Strijd aan conferentietafel
vaak veel zwaarder
is
Geen vakbeweging zonder
levensbesehcuwing
CETALAC
VAKBEWEGING: SCHILD
VOOR DE ZWAKKEREN
cle c/rootóte
gave
Hen woord voor vandaag
Kanttekening
2
C. Brandsma in N.C.B.-nummer:
Felicitaties van
twee excellenties
Ter gelegenheid van het zes
tigjarig bestaan van de Neder
landse, Christelijke Bond van
Werknemers in de Hout- en
Bouwnijverheid is de Opbouw,
het orgaan van de bond, van
daag met een bijzonder num
mer uitgekomen.
In het nummer zijn tal van
artikelen opgenomen van pro
minente Nederlanders, die de
bond hun gelukwensen aanbie
den. De rij wordt geopend door
Zijne Excellentie de minister
van sociale zaken. Na in het
kort de moeilijkheden te heb
ben geschetst, waarmee de
bond in het verleden te kam
pen heeft gehad, spreekt minis
ter Van Rooy de verwachting
uit, dat de christelijke idealen,
die de bond en zijn leden in
het verleden hebben bezield, er
ook in de toekomst borg voor
staan dat de bond ook dan niet
zal versagen.
Minister Van Aartsen onder
streept nog eens de strijd, die
de vakbeweging heeft moeten
voeren voor het verkrijgen van
sociale gerechtigheid. Het is
hem een reden tot voldoening,
dat het positief-christelijke ele
ment daarbij tot zijn recht is
kunnen komen. Op deze wijze
is de jubilerende N.C.B een
van de voorposten in de verde
diging van het christelijk den
ken en handelen op het maat
schappelijk terrein, aldus mi
nister Van Aartsen. Hij spreekt
daarbij de wens uit, dat het hui
dige bondsbestuur spoedig het
35.000ste lid van de bond zal
mogen inschrijven.
Het nummer bevat voorts
bijdragen van o.a. de heer C.
J. van Mastrigt, voorzitter van
het C.N.V., de heer J. Koster,
voorzitter van de Ned. Bond van
Chr. Schilderspatroons en de
heer J. M. de Groot, voorzit
ter Contactorgaan Werknemers
bonden in de sector Hout en
Meubel.
Lof voor N.C.B.
Veel lof wordt de N.C.B. toe
gezwaaid door de voorzitter van
de Centrale Commissie Bouwnij
verheid, de heer C. Brandsma,
die ook voorzitter is van de so
cialistische bouwbedrijfsbond. De
heer Brandsma verklaart te we
ten, dat de Christelijke vakbewe
ging in de verbreiding van de
gedachten tot samen werken en
samen overleggen een groot aan
deel heeft gehad. Zij heeft van
af het eerste uur van haar be
staan, haar eigen vaan gehesen,
waarin de samenwerking tussen
de maatschappelijke groepen
wordt gepropageerd. Zij heeft,
eveneens vanaf het eerste uur
van haar bestaan, in de aanvan
kelijk verbeten maatschappelijke
strijd, haar eigen geluid doen ho
ren. En dat is zo gebleven tot op
deze dag. Dit ene feit reeds is
een compliment ten volle waard.
Hierbij laat de heer Brandsma
het echter niet. Hij voegt cr nog
aan toe, dat het vanzelfsprekend
is dat de christelijke vakbewe
ging de sociaal-economische
vraagstukken vanuit de christe
lijke levensovertuiging benadert
Evenzo vanzelfsprekend moet
het worden geacht, dat de an
dersdenkenden dit doen vanuit
hun levensbeschouwing. ..Ik
meen dat dit goed. ja zelfs nood
zakelijk is, want welke zin zou
onze maatschappelijke arbeid
hebben als deze niet gevoed en
geschraagd werd door onze le
vensbeschouwing?", zo vraagt de
heer Brandsma zich af. Tegen
alle zogenaamde doorbraak-logi-
ca in lijkt ons deze redenering
van de heer Brandsma princi
pieel zuiver en praktisch.
Vrij van hebzucht
De heer H. Stamhuis, demis
sionair voorzitter van de Ned.
Chr. Aannemers- en Bouwvak
patroonsbond, constateert, dat
in de loop van de jaren niet
slechts de levensomstandighe
den zijn gewijzigd, maar ook
de levensinstelling heeft een
verandering ten gunste onder
gaan. Ieder mens, die daarvoor
werken wil, dient thans een re
delijke bestaansmogelijkheid ge
boden te worden. Dit is echter
niet zonder hard werken en
veel strijd verkregen.
Het woord strijd ligt de heer
Stamhuis echter niet meer zo.
Hij gelooft dat dit woord eigen
lijk in de verhouding van werk
gevers en werknemers niet
meer thuishoort. Zeker in het
verbond van het christelijk or
ganisatieleven moeten wij door
samenwerking vrij van heb
zucht en vrij van haat tot het
doel kunnen geraken.
