Mr. P. W. A. CORT VAN DER LINDEN Nederland wint per jaar ca. 200.000 tv-kijkers Het overlijden van Radio programma ffHy die gelooft in de menschheid, wijde zijn leven door haren dienst.** „Onpartijdigheid was één van de groote karaktereigenschappen van Cort van der Lindenwaaraan wij thans terugdenken'*. H. COLUN Aularede bjj de uitvaart van Cort van der Linden, 18 Juli 1935. P. V. A. CORT VAN DER LINDEN „Vrijheid en Hervorming" De Gids, Juli 1887, pag. 125. vanavond Na het NTS-journaal kunt u om 820 uur kyken naar een VARA- programma, dat begint met ac tualiteiten. Om 8.50 uur wordt het televisiespel ..Claudia en Da vid" uitgezonden Daarna, om 10.30 uur. volgt nog een Eurovisie-uit zending uit Nervi (Italië opnieuw een gedeelte van het Ballet Fes tival. Ditmaal het tweede bedrijf van een ballet, gebaseerd op Ros sini's opera ,,De barbier van Se- villa". Een concert van kamermuziek met werken van Mozart en Boulez wordt tussen Dere week heeft de dienst Luister en Kijkgelden het 700.000ste televi- de BBC-zender op 464 m verzorgd sietoestel geregistreerd. En dat is N Behele land door Kn „nder- d00[ het Amadeus Strijkkwartet precies wn jaar nadat de 500.000ste „ef is o$2spSn5?n kan men niet Ensemble. John toestelbezitter werd verwelkomd. meer verwachten dat er streeksgewijze Herinnert u het lich nog, op 24 juli veelvuldig aankopen van televisie- Carewe dirigeert. De NDR zendt tussen 8.10 en 9.45 uur een revue van de Filmfest- spiele te Berlijn uit en tussen 10.10 en 10.35 werkjes van Benjamin Britten voor sopraan en kamerorkest. Ste tania Woytowicz zingt en Hans Schmidt-Isserstedt dirigeert strij kers van het omroeporkest. 1959? Tot nu toe heeft ons land per jaar concert"met plm. 200.000 nieuwe kijkers (en hun familie!) gewonnen, al liep het dit jaar iets sneller aan dan in voor gaande jaren. Het volgende overzichtje mag u hier van overtuigen; wij ontvingen het van de P.T.T.: op 2 januari 1957 waren er 100.000 toestellen geregistreerd, op 16 toestellen zullen worden geboekt. Dit gebeurde wel. wanneer er weer een nieuwe steunzender in gebruik zou worden genomen. Men kan nu dus voorzichtigerwijze aannemen, dat de groei van het aantal kijkers min of meer stabiel met 200 210.000 per jaar zal bestendigd worden, maar. zoals ge zegd, men weet nooit wat belangrijke televisiemar.ifestatie zullen teweeg brengen. Het aantal geregistreerde radiotoe- oktober 1957 200.000, op 29 april 1958 stellen stijgt ook nog voortdurend, 300.000, op 12 januari 1959 400,000, op mede dooi dat er veel autoradio's en 24 juli 1959 500.000, op 19 januari 1960 draagbare ontvangertjes worden aan- J^EGELIJK met het hekend worden van het omkomen van het K.L.M.-vliegtuig de „Kwikstaart" en het overlijden van de Am sterdamse hoogleraar in de Nederlandse Letterkunde, Prof. Dr. J. Prinsen J.L.zn. (18661935), meldden de bladen op Maandag 15 Juli 1935 het heengaan van de Minister van Staat Mr. P. W. A. Cort van der Linden. Naar aanleiding van zijn bezwaren tegen het optreden van Prof. De Quay als minister-president (het is dan toch niet alleen Colijn tegen wiens houding in de bezettingstijd als politicus men protes teert!) schreef Prof. Dr. P. C. A. Geyl in 1959: „De figuur van de minister-president is een nationaal bezit." Weinig staatslieden zijn deze uitspraak voor het gevoel der Natie zozeer genaderd als Cort van der Linden. Niét als zou liij, boven de partijen tronend, door alle partijen even geliefd zijn geweest, want zulks is in ons, door Humanisme, Protestantisme en Rooms-Katholic isme gedriedeeld land ten enenmale onmogelijk. Daarbij, wat hem tot nationale figuur verhief, waren in feite bijna uitsluitend de on voorziene oorlogsomstandigheden, die hem toevallig aan het bewind vonden, en zijn onkreukbaarheid van karakter, alsmede zijn kundigheid in de hogere staatkunde. Maar voorts maakte niet zozeer de band die