DE OUDE HOND |otoVé^ „De Ris in de maand" r J Hoe Johannes '11 held werd ZATERDAG 10 SEPTEMBER 1960 KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERHAAL - KORT VERH ZONDAGSBLAD VOOR DE JEUGD - VOOR DE JEUGD - VOOR DE JEUGD - VOOR DE JE "DILL CALDWELL, de Amerikaanse neger-journalist, die vorige week in ons Zondagsblad zijn interes sante beschouwing over de verhoudingen tussen de Amerikaanse en de Afrikaanse neger publiceerde, heeft ook als fiction-writer" zijn sporen verdiend. Korte verhalen van zijn hand zyn verschenen in „The Saturday Evening Post", in „Esquire" en nog enkele andere vooraanstaande bladen in de Verenigde Staten. Bill Caldwell stond ons het verhaal ,,De oude hond" af ter publicatie in ons Zondagsblad en deze episode ba seerde hij op een ervaring uit zqn eigen jeugd, die hij doorbracht op Trinidad. VAN tijd tot tijd, als de weg even in een rechte strook verder ging, keek Brad Turner opzij, naar de oude, rossige hond, die naast hem op de voorbank van de auto zat. Benny had zijn natte neus uit het geopende raam geduwd en genoot kennelijk van de wind, die zijn zachte, slappe oren plat tegen zijn kop blies. Het was precies zoals vroeger, zoals in andere jaren. En toch was er een verschil, een groot verschil. Benny was opgewonden bij het zien van de als een vuurgloed opgelaaide kleuren van het herfstlandschap in de heuvels, bij het ontdekken, dat zijn meester zijn jagers-uitrusting droeg, door de aanwezigheid van het jachtgeweer op de achterbank, maar de hond was op de een of andere manier niet helemaal bij machte om die vreugde en die opwinding tot uitdrukking te brengen. DE wind deed Benny's oude ogen tranen en die stijve, verlamde achterpoot maakte het moeilijk voor hem om in de rijdende auto in bochten het evenwicht te bewaren. Af en toe liet de hond een vro lijk geblaf horen, doch dat duurde telkens maar heel eventjes, want al spoedig ging dit over in een soort jankend gegrom, als of hij een samenspraak hield met onzicht bare plaaggeesten. Het waren deze seniele geluiden geweest, die Brad Turners vrouw meer en meer hadden verontrust en zij was het, die haar man had gedwongen Benny in ieder geval 's nachts uit het huis te bannen. Zo was Benny tegen zijn wil terechtgekomen in een hok, na vele jaren trouwe dienst. Vele jaren, ja, want Benny was nu al vijftien jaar oud. Vijftien jaar, een lange tijd voor een man en zijn hond om te za- En voor het eerst in al die tijd had Brad Turner niet verlangend uitgekeken naar het aanbreken van het' jachtseizoen, want in de voorbije maanden had Lucille, zijn vrouw, steeds op hetzelfde aambeeld gehamerd: ,,Brad, als je werkelijk zo veel om die hond geeft, als je nu heus zo veel van hem houdt, dan begrijp ik niet, waar om je hem niet uit zijn lijden helpt. Hij is bijna blind, hij is half verlamd, hij ver beeldt zich, dat hij dingen ziét en hoort en hij maakt een heleboel lawaai om niets. Die hond wordt kinds...." „Dat weet ik wel", had Brad Turner telkens geantwoord, „maar hij heeft toch nog plezier in zijn leven. Je ruimt toch ook geen mensen uit de weg, als zij oud en ziek en zwak worden." „Er is tussen mensen en honden wel wat verschil, dacht ik", had Lucille dan steevast met een ondertoon van minach ting geantwoord. En zo was de ruzie doorgegaan. Brad kwam zover, dat hij iedere aanwijzing, die Benny van zijn seniele aftakeling gaf, be gon te vrezen. Want iedere keer als de oude hond daarvan een symptoom liet zien, begon Lucille weer te praten over de nood zakelijkheid om hem kwijt te raken. DE oude hond had de merkwaardige ge woonte, om, vooral als het heel stil was in huis, plotseling op te springen van zijn kleedje en dan rende hij door het I buis, wild blaffend tegen een denkbeeldige indringer, die zijn