Blad
Ouètf/e niet langer
0pen
Nederland eet:
Tonnen
en duizenden croqueijes per dag
ZATERDAG 25 JUNI 1960
^«Restverwerking» gaai niet altijd opQ
Zo happen dagelijks duizenden n
Als uw dochter in het
buitenland wil gaan werken
TJEEL wat meisjesdie zodra
ze even moeten helpen met
afwassen een lang gezicht trek
ken, bedden opmaken maar zo
zo vinden en koken iets, „waar
.je beter zo ver mogelijk vandaan
kunt blijven", blijken na het be
halen van hun einddiploma in
eens bijzonder geïnteresseerd in
deze gewone huis-tuin-en-
keuken-zaken. Of ze nu de mid
delbare school hebben doorlo
pen, het u.l.o.-diploma in de zak
hebben, of een of andere nijver
heidsschool met het begeerde
papiertje kunnen verlaten, die
plotselinge belangstelling komt
ineens bij heel wat van die
meisjes naar boven. Waarom?
Niet om moeder nu eens te gaan
helpen Alleen, omdat ze zo
graag naar het buitenland wil
len. En omdat het huishouden
dan vaak als enige mogelijkheid
overblijff, neemt men deze „bij
komstigheid" met alle plezier
voor lief. Hoe die buitenlandse
familie op de capaciteiten van
hun nieuwe, huishoudelijke
kracht zullen reageren, zullen
we maar in het midden laten.
Het gaat ons meer om de vraag:
„Waarheen en vooral naar wie
moet die uitvliegende dochter
Ik leer breien
Ofschoon het breien van vesten,
truien en jumpers de laatste ja
ren ln ons land (en ook daarbui
ten) vrij sterk Is afgenomen, om
dat men In de winkels dergelijke
kledingstukken te kust en te keur
kan kopen, blijft deze vorm van
handwerken voor velen zeker at
tractief. Handwerken, dus ook
breien, kan ln deze haastige en
gejachte tijd rustgevend zijn en
als men zich niet de tijd gunt (of
kan gunnen) om met geduld de
breinaalden te laten tikken, dan
zijn daar altijd nog die verschil
lende typen breimachines.
- de aandacht aanbeveelt, heeft
daarbij ook de breiwol niet willen
vergeten. Vandaar, dat het de
jeugd al vroeg het breien wil bij
brengen, want jong geleerd blijft
nog altijd oud gedaan. Elk meis
je, dat dus graag wil leren
breien, kan het thans door mid
del van een aantal aardige en
handige boekjes doen.
,,Ik leer breien" heet deze uit
drie delen bestaande serie, waar
van nu het laatste deeltje ver
schenen is. Voor het brei-onder-
wijs op de lagere scholen zijn de
ze boekjes geschikt, terwijl ze te
vens alle breistertjes in spe bui
ten schooltijd wegwijs maken.
Naast alle mogelijke fantasiepa
troontjes en dito steken, komt
men er ook voorbeelden in tegen
van o.m. wanten, pantosokken,
kniekousen enz. Dit leerboekje is
geschreven door mejuffrouw A.
H. Beyset, consulente voor het
handwerkonderwijs bij de ge
meente Rotterdam, en uitgevoerd
in kleurendruk.
Dit ,,de grenzen over gaan",
kan zeker zijn goede kanten heb
ben, daarover zullen velen het wel
eens zijn. Maar datzelfde buiten
land is voor tal van moeders
maar een riskante zaak, want al
heeft zij nog zo'n moderne paeda-
gogische instelling, diep in haar
hart zal zij zich meestal toch wel
wat zorgen maken over haar doch
ter. En met name geldt dit het
probleem „Waar komt m'n doch
ter terecht".
Een betrouwbare schakel tus
sen de ouders en het meisje ener
zijds en het buitenlandse adres
aan de andere kant is ongetwij
feld te vinden in het M.A.I.-werk.
