Dr.H. van der Linde naar de r.k. kerk CftRISTFt I Mannenvereniging moet meebouwen aan de kerk Chr. handelsreizigers uiten kritiek op CNV Gezondheidskoloniën krijg en „verwende" kinderen Welvaart veroorzaakt teruggang emigratie cle c/rootóte Een woord voor vandaag Kwatta Reep p—T*j»* K Indragen van de schatten der reformatie T\E Middelburgse predikant en U oud-secretaris van de Oecu menische Raad van Kerken in Nederland, dr. H. van der Linde, heeft gisteravond in een stamp volle Nieuwe Kerk van zijn stad verklaard dat hij op korte termijn wil overgaan naar de Rooms- Katholieke Kerk. Deze predikant die reeds jarenlang een voor vechter was van de hoog-liturgi- sche beweging in de Hervormde Kerk verklaarde dat hij zijn in zichten had voorgelegd aan de iledende theologen in zijn kerk. Hij had daarbij gevraagd of hij zijn visie kon uitdragen. Dit leek niet mogelijk. De 45-jarige predikant, die getrouwd is en vijf kinderen heeft, was reeds als student bezig met het probleem van de oecumene. Kort na de oorlog promoveerde hij in Utrecht bij prof. Berkelbach van der Sprenkel op een proefschrift getiteld „Rome en de Una Sancta", een studie over de pogingen die er geweest zijn om in de loop der kerkgeschiedenis te komen tot hereniging van de kerken. In 1948 had hij als studiesecretaris van de Oecumenische Raad een groot aandeel in de oprichtingsvergadering van de Wereldraad van Kerken die te Amsterdam plaats vond. Zijn eerste gemeente was de kleine hervormde gemeente in de rooms-katholieke plaats Beek. Van 1948 tot 1953 was hij werk zaam in Utrecht bij de Oecumenische Raad, daarna nam hij een beroep aan naar Middelburg. Afscheid Dr. Van der Linde verklaarde in zijn afscheidswoord maar één uitweg te zien. Hij was van oordeel dat alle kerken samen met de katholica het Credo weer moeten aanvaarden. HIJ vervolgde evenwel: „Laat de refor matie echter niet opgeven wat in haar leeft, maar met een nieuwe gezuiverde problematiek naar voren komen. Van mijn kant zal ik trachten in de Rooms- Katholieke Kerk de geestelijke schat ten van de reformatie ingang te doen vinden. We zullen een nieuwe ge meenschappelijke worsteling met de tijdgeest moeten aangaan." Deze predikant heeft kennelijk ln zijn kerk niet de belangstelling voor zijn visie gevonden die hij had verwacht, want hy zei ondermeer ook dat de Her vormde Kerk voor velen ruimte biedt, maar niet voor hem. Hij zag in die kerk een geloofsgemeenschap als een onder velen, maar niet de manifestatie van een allesomvattende Kerk van Christus. De tragiek van deze overgang is, dat deze van jongsaf oecumenisch gezinde predikant terecht moet komen bij de minst oecumenische gezinde kerkge meenschap. Vers in het geheugen ligt nog de aankondiging van het Wered- concilie waar eerst de protestanten zouden worden uitgenodigd. Later werd echter bekend gemaakt dat zij alleen als teruggekeerde „verloren zoons" mochten binnenkomen. Voor hen is dus ds. Van der Linde zo'n teruggekeerde afvallige. De predikant had van zijn kerkeraad tien minuten gekregen om zijn verkla ring voor te lezen. De kerk was stamp vol, ook al omdat vicaris J. Visser af scheid preekte. Na de zegen verlieten enkele de kerk, maar de meeste ble ven toch om de verklaring van dr. Van der Linde aan te horen. Deze duurde niet tien, maar bijna veertig minuten. Ook de kerkeraad liet een verklaring voorlezen waarin onder meer werd ge zegd: „In de Rooms-Katholieke Kerk is nog veel wat in strijd is met de Heilige Schrift Daarom zijn er tal van stellingen voor reformatorische christenen onaan vaardbaar." Als voorbeelden werden ge geven de verhouding van Schrift en ditie, de herhaling van het offer Christus in de mis, de onfeilbaarheid de paus en de Mariaverering. Bovendien verklaarde de kerkeraad. dat zy in het stempel, dat de Rooms-Katho lieke Kerk op haarzelf heeft gedrukt als de alleenzaligmakende kerk de grootste hinderpaal ziet op de weg naai heid van de ^cerk. Dr. Van der Linde komt uit reformatorische familie. Hij