CHKISTFU
VELPON
Koperen rollen van de
Dode Zee en Betliesda
l
Rijksambtenaren maakten
gemeenten te royaal
ontharing
depilan
CJV.V. steunt looneisen
van politieambtenaren
Moeder
Middelburg bezon zich
op reformatorisch besef
Behoud enschoonheid der tanden
de cjrootóte
gave
Een woord voor vandaag
Kanttekening
Een merkivaardige vondst
Bij de Dode Zee zijn niet
slechts oude papyrus rollen ge
vonden maar ook een koperen
rol. Hierover schreef Alh. Vis in
het Doopsgezind Weekblad:
A/IINDER bekend is zeker een
andere, niet minder merk
waardige vondst: op 20 maart
1952 werden in grot 3, ten N. van
Qumram aan de N.W. kust van
de Dode Zee. twee KOPEREN
rollen gevonden, die samen 2.40
m lang waren en 0.30 m hoog.
Op die rollen was een tekst ge
hamerd. Helaas onleesbaar, door
dat het koper in de loop der eeu
wen volkomen geoxideerd was;
de rollen zouden gebroken zijn,
wanneer men ze eenvoudig had
ontrold. Al de andere teksten van
Qumram waren op leren rollen
geschreven, het gewone schrijf
materiaal, enkele slechts op papy
rus. Maar deze op KOPER. Er
moest een bepaalde reden voor
geweest zijn. Misschien waren
die koperen rollen bedoeld als
muur-inscripties, om bepaalde
teksten altijd voor de ogen der
kloostergemeenschap" zicht
baar te houden? Of.... omdat die
teksten ZO belangrijk waren, dat
men ze wilde behoeden tegen
mogelijke vernietiging? Dit laat
ste bleek het geval te zijn.
In 1953 slaagde K. G. Kuhn
van Heidelberg er in, de teksten
gedeeltelijk te ontcijferen en hij
ontdekte, dat de koperen rollen
een lijst bevatten van de plaat
sen, waar voorwerpen van grote
waarde waren verborgen. En toen
in 1955 door zorgvuldige chemi
sche analyse de rollen zonder be
schadiging ontrold werden, werd
zijn hypothese bevestigd. In de
cember 1959 verscheen eindelijk
de met spanning verwachte publi
catie van de teksten in het
Frans (J. T. Milik in de Revue
biblique). De twee rollen horen
bij elkaar en bevatten samen één
teles!
da komt op geen andere plaats
voor, de joodse literatuur noemt
deze niet. Niet zolang geleden
echter hebben opgravingen de
eerste twijfel weggenomen: men
ontdekte een grote vijver, noorde
lijk van de tempel, meer dan
5000 vierk. meter groot. DAT is
Bethesda geweest. Zoals in Joh.
5:2 staat, bleek deze vijver wer
kelijk vijf zuilengangen te heb
ben. In de vijfde zuilengang la
gen de zieken, die hun genezing
afwachtten. Zo vindt de heden
daagse bezoeker van Jeruzalem
een van de meest indrukwekken
de resultaten van de moderne op
gravingen. En nu hebben de ko
peren rollen van Qumram ook de
tweede grond van twijfel wegge
nomen! Het feit dus, dat Bethes
da in geen enkel joods geschrift
wordt genoemd. Want de 57e
plaats, waar schatten verborgen
zijn, wordt op die koperen rol al
dus beschreven: „Dichtbij, in
BETH ESCHD ATA JINin de vij
ver, bij de ingang JEMUMITH,
vindt u een vaas met specerijen
en kostbare reuk-oliën." BETH
ESCHD ATA JIN betekent: twee
maal Bethesda.... en ja, het bleek
waar te zijn: de vijver is door
één zuilengang in twee delen ge
splitst. Er zijn dus eigenlijk twee
vijvers. En: JEMUMITH is een
verkleinwoord van het Hebreeuw
se woord JAM, dat ZEE betekent,
dus dit wil zeggen: de kleinste
van de twee vijvers. Hier in en
rondom Bethesda is volgens
de lijst op de koperen rol de
grootste voorraad van de gehei
me schatten verborgen (berg
plaatsen 5760).
En de schrijver eindigt met
de uitroep: Bethesda op de
koperrol van Qumram! De
koperrol is de getuige, die het
bewijs levert: Joh. 5:2 is altijd
ten onrechte min of meer ver
dachtgeweest een merk
waardig resultaat, volkomen
onverwacht!
„In Chorebbe, gelegen in de
vallei van Anchor, onder de tre
den, die naar het oosten leiden,
graaf 20 m diep: een vaartuig
vol zilver, totaal gewicht 17 ta-
lente." Zo wordt ons een sprook
jeswereld ontvouwd, 64 plaatsen
worden opgesomd, die elk grote
schatten bevatten: goud, zilver,
in munten en staven, specerijen,
reuk-oliën, kostbare vazen en nog
veel meer.... de totale waarde
er van zou nu zeker in de hon
derden miljoenen guldens lopen...