Deze Maatschappelijke Advies- en
Inlichtingen bureaux rekenen de
ze bemiddeling tot een belangrijke
afdeling van hun werkterrein.
Men vindt de bureaux o.m. op de
centrale stations in Rotterdam,
Amsterdam en Utrecht, terwijl
in andere plaatsen het bureau el
ders gevestigd is. Men zorgt hier
voor plaatsing in het buitenland
bij goed geïnformeerde adressen
én tevens weet men heel wat te
vertellen over de aldaar heersen
de arbeidsvoorwaarden en gewoon
ten. Heeft men zelf, b.v. via een
advertentie, al een werkkring in
het buitenland gevonden, dan kan
men via het M.A.I.-bureau infor
maties over de toekomstige werk
gevers inwinnen. Zo'n controle kan
vanzelfsprekend nooit kwaad. Dit
geldt zowel voor een werkkring
in een huisgezin, als b.v. een
baantje in een hotelbedrijf.
Wie alleen maar een zogenaam
de werkvakantie in het buiten
land wil doorbrengen kan er ho
ren hoe het toegaat in zo'n zo
merkamp van de stichting inter
nationale werkkampen.
Voordat het jonge meisje dus de
koffers pakt, kan men zich thuis
geruststellen als men eerst met
het M.A.I.-bureau contact op
neemt, hetzij schriftelijk of per
soonlijk. Een algehele waarborg
zal men er vanzelfsprekend niet
kunnen geven, het meisje zelf
neemt ook haar „karakter" mee;
wél zal men zijn dochter wat de
vraag „waar komt ze nu terecht
betreft, zonder overdreven be
zorgdheid kunnen laten vertrek-
VLOT ZOMERJURKJE
Een zomerjurkje als dit, kan onze
garderobe altijd nog wel aanvullen. De
aangeknipte mouwen en het ruim-
vallende rokje, dat door de losvallende
plooien leuk uitwaaiert, geven dit japon-
netje het bijzondere cachet. De hals heeft
een flatteuze uitsnijding en een attrac-
tieve plooivalling.
Voor deze japon heeft men ongeveer
3,75 meter stof van 90 centimeter breedte
nodig voor de maten 42, 44, 46 (maat 48
op bestelling).
Onder vermelding van nummer 319
is het patroon verkrijgbaar aan onze
bureaus voor f 0,50 per stuk. De patronen
kunnen ook per post worden toegezon
den. De prijs wordt dan 0,60. Dit
bedrag gelieve u in postzegels te plakken
op de briefkaart, waarop u uw bestelling
doet. Plak deze zegels naast de gewone
frankeerzegel.
Wilt u uw bestelling voor 2 juli a.s.
doen? Na die datum kunnen geen
opdrachten meer worden aanvaard.
,,Mét mayonnaise....?"
Of, „gebruikt u er wat mos
terd bij Patates-
frites al of niet met zo'n
roomgele lik er op, een war
me croquet, extra pittig door
dat tikkeltje mosterd
zou er nog iemand in Neder
land wonen, die nooit eens
zo'n zakje frites heeft gege
ten? En wie weet niet wat
een croquetje is? Ze zijn niet
meer weg te denken, die
warme hapjes, in steden en
dorpen voor een enkel kwart
je te koop. Tonnen en nog
eens tonnen van die gebak
ken aardappelstaafjes wor
den in ons land geconsu
meerd, honderd-duizenden
croquetjes, loempia's, nier
broodjes, gehaktballen en
noem maar op zijn de op-
kikkertjes, als men trek
heeft in wat hartigs.