bejaarde ogen alleen maar schenen te zien. Een andere keer begon hij eensklaps erbarmelijk te janken, alsof iemand hem een verschrikkelijk pak slaag'toediende. Het was vooral voor Brad een pijnlijk gezicht, temeer omdat hij zich maar al te vaak herinnerde, hoe Benny medailles en erelinten had gewonnen op de jaarlijkse hondententoonstelling in Blair- ton. Maar het werd allemaal nog pijnlij ker door de eindelóze discussies, die op zo'n uitbarsting van Benny volgden. „Een dierenarts zou hem snel en pijn loos uit zijn lijden helpen. Het zou niet eens zo veel kosten", zei Lucille dan. En ze sprak aldus voor de vijftigste keer. „Ik denk er niet aan, Benny wordt niet afgemaakt", was dan Brad's steevaste antwoord geweest. Benny was altijd een actieve, vitale hond geweest, speciaal bij de jacht en Brad vond een dood door de injectienaald ondenkbaar en bijzonder oneervol. Toen had Brad Turner zich plotseling een voorval herinnerd bij een van zijn jachtavonturen. Hij, Jerry, Doug en een paar anderen hadden hun honden op het spoor gehad en één van de dieren (nog niet zo goed gedresseerd) had dat spoor verloren en was opgesprongen, juist toen Jerry schoot. De hond was zonder een kik te geven in het hoge gras gevallen. Jerry was* over dit ongeluk terneergeslagen ge weest, maar Brad had dit ongeluk altijd in zijn gedachten gehouden. Het betekende voor hem zoiets als „gevallen op het veld van eer" en „in het harnas gestorven". Hij besloot Benny zo aan zijn einde te brengen. En toen het probleëm weer in de huiselijke kring werd besproken, kon digde Brad Turner aan: „In de komende herfst, dan zal ik Benny zelf doodschie ten. In het open veld, jvaar hij het geluk- TVTU was het dus herfst en vandaag zou het gebeuren. Brad draaide de auto van de hoofdweg af, naar het hobbelige pad, dat door en over de heuvels leidde Kiesstelsel De invloed van het kiesstelsel op de samenstelling van de volksvertegenwoordiging en op de "vorming van de regering, door dr. M. Albrecht. Uitgave N.V. De Arbeiderspers, Amster dam. De vraag naar een rechtvaar dig en tevens doelmatig kiesstel sel zal ieder politiek geïnteres seerde bezighouden en houdt voorts een volksbelang van de eerste orde in. Vandaar dat het reeds zó een verdienste heten mag, wanneer dit onderwerp tot terrein van speciale bestudering gekozen wordt. En het moet voor ieder een reden tot verheuging zijn, wanneer deze studie leidt tot een alleszins te waarderen weten schappelijk resultaat. Dit is het geval met deze studie van dr. Al brecht, oorspronkelijk een proef schrift waarmede niet minder dan „cum laude" de doctorstitel ver worven werd. Geheel in deze lijn ligt de lof die de promotor prof. dr. G. van den Bergh in zijn woord ten geleide bij dit boek for muleert, wanneer hij zonder aar zelen. verklaart, dit werk te be schouwen als het beste boek, dat in de internationale literatuur over dit onderwerp is geschreven, In aanmerking genomen overi gens onze mindere bekendheid met deze literatuur, zijn wij ge neigd prof. Van den Bergh in deze loftuiting bij te vallen. naar de plek, waar konijnen, fazanten en ander wild volop aanwezig waren. De lucht was vol van typische, verkwik kende herfstgeuren en Brad genoot, toen hij naast de wagen stond en diep adem haalde. En ook Benny scheen in zijn nop jes te zijn over deze dag. Hij uitte onge articuleerde blafpogingen om zijn vreugde te tonen over de behouden aankomst. Brad liep in de richting van door bosscha ges omzoomde akkers, waar zij samen al vaker geweest waren en er scheen op dat ogenblik niemand anders te zijn. Benny sprong achter hem aan, zijn ouderdom vergetend, tot hij in een kuil terecht kwam Door Bill Caldwell en die slechts met de grootste moeite kon verlaten. Hij jankte, toen zijn