men met zijn per soon gevoelde, als wel de afstand die hij wist te bewaren jegens allen met wie hij werkte, hem tot „grand old man" van Nederland. Cort van der Linden verpersoonlijkte niet de mys tieke band. die een volk met zijn lei der kan verbinden, maar wel hoge wijsheid, en deze schept altijd af stand: Cort van der Linden was een ongenaakbare persoonlijkheid. Prof. Mr. C. W. de Vries, die hem in de Raad van State heeft meegemaakt, sprak in zijn afscheidscollege ,,Cort van der Linden", op 16 October 1952 te Rotterdam: ,,Ik let altijd op uw lach. Ik heb die hartelijke lach van Cort van der Linden nooit gehoord. Mij staat iéts bij van bijtend-honend lachen, wanneer in een beraadslaging een mede-lid naar zijn mening, een dwaasheid of een domheid heeft ge zegd." (pag. 8). En toch kon Colijn bij zijn sterven aan Gouverneur-Genera al De Jonge, één der collega's uit het Oorlogs-Kahi- net Cort van der Linden op 15 juli 1935 schrijven: „De bladen zullen u wel gemeld hebben, dat Cort van der Linden hedennacht in den ouderdom van 89 jaar is heengegaan. Op dien leeftijd was er nauwelijks eenig ander resultaat van een ingrijpen de operatie te wachten. De laatste jaren was hij lichamelijk al sterk afgetakeld en ook geestelijk slechts een schim van wat hij vroeger ums. Toch treft het heengaan van deze figuur in meer dan gewone mate." i trof zijn heengaan? Om dat Cort van der Linden én door om standigheden én door de keuze van zijn standpunt in de politieke strijd van zijn dagen, de formulering van Geyl inderdaad benaderd heeft al ge voelen wij na vijfentwintig jaar hoe onjuist het is hem als staatsman te plaatsen naast Johan de Witt en Thor- becke (gelijk sommige bladen bij zijn overlijden deden», terwijl het voorstel hem als wetgever een plaats in te rui men naast Mozes en Solon reeds in 1952 door Gerretson ,,een groteske overdrijving" genoemd werd. Wél kun nen wij ook na vijfentwintig jaar on derschrijven en als uitgangspunt ne men van nadere beschouwing, wat Co lijn bij zijn uitvaart op donderdag 18 Juli 1935 getuigde: „Cort van der Lin den was een man, die als een hoge eik opschoot boven veel te laag ge boomte en zelfs kreupelhout." JONGE JAREN Pieter Wilhelm Adriaan Cort van der Linden werd op 14 mei 1346 te 's-Gra- venhage geboren, als zoon van het «öherpzinnige Kamerlid en tevens landsadvocaat Gijsbertus Marinus Cort van der Linden (18121888), die een huisvriend van Thorbecke was. Gelijk in Engeland het geval wel pleegt te zijn in de hogere politieke kringen, vernam de jonge Cort van der Linden thuis reeds dagelijks van het politieke bedrijf des lands, en ont moette hij de staatslieden in de hui selijke kring. Als student te Leiden was hij zeer actief, en werd in 1868 met 129 van de 156 stemmen gekozen tot Praeses- Collegii (Rector) van het Leids Stu dentencorps. Op Zaterdag 8 Mei 186)» promoveerde hij op het proefschrift „Beschouwingen over het strandop gedragen aan zijn Vader. Stelling XVII luidde: ,,Het duel behoorde als delic tum sui generis gestraft te worden Een week later, op 13 Mei 1869, werd hij ingeschreven als advocaat te 's-Gravenhage. In 1878 werd hij be noemd tot Commies-Griffier der Twee de Kamer, waardoor liij het voorrecht genoot de technische werkzaamheden van het Parlement tot in de puntjes te leren kennen. Op 15 november 1881 volgde zijn eer vol ontslag, want hij was te Gronin gen benoemd tot hoogleraar in de en cyclopedie der rechtswetenschappen, de staathuishoudkunde, de statistiek en de staatkundige geschiedenis. Op Donderdag 24 November 1881 inaugu reerde hij met een rede over ,,De Wet van het Recht" en sprak aan het einde daarvan uit: Ik kom naar Groningen verre weg uit den kring, waarin ik leefde sedert mijn geboorte, verre weg van mijn vader, verre weg van verwan ten en vrienden; ik kom uit liefde voor vrije wetenschap en zelfstan dige studie." (pag. 