3
Aan God behoort
de wereld
Wenselijkheid van mutatie
van predikanten
Oecumenische
dienst in de
Domkerk
Een woord voor vandaag
Kanttekening
Mammoet-mis in open
lucht gecelebreerd
ic ene m
w:
Onderwijzerscongres
komt met resoluties
Heidelbergse conferentie
oneens met Dibelius
2
Er moet iets
gebeuren
Meer dan in de afgelopen ja
ren hebben de leden van de ge
nerale synode van de Hervorm
de Kerk, na afloop van de zo-
merzitting in de verschillende
kerkelijke bladen eigen versla
gen geschreven met commen
taar. In het laatste nummer
van het „Hervormd Weekblad"
wijdt ds. G. J. Streeder uitvoe
rig aandacht aan een rapport
dat een oplossing zoekt voor het
probleem, dat zoveel predikan
ten zelden of nooit van stand
plaats veranderen omdat zij
geen beroep krijgen:
OOK HET AANHANGIG maken
van het mutatierapport in de
Generale Synode bedoelde niet
meer dan een peiling der gevoe
lens. Zij kon dan al of niet be
sluiten het de kerk in haar clas
sical en provinciale kerkverga
deringen voor te leggen. Wat be
oogt dit mutatierapport? Er dient
een mutatie-register te worden
opgesteld en bijgehouden van alle
predikantsplaatsen, ingedeeld in
groep 5 en 4 met de naam van
de daarop gevestigde predikant,
voorzover deze acht jaar of lan
ger op die standplaats gevestigd
is.
de Raad voor de mutatie de in
het register ingeschreven predi
kanten een nieuwe standplaats
aan, gevestigd bij een der andere
gemeenten, welker predikant in
't register is opgenpmen.
Hieruit valt op te maken, dat
bijgevolg predikanten, die op een
gemeente van 1000 of minder zie
len staan, genoodzaakt kunnen
worden van standplaats te veran
deren. Predikanten, die op grote
re gemeenten staan, ktxnnen zich
in het register laten opnemen.
Wat de kerkeraden van de ge
meenten van minder dan 1000
zielen betreft, deze kunnen aan de
raad verzoeken niet tot verzetting
van hun predikanten over te
gaan, als het tijdstip hiervoor aan
breekt. Gaat van deze kerkeraden
niet zulk een verzoek uit, dan
komt het bijgevolg tot mutatie.
Zonder op de details in te gaan,
is duidelijk, dat de kerkeraden
van genoemde gemeenten vrij
blijven al of niet in een mutatie
van haar predikant te bewilligen.
Voor de predikanten dezer ge
meenten geldt dit niet. Mag ik de
vragen laten rusten of 't wense
lijk is, dat ook predikanten van
grotere gemeenten onder deze
mutatie-regeling dienen te val
len? Veeleer heeft een andere
aangelegenheid ons bezig te hou-
op éénzelfde standplaats! De
gevolgen hiervan blijven niet uit.
Niet alleen huwelijks- en gezins
leven lijden hieronder, maar ook
de gemeenten. Ziehier de oor
sprong van dit rapport!
Breedvoerig schildert het onder
het hoofdstuk „Het gebrek aan
mutatie" de ellende. Maar dit
mutatie-voorstel wil niet alleen
volstaan met deze nood te con
stateren, het wil ook wegen wij
zen om de nood te lenigen. Daar
bij komt nog een andere factor.
Het geeft te denken, dat 25 pet.
van het totaal aantal predikanten
staat in de dichtbevolkte steden.
Ongeveer 20 pet. van het aantal
predikanten staat in dorpen, die
tot steden uitgroeien en meer dan
de helft van het totaal aantal
predikanten bezetten grote en
kleine plattelandsgemeenten.
Wordt er niet geraakt door een
mutatie-dwang aan de inzet,
waarmede een predikant zich aan
zijn gemeente behoort te verbin
den? Dit heeft een geloofsbeslis-
sing te zijn. Nu krijgt men reeds
van de aanvang af de gedachte,
dat men althans na enige jaren
van de gemeente, waaraan men
zich bindt, „af" kan. Hoe zal de
gemeente het opvatten, wanneer
zij na de eerste maanden van
kennismaking, gesteld dat deze
minder aangenaam is, bij zichzelf
denkt: „Wij raken hem wel
kwijt?" Dit heeft men wel te
overwegen, voordat men al te gre
tig het principe van dit mutaite-
voorstel aanvaardt.
pR DIENT echter iets te gebeu-
-L< ren. Uitbreiding van het aan
tal predikantsplaatsen in de gro
te steden kan niet langer op zich
laten wachten. De toeneming der
industrialisatie gedoogt niet, dat
de synode als leidinggevend or
gaan langer een afwachtende
houding aanneemt. Hiertegenover
staat, dat de synode evenmin
mag dulden, dat predikanten in
nerlijk verpauperen, doordat zij
hun energie niet kwijt kunnen.