achterpoten hun diensten bijna begaven. Maar dan snuffelde hij weer opgewekt aan pollen gras en langs de grond en Brad pakte zijn geweer en laadde het langzaam, zonder op te kijken. Vandaag' zou er geen echte jacht zijn. Benny kon zijn werk niet meer doen. Hij kon zich niet meer op een spoor concentre ren. Vandaag was Benny aan de beurt. Ze zouden samen door de velden dwalen, zoals vroeger en dan zou het ogenblik aanbreken Brad wist dat .hij daarna geen zin in ja gen zou hebben. Het was meelijwekkend om te zien, hoe de hond zijn best deed om te-'lijken wat hij vroeger was geweest. Hij dwaalde rond door het hoger wordende gras en zijn pluimstaart was af en toe het enige, dat Brad van hem kon gewaarworden. Dan weer zag Brad Turner alleen maar die trouwe kop met de lange oren, als Benny over een boomstam sprong met zijn stram me ledematen. BRAD PROBEERDE de sfeer van dit herfsttafereel in te drinken en te ver geten, waarvoor hij eigenlijk gekomen was. Maar de bomen schenen hun herfst tooi verloren te hebben, de lucht was niet meer zo verwikkend, toen de werkelijkheid weer tot hem doordrong. Hij keek naar de door reumatiek bemoeilijkte sprongen van zijn hond en hij dacht met weemoed aan de dagen, toen Benny de snelste, best-ge trainde, en meest soepele spoorzoeker was van alle honden in het veld. Brad herinner de zich de afkeurende blik, waarmee Ben ny zich destijds had afgewend van de ge dode hond, toen Jerry hem had geraakt. En dat oude, afgetakelde dier, dat daar nu rondtobde, was diezelfde Benny. Brad Turner had vroeger als jongen heel wat geheime tranen vergoten over huisdieren, die doodgegaan waren, maar nooit had het hem zo direct getroffen als nu, terwijl hij thans toch een meer dan volwassen man Benny -rende op hem toe, keek hem met die bijna nutteloos geworden ogen aan en kwispelde met zijn staart. Hij jankte onge duldig op een toon, alsof hij zelf ontevre den was over dat oude lichaam, dat niet meer meewilde. Brad, bracht zijn geweer omhoog. Het was goed, dat hij zijn oog steeds geoefend hield door tussen de sei zoenen op kleiduiven te schieten, want hij wilde dit karwei het liefst in één schot af doen. Snel en vaardig. yAN VER OVER DE AKKERS klonk het geluid van andere honden. Brad bleef staan, terwijl Benny onder een hek door gleed. Daar aan de andere kant naderden andere jagers. Brad Turner kon hun hon den reeds door het hoge gras zien galoppe ren. De snelheid en de drift van de andere dieren, waren wel heel erg in tegenstelling met de slome, vermoeide tred, die Benny nu al enkele minuten had moeten aanne men. De andere honden liepen over van le- Geslaagde plaatjes uit eigen omgeving venslust, waren misschien nog niet vol doende geoefend, maar ze waren jong, be dacht Brad met iets van afgunst. „He daar", riep een van de andere ja gers, „heb je al geluk gehad?" „Ben pas begonnen", antwoordde Brad. „Wij ook". De jonge honden blaften luid, toen ze Benny ontmoetten. Ze besnuffelden elkaar en Benny richtte zich wat op, om met zijn doffe ogen de anderen wat beter te kun nen zien. De honden hadden een air van de grote beschermers, die de oude man wel eens even onder hun hoede zullen ne men, toen ze hun inspectie van Benny had den beëindigd. „Dat is zeker al een oude hond. die je daar hebt", merkte een van de jagers op. „Ja, ik ben bang, dat zijn dagen geteld zijn. Maar ik wilde dat hij op het jacht terrein aan zijn eindje kwam". Brad trachtte een zorgeloze toon in zijp stem te leggen, maar zijn keel werd dichtgesnoerd en hij slaagde er niet in zijn stem de ge wone toonhoogte te geven. „O", zeiden de andere mannen in koor en ze keken in een plotselinge stilte naar Benny, die zacht met zijn staart kwispelde. DAN., eh gaan we maar weer eens", zei een van de mannen, verlegen