Het is zijn vaste overtuiging,
dat ondanks de schijn van het
tegendeel, de band, die chris
ten-werknemers en christen-
werkgevers aan elkaar bindt,
hechter en dieper gefundeerd
is dan het standsbelang en de
groepssolidariteit, die werkge
vers onderling en werknemers
onderling samenbinden.
Tegen wU en dank
In de zelfde richting gaan
enkele opmerkingen van de
heer E. van Tellingen, voorzit
ter van de Bond van Christelij
ke Meubileringspatroons. Hij
meent, dat zowel werkgevers
als werknemers wel eens tegen
wil en dank federatief te sterk
gebonden zijn. Hij gelooft, dat
tussen christelijke werkgevers
en werknemers meer gespro
ken moet worden om te voor
komen, dat men wederzijds
soms in conflicten betrokken
wordt, die men eigenlijk niet
wil en die misschien ook niet
nodig geweest zouden zijn.
De heer J. Dura Dzn., voor
zitter van de Raad van Bestuur
Bouwbedrijf, biedt de N.C.B.
eveneens zijn gelukwensen aan
met zijn zestig-jarig bestaan
en legt daarbij ook nog weer
eens de nadruk op het belang
van overleg en samenwerking.
In de N.C.B. leeft een sterk
streven, door gemeenschappe
lijk overleg en samenwerking
het hoofd te bieden aan de pro
blemen, aldus de heer Dura. Hij
verzekert de N.C.B. dat de
werkgeversorganisaties de N.C.B.
daarbij gaarne tegemoet zul
len treden.
OVERLEG GAAT VER BOVEN STAKING
Beroepingswerk
GEREFORMEERDE KERKEN
Beroepen: te Siddeburen (Gron.) vac.
C. de Kruyk: S. v. d. Veen te Arum Fr.)
Aangenomen naar Mediaine Hat (Alb.
Canada): M. D. Geleijnse te Roermond.
Tweetal te Maastricht' D. Kronemejjer
te Oppenhuizen en. Ph. Stoffels te Ril-
land-Bath.
GEREF. KERKEN (Vrijgemaakt)
Tweetal te Groningen (vak. D. van
Dijk): M. J. C. Blok te Utrecht-N.W. en
J. Verkade te Voorburg.
CHR. GEREF. KERKEN
Aangenomen naar Grand Rapids Mi
chigan U.S.A. (Old Christian Ref.
Church): J. Tamminga te Toronto. (Ont.
Canada. Free Christian Ref. Church)
voorheen te Enschede.
REMONSTRANTSE BROEDERSCHAP
Beroepen te Den Haag: E. J. Kuiper,
predikant in tijdelijke «dienst te 's-Gra-
venhage, die dit beroep aannam.
VRIJE EVANG. GEMEENTE
Beroepen te Musselkanaal: C. Zijlstra
te Franeker.
CAO klompenindustrie
Volgens bekendmaking van het colle
ge van rijksbemiddelaars hebben de
partijen, betrokken bij de collectieve
arbeidsovereenkomst voor de klompen
industrie, een verzoek ingediend tot al
gemeen verbindend verklaring van ge
wijzigde bepalingen van deze c.a.o.
Bedrijfschap
voor de houw
(Van onze sociaal-economische
redactie)
E ZIGHEID
nister ran sociale zaken en
volksgezondheid, mr. dr. C. J. M.
A. van Rooy, de voorzitter van het
C.N.V., de heer C. J. van Mastrigt,
talrijke prominente vertegenwoor
digers uit de wereld van de bouw
vakken en 700 vertegenwoordigers
van de bond zelf, heeft de heer J.
van Eibergen vanmorgen zijn her
denkingsrede uitgesproken in het
Haarlems concertgebouw ter gele
genheid van het 60-jarig bestaan
van de Nederlandse Christelijke
Bond van Werknemers in de Hout
en Bouwnijverheid.
,Zo de Here het huis niet bouwt,
tevergeefs arbeiden deszelfs bouw
lieden daaraan." Deze Bijbeltekst,
die de bond tot rijn zinspreuk koos,
bracht de heer Van Eiber gen in
herinnering bij de aanvang van rijn
rede. Indien deze zinspreuk zou
worden losgelaten, dan is er geen
bestaansgrond meer voor een
aparte christelijke organisatie. Dit
algemene beginsel is het enig juiste
beginsel. Niet vanwege hovaardige
menselijke opvattingen, maar om
dat wij Gods Woord zo verstaan,
aldus de voorzitter.
De Bijbel gebiedt ons onze naasten
lief te hebben. Dit is een gebiedende
opdracht, want er staat: Gij zult. Maar
tegelijk is het een uitermate zware taak.
Niet geheel ten onrechte kan de vraag
gesteld worden, of wij niet een zeer ho
ge pretentie voeren door het te doen
voorkomen, dat wij dit gebod zouden
willen volgen.
welke deze vergaderingen kosten, volle
dig kan dragen. Ook nadat niet lang ge
leden een niet onbelangrijk gat in de
'oondsfimnciën is geslagen. Rond 1916
was er een meubelmakersbond met 389
leden en een vermogen van 900 en in
1908 was het vermogen van een bouw-
groep (304 leden) nul komma nul. In
1900 moest nog vergaderd worden op de
niet door te betalen tweede Kerstdag.