48) Hij zou er doceren naast Drucker en Oppenheim, en schreef er zijn be kendste wetenschappelijke werk: „Leerboek der Financiën" (1887). In 1882 hield liij het openingscollege „Volk en Staat", met aan het einde ervan de woorden: „HO, die het volmaakte zoekt, zal nimmer bevrediging vinden. Naar het betere te streven echter is schoon, en het recht te dienen is den mensch waardig, ook al blijft het waarlijk goede en het volmaakt rechtvaardige voor eeuwig verbor gen." (pag. 40) Men proeft den scepticus! In 1891 ging hii naar Amsterdam, en inaugureerde aldaar op' 1 Juni met de rede „De Staathuishoudkunde als Sociale Wetenschap". Nogmaals on derstreept hij de betrekkelijkheid der wetenschap, als hij opmerkt: „Wij zijn als kinderen, schelpen zoekende aan het strand, der zee en ons blijde eureka gaat ver loren in het gedruisch der klotsen de golven, steeds nieuwe overblijf selen aandragend vanhet eindelooze leven verborgen in hun schoot." (pag. 43) "Maar ook weerklinkt er een late na galm uit een gelukkig studentenleven, wanneer hij zijn leerlingen wijst op hun voorrechten en plichten: „Allerminst in de wetenschap der samenleving moogt gij van den hoogleeraar verwachten dat hij on derwijst. De universiteit is de plaats waar gij u zelf moet leeren; die dat niet inziet is nog geen student. Doch, hoe gij u zelf moet leeren is een kunst, en in die kunst hoop ik u voor te gaan. Niet wat gij weet is het voornaamste, maar hoe gij het weet. Want de kennis is als een klein renteloos kapitaal, maar het groote menschenleven is als eene eeuwige stroomende bron. Die student is, is vrijgelatene in den geest. Hij is de ijverige cliënt van waarheid en recht. In dezen dienst is geen nummerverwisseling of plaatsvervanging, want het is een dienst van louter vrijwilligers. En in dezen dienst is ook geen ver lof en het paspoort geeft alleen de dood. Die eenmaal werkelijk student was blijft het voor altijd. De poor ten der academie sluiten zich achter hem, het leven ruischt hem voorbij, zijn voet treedt weldra de ritselen de bladeren van den herfst, en de sneeuw van den winter dekt zijn kruin. Doch hij blijft student met de vrijheid in het hart en met zijn trotsche wapenspreuk op de lippen Ik dien", (pag. 45) Maar zijn professoraat zou ditmaal slechts kort duren. De minister van Justitie uit het Kabinet RÖell, Mr. W. van der Kaay, verbond hem op 1 Mei 1896 als Raad-Adviseur aan het De partement van Justitie. De functie was speciaal voor Cort van der Lin den gecreëerd, al betekende de aan vaarding ervan een geldelijk offer. PRACTISCHE POLITIEK Toen een jaar later, op 13 Juli. Mr. N. G. Pierson (1839—1909) van Konin gin-Regentes Emma de Kabinetsforma tie kreeg opgedragen, vroeg deze Cort van der Linden als Minister van Jus titie op te treden, en hij aanvaardde. Op 27 juli 1897 werd hij „in rok en witte das" beëdigd op Paleis Het Loo, tesamen met Goeman Borgesius, De Beaufort, Pierson, Cremer, Jansen en Lely. Hij liad als minister deel aan de tot stand koming der Kinderwetten, de Wet op het Arbeidscontract, de On gevallenwet en de Woningwet. Tegen het einde van zijn minister schap vonden geheel achter de scher men, de Juridische voorbereidingen plaats van het huwelijk van de jonge Koningin Wilhelmina, die ook onder dit Kabinet was ingehuldigd. Wij zijn achteraf geneigd in deze werkzaamheden formaliteiten te zien. maar dat was in die dagen niet zo. Prins Hendrik was lid van een rege rend Vorstengeslacht in Mecklenburg, en zijn kinderen zouden tot regeren kunnen worden geroepen in Duitsland. Daarbij was de functie van Prins-ge maal in Nederland (anders dan in En geland» onbekend, en dus moesten er met de Nassau's in Luxemburg en de Mecklenburgs in Duitsland besprekin gen worden gevoerd over de diverse familieverdragen. En, wat in die da gen ook niet zo eenvoudig was, het in komen van de Prins-gemaal