is een broer van de Utrechtse hoogleraar prof. dr. S. van der Linde die lid is van de Gere formeerde Bond. Nog een broer is lid van de Gereformeerde bond en dient als pre dikant de gemeente van Amsterdam- West De derde broer is predikant by de Broedergemeente en hoogleraar aan het seminarium van de Hernhutters te Zeist. Aandacht Het behoeft geen verwondering te wek ken dat ook in de rooms-katholieke pers deze overgang grote aandacht heeft ge trokken. Vanmorgen publiceerde de „Volkskrant" zelfs een hoofdartikel. In dit artikel kreeg de protestantse pers een pluim op de hoed om de royale publica tie die reeds was gegeven. „Dit zou nog tien jaar geleden vermoedelijk „Men kan de protestantse gelukwensen met deze open visie. En er de vraag aan koppelen of dit omgekeerd ook was gebracht." Op deze vraag menen wy wel het antwoord te weten. Tegen de overgang van dr. Van der Linde en nog een enkele protestantse predikant staat de overgang in omgekeerde richtingen van een vrij groot aantal priesters, de be kendste daarvan zyn wel ds. H. J. Heg- gcr, evangelist W. M. A. Kuin, Marcel de Graene, en pas nog enige weken geleden de priester-arbeider uit Brus sel G. Verlot, die twee dagen voor zijn overgang was benoemd tot pastoor van vyf Franse parochies. In enkele jaren tyds zyn zeker tien priesters in Neder land en België protestants geworden. Zover wy ons herinneren heeft de rooms-katholieke dagbladpers daar nog nauwelijks aandacht aan gewyd. Antirevolutionair partijconvent VrUdag 13 en zaterdag 14 mei wordt in Esplanade in Utrecht het partycon- vent van het centraal comité van anti revolutionaire kiesverenigingen gehou den. Op het programma staat de ver kiezing van een lid van het centraal comité ter vervulling van de vacature wijlen de heer A. Stapelkamp. De voorzitter van het centraal comité, Ds. Vroegindewey Eenheid Hervormd- Gereformeerden dringend gewenst (Van een onzer verslaggevers) Op de huishoudelijke vergade ring van de Bond van Ned. Herv. Mannenverenigingen op Geref. Grondslag welke zaterdag te Utrecht plaats had heeft de voorzitter, ds. A. Vroegindewey te Veenendaal, verklaard dat deze organisatie een hechte plaats in het kerkelijk leven ge kregen heeft. De mannenverenigingen houden vast aan de Heilige Schrift en de drie for mulieren van enigheid, die ook de grondslag waren van de aloude gere formeerde kerk in deze landen en waartoe men de hervormde kerk wil terugbrengen. De belijdenis der vade ren is er niet alleen om op te roemen, maar dient ook bestudeerd te worden. Elke mannenvereniging is daartoe een middel, maar zij mag geen doel in zichzelf zijn. Dan verwaarloost zij haar roeping in het geheel van de hervormd-gereformeerde gemeenschap. Deze gemeenschap bevindt zich in het isolement, jnlst omdat zij vast houdt aan de beginselen der reforma tie. Groea van Prlnsterer huldigde in dertijd de leus „In ons Isolement ligt onze kracht". Hierin wil de man nenbond en de hervormd-gereformeer de gemeenschap hem volgen. I mee gaat men geheel in tegen geest van de tijd, die immers op de synthese uit is. Mei. wil christendom en humanisme verenigen, recht- vrijzinnlg, rooms en reformatorisch. Wie het Isolement vasthoudt, heeft het niet gemakkelijk. Maar men mag de dr. W. P. Berghuis, en dr. J. A. H. J. S. Bruins Slot, voorzitter van de Tweede- Kamerfractie van de anti-revolutionaire party, zullen redevoeringen uitspreken. Royement tekent machtsvorming door vakverbond (Van onze soc.