Uw probleem is het onze
Drie nieuwe li.t.s.'en m
liet westen des lands
Meningen van anderen
Wijziging examenregeling
van beperkt nut geacht
Revisie nodig schorsing
kandidaat Schilder
TONICUM NOURY
Enkele kanttekeningen
Een protestantse
in Rotterdam
Beroepingsiverk
Schoolomvang
Lustrumcongres Chr.
Bond Natuurvrienden
Een woord voor vandaag
geeft nieuwe
energie
2
GESTEGEN WELVAART
HET IS IN DE kring van de Nederlandse vakbeweging langzamerhand een
onomstreden waarheid, dat de eerste periode van de gedifferentieerde
loonpolitiek een onverdeeld succes ls geworden.
Dat de gunstige conjuncturele ontwikkeling hierbij een belangrijke steun
in de rug is geweest, valt niet te ontkennen, maar dit alles doet niets af van
het feit, dat de loon- en prijspolitiek van de regering juist is geweest en in
belangrijke mate beeft bijgedragen tot het goede resultaat.
Ter illustratie van dit goede resultaat kunnen we hier enkele onlangs ge
publiceerde cijfers vermelden van het Centraal Bureau voor de Statistiek. In
de periode van 1 juli 1959 tot 1 Juli 1960 stegen de basisuurlonen van vol
wassen arbeidskrachten in het particuliere bedrijf van 133 tot 14S punten
(handarbeiders) en van 127 tot 142 punten (beambten). Hierbij zijn de
lonen van 1954 op 100 gesteld.
Deze puntenstijging betekent een procentuele stijging van de lonen van ge
middeld 11 a 12%. In de praktijk zal dit percentage nogal variëren, omdat
in statistieken met gemiddelden gewerkt wordt. In de meeste gevallen zijn
het echter de lagere inkomens, die nog sterker zijn opgetrokken.
In dezelfde periode is het prijsindexcijfer slechts met 2 punten gestegen, na
melijk van 119 tot 121 (1951—100). Gemiddeld zijn de lonen dus reëel met
bijna 10% omhoog gegaan, d.w.z. men heeft met zijn hogere loon ook bijna
10% meer kunnen kopen.
CIJFERS BETROUWBAAR
TOCH, hoe vreemd het ook moge klinken, moet men het woord welvaart niet
te gemakkelijk in de mond nemen, want er is nog een groot percentage
loontrekkenden In Nederland, dat toch eigenlijk wat achterdochtig tegenover
deze cijfers staat.
Men vertrouwt het niet helemaal, men heeft dikwijls het gevoel er maar
heel weinig op vooruit te zijn gegaan, en naar het oordeel van sommigen zal
dat dan wel in verkapte prijsverhogingen zitten, welke niet worden geregis
treerd.
Naar ons gevoel ls deze moeilijkheid echter voornamelijk van psychologische
aard. Zelfs wanneer men stelt, dat, in ieder geval vergeleken bij voor de
oorlog, de welvaart aanzienlijk is toegenomen, dan worden er hier en daar nog
vraagtekens geplaatst, terwijl de cijfers toch duidelijk aantonen, dat bij een
verdriedubbeling van de prijzen de lonen gemiddeld ongeveer verviervoudigd
zijn.
Naar onze mening zijn hier de .feitelijke cijfers wel juist, maar de moeilijk
heid zit in het verschijnsel, dat toeneming van het inkomen door de loontrek
kenden niet wordt ervaren als welvaartstoeneming, als welvarendheid.
Bij bepaling van een welvaartspositie is de onderlinge vergelijking altijd
maatstaf, en die onderlinge vergelijking geeft dikwijls bij een toenemende
consumptiemogelijkheid het zicht op weer een nieuw aantal nog niet be
reikte consumptiemogelijkheden.
De horizont van het welvaartsstreven bestaat uit materiële verlangens, welke
men wil bevredigen, maar slaagt men erin, deze te bevredigen, dan blijken er
onmiddellijk nieuwe verlangens te zijn. Zolang er verschillen in inkomens
zijn (en we zullen deze hebben te aanvaarden), zolang zullen vele mensen
loonstijgingen onvoldoende ervaren als positieverbetering.
Niet te ontkennen valt echter, dat door de inkomensstijging de onderlinge inko
mensverschillen beperkter zijn geworden en daardoor in vele gevallen ern
stige sociale nood is gelenigd.
HET PRIJSINDEXCIJFER
REEDS VROEGEN WIJ aandacht voor de opmerkelijke loonstijgingen, wel
ke onder de gedifferentieerde loonpolitiek tot stand zijn gekomen. In het
licht daarvan wezen we ook al op de betekenis van de hoogte van het prijs
indexcijfer.
We zouden nu nog de vinger willen leggen bij een bepaald onderdeel van de
berekeningstechniek van dit indexcijfer, dat naar onze mening verbetering
behoeft, al geloven we niet, dat daarmee de betekenis van de genoemde
loonstijgingen wezenlijk wordt aangetast.