Het is eigenlijk niet bij bena
dering te schatten, hoeveel hier
van bijvoorbeeld dagelijks ver
dwijnt in de hongerige magen
van de jeugd, welke zich na
school- of werktijd verzamelt in
de niet zelden van eeft blinken
de jukebox voorziene frites
kraam. Hoeveel kamerbewoon
sters- en bewoners die frites met
croquetten zien als een (zij het
verre van ideale) oplossing voor
het kookprobleem. En hoeveel
anderen als ze zo'n kraam of
automatiek voorbijlopen de ver
leiding niet kunnen weerstaan om
„even wat te nemen..." Vooral
de laatste jaren schijnen de ge
legenheden, waar je dit allemaal
kunt kopen, als paddestoelen uit
de grond te schieten en er wordt
meer geld aan al die „snacks"
uitgegeven, dan velen zich wel
realiseren.
Cijfers.
Daaraan moet je ongetwijfeld
denken, als je eens een bedrijfje
bezoekt, dat zich speciaal toelegt
op het maken van al die eetba
re zaken. We vonden het in het
centrum van ons land, maar on
getwijfeld zullen er nog meer
zijn. Als men bedenkt, dat alleen
hier al... vier-en-zestig-duizend
croquetten en... twee ton patates-
frites per dag zo de cijfers zijn,
kun je je enigszins voorstellen
hoe groot de omzet in deze bran
che eigenlijk wel is.
't Zijn cijfers, welke vooral in
druk maken op de huisvrouwen,
die hoogstens een enkele keer per
week een bescheiden korfje frites
bakt en zich misschien tweemaal
per jaar (met wisselend succes!)
waagt aan het maken van cro
quetjes. En hoe gaat dat dan
meestal: je hebt wat vlees over,
nog een ander restje, ook nog
paneermeel in huis en dan., pro
beren maar. Je kunt er eigenlijk
zoveel in stoppen.. Dat zullen die
„croquetjes-fabrikanten" dan ook
wel doen, is menigmaal de reactie
van de Hollandse huisvrouw op
al dit soort eetbare waar, waarin
haar kinderen zo gretig de tan
den zetten. Menigmaal denkt ze
daarbij aan kleine, slordige fa-
brieksruimten, waar al deze
hapjes haastig „met de hand" en
niet op de meest hygiënische ma
nier worden gemaakt, zonder dat
met de elementaire voorschriften
van warenwet en keuringsdienst
rekening wordt gehouden.
Wachtwoorden
Natuurlijk: zulke bedrijfjes be
staan er waarschijnlijk óók in ons
land: de fabriek evenwel, waar
wij eens een kijkje namen be
hoort echter in deze categorie
niet thuis. Hygiëne en steriliteit
bleken hier een soort wachtwoor
den en je staat er van te kijken
hoe de bereiding van al die
„snacks" gebeurt.
In de eerste plaats blijkt het
croquetje uit een op een derge
lijke leest geschoeid bedrijf be
paald geen „restverwerkingspro-
dukt". Van gewoon rundvlees
wordt eerst in een groot apparaat
per dag een hoeveelheid van vijf
honderd liter bouillon getrokken.
Men stelt er zelfs prijs op als be
zoekers even een kijkje gaan ne
men in de koelcellen, waarin
het vlees hangt, omdat men dan
zelf de kwaliteit ervan kan zien.
Als in die reuzen-soeppot een
„autoclave", zoals de insiders
zeggen de bouillon goed is ge
trokken. waarbij gebruik wordt
gemaakt van het hogedruksys-
teem, vloeit het vocht via een
buisleiding in een tweede auto
clave, die bovendien nog een
meng-apparaat aan boord heeft.
In deze tweede ketel bevinden
zich de overige ingrediënten, zoals
het meel, de boter en de kruiden.
De juiste samenstelling ervan
wordt je niet verteld, dat is het
geheim van de fabriek. Maar
goed: deze geheime samenstelling
wordt dus machinaal gemengd
en tegelijk gaargemaakt. Dan
komt het vormen van de croquet
ten. Niet moeizaam, zoals thuis
met twee lepels, waaraan alles
blijft kleven, maar machinaal.
Twee ijverige meisjes bedienen
deze zogenaamde stopmachine,
die afgepaste hoeveelheden ra
gout op de lopende band doet be
landen, waarop ze worden gemo
delleerd en gepaneerd.