moest worden vastgesteld, en het zag er aan vankelijk niet naar uit dat de Staten- Generaal van plan waren veel geld aan het jaargeld van de :ueuwe Prins gemaal te besteden! Alles werd echter tot grote tevre denheid van de jonge Koningin gere geld. en de dag voor haar huwelijk werd Cort van der Linden benoemd tot Commandeur in de orde van de Nederlandse Leeuw. Op 7 Februari 1901 sloot Cort van der Linden, als ambtenaar van de Burgerlijke Stand, het huwelijk der Koningin, en sprak daarbij de woorden: „Van Uw wiegje af heeft het Nederlandsche Volk zijn lieve Koningskind, zien opgroeien onder de hoede van Uwe geëerbiedig de en beminde Moeder." Op 1 Augustus 1901 trad het Kabi net Kuyper op. en scheen een einde te zijn gekomen aan de openbare po litieke loopbaan. Op 14 October 1902 verzocht Minister Kuyper aan Cort van der Linden hem te mogen voordragen als lid van de Raad van State, en reeds op 30 October werd hij door de Koningin als zodanig beëdigd. Onder Minister Heemskerk zou hij, op 1 April 1908. benoemd worden tot lid van de Afdeling voor geschillen van Bestuur. RAAD VAN STATE Het lidmaatschap a de Raad van State onttrekt vrijwel iemands loop baan aan de openbaarheid, en toch zijn er twee zaken die in deze eerste periode van lidmaatschap (19021913) afgezien van Cort van der Lindens ad ministratieve arbeid op hoog niveau, ■onze aandacht vragen. In 1907 vonniste de Eerste Kamer het beleid van de Minister van Oorlog H. P. Staal, en stelde het Kabinet De Meester zijn portefeuilles ter beschik king. Er vond een Kabinetscrisis plaats, die wel eens te zeer veron achtzaamd is, juist als voorspel op de crisis die een klein jaar later zou lei den tot het optreden van het Kabinet Heemskerk. De Koningin riep in Maart 1907 Cort van der Linden tot de Kabinetsforma tie, temeer daar noch rechts noch links gaarne bereid bleken de gouver nementele verantwoordelijkheid te aanvaarden. In 1886 had Cort van der Linden zijn studie „Richting en Beleid der Libera le Partij" aangevangen met de woor den „De innerlijke kracht der liberale partij is sedert eenlge jaren niet meer zoo groot als zij geweest is." (Pag V.) Die woorden vormden niet slechts een boeiende aanvang, ze vertolkten de concrete overtuiging van Cort van der Linden, reeds in dié dagen! Het valt op hoezeer Cort van der Linden zich bij deze formatie loshield van de liberale richting als partij, en dat hij Hare Majesteit het liefst adviseerde op strikt staatsrechtelijk niveau, los van de bestaande partijtwisten! Reeds in die dagen bezat hij het vertrouwen van Lobman, die óók los was komen te staan van het door Kuyper bestuur de partijfront. Het einde was dat het Kabinet De Meester aanbleef, maar Cort van der Linden had zich in die dagen doen kennen als iemand die achter en liefst over de partijen heen het landsbelang zocht. Een tweede punt van belang was dat hij nogmaals aan de arbeid toog voor de dynastieke belangen van het Ko ningshuis. De Koningin wenste, met het oog op de naderende geboorte van Prinses Juliana, het familieverdrag met de Mecklenburgs te veranderen, en ook moest een eventueel regent schap geregeld worden. Cort van der Linden trad in die dagen op als ge volmachtigde van de Koningin, toen hij begin 1909 met Prins Hendrik naar Duitsland reisde om de familiever dragen vast te stellen. Op 14 April 1909 schonk de Koningin hem het Grootkruis in de Huisorde van Oran je Nassau. KABINETSFORMATIE 1913 Dan komt in 1913 één dier onoplos bare Kabinetsformaties, die altijd de bestudering waard blijven. De bekende Dr. D. Bos (1862—1916) kreeg opdracht tot Kabinetsformatie, en nodigde ook drie Socialisten uit in het nieuwe Ka binet zitting te nemen. De socialisti sche leiders waren bereid, maar het socialistische partijcongres wees de uitnodiging finaal af, en daarmee nam het Congres een beslissing voor meer dan een kwart eeuw! Men