Wij hebben namelijk op het oog de wijze, waarop het prijsindexcijfer wordt
berekend. Het prijsindexcijfer is onmisbaar om te kunnen beoordelen, of een
loonsverhoging reële betekenis heeft gehad. Zijn de prijzen sterk gestegen,
dan kan immers van een wezenlijke loonstijging niet gesproken worden,
omdat voor het meer verdiende geld niet meer gekocht kan worden.
Dit prijsindexcijfer wordt thans nog vastgesteld aan de hand van een enquête,
welke in 1951 werd gehouden. Het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft'
toen 375 gezinnen In achttien gemeenten gevraagd, precies op te schrijven
hoeveel geld men uitgaf en waarvoor. Men kreeg een beeld van het uitgaven
patroon voor een gezin van hoofd- en handarbeiders met twee kinderen met
een inkomen tussen 3000 en 5000 gulden. Men kwam zo tot een bepaalde hoe
veelheid goederen en diensten, welke maandelijks door deze gezinnen gefi
nancierd werden, uiteraard een gemiddelde hoeveelheid.
Op het ogenblik wordt nog elke maand nagegaan, wat de kosten zijn van deze
goederen en diensten. Elke daling of stijging van het totale puntencijfer wordt
door het Centraal Bureau voor de Statistiek berekend.
Over het hele land, bij allerlei bedrijven, wordt daartoe maandelijks voor
circa 20.000 artikelen het prljsgemlddelde vastgesteld, steeds nog in het kader
van het uitgavenpatroon van de geënqueteerde gezinnen uit 1951. In de af
gelopen negen jaar is er echter wel wat veranderd op prijzengebled. We be
hoeven slechts te denken aan de woninghuren. Dat dergelijke veranderingen
het hele uitgavenpatroon beïnvloed hebben, ls zonder meer duidelijk. Ook zijn
er inmiddels nieuwe produkten aan de markt gekomen, waarmee geen reke
ning wordt gehouden.
Andere nadelen, welke echter moeilijker te ondervangen zijn, vormen het
niet verdisconteren van veranderingen in kwaliteit en het verwerken in
het indexcijfer van dure selzoenmatlge artikelen, welke men veel minder of
niet koopt en andersom.
Om tot een juiste loon- en prijspolitiek te komen ls het prijsindexcijfer on
misbaar. Er mogen op enkele punten tekortkomingen aan het systeem kleven,
een ander systeem is moeilijk te vinden. We zouden er echter wel voor
willen pleiten, dat men niet meer blijft werken met de enquête uit 1951,
maar dat men opnieuw een dergelijk onderzoek naar het uitgavenpatroon
instelt, om zodoende een meer werkelijkheidsgetrouw beeld te krijgen van de
wijze, waarop het Nederlandse gezin zijn geld besteedt.
(Van onze parlementsredactie)
Staatssecretaris Stubenrouch
(o., k. en w.) zal subsidie verle
nen voor de stichting van drie
nieuwe hogere technische scho
len: een protestants-christelijke
in Rotterdam, een rooms-katho-
lieke ergens in het westen des
lands (Rijswijk?) en een neutra
le in Alkmaar. Deze scholen zul
len alsnog in het subsidieplan
voor 1961 worden opgenomen. De
staatssecretaris heeft dit giste
ren in de Tweede Kamer mee
gedeeld bij de voortgezette be
handeling van het (nogal omstre.
den) H.T.S.-plan.
Dit plan (dat de periode tot 1975 be
slaat) voorzag aanvankelijk slechts in
de stichting van één nieuwe h.t.s. in het
westen. De staatssecretaris had echter
uitgerekend, dat omstreeks 1975 voor de
drie westelijke provincies gerekend kan
worden op een totaal aantal h.t.s.-leer-
lingen van 7100. Dit betekent, dat in
deze provincies in plaats van één, drie
nieuwe h.t.s.-en kunnen worden op
gericht. Aan de wens van sommige Ka
merleden om ook in Zuid-Limburg en
Drente de stichting van nieuwe h.t.s.-
en te bevorderen, kon de staatssecre
taris evenwel niet tegemoetkomen. In
deze provincies zal men het naar zijn
mening voorlopig meer moeten zoeken
in een uitbreiding van het uitgebreid
technisch onderwijs.
Van protestantse en rooms-katholieke
zijde was er enige weken geleden in de
Kamer over geklaagd, dat het confes
sionele h.t.o. in het H.T.S.-plan onvol
doende aan zijn trekken komt. Het had
de staatssecretaris, naar hij gisteren
zei, óók verdroten, dat er geen ruimte
was voor een beleid, zoals de heren Van
Nierop (a.r.), De Ruiter (c.h.) en En-
gelbertink (kath. v.) dat voorstaan.
„Maar" aldus de bewindsman, „men
zal van mij toch allerminst kunnen
verwachten, dat ik het confessionele on
derwijs geen goed hart zou toedragen".