Wat moeten we daarvan den
ken? Waren dit de bezittingen
van de Essenen, die dit alles vei
lig wilden stellen in bewogen tij
den? Zij hadden immers gemeen
schap van goederen, ieder nieuw
lid gaf al zijn bezittingen op.
Maar.... de in de teksten genoem
de schatten zijn TE groot, dan
dat zij ZO verzameld zouden kun
nen zijn. Of is het een heenwij-
zen naar de beroemde tempel
schatten, die in het jaar 70 na
Chr., toen de Romeinen het land
binnenvielen, aan de Essenen
werden toevertrouwd, om te be
waren tot betere tijden zouden
aanbreken? Of.... vormen die
teksten één van de in Oosterse
legenden tot op deze dag zo
geliefde onderwerpen? Deze laat
ste hypothese is waarschijnlijk de
ware: men doet dan ook nergens
moeite, die schatten ,,op te gra
ven".... zij geven ons een glimp
in de zo populaire verbeelding,
die 2000 jaar geleden, vooral na
de verwoesting van de tempel
van Salomo, de gelovige joden
deed vragen: waar zijn al die
tempelschatten gebleven?
langrijker
iets anders, dat de-
n.l.
geografische informatie.
TN Johannes 5:2 lezen wij
1 de bekende vijver (het
U weet de joden geloofden
dat nu en dan een engel in die
vijver neerdaalde en de eerste
zieke, die NA de engel het water
beroerde, zou genezen worden
Maar tot
kort stonden zelfs
nen wat scepti
verhaal: er was nergens
omgeving* een spoor
ver gevonden
de naam Bethes-
4 1 «1 V1 - 1 f v
A.R.-gemeente en provinsiebestuurders
(Van een onzer redacteuren)
Het zijn juist vele rijksambte
naren, die de bemoeiingen en uit
gaven van de gemeenten in sterke
mate hebben gestimuleerd. In de
vandaag in Den Haag gehouden
jaarvergadering van de Zuidhol
landse vereniging van Anti Revo
lutionaire gemeente- en provin
ciebestuurders stelde het lid van
het Zuidhollandse college van
Ged. Staten, mr. T. A. van Dijken
dit nadrukkelijk vast, toen hij
sprak over het onderwerp ,,Het
toezicht van Gedeputeerde Staten
op de gemeentebesturen."
Afr. Van Dijken kwam tot deze con
clusie in verband met het feit, dat in
de memorie van toelichting op de
financiële verhoudingswet 1959 met
zachte, maar niet met onduidelijke
Modern, snel en mild,
veilig en reukloos»
van Hamol uit Zwitserland
tube J.50-2.95
Hervormd Nederland
schrijft prijsvraag
uit voor tekenaars
De redactie van Hervormd Nederland
heeft voor tekenaars een prijsvraag uit
geschreven voor een omslagtekening
voor het op 15 oktober te verschijnen
gezinsnummer. Dit in verband met het
15-jarig bestaan van haar blad.
Gevraagd wordt een tekening in een
of twee kleuren (waarvan 1 zwart). In
de jury hebben zitting genomen: dr.
J. W. Schulte Nordholt te Wassenaar;
H. A, Gerretsen te Den Haag; P. J.
W. Steinz te Rotterdam; ds. F. H.
Landsman te Den Haag. De eerste prijs
wordt gehonoreerd met een bedrag van
500.
(Van een onzer verslaggevers)
De vele grieven, die de politie
ambtenaren hebben ten aanzien
van de huidige salarisregeling,
zijn op het tweedaagse congres
van de Bond van Christelijke po
litieambtenaren, dat in Dordrecht
is gehouden, uitvoerig uit de doe
ken gedaan. Talrjjke afgevaardig
den voerden over dit onderwerp
het woord en het leek er op, dat
aan het geduld van deze ambte
naren welhaast een einde is geko
men. Tenslotte werd met algeme
ne stemmen een motie aangeno
men, die aan de ministers van
binnenlandse zaken en van justi
tie zal worden gezonden.
missie „werkclassificatie politiefuncties"
is verschenen, men verwacht, dat thans
vóór alles op korte termijn het over
leg inzake de salarisverbetering zal
worden geopend. De voorzitter van het
C.N.V., de heer C. J. van Mastrigt, die,
zoals wij reeds schreven ook op het
congres aanwezig was, verklaarde tot
voldoening van de aanwezigen, dat het
Christelijk Nationaal Vakverbond
strijd voor een goede salariëring va
politie steunt.
Ook over tal van andere onderwerpen
werd op het congres het woord gevoerd.