Bacterie-vrij
Vervolgens gaan de croquetten-
in-wording een nacht de koelcel
in: de koelcellen, die de trots
van het bedrijf uitmaken. Er zijn
namelijk bacteriedodende lampen
in aangebracht en het croquetje
is na die koude nacht gegaran
deerd bacterievrij, wat de houd
baarheid vanzelfsprekend ten goe
de komt. De volgende dag wordt
het bacterievrij en wel in grote
bakken eiwit gedompeld en op
nieuw gepaneerd. Het croquetje
is dan gereed om in nette houten
kistjes te worden verzonden.
gië en Duitsland behoren ook tot
de afnemers) ontvangen dage
lijks deze uit de centrum-provin
cie komende kistjes mét Inhoud.
En als dan hopelijk die snack-
bedrijven ook hygiëne tot een
van hun belangrijkste verkoopar
gumenten hebben gemaakt, kan
hij of zij, die in zo'n knapperig
croquetje hapt ervan verzekerd
zijn een met zorg bereid produkt
te hebben gekocht.
Weken goed
Het zijn trouwens niet alleen de
croquetten. die in de veelbezon-
gen koelcellen op rijen staan. Ze
worden afgewisseld door bitter
ballen, loempia's waarvan het
vlinderlichte flensje hier gebak
ken wordt in speciale, bijna rand-
loze koekepannen door ge
haktballen en „fricadellen". Dan
zijn er nog die twee ton patates
frites per dag, bestemd voor af
nemers, die weinig voorbereidend
werk aan de verkoop van die ge
bakken aardappelstaafjes willen
hebben. Die staafjes worden hier
namelijk voorgebakken, gedroogd
•olgens met korven tege-
Nee, de mening dat vele „snack-
produkten" alleen maar gedijen
bij de gratie van de „restverwer-
king" is niet altijd gerechtvaar
digd. Men streeft er althans
ln dit bedrijf ernstig naar om
met behulp van een steeds mo
dernere apparatuur én een zo
ver mogelijk doorgevoerde hy
giëne, iets te leveren, dat met
die „restverwerking" niets, maar
dan ook niets te maken heeft. En
in deze tijd van zakjes frites bij
duizenden, al of niet met mayon
naise en die vele hapjes, hetzij
met of zonder mosterd is dat
toch wel prettig om te horen. Al
zullen dan ook ln dit geval altijd
weer uitzonderingen de regel
gaan bevestigen...
ALLEEN MAAR
SPORTIEF
Onze verre voorouders hulden zich in die
renhuidenOp het ogenblik doet een groot
aantal vrouwen in binnen- en buitenland al niet
anders, al is er dan vanzelfsprekend wel een
tikkeltje verschil aan te wijzenWant of
schoon we leven in een tijd, waarin naarstig
wordt geprobeerd vele natuurprodukten te ver
vangen door iets dat uit laboratoria en fabrie
ken komt, (we hoeven alleen maar aan die vele
synthetische vezels te denken) blijkt de dieren
huid in de garderobe van vele vrouwen bijzon
der populair. En dit geldt zeker niet alleen de
bontjas, maar vooral het suède. En al wordt er
dan wel eens gezegd: „Iedereen loopt erin, voor
mij is de aardigheid er af", dat suède-jasje
blijft voor velen toch een begeerd kledingstuk.
De fabrikanten in deze branche
hebben die belangstelling niet al
leen op de voet gevolgd, maar
hun collectie thans een ander ca
chet gegeven. Natuurlijk zal het
min of meer sportieve korte jas
je een vooraanstaande plaats blij
ven innemen; meer modieuze mo
dellen en ensembles worden even
eens in het komende najaar fa-
Met bont
Zo worden er mantels gebracht
in heel mooie kleuren, waarbij een
bijbehorende japon het uitstekend
doet.Ook verschillende bontsoor
ten geven het suède een uitgespro
ken vrouwelijk accent.
