DEZE WEEK IN EEN WOELIGE WERELD
ZONDAGSBLAD
DE WERELD
25 JAAR
GELEDEN
55
Spreuken van Arthur van Schendel
ZATERDAG 19 NOVEMBER 1960
G. PUCHINGER
„Wat de zonde is kan ik niet zeggen, maar wij weten allemaal als wij in het hart kijken
dat wij verdorven zijn. Laten wij daarom niemand met stenen werpen en alleen doen
wat God van ons verwacht."
ARTHUR VAN SCHENDEL
„Een Hollands Drama", pag. 25
„Wij zijn allemaal slechtzei hij, „groot en klein, rijk en arm, maar de
een is zwakker en doet het kwaad en de ander wordt er voor behoed. Dat is
uitverkiezing. Het voornaamste is dat je het geloof hebt dat je eenmaal
verlost zal worden. Heb het geloof toch, het is zo gemakkelijk, en je zal zien
wat je dan al niet overwinnen kan."
ARTHUR VAN SCHENDEL
„Een Hollands Drama", pag. 149
„EEN HOLLANDS DRAMA
IN de dertiger jaren heeft Arthur var» Schendel
romans geschreven, die nog vandaag tot het
allerbeste gerekend kunnen worder» van wat de
romankunst in Nederland heeft gepresteerd. We
noemen slechts „Hef fregatschip Johanna Maria"
(1930), „De Waterman" (1933), „Een Hollandsch
Drama" (1935), De Rijke Man" (1936), De Grauwe
Vogels" „De Wereld een Dansfeest" (1938) en „De
Zeven Tuinen" (1939).
Van de in Haarlem spelende roman „Een Hol-
landsch Drama", die vijfentwintig jaren geleden
gepubliceerd werd, verscheen in 1940 een Engelse
vertaling, onder de titel „The House in Haarlem".
Op 17 maart 1940 schreef de auteur aan rijn latere
biograaf G. H. 's Gravesande „Van „Een Hol-
landsch Drama" is nu ook een Engelsche vertaling
verschenen bij Routledge, goed vertaald door E.
Stephens".
Zonder nu te willen beweren, achter aan eenvou-
dat een Engelse vertaling het be- dige mensen, die
wij» is van de waarde van een hun geld had-
Nederlandse roman, geeft dit feit den toevertrouwd,
in het geval van Arthur van
Schendel wel aan. dat wij
»«rk 1, do™ ImWoti btsluil
prestatie van meer dan tijdelijke te doen om de
•ard. waarin aanlcdui» «rvond™ i.ni» te
kan worden deze roman ook thans betalen. ook al
moeten zij er tien
tallen jaren hard
nog nader te bezien.
Bezetenheid
Arthur van Schendel heeft in
xijn roman» steeds bezeten figu
ren getekend. In de zwerverro
mans is het Tamalone. die. be
zeten van de liefde, ronddoolt door
het Italiaanse landschap. In zijn
biografische werken over Shake
speare en Verlainc tekent Van
Schendel vooral de dichter, op
gaande in de schoonheid des le
vens. Dan is daar zijn werk „Me-
rom een Edelman". waarin de
ridder wordt getekend, opgaande
in zijn niet aflatend Middeleeuws
dienstbetoon. In zijn zg. Holland-
romans beschrijft hij personen
voor werken.
Werendonks willen
de eer van hun fa
milie redden, bovenal de eer van
hun zuster-weduwe en het pas ge
boren kind Floris.
Daartoe nemen de gebroeders
Werendonk moeder en kind lief
devol op in hun huis. en lossen
door een even nijver als zuinig le
ven. met behulp van hun winkelne
ring. de schuld af binnen vijfen
twintig jaar, Er was niemand in
de buurt die niet met respect ver
vuld was voor de winkel van
Werendonk en zijn beheerders
Maar. dit alles betreft slechts de
buitenkant van wat er in dit boek
»v romans ovsiin ijii mj pciauucn
die allen gebonden zijn aan een «ugenlijk geschiedt,
idee. een ideaal, een ..werkelijk
heid". waaraan zij zich overga
ven. omdat zij niet anders kónden.
Op de eerste pagina van
boek vinden wij de oom-opvoeder
Gerbrand Werendonk, lezende In
Dl, drang in iadar. hart. ilch
gaatuwd t, wet™, bil tijden ot d" v"
ened, door lata dat deel van b™d" ''""V"' h*J
Ten kind a s het eehoren wordt
ons uitmaakt en tóch bulten ons
staat, hadden reeds de Grieken op
zeldzame wijze vertolkt in hun
drama's, cn ook Van Schendel
voelde zich zozeer aan deze harts
tocht der Grieken verbonden, dat
hij één zijner romans betitelt
met het woord drama, en het
noem' ..Een Hollands Drama",
omdat hij alles wat hij wil ver
tolken overzet in het Hollandse le
vensklimaat. gebonden aan in Hol
land voorkomende religievormen.
2ich afspelend binnen de sociale
verhoudingen van de eenvoudige
burgerij tegen het einde van de
vorige eeuw.