Zo braken verscheidene afdelingen een
lans voor de gepensioneerde ambtena
ren. Men wilde, dat de korting van de
pensioenen op 65-jarige leeftijd in ver
band met de A.O.W. niet meer zou wor
den toegepast.
Ook werd geruime tijd gesproken over
de financiering van de nieuwe unifor
men. De regeling, die men hiervoor
heeft getroffen, had niet de goedkeuring
van vele leden van de Christelijke bond-
De aftredende leden van het hoofdbe
stuur, de beren J. W. van Dongen uit
Rotterdam, A. J. van Helden te Zwolle.
L. van den Heuvel uit Delft, C. Verhey
te Vught en S. J. Zandberg te Zutphen
werden herkozen. Het hoofdbestuurslid
W. Cuperus uit Beverwijk, stelde zich
in verband met zijn pensionering, niet
meer herkiesbaar. De heer P. A. Gouds
waard uit Assen, de tweede voorzitter
van de bond, dankte hem aan het einde
van het congres voor het vele werk, dat
hij heeft gedaan en bood hem een ge
schenk aan.
In de vacature-W. Cuperus werd ge
kozen de heer H. J. Engelse uit Haar
lem. De bondsvoorzitter, de heer D.
Rook, die wegens ziekte 'het congres niet
kon bijwonen, werd voor de tijd van drie
jaren herkozen. Besloten werd, de heer
J. van der Molen uit Utrecht, secreta
ris van de bond, met ingang van 1 juli
te benoemen tot gesalarieerd bestuurder
in vaste dienst. Met ingang van 1 ja
nuari 1961 .wecden voor de tijd van drie.
jaren beroemd als leden van décom-
missie ter controle van de bondsfinan-
ciën de heren A. H. van Diggelen uit
Rotterdam, J. Kordes uit Bloemendaal
en S. Syperda uit Duivendrecht. Tot le
den van de commissie van arbitrage be
noemde de algemene vergadering de
heren Tj. Bleeker uit Leeuwarden, A.
H. van Diggelen uit Rotterdam en E.
J. H. Driessen uit Renkum. Tot plaats
vervangende leden werden gekozen de
heren M. L. C. de Haan te Hendrik
Ido Ambacht, J. Knol te Kampen en H.
J. Witteveen t.e Sellingen. Besloten werd
het volgende jaar de algemene verga
dering in Noordwijk te houden.
Dr. Ida Scudder
overleden
Naar de Wereldraad van Kerken te
Genève bericht is op 90-jarige leeftijd
te Kodail-Dual in Zuid-India verleden
de Amerikaanse dokter Ida Scudder. de
eerste vrouwelijke zendingsarts in Zuid-
India. In 1870 in Zuid-India geboren als
dochter van een zendingsarts, volgde zij
ln Amerika het onderwijs en keerde in
1900 terug naar India als arts, omdat
het voor Hindoes en Mohammedanen in
die jaren verboden was hun vrouwen te
laten helpen door een mannelijke arts.
Dr. Ida Scudder was zo begaan met het
lot van de vrouwen dat ze in Vellore
een medische hogeschool opende voor
de opleiding van meisjes tot arts. Later
werden ook mannelijke studenten toege
laten.
Het Christian Medical College en het
hospitaal te Vellore zijn door dr. Ida
Scudder wereldberoemd geworden. Eni
ge maanden geleden kreeg zij op haar
90e verjaardag de hoogste onderscheiding
van de regering van India. Ida Scudder
is in Vellore begraven.
woorden wordt gezegd, dat het toe
zicht van de colleges van Ged. Staten
op de gemeentebesturen wel wat
strenger had kunnen zijn.
In zijn rede behandelde mr. Van Dij
ken achtereenvolgens het toezicht van
Ged. Staten op de door de door de ge
meentebesturen vastgestelde uitbrei
dingsplannen, de begrotingen, de bur
gerlijke rechtshandelingen, de strafver
ordeningen en de woonruimteverorde
ningen.
Wat de uitbreidingsplannen betreft
wees spr. er op, dat Ged. Staten bij
hun goedkeuring de doelmatigheid van
het uitbreidingsplan toetsen, terwijl zij
bij die gelegenheid tevens beslissen
over de tegen dit uitbreidingsplan bij
Ged. Staten ingebrachte bezwaren.
De dagelijkse besturen der provincies
ontvangen vootlichting van de provin
ciale planologische dienst en uiteraard
ook van het gemeentebestuur en de be
langhebbenden. Ged. Staten moeten
evenals de gemeenteraad nagaan of het
uitbreidingsplan de verschillende vaak
tegenstrijdige belangen, welke daarbij
aan de orde komen, op juiste wijze af-
GED. STATEN
Mr. Van Dijken erkende, dat de in
vloed van Ged. Staten diep ingrijpend
omdat de Woningwet de gemeente
verplicht binnen een jaar na onthouding
van de goedkeuring een nieuw plan
vast te stellen met inachtneming van
de beslissing van Ged. Staten.