en met zijn figuur niet goed raad wetend en jven later rende de troep honden voor de jagers uit. Benny probeerde hen te vol gen, maar het lukte niet. Plotseling ver stijfde hij en stond stil. Zijn staart bleef bewegingloos rechtop en alleen zijn haren bewogen zacht in de wind. Een voorpoot hield hij boven de grond. Benny zag dus weer spoken. De jonge honden waren immers de plaats achteloos voorbijgelopen, die Benny nu wees en ze hadden geen spoor geroken. Maar nu ver beeldde Benny zich dat hij dit wel deed.. Dit moest het ogenblik zijn. Benny had bij na weer zijn oude schoonheid terug, ter wijl hij daar zo gespannen en aandachtig stond. Zijn oude lichaam moest in extase zijn, bij zijn fantasie, dat hij nu het wild aanwees voor zijn baas. Brad Turner slik te een paar keer, en legde de pal van zijn geweer om en bracht het wapen aan de schouder. Zachtjes mompelde hij. „Vaarwel, Bep- ny ouwe jongen.." Het schot klonk Brad in de oren als een donderslag. Benny viel zonder geluid te geven en vlak bij hem vloog een vlucht eenden uit "het hoge gras MURR, D E KATER EN ZIJN VRIENDEN 22. „Ik zal de kano wat dichter hij roeien. Dan moet jij er in springen", is, maar o wee.... het is een dikke ratel- zegt Leo en Murr wordt nu snel uit zijn slang, die nieuwsgierig kijkt, wie er zo lastige positie bevrijd. Hij houdt zich bij brutaal is, hem zo maar beet te pakken. Murr", zegt hij, „ik wil die slang op zijn zijn sprong in het bootje vast aan iets, Leo ziet het gevaar en zwaait met zijn kop slaan...." hij denkt, dat het een dikke tak peddel.... precies op het hoofd van de Murr. „Ik kon er niets aan doen, 23. Murr krijgt een grote buil onder zijn petje, maar hij heeft het toch prima naar zijn zin. Het is heerlijk, Leo, om zo rustig over de rivier te kunnen varen in deze prachtige omgeving". Leo denkt er anders over: „De kano is lek, Murr kwaad en het water stroomt naar binnen. Ik zal er gauw een kurk in duwen." Intussen vliegt een vogeltje maar steeds rondom het bootje en Murr wordt er een beetje i. Hij zwaait wild met de roei spaan naar de vogel, slaat mis, en.... tim mert een nog veel groter gat in de bo dem van het scheepje. 24. Daar zitten ze dan. „We zinken", zegt Leo. „Ja, dat merk ik ook wel, dat behoef je mij heus niet te vertellen", antwoordt Murr, „want ik word al he lemaal nat. Kijk eens, wat komt daar nu weer aangezwommen. Het is Er was eens een flinke jongeman, die houthakker was. Elke morgen trok hij het bos in, werkte tot laat in de avond, maar ondanks die ijver verdiende hij toch niet veel. Op een dag ging hij naar de stad om een nieuwe bijl te kopen. Bij de smidse zag hij een mooi meisje en de jonge hout hakker vroeg haar, of ze zijn vrouw wilde worden. „Ik ben wel niet rijk", zei de houthakker, „maar ik zal je toch ook geen honger laten lijden. En het is heel prettig om in het Het meisje stemde toe, dus trouwden ze en gingen samen in het kleine huis in het bos wonen. Na verloop van tijd kregen ze een zoon: een flinke jongen. Trots keek de vader neer op de eenvoudige houten „We zullen het kind Jo hannes noemen", zei hij. „Dat is een stevige naam voor een stevige jongen. En als hij groot is, zal ik een goede houthakker van hem maken." Maar de moeder, die nooit geheel kon vergeten hoe ze vroeger bij rijke mensen in de stad had ge werkt, had andere plan- „Mijn zoon moet geen arme houthakker worden", zei ze trots. „Ik wil dat hij later een deftig heer wordt met rijtuigfn en een mooi huis en een eigen park om er te jagen en te wande len. Hij zal met eqn gra- Johannes moet een held en een grote mijnheer wor- De houthakker schudde bezorgd het hoofd. „Dat is in onze familie nog nooit voorgekomen", zei hij bezorgd. „In de mijne ook niet", antwoordde de moeder. „Maar onze