Een maand het zeegat uit Wat wilt u gebruiken? PUZZEL VAN DE WEEN En wat zeggen zij er van? We gaan (weer) dromen vandaag m liiii i c Ju öi mmhi j m mm% ZONDAGSBLAD ZATERDAG 18 JUNI 1960 JONG Nederland let op uw saeck! Er ligt TOor(u w HET leven reis in het ver schiet. Als ge vijftien vragen, die de Nederlandse koopvaardij en het schip tot onderwerp hebben, goed weet te beantwoorden, maakt ge kans een maand op zee te kunnen doorbrengen. Op een echt en groot en modern schip. Op een schip, dat de verbinding onderhoudt tussen verre landen en vreemde havens. Een maand lang kunt ge het leven aan boord gadeslaan, heerlijk luieren op het zonnedek, je laten verwennen door de steward, en genieten van de rust die van de onmetelijke zee uitgaat. Die vijftien vragen zijn opgesteld door de Koninklijke Neder- landsche Reedcrsvereeniging, die aan het eind van deze maand de „Jeugdactie Koopvaardij" begint. Haar voorzitter, de heer VV. Rehbock, heeft ons er over verteld aan boord van het s.s. Noordam, een van de prachtige schepen van de Holland-Amerika Lijn, dat, net teruggekeerd van een reis naar New-York, in de imposante Rotterdamse haven lag. „Jeugdactie Koopvaardij J~\E ACTIE heeft natuurlijk een doel. „Wij willen vertelde de heer Rehbock dat het Ne derlandse volk meer belangstel ling krijgt voor zijn koopvaardij. Onze scheepvaart is van enorm belang voor onze nationale eco nomie, en dat moet men meer dan voorheen in alle kringen van onze samenleving gaan be seffen. Wist u, dat er nog Neder landers zijndie nooit een zee schip hebben gezien? Wil men echter die interesse bij ons volk aankweken en verdiepen, dan moet men bij de jeugd beginnen, want de jeugd van nu zijn de ouderen van straks. En die oude ren zullen op de bres moeten staan voor de belangen van onze koopvaardij. Maar naast de jeugd richten we ook onze aan dacht op het korps leraren en onderwijzers, dat in het aankwe ken van belangstelling voor de scheepvaart bij onze jeugd zo'n grote rol kan spelen. Zij mogen even goed aan onze prijsvraag deelnemen. En ook zij komen in aanmerking voor een zeereis als ze de vragen goed oplossen, en zij mogen zich zelfs laten ver gezellen door hun echtgenote". IR bondig TlUE GAAN aldus de heer Rehbock deze maand met onze actie starten, omdat prinses Margriet, het petekind van de koopvaardij, volgend jaar januari achttien jaar wordt. Op haar verjaardag zal de act:e het hoogtepunt bereiken. Tij dens feestavonden, ter ere van de Prinses belegd, worden de namen van de prijswinnaars be kend gemaakt. In totaal zijn er elf winnaars voor een zeereis onder de jeugd, in elke provin cie een winnaar, en nog eens elf winnaars onder de docenten. Maar naast deze hoofdprijs heb ben we voor goede inzenders nog andere eveneens aantrekke lijke prijzen. Alle voorwaarden staan uitvoerig beschreven in het blad „Vaart", dat deze maand aan 250.000 scholieren van 14 jaar en ouder zal wor den uitgereikt. Voor de samen stelling van „Vaart" hebben verscheidene auteurs van naam over de zee en de zeevaart ge schreven en daardoor is het een aantrekkelijk blad geworden, dat veel gegevens bevat, waar van de doorsnee Nederlander eenvoudig geen notie heeft". Als een passagiersschip voor een reis van twee maanden vertrekt liggen in de proviand-, de koel- en de vriesruimte o.m. opgeslagen: Vijftien vragen 1. Welke plaats bezet de Nederlandse koopvaardij in de we reldscheepvaart? 