Zijn rede besluitend verklaarde de
heer Van Eibergen, niet te kunnen be-
JN AANWEZIGHEID van de mi- loven nooit meer in staking te gaan.
-_j_1 Wel gaf hij als zijn mening, dat geen
lartijen er winst bij heeft, wanneer
hunner in een hoek gedrongen
wordt. Gaarne is de N.C.B. daarom
voor de toekomst bereid samen voort te
bouwen, opdat men in Nederland kome
tot de gewenste bedrijfsverhoudingen.
VORM EN KLEÜR
De vakorganisatie wordt nog elke dag
bestreden om zijn vorm. En juist onze
vakorganisatie wordt ook bestreden, om
dat zij christelijk is, zo merkte de heer
C. J. van Mastrigt, voorzitter van het
C.'N.V. op. In zijn rede over vorm en
kleur van de christelijke vakorganisatie.
Men zou aan de bestrijding gewend kun
nen raken zo meende de C.N.V.-voorzit-
ter, maar hij riep op hiertegen te wa
ken. Men zal er op moeten letten, wte
haar bestrijdt en hoe wordt bestreden.
Door het optreden van de organisaties
zijn er wijzigingen gekomen in de maat
schappij. En" deze brachten op haar
beurt weer noodzakelijke wijzigingen
mee in de organisatievormen. Nieu
we tijden, brachten nieuwe vormen,
maar dezelfde' kleur bleef. De ontwik
keling in de vormgeving is evenmin ten
einde als die in de architectuur van de
bedrijven. Als enorme veranderingen,
die zich in onze samenleving hebben vol
trokken noemde de heer Van Mastrigt
de thans bestaande grote mate van
rechtszekerheid en de grotere bestaans
zekerheid.
Er is echter nog wel wat te wensen,
er zijn nog wel idealen. Onze samenle
ving voldoet ook in 1960 nog niet aan de
te stellen eisen.
De heer Van Mastrigt vroeg zijn ge
hoor, of men met een gerust geweten
God zou durven ontvangen in het
eigen ondernemings- en bedrijftaks
leven. Indien we daarvoor terug
schrikken, dan is het wel goed ons te
realiseren, dat Hij toch alles ziet en
weet, aldus spreker. Werkgever en
werknemer zullen elkaar wederzijds
moeten kennen en erkennen. Beiden
zullen hun verantwoordelijkheid moe
ten kunnen dragen. Daarbij zal de
meest geëigende vorm van samenwer-
anderen zich afkeerden van christendom
en Christus. Maar zo voegde hij er aan
toe, men verwijte dit nooit bet beginsel.
Het gaat er niet om hoe wij over chris
tenen denken. Waar het wel om gaat,
is, hoe wij over Christus denken.
OVERLEG
De N.C.B. heeft daarom van het be
gin af aan om des beginsels wil ge
steld: overleg ln plaats van strijd.
Werkgevers en werknemers hebben in
deze een en dezelfde opdracht. Samen
hebben zij tot taak bet meest juiste kli
maat te scheppen.
De heer Van Eibergen voegde hier
aan evenwel toe, er vandaag nog ten
volle van overtuigd te zijn, dat er bij
de recente staking ln de bouwvakken,
geen andere wegen openstonden, hij was
ook thans nog van mening, dat deze
strijd een rechtvaardige strijd was ge
weest. Vele nieuwe leden hebben zich
bU de vakbonden gemeld, juist omdat de
bonden getoond hebben, te durven, te
kunnen en te willen strijden. „Hoezeer
ik menselijk gezien de houding van de
ze leden ook begrijp, wij moeten eer
lijk zeggen dat hierin Iets zit, dat niet
strookt met ons uitgangspunt", aldus de
heer Van Eibergen. Bovendien achtte hij
een staking reen zwaardere en geen
grootsere strijd dan aan de conferentie-
tafel. Principieel en physlek gezien is
de strijd aan de conferentietafel vaak
veel zwaarder. Om des beglnselswil
gaat overleg verre boven strijd.
BELOFTE
Bij het gebod der naastenliefde is ook
de belofte, dat God Zijn zegen niet zal
onthouden. Als blijk van voorspoed
noemde de heer Van Eibergen, dat
thans 700 afgevaardigden van de bond
drie dagen met elkaar kunnen vergade
ren en dat de bond de slordige 100.000
Advertentie
Verf met gentnk
van Ceta Bever
Van Bruggen
geridderd
(Van onze sociaal-economische
redactie)
Een van de hoogtepunten van
de viering van het jubileum van
de N.C.B. was vanmorgen de toe
spraak van de minister van so
ciale zaken en volksgezondheid,
mr. dr. C. J. M. A. van Rooy en
wel in het bijzonder het slot van
zijn toespraak, waarin hij mede
deelde. dat het H. M. de Koningin
behaagd had de heer H. L. van
Bruggen, een van de veteranen
van de N.C.B., te benoemen tot
ridder in de Orde van Oranje
Nassau.