Johannes zal het ver brengen, dat weet ik zeker." De houthakker zei toen maar niets meer. De tijd zal het leren, dacht hij. En hij nam zijn bijl om weer aan het werk te gaan. Want al hoopte ook hij, dat Johannes later een rijk man zou worden, voorlopig lag het kind nog in de wieg en moest vader zor gen dat er elke dag vlees in de pot kwam. Johannes groeide voor spoedig op. Zodra hij kon lopen en praten leerde zijn moeder hem lezen en ook schrijven, want ze meen de dat de toekomstige gro te heer een goede opvoe ding moest krijgen. De houthakker echter wilde dat Johannes een vak zou ieren en daarom nam hij de jongen dikwijls mee het bos in en vertelde hem al les over de bomen en strui ken. Hij onderwees hem hoe een boom moest wor den omgehakt, hoe de tak ken moesten worden afge zaagd, welke bomen wel en welke bomen niet geschikt waren voor timmerhout en al de dingen, die een hout hakker dient te weten. Want de vader was een verstandig man en hij dacht: „Misschien lukt het Johannes niet een held en een rijk heer te worden en dan is het goed als hij op gewone wijze zijn brood kan verdienen." De moeder vergat geen moment haar grote plan nen met de jongen. Toen hij goed kon lezen gaf ze hem een sprookjesboek en zei, dat hij dat goed moest bestuderen. „Kijk", vertelde ze. „Uit die sprookjes kun je leren, hoe een eenvoudig man rijk kan worden. Eerst moet je een aardmannetje of een tovenaar het leven redden. Dan mag je natuurlijk een wens doen. Vraag dan iets heel kostbaars: een beurs met goudstukken die nooit leegraakt. Of een bril waarmee je door de rotsen kunt zien om begraven schatten te ontdekken. Of een toverzwaard om dra ken te verslaan, zodat je een mooie prinses kunt verlossen en haar daarna trouwen. Dat is de manier om een held te worden." (wordt vervolgd). beest en hij lacht zo gemeen, dat ik hem helemaal niet vertrouw." Leo springt snel omhoog en vliegt via het hoofd van Murr de boom in. Murr ontkomt maar nauwelijks aan de gapende muil van de krokodil. En als ze dan samen in de BFSTE NEVEN EN NICHTEN boom zitten zegt Leo: „Die zal 's mor gens ook lang werk hebben om zijn tan den te poetsen, kijk eens wat een rij.... Vooruit beest, maak dat je weg komt, want je gezicht bevalt ons helemaal niet." i op school? De regenjas of mantel moet, j. Maar daarom niet getreurd. We zullen liopen dat de volgende zomer beter weer brengt. Ja, nu moet ik jullie eerst e< wal vertellen over de brieven die te laat bü tante Jos komen. Er zijn jongens meisjes die hun brief naar de Nieuwe Haagsche Courant moeten sturen of n: de Nieuwe Leidsche. De redactie van deze kranten moeten de brieven wi doorzenden naar de redactie van het Zondagsblad. Dus neven en nichten jullie moeten de brieven zo vroeg mogelijk versturen, dan heeft tante Jos ze vroeg ge noeg in haar bezit. Is het raadsel nu opgelost? We gaan nu gauw aan de oplossing van de puzzel beginnen. De kano, roeispaan, reddingsgordel, bal, balk, houten schepje, en het kistje gaan drijven. De fles blijft liggen omdat hü vol water is en met een kurk is af gesloten en de emmer omdat hij gekanteld ligt en meteen vol water loopt. iiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiilliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiliiiiliiiiiiiiliiliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiililliiiiiilliniiiiilllliliiiiimn Het zit er weer op! De zomer en onze vakantie behoren tot de verleden tijd. Gelukkig de mensen die wat van de mooie dagen in album of diadoos hebben vast gelegd. Zij kunnen hun vakantie-belevenissen levendig en wel terug laten keren, wanneer zij dat willen. Hebt u de camera misschien met de koffers opgeborgen? Dat is echt jammer, want de nazomer en de herfst bieden zoveel mooie fotokansen dat we