-econ. redactie) „Er is onrecht gepleegd. Men heeft ons gegriefd en beledigd!" Aldus de reactie van Joh. J. Schuman, voorzitter van de Ver eniging van christelijke handels reizigers (900 leden) op het ro yeren van deze vereniging als lid van het Christelijk Nationaal Vakverbond. Gouden jubileum chr. vereniging „Is hier radio of televisie mening dat de thans in de huizen ver pleegde kinderen anders zyn dan die, welke vroeger werden uitgezonden. Er zyn echter nog bleekneusjes, zy het Zaterdag heeft de vereniging voor christelijke gezondheidskolo niën in Nederland in Amsterdam haar 50-jarig bestaan gevierd met een feestelijke bijeenkomst. De voorzitter van de vereniging, ds. P. Nomes, gaf een overzicht van de lotgevallen der vereniging in de afgelopen vijftig jaren. Voor de oorlog had men de beschikking over vijf koloniehuizen. Thans bezit de vereniging twee huizen in Egmond aan Zee. een in Hellendoorn en een in Nun- speet Men vraagt zich wel eens af, zo zei ds. Nomes, of er nog gezondheids kolonies nodig zijn. Het antwoord hierop is niet altijd gelykluidend. De een zegt dat de kinderverzorging niet meer vol doende by het publiek leeft Een ander verklaart dat sociale misstanden, hoewei van andere aard dan vroeger, weer een grote rol gaan spelen. De kinderen, die thans in de huizen worden opgenomen, zijn anders dan vroe ger. Dit komt niet door de voeding maar, volgens spreker, door de opvoeding. De mentaliteit der ouders is veranderd. Het kind wordt in grote vrjjheid opgevoed en dikwyis aan zijn lot overgelaten Het ts verwend. „Is hier een bioscoop? Is hier televisie??", zUn veel voorkomende vra E-n. die men kinderen direct na aankomst een der tehuizen hoort stellen Ds. Nomes wees in dit verband op de zware eisen die tegenwoordig aan de di rectrices cn haar helpsters worden gesteld Hy sprak ten slotte de hoop uit dat bin nen niet al te lange tyd een prot chr. zogenaamd B-huis zal kunnen worden ge opend, waar kinderen die een langere verzorgingstyd nodig hebben, worden on dergebracht Ook dr. J. H. Hagenbeek, die namens de minister voor sociale zaken en volks gezondheid het woord voerde, was ander soort Naast de lichamelyke zyn er nu ook geestelyke problemen, waarmee men thans geconfronteerd wordt, aldus dr Hagenbeek. Namens de minister bood hij de voorzitter der vereniging zijn geluk wensen aan. „Zijn we behandeld zoals dat van d« christelijke vakbeweging, waarvoor we geijverd hebben en waarvoor we in het verleden offers hebben gebracht ver wacht mag worden", zo vroeg de heer Schuman zich zaterdag af op de 32ste jaarvergadering van de N.C.H.V. De verenigingsvoorzitter vroeg in zijn openingsrede ter jaarvergadering in Utrecht aandacht voor de maatschap pelijke, sociale en economische positie, die de N.C.H-V. inneemt sinds zij vo rig jaar juli uit het C.N.V. werd gesto ten, omdat zij niet wilde opgaan in de Christelijke Beambtenbond. De conclusie van de heer Schuman ..as dat deze positie in het geheel niet van het royement geleden heeft ,,We zijn nergens buiten komen te staan waar we al contacten hadden en onze stem konden doen laten horen", aldus de voorzitter, daarbij tevens doelend op het overleg met de werkgevers r loon- en arbeidsvoorwaarden. De heer Schuman protesteerde MÊ stig tegen de behandeling door het C-N.V. Hij verweet het vakverbond een doodzwijgen van het royement en zag de hele zaak als een symp toom van een streven naar machts vorming en massaliteit en een poging om vanachter schrijfbureaus te decre teren hoe de organisatievorm op het christelijk erf zal zijn, waarbij de mensen „worden opgestapeld als wa ren het turven". „Het zijn geestverwanten, broeders zelfs, die ons leed hebben aangedaan", aldus de verenigingsvoorzitter. „De lei ders van de christelijke vakbeweging hebben het aangedurfd om in het jubel jaar, waarin dankbaar de zegen van 50 jaar chirstelijk-sociale arbeid werd her dacht, een kleine organisatie uit haar gelederen te stoten, omdat die zich niet wilde opheffen en voegen by een ande re vereniging. Bedrijfsbonden zijn blijk baar het ideaaL Maar is dat een aai*d van royement waardig?" „Wij behoeven waarheid van het Woord Gods niet te kort doen. Dat wil echter niet zeggen, dat af scheiding geboden is. Groen van Prin- sterer had grote bezwaren tegen de gang van zaken in de oude vaderland se kerk, maar hij bleef er lid van. De hoop moet blijven leven, dat de Her vormde Kerk terugkeert tot schrift en belijdenis. Zou het zover komen, dan zouden de hervormd-gereformeerde or ganisaties