vraagt zich wel eens af, wat zou de historie te zien hebben gegeven als de Socialisten niet eerst in 1939 maar reeds ln 1913 als gouvernementele partij waren opge treden?? Als alles spaak loopt roept de Konin gin opnieuw Cort van der Linden, en men wist dat hij niét als partijman, maar strikt staatsrechtelijk wenste te formeren en te regeren. Betrekkelijk snel vormt hij zijn Kabinet, met man nen als Loudon, Ort, Rambonnet, Bos boom, Pleyte, Treub en opnieuw Lely. Rondom dit Kabinet zijn vele legen des ontstaan: de volksgunst verheft het nog vandaag als het voorbeeldige ka binet; anderen, meer op de hoogte met de stand van zaken intern, me moreren de innerlijke zwakte en ver deeldheid ervan. In 1952 schreef Gerretson: „Het Kabinet-Cort van der Linden is dan ook ondergegaan in wat niet verre was van een chaos." Dit wat het einde aangaat, maar De Vries, in zijn afscheidsrede, door breekt de mythe inzake de aanvang van het Kabinet: ,.Er was bij de groe pen van links geen vertrouwen maar argwaan. Men moet dat mede gemaakt hebben. Er was enig presoonlijk ver trouwen bij Lohman. bij Nolens, bij Troelstra (pag. 12) En hij wijst er op dat Cort van der Linden in die da gen noch algemeen bekend noch po- Iets van de aanvangszwakheld van het Kabinet vinden we terug in een schrijven van de met verlof zijnde la tere Minister van Koloniën 8. de Graaff, die op 26 Juli 1914 aan Gou- 600.000 en nu 700.000. Gaat het zo voort, dan mogen we tegen 1 januari 1962 de miljoenste toe stelbezitter tegemoet zien. Helemaal zeker van een zo geregelde aanwas kunnen we echter niet zijn, want het is al eerder gebleken dat be paalde evenementen plotseling een stij ging in de verkoop van ontvangappara ten te zien geeft. Zulke evenementen kunnen ln de naaste en in de wellicht verre toe komst zijn: de uitzendingen van de Olympische Spelen, het toenemen van de zendtijd op 1 oktober a.s. tot 18 uur per week waarbij naar alle waarschijnlijkheid de televisieloze maandagavond zal vervallen en «maar dan voor die verre toekomst!) de geschaft. In de maand juni steeg het totale aantal van 2.638.756 tot 2.643.146. De aansluitingen op de draadomroep verminderden echter hoe langer hoe meer: in juni liep het aantal van 485.262 terug tot 484 533 vanavond In de reeks concerten „Populaire klassieken" van de KRO kunt u tussen 730 en 8.20 uur luisteren naar het Suisse-Romande-orkest dat onder leiding van Ernest An- sermet werken van Weber. Tsjai- kowski en Bartók speelt. Om half negen begint de reizende quiz „Vakantietoeslag" en om 9.10 uur het eerste deel van het hoorspel in twee afleveringen .Een mens kan bang zijn voor huizen", ge schreven door Rolf Petersen. In het VARA-programma is de violist Paul Godwin solist bij het Metropole-orkest.dat tussen 8.05 en 840 uur onder leiding van Dolf van de Linden romantische muziek speelt. Daarna draagt Ton- ny Huurdeman voor uit „Wouter tje Pieterse" van Multatuli en daarna is er, afgewisseld door po litiek commentaar, sportrubriek en nieuwe ontspanningsmuziek. verneur-Generaal Idenburg schrijft: „Daarbij komt nog een weinig bemoe digende politieke constellatie. Minis ters, die voornamelijk spreken over hetgeen zij doen zullen na hun aftre ding, maar niet over hetgeen zij in hunne functie presteren zullen, geven niet den indruk, dat zij zich als blij vers in hun ambt beschouwen." OORLOG Maar zelden is een moeilijke- poli tieke situatie zózeer doorbroken door wat men zou kunen noemen de altijd onbekende factor in de politiek: op 1 augustus 1914 breekt de Eerste We reldoorlog uit! Cort van der Linden had als hoog staatsman en scherpzinnig jurist uit nemende eigenschappen om leiding te geven, en de gevoelens des volks te vertolken. Hij deed het in de Tweede Kamer op 3 Augustus met de bekende woorden: „Wij zijn gereed en besloten onze onzijdigheid, en, moet het, ons volksbestaan te handhaven