Dr.H. van der Linde
naar de r.k. kerk
CftRISTFt
I
Mannenvereniging moet
meebouwen aan de kerk
Chr. handelsreizigers
uiten kritiek op CNV
Gezondheidskoloniën
krijg
en
„verwende" kinderen
Welvaart veroorzaakt
teruggang emigratie
cle c/rootóte
Een woord voor vandaag
Kwatta Reep
p—T*j»* K
Indragen van
de schatten
der reformatie
T\E Middelburgse predikant en
U oud-secretaris van de Oecu
menische Raad van Kerken in
Nederland, dr. H. van der Linde,
heeft gisteravond in een stamp
volle Nieuwe Kerk van zijn stad
verklaard dat hij op korte termijn
wil overgaan naar de Rooms-
Katholieke Kerk. Deze predikant
die reeds jarenlang een voor
vechter was van de hoog-liturgi-
sche beweging in de Hervormde
Kerk verklaarde dat hij zijn in
zichten had voorgelegd aan de
iledende theologen in zijn kerk.
Hij had daarbij gevraagd of hij
zijn visie kon uitdragen. Dit leek
niet mogelijk.
De 45-jarige predikant, die getrouwd
is en vijf kinderen heeft, was reeds
als student bezig met het probleem
van de oecumene. Kort na de oorlog
promoveerde hij in Utrecht bij prof.
Berkelbach van der Sprenkel op een
proefschrift getiteld „Rome en de
Una Sancta", een studie over de
pogingen die er geweest zijn om in de
loop der kerkgeschiedenis te komen
tot hereniging van de kerken.
In 1948 had hij als studiesecretaris
van de Oecumenische Raad een groot
aandeel in de oprichtingsvergadering
van de Wereldraad van Kerken die te
Amsterdam plaats vond. Zijn eerste
gemeente was de kleine hervormde
gemeente in de rooms-katholieke
plaats Beek.
Van 1948 tot 1953 was hij werk
zaam in Utrecht bij de Oecumenische
Raad, daarna nam hij een beroep aan
naar Middelburg.
Afscheid
Dr. Van der Linde verklaarde in
zijn afscheidswoord maar één uitweg
te zien. Hij was van oordeel dat alle
kerken samen met de katholica het
Credo weer moeten aanvaarden. HIJ
vervolgde evenwel: „Laat de refor
matie echter niet opgeven wat in haar
leeft, maar met een nieuwe gezuiverde
problematiek naar voren komen. Van
mijn kant zal ik trachten in de Rooms-
Katholieke Kerk de geestelijke schat
ten van de reformatie ingang te doen
vinden. We zullen een nieuwe ge
meenschappelijke worsteling met de
tijdgeest moeten aangaan."
Deze predikant heeft kennelijk ln zijn
kerk niet de belangstelling voor zijn
visie gevonden die hij had verwacht,
want hy zei ondermeer ook dat de Her
vormde Kerk voor velen ruimte biedt,
maar niet voor hem. Hij zag in die kerk
een geloofsgemeenschap als een onder
velen, maar niet de manifestatie van een
allesomvattende Kerk van Christus.
De tragiek van deze overgang is, dat
deze van jongsaf oecumenisch gezinde
predikant terecht moet komen bij de
minst oecumenische gezinde kerkge
meenschap. Vers in het geheugen ligt
nog de aankondiging van het Wered-
concilie waar eerst de protestanten
zouden worden uitgenodigd. Later werd
echter bekend gemaakt dat zij alleen
als teruggekeerde „verloren zoons"
mochten binnenkomen. Voor hen is dus
ds. Van der Linde zo'n teruggekeerde
afvallige.
De predikant had van zijn kerkeraad
tien minuten gekregen om zijn verkla
ring voor te lezen. De kerk was stamp
vol, ook al omdat vicaris J. Visser af
scheid preekte. Na de zegen verlieten
enkele de kerk, maar de meeste ble
ven toch om de verklaring van dr. Van
der Linde aan te horen. Deze duurde niet
tien, maar bijna veertig minuten.
Ook de kerkeraad liet een verklaring
voorlezen waarin onder meer werd ge
zegd: „In de Rooms-Katholieke Kerk is
nog veel wat in strijd is met de Heilige
Schrift Daarom zijn er tal van stellingen
voor reformatorische christenen onaan
vaardbaar." Als voorbeelden werden ge
geven de verhouding van Schrift en
ditie, de herhaling van het offer
Christus in de mis, de onfeilbaarheid
de paus en de Mariaverering.