Bijna niemand zal in alles de
beschrijving van Arthur van
Schendel geheel kunnen aanvaar
den; in religieuze zin tekent Van
Schendel ons vaak een puur extre
misme qua levensstijl maar
ook niemand zal van oordeel zijn
dat dit boek vreemd is aan Hol
land. en geheel los staat van be
paalde opvattingen en belevingen
der religie, zoals deze ook van
daag nog voorkomen en beleefd
worden.
De zwaarte en kracht van de
romankunst van Van Schendel is
Solegen in het feit dat hij dl pr
alende analyseert, dat hij de fei
ten van belang meestal slechts als
in het voorbijgaan vermeldt, dat
nij ons de facetten der diverse
personen meestal stuk voor stuk
geeft, opdat wij zelve ons een
bcold kunnen vormen van het ver
haal als geheel en de daarin op
tredende personen.
Wie niet bereid is tot geconcen
treerde aandacht voor al het be
schrevene. legt het hoek teleurge
steld weg. Wie niet In staat Is re
gel voor regel In zich op te
re men, ontgaat I
beuren. Maar wie d»
ontdekt een rijkdom en een diep
te. die eigen levensinzicht ver
scherpt, 't zij In de kring waarin
hij leeft of geleefd heeft, dan wel
In kringen waarmee hij zelden in
aanraking komt. maar waarin hij
vla deze roman op zeer bijzondere
wijze wordt binnengeleid.
Nu de Uitgeversmaatschappij J.
M. Meulenhoff te Amsterdam de
zesde druk van dit werk in poc
ket-editie deed verschijnen, waar
door deze brillante roman voor
iedereen tegen uiterst billijke
prijs te verkrijgen valt. loont het
nog meer dan voorheen de moei
te om aandacht te vragen voor dit
indrukwekkende werk van Artaur
van Schendel.
Mislukte opvoeding
Van Schendel beschrijft ons ln
dit boek het drama van een mis
lukte opvoeding, een drama dat
het gevolg was van een ander dra
ma, dat op zichzelf reeds even pu
riteins als diepzinnig beschreven
wordt; een lichtzinnig, jong za
kenman. pas gehuwd, met zijn
pas geboren zoontje Floris juist
ln de wieg. pleegt bedriegelijke
handelingen, gaat failliet, pleegt
zelfmoord, en laat grote schulden
.Een kind als het geboren wordt
Is zo wit als sneeuw maar wie wel
toeziet bemerkt op de sneeuw een
rode vlek, dal Is de zonde"
(pag. 5).
ARTHUR VAN SCHENDEL
ze roman, waarbij nog te noe
men zou zijn een andere spreuk,
die Van Schendel invlecht in zijn
eerste hoofdstuk: „Het leven is
benauwd, wij hebben zwaar te
dragen van het voorgeslacht"
(pag. 9>
De vader van Gerbrand, be
vangen van de vraag inzake zon
de en schuld, had zelfmoord ge
pleegd, maar had de vragen van
erfzonde en voorbeschikking als
het ware in zijn zoon Gerbrand
overgeplant en het zijn déze
vragen die ten diepste het leven
van de opgroeiende neef. Floris
Berkenrode, beklemmen.
Schijnbaar zijn de oom Ger
brand en de neef Floris tegenpo
len inzake deugd en ondeugd,
maar de diepe psycholoog Van
Schendel heeft beider levenspro
blemen op één zelfde noemer te
zamen gebracht.
Aan het einde van de roman
staat Gerbrand voor het uiterlijk
smetteloos, want hij heeft zijn
neef opgevoed, en de schulden van
DOOR
Arthur van Schendel
diens vader afgelost, maar Ger
brand beseft desondanks de zwa
re schuld te dragen dat hij de
diepste levensvragen van deze
jongen niet heeft kunnen oplos
sen. omdat hij zélve nimmer ge
reed was gekomen met de ver
schrikkelijke vragen van zonde
ên schuld. De financiële schuld
kon Gerbrand delgen, maar niet
de geestelijke schuld van voor-
en nageslacht.
Er staken vele onontgonnen va-
derkwaliteiten in de oom-pleeg
vader Gerbrand, en strikt formeel
gesproken deed Gerbrand alles
wat geschieden moest: hij nam
moeder en kind ln huis. delgde de
schulden, cn voedde de zoon op.
Maar zo érgens dan blijkt in dé
ze roman dat het strakke, onper
soonlijke Kantiaanse deugd-gebod
de mens niet verlossen kan van
zijn zonde, óók niet wanneer dit
Kantiaanse deugdgebod is overge
plaatst in een Christelijk milieu.
Werendonk meende dat hij met
tucht en redenatie het kwaad van
zijn pleegzoon. Floris kon overwin
nen, maar onbenaderbaar ver
oleef hij verwijderd van het kind
dat hij poogde te bevrijden van
de schuld van zijn vader.