2. Wat is een lijnrederij? 3. Wat verstaat men onder trampvaart en wat onder tank vaart? 4. Wat is vlagdiscriminatie? 5. Op welke wijze geeft een rederij op een schip aan, dat dit schip haar eigendom is? 6. Hoe heet het vlaggeschip van de Nederlandse koop vaardij en hoe dat van de Amsterdamse haven? 7. Wat is een cruise? 8. Definieer de positie van de gezagvoerder van een schip. 9. Welke voortstuwingsmogelijkheden voor schepen kent men op het ogenblik? 10. Wat is de taak van de civiele dienst? 11. Hoe geschiedt de plaatsbepaling op zee? 12. Waar komt de uitdrukking „glazen slaan" vandaan en wat betekent zij? 13. Wanneer heeft een meisjesnaam voor een zeeman een onheilspellende klank? 14. Gedurende welke uren worden de hondenwacht en de platvoetwacht gelopen? 15. Noem in zinsverband zes in de Nederlandse taal inge burgerde uitdrukkingen, die aan de scheepvaart of scheepsbouw zijn ontleend; voorbeelden (natuurlijk niet voor de prijsvraag te gebruiken) „afgescheept worden" of „de loef afsteken". 12.000 stuks wild en gevogelte, zoals soep- en braadkippen, piep kuikens, wilde en tamme duiven, poulardes, patrijzen, fazanten, sneeuwhoenders, korhoenders, wil de eenden, talingen, hazen, konijnen, kalkoenen, reebout, rendiervlees 70 80.000 kilo aardappelen 19.000 kilo verse groenten er 27.000 kilo vers fruit 800 blikken tomatenpuree 33.000 blikken met groente 18.500 blikken met fruit er 50.000 flesjes bier, plus nog 25.000 liter op vat, 74.000 flesjes li monade, mineraalwater enz., 5.250 flessen wijn en champagne, 4.750 flessen gedistilleerd. Er gaan 175 soorten dranken mee, van cham pagne tot limonadesiroop toe. 12.000 borden, 10.000 koppen en schotels, 20.000 gleizen, 10.000 le pels, 7.500 vorken, zo'n 5.000 messen en nog wat kleinigheden Ten slotte nog enige kleinighe den: miljoen sigaretten, 20.000 sigaren, diverse soorten rooktabak en shag in grote hoeveelheden, on geveer 400.000 meter toiletpapier, zijnde 5.000 rollen. De bibliotheek bevat ruim 3.000 boeken en de discotheek telt onge veer 700 grammofoonplaten- Kapitein A. Lagaay: „Voor zover ik het my kan herinneren, begon de zee haar aantrekkingskracht in 1897. Ik werd bezeten van de idee eenmaal kapitein te worden. Mijn jongens- ideoal bereikte ik in 1926, op 38- jarige leeftijd: kapitein hij de grote vaart. De zee, die mij altijd getrok ken had, heb ik lief gekregen. Dik wijls heb ik de wal mensen beklaagd in hun haastig gejakker, waarin ze zich geen tijd gunden voor een mooie zonsondergang. Urenlang, nu nog, kan ik naar de wolken en hun weer spiegeling in de zee kijken. Ik weet ook wat orkaankracht is: onbeschrij felijk indrukwekkend. Dankbaar ben ik, dat ik in de oorlog daadwerkelijk aan de bevrijding van ons land heb deelgenomen als kapitein op troepen schepen. Onder de Hollandse vlag, voor de Hollandse koopvaardij: een kostbaar bezit! God zegene en be hoede hen! De zee op! Daar voelt een Hollandse jongen zich gelukkig!" „Reusachtig!", antwoordde de jon gen nog een beetje verlegen. „Wat zou zo'n schip nou kosten en wat kost het elke dag als het vaart? Weet u dat?" „Dat weet ik", zei de