onszelf te kort zouden doen. Grijp ook nu de vrije dagen aan om met familie of kennissen de natuur in le trekken. U zult een weelde aan kleuren ontdekken dié totaal afwijkt van wat de Waar duin en bos schitteren in een weelde van steeds warmere kleuren is dit nu de kans om eens een kleurenjilmpje vol te maken, dat is veel eenvoudiger dan u misschien hebt gedacht. Zoek het niet in een veel- baar object als voorgrond krijgt u herkenbaar door heid van tinten en vormen, om diepte te krijgen. Prach- een z.g. invulflitsje, het te- als u een herfstlandschap tig is het als de zon juist genlicht effect blijft dan vol- betreedt. Zoek in park. duin doorbreekt. Bij kleur kan ledig bewaard! of bos aardige doorkijkjes, een blauw flitslampje extra Laat uw kinderen in de licht geven, maar het doet Regen, ook herfstregen is nabijheid van een paar meer.... het geeft een zon- fotogeniek. De moderne paddestoelen of een kleuri- nig effect.... ook bij bedek- films laten ons hierbij niet ge struik spelen en maak te lucht! in de steek. Stadsgezichten daar een kleurenfoto van Van korte afstand krijgen met regen, gefotografeerd uit laag standpunt. kleine dingen pas ware ge- uit een droge portiek of Onder de bomen is wei- zicht. Gebruik hiervoor een vanonder een paraplu, nig, erg weinig licht. Met voorzetlens en fotografeer: schenken sfeervolle beel- een film van 18 Din moe- felgekleurde herfstblade- den. ten we 1/50 sec. bij f: 4 ren, spinnewebben met belichten, zelfs bij zonnig dauwdruppels, paddestoelen Met 1/25 of 1/50 sec veer. Bij bedekte lucht nog enz. enz. bij f: 5.6 is een film van j Zijlicht blijft de meest 18 Din voldoende. Een re- Lichte ochtendnevel is ide- aangewezen vorm bij foto- genplas met dorre blade- lal voor een sfeervolle fo- grafie. Tegenlicht doet het ren of uit de bolster ko- •o. In deze tijd van het prachtig als de zon tussen mende kastanjes kan prach- aar komt dit nogal eens de bladeren doorschijnt, tige dia's opleveren Arran- Zorg bij nevelfoto's denk om de zonnekap. geer desnoods zo'n stille- tegenlicht ven. voor een duidelijk herken- Figuren De hoofdprijs krijgt Adri- aan van Houwelingen. De troostprijzen gaan naar Lea Brandwijk en Kees v. d. hiep - hiep - hoera. Anne- mieke v. d. Berg, Lenie Coen- radie, Beppie v. d. Heuvel, Marja Mesker, Pieter v. d. Poort en Miep de Vrij jullie worden hartelijk gefeliciteerd van de neven en, nichten, k Nu krijgen de brieven een Wat ben jij verschrikkelijk verwend Maaike van Andel. Ik durf niet te zeggen, dat jij een slechte verjaardag hebt ge had hoor! Wat heerlijk een fiets. Jij bent ook al zo ver wend Mattie Bagchus en ook al een nieuwe fiets gekregen. Jammer dat hij nu wat be schadigd is. Oppassen hoor! Gelukkig dat jullie mooi weer hadden aan het strand Joop v. d. Berg. Is het feest leuk ge weest? Heb jij ook meegedaan met ringrijden? Jij hebt wel genoten in Oostvoorne Le nie Bergwerff. Ga jij wel eens naar de Beer? Kan Ria al lo pen? Jouw brief was de vo rige keer te laat Ineke Blonk. Was het leuk bij tante? Zijn de onderzettertjes klaar? Heb jij nog bij oma gelogeerd? Nellie Blonk? Jammer dat het slecht weer was. Jouw brief was de vorige keer te laat Inge v. d. Blij. Wat leer jij op de muziekschool? Schrijf je de volgende keer een lan ge brief? De avonturen van Pietje Bell zijn leuke boeken, Aric Boelhouwer. Hoe vind je Frans? Lekker pannekoeken, vind je niet? Wat moet jij al vroeg naar school Gerda Boender. Ga jij graag naar de gymnastiek? Wanneer mag jij diploma zwemmen? Jouw vorige kaart was te laat K. P. de Boer. Hoe is jouw voor naam? Schrijf jij de volgen de keer wat meer Bertus v. d. Bogaard? Heb jij lang ge varen Ina v. d. Boogaart? Vind je het leuk om weer naar school te gaan? Fijn, dat het poesje nog leeft. Wat