Geen ernstige lezer, die de zeld
zaam diepe analyse van de op
groeiende jongen volgt, zal er toe
komen de opvoeding van de oom
onbarmhartig te veroordelen; als
bij de Griekse drama's past hier
slechts een eerbietig toezien en
aanhoren van wat gezegd en ge
leerd wordt.
Fijn doorweven in het verhaal
Is do volkstheologie over verkie
zing, oordeel en verwerping, geen
ogenblik los van de strak volge
houden psychologische analyse in
verteltrant. Het bock zal menig
psycholoog te religieus zijn, me
nig Christen te psychologisch op
gebouwd zijn, maar juist wie bei
de facetten van dit werk weet te
omspannen, zal de volle waarde
van dit bock beseffen!
Het tragische in dit boek is dat
Floris, die liegt en steelt, zijn ge
breken en verkeerde neigingen zo
bijzonder ernstig neemt. Het raad
sel bij deze jongen is de verhou
ding van het sprekend geweten
tot zijn verkeerde daden. Er is
geen groter fout dan, gelijk helaas
„EEN HOLLANDS DRAMA"
UIT
..Een verstokt hart dat om de zonde niet
hullen kan" (pag. 6|.
„Wat nlt uw lippen gaat zult gij houden en
doen" (pag. 19).
„Eén nutteloos ding Is niets, maar tien kun
nen nuttig z(jn. Eén enkel boontje acht men
niet. maar twintig maken een duit en iedere
duit betekent een deel van onzen plicht" (pag.
28).
„Alleen met gestrengheid wordt de kwade
neiging onderdrukt. Vandaag Is het ondeu
gendheid en morgen het verkeerde pad" (pag.
40).
„De zondigheid is aangeboren, dat heb Ik
nooit zo goed begrepen als nu dat ik het bij
een kind zio. Men mag het dan jokken of lie
gen no-men. het Is het begin van het kwaad.
Hoe komt het kwaad toch In een mens?"
(pag. 43).
„Het gcstolene kleeft vuil" (pag. 44).
„Ja. laten HJ maar pret hebben zolang zij
Jong zijn" (pag. 46).
„Alles vergaat, ook de zondigheid van de
mens" (pag. 53).
„Ongerechtigheid vind je ln elk huis. en
er wordt meer verheimelijkt dan je denken
zou" (pag. 56).
Zo vind Je een ondeugd ln welk huis je
maar kijkt, hier de leugen of de laster, of
de onmatigheid, daar de valsheid, het bedrog,
het-gekijf of de heftigheid. De ondeugd w as
overal. Hoe kon het ook anders?.... Als de hul
zen afgebroken werden, als men kon zien wat
er onder lag. zou men niets dan ongerechtig
heid vinden van de voorouders, niet In deze
straat alleen, maar overal In de stad. In
ieder huls woonde een oud spook van de ge
brekkigheid" tpmg. 57).
„Als je Iets op het hart hebt Is het beter
het te zeggen, verzwegen lasten worden al
tijd zwaarder" (pag. 60).
„Maar recht Is recht, voor het kwaad wordt
geboet" (pag. 61).
„Je moet bidden, dat Is het enige" (pag.
70)
„Vergeet het niet. een mens hoeft geen
kwaad te doen als hij het niet wil. Als je het
maar niet wil. dan zal God Je steunen" ipag.
801.
„Pret maken Is goed. maar vergeel den
plicht niet" ipag. 84».
„Wij zijn leem, en God Is onze pottebak-
ker" (pag. 87).
„De jeugd heeft wilde haren" (pag. 90).
„Wij zijn maar stof dat weer uiteen valt"
(pag. 95).
„Als men het geweten vroeg was men zon
dig cn naar het geweten te leven was fatsoen
lijk. Dat Is wat van den mens geelst wordt"
(pag. 102).
„Het zijn de zwaksten niet die stram wor
den" (pag. 109).
„De slechtheid zit ans ln het gebeente, dat
ls met geen woorden weg te praten" (pag.
109).
„De mens verandert zonder dat je weet
waarom cn de reden ervan zit diep" (pag.
109).
„Hel Is goed dat de mens zich bewust Is
van zijn gebrekkigheid want wie niet gedurig
toeziet die struikelt gauw" (pag. 110).
„Een vlek op de kleren kon men wassen
met water en zeep, maar een vlek op het ge
weten ging door en door cn was niet weg te
krijgen" (pag. 113).
„Den plicht verzaken, struikelen op het
pad van dc eerzaamheid, dat volgt vanzelf,
cn wie niet toeziet leder ogenblik van den
dag, die ligt in het verderf voor hij het weet.
Maar er zijn verstokten en het is daar op do-
vcmansdeuren kloppen, ook al ziet men er
den duivel op het dak staan willen ze niet ho
ren" (pag. 117).
„Het is ook wel waar dat men van het een
In het ander komt en ie kan nooit genoeg
oppassen voor de verleiding" (pag. 117).
„Met een oprecht hart komt alles goed"
(pag. 121).
„WIJ mensen zijn te zwak om een ander
te helpen" (pag. 133).
„Je weet nooit langs welke weg dc verlos
sing komt" (pag. 147).