Spr. was van oordeel, dat de gemeen
teraad. de eigenaren niet meer moet
binden, dan werkelijk nodig is in het
belang van een ordelijke ontwikkeling
de gemeente, in welk verband hij
i op twee recente Koninklijke beslis
singen over uitbreidingsplannen van
Oosterwijk en Nieuwer Amstel.
Ten aanzien van de begroting en de
burgerlijke rechtshandelingen merkte
mr. Van Dijken op, dat aanvankelijk
bij de goedkeuring de vermogensbelan-
gen van de gemeente sterk op de voor
grond stonden. Later heeft zich dit ver
wijdt tot de gemeentebelangen in het
algemeen. Op één na alle provinciale
besturen toetsen de ter goedkeuring
aangeboden besluiten tevens aan het al
gemeen belang. Alle colleges van Ged.
Staten plegen goedkeuring aan een ge
meenteraadsbesluit te onthouden, wan
eer dit in strijd met de wet is.
Voor wat de plaatselijke strafverorde
ningen betreft, drong mr. Van Dijken
er bij de aanwezige gemeentebestuur
ders er op aan om niet meer strafbe
palingen te maken dan nodig zijn. Met
verschillende voorbeelden, vooral ont
leend aan een dikwijls onnodig toege
past stelsel van vergunning, gaf spr.
aan, welke vergaande bepalingen soms
worden genomen, waardoor zelfs bijv.
de vrijheid van het onderwijs in de
klem was gekomen, o.a. bij het lesge
ven in autorijden.
„Bij de toepassing van de Woon-
ruimtewet is de eerste wettelijke
voorgeschreven richtlijn", aldus mr.
Van Dijken, „dat met de wensen
van de eigenaren zoveel mogelijk re
kening moet worden gehouden. Dit
voorschrift wordt in de praktijk
verschillende gemeenten nog i
eens veronachtzaamd."
Geref. Jeugdcentrum
schrijft prijsvraag
uit voor toneelstuk
Het Gereformeerd Jeugdcentrum „De
Witte Hei" heeft een prijsvraag uitge-
schreven voor het schrijven van een
toneelspel, dat speelbaar zal zijn door
jeugdgroepen. Gevraagd wordt: een to
neelstuk, dat speelbaar zal zijn óf door
leden jongens en meisjes samen
van gereformeerde jeugdverenigingen
(16, 1720 jaar) of door meisjes van
gereformeerde jeugdclubs (1216 jaar
of door jongens van jeugdclubs (12—16
jaar) of door beide. Het aantal spelers
mag lopen van 4 tot 10. De minimale
speeltijd zal voor de eerste groep 45
minuten moeten bedragen, voor de laat
ste drie groepen 30 minuten. In de keu
ze van zijn onderwerp en de uitwerking
daarvan is men geheel vrij. Voor prij
zen wordt een bedrag van 500 ter be
schikking gesteld. De eerste prijs zal
Brits verbod voor
gebedsgenezers?
Britse doktoren hebben een verbod
geëist op de praktijken van gebedsgene
zers die in ziekenhuizen de hand op
leggen aan patiënten. Volgens de
doktoren hebben deze praktijken een
schadelijke invloed op de strikt medi
sche taak van het verplegend personeel.
Indien de els van de doktoren zou
worden overgenomen door het ministerie
gezondheid, zouden de gebedsgene-
geen praktijk meer mogen uitoefe-
in de honderden Britse staatszie-
kenhuizen. De maatregel zou niet van
kracht zijn op de partikuliere zieken
huizen.
Beroepingswerk
Workum; te Velp, Geld. (vac.
Flier) toez.: C. D. Israel te St. Nicolaasga;
Enkhuizen: Y. G. Oltlammers te Win-
n, Fr.; te Serooskerk-Kerkwerve, toez.:
M. Ruster vic. te Zeist;
Aangenomen naar Rotterdam-Delfsha-
;n (wijkgemeente 's Gravendijkwal-
kerk): J. W. Schipper te Deventer; naar
Jutrij p-Hommerts: J. A. Rietberg te Hau-
lerwijk.
Aangenomen de benoeming tot hulp
prediker te Leiderdorp: J. van den Hoek,
hulpprediker te Nieuwveen; de benoe
ming tot bijstand in het pastoraat te As-
tonsomeren: F. v. d. Grift te Serooskerk-
Kerkwerve.
te Den Heidei
Na overgang van dr. H. v. d. Linde
OPENLIJK heeft de Hervorm
de Gemeente van Middel
burg vrijdagavond haar stand
punt bepaald tegenover de over
gang naar de Rooms-Katholieke
Kerk van een van haar predikan
ten, dr. H. v. der Linde.