Zowel jassen met een voering
van bont, als modellen met royr
ale bontkragen en dito manchet
ten zullen te bewonderen zijn.
Het gladde leer, de zogenaamde
..silk cabretta" biedt ook vele
mogelijkheden, met name voor
aparte creaties. Een feit is be
slist, dat niet iedereen deze glan
zende leersoort zal kunnen dra
gen. Een ensemble bestaande uit
een glad leren japon met een >n
dezelfde tint en van een bontvoe
ring plus kraag voorziene mantel
zal slechts de moderne, heel
slanke jonge vrouw kunnen dra
ger.. Dit geldt tevens voor de pan
talon van dit materiaal, waarbij
een kort jasje hoort.
Investering
Het „silk cabretta" zal even
eens als het suède vaak een be
hoorlijke investering betekenen.
Een misschien door
de lichte tint wat
kwetsbare, maar niet
temin gedistingeerde
leersoort.
want een goed materiaal blijft
nog altijd aan de prijzige kant.
Daarbij moet men zich dus wel
heeft. Als het vrij veel
genbuien wordt bloot gesteld, gaat
het rimpelen en trekken, de huid-
vetten kunnen het leer ook aan
tasten en het zonlicht doet het
wel eens verkleuren. Een „men
senleeftijd" gaat zo'n jas(je) dus
niet mee- Daartegenover staat
gelukkig, dat de reiniging op het
ogenblik geen probleem meer be
hoeft te zijn. Er zijn goede me
thoden voor dit schoonmaken,
onder dat het leer er onder lijdt,
terwijl tevens een prima vakman
het jasje wel waterafstotend ':an
maken. Maar: het blijft een le
vend produkt, waar men beter
niet al te ruw mee kan omsprin
gen.
Afgezien van deze zorg, lijkt
suède voor velen ideaal. En voor
al nu men komende herfst zal
kunnen kiezen uit een sportieve
of meer exclusieve en stijlvolle
aanvulling van de garderobe, kan
men zeker wel zeggen, dat de
„dierenhuid" zonder twijfel de
nodige aftrek zal vinden.
i ensemble van dun, glad leer
irbij een bontkraag voor eer
aparte garnering zorgt.
A LLE brieven die nagedruppeld
zijn over het onderwerp
vroedvrouw, heb ik persoonlijk
beantwoord, behalve die van de
gene die tekende met mevr. J.
W. en verder niets jammer.
Niet dat u het zo dol hoeft te vin
den een brief van mij te krijgen,
o neen. maar het dooft zoveel
enthousiasme in mij, het lijkt zo
wantrouwig als iemand me wèl
een heel verhaal wil doen en
in dit geval zelfs een bijzonder
interessant verhaal cn dan als
het ware zegt: en nu weet je
tóch niet hoe ik heet! Maar mis
schien is dat wat te scherp ge
zegd en heeft dat alles helemaal
niet in uw bedoeling gelegen
dan mijn excuses cn volgende
keer beter!
A/ROEDVROUW. zeiden we- En
veel briefschrijfsters zeiden
erbij, en ik kon me dat levendig
indenken: „ik vind verloskundi
ge een veel mooiere naam". Hoe
komt dat? Aan één van mijn le
zeressen heb ik al teruggeschre
ven als ik het bij mezelf naga,
denk ik dat het komt omdat
vroeger, tnpn ik en u? klein
waren, alles wat met geboorte in
verband stond, in een waas van
geheimzinnigheid werd gehuld.
Stel je voor, dat je toen ge
vraagd had „Moeder, wat is een
vroedvrouw?" Dan had je vast
een ontwijkend antwoord gekre
gen, of ten hoogste iets als een
verpleegster. Geboorte, dat was
eng en griezelig, en soms zelfs
vies. Een baby verwachten was
ook geheimzinnig. „Z'is in p'sitie"
hoor ik nóg vrouwen zeggen als ik
bij de kruidenier een boodschap
moest doen en dan, met een
stomp: pas op! een kind! Dat was
ik dan, met grote oren!