„Niet de mensen hebben het oordeel, maar
de Heer en daar moet Je het bij vinden" (pag.
150).
„Wie eenmaal gevallen was stond moeilijk
op cn zeldzaam de mensen die een hand reik
ten.... Zolang iemand geen misdaad bedreven
had stelde men vertrouwen In hem. maar wie
zleh eens vergrepen had verviel er licht een
andermaal Ln" (pag. 152).
„Hoe de mens ook streed cn wrong, een an
dere verlossing was er niet dan een genade"
(pag. 153).
„Het werk dat ons van den eersten mens af
te dragen is gegeven, Is een straf, maar ook
een zegen, het houdt ons van veel kwaad af"
(pag. 153).
„Een braaf mens kan je worden In eiken
stand" (pag. 153).
„Ja dat is het wel, het kwaad zit In het
doen, want zonder dat zijn wij allemaal ge
lijk" (pag. 164).
„Als je wat op het hart hebt, waarom zeg
je het dan niet?" (pag. 165).
„De een heeft de kramp In het been, de
ander ln het binnenste" (pag. 168).
„Het medelij gaat altijd naar den zwakke,
en wat de sterke te dragen krijgt daar
wordt niet op gelet, al zou hij er onder be
zwijken" (pag. 171).
„Heb vertrouwen, de ergste beproeving
gaat voorbij" (pag. 176).
„Er ls zondigheid die zich ln bloed wli was
sen" (pag. 183).
„De spoken, die den mens benauwden, keer
den b!J den nakomeling terug" (pag. 184).
(De pagina's verwijzen naar de Pocket-uit
gave van J. M Meulenhoff (1960).
geschied ls op de achterkant van
het boek in pocket-uitgave, te spre
ken van „de lichtzinnigheid van
Floris".
Er gebeuren verschrikkelijke
dingen in het kleine huismilieu
achter de winkel: tuchtiging en
wanhoop, bedriegerij en diefstal,
mislukte studie en waanzin wor
den ons in al hun finesses ver
haald. Tragisch is het altijd aan
wezige commentaar der goedbe
doelende buren in het praatgra
ge Holland!
Dc geloofsstrijd van Floris is
die van de jongeren van alle tij
den, maar bij hem nog tevens er
felijk en ziekelijk belast. Zelfs als
hij het geluk van een verloofde
tijdelijk geniet, zucht de Jongen:
„Het zou beter zijn haar te zeg
gen dat hij nu eenmaal was die
hij was, een leugenaar die wel
tijdelijk zonder leugens kon zijn.
een dief die zijn best deed niet
te stelen, maar vandaag of mor
gen zou dc zondigheid sterker blij
ken dan zijn wil. Het zou eerlij
ker zijn met haar te breken en
voor de rest van zijn leven te bid
den voor zijn ziel" (pag. 115).
Door wederzijdse ontwikkeling
geraken Gerbrand en Floris steeds
verder vaneen, ondanks, of mis
schien juist dóór het feit dat zij
aan de zelfde angsten leden. Flo
ris beziet zijn toestand, zijn zon
den en misslagen van allerlei
kant. hij is er steeds mee bezig,
maar altijd aanschouwt hij zich
zelf door de argwanende ogen van
zijn strenge oom Gerbrand.
Pogende de neef Floris uit het
verderf te redden, stort de oom
opvoeder de neef er juist in: als
gefixeerd door de machtige le
vensovertuiging van zijn oom.
weet de jongen zich bestempeld
tot boosdoener, dief en misdadi
ger.
Het huis waafin hij was opge
voed. wordt hem tot symbool van
verdenking en straf. Hij loopt weg.
loopt nogmaals weg. steekt einde
lijk het huis misdadig in brand.
De weldoener komt om in de
vlammen, als gevolg van de
wraakneming van het kind dat hij
had welgedaan.
Personen
Laat niemand menen dat Ger
brand en Floris de enige twee
personen zijn die in deze grootse
roman een rol van betekenis spe
len. Meer dan veertig personen
spelen in dit meesterwerk hun
voortdurende of voorbijgaande rol.
Daar is de vader van Floris. de
oplichter en zelfmoordenaar Ber
kenrode, die de kwade geest van
de jongen vormt in diens duis
tere jeugd. Maar ook is daar de
goede, opgewekte geest in het le
ven van Floris, oom Frans, de
simpele broer van oom Gerbrand.
gesymboliseerd in de niet aflaten
de zang van de klokken van Haar
lem. die geregeld hun licht uit
gieten over dit somber en zwaar
verhaal. Daar is de zieke, kwijnen
de moeder, die hem door te ster
ven verlaat; en daar is de verloof
de. Wijntje Kroon, die het niet ge
lukt om Floris te benaderen. En
er zijn de dienstbodes Jansje en
Stien, die vagelijk voor hem de
moederfiguur vervangen, maar
het zijn allen meer opkomende en
steeds weer verzinkende beelden
dan levende personen die aan zijn
leven stuur en richting geven.