kunnen opgaan in het geheel der kerk en geen isolement meer be hoeven. Momenteel is daarvan echter geen sprake. De vrijzinnigheid heeft nog wettige plaats in de kerk. Welis- zijn niet alle vrijzinnigen ook geestverwant van prof. Smits, maar al le leringen, die de mens autonoom la ten tegen de Heilige Schrift, doen te kort aan de waarheid van Gods Woord horen niet thuis in de kerk der re formatie. De hervormd-gereformeerden dienen op cultureel terrein en op het gebied' van de zede een isolementspositie in te blij- jiemen. Al het „meedoen met de we reld" door het aanvaarden van wereld se gewoonten, bedreigt de kerk. De kerk is het best op haar plaats als zij vreemdeling is in de wereld. Geen oppositiegroep Had ds. Vroegindewey het boven staande betoogd in zijn openingswoord, in een later gevolgde toespraak over „Staken of Bonwen?" ging hij er op De mannenvereniging moet mee bouwen aan de kerk. Zij mag in de plaatselijke gemeente geen oppositie- BeroepinQswerk NED. HERV. KERK Beroepen te Zetten-Andelst: J. C. Schuurman te Bleskensgraaf. Beroepbaarstelling: de heer J. Visser, Vic. te Den Helder, Tuinroosstraat 60 is beroepbaar. GEREFORMEERDE KERKEN Beroepen te Zwyndrecht: W. Griffioen te Nykerk. Bedankt voor Eefde-Gorssel: A. Cor- poraal te Edam. CHRIST. GEREF. KERKEN Bedankt voor Huizen N.H.: J. C. van Ravenswaaij te Scheveningen voor Rot terdam-Zuid: dr. W. H. Velema te Eind- BOND VAN VRIJE EV. GEM. Beroepen te Wormerveer: A. J. Buur man te 's Gravenhage. Aangenomen naar Gouda: M. Nykamp te Meppel. groep worden, want de eenheid der hervormd-gereforemerden is dringend geboden. Men heeft elkaar hard no dig. Er groeit helaas een te grote ver scheidenheid onder de hervormd-gere formeerden. Soms kan men elkaar nauwelijks meer herkennen. Het is nodig dat men schouder aan schouder in de kerkelijke strijd staat. Niet om een stukje van de waarheid te beveiligen, maar om de hele waar heid te belijden. Daarom mag men zich niet volkomen afsluiten van hen. die de gereformeerde belijdenis niet zijn toegedaan. Uit verantwoordelijk heid voor de naaste moet men trach ten de gereformeerde beginselen te doen doordringen in kringen, waar men de ze beginselen niet kent. De vergadering hield zich voorts met organisatorische zaken bezig. Uit het jaarverslag van de secretaris, ds. J. Verwelius te Oldebroek, bleek dat de bond zes afdelingen meer telt dan vo rig jaar (totaal nu 159). Het ledental liep iets terug en bedraagt thans 3287. Voorzitter Chr. Emigratiecentrale: Apparaat echter niet inkrimpen Rassenprobleem (Van sociaal-economische redactie) De voortdurende daling van het aantal emigranten sinds 1952 moet vooral worden toegeschreven aan het gunstige welvaartspeil, dat Ne derland de laatste jaren heeft be reikt, aldus meent de voorzitter van de Christelijke Emigratiecentrale, de heer A. Warnaar. De heer Warnaar schetste zaterdag op de jaarvergadering van deze centra le in Utrecht de ontwikkeling van de na-oorlogse emigratie in vogelvlucht. Aanvankelijk had de emigrant vele moeilijkheden te overwinnen alvorens hij kon vertrekken. Spoedig werd ech ter door de rijkssubsidieregeling, de be tere transportmogelijkheden en andere faciliteiten de emigratie voor duizenden mogeiyk gemaakt De top werd bereikt in 1952, het jaar waarin bijna 50.000 mensen vertrokken om elders een be staan te zoeken. De daarop volgende jaren gaven even- el een steeds voortgaande daling te zien. Zo bedroeg het aantal emigranten vorig jaar nog maar 12.250 J—- hieromtrent geen enkele hoop. deel, ze liggen in het algemeen zélfs weer beneden die van verleden jaar. De vraag of bij een voortdurende te ruggang van de emigratie het huidige apparaat nog wel kan worden gehand haafd, moet volgens de heer Warnaar bevestigend worden beantwoord. Hij meende dat inkrimping minder gewenst zon zijn, omdat dit ongetwijfeld tot min der hulp en gebrekkiger service voot de aanstaande emigrant zal leiden. En het gevolg hiervan zon een nog verde re daling zijn, wat