Het gaat er om het onderwijs, dus ook
het h.t.o., op peil te houden. Het kan
toch niet de bedoeling van de confessi
onele groeperingen zijn om ten koste
van de kwaliteit van dit onderwijs te
kleine scholen te subsidiëren?
„Ik ben overigens bereid bij de nieuw
te subsidiëren h.t.s.-en de claim van de
confessionele groepen te laten prevale
ren", zo beloofde de staatssecretaris.
Hij wilde deze belofte echter niet nader
uitwerken.
Aan het begin van zijn betoog ging de
bewindsman in op de klacht, dat er in
het H.T.S.-plan praktisch niets staat
over de toekomstige behoefte aan h.t.s.-
NED. HERV. KERK 4
Emeritaat. Wegens het bereiken van
pensioengerechtigde leeftijd is emeritaat
verleend aan ds. J. P. J. Palmboom te
Bozum.
GEREFORMEERDE KERKEN
Bedankt voor Roermond: A. J. Jelsma
te Zaltbommel.
GEREF. KERKEN (Vrijgemaakt)
Beroepen te Leerdam (vac. K. Ded-
dens): O. Mooiweer te Zalk en Veecaten.
CRIST. GEREF. KERKEN
Beroepen te Middelharnis: J. C. van
Ravenswaaij te Scheveningen.
GEREFORMEERDE GEMEENTEN
Beroepen te Nunspeet: Chr. van Dam
te Rotterdam-Z.
EVANG. LUTH. KERKEN
Drietal te Amsterdam (vac. dr. G. L.
Lindijer): K. Berveling te Edam dr. C.
H. Lindijer te Rotterdam en D. Solinger
te Haarlem.
Bedankt voor Hilversum: P. H. G. C.
Kok te Weesp.
ANDERZIJDS
FRIEZEN
Ze sijn er nog, de Friesrn, die vurige
pleidooien houden voor zelfbestuur van
hun provincie! In het laatste nummer van
het Friese weekblad Frysk en Frij was een
verslag opgenomen van een bijeenkomst
van het Fries Nationaal Verbond. In het
Nederlands vertaald stond er het volgende:
„De algemene herfslsamenkomst van het
Fries Nationaal Verhond heeft zich bezig
gehouden met de vraag in hoeverre Fries
land zelfbestuur nodig heeft. Een commissie
had er zich over beraden en haar bevin
dingen in een rapport vastgelegd. De ver
gadering heeft dit rapport vrijwel zonder
wijzigingen overgenomen en besloten dit
aan de Raad van de Friese Beweging toe te
tenden om het daar verder te behandelen
en te publiceren. In zeven punten heeft het
Verbond zirh uitgesproken voor:
een actieve provinciale politiek door de
provinciale staten, voor Friesland en het
Friese volk, op cultureel en economisch
gebied, om zoveel mogelijk de mogelijk
heden in de hedendaagse wetgeving te
gebruiken;
meer bevoegdheid en financiële armslag
voor de Friese staten door decentralisa
tie, die óf in de uitzonderingspositie
voor Friesland óf te zamen met (de)
andere provincies, aan de Friese behoefte
voldoet
*- versterking en vorming van eigen ge-
westelijk-amhtelijke bureaus ala een
noodzakelijke voorwaarde voor een eigen
Friese ontwikkeling;
een decentralisatie van partijpolitiek en
partijorganisaties en ander verenigings
verband
samenwerking met andere gebieden in
of buiten Nederland, gezien vanuit een
•igrn Friese politieke visie;
BAZAAR EN TOTO
Ds. A. H. Lentz vertelt in .her
vormd Gemeenteleven" te Zeist
het onderstaande verhaal:
DE telefoon rinkelt. Ik neem aan.
Een mannestem aan de ande
re zijde: Dominee, mag ik U iets
vragen? Ik: ga Uw gang! Stem:
Als er voortaan nu eens niet meer
gesproken werd over de voetbalto
to. maar over voetbalbazaar, zou
het dan wel goed zijn? Ik: Hoe zo,
mijnheer? Stem: U wijst de toto
af en U moedigt de bazaar aan.
Ik (hakkelend): dat is een doel
punt voor U, mijnheer.
Daar zit ik nu met mijn „goe
de" gedrag. In het ene nummer
van „Hervormd Gemeenteleven"
kraak ik de bazaar, in het andere
moedig ik aan tot bezoek. Aan
schouw hoe dominees niet alleene 1-
kaar, maar ook zichzelf kunnen te
genspreken! De opbeller heeft ge
lijk! Wij zijn in de kerk tegen de
toto, maar ondertussen bazarren we
rustig verder.
Is dat nu zo erg? Het is toch
maar spel!, zegt iemand. Hij heeft
misschien gelijk. Maar laten we
dan ook over de toto maar zwijgen!
Ik voor mij zeg: Geen toto en geen
bazaar! Laten we de goklust weer
staan! Mijn excuses dat ik me zo
vergiste in mijn aanmoediging!