heb jij veel gezien Kees v. d. Boo gaart. Vond jij het leuk aan boord? Moet jij later oök gaan varen? Fijn, dat jij naar de muziekschool mag Garrie Boonstra. Heb je al veel geverfd? Tante Jos zal het adres veranderen hoor! Kinderverzorgster vind leuk, Lea Brandwijk. Dat boek heb ik nog niet gelezen. Wat een boffert ben jij, dat je za terdags zo laat naar bed mag. Heeft de schemerlamp al ge- i jo je mag je(jere week je komt pas schrijven, i|_ in de krant als je de beurt is Lcnie Coenradie. Dat meisje is nog niet uit het ziekenhuis hoor! Je vorige brief was te laat Aukjc Derck- sen. Je hebt de puzzel goed opgelost, alleen zou tante Jos het leuk vinden als je er een brief bij deed. Zijn de baby sokjes al klaar, Lidy van Dorp? Geel is een mooie moderne kleur. Vind je Engels leuk? Jouw kaart kwam de vorige keer te laat Ineke van Driel. Doe jij er de volgende keer een brief bij? In welke klas zit jij Eilie van Eldercn? Hoe heet jouw vriendinnetje? Ook jouw brief was de vorige keer te laat Onno van Elzin- ga. Was de film van dik en dun mooi? Kan jij zo goed zwemmen, Johan van Es. Hoe vond je het op de Euromast? Wat vond ik dat leuk ook van joU een foto te krijgen Ada. van Es. Wat sta je er keurig op met je zusje Krista. We hebben hier lige kruiswoord puzzel. Om en in de puzzel staan verschillende voorwerpen met pijltjes. Nu is het de bedoeling dat jullie de voor werpen met pijl- neden. naar be neden invult, maar staan de pijltjes naar rechts aange geven dan moe ten jullie de let ters gewoon naast elkaar invullen. De oplossing moet voor 13 sep- f ember worden Hartelijk dank hoor! Leuk dat jij en Marieke dezelfde jurk aan hebben. Heerlijk hè, Reeuwijkse plassen Nellie v. d. Eyk. Ben je ook nog op de Beer geweest? Hartelijk gefe liciteerd met het behaalde succes hoor! Vond je het mooi op de Floriade, Wini fred van Geest? Hebben jul lie verleden week groot feest in Maasland gehad? Jij hebt wel genoten in de dier gaarde Corrie Goes. Was je met bang van die tijger? Leuk op die toren, vind je niet? Houd jij ook wel van grapjes Aart van Gorkum. Fijn, dat je brief nu op tijd was. Jam mer dat de meester weei weg gaat, Aart! Schrijf jij de volgende keer een lange brief Kees de Graaf? Jullie hebben dus heerlijk van eendebout gesmuld Nellie Hans Grootendorst. Leuk, dat jullie naar het bloemencorso mochten. Veel plezier en plagen, hoor Nellie! Heb jij dit postpapier voor je ver jaardag gekregen Pimmie van Halem? Vond je de wilde her ten niet een beetje griezelig? Jij hebt ook al zo in dc vakantie genoten Miep de Groot. Ja, het is erg mooi in Epe. Hoe heet jouw vriendin? Nee tante Jos is nog nooit in Zundert geweest, John v. d. Heiden. Loopt je horloge nog goed, John? Vond je het mooi in de Efteling Aart Herwig? Grappig, dat jij ge lijk met je vader jarig bent. Is het overgooiertje al Ria v. d. Heijden? Wat wordt jij al knap, dat je zo veel kunt koken. Jij hebt wel genoten in Enschede Ria! Jouw vorige brief was te laat Jannie Hofstee. Hartelijk wel kom hoor! Jij hebt zeker wel veel peren en appels gegeten bij opa en oma? Wanneer ben jij precies jarig Ansje v. d. Hout? Wacht je nu niet meer zolang met schrijven? Kan jouw broertje al lopen? Leuk, zo'n klein zusje, vind je niet Adriaan van Houwelin gen? Heb jij veel vriendjes? Dan heb ik hier nog een brief van Sjanie uit Zuid-Beij- erland. Zij is vergeten haar naam op de envelop te "schrij ven. Zal je dat in 't vervolg niet meer vergeten Sjanie? Hoe was het in Strijen? Nou jongens en meisjes ik heb de brievenbus helemaal leeg ge maakt. De neven en nichten met de letters I t.m. R zor gen er voor dat hij weer hele maal vol komt? Hartelijk ge groet en tot de volgende week.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1960 | | pagina 21