Het valt op hoeveel ook in dit
boek in ieder hoofdstuk gebeurt,
maar hét gebeuren wordt in dit
boek gevormd door de strijd van
Gerbrand Werendonk om de ziel
van zijn neef Floris Berkenrode,
maar deze laatste gaat onder,
verhaast door verstandsverbijste
ring.
Op goed bedoelde, maar toch
onbeholpen wijze wordt Floris
door zijn huisgenoten en vrienden
gesteund, maar het is geen hulp
die afdoende is: hij is een rade
loos rondvliegende vogel zonder
nest. die óndergaat in de daad die
ten gevolge heeft dat zijn oom cn
weldoener omkomt in het door Flo
ris in brand gestoken woonhuis.
Calvinistisch
Voor velen is dit een beangsti
gend boek, voor ouderen zowel als
voor Jongeren. Hier worden
krachten uitgeheeld en mislukkin
gen getekend die tot de diepste
werkelijkheden behoren van het
menselijk geslacht! Het gesprek
en de overwegingen aangaande
dit alles schenkt Arthur van
Schendel In een kleine vijftig
spreuken, die diep in dc tekst
verborgen liggen.
Vertoont dit bock het beeld van
de specifiek Calvinistische opvoe
ding en van de gerefor-meerde re
ligie?
Men heeft het destijds steeds
weer gezegd, cn gesproken van
spei
i VÜ
De religie is in dit boek aller
minst genivelleerd, maar zéker is
het vraagstuk van zonde en gena
de hier niet specifiek religieus
gesteld! Het éigenlijk van de
Christelijke liefde komt slechts
zijdelings aan de orde Immanuel
Kant zou wellicht met het hier ge
tekende deugden-ideaal genoegen
nemen, maar het is niét Christe
lijk. niét Bijbels, niét Nieuw-Tes-
tamentisch, al beroept de auteur
Amerika blijft verplichtingen nakomen
Europa
moet de Ver. Staten de helpende hand bieden
T_TET ZIJN geen politieke mo-
LT tleven geweest, die geleid
hebben tot de bezuinigingsmaat
regelen. welke president Eisen
hower deze week heeft afgekon
digd. Dat is met name voor de
Europese bondgenoten van de
Verenigde Staten een geruststel
lende gedachte. Een Ameri
kaans persbureau verspreidde
aanvankelijk een bulletin. waar-
In werd vermeld, dat Elsenho
wer besloten had. 284.000 mili
tairen van bases ln het buiten
land naar de Verenigde Staten
te laten terugkeren. We konden
onze ogen niet geloven en zoch
ten reeds naar de motleven,, die
lan een dergelijk opzienbarend
besluit ten grondslag zouden
tunnen liggen en trachtten te
doorgronden, welke politieke ge
volgen het ln de rest van de we
reld zou hebben. En toen kwam
er een correctie op het bulletin
van het persbureau: niet de mi
litairen zouden uit het buiten
land worden teruggetrokken
maar 284.000 verwanten van de
Amerikaanse militairen, die
overzee dienst doen.
Vergissing
Een vergissing van een pers
bureau. die zeer gemakkelijk
kon worden hersteld, gelukkig
geen politieke vergissing, die
nooit meer goedgemaakt zou
kunnen worden, omdat zij een
zware* slag zou hebben toege
bracht aan het vertrouwen, dat
de bondgenoten van de Verenig
de Staten en vele andere landen
in de vrije wereld hebben in de
vastbeslotenheid van de Ameri
kaanse regering, overal ter we
reld paraat te zijn om te voor
komen dat het communistische
blok zijn invloedssfeer door mid
del van dreiging met geweld of
het gebruik van geweld zal uit
breiden.
Het zou eer. vergissing zijn,
waarvoor niet alleen de Verenig
de Staten, maar ook de andere
volken in de niet-communis-
tische samenleving, die we ge
makshalve de vrije wereld
noemen, duur zouden moeten,
betalen. Niet zozeer, omdat het
terugtrekken van Amerikaanse
troepen bijv. uit Europa, de de
fensieve kracht van het Westen
in belangrijke mate zou vermin-
derer. Dat behoeft geenszins
het geval te zijn. vooral wan
neer de Navo-bondgenoten van
de Amerikanen de verplichtin
gen zouden nakomen, die ze in.
dat geval ongetwijfeld zouden
hebben.
Vertrouwen
Het is zuiver en alleen een
kwestie van vertrouwen in de
bedoelingen, van de Amerikanen.
Wanneer de regering te Washing
ton er toe zou overgaan, de
sterkte van haar troepenmacht
in het 'buitenland en dan met
rame in Europa te vermin
deren, zou dat inderdaad ernsti
ge politieke consequenties met
zich brengen.
De krachten, die al vele jaren
achter de schermen werken om
ook Europa in het neutrallsti-
schc kamp te trekken, zouden
itan een wapen in de hand heb
ben Om hun inzichten meer In
gang tc doen vinden bij dege
nen, die in de veronderstelling
verkeren, dat Europa nog een
bemiddelende factor kan zijn in
het conflict tussen de Sowjet-
unle en de Verenigde Staten.