Maar aangezien in de handel en
op de beurs het gokelement even
eens aanwezig is, ja aangezien het
hele leven voortdurend een risico-
nemen is, is mijn laatste woord:
De bijbel heeft een maatstaf voor
ons: Doet alles ter ere Gods!
ers. Hij beloofde niets te zullen nalaten
om een beter inzicht in deze behoefte te
krijgen, maar erg optimistisch was hij
in dit opzicht niet. Men moet uitslui
tend op speculatieve veronderstellingen
afgaan. Er valt reeds sedert 1950 pro
centueel geen toeneming van het aan
tal belangstellenden voor het h.t.o. waar
te nemen. Voor de eerstkomende jaren
is geen stijging van enige betekenis te
verwachten. Dit alles geeft toch wel te
denken als men hoort pleiten voor uit
breiding van het aantal h.t.s.-en.
De Kamer had ook geklaagd over de
minimale schoolomvang, die het H.T.S.
plan voorstaat. Een h.t.s. met de afde
lingen bouwkunde, weg- en waterbouw
kunde en electrotechniek moet naar de
mening van de regering ca. 700 leer
lingen omvatten. Verschillende Kamer
leden konden zich met deze voorkeur
voor grote scholen niet verenigen. De
staatssecretaris suste de gemoederen
enigszins met de opmerking, dat 700
voor hem geen heilig getal zal zijn. Hij
wees er bovendien op, dat dit aantal in
de praktijk toch nooit wordt bereikt.
In die 700 zijn ook de leerlingen verdis
conteerd, die aan hun praktijkjaar be
zig zijn. Trekt men die eraf en houdt
men dan nog rekening met een zekere
marge naar beneden, dan krijgt men
scholen van zo'n 400 tot 600 leerlingen.
In dit verband gaf de bewindsman nog
als zijn mening te kennen, dat men be
ter het uitgebreid technisch onderwijs
kan uitbreiden dan een corps h.t.s.-ers
in het leven te roepen, dat kwalitatief
onder de maat is.
Als in de toekomst de prognoses van
het H.T.S.-plan er naast blijken te zijn,
dan zal de staatssecretaris niet aarze
len met een nieuw plan te komen, zc
liet hij de Kamer gisteren weten. Men
zal echter de industriële ontwikkeling
moeten afwachten. En verder betrachte
men op dit punt grote voorzichtigheid,
want ook al is de behoefte aan h.t.s.-ers
groot, men kan toch geen scholen gaan
bouwen voor leerlingen die niet komen,
omdat bij hen de belangstelling ont
breekt.
Bij de replieken toonde de Kamer
zich tevreden over de toezegging van de
staatssecretaris, dat er in het subsidie
plan voor 1961 plaats zal worden v
gemaakt voor drie nieuwe h.t-s.-en
de westelijke provincies. Wei vroegen
enkele sprekers nog aandacht voor
Drente en Zuid-Limburg, maar d<
staatssecretaris bleef bij zijn standpunt,
dat subsidiëring van nieuwe h.t.s.-en in
die provincies (nog) niet verantwoord
ls. HIJ kon de heer Van Nierop (a.r.)
nog toezeggen te zuilen nagaan, of de
Sociaal-Economische Raad kan worden
ingeschakeld bij de bepaling van de toe
komstige behoefte aan h.t.s.-ers.
De Christelijke Jeugdbond van Na.
tuurvrienden opent op dinsdag 27 de
cember in het gereformeerd jeugdge-
bouw te Zeist zijn derde lustrumcon
gres. Na een inleidend woord van de
praeses van de lustrumcommissie, Ch.
Streefkerk, zal de burgemeester van
"eist, mr. P. A. Korthals-Altes, het con
gres openen.
Vervolgens spreekt prof. dr. P. A.
van Stempvoort, hoogléraar aan de
riiksuniversiteit te Groningen, over:
God, natuur en mens".
Rectoraatsoverdracht
aan Theologische
Hogeschool (vrijgem.)
Tijdens een openbare bijeenkomst op
donderdag 8 december, 's avonds om
half acht, in de aula van het gebouw
van de Theologische Hogeschool aan de
Broederweg te Kartmen zal het recto
raat aan prof. H. J. Schilder worden
overgedragen door prof. dr. L. Doekes.
Gaat herv. Den Haag
de drie vrijzinnige
predikanten beroepen?
De centrale kerkeraad van de Her
vormde Gemeente in Den Haag heeft
met algemene stemmen besloten een spe
ciale hoorcommissie te benoemen, die tot
opdracht heeft te onderzoeken of de drie
predikanten der Vereniging van Vrij
zinnige Hervormden in Den Haag, als
predikanten met bijzondere opdracht
voor het werk onder de vrijzinnigen
kunnen worden beroepen. Deze hoor
commissie zal hierover binnen een half
jaar rapport uitbrengen aan de centrale
kerkeraad.
een federalisme, dat niet alleen de be
staande staten, maar ook de minderheden
geeft wat hun toekomt in het proces
van de eenwording van Europa;
een krachtige Bewegingsraad met als
taak de opinievorming over en actie voor
een eigen Friese politiek."