„Geschokt door deze gebeurte
nis, nu ruim een maand geleden,
treedt de centrale kerkeraad met
een positieve aktie, een bezinning
op het reformatische besef en de
opbouw van de gemeente
Christus in Middelburg, naar bui
ten", zo vatte de praeses van de
kerkeraad, ds. M. Enker, de be
doeling van de bijeenkomst in de
Nieuwe Kerk aan het begin van
Advertentie
45
Jet zweeg een ogenblik, om een paar wespen weg
te jagen van de schaal met peren, die ze had mee
gebracht, vervolgde toen: „Ik heb juist gehoord, dat
mevrouw Hulbers ook wel graag iemand op kamer
zou willen hebben. Zeker tegenslag gehad in zaken,
tenminste vroeger was het er altijd heel royaal en
kamers verhuren doe je toch niet voor je plezier
Ze zweeg en scheen een antwoord af te wachten.
Toen dit niet kwam. nam ze een fruitmesje en begon
is wat traag van ge-
zijn zwijgen niet.
rouw tegenover hem
ag en nacht en een
n. Het dorp was zeer
itgestrekt en w"èlvarend. zodat Johan een bloeiende
practijk had en al jarenlang zijn zieken in een mooie
auto bezocht. Jet was groot en fors -een weidoor
voede vrouw, die nooit zorgen had gekend
alle goede gaven van het leven als ha,
peren te schillen. Vader i
dachten, dus verwonderde haa:
Dokter Mees keek naar de v
Ze had een dienstbode voor c
juffrouw als hulp bij de kindert
WILLY
STRUT
■anzelfspre
flinke dokters
moeder, die de teugels ih handen wis1
te houden. De vrouwen van de dorpsnotabelen wa
ren haar vriendinnen, ze las de nieuw uitgekemer
romans, ging zo nu en dan met haar man naar dt
schouwburg of de bioscoop in de stad en luisterde
graag en veel naar de radio. Ze hield van mooi<
kleren en sieraden, maar als de kinderen, toen z<
nog klein waren, met een vuil handje haar mooif
japon vastgegrepen, was ze nooit boos geworden. Ze
was in alle dingen geknipt naar de gulden middel
maat, hoewel dit oordeel haar zeker zou hebben mis
haagd.
„Een peer, papa?"
„Graag."
„Die familie Hulbers ls heel aardig, een man en
een vrouw, ze zijn zo tussen de vijftig en zestig. Het
zou voor u veel geschikter zijn, mensen van uw ei
gen leeftijd, en een man er bij, dat geeft wat meer
aanspraak."
Dokter Mees schudde ernstig het hoofd. „Ik heb
net uitstekend, mevrouw Van Velzen is een lieve
leschaafde vrouw, wat zou ik meer willen?"
Jet schilde een tweede peer. „Heb u nog niet ge-
loord. wat ze over haar vertellen?" vroeg ze.
„Over wie?"
..Over die mevrouw Van Velzen.
De oude heer haalde de schouders op. „Zo," zei
nij zacht spottend, „wat heeft de spraakmakende
zemeente nu weer uitgebroed?"
.Juffrouw Jurriëns weet het van familie. Die me
vrouw Van Velzen is helemaal geen mevrouw, die
Paultje is een onecht kind. En ik vind niet, dat u
als man alleen bij zo iemand kunt blijven wonen
Het hele dorp praat over haar straks denken ze ook
nog wat van u en dat ls voor Johan ook niet goed,
dat begrijpt u wel. Trouwens, ik vind het een bru
taliteit van haar, dat ze indertijd, toen ze bij Johan
kwam praten, niet tegen hem heeft gezegd, hoe de
vork in de steel zat; ze compromitteert ons."
Ze legde drie geschilde peren op een bordje
riep: „Jongens, willen jullie
jongens, het klein meisje met de blonde krullen en
de peinzende ogen.
De oude dokter keek naar haar bewegingen zon
der iets te zien. Mevrouw Van Velzen had nooit over
haar huwelijk of haar man gesproken en een uitke
ring kreeg ze in geen geval. Maar dit, nee dit ge
loofde hij niet.
De kinderen waren weer teruggegaan naar hun
spel. Jet veegde het mesje af aan een kastanjeblad,
dat ze boven haar hoofd had afgerukt.
„Hebt u wel eens iets... iets van erg gemakkelijke
opvattingen gemerkt?" vroeg ze. x
Haar nieuwsgierigheid ergerde dokter Mees. „Nee"
zei hij. „en ik geloof ook niet, dat er iets van waar
is. In een dorp lasteren de mensen graag, ze heb
ben niets beters te doen. het kost geen geld en het
is gemakkelijk."