tot elke prijs voor- iedereen in de ogen zien en zeggen dat wij uitgestoten zijn omdat we het sta tutaire recht van onze leden niet wilden verkwanselen." De N.C.H.V. is elf jaar lid van het Chr. Nationaal Vakverbond geweest. On danks het royement hebben vooral het laatste jaar steeds meer handelsreizi gers en handelsagenten de weg naa vereniging gevonden, zo deelde de vooj- niet te schamen" I zitter mede. HIJ hoopte dat nog dit Jaar aldus de heer Schuman. „Wij kunnen!de duizend bereikt zal worden. De oorzaak van de opmerkelijke teruggang van de emigratie naar Zuid- •ika (101 aanmeldingen in eerste kwartaal 1960 tegen 642 in 1959) was volgens de centralevoorzitter niet ver te zoeken. In dit verband hekelde de heer Warnaar de wereldpers „Wat in de Unie gebeurt, wordt altyd in de zwartste kleuren afgeschilderd", zei hij, de af gevaardigden naar de jaarverga dering op het hart drukkend de gebeur tenissen in Zuid-Afrika objectief te zien. De voorzitter wilde geen oordeel uit spreken over de apartheidspolitiek van de regering-Verwoerd, omdat hij zich daartoe niet bevoegd, noch bekwaam De rassentegenstellingen kwamen ook ter sprake in de causerie, die de Hervormde predikant van Nijland, ds. M. J. J. Bonting, hield over Aus tralië. Ds. Bonting, die 5 jaar in Perth, heeft gewerkt, vertelde dat ook in dit land rassenhaat gevonden wordt. Hij meende dat de westerse wereld heel wat goed te maken heeft bij de oorspronkelijke bevolking van dit we relddeel. Een halve eeuw geleden is het grootste deel letterlijk door de blan ken afgeslacht en anderen werden te ruggedreven in de onherbergzame ge bieden, waar ze thans in onbeschrij felijke omstandigheden verkeren. En het percentage „natives", dat met de westerse beschaving in aanraking kwam, verpauperde en verkommerde. Thans ziet de Australische regering wel haar taak en tracht zij het levenspeil van deze mensen te verbeteren. Maar de wond, die geslagen is in de oorspron kelijke bevolking, is nog niet geheeld en het past de blanke deze pijnlijke zaak met verootmoediging te bezien, meende ds. Bonting. De predikant vertelde dat de blanke bevolking van Australië (voor 90 pro cent van Britse origine) een zeer hulpvaardig en bereidwillig volk Is, dat altijd klaar staat om de emigrant te helpen. Zijns inziens kan de Nederlander qua levensstyl en innerlyke beschaving, nog heel wat leren in Australië. Even als ds. Bonting vertelde ook ds. J. Kre- mer. Gereformeerd predikant te Den Haag, vele bijzonderheden over Austra lië. „Emigratie is niet alleen een eco nomische, maar ook een culturele bij drage aan de ontwikkelng van dit land in opkomst" meende deze. Ds. Kremer noemde Australië een land voor mensen die bereid zijn verantwoordelijkheid te dragen en initiatieven te nemen. De causerieën werden afgewisseld door i filmvertoningen. li De heer, die haar met een geweldige flux de pa* role te woord stond, leek een eerlyk mens, al stel de hij de zaak wel wat heel rooskleurig voor. Zijn vrouw, zei hy, breide ook, niet omdat hyzelf niet genoeg verdiende, maar omdat ze het buitengewoon prettig werk vond en ze zich zulk een gemakkelijke geld te verdienen, niet wilde laten ont groef te sturen- Anne begreep heel goed, dat ae verhalen van de verkoper met een korreltje zout moest nemen, maar desondanks besloot ze tot de aankoop over te gaan, en verbond de Altodo breimachinehandel zich haar breiprodukten af te nemen. „In gezin met drie schoolgaande kinderen, op zich te nemen. Goed salaris. Dienstb. zig." „Schitterende verdienste voor dames met Alto- do's breimachine. Wij blijven zelf afnemer van uw breiprodukten." „Bejaard echtpaar zoekt beschaafde huishoudster. Br. met reL". „Bij Heck's lunchrooms kunnen enige diensters geplaatst worden, alsmede een cassière- Onbespr. gedrag. Niet gehuwd of gesch.". „Huwelijk. Heer, wedn. met 2 kind. zoekt kennis making met beschaafde jonge vrouw tot 35 jaar." „Voor dame van middelb. leeftijd, enigszins hulp behoevend. wordt au pair liefderijke