Doch hoe ontkomen wij enerzijds
aan mutatiedwang, anderzijds aan
het euvel om het kerkelijk leven,
zoals het reilt en zeilt, op zijn be
loop te laten?
Mijns inziens komt het erop
aan, in welke kwaliteit de leden
van de raad daarin zitting heb
ben. Enerzijds komt het voorstel
der mutatie voort uit de nood,
waarin een gemeente gaat verke
ren, omdat haar predikant er te
lang staat.
Anderzijds is dit voorstel gebo
ren uit de verlegenheid, waarin
de predikant raakt, doordat hij te
lang op éénzelfde plaats staat. De
vraag is, hoe brengt de kerk door
middel van deze raad op een
waarlijk christelijk-verantwoorde
wijze een predikant onder het oog
dat hij van standplaats behoort
te verwisselen? In dit verband
denk ik met betrekking tot de sa
menstelling van de raad voor de
mutatie aan een ambtsdrager
(predikant of ouderling), die lid
is van een provinciale kerkverga
dering, tot wier ressort gemeenten
behoren, welke voor mutatie van
haar predikanten in aanmerking
komen. Naast deze ambtsdragers
uit de provinciale kerkvergade
ring vestig ik de aandacht op de
kerkvisitatoren-provinciaal. Bij
gevolg zou ik een gemengde sa
menstelling van de raad voor
staan, waarbij de éne helft uit
leden van de provinciale kerkver
gadering. de andere helft op één
na uit kerkvisitatoren-provinciaal
bestond. Op deze manier draagt
men naar mijn mening een nood
zakelijk pastoraal element in, wil
het tot een betere mutatie in onze
kerk komen.
De drang om van standplaats
te veranderen kan in een enkel
geval wel eens tot dwang moeten
leiden. Een gemeente mag niet
zienderogen kapot gemaakt wor
den, wanneer een predikant zijn
privé-belangen laat overheersen.
Maar juist omdat van de Raad
voor de mutatie zoveel wijsheid,
geduld, begrip en liefde gevraagd
wordt, komt het erop aan, dat de
leden van deze raad in pastoraal
opzicht gekwalificeerde personen
zijn, die de gemeenten als zoda
nig in haar leidinggevende orga
nen naar voren hebben gescho
ven, „door de gemeenten aange
wezen" (2 Cor. 8 19).
Ds. Streeder besluit dan: Na
de discussie in de synode werd
besloten het voorstel van de
voorzitter te aanvaarden. Dit
behelsde om de kerk naar haar
oordeel te vragen, wat de grond
lijnen van het rapport met ver
werking van de discussie be
treft.
Er zal iets in de toekomst
dienen te gebeuren en het komt
mij voor, dat wat het beroe-
pingswerk betreft, niet aan de
autonomie der gemeente in dit
voorstel wordt geraakt. Het
oordeel is thans aan de classi
cal vergaderingen.
Dr. L. A. F. Le Mat
wordt weer leraar
Dr. L. A. F. le Mat, predikant bij de
Hervormde Wijkgemeente Soesterberg,
heeft zijn ambt neergelegd om leraar te
worden bij het middelbaar onderwijs.
Dr Le Mat werd 20 april 1921 te Ter-
neuzen geboren. Hij studeerde aan de
Gemeentelijke Universiteit te Amster
dam en te Utrecht In 1936 vertrok hij
naar Indonesië waar hij van 1938 tot
1947 werkzaam was bij de protestantse
gemeente te Soerabaja. Van 19471950
was dr. Le Mat hulpprediker bij de
Herv. Gemeente van Bilthoven. Hij is
daarna werkzaam geweest als geestelijk
verzorger van gerepatrieerden te Zand-
voort In 1951 trok hij op grond var
principiële bezwaren tegen de naoorlog
se gang van zaken in de Ned. Herv. Kerk
zich uit alle kerkelijke arbeid terug om
zich geheel aan de studie van het Oude
Testament te' wijden. Hij werd leraar
aan het Chr. Lyceum te Zeist en in 1952
assistent Hebreeuws aan de Rijksuniver
siteit te Utrecht waar hij ook Bijbels
Aramees doceerde en assistent was voor
het Oude Testament In 1951 werd hij
voorganger van de herv. evangelisatie
te Maarssen en in 1958 kwam hij naar
Soesterberg. 21 febr. 1957 promoveerde
hij bij prof. dr. A. R. Hulst te Utrecht
tot doctor in de theologie op een proef
schrift getiteld: Textual Critism and1
Exegesis of Psalm 36 a Contribution to
the Study of the Hebrew Book of Psalms.