meneer, „en dat is heel wat. Dit is een schip van elfduizend ton. Daarvoor moet de reder veertien miljoen gulden op tafel leggen. Niet weinig, hè? En als het eenmaal vaart? Je wilt zeker even kijken in bet kasboek van de kapi tein, als hij er een zou hebben. Nu dan: het meeste geld kost de brand stof voor de motor van achtduizend pk. Die slok-op drinkt zo'n twaalf- hondcrdtachtig kilogram olie per uur (ca. 1.3 ton) of ruim dertig ton per dag. En dat kost ongeveer achten- dertighonderdvijitig gulden; zo'n schip krijgt zestig man bemanning. Die verdienen met elkaar heel wat honderden guldens per dag en ze eten voor twehonderdvyfentwintig gulden per dag op." is: „Voor n het verrukke- wordt het schip Passagier mr. Ed-ard Elin mij zijn de zeer lükst. Want op je huis met al zijn gemakken, met zijn hele grote ruimte, met zijn gele genheid tot lopen en andere lichaams beweging. Aan een schip zijn geen belemmeringen van hoogte, breedte en lengte. Het geeft je lichaam alle ruimte, die het nodig heeft en het glijdt door de ruimte, die eeuwig en oneindig is. Tussen de zee en de hemel zijn de vrijheid en de grenze loze rust, de stilte en de tydeloos- heid, die wat mij betreft de grootste verrukking vormen, die denkbaar isAan de achtersteven staan en het spoor van het schip door het eindeloze water uit het romige, ruisende begin zien ontstaan naar het einde van de streep, die verloren gaui in de verte. Wandelen ronden hel dek. Spelletjes doen met de aardig aards en de lieverds, die je mede passagier zyn. zyn De Rotterdammer Kees Borstlap „Er stond een meneer in zyn nabij heid, die zyn stille bewondering, toen het schip van stapel liep, had opgemerkt. „Vond je het mooi?", vroeg hy. t, Prinses Margriet, petekind van de Nederlandse koopvaardij, op ivier verjaardag de prijswinnaars ran de .Jeugdactie Koopvaardif' bekend gemaakt zullen worden. KRUISWOORDRAADSEL Horizontaal: 1. vis; 5. zwemvogel; 7. gem. in N.H.11. gem. in Zeeland; 12. voegwoord; 14. eikeschors; 16. landschap in de Pe- loDonnesus; 18. vaartuig; 20. plaat van een handpers; 23. sportterm, 24. voornaamw.; 25. steen; 27. roodachtig; 28. vlug; 30. muziek noot; 31. troep ongeordende krijgers: 33. maïs in Z.-Afrika; 34. staat meestal boven drukwerk; 36. kunstvlucht; 38. muiter; 39.maan- stand; 40. rivier in Siberië; 42. beneden; 44. koor van zangers; 45. lidwoord; 46. komt van het varken; 48. rijkaard; 50. inwendig lichaamsdeel; 52. telwoord; 53. gem. in N. Brab.; 54. flauw; 55. plaats a.d. Katharinabaai op de Moermankust; 57. jongensnaam; 59. zijtak Elbe; 61. bekende afkorting; 62. doortochtgeld; 63. jaar getijde; 66. scheikundig element (afk.); 67. academische titel (afk.); 68. dolmakende giftplant; 69. wijzer van een kompas; 71. lengte maat (afk.); 73. schaker van Helena; 75. rijst in de aar (Mal.); 76. karaat (afk.); 78. plaats op Ameland; 79. meertje; 81. onder richt; 82. oude inhoudsmaat (afk.); 83. schijn, voorkomen; 85. dorp in Gelderl. onder Vuren; 87. huisdieren; 88. hoepel; 90. stronkje; 91. plechtige gelofte; 93. lichaamsdeel; 94. niets (Lat.); 95. vreem de munt; 96. gem. in Z.