Het gebeurde niet dikwijls, dat hij schamper werd,
maar hij zag Anne's klare ogen voor zich en haar
ernstige mond, die nooit klaagde. Hij stond op en
liep in de richting van de kinderstemmen. Jet keek
hem peinzend na. Ze vroeg zich af, hoe het kwam,
dat haar correcte schoonvader partij trok voor ie
mand, als die mevrouw Van Velzen.
Bij het naar huis wandelen die avond stond het
gezicht van de oude dokter strak. Hij geloofde de
praatjes niet, maar het was nodig, dat hij het Anne
op de man af vroeg. Als het bleek, dat er werke
lijk sprake was van laster, zou hij wel zorgen, dat
haar goede naam niet langer door de modder werd
gehaald. Als... de andere mogelijkheid wilde hij
zelfs niet stellen, zo pijnlijk was die hem. Denkend
over de wijze, waarop hij zijn vraag zou inkleden, liep
hij verder Wat zou ze zich gekwetst voelen, het
me kind!
ter zich verlicht; ze leek een beetje moe,
lag een kinderlijke blijdschap over haar gezicht, dat
in de laatste drukke maanden wat te smal
worden.
(Wordt vervolgd)
de avond in een korte toelichting
samen.
Twee hoogleraren, de lutherse profes-
ir dr. W. J. Kooiman, de hervormde pro
fessor dr. G. C. van Niftrik en een gere
formeerd predikant, dr. N. J. Hommes,
betraden na elkaar in het bijna volledig
bezette kerkgebouw de kansel om rond
om het thema „De eenheid in de refor
matie" het reformatorische standpunt te
de overgang van de pro
testant naar de Rooms-Katholieke Kerk
in het algemeen en die van dr. Van der
Linde in het bijzonder.
Prof. Kooiman had aan het begin van
zijn toespraak de theologische exegese
van Luther uiteengezet, die gebaseerd is
op de autoriteit van de vrije Bijbel boven
het leergezag van de kerk. Deze spreker
stelde dat het een onjuiste interpretatie
is deze vrijneid van zich af te schudden.
„Wij moeten het risico van discussie,
strijd en splitsing durven nemen", aldus
de hoogleraar, die tevoren het heersen
n de traditie over de Heilige Schrift
de R.K.-Kerk als een niet-houdbare
organische ontplooiing had aangemerkt.
Na het zingen van Psalm 119 vers 25 was
in deze openbare bijeenkomst te Middel
burg het woord aan dr. Hommes.
Voor het stramien van zijn toespraak
„Woord en Geest" had deze spreker als
uitgangspunt gekozen een van de ge
schriften van Calvijn. „Het ls niet de eer
ste keer dat mensen, moe van de refor
matie. het hoofd hebben gelegd in de
schoot van Rcme Toch mogen waarheid
eenheid niet worden gescheiden."
Jat was de slotsom waarmede deze
tweede spreker zijn rede eindigde. In het
verloop daarvan had hij nog eens duide
lijk laten uitkomen dat de dagen van
beledigingen aan het adres van de refor
matoren voorbij zijn. „Ook in de Rooms-
Katholieke Kerk is verzet gerezen tegen
de dogmatische verstarring", aldus de
predikant, die de Hervormde Gemeente
Middelburg opriep zich bewust te
Met als uitgangspunt „Eenheid en vol
heid" verklaarde prof Van Niftrik het
begrip katholiciteit tenslotte. Juist dit
„naar wezen altijd en overal dezelfde"
noemde de hoogleraar veel belangrijker
dan het oecumenische denken. „Met een
overgang naar Rome worden de pro
blemen niét opgelost," zo concludeerde
prof. Van Niftrik. Staande zongen de tal
rijke kerkgangers tenslolte twee verzen
van Gezang 76 Bij de uitgang van de
kferk was een lectuurtafel opgesteld,
waarop verschillende reformatorische ge
schriften waren uitgestald
Advertentie
Plak gemakkelijker!
met de nieuwe dop
Er is een merkwaardige tegenstelling in het boek Handelingen
In hoofdstuk 2 47 lezen we dat de eerste gelovigen stonde
in de gunst van het gehele volk". Een paar bladzijden verdt
lezen we: „En Saulus verwoestte de gemeente en hij ging ht
ene huis na het andere binnen en sleurde mannen en vrouwei
mede". We weten dat Paulus tegen deze gelovigen optrad, otn
dat hij in hen vreselijke ketters zag, mensen die een gevat
waren voor het gezonde geloof.
Wat bracht deze ommekeer teweeg? In de eerste plaats di
houdinervan de geestelijke leidersdie bang waren hun posit\
te verliezen. Zij namen maatregelen „om te voorkomen dat h
nog meer onder het volk verbreid wordt", ln de tweede plaat
de theologische discussie zoals wij die beschreven vinden i
Handelingen zes. Men wilde wel discussiëren, maar zich nit
laten overtuigen en zo ging het volk al spoedig partij kiezer,
In de derde plaats door onware verhalen rond te bazuiner.