Maar wat zeggen moeders nu
als de kinderen vragen wat is
een verloskundige? Toch hoop ik.
heel gewoon dat het een zuster is
die speciaal verstand heeft van
geboortes van broertjes en zus
jes? Dan zal het kind op zijn
beurt deze vrouw ook vol vertrou-
die kinderen. En dan zullen deze huis. Dat huis is,
kinderen later ook zonder geremd- bij" zijn kantoor
zijn, zonder het-gek-vinden (hoe voor het eerst
dikwijls kwam ik dit niet tegen in
de stapel brieven van vorige
week), de weg naar haar raad èn
haar steun weten. Op die manier
komt vertrouwen tot stand, meer
dan op welke manier ook.
wonder, dicht- met
=n nu kan bij r>
i zijn leven tus- ]\/[AAR
Want ik heb wèl iets tegen mensen
die onder het motto: aan zijn ach
terburen stoort zich niemand meer
tegenwoordig! keihard platen gaan
draaien om half elf 's avonds.
Dat druist tegen al wat goede
vormen heet, in. Want goede vor
men hebben, betekent zich in
stellen op de ander, bezig zijn
de ander wil.
dat slaapje. Ik ken
die boek of krant ter
en die later min of
hun gezicht leggen,
EN,
sen de middag thuiskomen. Niets
zo knus als dat. Zijn vrouw en hand
hij genieten van het koffiedrin- meer
t°matensch°teltje, het best. Maar ook zonder'dat"
vSr°'L|0ÏÏeasUe„!en„,w0T kSneï J-'™"' °m ZiC"
genieten. Dat balcon, ja daar schamen. Ik had vroeger
illeen zijn we moderne komt het want na het eten gaan oom die tegen tante, 's middags
opvoeders, niet
behandeld moet worden,
flappen, letterlijk
alles te zeggen
bU
ge-
daar even zitten zonnen en voor kerktijd, ,.1C
als zodanig dan valt de heer des huizes in viJf minuten". Hij was dan vijf
slaaP- Zl)n vrouw geneert zich minuten volkomen „weg", werd
XSre»hrm' zeer^Telukkis'6immers m
'achterburenheeft" kan Zlch van drukt0 c" sPann;n-
iedereen tegenwoor- fen ®ven te™Jtrekken en herstel-
dig en geen mens die eR heb ik een hoog tempo
er zich aan stoort." in de morgenuren en weet dat ik
Toch vindt zij het tussen half twee en drie bijkans
niet prettig. Ook al niets presteer. Even „weg" is
h^-fnLÜeLi?aKr.i3° Voor mii een no°dzaak, wil ik op
krijgen niet meer het'huishoudelijk spitsuur van vijf
ionp '7j;n tot zes vriendelijk zijn. Er zijn
J g zijn. ■Begint echter ook mensen die hun tempo
ai ai anders over de dat» vprHpipn on
boorte gebeurt,
maar om juist dat te
zeggen waardoor van
het jonge kind naar
ons een brug gespan
nen wordt van blijd
schap. vertrouwen
en openheid. „Ging
ik erg te keer
voor mijn geboorte.
Mam?" hoorde ik
eens een jongetje
zeggen. „Jij?" lachte
zijn moeder, „jij ginff
elke avond een
straatje om." Wat.
denkt u. blijft er nu
de opmerking, oneerbiedigheid WB
aanzien van het grote geheim van °nnozal of er is wel een diepzin-
mensworden? Ik geloof er niets mgheid van te maken. Maar dat Uw xracmen ja ik w
Liefde, denk ik. Diepe gene- slapen vind ik volkomen begrijpe- tergende gedachte het
.:j u.oleJ -1 lllk. rfnwoliik oooft -nlc Kots 6. .l
ven' vïtio wT Plaag iS' Ieder moet het dus
vindt SriJL Zichzelf weten, maar één ding is
vin» ur: zeker; ga nooit tegen uw eigen
van. En vindt zij het tempo in. Geef even toe aan be-
hoefte tot ontspanning, zoals deze
laatste i°nge num. Werk lezeressen,
trouwens geen vraag zo no0it door op uw moeheid Sta
niet af te wassen aan het eind van
krachten. Ja. ik weet wat een
dikste baby die u ooit zag? wat
was de dikste baby?" En de „zus
ter" maar lachen en vertellen!