(Van een onzer verslaggevers)
De Domkerk te Utrecht was zon
dagmorgen geheel gevuld met een
schare kerkgangers, die daar anders
nooit komen: jongeren uit alle we
relddelen, deelnemers aan de
Y .M.C.A.-wereldconferentie voor
teenagers in Loosdrecht. In autobus
sen waren ze naar Utrecht gekomen,
om de oecumenische kerkdienst bij
te wonen, die voor deze gelegenheid
in de oude kathedraal werd gehou
den.
Voertaal in deze dienst was het engels.
Met grote vrijmoedigheid bediende de
voorganger, ds. A. J. Lamping, hervormd
predikant te Duivendrecht, zich van deze
taal Alleen werd één der schriftlezingen
in het duits gehouden. Men had zoveel
mogelijk liederen gekozen, die, uit het
engels vertaald, in de nieuwe bundel
voorkomen. Alleen aan het slot werd het
„lievelingslied der oecumene" U zij
de glorie, opgestane Heer aangeheven
Nog enige andere, niet In gezangen
bundels te vinden liederen, kreeg mer.
te horen, namelijk twee negro-spiri-
tuals, door een negerzangeres ten ge
hore gebracht: een heel ongewoon
geluid in deze kerk, maar met intense
aandacht beluisterd na de verkondiging
van ds. Lamping.
De predikant sprak over het thema
der conferentie: „He's got the whole
world in His Hand". Hij deed dit aan de
hand van Jesaja 45 18 „God heeft de
aarde niet geschapen tot een baaierd,
maar ter bewoning heeft hij haar gefor
meerd.
Wie de wereld bekijkt, zoals zij zich
openbaart door pers, radio en televisie,
vraagt zich allicht af of de aarde wer
kelijk wel wat anders is als een chaos.
Het is een aarde, die tegen zichzelf ver
deeld blijkt te zijn en waarin van geluk,
orde, recht, liefde weinig te bespeuren
valt.
Wat wij voor ogen zien is een we
reld in destructie. Maar de bijbel zegt,
dat God de wereld schiep en dat zij
goed was, d.w.z. bewoonbaar. Wie dat
gelooft, heeft er zelf aan mee te
ken de aarde bewoonbaar te maken
en te herscheppen. Zoals God het
doet. Want een Christen gelooft, dat
God voor deze wereld zijn Zoon over
had en dat Hij sindsdien bezig ts de
wereld te herbouwen.
Tegen de tastbare werkelijkheid in
gelooft een christen, dat God zijn ko
ninkrijk doet komen. Dit geloof maakt
Vergadering van
Centraal Comité
Wereldraad
Het Centrale Comité van de Wereld
raad van Kerken zal van 16 tot 24
augustus in de Schotse plaats St An
dres vergaderen ter bespreking van
middelen om de protestantse. Angli
caanse en Orthodoxe Kerken nader tot
elkaar te brengen.
Aan het overleg zullen behalve de
negentig leden van het centrale comité
ongeveer 300 leiders van d 172 aange
sloten kerken deelnemen.
De Zwitserse prof. Henri Despine zal
een rapport over de eenheid van de ker
ken indienen. De Anglicaanse bisschop
Stephen Bayne uit Londen en de Nt-
derlandse econoom dr. Egbert de Vries
zullen inleidingen houden over het
vraaggstuk van de overbevolking. Een
speciale studiegroep van de Wereld
raad en de Internationale endingsraad
heeft zich in oktober van Met vorige
jaar uitgesproken voor geboorteregeling.
Zij waarschuwde dat de jaarlijke toe
name van de wereldbevolking met 50
miljoen zielen ernstige gevolgen zal
hebben, als er geen maatregelen wor
den gen men.
een christen actief werkzaam in
gezin, in zijn vereniging, op school
in zijn werk. Hij arbeidt mee aan Gods
grote bouwproject, in de overtuiging, dat
God zijn Woord gestand zal doen.
Ds. Ray
Een andere predikant en deelnemer
m de conferentie, ds. Daniël Ray uit
India, sprak over het onderwerp „Hes
got you and me. brother, in His Hand".
(Joh. 10 29 Niemand kan hen uit de
hand des Vaders rukken")
Deze zekerheid mag geen christen
brengen tot passiviteit. Juist omdat „wij
mensen van God" zijn, hebben we te
getuigen, dat God een plan heeft met de
mensen. In ons aller Broeder Jezus
Christus heeft God naar alle mensen
omgezien. Van de liefde Gods in Chris
tus kan niemand ons scheiden, hoe an
ders het vaak ook lijkt.
Aan het eind van de dienst sprak ds.
Lamping de voorbeden uit, aan het slot
waarvan men gezamenlijk het gebed des
Heren bad.