Valse getuigen werden naar voren gebracht in de gees\
iets van de modder zal wel blijven plakken.
Het was niet de laatste maal dat deze middelen werden toege
past en niet de laatste maal dat gelovigen in discrediet toerdei
gebracht. Voor ons een reden te meer om onze motieven t
onderzoeken of zij wel uit God zijn in onze verhouding toK
medechristenen.
NIET REMMEN, WEL BEVORDEREN
"PIJ DE beantwoording van de
vraag, of de emigratie bevor
derd dan wel geremd moet worden,
behoort niet alleen op het heden
maar ook op de toekomst gelet te
worden.
In beschouwing moet tevens geno
men worden de waarschijnlijke
groei van onze bevolking in de ko
mende halve eeuw.
Wij staan hier uiteraard voor vele
onzekerheden. Ook zelfs, wanneer
men geen rekening houdt met de
vreselijke mogelijkheid van een
oorlog, die tienduizenden jonge le
vens zal wegmaaien en grote ver
woestingen zal aanrichten.
Er blijven dan nog onzekerheden
genoeg.
Zeer waarschijnlijk mogen wij ver
wachten, dat de sterftecijfers nog
enigszins verbeterd zullen worden
en dat het percentage der boven-
65-jarigen zal stijgen.
Minder positief kan men spreken
over de loop der geboortecijfers.
Er is hier in de laatste jaren een
geleidelijke daling te constateren.
Terwijl het cijfer in 1954 21.6 be
droeg, was het in 1958 gedaald tot
21.1. Inderdaad geen belangrijke da
ling. Maar toch een teruggang.
De laagste cijfers geven Groningen,
Zeeland, Noord- en Zuid-Holland.
De hoogste cijfers Noord-Brabant
en Limburg, al is het opmerkelijk,
dat sedert 1954 het cijfer ook in de
ze provincies terugloopt. Van resp.
25 en 24.8 in 1954 daalde het tot
24.1 in 1958.
De cijfers geven een zwakke ten
dens tot daling aan. Maar vai
veel betekenis kan men de dalinti
niet noemen.
Wij nemen aan, dat in de komend11
jaren de geboortecijfers beïnvloe
zullen worden door de propaganda}
voor de zgn. „geboorteregeling"
waarover wij thans geen princ^
piële beschouwing geven. Hier
vooral beslissend uit welk motief e
gehandeld wordt en hoe er gehang
deld wordt.
Komt er geen grote veranderini
van de geboorte- en sterftecijfers
dan is te verwachten, dat de Ni
derlandse bevolking in de komend t
veertig, vijftig jaren zal blijven toe
nemen, zij het in een wat langza»
mer tempo dan tot dusverre. 5
De emigratie mag dan ook niet ge.
remd worden. Veeleer verdient he
aanbeveling haar te bevorderen.
Wij leven thans in een tijdperk vai
welvaart. Er is weinig werkloos c
heid. Maar hoe spoedig kan de sl
tuatie veranderen, ook als gevol
van toenemende internationale spai
ningen.
De emigratie heeft in de laatsti
jaren geen abnormale proportie!d
aangenomen. Wij achten dan ooi'
de vrees van sommigen, dat
emigratie schadelijke gevolgen za'
hebben voor onze nijverheidsonli:
wikkeling, niet wel gemotiveerd R
Reeds is door meer dan één fei
bewezen, dat emigranten ook stem
bieden aan ons economisch leven
En met het oog op de toekoms 3
schijnt ons een verlichting van
bevolkingsdruk zeer wenselijk.
DA COSTA'S BEZWAREN
IN DE dagen van Da Costaher-
denking is herhaaldelijk herin
nerd aan diens geschrift „Bezwa
ren tegen de geest der eeuw".
De schrijver was toen een jonge
man van 25 jaar. Hij was uit de
school van Bilderdijk en, evenals
zijn leermeester, gekant tegen al
les wat hij zag als voortbrengselen
van de revolutie. Ook de vrijma
king der slaven, althans de wijze
waarop men daarvoor het pleit
voerde, had de sympathie niet van
de jeugdige schrijver.
De strekking ook van dit geschrift
was, zoals terecht is opgemerkt,
vooral gericht tegen de menselijke
overmoed, die zich openbaarde in
vele optimistische plannen. De
schrijver doorzag nog niet, dat men
zich tegen de beginselen der revo
lutie met kracht kon verzetten, zon
der daarom elk concreet voorstel
van die zijde af te wijzen.
Trouwens, voor de afschaffing van
de slavernij hebben ook vele ande
ren, die men niet kan rubriceren
onder de geesteskinderen der revo
lutie van 1789, geijverd.