De heer Van Bruggen, die in
1900 werd geboren en als 14-jarige
jongen reeds bij de bond in diens,
trad. is bij de N.C.B. de man ach
ter de schermen, de man van de
interne dienst, ijn officiële titel
luidt, chef de bureau, maar Van
Bruggen heeft zich in de afgelo
pen 46 jaar ontpopt als een mees
ter op vele wapens.
Behalve dat hij een uiterst be
kwaam administrateur is (in deze
kwaliteit heeft hij in C.N.V.-
kring zelfs enige vermaardheid),
is hij ook een expert bij het voe
ren van de propaganda-ledenac-
ties. Hij schreef enige toneelstuk
ken, waarvan het stuk. getiteld:
Opdat eens d' arbeid bloeien zal,
ruime bekendheid kreeg. Dit stuk
werd indertijd na bewerking door
Dirk Verèl ook voor de N-C.R-V.-
microfoon gebracht. Hij was se
cretaris van de jubileumcommis
sie, in welke kwaliteit hij enorm
veel organisatorisch werk verzet
te voor het doen slagen van de
jubileumviering.
king gezocht dienen te worden, con
flicten moeten voorkomen worden, of
meer concreet gezegd, waar is het
bedrijfschap voor het bouwbedrijf en
andere bedrijfstakken. In het bouw
bedrijf heeft men niet vastgehouden
aan oude vormen in het bouwen, maar
dan is het wel wat onbegrijpelijk,
waarom men dit wel doet bij de bouw
van een samenleving, aldus de heer
C. J. van Mastrigt, voorzitter van
het C.N.V.
Staatssecretaris Roolvink
(Van onze sociaal-economische
redactie)
DE HEER B. ROOLVINK, staats
secretaris van sociale zaken,
heeft gistermorgen op het jubi
leumcongres van de Nederlandse,
Christelijke Bond van Werknemers
in de Hout- en Bouwnijverheid de
aandacht van de bond gevestigd op
de economisch zwakkeren. Naar
zijn mening zullen er altijd men
sen blijven, die in een positie ver
keren, die moeilijk genoemd moet
worden. Het gaat hier om de enkele
mens. Deze in het oog te houden
zal voor de vakbeweging reeds een
dankbare taak betekenen, aldus de
heer Roolvink. Ook voor de hout
en bouwnijverheid zag hij hier nog
een belangrijke taak liggen.
De heer Roolvink, die sprak als
oud vriend van de christelijke vak
beweging. maakte deze opmerking
naar aanleiding van een van de span
doeken in de zaal met het opschrift:
De christelijke vakbeweging een
schild voor de zwakken.
Over de beide andere doeken in de
zaal: Naar een bedrijfsgemeenschap
en het bekende adagium van Talma:
Voor het volk om Christus wil, merkte
de heer Roolvink op, dat het overleg
Toen had
31
aan Anne jedacht een «««rouwde
i haar man gescheiden leefde. Anne s
blijmoedige ernsi «o h«»r ewUl«aamtaid. «ar bel
haar eigen leven betrof, hadden Mieke ten siotw
moed gegeven om haar in vertrouwen te nemen
Zo nu en dan. als het kind zich weer eens heel erg
gedrukt voelde en behoefte had geb ult ^preken,
vroeg ze Anne. of ze een avond bij haar mocht ko
men Ze verlangde van Anne eigenlijk alleen, dat
ze luisteren zou en begrijp™ en Anne luisterde en
begreep. Ze had eerst Mieke s ouders willen waar
schuwen. maar Mieke's karakterisering van Jaar
ouderlijk huis en haar hartstochtelijke aard had<Jen
Anne daarvan weerhouden. Het kind zou »ni siaai
zijn zich iets te doen. Wel had Anne haar dadelijk
ernstig gevraagd: ,,En als er nu eens een kina
komt. wat dan?"
..O", had Mieke beslist geantwoord. ..dat-Komt
niet. daar zorgen we wel voor."
Toen Mieke deze avond de kamer bij Anne bin
nenstapte. rook het er naar dennengroen. In een
hoek bij het raam stond Paultje's kerstboom, waar
van de rode. gele. blauwe en zilveren versierselen
in het lamplicht schitterden Mieke bewonderde
hem. Ze blies op het miniatuurtrompetje, dat eer
mager, nasaal geluidje ontwikkelde, en tikte tegen
de glinsterende klokjes. Ze glimlachte vrolijk om
de primitieve engel, die Paultje onder leiding van
Juffrouw Jos uit gaas, watten en engelenhaar had
geschapen en Anne maakte bij zichzelf de opmer
king. dat Mieke nog een kind was met het licht
blonde haar. dat zo onopvallend weg was gekamd
van haar voorhoofd.
Maar toen ze tegenover elkaar bij het warme
haardje zaten, zag Anne weer Micke's ogen, heel
grote, helderblauwe, dwepende ogen en haar volle
mond. klein met rode. fraai gevormde lippen. Arm
kind. het zou niet voor het laatst zijn. dat ze haar
hart wegschonk, en haar kussen zou ze nog ontel
bare malen en aan velen verkwisten.