Een conflict, dat ln werkelijk
heid niet alleen de Amerikanen,
maar alle volken van de vrije
wereld aangaat en rechtstreeks
raakt.
Crisis
Vandaar ook, dat wat op het
ogenblik een van de grootste
problemen van de Amerikanen
is, nl. de financiële crisis, de
landen van West-Europa niet
onverschillig kan laten. De Ame
rikanen hebben Europa om
welke redenen dan ook na
de tweede wereldoorlog gehol
pen op een wijze, die we niet
licht zullen maar ook niet mo
gen vergeten. Het voornaamste
doel van het Marshallplan was,
te voorkomen, dat Europa een
prooi zou worden van het com
munistische monster, dat in fe
bruari 1948 Tsjechoslowakije in.
een dodelijke greep omstrengeld
had.
Dit neemt niet weg, dat de
Amerikaanse regering zich wel
degelijk realiseerde, dat een
economisch gezond Europa niet
alleen politieke voordelen bood,
maar ook een onmisbare voor
waarde zou zijn voor het doen
toenemen van. het handelsver
keer tussen de oude en de
nieuwe wereld. Dit laatste was
met name in de eerste jaren,
waarin het Marshallplan in
Europa reeds vele vruchten af
wierp, een grote meevaller voor
de Verenigde Staten.. Dat kon
ook niet anders, omdat men in
Europa genoodzaakt was, tal-'
rijke dingen uit de States in te
voeren om de eenvoudige reden,
dat men ze nergens anders kon
kopen.
Verandering
Langzaam maar zeker kwam
daar verandering in. Europa
leerde zioh zelf weer bedruipen.
Na verloop van tijd verloor de
economische hulpverlening aan
betekenis en. werd meer de na
druk gelegd op de militaire
hulpverlening, die hoe kan
het anders ook uit overwe
gingen van economische aard
werd verstrekt. Want hoe zo
redeneerde men terecht kan
een land zijn militaire verplich
tingen nakomen, als het econo-
misoh niet in staat is, het geld
op te brengen, dat daarvoor
nodig is. Wanneer die landen,
genoodzaakt zouden worden,
zelf het volle pond te betalen,
zouden er twee ongewenste ge
volgen kunnen optreden: de
ene consequentie zou kunnen
zijn. dat bepaalde landen een
voudig hun verplichtingen niet
zouden nakomen; een ander re
sultaat zou kunnen zijn, dat de
veel te grote uitgaven voor mi
litaire doeleinden tot een econo
mische crisis zouden kunnen
leiden, die op haar beurt weer
een gevaarlijke politieke situa
tie in de hand zou kunnen
werken, waarvan (in landen als
Italië en Frankrijk) de commu
nisten profijt zouden kunnen
trekken.
Op eigen benen
Niettemin lijkt thans de tijd
aangebroken te zijn. dat Europa
inderdaad ook in militair opzicht
meer veel meer zelfs op
eigen benen moet leren te
staan en dat de lasten, die de
landen van de vrije wereld voor
hun rekening dienen te nemen,
eerlijker dan totdusver worden
verdeeld en niet meer voorna
melijk aan de Verenigde Staten
toevallen. Zo gaan de Amerika
nen thans van de gedachte uit
dat als de Europese landen
prijs stellen op de aanwezigheid
van Amerikaanse strijdkrachten
in hun deel van de wereld
zij bereid moeten zijn, de con-
zal in de toekomst geld gaan
kosten. Dit geldt wellicht in wat
mindere mate ook voor het
geld, dat ieder jaar uitgetrokken
moet worden om de verdediging
van de vrije wereld op een ver
antwoord peil te houden. De
Verenigde Staten kunnen nu de
meeste Europese landen een
welvarend bestaan leiden, niet
blijven doorgaan, de rijke Uncle
Sam te spelen. De moeilijkhe
den, die zij sedert vorig jaar
hebben, en die zouden kunnen
leiden tot devaluatie en dus ver
lies van vertrouwen in de dol
lar, laten daar geen twijfel over
bestaan.
Europa moet hieruit tijdig
haar conclusies trekken en haar
medewerking verlenen om de
Amerikanen in de gelegenheid
te stellen, hun tijdelijke moei
lijkheden te overwinnen, voor
dat zij zo groot zijn geworden,
dat zij een werkelijke crisis tot
gevolg zullen hebben. Een der
gelijke crisis zou de Europese
landen wellicht nog meer en
nog harder treffen dan de Ver
enigde Staten...
Dat geldt ook voor Frankrijk,
dat onder leiding van generaal
De Gaulle heeft bijgedragen tot
vergroting van. de moeilijkhe
den, waarin de Navolanden met
elkaar verkeren. We hebben
enkele weken geleden nog uit
voerig stilgestaan bij de ge
volgen van het uitblijven, van
een oplossing van de Algerijnse
kwestie, die ook De Gaule een
minderwaardigheidscomplex van
formaat heeft bezorgd. Een
complex overigens, dat hij
tracht te verdringen door het
demonstreren van een mislei
dend superioriteitsgevoel. En
ook na de maatregelen, die De
Gaulle deze week heeft aange
kondigd, blijft het de vraag, of
Frankrijk nog van dit complex
af zal komen.
schrikken voor de werkelijkheid,
een aarzelende houding aanne
men en tegenover de tegenstan
ders van De Gaulle's politiek
doen, alsof het allemaal niet
zo erg en zo ernstig is, als het
wel lijkt.