verzorgster ge zocht Bcsch-, alg. ontw., muzikaaL" „In grote boekhandel kan een volontaire worden geplaatst; enige kennis van het vak vereist" „Jong echtpaar zonder kinderen, gegoede stand, wenst kindje geheel tot zich te nemen." „Schrijfwerk aan huis voor dames en heren. Zeer goede bijverdienste." Vluchtig las Anne. Het was, of steeds dezelfde advertenties zich herhaalden. Altijd weef wilde men gave WILLY STRIJT liet men het voorkomen of men iemand een gunst bewees, door hem als volontair te exploiteren. De advertentie voor schrijfwerk ontdekte ze regelmatig en ze had er al eens op geschreven. Ze had een drukwerkje terugontvangen, waarin de lof werd ge zongen van een populair wetenschappelijk tijd schrift, waar ze nooit van had gehoord. Wie zich voor een jaar abonneerde, mocht deelnemen aan het schrijfwerk. Zodra men het bedrag van het jaarabonnement had gegireerd, zouden de condities waaronder dit schrijfwerk werd vergeven, worden toegezonden. Men kon zichzelf geen grotere dienst bewijzen, dan zich onmiddellijk te abonneren. Verontwaardigd had Anne het slecht verzorgde drukwerkje verscheurd. Zouden er nog goedgelovi gen zijn, die van hun armoedje de vijf gulden abonnementsgeld in het water gooiden? Op drie advertenties schreef Anne die avond. Ze bood zich aan bij het bejaarde echtpaar, „ik heb een zoontje van twee Jaar, een zonnig ge makkelijk kind, dat ik graag bij me zou willen hou den. Ik geloof niet, dat u op enige wijze last van hem zoudt ondervinden." Gelukkig, dat Paultje niets afwist van deze ene zin, die haarzelf zo pijnlijk aan deed. Alpof hij een hond was, die vreemden over- au pair een mens onder zijn bevelen stellen, of last aan zou kunnen doen: alsof zijn aanwezigheid op de wereld moest worden verontschuldigd 1 Ze vroeg ook om inlichtingen over de Altodo breima chine. „Schitterende verdienste. zo'n vaart zou het wel niet lopen, maar zolang ze niets anders had, kon ze toch beter iets verdienen dan helemaal niets. Ook was er nog een advertentie voor een privé- secretaresse. Brieven met portret. Ze zocht tussen haar papieren, er moest nog een kiekje van haarzelf bij zijn. De kermis der ijdel- heid, inderdaad, veel anders was het maatschappe lijk leven niet: een schreeuwerig, helkleurig bedrijf. Kritisch bekeek Anne het kiekje. Het dateerde uit de tijd, toen ze Mare leerde kennen. Nee, zo was ze niet meer, zo zacht en meisjesachtig zag ze er niet meer uit. Maar voor het doel kon het heel goed dienen: de man die een secretaresse zocht, zou het verschil tussen kiekje en werkelijk heid niet opmerken. Ook nu, als iedere avond, bracht ze de sollicita tiebrieven naar de bus. De straat was haar ver trouwd en bijna lief geworden. Overdag stond zijn grauwheid haar tegen en de smalle strook lucht deed haar heimwee ontwaken naar een werkelijke hemel boven een werkelijke aarde, die nog vrucht baar was en niet onder stenen was verstikt. Maar 's avonds was alles goed. Er waren dan enkel de bekende, veilige dingen; de indirect verlichte eta lage van de schrijfmachinezaak, het gezin van de schoenmaker, dat om de tafel zat, het groentekelder tje, dat met luiken was toegesloten en op de hoek soms de geduldig wachtende vrouw. Onwillekeurig keek Anne reeds vanuit de verte, of ze haar ook zag. Deze avond stond er niemand. Het beklemde haar. Achter de zwijgende, wit tulen gordijnen van het smalle bovenhuis hing een ondoorzichtig over gordijn. maar boven de gor ';jnroeden tekende zich een lichtstreep af. Wat een beroep! Zou het kun nen, dat er voor een vrouw in een grote, zelfzuch tige stad geen ander werk was te vindenwas het dan de nood, die dit afschuwelijke deed ver kiezen, boven de honger...? Ongeduldig verdreef ze haar overpeinzingen; nog liever zou ze werkster worden. (Wordt vervolgd) Er heeft voor de herbouw van de stad Jeruzalem, onder de stuwende leiding van Nehemia men leze zijn vaak span- nend verslag er maar eens op na tot in verre omtrek grote belangstelling bestaan. De tegenstand