met al on ze krachten. Ons voegend naar Gods wil wachten wij vastberaden en koel bloedig af wat de toekomst brengt". Een heel grondig onderzoek zal no dig zijn om na te gaan welke de con crete prestaties zijn geweest van het Kabinet, zo dit onderzoek, steunend op archieven, ooit mogelijk zal zijn! Cort van der Linden werd de grote verdediger van de nentrallteltspoli- tlek, gedurende die Jaren evenzo de hoogste wijsheid die ons redde, als het gedurende de volgende oorlogsperiode de grootste misrekening zou blijken te zijn. Op 26 Januari formuleerde hij deze politiek met aller instemming in het Parlement met de woorden: „Maar er is ook een hoogere neutraliteit, en dat is de vaste wil om ona zelf te zijn; de vaste wil om die hoogere goederen van vrijheid en van verdraagzaam heid, die ons volk ln een historie vol van strijden en lijden tot haar eigen goed heeft gemaakt, te handhaven en te behoeden tegenover iedereen." Koningin Wilhelmina, in Haar mé moires niet rijk aan lof voor de staats lieden die Haar gediend hebben, schrijft over deze periode: „Regeren, de juis te maatregelen treffen dat wa« vóór alles nodig en dit geschiedde dan ook, dank zij het verstandige en vooruit ziende beleid van het kabinet Cort van der Linden." (pag. 154). Terecht «prak Colijn bij Cort van der Lindens uit vaart- „De band met het Vorstenhuis was van zeer bijzonderen aard En niét minder in de moeilijke oorlogsjaren is er tussen H.M. de Koningin en Haar Eerste Dienaar een verhouding, een samenwerking geweest, als in de geschiedenis van ons land maar zelden wordt aan getroffen. Het is bekend dat Hare Majesteit met grote genegenheid aan deze samenwerking terug denkt". Maar er is meer! Dat Cort van der Linden in die ja ren tevens bereid is geweest de kies- wetkwestie, de onder wij skwestie en de nieuwe Staatsregeling voor Indie te ontwerpen, bewijst dat hij een dubbele taak kon volbrengen! Men kan over zijn wetgeving oordelen hoe men wil, en zowel de liberalen als de anti-re volutionairen hebben er zware critiek op gehad maar men moet zijn vaste wil prijzen, om al deze programma punten ondanks de oorlog door te zet ten. Wat daarbij opvalt is de poging tot strikte onpartijdigheid van beleid, zijh gematigdheid jegens tegenstanders en zijn uiterste poging alle groepen te ge ven waar ze recht op hadden: met Nolens regelde hij het gezantschap bij het Vaticaan, met Kuyper dat Iden burg kon aanblijven als Gouverneur- Generaal. met Lohman en Bos de On derwijskwestie. Cort van der Linden ging in op een suggestie van Dr. Bos, bij de Kabi netsformatie aan de Koningin gedaan, door Lohman nog eens onderstreept: finitief te regelen. Wat Idenburg betrof, op 9 Septem ber 1913, nog geen twee weken na het optreden van Oort van der Linden, kon Kuyper aan Idenburg schrijven: Commentaar Goede rubriek e rubriek „Attentie" van de NCRV blijft (behoudens een enkele ver geeflijke inzinking) toch maar een van de beste televisieprogramma s welke wij op gezette tijden krijgen 16 Kees van Langeraad, die de pre sentatie gisteravond waarnam voor Peter van Cam pen die van z\jn va kantie geniet, maakte er opnieuw een boeiend geheel van. De onderwerpen waren goed ge varieerd: eerst kregen we kersverse filmopnamen uit de Kongo, waar Alfred van Sprang vraaggesprekjes had met een Belg en een Nederlander en daarna kwam de reizende journa liste Mary Pos, die op het punt staat voor een aantal maanden naar Ame rika te gaan, op het scherm. Zij ver telde aan Dick van Bommel van haar HUversum x 402 ervaringen in het verleden en haar pogtduivenber; 8.it plannen voor de toekomst De echtgenote van dè in 194» over kennleuws. 10 40 Gram. 10 55 Cat leden predikant Peter Marshal, die tn u 30 llchte muz avro. 12.00 Gram: Amerika zeer belangrijk werk heeft sporuptegei: 12.3s gedaan, kwam voorts vertellen over s.o.s.