

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1960 | | pagina 17