van het trio Sanballat Tobia en Gesem was niet zomaar een actie van enkele heet hoofden: zij werd wel degelijk moreel gesteund door hele volksstammen in de buurt. Als het wapen van de spot geen effect blijkt te hebben en een per open brief wereldkundig gemaakte insinuatie aan Nehemia's adres als zou hij tegen het in Babel zetelende gezag in opstand willen komen kort maar krachtig wordt ontzenuwd, is er even een adempauze. Dan en het klinkt haast triomfantelijk deelt Nehemia mede, dat de muur van de stad is voltooid twee en vijftig dagen is eraan gewerkt. Het gaat als een lopend vuurtje door stad en land. En dan noteert Nehemia heel nuchter: al de volken rondom ons werden bevreesd en zeer terneergeslagen en er kenden, dat dit werk met de hulp van onze God was ge daan. Het was een erkenning met spijt in het hart, waarbij met de tanden is geknarst en waarbij de vuisten zijn gebald. Maar het was een erkenning, van eigen machteloosheid, en van de almacht van de God der Joden, Wiens wil ook hier alle tegenstand brak. EEN ONTHULLEND BOEK f)NS land is klein en zijn stem in het internationaal concert is dienovereenkomstig zwak. Toch heb ben wij enige tijd twee ministers van buitenlandse zaken naast elkaar bezeten. Humoristen hebben dit juist met de beperkte omvang vau ons land in verband gebracht; hoe klei ner land immers, hoe méér buiten land. Amerika is een groot land en groot Ook is zijn invloed op de internatio nale politiek. Dat vereist voor deze politiek een verantwoorde beoefe ning. Wordt aan die eis voldaan? Beoefenen de Verenigde Staten hun internationale politiek Werkelijk als met hun belangrijke taak en roe ping in overeenstemming? Soms is men geneigd, dit laatste te betwijfelen. En een onlangs versche nen boek is zelfs in staat geweest, ons op dit punt aan het schrikken te brengen. Gelukkig is men er in Amerika zelf óók van geschrokken. Gelukkig, want van zulk een schrik mag men altijd hopen dat het een schrik is met heilzame werking. Het boek waarop wij doelen is in ons land verschenen onder de wat populair aandoende titel „Gekke lui, die Amerikanen..." De beide schrijvers, William J. Lederer en Eu gene Burdick, zijn blijkbaar in de ge legenheid geweest, materiaal op het gebied van de Amerikaanse buiten landse politiek te verzamelen, en dit boek is het resultaat van hun vaak onthullende arbeid. De Nederlandse vertaling is van Kees Diemer; de Nederlandse uitgever is F. G. Kroonder te Bussum. De buitenlandse politiek van Ameri ka berust, zoals trouwens ook zijn binnenlandse, voor een belangrijk deel op amateurisme. Wijzigingen in de samenstelling der regering, in het bijzonder na gewonnen verkiezin gen, brengen gemeenlijk een lange reeks van wijzigingen in de perso neelsbezetting met zich mee. Dit amateurisme wreekt zich uiteraard vooral op die gebieden, die het overwegend van vakbekwaamheid moeten hebben. Tot die gebieden behoort ook de buitenlandse poli tiek. Dat de Verenigde Staten hier tekort schieten dit boek levert er in de romanvorm waarin het geschreven en verschenen is de onmiskenbare bewijzen van. Er worden namelijk heel wat fouten gemaakt. Fouten ten gevolge van geringe kennis. Fouten in de omgang met mensen. Fouten door gebrek aan kennis van de methoden waarvan de politieke te genstander, het communisme, zich pleegt te bedienen. En ook die fou ten wreken zich, soms zelfs op ern stige wijze. Want ernstig zijn de gevolgen. Het is immers niet maar zo, dat we een gebrekkige beoefening van enige bui tenlandse politiek als kennisgeving kunnen aanvaarden zonder er voor het overige onder gebukt te gaan. Neen, de internationale politiek is het grote krachtenveld waarop de wereldbeschouwingen van vrije we reld en van communisme elkaar ont moeten. En die ontmoeting betekent in feitelijkheid een felle strijd. Wie daar verliest, verliest ten bate van de ander. Daar is bijvoorbeeld de geringe kennis onder de Amerikanen van de taal, die in het land van hun di plomatieke bezigheid gesproken