Christelijke secte
wil gaan wonen
in Israël
De regering van Israël ziet zich ge
confronteerd met een merkwaardig ver
zoek. Een Christelijke sekte in de pro
vincie Kerala in India heeft een dele
gatie naar Israël gezonden ten einde met
de Israëlische regering besprekingen te
openen over de immigratie van omstreeks
honderdduizend zielen van de sekte. De
sekte wenst in Israël te leven omdat de
zgn. Cochin Joden in India, waar zij
altijd nauwe contacten meer had. in zijn
geheel naar Israël is geëmigreerd. De
leiders van de sekte beweren in feite
Joden te zijn wier voorouders eeuwen
geleden tot het Christendom zijn bekeerd
evenwel zonder bepaalde Joodse ge
bruiken op te geven.
Enige jaren geleden heeft de sekte een
soortgelijk verzoek tot de regering van
Israël gericht, die toen echter afwijzend
beschikte. De delegatie van de sekte die
thans in Israël is heeft de Israëlische
regering aangeboden dat de sekte tot het
Jodendom zal terugkeren indien toe
stemming tot vestiging in Israël wordt
gegeven. Ook in het parlement van
India heeft zij haar verlangens ter sprake
gebracht. De regering van India heeft de
sekte alle medewerking toegezegd. De
Israëlische regering heeft nog geen be
sluit genomen.
Wij behoeven er geen doekjes om te winden: wij staan veel
te vlug met ons oordeel klaar. Onbevooroordeeld in de wer
kelijke zin van het woord is niemand. Nu kunnen we dit
verschijnsel natuurlijk gemakkelijk afdoen met de verklaring
dat het nu eenmaal een algemeen menselijke eigenschap is
en dat we met ons oordeel voorzichtig dienen te zijn en
eerst al de feiten moeten kennen. Dat denken we, maar de
zaak steekt veel dieper. U moet alleen maar eens lezen wat
de apostel Paulus in het tweede hoofdstuk van zijn beroemde
brief aan de Romeinen schrijft: „Daarom zijt gij, o mens,
wie gij ook zijt, niet te verontschuldigen, wanneer gij oor
deelt." U ziet het: er zijn geen uitzonderingen. Er is geen
mens, die het toekomt te oordelen! ,£)aarom", zegt Paulus.
Wat hij gaat poneren is dus uitvloeisel van wat hij eerder
heeft gezegd. Dat gaat hierover, dat de mensen het verwer
pelijk achten God te erkennen, als gevolg waarvan God hen
„heeft overgegeven aan een verwerpelijk denken om te doen
wat niet betaamt". Hier hebt u de kern van de zaak: wij,
mensen, weigeren God te erkennen, achten dat zelfs verwer
pelijk, en doen en denken alle mogelijke dingen, die lijnrecht
in strijd zijn met Gods eisen. En daarom hebben we niet het
minste recht over anderen een oordeel uit te spreken. Die
ander kan terecht tegen ons 'zeggen: „Kijk eerst eens naar
u zelf."
BIJ EEN PRACHT VAN EEN BOEK
Eucharistisch congres geëindigd
O
Miljoen mensen
Het 37ste rooms-katholieke
eucharistische wereldcongres is
zondag geëindigd met een plech
tigheid op de Theresienwiese van
München waaraan een miljoen
rooms-katholieken uit de gehele
wereld deelnamen. Om vijf uur
's morgens kwamen al stromen
mensen naar de plaats van sa
menkomst en om negen uur wa
ren bijna alle zitplaatsen een
460.000 bezet. Met negentig
speciale treinen, 4000 bussen en
40.000 auto's waren de mensen
naar München vervoerd.
Alle kerkklokken van München luidden
toen een kleurige stoet van ongeveer
twintig kardinalen onder leiding van de
pauselijke legaat, kardinaal Testa, i
dan vierhonderd bisschoppen en honder
den priesters, kerkdienaren en dignita
rissen in hun kleurige gewaden naar het
altaar in het centrum van het openlucht
stadion ging. Kardinaal Testa kreeg
de menigte een ovationeel applaus
een fanfare weerklonk toen hij op
troon plaats nam. Nadat een koor had
gezongen werd een toespraak var
paus. welke op de band was opgenomen,
via luidsprekers uitgezonden.
In zijn in het Latijn uitgesproken
rede zei de paus onder meer dat hij de
vreugde van het congres deelde en in
de geest tegenwoordig was. Hij sprak
vervolgens over zijn bezorgdheid over
de „donkere gevarenwolken" die boven
de mensheid zijn samengepakt en
over de ernstige bedreiging van de
vrede tussen de volkeren. Hij riep de
gelovigen op tot Christus, de „vrede
vorst", te bidden dat deze de geest der
staatsleiders verlicht en de volkeren de
ware vrede, gebaseerd op de waardig
heid van de mens en eerbied voor de
rechten van de kerk, schenkt.