-Limb. Verticaal: 1. zwakke; 2. zwaardvis; 3. scheikundig element (afk.); 4. voorzetsel; 5. zoon van Jacob; 6. jongensnaam; 7. maan stand; 8. muzieknoot; 9. priem; 10. inwendig lichaamsdeel; 11. leenman; 13. adellijke titel in Engeland (afk.); 15. oude lengte maat; 17. stevig, duurzaam; 19. vloerbedekking; 21. kleefmiddel; 22. onderdeel van het weefgetouw; 25. eiland in 't Z.O. van de Ae- geïsche zee; 26. godin der eeuwige jeugd (Germ. Myth.); 28. Ame rikaanse sierheester; 29. dikke boterham (scherts); 32. eind; 33. badplaats in Z.-Tirol aan de Etsch; 35. zeepwater; 37. bijwoord; 39. deel van het oor; 41. zichtbare voorstelling; 43. de hoofdster van Orion; 45. gem. in België; 46. geit; 47. papegaai in „N.-Zee- land; 49. hinderen; 50. maand van het -jaar; 51. kever; 53. witte suiker; 56. aardsoort; 57. verzekeringsbrief; 58. monster; 60. boom; 62. hoog bouwwerk; 64. houten bakje; 65. dorp in Gelderl onder Eist; 67. hoofdstad van F. West-Afrika; 68. zoon van Jacob; 70. spijstafel; 72. kerkelijk zangstuk; 74. donkere zolder in molens; 77. telwoord; 79. niet echt;80. ontkenning; 82. uiteinde van een spier; 84. koor van zangers; 85. muzieknoot; 86. voornaamw.; 87. gevuld; 89. nationaliteitsteken v. vliegtuigen v. Nederland; 90 meervoud (afk. Lat.); 92. zo God het wil (afk. Lat.); 93. volgens andere (afk.). ver, 10. ed, 11. domein, 12. Edens, 13. hoed. 15, Anio, 17. rog, 20, Gent, 25. Leende, 27. Erie, 28. Lena, 30. Eli, 31. ke ver, 32. mede, 33. To, 35. sip, 36. tien, 37. fier, 38. Leens, 40. Nessus, 41. stijl, 44. Eva, 46. aver, 48. noen, 49. net, 51. A.B., 52. Nièvre, 54. punt, 56. beest, 57. Sluis, 58. reis, 59. kreet, 60. bles, 61. Erp, 63. eden, 64. fris, 67. col, 69. ore, 71. ar, 73. na. INZENDINGEN Inzendingen worden vóór donder dag a.s. op ons bureau verwacht. Oplossingen mogen uitsluitend op een briefkaart worde» geschre ven. In de linkerbovenhoek ver melden; „Puzzeloplossing". Er zijn drie prijzen: een van 5,en twee van 2,50. OPLOSSING VAN DE VORIGE PUZZ Horizontaal; 1 Eems, 5 harp. 9. Gedeh, 14. Iduna, 16. Noor, 18. dodo, 19. sering, 21. evoë, 22. mee, 23. er, 24. kiel, 26. eg, 27. e«nd, 29. oneer, 31. kris, 32. met. 34. tel, 35. sein, 37. fenol, 39. Ni- nivé, 41. Si, 42. Ida, 43. eed, 45. Epe, 46. Ate, 47. Ee, 48. nevens, 50. ravijn, 52. nona, 53. esp, £3. bel, 56 bies, 57. stuur, 60. been, 61. el, 62. snee, 64. fr, 65. lev, 66, truc, 68. Tidore, 70. Esra, 72. pion, 74. serie, 75. sterk, 76. slak, 77. nest. Verticaal: 1. eisen, 2. Eder, 3. Mur, 4. snik, 6. An, 7. roe, 8. po- Zullen we vandaag maar weer eens in de onderwerpen duiken, want die wach ten nog steeds met een zeker (on) geduldDrie koos ik er, twee impressies over dromen (een nogal lange en een korte) en een stukje over het mannetje. Zoals gewoonlijk beginnen we met het verhaal, dit keer geschreven door een studente Nederlands, namelijk Willy Belgraver (18 en uit Den Haag). De illustra ties erbij zijn van Nic. Kluiters (uit Delft), 't Gaat dus over dromen en ik noemde het: Toen pas Het duinzand is weldadig warm, de golven slaan met een tevre den regelmaat op het strand en de zon koestert het leven in een innige warmte. Ik lig op de top van een duin en staar over de rustige golven heen naar de verte, waar de einder verscho len ligt achter een trillende ne vel, die water en lucht in el kaar doet overvloeien. Ik voel me soezerig en mild gestemd en erger me maar niet meer aan de