wordt. Het aantal Amerikaanse di plomaten dat vreemde talen be heerst is gering, het aantal dat een niet gangbare taal beheerst zelfs bij uitstek gering. Zulks in tegenstelling tot de Russische diplomatie, die aan de kennis van de landstalen bijzon dere waarde hecht. Wij zijn van dit boek van Lederer en Burdick geschrokken, al beves tigde het hier en daar onze vermoe dens. In Amerika zelf schijnt het boek'als een bom te zijn ingeslagen. Dat is dan goed en nuttig geweest. Men moet zich over de verschijning van dit boek verheugen, juist om dat het onthullend heeft willen wer ken. En verblijdend is het, dat dit boek verschijnen kón, dat deze pijn lijke waarheden zo duidelijk gezegd konden worden. Ook dat is een vrucht van de democratie, die welis waar haar zwakke plekken heeft, maar waarvan een sterke zijde de ze is, dat de zwakke plekken zon der aanzien en zonder omwegen kunnen worden opengelegd. Mogen de Verenigde Staten dan met een boek als dit hun winst doen. Want, als gezegd, Amerika is groot, en zijn internationale politiek is naar evenredigheid belangrijk. Er staat met die politiek en haar beoe fening- zo het een en ander op het spel. ER STAAT VEEL OP HET SPEL LJET neerhalen van een Ameri kaans verkenningsvliegtuig bo ven de Sowjetunie en de mededeling, dat de Verenigde Staten de onder grondse proeven met kernwapens znllen hervatten, hebben de topcon ferentie, die volgende weck maandag in Parijs moet beginnen, plotseling bijzonder actueel gemaakt. Want hoe de zaak zich ook heeft toe gedragen, wie de verantwoordelijk heid draagt voor de geheime vlucht van het Amerikaanse vliegtuig en in hoeverre de gehele affaire door de Russen in scène is gezet, één ding is duidelijk: dergelijke spio- nage-vluchten kunnen voorkomen worden, als er een internationaal ak koord wordt bereikt over het staken van kernproeven, het voorkomen van verrassende aanvallen en een gelei delijke ontwapening, onder afdoende controle. Hetzelfde geldt voor de Amerikaanse mededeling, dat de ondergrondse proeven met kernwapens zullen wor den hervat, zij het dan tegen het eind van het jaar. De Sowjetunie mag nu eenmaal niet verwachten, dat de Verenigde Staten vrijwillig blijven afzien van het houden van dergelijke proeven, terwijl zij geen zekerheid hebben, dat de Sowjetunie haar be loften nakomt, omdat bedoelde proef nemingen moeilijk of in het geheel niet gecontroleerd kunnen worden. Het valt ons moeilijk, het optreden van de Verenigde Staten zonder meer te veroordelen. De belangen van de vrije wereld staan op het spel. En al is het betreurenswaardig, dat zij de Sowjetunie zo kort voor het begin van de topconferentie een machtig propaganda-wapen in handen heb ben gegeven, het is toch ook weer begrijpelijk, dat zij alles doen wat in hun vermogen ligt om op de hoogte te blijven van alles, wat er in het grootste geheim achter het ijzeren gordijn gebeurt. In de Sowjetunie, die zich tegen over het Westen in een veel voorde liger positie bevindt, dient men zich te realiseren, dat er pas een eind kan komen aan de splonage-activiteiten boven en in de buurt van haar grond gebied, als het wantrouwen in haar bedoelingen wordt weggenomen. En dat zal pas het geval zijn, als de oorzaken worden weggenomen, die geleid hebben tot de geweldige be wapeningswedloop der naoorlogse ja ren. Het incident lijkt nu gesloten te zijn. Eisenhower heeft opdracht ge geven, alle vluchten boven of nabij de Russische grenzen te staken. De komende topconferentie kan dus alle gelegenheid bieden om maatregelen te treffen, die voorgoed een eind kunnen maken aan alle ongewenste activiteiten, die van beide kanten be dreven worden. Van de noodzaak hiervan moet Chroesjtsjef, ondanks het succes van de laatste dagen, nu toch ook wel overtuigd zijn. (Cadeaus voor 10 Kwatta* soldaatjes kry'gt U van Uw winke lier een 20 cents Manoeuvre reep gratis (geldig tot 31 december '60). 't ïs weer KWAlfA

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1960 | | pagina 2