De paus bad dat het menselijk ge
slacht van het gevaar van de dood, „in
het bijzonder die verschrikkelijke dood
van de ziel", zal worden gered. Hij gaf
ten slotte zijn zegen aan allen die
het congres hadden deelgenomen.
De feestelijke mis, hoogtepunt en
m het congres, werd door kardinaal
Testa, geassisteerd door talrijke bisschop
pen, gecelebreerd. De kardinaal dankte
daarna alle deelnemers. 1.200 priesters
dienden de communie toe.
Tijdens de plechtigheid, die o.a.
door bondskanselier Adenauer en de Oos
tenrijkse kanselier, Raab, werd bijge
woond werden aan de rand van de The
resienwiese op enige plaatsen kleine ra
ketten, omhooggeschoten, waaruit hon
derden pamfletten met propagandaleu-
zen vielen. Men schrijft deze demonstra-
>,\«v =an communisten toe.
Beroepingswerk
NED. HERV. KERK
Beroepen te Amersfoort, als predikant-
directeur van het ziekenhuis „De Lich
tenberg": M. L. W. Schoch ie Rotterdam.
Bedankt voor 's-Gravenhage (wijkge
meente 31): H. J. van Achterberg te Lei-
UNIE VAN BAPT. GEM.
Voorts zal het cntrale Comité zich
uitspreken over het voorgestelde sa
men vail de Wereldraad en de Inter
nationale endingsraad, plannen voor de
derde assemblee van de Wereldraad in
het volgend jaar te Nw Delhi en over
een rapport over de rol van de kerken
in de huige internationale toestand.
16
Maar tegelijk, o wonderlijke tegenstrijdigheid in
de mens, verzette ik mij er tegen en opeens wist
ik weer, dat ik 's morgens reeds voor de spiegel
had gestaan met de jurk in mijn handen en de
naam Henk Roelfsema op de achtergrond van mijn
denken. Ik was verliefd natuurlijk was ik ver
liefd. maar ik was lang niet van mezelf overtuigd
dat ik het leven met hem zou aandurven, waarom
ik die gedachte telkens naar de achtergrond van
mijn denken werkte. De spontaniteit in hem had
ik lief, maar ik vreesde haar tevens omdat zij mis
schien te weinig fundament zou hebben.
Hij praatte ongewoon druk over zijn vacantie-
vreugde. hielp mij lachend en stoeierig uit de hang
mat, vond het boek waarmede ik mij had geoccu
peerd en dit bleek een nieuw en onuitputtelijk on
derwerp voor hem te zijn. Zo pratend gingen we op
Moeder ving me bij de deur al op met de bolero
van mijn zonnejurk. „Hier", zei ze. half binnens
monds en niet weinig ontstemd: ,,'t Is geen manier.
Ik gehoorzaamde als een betrapte schooljongen
en ik hoopte dat Henk er niets van had gemerkt.
Hij bleef op vaders uitnodiging die dag onze gast
en diezelfde middag, tijdens een lange wandeling
over het eenzame landgoed van de jonker gebeur
de wat ik gehoopt en evenzeer gevreesd had. Ge
hoopt, omdat een vrouw nu eenmaal bemind wil
worden, gevreesd, omdat het beminnen van Henk
Roelfsema misschien een teleurstelling zou opleve
ren. Was deze uiterste bezonnenheid onder alles
door eigenlijk al geen waarschuwing voor me om
voorzichtig te zijn? Maar het liefdesavontuur heeft
nu eenmaal een diepe bekoring voor elk jong hart.
De betrap mij er op, dat ik dit schrijf als een oude
vrouw, rijk aan ervaring, bah, hinderlijke erfenis.
Ik kon mij niet zo spontaan geven, als hij mij be
geerde. Dat klinkt wat zelfingenomen, maar wat
verbiedt mij eerlijk te zijn tegenover mezelf. Zo
lag het nu eenmaal.
Natuurlijk ging ons gesprek onweerstaanbaar naar
dat ene punt. waar ons beider levens elkaar raak
ten Hij deed wat elke jongeman onder zulke om
standigheden doet: hij sprak over zijn mogelijkhe
den in de toekomst, die lagen tussen het leraar
schap en een correspondentiepost voor een dagblad
öoor heRm. steqqeRöa
Engeland dacht, waarheen ons vorstenhuis was ge
gaan, onze regering, en aan de Duitse vliegtuigen
die dat zelfde Engeland tot ccn hel maakten, net
Engeland dat vocht voor zijn leven
„Je vergeet jongen, dat we onder de laars van
een onderdrukker zitten en het is de vraag of En
geland er aan ontkomt. Ik hoop dat je plannen ver
werkelijkt worden." Bah, akelig nuchter toch, dacht
ik tegelijk, onromantisch en ik vond de uitbarsting
van Henk gerechtvaardigd: „Wat? Denk jij er zo
over. Je zult eens zien, dat die Engelsen ons aan
stonds te hulp komen. Ze landen vandaag of mor
gen aan onze kust en dan schoppen we de Moffen
er weer net zo hard uit als ze er in gekomen zijn.