mensen, die de stilte van het strand verstoren met hun drukte, hun nuchtere geredeneer en ge schreeuw. Van mijn top kijk ik op hen neer, 't lijkt of ze steeds kleiner worden op het strand be neden mij. Ik voel me boven hen uitstijgen in hoger sferen en plotseling sta ik aan de drem pel van de wereld van de droom. Een zeemeermin ben ik, een zeemeermin heb ik altijd willen zijn, met lange gouden haren en een stem, die zou sterven bij het scheiden van de nacht. Hoog en sierlijk spring ik op uit de branding en terwijl ik vergeet, dat de nacht nog niet gekomen is. zing ik het hartstochtelijke lied van de natuur. Maar mijn stem wordt verstikt, een over slaande golf trekt mij mee in haar diepte en als zeeschuim spoel ik aan op het strand. Teleurgesteld voel ik hoe een helmsprietje kriebelt aan mijn ene voet en dat de zon brandt op mijn neus. Maar ik wil niet terug keren naar de werkelijk heid en krampachtig klem ik mij vast aan een nieuwe droom gestalte: het elfje. Als een klein lichtblauw elfje met zacht trillende glazen vleu geltjes zit ik aan de oever van een meer. Langzaam daalt c|,e avond over het water en een grote bleke maan klimt omhoog aan de hemel. Grote bloemen met wasbleke kelken versprei den een zacht-bedwelmende geur en dompelen het leven in diepe melancholie. Het zilveren pad van de maan ligt blinkend over het water en verdwijnt tussen het riet aan de tegenoverliggen de oever. Ik sta op. Een dikke traan biggelt over mijn wang en rolt in de open kelk van een bloem, die me al die tijd al verwonderd en vijandig op haar stengel heeft staan aangapen. De glinsterende traan glijdt langs haar vlezige bloem- Er komt een eind aan dromen zette Jan Hardon (19, kweek en uit Gorinchem) boven het stukje, dat hy destijds na de „onderwerpen-oproep" inzond. „Kindje, droom je?" vroeg ik, maar haar antwoord was vaag en onduidelijk, 't was slechts een gemompel; toch begreep ik: „Ik kan niet dromen, want myn adem is verslikt, door myn aderen jaagt het bloed, het klopt en trilt in me, alsof slopers de laatste hand slaan aan een onbewoonbaar verklaarde woning. Jijzelf hebt een muur rond myn hersenen gebouwd, een hoge muur, van grote onbehouwen stukken graniet, met slechts één opening, de weg, die leidt naar achter de wolken, naar achter hot leven en die weg splitst zich pas als hy de toekomst reeds lang achter zich gelaten heeft. Waar zyn de bloeiende tulpen Aiit onze tuin, waar is de herder met zijn lieflijk gefluit van lucht, licht en leven, die herder, die my met zijn fibrerend spel wakker schudde? Dit alles is voorbij, de muur sluit zich, langzaam maar zeker. Nu ben ik een gevangene geworden van de engite, maar toch voel ik me vry, ik kan licht en vrede al zien, de tyd van dromen is voorbij. Jou zal ik niet meer zien, voordat ook jij uit je droom ont- waakt zult zijn en de granieten weg kunt volgen. Haar laatste woorden klonken zacht en eenvoudig. Ze maar en doe het voorzichtig. Tot straks, lieveling". :i „Droom JAN HARDON wand naar beneden en ver dwijnt in haar duistere, onweer staanbare lokkende diepte. Lang zaam schrompelt de bloem ineen, de zoute dauwdroppel heeft haar wreed vermoord. Haar weeë geur verspreidt zich als een doodsdreiging om mij lieen en de harmonische avond-stem ming ligt