Uit de laatste enquête van de commissie
ondernemingsraden van de S.E.R. is geble
ken, dat het tempo, waarin deze raden tot
stand komen, in 1959 langzamer is gewor
den. In dit verhand maakt Trouw o.m.
de volgende opmerkingen: „De wet op de
ondernemingsraden heeft als grens voor het
instellen van een ondernemingsraad een
aantal van minstens 2S werknemers gesteld.
De resultaten van de jongste enquête bevat
ten versterkte aanwijzingen, dat deze grens
te laag ligt. Ondernemingsraden zijn dichter
gezaaid bij de grotere ondernemingen dan
bij de kleinere. De praktijk wijst uit dat in
de kleinere ondernemingen de kans op
mislukking groot is. Bij de volgende en
quête onder de bedrijfscommissies zullen
hieromtrent onderzoekingen worden gedaan.
Zou straks inderdaad hlijken dat in de
kleineie ondernemingen over de geheh
linie het instituut van de ondernemingsraad
weinig of geen levensvatbaarheid bezit
het slagershcdrijf kreeg al dispensatie en
in de detailhandel houdt men al een norm
aan van minimaal 60 a 70 werknemers
dan lijkt het de aangewezen weg om de in
de wet gestelde grens bij de ervaringen
van de praktijk aan te passen."
Geen salarissen voor de
onderwijzers die negers
in school toelaten
Ongeveer 4.500 onderwijzers en ander
personeel van scholen, die betrokken
zijn bij het conflict over de toelating
van neger-leerlingen op scholen in New
Orleans, zullen vandaag hun maandsa
laris niet uitbetaald krijgen.
De wetgevende vergadering van de
staat Louisiana, die de integratie van
negerleerlingen op de scholen wil voor
komen, heeft de vorige week het be
stuur van de parochie-scholen ontslagen.
Na een uitspraak van een federaal hof,
werden de bestuursleden weer geïnstal
leerd, doch de autoriteiten van Louisia
na hebben geen gelden voor de salaris
betaling beschikbaar gesteld.
De scholen zijn deze week gesloten,
i verband met thanksgiving Day en
een congres van onderwijzers in Baton
Rouge. Hoofd-inspecteur van de paro
chie-scholen heeft alle betrokken perso
neel aangeraden maandag normaal hun
werk te hervatten.
80 jaar georganiseerd
tekenonderwijs
De Nederlandse Vereniging voor Te
kenonderwijs zal dit jaar haar tachtig
jarig bestaan vieren. De N.V.T.O. is de
enige vereniging van leraren en onder
wijzers in tekenen en kunstbeschouwing
in Nederland, waarin slechts degenen
die in het bezit zijn van een bij de wet
ingestelde tekenakte, worden opgeno
men.
In verband met het 80-jarig bestaan
zullen op 14 januari 1961 tachtig ten
toonstellingen over het gehele land ver
spreid gehouden worden. Op deze ten
toonstellingen zal tekenwerk van leer
lingen van alle schooltypen te zien zijn.
Het hoofdbestuur van de vereniging
stelt zich voor al deze exposities op
hetzelfde tijdstip met dezelfde rede te
openen.
Niemand kan twee heren dienen, zegt Christus. Het verdeelde
hart is tegelijkertijd een verscheurd hart. De grote nood van
de mensen in onze tijd, hebben de psychologen ontdekt, is
juist dat zij dit wel proberen. Zij doen hun best om zich
uiterlijk aan te passen aan hun omgeving, terwijl zij innerlijk
rebelleren. Een groot aantal mensen die uiteindelijk bij de
psychiater terecht komen, groeiden geestelijk scheef, omdat
zij probeerden in twee werelden te leven.
Maar als dat geldt voor ons dagelijks leven in ons gezin of
op ons werk, hoeveel te meer zal dat dan niet gelden voor
ons geestelijk leven. Is dat niet de oorzaak van zoveel geeste
lijke (in de bijbelse zin) neurosen, van zoveel geestelijke
moeheid? Op zondag een christen, door de week één met de
maatschappij en daarom innerlijk verscheurd. Daar wordt
een mens moe van; van moeheid wordt hij lusteloos; luste
loosheid beneemt hem de honger; honger doet hem lijden
aan geestelijke hongeroedeem.
Het enige antwoord is een daadwerkelijke keus. God dienen
of de Mammon, zegt Christus. God of de welvaart, God of
de betere sociale positie. Hebt u uw keus al gemaakt?
(Van onze parlementsredactie)
Het enig nut van de gewijzigde
eindexamenregelingen, die staats
secretaris Stubenrouch voor de
H.B.S.'-en en gymnasia had willen
instellen, is waarschijnlijk geweest,
dat nog eens propaganda werd ge
maakt voor de functie van gecom
mitteerde of deskundige. Dit werd
opgemerkt tijdens het overleg tussen
de staatssecretaris en de vaste com
missie voor onderwijs, kunsten en we
tenschappen uit de Tweede Kamer.