Wat dacht ie? Of geloof je, dat we hier met onze
handen in de schoot blijven zitten? Koste wat het
kost, maar de strijd gaat door. Dat moet zich
allemaal nog consolideren, en nog geregeld worden,
maar ze kunnen er mij voor krijgen".
Ik moest glimlachen om zijn vurig patriottisme,
temeer toen hij er aan toevoegde: „Je laat toch
zeker niet toe. dat de Mof tussen ons komt en ons
dwarsboomt?"
Hij bleef plotseling staan én legde zijn armen
om mijn schouders.
„Heb je er al eens aan gedacht, dat lk Je zou
vragen?", informeerde hij.
Ik keek hem recht in zijn vragende ogen en knik
te alleen maar bevestigend.
„En En?.. Toe dan!" vroeg hij haastig.
„Ik weet het nog niet, Henk", zei ik rustig. „In
zekere zin zijn we oorlogskinderen. Hoe weten wij
vandaag wat morgen wezen zal?"
„Maar dat heeft toch niets met onze liefde te
maken? Als Jij het eerste bent, wat mij de Mof
fen ontnemen, dan ben ik vandaag hun fanatiek
ste vijand". Henk verklaarde mij hartstochtelijk
zijn liefde en ik ergerde mij over mezelf. Ik was
mezelf volkomen een raadsel, de vonk sloeg niet
over en dat stemde me eigenlijk verdrietig, want
ik had me dit ogenblik anders gedroomd. Ik bleef
kalm en bezonnen, te bezonnen en ik voelde kwel
lend hoe de zon brandde en hoe een lome warmte
onder de dennen hing. Ik zag de lucht boven de
heide trillen
„Kom", zei ik. „Henk, laten we naar huls gaan,
ik ben doodmoe".
„Ik ook", zei hij, „maar hier is een heerlijke
koele plek, een prachtige glooiing. We rusten hier
even uit".
Hij was zo gebiedend en zeker, dat ik mij
ogenblik liet overrompelen en geen vijf minuten la
ter lag ik in zijn armen en liet ik hem begaan.
Zijn gezonde, langzaam overweldigende zinnelijk
heid werkte even verwarrend op mijn denken. Het
strikje van mijn bolero, het symbool van moeders
waakzaamheid, was snel losgetrokken. Ik voelde,
dat ik op het punt was mij aan een zoete bedwel
ming over te geven, maar ik had nog juist genoeg
remmend vermogen om Henk zacht af te weren
en te zeggen: „Laten we niet dwaas doen Henk".
Ik maakte me uit zijn omstrengeling los en ik zag
dat hij op het punt stond heel boos te worden
„Dwaas? Dwaas? Wat is dwaas", bitste hij. „Ik
begrijp jou niet meisje".
„Dat hoeft ook niet", zei ik rustig en plooide
snel de bolero om mijn naakte schouders. Moeder
had gelijk, dacht lk op dat ogenblik. Het is geen
manier en ik veroordeelde mezelf. Ik had hem uit
gedaagd, terwijl ik wist, dat ik het spel dat hij
verlangde nimmer zou spelen. Henk sprong op r~
zocht om zich een houding te geven al zijn zakk<
af naar sigaretten en hoewel er op het landgoed,
en zeker bij zulk broeiend weer, niet gerookt mocht
worden liet ik hem rustig begaan.
Op de terugweg wilde het gesprek niet t
vlotten en toen we eenmaal thuis waren, gunde
Henk zich nauwelijks de tijd om op thee te wach
ten. Hij vertelde, dat hij beloofd had om met eten
thuis te zijn en als hij nu meteen op weg zou
gaan en stug door zou rijden, zou hij het juist kun
nen halen.
Mijn goede moeder, die ik in gedachten zegen,
was gelukkig wijs genoeg om niets over deze plot
selinge haast te vragen. Zij keek mij alleen maar
zo eens even onderzoekend aan.