Maar Da Costa was nog onder Bil-
derdijks invloed in zijn contra-re
volutionaire periode. Hij is daarvan
vrij spoedig losgekomen. Aan soci
aal gevoel ontbrak het hem waar
lijk niet. Zoals wel uit zijn gedich
ten blijkt. En de kwestie van de
slavernij zal stellig ook wel vallen
onder de rubriek, waarvan hij op
28 januari 1835 aan Willem van Ho-
gendorp schreef: „Ik siddere als Ik
op mijn levensweg achteruit zie en
gedenke hoe geheel onze Bilderdijk-
se school noodwendig die (bedoeld
wordt die contra-revolutionaire)
strekking had, en ik mijzelf op mijl
vijf en twintigste ouderdom
schrijver van Bezwaren tegen allei
en alles voor ogen brenge. Doch dl
Here heeft genadig bewaard enz»)
verder bewaren, ook die een ogen
blik door verkeerde inbeelding vai
de enge en zekere weg in hun niet
altijd zuivere ijver zijn afgeweken"
Het is dan ook niet juist on
de Bezwaren bijzondere beteken!
toe te kennen bij de beoordelini
van Da Costa en zijn levenswerk
Hij heeft zich telkens weer het Ion
der 30ciaal misdeelden aangetrok
ken.
Allard Pierson heeft daarvan ge^
tuigd. Gedichten als „Een lied vai
1840", „Wachter! Wat is er van d i;
nacht?" en „1648 en 1848" kunne,
dat ook bewijzen.
Da Costa heeft de opkomst van di^
christelijk-soclale beweging nie
meer aanschouwd. Wij zullen ooi
niet beweren dat hij van social
vraagstukken veel studie had gt11
maakt. Maar kort voor zijn heen(]
gaan schreef hij in De Heraut, da
hij zich „verheugde in hetgeen 1
deze laatste maanden voor de oo)
bij hem zo hoog geschatte hand)
werkstand verricht is".
Dit was nog slechts weinig. Maa>)
er was een begin. Men begon oo| d
te krijgen voor de sociale noden
die niet alleen door filantropisch!
bemoeiingen gelenigd konden wor
Da Costa wees in zijn „Toenads a
ring eist Gods orde en dezer tijdei
nood" in beginsel de juiste weg.
den.
Negen auto's
teveel op de
ministeries
(Van onze parlementsredaotie)
De algemene Rekenkamer heeft, zo
blijkt uit haar thans verschenen ver
slag over 1959 bij de verschillende de
partementen een onderzoe. ingesteld
naar de organisatie van het personen
vervoer voor zover dit geschiedt per
rijksauto met chauffeur, 'Dit onderzoek
heeft tot enkele belancv 'kkpnde con
clusies geleid,
Het verdient naar het inzicht van de
rekenkamer uiit een oogpunt van kos-
tenbepsaring aanbeveling de departe
mentale autopools op te heffen en hei
vervoer te laten verrichten door part,:
culiere taxiondernemingen. Indien daar
tegen overwegnede bezwaren zouden
bestaan, zouden de autopools tot een
pool dienen te worden gecombineerd
Als gevolg van een dergelijke combina
tie zouden naar schatting 9 auto's over
compleet worden. De daaruit voort
vloeiende jaarlijkse besparine hedraae'
i. 7.500 per auto met chauffeur.
De rekenkamer heeft de ministers
van verkeer en waterstaat en van fi
nanciën van deze conclusies in kennis
gesteld. Deze bewindslieden hebben de
kamer later meegedeeld, dat over deze
aangelegenheid interdepartementaal
overleg plaatsvindt. Met het onderzoek
zal echter meer tijd zijn gemoeid dan
"anvankelijk werd voorzien. Sedert
augustus van het vorig jaar heeft d
Rekenkamer hieromtrent geen nader
mededelingen ontvangen.
Kamervragen over)
de I .auwerszee
Het Tweede-Kamerlid, ir. S. A. Poslli
humus (soc.) heeft de minister van ver
keer en waterstaat schriftelijk vrage
gesteld over de beslissing tot afsluitw
wordt gesteld |H
ge van de betrokken provincies en
langhebbenden ,Zo |a. meent de
nister dan", aldus de heer Posthumus
.dat hij zich alsnog aan het besluit tös
afsluiting zal kunnen onttrekken, wao u
neer deze provincies en belanghebbend
der niet op bevredigende wijze aan dfa
eisen van de rpperinp zouden tegemoe!
is dus de uitvoering daarvan afhao J
kelijk gesteld van vooraf vastgesteld
bijdragen van de daarbij betrokken pro k
vincies en belanghebbenden?" De hee 0
Posthumus vraagt verder hoelang dua
bouw van de afsluiting van de Lauwers
zee zal duren en of reeds in 1961 ee:
begin met de afsluitingswerkzaamhede
kan worden gemaakt.