Het verslag van dit mondeling over
leg is thans gepubliceerd.
Uit het verslag blijkt, d9t de gehele
commissie, ondanks herhaalde tegenar
gumenten van de bewindsman, geen
waardering kon opbrengen voor de wij
ze, waarop deze te werk is gegaan. Aan
de totstandkoming van de wijzigingen
had overleg met de daarvoor geschikte
instanties vooraf moeten gaan. Nooit is
aangetoond', zo meent de commissie,
dat er niet voldoende gecommitteerden
beschikbaar zouden zijn. Het ware be
ter, indien de staatssecretaris hiernaar
een onderzoek instelt, alvorens met een
Geref. samensprekingen in Amsterdam
(Van onze kerkredacteur)
De samensprekingscommissie
tussen de synodale en vrijge
maakte Gereformeerde Kerk van
Amsterdam is tot de conclusie ge
komen, dat er alle aanleiding toe
is om op de komende generale
synode van de Gereformeerde
Kerken (synodaal) een poging te
doen om de schorsing van kandi
daat Schilder, de neef van prof.
dr. K. Schilder, te herzien. Kandi
daat Schilder is nu hoogleraar aan
de Theologische School, Broeder-
weg, te Kampen. Het Centraal
Weekblad heeft in een uitvoerig
artikel aandacht geschonken aan
het rapport, dat door deze commis
sie is opgesteld.
Over deze kwestie hebben de afge
vaardigden van de synodale kerken een
eigen memorandum opgesteld. Deze le
den zijn daarbij uitgegaan van hetgeen
de synode van Rotterdam-1952 over de
procedure heeft uitgesproken en zij
kwamen tot de conclusie dat deze syno
de heeft geprobeerd om de fouten in de
procedure van de betreffende schorsing
op te sommen en openlijk te erkennen.
De(afgevaardigden ontkwamen daar
bij niet aan de vraag of het verant
woord is geweest, na de erkenning van
zoveel fouten en het feit dat zoveel on
derdelen van de procedure moesten wor
den teruggenomen, de aangevoerde gron
den voor de schorsing toch te handha
ven. Er is op de totstandkoming van
de feiten die draagvlak zijn voor de bei
de schorsingsgronden ongetwijfeld af te
dingen", luidt de conclusie en dit is dan
ook de reden dat zij een poging willen
ondernemen op de volgende synode tot
een herziening van de betreffende uit
spraken te komen.
Er werd ook gesproken over de
schorsingen van prof. dr. K. Schilder
en prof. dr. S. Greijdanus. die heiden
reeds zijn overleden. Het rapport zegt:
„Het was ons inziens noodzakelijk dat
in de samenspreking, die, naar deze
commissie hoopt, tussen de synoden
tot stand zal komen, de kerkelijke pro
cedures waarbij de generale synode
betrokken is geweest opnieuw worden
bezien uit het oogpunt van tolerantie,
omdat bij ons de sterke overtuiging
leeft dat door een dergelijk nieuw
onderzoek niet alleen het hart van de
ontstane verwijdering maar ook de
weg tot elkander zal kunnen worden
gevonden."
De Amsterdamse commissie is in het
geheel 23 maal bij elkaar geweest. Het
rapport is zeer uitvoerig en verdeeld
over vijf hoofdstukken die achtereenvol
gens handelen over de wederzijdse con
fessionele positie, kerkrechtelijke zaken,
de Dordtse kerkorde, de tuchtmaatre
gelen van de generale synode 1942-43 en
de handelingen van de kerkeraad van
de Gereformeerde Kerk van Amsterdam
in 1945. Het rapport zal binnenkort in
brochurevorm verschijnen.
Wat betreft de kerkorde kwam de
commissie tot de gemeenschappelijke
conclusie dat de Dordtse kerkorde een
aantal bepalingen bevat die geheel in
onbruik zijn geraakt en dat in de her-
zjene kerkorde verschillende bepalingen
zijn opgenomen, die in de kerkelijke
praktijk noodzakelijk zijn gebleken.
Over een aantal nieuwe artikelen ls
men het eens geworden, hoewel erkend
Wordt dat er geen eenstemmigheid
heerste over de vraag of deze artikelen
inderdaad veranderd moeten worden, of
dat dit alleen maar wenselijk is. Er
zijn in het rapport enkele voorstellen
opgenomen om bepaalde artikelen in de
nieuwe kerkorde van de synodale ker
ken te wijzigen.
drastische wijziging van de eindexamen-
regelingen aan te komen.
Daarom werd er met klem op aan
gedrongen, de nieuwe regeling nog ten
minste een jaar op te schorten.
Worden bij de selectie van gecommit
teerden en deskundigen niet te hoge
maatstaven aangelegd? Kan de staats
secretaris geen oud-rectoren, oud-direc
teuren en oud-leraren inschakelen? Een
lid van de commissie waagde het, te
veronderstellen, dat zich onder de leden
der Staten-Generaal zeker zestig volle
dig bevoegden hevinden, van wie er
echter niet een ooit het verzoek heeft
bereikt, als gecommitteerde of deskun
dige op te treden.