als een broze schaal gebroken aan mijn voeten. Als een glinsterende redding ligt het zilveren pad op het water en met een wanhopig gevoel spring ik naar beneden, waar het zilver zich oplost tot enkele spatjes maanlicht op het zacht wiege lende water. Een glibberige wa terleliestengel knapt onder mijn wildgrijpende handen af... en in een huiverende kilte open ik mijn ogen. Een grote wolk glijdt langs de zon, die langzaam een gouden zoom borduurt langs de witte randen en een krans van licht werpt op duinen en zee. Ik zucht diep en leg m'n lioofd op mijn armen. Misschien ben ik wel te nuchter om te dromen en ik zucht nog eens. Ik voel de warmte van de zon zich weer langzaam over me ontfermen. De zee ruist vredig en een bij zoemt slaperig om mijn hoofd alsof ik een bermbloempje was, een bermbloempje Toen sliep ik in en eindelijk droomde ik. WILLY BELGRAVER. ER UIT GELICHT Zijnde enkele korte opmerkin gen naar aanleiding van binnen gekomen brieven. ADRES GEVRAAGD ik ook heb gezorhl Hoi IDEE VOOR VAKANTIEGAN GERS? (in ieder geval wél een idee van Cor den Duik (Schevenin- gen) Cees van Dop (Rotterdam en kweek) is, dacht ik zo, ook weer eens ,,aan de beurt" al vind ik dat zelf geen prettige uitdrukking. Maar goed, ik koos: Zwartgallig Soms eens een oostindisch-do- ve nacht die niet spreken kan van me lancholie een nacht bekrast door regen of een nacht verkild door mist met op de verre achtergrond een soufflerende maan o'n nacht van lafheid voor het zijn en nacht van louter verliezen Heimwee ledereen kent hem Ontvangen van Leo Faasse (16 en uit Schiedam). Wie het leest zal ontdekken, dat hier mee het onderwerp ,,'t Manne tje" ook weer eens aan de orde is. Iedereen kende. hem. Hij was klein en tenger. Oud, vuil zijn gezicht en z'n kleren. Hij prikte onze plantsoenen leeg en ledig de zijn stok in een mand, tel kens langzaam met hetzelfde vermoeide gebaar. Dan keek hij voldaan naar de huizen en be gon aarzelend opnieuw. Dit nu was de zieligste man van de wereld. Later, veel later, heb ik men sen ontmoet, waartegen ieder een opkeek. Maar ik zag hen prikken en volle stokken legen in een mand. Onmiskenbaar be hept met dezelfde kleinzielig heid. Soms hoopvol flitsende ogen naar dode stenen huizen en een voldaan gezicht naar een volle mand papier. De ogen heb ben het me verteld. Zijn ogen waren blauw en weemoedig. De andere ogen waren niet blauw maar neergeslagen bij de verle gen ontmaskering van hun in nerlijk. Als ik in de spiegel kijk zie ik iemand staan van wie iK weinig weet. Ik heb gezocht mezelf te vinden, maar ik vond de ander voor mij, de surrogaat-ik. Wan neer ik mezelf zie is het heel even flitsend een mannetje, en ik prik. Te laat bevreesd zijn achter het telraam van de angst kortheidshalve heimwee zeggen tegen het praehistorisch geluk meegekomen met de moedervlek op je bovenarm wanhopig terugdenken aan de toekomst die altijd CEES VAN DOP kan ik het adres van „Pierre Alexander", de m van het „Mannetje Jacques", vori week in Ruimte verschenen. Shi je het even? COMMENTAAR Als ik het zeggen mag, André H uit Oegstgeest, vind ik „vrij" beli dan „prelude". „Vry" zou ik de ook willen houden. Laat je me eve weten of je daarmee akkoord gaal Eén foto van Hans O. uit Rotterdai bewaar ik, de kerk was nogal sti tisch. Van Ton van den B. u; Voorburg blyft „Melaats" hier, andere gedicht vond ik wat te „aaL gezet". Rien V. uit Leidscliendai krygt daarentegen alles terug. Was niet slecht, maar veel en eens veel te sterk opgelegd. Do het eens wat „gewoner" zou ik len adviseren. „Maria" dank ik haar wnarderende woorden met Li trekking tot onze rubriek; haar gt dicht was aan de gezwollen ki Arie G. uit Nw.