Dat deed ook Delouvrier, de
persoonlijke afgevaardigde van
De Gaulle, die verantwoordelijk
is voor de politieke gang van
zaken in Algerije. „De dag der
beslissing is nog veraf", zei hij
voor radio Algiers en in zijn re
devoering liet hij voral uitko
men. wat er niet zou gebeuren
en hoe lang het nog zou kunnen
duren, voordat er werkelijk iets
zou komen van dingen, die vol
gens de plannen van De Gaulle
dan wel verwezenlijkt dienen te
worden. Met andere woorden:
Delouvrier tracht de moeilijk
heden uit de weg te gaan, ter
wijl De Gaulle er op het ogen
blik kennelijk op uit is, in Al
gerije grote schoonmaak te hou
den en vervolgens het op een
beslissende krachtmeting tussen
hem als verpersoonlijking van
het gezag en zijn burgerlijke en
militaire tegenstanders in Alge
rije en in Frankrijk zelf te la
ten komen.
Lagaillarde
Ook de vrijlating van Pierre
Lagaillarde, de parachutisten-
kapitein met zijn fascistische op
vattingen, die in het begin van
het jaar de revolutie in Algiers
tegen het gezag van De Gaulle
leidde, is op een bijzonder slecht
gekozen ogenblik gekomen.. Wel
iswaar werd de invrijheidstelling
op louter formele gronden bevo
len, maar dat neemt niet weg,
dat zij koren op de molen van de
Europese extremisten in Alge
rije is.
De wijze, waarop Lagaillarde
zich tot dusver tijdens het pro
ces, dat tegen hem gevoerd
wordt, heeft gedragen en de ar
gumenten, die hij gebruikt heeft
om zijn houding tijdens de re
volte van dit jaar te verdedi
gen, doen vermoeden, dat het
moeilijk zal zijn hem te veroor
delen. En wanneer een ver
oordeling zou uitblijven, dan zou
Lagaillarde er in geslaagd zijn.
De Gaulle zijn plaats in de ver-
dachtenbank te doen innemen.
Kongo
Uitslag
zich via zijn beschreven personen
op Paulus.
Wél kan gezegd worden dat het
opvoedingsklimaat van dit boek
in menig orthodox-protestants ge
zin gedurende de vorige eeuw was
terug te vinden, waarbij opge
merkt zou kunnen worden dat
men in dit boek eerder het kli
maat van de Afscheiding van 1834
terugvindt, dan dat van dr. Kuy-
per en de Doleantie. Maar dat al
les raakt slechts het klimaat en
het milieu, niét het Evangelie
waaraan Afscheiding en Dolean
tie hun wezenlijke stuwkracht ont
leenden.
Veeleer is dit grootse boek een
ernstige waarschuwing dat ieder
ideaal ideehet werkelijkheids-
bewustzijn dreigt te vernauwen,
en dat deze vernauwing uiteraard
vervlochten is met de mentaliteit
die in een bepaalde kring leeft.
Zulks is mogelijk in een Christe
lijke kring, ook in een Calvinis
tische kring.
In dit boek toont ons de auteur
hoe menselijke moraal en Godde
lijk Evangelie op vreselijke wij
ze verwisseld kunnen worden. Van
Schendels analyse zou niet zo in
dringend en indrukwekkend zijn ge
worden, wanneer deze verwisse
ling niet óók in menig orthodox-
protestantse kring voorkwam.
Om deze reden is dit boekwerk
ook voor vrijwel iedere Christen
in hoge mate actueel, en verdient
het na vijfentwintig jaar ook in
onze Christelijke kring de vólle
aandacht!
De Gaulle heeft nu een volks
raadpleging in het vooruitzicht
gesteld, die hem in staat moet
stellen, zijn plannen met betrek
king tot Algerije uit te voeren,
zonder dat hij de goedkeuring
van het parlement behoeft te vra
gen. De grondwet van de Vijfde
Republiek op maat gesneden
voor De Gaulle zelf biedt de
Franse president de mogelijk
heid aan de hand van een refe
rendum per decreet besluiten te
nemen.
De uitslag van deze raadple
ging van het Franse volk lijkt
niet twijfelachtig. Op wapenstil
standsdag is wel gebleken, dat
De Gaulle wat Algerije betreft
wel de meerderheid van de
Fransen achter zich heeft, om
dat zij de strijd in. Noord-Afrika,
waaraan veel mannen en zonen
als dienstplichtigen deelnemen,
beu zijn. Bovendien, beseft men
in Frankrijk wel degelijk dat Al
gerije een verloren zaak is voor
hen, die verwachten, dat de
Franse heerschappij over tien
miljoen mohammedanen zou
kunnen voortduren. En men rea
liseert zich, dat zo er al een
mogelijkheid is om zonder
kleerscheuren uit de Algerijn
se affaire tevoorschijn tc komen
De Gaulle de enige is, die
in staat mag worden geacht, de
minderheid te dwingen, zich bij
de wil van de meerderheid neer
te leggen in het nastreven van
een aanvaardbare en voor beide
partijen verantwoorde oplossing
van het Algerijnse próbleem.