-ber, 13.07 d< de verfilming van het boek dat zij over haar man schreef „Morgen zie ik je weer" en tenslotte kregen we interessante informaties over het recreatieprobleem in Nederland met zijn overbevolkte westen. Voldoende illustraties met foto en film onderbraken de gesprekken zo werd het geheel een aantrekkelyk programma. r nn/-, NCRV: 9.30 Nw» Later zagen we nog een BEL-fum ikoR: 10.00 Europese Jongerenconferentle ouer het hervormingswerk van de in Lausanne;10 IS Ned Herv kerkd; 11.30 Italiaan Dolci op Sicilië en zijn eerste vr.aenbe.ntu11 45 De kerk in ae spie aanpak van de werkloosheidsbestrij ding, een bijdrage temeer tot het be langstelling opwekken voor de wan toestanden welke in sommige lanaen ter wereld nog heersen. Deze film werd ingeleid door de presidente van het Nederlandse Dolci-comite dat dit werk steunt. ierkoor: 15.55 Lichte ie. VARA: 17.00 Grair Nws, sportultsl en voor morgen and ln de wereld. 1; 14.00 Boekbespr; 14.20 i:. '-•li Filmpra Sport- 17.30 V d Jeugd- iportjourn. VPRO: Doopsgêz kerkdienst. IKOR: 19.0- jeugd; 19.30 De Open Dei j. AVRO: 21.00 Voordr; 21 45 Journ; 22.00 Lich- „Thans alleen over Uw positie. Gisteren was ik bij Cort van der Linden, bij wie ik tafelen ging, de gespannen positie weer wat Het afscheidswoord van Cort van er wai der Linden in de Raad luidde: „Als vriendschappelijk te maken. Dan :nu ™oet heengaan, ®™dat S,®Y®®S gaat 't publiek debat veel beter, loop mij nu Zoo bij mijn neus weg, zei ik toen: De Koningin eerde hem de dag daarop met een telegram, luidende: „Waar gisteren uw afscheid heeft plaats gehad in de Raad van State, is het mij een behoefte uiting te geven aan myn groot leedwezen, dat U heeft gemeend zich uit den Raad te moeten terugtrekken en dat het College voortaan Uw hoog gewaardeerde adviezen zal moeten missen. Ik voeg er den wensch aan toe, dat U nog vele jaren voor U en de Uwen in ongestoorde gezondheid gespaard zult mogen blijven. Mijn gedachten gaan in dankbare her innering terug naar de jaren, waar in ik met U mocht samenwerken om het Vaderland voor de rampen van den oorlog te behoeden". „Van een terugroepen van Idenburg is natuurlijk geen sprake". Waarop hij antwoordde: „Vanzelf niet, dat is met Pleyte afgesproken". Dut doel is dus bereikt, en Ge kunt U ferm houden. Geen zweem van bui ging is nodig". 26 januari 1915. toen hij zijn vroege re Groningse academieleerling Troel stra openlijk de concrete vraag stelde: „of het verantwoord is om de Regee ring uw vertrouwen te ontzeggen, want van het vertrouwen van de Kamer hangt ten «lotte af het gezag van de Regeering en in de omstandigheden waarin wij nu leven hangt van het ge zag van de Regeering voor een groot deel af het welzijn van het land." Het was na deze, ook door Troelstra als „indrukwekkend" gekwalificeerde rede. dat de Koningin Cort van der Linden op 28 Januari 1915 plots be- Maar zijn dagen waren geteld: op noemde tot Minister van Staat. 15 Juli 1935 «tierf de door iedereen Evenmin mag echter onvermeld gerespecteerde staatsman, blijven wat hij Lohman op 9 Decem ber 1915 antwoordde, op diens inter- Woensdag 17 Juli werd hij in de ruptie „Links heeft het op zijn pro- Tweede Kamer door de President gram gesteld": „Ik vraag niet wat Ruys de Beerenbrouck herdacht, die link« denkt, maar wat Ik zelf denk. zijn toespraak eindigde met de woor- mijnheer Lohman". Ik geloof niet dat den: „God zij geloofd voor wat Hij énige politieke uitspraak van Cort ons in den ontslapene gegeven heeft." van der Linden karakteristieker is dan Op de begrafenis getuigde Colijn: déze! „Hij heeft op een waardige wijze de Zo was hij de laatste grote liberale wereld getoond, een opvolger van Hu- staatsman in onze politiek, al trad hij go de Groot te zijn." Loudon, Minis- niet op als liberaal partijman! ter van Buitenlandse Zaken in het Oor logskabinet sprak namens de oude col- EINDF lega's: „Onovertrefbaar was zijn voor- klllL/L zitterschap van de Ministerraad. Hoe dikwijls gebeurde het niet, dat de ove- Vrijwel direct na zijn aftreden werd r'®e m'r"8ter8zeiden: .