-Lckkerland c vangt ook zyn zending weer te met het oude recept, terwyl to slotte Miep B. uit Wannepi niet onverdienstelijk tekent. Zy ui echter, wil zy een plaat zii genomen, haar stijl moeti diepen. Van Claesina Huizebosch (uit Krimpen aan de IJssel) ontvang ik zo op gezette tijden ook ver schillende bijdragen. Zoals dit: Drie sferen DE AVOND, is doorwoeld met beelden afschuwelijke mensen, het hoofd, uit het raam gestoken, trekt zich huiverend terug. NACHT de nacht lacht zacht, weemoedig, om dat klein verlichte venster, schepen gaan geluidloos langs en voorzichtig steekt zich wederom een hoofd naar buiten. OCHTEND dan trillen neusvleugels blijdend open; Veertien is Gert van dl geuren br.engen prille Wolf (uit Lisse), die niettemi voorjaarsbeden aan. een niet onverdienstelijke fot CLAESINA HULZEBOSCH kan maken, zoals je kunt ziet 2. Uit een partij TunnatKastel mm ÉS m B H 1 abcdefgh Hoe had wit aan zet kunnen winnen? abcdefgh Zwart speelde 1Dc7? en verloor. 3. Uit een partij CrawfordThacker Oplossingen n |P si a m m x m Wf''' m 4 m ro ^mm w ■gm, es i H Hl a Hieronder volgen de oplossingen der ste! lingen uit onze rubriek van 4 juni jl. 1. Studie van Kramer. 1. Kf6 g4 2. Kg Kg8 3. h7t Kh8 4. Kg5 g3 5. Kg6! g2 6 Kb Remise. 2. Studie van Mattison. 1 hxg5t Kh5 2. fxg6 3. f5! gxf5 4. Kgl! Remise, want 1 houdt op de oppositie. 4. Studie van Dedrie. 1. Kcöü Kg4 2. Kdd Kg3 3. Ke5 Kg4 4. Kf6 Kh4 5. Kf5 Kg3 Kg5 en wint. Indien 1. Kxb6?? dan K| remise. Indien 1. Kd7? dan Kh5! 2. Kc6 K 3. Kd5 Kh5! remise. Indien tenslotte Kd6? dan Kh6! 2. Ke5 Kg5. 3. Ke4 Kg4 Ke5 Kg5 remise. Oplossingen en correspondentie ai heer H. J. J. Slavekoorde, Goudrcinetstrai 125, Den Haag. Voorspoed en tegenslag In de stellingen, welke wij u ditmaal voor zetten, kunt u enkele voorbeelden van voorspoed en tegenslag op het schaakbord vinden. Maakt u ons voor het gebruiken van deze termen geen verwijt. Wij weten maar al te goed, dat sommigen prefereren in de plaats hiervan te spreken van „Goed en slecht spel", om van andere kwalificaties maar niet te spreken. Maar de terminologie is in deze maar bijzaak. Het gaat om de stellingen zelf. In stelling 2 merkt u wel op dat zwart een vol stuk vóór is, en juist daarom wellicht meende dat hij „solide" moest optreden. Stelling 4 Is tamelijk pikant. U weet wel licht dat het jaarlijks toernooi te Mar del Plata gemeenschappelijk is gewonnen door Bobby Fischer en Boris Spasski. Fischer verloor al spoedig van Spasski, doch gaf daarna nog slechts één half puntje af. Spasski stond in 15 partijen slechts driemaal een remise toe. Niettemin kroop de voor malige wereldjeugdkampioen tegen Marini door het oog van de naald. Deze laatste berustte in de diagramstelling in remise door 1. Le2? te spelen. 1. Uit een partij KnackElm.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1960 | | pagina 16