WILLY
STRUT
Anne wachtte. Ze wist bij ondervinding, dat het
niet nodig was een praatje over koetjes en kalfjes
te beginnen. Daarvoor kwam Mieke niet; er was
maar één ding. wat haar geest bezig hield, al het
andere was voor haar waardeloos geworden, wat
■v-chtig hout. dat niet ontbrandde in de laaiende
vlam. die haar verteerde.
..Met Kerstmis zijn John en ik naar Brussel ge
weest," viel ze na een kort zwijgen met de de«r in
..Lieve hemel!" Anne schrok zo, dat de uitroep
haar ontvallen was, voor ze het wist.
..Thuis heb ik gezegd, dat ik met een kennisje
ging." vervolgde Mieke, onbewogen. ,,En nu kreeg
ik gisteren dit briefje." Ze haalde een gewoon bloc
notevel voor den dag; het zat vol kreukels, die er
weer zo goed mogelijk uit waren gestreken.
Ze reikte het Anne over en deze las: Mieke. ik
vrees, dat je uit verschillende gebeurtenissen ver
keerde gevolgtrekkingen heb gemaakt. We moeten
elkaar niet meer zien en spreken, want het leidt
enkel tot scènes, dat weten we nu langzamerhand
heel goed en ik heb een hekel aan scènes. Wees
verstandig en laten we het elkaar niet meer moei
lijk maken."
Anne zat zwijgend naar het briefje te kijken. Ze
zag, dat het in verdraaidhandschrift was geschre
ven; de ondertekening ontbrak en iedere persoon
lijke bijzonderheid was zorgvuldig vermeden. De
man was zeker bang, dat het bedrogen meisje hem
aan haar ouders zou verraden en dat deze er werk
van zouden maken. Mieke was nog minderjarig,
een schriftelijk bewijs kon heel gevaarlijk zijn.
Het was Anne, of zij de man voor zich zag, of
heel zijn laffe aard op zijn gezicht openbaar moest
..Goddank kind," zei ze eindelijk uit de grond van
haar hart, „wees blij, dat het achter de rug is. hij
is niet waard, dat je een traan om hem laat."
„Dat doe ik ook niet meer." zei Mieke koud,
„ik haat hem. die ellendeling!" Haar ogen gloei
den. haar gezicht was wit van de haat, tiie bij het
denken aan haar vernedering kolkend in haar op
steeg. Toen sloeg ze met een hartstochtelijk gebaar
de handen voor het gezicht en snikte wanhopig.
Anne liet haar huilen cn wachtte zwijgend en
roerloos, tot ze enigszins tot bedaren was gekomen.
Het was haar. of ze een lange rij van vrouwen
langs zich zag trekken, allen gekneusd door de lief
deloosheid van een man. Ze kon niet eens meer me
de lijden met het leed van een, die de rij weer lan
ger maakte; gelaten keek ze naar Mieke's tranen,
het was immers toch vergeefs, als ze in opstand
kwam, het noodlot was niet te ontgaan. Altijd op
nieuw zou een vrouw in liefde haar lichaam en
haar ziel geven en altijd opnieuw zou een man ten
koste van deze offers, die hij niet naar waarde kon
schatten, zijn lust bevredigen, en verder gaan.
Eindelijk was Mieke uitgeschreid. Anne schonk
haar een kop koffie in, legde er een dik met boter
besmeerde plak koek naast. Wonderlijk waren de
wijzen, waarop men iemand trachtte te troosten,
warme, zoete koffie, een plak koek.
..Wees nu verstandig. Mieke denk nu enkel, „hij
was het niet waard", je moet er immers overheen
komen."
(Wordt vervolgd)
in het bouwbedrijf nog verdiept kan
worden met het doel uiteindelijk een
hechte gemeenschap te vormen met
gereglementeerde vormen.
GETALLEN
In de middagvergadering wees prof.
mr. I. A. Diepenhorst het idealiseren
van het verleden af, omdat de vele ver
worvenheden van het moderne leven, zo
wel in technisch als sociaal opzicht, niet
meer gemist kunnen worden. Zij die het
verleden idealiseren vergeten dit te veel.
Anderzijds had hij ook een open oog
voor de gevaren en nadelen van onze
moderne tijd. Hij noemde vermassali-
sering het nieuwe karakter van de oor
logsdreiging, de uitholling van de zeker
heden en het bezwijken van de maat
staven. Er wordt alleen nog gesproken
over massale maatregelen, men denkt
in procenten, in lichtingen, in geboorte
golven enz. Het getal overheerst in ont
stellende mate.
Eén druk op de knop kan in de mo
derne oorlog 6 7 miljoen mensen de
grens tussen leven en dood doen over
schrijden. We leven in mondiale tegen
stellingen. Huwelijk en levensbestem
ming zijn voorwerpen van berekening
geworden. De vastigheden en zekerhe
den in het gezin worden ernstig be-
Het is moeilijk om eerlijk te blijven,
wanneer iedereen liegt. De moraal is
ook in Nederland niet hoog. Normen van
trouw, eerlijkheid en zedelijkheid worden
steeds losser.