-Wat is hij hij opnieuw benoemd tot lid van de weer mee8terll)k geweest. ?ia™a,£ l!t!ft.^aaf hil/taeds 1e! En In de Eerste Kamer lierdacht oor van de Raad had, al volgde men met Presldent De Voe van Steen wijk met Jot„LS,.October n,me de bü,ne»],„d,e vrede die Cort lïï an de m,dS1"8 vS°r "er Linden gedurende aijn be. K t ?p 19 December w|„d!iare„ m(é „rooriaikt had: 1 i »va5 .w -.Zi!" vérziende blik en zijn recht- 1? Raad, in tegen- vaardigheidegevoel hadden hem ertoe vlÜfï?!?.? „Ia2. P„nn;C5 .Jul'ana „,I!.e gebracht het nationale leven ten heil. ai t if van pacificatie, verzoening te bevorderen land sprak hem toe met de voorden: dp gebied, waar nog voortdurend „De wijsgerige grondslag, de strijd heerschte. Wel is aan hem be- veelomvattende wetenschappelijke waarheid Jobs uitspraak: „In de ou- structuur en de even sobere als den '8 de wijsheid, en in de langheid sierlijke vorm. welke de door u op- Jarenlan« gestelde adviezen kenmerken, wekvmre""r - cumenlsche Jonge ren Conferentie. KRO: 12.15 Gram: 12.30 Strijkork; 12 55 Act: 13.00 Nws; 13.05 De 8.10 Sport; Convent ven Kerken: 17.00 Gere formeerde kerkd. NCRV. 18.30 Koorzang; 19 00 Nws De gelijkt 19.45 Nws io.4B 'u zing: 20.55 Gram; 21.35 Voordr; 21.55 Gri 22.25 Boekbespr; 22. gebed; 22.55 Gram; L Televisieprogramma's. RKK: 11 00 Plech tige hoogmis. KRO: 20 00 Anno 1931. 20 25 Filmprogr; 21.15 Amsterdams Kunstmaand- ork en solist; 21.50 Epiloog; AVRO. KRO. VARA en VPRO: 22.00 Sportact. :n; 19.05 19.30 20.00 Reportage; 20.10 Gram; de partij?. Jr; 21.55 .s: 22.40 3 55—24.00 Nw VOOR MAANDAG ).40 Waterst). VPRO: VARA: 10.20 Gram; 1.34 10.00 Morgenwijding. 11.00 Voordr; 11.20 al: 11.50 Internatio- lar. lezing; nale voorsteden 12.00 Orgelspel tulnb meded; 12.33 Voor het platteland, le zing; 12.38 Gram; 13 00 Nws; 13.15 Voor de middenstand; 13 20 Lichte muz; 13.45 ReU- verh; 14.00 Kamermuz; 14 25 Gevar muz; 15.45 Hammondorgelspel; 16 00 V d oudere luisteraars; 17.00 Oude liedjes: 17.15 Ver sierde vakantietips; 18 00 Nws en comm: 18.20 Lichte muz; 18.50 Act; 19 00 Pari overz; 19.15 Regeringsuitz: De Stichting bevordering bescherming bevolking vraagt de aandacht van de Nederl noodwacht. Tom Lodewljk. hoofd afdeling publiciteit, spreekt over: De onzichtbare B.B.; 19.30 Gram; 20 00 Nws; 20.05 Lichte muz; 20 35 Klankb; 2100 Holland Festival I960: Con- certgeb ork. toonkunstkoor en sol; 22.30 Nws; 22.40 Gevar muz; 23.03 Gram; 23.55— R 298 m. NCRV; 7.00 Nw 7.13 Idem; 7.30 Een wool lag; 7.40 Gewijde Radiokrant: 8.35 Gram; 8,00 1 ken; 9.30 Gram; 9. Nws; 13.15 Lichte 17.00 V d kleu- 1 Radloki 1.00 Klankb vergaarde kennis, rijke ervaring be- 1 de- 2» Voor boer'"ën tuli ka?^"^en tuü1b meded; 12.33 Musette-. 12.33 Gra— ééT" 13.45 Gre var progi denking; 18 30 Kamei ters; 17.15 Gram; 17.30 Idem; 17.40 Beurs- bf.r; Vakantie op de eilanden Blak en Soepiort, dortr J F van Bruggen; 18.00 Orgelconc; 18 30 Koorzang- ür 19.10 Lichte muz; ïram; 20.30 In de 21.30 Holland Festival I960*: 2ka- ,£>°r en soliste; 22.00 Parlemen- im; 22 15 Gram; 22.30 Nws en Gr,m: 22 45 Avondover- 23.00 Gram; 23.30 Idem; 23.55— 10/oOOI£U,cni,r08r',mm8 draadom- 1 18—30 uur. I. Wolfgang Amadeua 1- Symphonie nr. 33 in bes gr. t. as. "K a^ïsbuT t' °r£H e,t "r .1? ï,,1*' 'r, 1 Kv «0- Alle- érda«e'. AU;«r0- ïngrld Haebler. pi- Symphonic Orkest. Wenen Helnrlch Hoiireiser II. Guatav Mah- 1 Lleder eines fahrenden Geselien. nn mein Schatz Hochzeit macht. Gtng It morgen übers reld. Ich hatt' ein glühend Messer. Die zwel blauen Augen 01etrlch_Flscher-Dlesksu. bariton Philhar- Wilhelm Furtwingler. •- d gr t. („Titan") egt, Reier- irmucn oewegt- Phil- 1 Wenen o.l.v. Rafael

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1960 | | pagina 7