Ziet u, dan wordt ze méns voor
genheid. Mijn moeder hield al Ujk. Huwelijk geeft, als het goed te moeten laten staan
van me toen ik er nog niet eens 1S. ontspanning en wat je nooit u er eerst aan begint komt er
was. Mijn moeder vond me tóen deed als vrijgezel, kun je dus heel niets meer van rusten. Resultaat?
al een leuke vent, is dat niet fijn? goed ineens nodig blijken te heb- Een altijd jonge vrouw en moe-
En is het soms niet waar? ben als jonggehuwde. Wees je zelf. der. En anders? Nu. een nette
dat is mijn eerste raad. Wees het keuken natuurlijk'
natuurlijk wel op nette wijze.
T^U wil ik, al leun ik ook tegen Ik heb bezwaar tegen het
nóg zo'n stapel vragen, eerst met open mond slapen voor
de meneer van het middagslaap- een raam aan de straat. Maar
je te woord staan. Hij wacht al op een balcon achter, toch
weken, en, naar ik hoop, nog altijd op een flinke afstand
steeds in de vrolijke stemming van zijn achterburen, mag
waarin hij zijn brief schreef. De men zich best even laten
zaak zit zo: Hij is een half jaar gaan. Men maakt toch geen
getrouwd en heeft sinds kort een lawaai(!), is toch niet lastig?
iüllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllS
I TIP VAN U!
f 2,50 waard
f Al een keer of twee heb ik
het gezegd, maar omdat er
nog steeds lezeressen zijn,
die dit blijkbaar over het
hoofd hebben gezien en dus
voor niets gebruiken nog
maar weer een herhaling:
tips op „medisch gebied"
kunnen niet in dit rubriekje
worden opgenomen. Of het
nu gaat om een klein wond-
je, een pijnlijk ongelukje in
I de keuken of zelfs maar het
uithalen van een splinter, het
lijkt ons niet juist om hier
op in te gaan. We weten ze
ker dat de bedoeling alleen
maar goed is, maar ondanks
deze overtuiging, vinden we
het minder geschikt deze ad
viezen op te nemen.
Ook willen we nog even ver
tellen, dat niet alle ingestuur
de tips, op welk terrein dan
ook, meegaan, zelfs niet in
wekelijkse slot ,.U zult het
wel weten maar...", omdat
nu eenmaal niet alles altijd
even wetenswaardig is. Dus
't kan wel eens een enkele
keer (zeker niet teveel) voor
komen. dat op een ingezonden
tip-brief" geen reactie komt.
En dit wilde ik even vertel
len, omdat er verschillende le
zeressen mij juist vorige week
vroegen „waar blijft die tip
van mij nu..."
Verschillende dames, die mij
iets stuurden op het gebied
van het naaien, komen deze
week wel hun ideetje tegen,
omdat ik een aantal van aeze
brieven bij elkaar heb ge
zocht. Eerst iets algemeens
E over een
ONDER-TAFEL"
Het naaien op de tafel kan
problemen met zich meebren
gen. Laat men het kleed lig
gen, dan heeft men kans erin
te knippen of door het rade
ren lelijke putjes te krijgen.
Neemt men het kleed weg, dan
kan de tafel beschadigen. Als
u er eens een stuk hardboard
oplegde, zoals mevrouw C. van
Drongelen uit Alblasserdam al
tijd doet? Het hardboard is
even groot als de tafel, de ru
we kant komt aan de onder
kant en u kunt er rustig op
knippen, raderen, krijten en
noem maar op. De naaima
chine blijft er goed op staan,
het board glijdt niet weg en
na het werk heeft men de
pluisjes zo opgeveegd.