Wan.t daar zal het op aanko
men: de kleine minderheid in
Frankrijk en onder de Europea
nen in Algerije, die zich met
hand en tand tegen iedere wij
ziging van de bestaande toe
stand willen verzetten, onder de
duim te houden.
Zorgen
En juist wat dit laatste be
treft, is de bezorgdheid in de af
gelopen week weer toegenomen.
We ontkomen niet aan de indruk
dat De Gaulle nu eindelijk eens
doortastend wil gaan optreden,
maar dat zij, die aangewezen
zijn om de politiek van de gene
raal voor te bereiden en uit te
voeren, niet achter zijn plannen
staan en in de praktijk terug-
In Kongo viert de verwarring
rog steeds hoogtij. De afwezig
heid van president Kasavoeboe
heeft totdusver weinig of .geen
invloed gehad op de gebeurtenis
sen in het door onrust verscheur
de land. Zijn tegenwoordigheid
in New York heeft ook nog niet
het gewenste resultaat gehad al
mag de invloed, die hij op de
besprekingen van de komende
dagen zal uitoefenen, toch ook
weer niet onderschat worden.
Men. heeft ln de Algemene Ver
gadering van de Verenigde Na
ties nu voor het eerst te maken
met een figuur, die werkelijk
als een vertegenwoordiger van
Kongo mag en moet worden ge
zien. Zelfs de landen,, die vast
willen houden aan het herstel
van Patrice Loemoem'ba als pre
mier van Kongo kunnen niet ont
kennen, dat Kasavoeboe op re
gelmatige wijze tot president
van dit land werd gekozen. Of
zij ook zullen erkennen, dat hij
als president in het huidige sta
dium van verwarring de enige
is, die namens de Kongolezen
kan spreken, is de vraag.
Dat neemt eohter niet weg,
dat ook zij rekening dienen te
houden met het feit, dat Kasa
voeboe in New York ls en dat
het erg moeilijk zal zijn, de
meerderheid van de Algemene
Vergadering der Verenigde Na
ties er van te overtuigen, dat
de zaken in Kongo geregeld kun
nen worden met veronachtza
ming van de mening van de
president van dit land, die zich
gesteund weet door de militaire
machthebber kolonel Moboetoe,
die totdusver de situatie in even
wicht heeft weten te houden,
ondanks de vaak al te partijdige
bemoeienissen van de vertegen
woordigers van de volkerenor
ganisatie ln Leopoldstad.
Turkije
Ook in Turkije hebben zich
ernstige moeilijkheden voorge
daan. Generaal Gursel, die ook
uit de strijd van de afgelopen
maanden, als „sterke man" naar
voren is getreden, zag zich ge
noodzaakt, veertien jonge offi
cieren te verwijderen uit de mi
litaire junta, die sedert de val
van het regiem Menderes de la
kens in Turkije uitdeelt. In
Europa zijn we geneigd, alle
door militairen geleide regerin
gen met wantrouwen te bezien.
Altijd blijft het gevaar bestaan,
dat de militaire leiders, die
vaak met de beste bedoelingen
een staatsgreep uitvoeren, la
ter niet de moed kunnen op
brengen om weer naar de ach
tergrond te verdwijnen en de
politieke zaken over te laten
aan de door het volk gekozen
of alsnog te kiezen volksverte
genwoordiging en dc uitvoeren
de macht, die een afschaduwing
dient te zijn van het krachten
spel. dat in het parlement in al
le vrijheid tot ontwikkeling moet
kunnen komen. Het verleden
heeft geleerd, dat men in Tur
kije met omzichtigheid te werk
moet gaan. vooral na wat er in
de afgelopen jaren is gebeurd.
Het zou echter bepaald onjuist
zijn, als de militairen zich om
die reden schuldig zouden ma
ken aan dezelfde fouten, die zij
in anderen meenden te moeten
bestrijden.
Ander uiterste
Te oordelen naaf de uitlatin
gen van generaal Gursel wilden
de veertien jonge officieren stre
ven naar bestendiging van het
militaire regiem er dus in een
ander uiterste vervallen. Gursel
heeft de moed kunnen opbren
gen. drastisch tegen deze groep
op te treden, voordat het te
laat zou zijn. En dat is een ver
schijnsel, dat we na alles wat
zich dit jaar en daarvoor in
Turkije heeft afgespeeld, slechts
van harte kunnen toejuichen.
Wanneer de generaal er in zou
slagen, binnen afzienbare tijd de
zaken, in zijn land te normalise
ren en wat belangrijker is, te
democratiseren, zou zijn drasti
sche ingreep niet vergeefs zijn
geweest...