De staatssecretaris zei hierop, niet tot
het plaatsen van een oproep te willen
overgaan. Gercigeld worden op zijn de
partement aanbiedingen van gecommit
teerden ontvangen, maar niet voor de
vakken, waar ze het meest nodig zijn,
de klassieke talen. Bovendien moeten
de eisen wel hoog worden gesteld. Bij
de eindexamens van het gymnasium,
die toelating verschaffen tot de univer
siteit, moet wel universitaire medewer
king worden verkregen.
In de nieuwe regeling was, aldus de
staatssecretaris, alleen een principiële
wijziging voor het vak Nederlands op
genomen. Als deze dit jaar zou zijn toe
gepast, zouden van de h.b.s. ongeveer
een derde procent en van het gymna
sium nog niet een twaalfde procent van
de kandidaten zijn afgewezen.
De commissie, die zich door de gehe
le onderwijswereld gesteund wist, hield
voet bij stuk. Zes dagen later, op 15
november, belde de staatssecretaris
haar voorzitter, dr. H. W. Tilanus, op,
met de mededeling, dat hij het volgend
jaar nog de oude eindexamenregeling
zal toepassen Drie dagen daarna gaf
hij een schriftelijke bevestiging van dit
telefoongesprek.
Ondenvijsbenoemingen
Benoemd bij het ulo tot onderwijzer: aan
de Breukelaarschool te Aalten: J. A. Papter-
mole te Aalten; aan de Chr. Ulo-school te
Vollenhove: M. Bos Czn te Steenwijk; aan
de Chr. Ulo-school te Hoorn: C. Dragt te
Hilversum: aan de Chr. Ulo-school te Naald
wijk: P. v. d. Stoel te Zeist en J. L. Blok
te 's-Gravenhage.
Benoemd tot onderwijzeres: aan de Reho-
both-school te Bolsward: S. Wijnsma te
Warns; aan de dr. A. Kuvper-school te Har
derwijk: J. Boers te Tholen; aan de Chr.
school te Nagele (NOP): M. de Jonge te
Nunspeet: aan de Van der Takschoöl te
Den Haag: J. van Velthoven te Schevenin
gen; aan de Verhoeff-Rollmanschool te Bo
degraven: mevr Van den Bere-Breedijk te
Nieuwerbrug a d. Rijn (tijdelijk): aan de
Pr. Margriet-school te Apeldoorn: B. G. J.
Ensink te Wageningen.
Benoemd tot onderwijzer: aan de scholen
te Haren: J. R. Jeronimus te Groningen: aan
de Chr. Nat.-school te Polsbroek: G. Procé
te Leeuwarden: aan de Chr. school te Dinx-
perlo: G. J. B. Wanslng te Slttard en H.
Rijks te Bredevoort; aan de dr. A. C. van
Raalte-school te Ommen: O. Kramer te Lem
mer. aan de Irene-school te Alkmaar: J L.
Vlasblom te 's-Gravenhage; aan de Wllhel-
mina-school te Noordwijk: K. W. van Leeu
wen te Oegstgeest; aan de C.V.O. Emma-
school te IJmuiden-Oost; P. Kouwenhoven te
Leerdam: aan de dr. H. Colijn-school te
Scheveningen: P. Goudkamp te Zuidland: aan
de Chr. Nat. school te Zwingelspaan: A. J.
Koekkoek te Nleuw-Vennep; aan de Chr.
school te Achlum: IJ. Algra te Leeuwarden:
aan de Verhoeff-Rollmanschool te Bodegra
ven: Joh. de "Haan te Barwoutswaarder; aan
de Herv. school te Sassenhelm: A. Broere
te Rotterdam; aan de 2de Park Rozenburg-
school te Rotterdam-Kralingen: J. W. Spee
te Nieuw Weerdinge; aan de Van Heemstra-
school te Hattem: R. Steenstra te Gramsber-
gen: aan de Chr Nat. school te Bellingwol-
de: J. W. Hobo te Meppel.
KAMPEN Theologische School, Broederweg:
geslaagd voor het kand. ex.-theologie: G. van
Atten te Zaandam.
r Advertentie)
een (^6ur^) produkt
Halve fles 1.78
Hele fles 2.90
Familiefles 10.15
Vraag: Hoeveel medailles zijn er
bij de Olympische spelen beschikbaar
voor atletiek, schermen, boksen, zwem
men, zeilen, gewichtheffen, turnen en
paardesport? Neemt bij basketball de
vertegenwoordiger van de ploeg de
medaille in ontvangst of wordt deze
aan de gehele ploeg gegeven? Japan wil
volleyball en judo in het programma
opnemen. Kan dat?