Verontrusting sprak prof. Diepen
horst uit over de positie van de
chrislijke kerk in Europa. Hij noemde
de twintigste eeuw de bloedigste
periode uit de wereldgeschiedenis. Bij
de jongste wereldoorlog kwamen
dertig miljoen mensen om. In de vele
grote steden van Europa heersen nog
erbarmelijke sociale toestanden. In
wereldverband gedacht, merkte prof-
Diepenhorst op, dat er jaarlijks nog
25 miljoen mensen sterven aan de
malaria en per dag in China 2600
mensen de hongerdood sterven.
Anderzijds wilde h\j ook niet pes
simistisch ziin. In Afrika en Azië staat
'de christelijke kerk er beter bij dan
in de vorige eeuw. Hij zou ook Rus
land niet van Europa willen afsnijden,
omdat het de Russen geweest zijn, die
vele honderden jaren lang een dam
voor Europa hebben opgeworpen tegen
de Aziaten.
Europa zai ook internationaal moeten
werken aan de onheffing van de sociale
nood In de wereld. Nederland zal in het
^Afzonder ernst moeten mak«n met zijn
zedelijke roenlng in Nleuw-Gnlnea. Ons
zal het lot van de Surinaamse bosneger
ter harte moeten gaan, er zal ook daar
gebouwd moeten worden aan de christe-
Iljk-sociale beweging. Prof. Diepenhorst
legde grote nadruk op de nersoonlijke
chrlsteilike verantwoordelijkheid. De
christelijke arbeider en niet de machtige
maatschappelijke organisatie is het be
langrijkst, niet de hoogleraar maar de
onderwijzer. De Reformatie begint in het
hart, het gaat er om wat leder persoon
lijk doet voor de christelijke zaak, ook in
eieen omgeving.
Bij de bespreking van het bestuursbe
leid van de bond kwamen verschillende
verlangens naar voren. Genoemd werden
de werktijdverkorting, aandacht voor de
minimumiijders, optrekking van de
jeugdlonen, afschaffing van de vijf-
Ja, ook Maria, de moeder van Jezus, behoort tot het gezelschap,
dat daar in de bovenzaal ergens in Jeruzalem in voortdurend
en eendrachtig gebed de komst van de Heilige Geest verwacht.
Nu, in deze vreemde fase, tussen Hemelvaart en Pinksteren,
vermenigvuldigen zich haar gedachten. Zij hoort de bewogen,
ijle stem van de oude Simeon in de tempel, als rij daar ver
schijnt met haar kind op de arm: „En een zwaard zal door uw
ziel gaan!" Zij .heeft de waarheid van dit woord maar al te
zeer ervaren. Zij ziet haar tot man opgegroeid kind in de grote
nood van zijn léven hangen aan het kruis. Zij, de begenadigde
onder de vrouwen, ja, maar hóe en door welke diepten van
leed! Wat een geloof is er nodig om te aanvaarden, dat het zó
goed is. Wat een worsteling moet worden doorgemaakt voordat I
zij afstand kan doen van dit Kind! Nu, na de loutering en de
storm in haar hart, is er een stille vreugde en kan zijn het
belijden: „Ook mijn Heer en mijn God." En straks, nog enkele
dagen maar, zal ook zij vervuld worden van de Heilige Geest, j
en zal ook zij in heilige extase de grote werken Gods verkon
digen. Dan is er de blijde wetenschap, dat God de wonden van j
het zwaard heeft geheeld en dat haar Kind, haar Heer, ook
voor Maria de weg naar de troon van God heeft ontsloten.
VERANDERINGEN IN VERBRUIK
J~)E CIJFERS van het Centraal
Bureau voor de Statistiek leden
ons, dat het totale verbruik in ons
land van jaar tot jaar toeneemt. In
1956 gaven wij gezamenlijk 19.629
miljoen voor alle mogelijke con
sumptiegoederen uit, in 1957 was
het 20.600 miljoen (plm. 4 pet.),
in 1958 waren wij opgeklommen tot
21.160 miljoen (plm. 2}£ pet.), om
in 1959 de 22.100 miljoen (plm. Vfa
pet.) te halen.
Deze cijfers zijn zo groot, dat zij
ons eigenlijk niet zo heel veel meer
zeggen. Bovendien worden de bedra
gen opgeblazen door de prijsstijgin
gen.
Als wij dan ook de consumptie
uitdrukken in prijzen van 1953, dan
blijkt, dat er eigenlijk in 1956, in
1957 en 1958 dezelfde hoeveelheid is
gebruikt; alleen in 1959 loopt het to
tale verbruik 3V& pet. op.