AT weten wij nog van de ge- not. Hier krijgt het grote gebeuren
van de Hervorming, in alle leiding
Gods toch tegelijk zo echt en diep
menselijk, voor ons op wei directe
schiedenis? Ook van de ge
schiedenis van de kerk? Het is
al moeilijk, het heden bij te houden.
handelen. zijn hernieuwde inzicht in de geloofs-
Gebrek aan belangstelling voor de waarheden onder woorden brengt?
geschiedenis is te betreuren. Het be- Van de sprankelende uiteenzetting
het heden sterk wil staan, kan niet Vooral zal men het kunnen zeggen
zonder kennis van het verleden.
van de aangrijpende relazen van
schiedenis der kerk. Zeker, er zijn door de nabijheid Gods, zoals zij deze
voortreffelijke handboeken, die een
En hoe wist niet de ge-
eeninaal prat gaande op zelfstandig- begin. Van de aanvankelijke moei
te kunnen nemen van „de stukken groei der Hervorming, met het
zelf"? toenemen der vervolgingen gelijke
Verschenen is nu in een voor. tred houdende. Van de bevestiging
treffelijke uitgave van J. H. Kok N.V der Hervorming en van bepaalde
sedert de Hervorming." Werkelijk van de geschiedenis der protestantse
niet meer dan de teksten, waar nodig kerk, kenners wier zorgende arbeid
slechts voorzien van een vertaling zich hier opzettelijk beperkt heeft
heeft bezorgd van een zeldzaam ge-
Rechten van kind eerbiedigen
rjE WERELDFEDERATIE van
U Onderwijzersorganisaties
heeft een beroep gedaan op alle
landen en internationale lichamen
om alles in het werk te stellen
teneinde de kinderen van de hele
wereld, ook de zieken en gehan
dicapten, de rechten te verlenen
die de Verenigde Naties hebben
aanvaard. Volgens deze „rechten
van het kind" dient elk kind
in de gelegenheid te worden ge
steld zich lichamelijk, geestelijk
en sociaal te kunnen ontwikkelen.
Daarbij dient het te worden be
schermd voor rassenvooroordelen
en andere vormen van discrimi
natie. Op de aangesloten 115 on
derwijzersorganisaties uit 68 lan
den en hun vier miljoen leden is
een beroep gedaan verantwoor
delijkheid te accepteren voor na
leving van deze doelstellingen.
Deze principes vormen de basis var
een aantal resoluties, die de „World Con
federation of Organizations of the Tea
ching Profession" op de laatste dag van
haar negende congres in Amsterdam
heeft vastgesteld. De rechten van het
schoolkind worden nader omschreven en
ook wordt de aandacht gevestigd op de
leemten in sommige landen, die een ge
zonde ontwikkeling van het schoolkind
in de weg staan. Een groot aantal wen
sen en verlangens met betrekking tot de
gezondheid van het kind en de inrich
ting van de scholen wordt in de resolu
ties opgesomd. Zoals bekend stond dit
congres in het teken van het thema „De
gezondheid van het kind en de school"
Gezondheid
Het congres heeft zich uitgesproken
voor opvoeding tot gezondheid voor alle
schoolkinderen. Dit is de eerste verant
woordelijkheid van de onderwijzers.
Daarom is het congres van mening dat
opvoeding tot gezondheid als vak aan de
onderwijzersopleiding moet worden toe
gevoegd. Samenwerking met gezond
heidsdiensten en ouders is geboden. Ten
einde het onderwijs op dit gebied te ver
eenvoudigen. dient de onderwijzer de
beschikking te hebben over gedrukt les
materiaal en visuele hulpmiddelen.
Hoewel sexuele voorlichting in ver
band met de daaraan verbonden religi
euze. morele en sociale opvattingen in
de eerste plaats door de ouders dient te
worden gegeven, is het wereldonderwij-
zerscongres van mening dat de onder
wijzers en leraren ook op dit terrein
een actief aandeel moeten leveren. Daar
bij dienen zij evenwel rekening te hou
den met de ethische en morele aspecten
van het probleem.
In de resoluties wordt ook de nood
zaak bepleit van gymnastiekonderwijs,
waarvoor elke school een plan dient
op te stellen. Dit onderwijs, zo meent
de W.C.O.T.P., komt de lichamelijke
geestelijke gezondheid van het kind
ten goede. Het gymnastiekonderwijs
kan door de klasse-onderwijzer wor
den gegeven en indien mogelijk door
m specialist.
Eisen voor scholen
Omdat in de hele wereld een gebrek
in goed geoutilleerde scholen is. heeft
het congres in een resolutie een aantal
minimale eisen opgesomd. In de eerste
plaats dient bij het ontwerpen van
schoolgebouwen rekening te worden ge
houden met de functie van de school.
Onderwijzers en onderwijzersorganisaties
moeten bij het ontwerpen van nieuwe
fiebouwen worden ingeschakeld. De au-
oriteiten zijn verantwoordelijk voor een
behoorlijke inrichting van de school
(sanitaire voorzieningen e.d.). Zij moe
ten in een gezonde, mooie omgeving
worden gebouwd.