Antwoord: Het aantal medailles
wordt voor het programma bepaald:
Voor atletiek me* 33 onderdelen 33
maal 3 medailles, voor schermen 8
maal 3, voor boksen met 10 gewichts
klassen 10 maal 3, voor zwemmen en
waterpolo 20 maal 3, voor zeilen met
5 boottypes 5 maal 3, voor gewicht
heffen met 7 gewichtsklassen 7 maal
3, voor gymnastiek 24 maal 3, voor
paardesport 5 maal 3.
Voor elk nummer zijn namelijk drie
medailles beschikbaar, een verguld
zilveren, een zilveren en een bronzen
De Olympische spelen worden niet
uitgeschreven of georganiseerd door een
bepaald land, doch de eer wordt ge
geven aan een stad. Het Internatio
naal Olympisch Comité stelt het pro
gramma vast na overleg met de be
trokken sportfederaties. Alleen sporten
welke op ruime voet in ten minste 25
landen worden beoefend, mogen op het
programma staan. Dit programma
wordt ten minste twee jaren van te-
voren onderworpen aan de goedkeu
ring van het Internationaal Olympisch
Comité. Daarna is wijziging onmoge
lijk.
Vraag: Wij hebben een plant, fla
mingo genaamd. De hele zomer heeft
zij mooi gebloeid, doch thans worden
de bladen dor en zij krijgen dode
punten. Wat nu?
Antwoord: Een vochtige atmosfeer
ls noodzakelijk. Zet de plant op een
omgekeerd schoteltje in een bakje wa
ter, zo dat het water de pot niet
raakt. De plant staat dan op een ei
landje en er is steeds verdamping.
In de winter mag de kamertempera
tuur niet onder 12 graden Celsius da
len. Geregeld gieten is van belang,
vooral in de zomer, doch overdaad
schaadt. Tracht daarom rotting te voor
komen en geef nooit koud water.
en sphagnum (veenmos) met wat ver
gane koemest gemengd. Niet te diep
planten en de grond niet te vast aan
drukken, daar de lucht tot het grond-
mengsel moet doordringen. Onder in
de pot wat potscherven en de opper
vlakte afdekken met een laag levend
sphagnum tegen uitdroging. Als scheu
ren noodzakelijk is, kan men dit het
beste doen in een emmer water, waar
de wortels gemakkelijker los laten. Het
verpotten moet bij voorkeur in febru
ari geschieden (als zij dan bloeit, on
middellijk na de bloei) en daarna moet
de plant een warme plaats krijgen,
liefst bij 20 gracen C.
Vraag: Wie zijn de bouwmeesters
van het Capitol en het Witte Huis
te Washington en van de Sacré Coeur
te Parijs.
Antwoord: De bouwmeester van het
Capitol is de architect William Thorn-
Wekelijks moet U het blad afspon- ton, van het Witte Huis James Hobass
sen en tijdens groei en bloei zal eens
in de 14 dagen kunst- of natuurmest
moeten worden gegeven.
De plant moet in het volle licht
staan: 's winters liefst op het zuiflen,
doch zomers achter een glasgordijn of
voor een noorderraam en nooit in de
felle zon.
Om de twee of drie Jaar moet de
plant verpot worden. Hiervoor neemt
men een gelijk mengsel van bosgrond
en van de Sacré Coeur Paul Abadie.
Vraag: Wie is de stichter van de
boerenleenbanken en wat is hun doel?
Antwoord: De boerenleenbanken die
nen ter voorziening in de kredietbe
hoefte van de landbouw. Zij gedragen
zich tevens als deposito, en spaarban
ken De boerenleenbanken zijn in Ne
derland ontstaan na de grote agrarische
depressie, die tengevolge van de enor
me vlucht van de Amerikaanse graan-
uitvoer West-Europa heeft geteisterd
(18801905j. Toen openbaarde zich dui
delijk de afhankelijkheid van de land
bouwers van hun geldschieters. De
stoot werd in Duitsland gegeven door
F. W. Raiffeisen, die uit menslieven
de overwegingen de „Darlehnsvereine"
oprichtte. Daarom gebruikt men ook
de naam Raiffeisenbanken.
Vraag: Ik lees van allerlei soorten
stormen, zoals typhoon, tornado, hur
ricane, Willy Willy, cycloon, wervel
storm, enz. Wat is nu eigenlijk het
verscnil, en waarom heten deze stor
men zo?
Antwoord: Het verschil schuilt in
hoofdzaak in de naam en in de plaats.
1. De typhoon is afgeleid van het Chi
nese woord tal foen, dat grote wind
betekent. Deze term gebruikt men bij
voorkeur in de omgeving van China
en de Philippijnen Hiermede wordt
een wervelstorm bedoeld.
2. De termen tornado (wervelstorm)
en hurricane worden in Amerika ge
bruikt.
3. In Australië noemt men deze storm
Willy-Willy.
4. De term cycloon (wervelstorm) ge
bruikt men meer in onze omgeving.
De aard van deze stormen is gelijk.
Wij spreken van orkaan als de wind
snelheid 32,6 meter per seconde is, of
windkracht 12.