Mag een bedrag van 22.100 mil
joen als totaal verbruik in 1959 ons
niet zo bijster aanspreken, anders
wordt dit als wij de gemiddelde uit
gave in dat jaar per hoofd der be
volking uitrekenen. Dan komen wij
namelijk op 2000 voor elke man,
elke vrouw, elke grijsaard en elke
baby. Wij zien dus, dat er toch oog
heel wat in een jaar wordt omgezet.
In geldbedragen uitgedrukt, is
er dus een regelmatige stijging,
die voor alle leveranciers van ge
bruiksgoederen en duurzame con
sumptiegoederen natuurlijk aan
trekkelijk is. Maar dit is beslist niet
de enige verandering die optreedt.
In wezen veel interessanter is nog
de verschuiving die binnen de con
sumptie optreedt'. Van sommige ar
tikelen daalt het verbruik, en van
andere artikelen neemt het toe,
hetgeen de bétrokken leveranciers
uiteraard voor bijzondere problemen
plaatst.
Van de verschuiving in de aankopen
van duurzame consumptie-artikelen
zijn geen up to date-cijfers bekend.
Wel echter van het verbruik van
een aantal voedings- en genotmid
delen. Het Centraal Bureau voor de
Statistiek heeft namelijk dezer da
gen cijfers bekend gemaakt van de
voor binnenlands verbruik beschik
baar gekomen hoeveelheden voe
dings- en genotmiddelen, en dat
per hoofd der bevolking. Alle cij
fers die wij nu laten volgen, zijn
dus een gemiddelde per hoofd.
Het boterverbruik zakte van 5.5 kg
in 1938 tot 2,8 kg in 1954 om gelei
delijk weer op te klimmen tot 4,1
kg in 1959. Het blijft dus nog bene
den het vooroorlogse verbruik.
Daarentegen loopt het margarine-
verbruik voortdurend op: 7,1 kg in
1938, 18,7 kg in 1954 en 20,3 kg in
1959.
Verschillende krachten hebben aan
die ontwikkeling getrokken: de ho
ge prijs van roomboter, de beter
geworden kwaliteit van margarine,
de suggestieve reclame en het over
winnen van de psychologische weer
stand dat margarine een volksvoed-
sel zou zijn.
Uit de slagerswereld zijn de klach
ten bekend dat men geen vet meer
wenst. De cijfers onderstrepen dit
in zekere mate. Het verbruik van
rund- en kalfsvet was in 1938 nog
1,9 kg, in 1954 1 kg om in 1959 op
0,8 kg terecht te komen, terwijl het
verbruik van vet spek zakte van
5,7 kg in 1938 tot 3.8 kg in 1959.
Daarentegen kunnen de slagers
over het vleesverbruik niet moppe
ren: in 1938 aten wij 15,4 kg rund
en kalfsvlees en in 1959 17,3 kg.
Maar ook het varkensvlees wordt
gewaardeerd: 15,5 kg in 1938 en I
16,3 kg in 1959. Het totale verbruik
steeg veel meer, want de bevolking
was in 1938 8,7 miljoen en in 1959
11,3 miljoen.
Het dalen van het vetverbruik is ten I
dele een verandering van smaak,
maar daarnaast een gevolg van de J
stijgende levensstandaard. Als de
mens het beter krijgt, gaat hij min
der vet en meer vlees eten.
Die invloed van de hogere levens- 1
standaard vinden wij ook terug in
het verbruik van aardappels en van
suiker: wij aten in 1938 130 kg
aardappels en in 1959 maar 95 kg,
doch het suikerverbruik liep 50 pet.
op: van 26,4 kg in 1938 tot 38,7 kg I
in 1959.
Verse zuidvruchten worden bij het
stijgen van de welstand ook meer
gekocht. De cijfers vertellen ons: 3
kg bananen in 1938 en 5 kg in 1959
alsmede 7 kg sinaasappelen en man-
darijnen in 1938 en 13,7 kg in 1959.
Dit zijn typische barometers voor
het stijgen van de levensstandaard,
hoewel wij uiteraard de invloed van i
de moderne voedingsleer niet uit het 1
oog moeten verliezen.
Het theevertruik ligt nog altijd
lager dan in 1938: toen 1,3 kg en nu
0,8 kg, terwijl ook de koffiedrinkers 1
het niveau, van vóór de oorlog nog
niet halen: in 1938 3,6 kg en in 1959
3,2 kg; in het cijfer van 1959 zit 1
echter niet de koffie die verwerkt I
ivordt in poederkoffie. Mogelijk dat,
als hiermee rekening gehouden
wordt, de achterstand is ingehaald.
En nu de drank: van gedistilleerd
in liters a 50 vol. pet. werd in 1938
1,46 liter omgezet en in 1959 2,11 li
ter. Veel meer tot de verbeelding
spreekt echter de stijging van het j
bier drinken: 14,9 liter in 1938 en
23,6 liter in 1959. Het bier is voor
de brouwers wat men noemt best
geweest (en volgens dc berichten is
het dit nog steeds). Maar ook het
wijnverbruik loopt op: 1,14 liter in
1938 en 1,62 liter in 1959. Bij het
bier is het ongetwijfeld de suggestie-
ve reclame die de omzet opvoerde,
terwijl het wijnverbruik gestimu- j
leerd moet zijn doordat steeds meer
mensen tijdens de vakantie naar
het buitenland trekken en daar wijn
zijn gaan waarderen.