HEREN-PANTALONS
Ook uit Alblasserdam komt
de volgende tip en wel van
mevrouw N. Stout-de Lange,
die zoals u zich misschien nog
wel herinnert, als eerste een
tip instuurde en zo de kat de
bel aanbond... Mevrouw Stout
nu haalt altijd de omslag van
herenpantalons aan de onder
kant los, omdat er zich vaak
zoveel stof nestelt. Het hecht
sel van de zoom wordt losge
maakt en daar wordt een klei
ne drukker aangezet. Zo is het
zeer gemakkelijk de binnen
kant van de omslagen schoon
te borstelen. Hangt men de
broek een tijdje weg, omdat
deze niet wordt gedragen, dan
gaan de omslagen los, zodat
geen motten zich juist op de
ze stof en vuil verzamelende
plaatsen kunnen nestelen.
Om nog even bij de omsla
gen te blijven, de stootrand
aan de binnenkant van een
pantalon is meestal het eerst
versleten. Twee lezeressen
hebben hier iets op gevonden.
Mevrouw P. C. Heemskejk-
Kruit uit Sassenheim zet een
aantal kleine knoopjes op de
stootrand van iedere nieuwe
broek, terwijl mevrouw A.
Schaftenaar uit Den Haag voor
ditzelfde doel drukkertjes ge
bruikt. Deze dames gaan dus
de rijksdaalder samen delen.
(Een oude ritssluiting is ook
prima. Men splitst de rits en
gebruikt voor iedere stootrand
een halve).
VOERINGEN
O Oude voeringen hoeven
niet direct te worden wegge
daan, omdat men ze nog best
voor een kinderjasje gebrui
ken kan, zo vindt mevrouw H.
Goudswaard-Bomhof uit El-
burg. Tegen de oude voering
stikt u namelijk ruits-gewijs
oud interlock of jager. Vooral
voor winterjassen is zo'n dik
ke ruitvoering geschikt.
KINDERBROEKJES
Mevrouw P. Slappendel-
van Duyn uit Katwijk aan Zee
koopt voor de kinderen altijd
broekjes met een klein pijpje.
Die kunnen namelijk twee
keer dienst doen. Zijn de
broekjes bij het kruisje ver
sleten, dan kan men het kruis
je eruit knippen en de stukjes i
pijp openmaken. De voor- zo-;
wel als de achternaad worden i
opzij schuin naar boven ge
vouwen en gezoomd en zo i
heeft men een slipje gekregen,
dat zeker weer een tijdje mee- i
gaat.
KNOPEN AANZETTEN
Hoeveel kinderen verliezen
er niet hun knopen? Als men
deze in plaats van met ge
woon naaigaren aanzet met
een wollen draad (liefst wol
met nylon) blijven de knopen
veel langer zitten. Vooral voor
knopen, die aan de achterzijde
worden aangezet en door het
draaien zo gemakkelijk loswer-
Heel wat zomerjurken
blousjes hebben royale, dus
wijde halzen. Het vervelende
is vaak echter, dat de schou
derbandjes dan in vele geval
len te zien zijn. Mevrouw J.
C. Ros uit Den Haag naait aan
de binnenkant van ieder kle
dingstuk met een wijde hals
op de schoudernaad een klein
bandje. Aan de andere kant
van het bandje zet zij een
drukkertje, het tweede helftje
van het drukkertje wordt op
de japon of het blousje ge
naaid en zo kan men de schou
derbandjes tussen dit bandje
vastzetten. Ze kunnen dan niet
meer tevoorschijn komen (of
schoon ik zelf al weer enige
jaren geleden in een goede
confectiejapon in een dure
bui gekocht ook van die
bandjes aantrof, leek het me
toch een tip, die zeker niet
iedereen bekend is.