In de resoluties wordt ook de aandacht
gevestigd op het grote belang van de
schoolsfeer. De omvang van de klassen
dient zodanig te zijn, dat de onderwijzer
of leraar In de gelegenheid is aandacht
te schenken aan elk kind. Het congres
gelooft dat er een duidelijke relatie be
staat tussen de omvang van een klas en
de gezondheid van het kind en zijn on
derwijzer. De bouw van grote scholen
(„schoolkazernes") dient te worden voor
komen, omdat van deze gebouwen de
zelfde nadelige invloed uitgaat als van
te grote klassen.
Huiswerk
Bij de indeling van het schooljaar en
het geven van huiswerk dient rekening
te worden gehouden met de leeftijd en
de mogelijkheden van het kind. Teveel
huiswerk oefent een schadelijke invloed
uit op de gezondheid. In het belang van
de gezondheid van het schoolkind wordt
ook het onder druk zetten van kinderen
die zich voorbereiden op een examen af
geraden.
In de laatste resolutie brengt het con
gres zijn dank tot uitdrukking aan allen
die betrokken waren bij de eerste voor
bereiding, leiding en ontvangst van het
congres. De Nederlandse gedelegeerden
mochten een spontaan applaus in ont
vangst nemen als dank voor hun aan
deel in de voorbereiding van dit wereld
congres.
o
(Van onze correspondent in Bonn)
De discussies in de „Evange
lische Kirche Deutschlands", de
protestantse kerk in Duitsland,
over het befaamd geworden ge
schrift van de leider der kerk en
bisschop van Berlijn-Branden-
burg, dr. Otto Dibelius over het
al dan niet erkennen en gehoor
zamen van de overheid in het
communistische en atheïstische
Oost-Duitsland, zijn weer opge
flakkerd. Er is een tegenschrift
verschenen, dat werd gepubli
ceerd door de z.g. „Heidelbergse
Conferentie", een werkgemeen
schap binnen de kerkelijke broe
derschap.
Het is het antwoord op bisschop
Dibelius' ook in de E.K.D. heftig om
streden these, dat het communistische
regime in de Oostzone van Duitsland
geen erkenning verdient en dat in de
zin van het Nieuwe Testament zo
als opgetekend in de brief van Paulus
aan de Romeinen de christen aan
dit regime geen gehoorzaamheid ver
schuldigd is.
Naar men zich herinnert, heeft het
vorige jaar deze stelling van bisschop
Dibelius aanvankelijk vervat in een
helemaal niet voor publikatie bestemde
gelukwensbrief aan de „Landesbisschof"
van Hannover, dr. Hanns Lilje niet
alleen de E.K.D. in heftige beroering ge
bracht, doch ook ernstige repercussies
uitgelokt in juist de communistische
Oostzone van Duitsland, waarvan de
machthebbers van dat ogenblik af alles
hebben gedaan om de E.K.D. los te scheu
ren van bisschop Dibelius.
Het plan in Oost-Duitsland een eigen
zelfstandige kerk te stichten onder lei
ding van dominees, die wél bereid waren
het Oostberlijnse regime te erkennen en
te gehoorzamen, heeft men in de zg.
„Duitse Demokratische Republiek" nog
altijd niet laten varen. Bisschop Dibelius
heeft inmiddels het vrijwillige be
sluit genomen om in verband met zijn
hoge leeftijd binnen afzienbare tijd zijn
vele kerkelijke functies (ook die in het
buitenland) neer te leggen.
Verschillende synodes hebben zich in
tussen met bisschop Dibelius' overheids-
thesen beziggehouden en zich achter hem
geschaard. De eenheid der E.K.D., die
door het geschrift aanvankelijk ernstig
bedreigd leek, kon tot dusverre worden
gehandhaafd.
De „Heidelbergse Conferentie" nu
stelt, dat de Heilige Schrift leert, dat alle
mensen die verantwoordelijk zijn voor
de leiding van een staat, als Gods werk
tuigen moeten worden aanvaard, zelfs
als zij atheïsten zijn. „De christenen in
de D.D.R. (ook deze officieuze term
heeft de „Bruderschaft" overgenomen!)
kunnen derhalve hun regering evenmin
hun erkenning onthouden als de chris
tenen in West-Duitsland dat de Bonds
regering kunnen doen". De christenen
zijn geroepen, aldus de conferentie, om
aan de opgaven van het staatswezen in
beide delen van Duitsland mede te wer
ken „Het zou onverantwoordelijk zijn
niets te maken te willen hebben met
overheidspersonen, die atheïsten zijn".
Aan de .Heidelbergse Conferentie"
werd deelgenomen door een aantal domi
nees uit de Bondsrepubliek, van wie er
34 de verklaring ondertekenden.