Tot slot het roken. Het roken van
sigaren is veel minder dan vóór de
oorlog: in 1938 178 sigaren en in 1959
111; toch neemt het sigaren roken
toe, want in 1954 werden er maar
94 gerookt. Een heel ander figuur
slaan de sigaretten: in 1938 549 si
garetten en in 1959 meer dan een
verdubbeling: 1186; toch was 1957
een topjaar met 1222 sigaretten. In
hoeverre hier de artikelen en cij
fers over longkanker een rol hebben
gespeeld, vermogen wij niet te be
oordelen.
Het beeld is dus zeer gevarieerd.
Economische krachten zijn aan het
werk, maar fabrikant en handelaar
moeten ook rekening houden met
verandering van smaak, nieuwere
opvattingen in de voedingsleer, me
dische bezwaren, de doorwerking
van buitenlandse gewoonten en wat
al niet meer. Advertenties en ande
re vormen van reclame weerspie
gelen deze invloeden vaak op in
teressante wijze in een poging de
omzet op te voeren.
de gemecnteklasse. een pensioenregeling
in de bouw voor dc vervroegd gepensio
neerden, hogere basisionen en minder
toeslagen enz. De voorzitter de heer Van
Eibergen antwoordde hierop, dat dit al
les een kwestie is van prioriteit, wat
moet voorrang hebben. Op het ogenblik
wordt de overheid nog al eens gevraagd
om een prioriteitenlijst samen te stellen,
maar het bedrijfsleven zal zelf deze prio
riteit moeten bepalen. De heer Van Ei
bergen sprak de wens uit, dat in de
lopende regeringsperiode staatssecreta
ris Roolvink de wet op de arbeidsonge
schiktheid bij de Tweede Kamer zou
kunnen indienen. In deze wet zullen
zowel de ziekte- als de Ongevallenwet
en de nieuwe invaliditeitswet begrepen
moeten zijn.
De voorzitter betreurde het, dat er op
het ogentilik in Nederland nog plaatselij
ke patroonsverenigingen zijn, die onder
ling afspraken maken over de hoogte
van het uit te keren franchise-bedrag.
De heer A. dc Graaf uit Hoogvliet
vroeg om een bestuurder en eventueel
een sociaal werker voor het Europoort
en Botickgebicd. In zeven jaar tijds is
hier de bevolking gegroeid van 1100 tot
16.000 inwoners en verwacht wordt een
totaal aantal van 35.000.
Voor het Economisch Instituut voor
de Bouwnijverheid zal de bond waar
schijnlijk ook dit jaar nog eens 10.000
voteren. De bedoeling is echter niet dat
dit in de toekomst zo zal blijven. Het
instituut zal op den duur zichzelf moeten
kunnen bedruipen. De inkomsten bedra
gen op het ogenblik 350.000 Dit bedrag
is niet genoeg voor een gezonde basis,
maar er kan de komende jaren op meer
worden gerekend.
Het instituut wordt van het grootste
belang geacht voor het opstellen van cij
fers over het bouwbedrijf. Over het al
gemeen t*»t men hier nog te veel in bel
„Groen van Prinsterer"
houdt
jaarcongres
De Vereniging van Burgemeesters.
Wethouders en Gemeente-secretarissen
„Groen van Prinsterer" hoopt op woens
dag 8 en donderdag 9 juni a.s. op „De
Witte Hei" te Huis ter Heide haar jaar
lijks congres te houden. Woensdagmid
dag zal dr. J. A. H. J. S. Bruins Slot
spreken over „Taak en plaats der
gemeentebesturen in deze tijd". Des
avonds zal de film ..Gustave Drese-
man". de grote vechter voor een Ver
enigd Europa en winnaar van de Nobel
prijs. worden vertoond. De donderdag
morgen zal gewijd zijn aan een rede
(niet discussie) van mr. C. J. Verplan-
ke. burgemeester van 's-Gravendeel,
over het subsidievraagstuk.
duister. De productiviteitsberekening bij
de jongste loononderhandelingen heeft
dit weer bewezen. Onlangs heeft de heer
Nelissen. voorzitter van de r.k. aanne
merspatroonsbond, al meegedeeld, dat
de aannemers mede namens de werk
nemers bij het instituut geïnformeerd
hebben naar een mogelijk produktivi-
teitsonderzoek.
Het jongste bouwconflict, dat een tien
de van het ledental van de bond om
vatte, heeft de bond een derde van zijn
vermogen gekost, ongeveer 600.000. In
zake dc loonpolitiek werd van bestuurs
zijde de uitspraak gedaan, dat dc over
heid zich zal moeten beperken tot een
algemeen bewaken van het loonpeil. De
vraag of lonen genoemd in overeenkom
sten, niet zonder meer minimumlonen
dienen te zjjn, werd ernstig in overwe
ging gegeven.