Bovendien verklaarde de kerkeraad. dat
zy in het stempel, dat de Rooms-Katho
lieke Kerk op haarzelf heeft gedrukt als
de alleenzaligmakende kerk de grootste
hinderpaal ziet op de weg naai
heid van de ^cerk.
Dr. Van der Linde komt uit
reformatorische familie. Hij is een broer
van de Utrechtse hoogleraar prof. dr. S.
van der Linde die lid is van de Gere
formeerde Bond. Nog een broer is lid van
de Gereformeerde bond en dient als pre
dikant de gemeente van Amsterdam-
West De derde broer is predikant by de
Broedergemeente en hoogleraar aan het
seminarium van de Hernhutters te Zeist.
Aandacht
Het behoeft geen verwondering te wek
ken dat ook in de rooms-katholieke pers
deze overgang grote aandacht heeft ge
trokken. Vanmorgen publiceerde de
„Volkskrant" zelfs een hoofdartikel. In
dit artikel kreeg de protestantse pers een
pluim op de hoed om de royale publica
tie die reeds was gegeven. „Dit zou nog
tien jaar geleden vermoedelijk
„Men kan de protestantse
gelukwensen met deze open visie. En er
de vraag aan koppelen of dit omgekeerd
ook was gebracht."
Op deze vraag menen wy wel het
antwoord te weten. Tegen de overgang
van dr. Van der Linde en nog een
enkele protestantse predikant staat de
overgang in omgekeerde richtingen van
een vrij groot aantal priesters, de be
kendste daarvan zyn wel ds. H. J. Heg-
gcr, evangelist W. M. A. Kuin, Marcel
de Graene, en pas nog enige weken
geleden de priester-arbeider uit Brus
sel G. Verlot, die twee dagen voor zijn
overgang was benoemd tot pastoor van
vyf Franse parochies. In enkele jaren
tyds zyn zeker tien priesters in Neder
land en België protestants geworden.
Zover wy ons herinneren heeft de
rooms-katholieke dagbladpers daar nog
nauwelijks aandacht aan gewyd.
Antirevolutionair
partijconvent
VrUdag 13 en zaterdag 14 mei wordt
in Esplanade in Utrecht het partycon-
vent van het centraal comité van anti
revolutionaire kiesverenigingen gehou
den. Op het programma staat de ver
kiezing van een lid van het centraal
comité ter vervulling van de vacature
wijlen de heer A. Stapelkamp.
De voorzitter van het centraal comité,
Ds. Vroegindewey
Eenheid Hervormd-
Gereformeerden
dringend gewenst
(Van een onzer verslaggevers)
Op de huishoudelijke vergade
ring van de Bond van Ned. Herv.
Mannenverenigingen op Geref.
Grondslag welke zaterdag te
Utrecht plaats had heeft de
voorzitter, ds. A. Vroegindewey
te Veenendaal, verklaard dat
deze organisatie een hechte
plaats in het kerkelijk leven ge
kregen heeft.
De mannenverenigingen houden vast
aan de Heilige Schrift en de drie for
mulieren van enigheid, die ook de
grondslag waren van de aloude gere
formeerde kerk in deze landen en
waartoe men de hervormde kerk wil
terugbrengen. De belijdenis der vade
ren is er niet alleen om op te roemen,
maar dient ook bestudeerd te worden.
Elke mannenvereniging is daartoe een
middel, maar zij mag geen doel in
zichzelf zijn. Dan verwaarloost zij
haar roeping in het geheel van de
hervormd-gereformeerde gemeenschap.
Deze gemeenschap bevindt zich in
het isolement, jnlst omdat zij vast
houdt aan de beginselen der reforma
tie. Groea van Prlnsterer huldigde in
dertijd de leus „In ons Isolement
ligt onze kracht". Hierin wil de man
nenbond en de hervormd-gereformeer
de gemeenschap hem volgen. I
mee gaat men geheel in tegen
geest van de tijd, die immers op de
synthese uit is. Mei. wil christendom
en humanisme verenigen, recht-
vrijzinnlg, rooms en reformatorisch.
Wie het Isolement vasthoudt, heeft het
niet gemakkelijk. Maar men mag de
dr. W. P. Berghuis, en dr. J. A. H. J. S.
Bruins Slot, voorzitter van de Tweede-
Kamerfractie van de anti-revolutionaire
party, zullen redevoeringen uitspreken.
Royement tekent
machtsvorming
door vakverbond
(Van onze soc.-econ. redactie)
„Er is onrecht gepleegd. Men
heeft ons gegriefd en beledigd!"
Aldus de reactie van Joh. J.
Schuman, voorzitter van de Ver
eniging van christelijke handels
reizigers (900 leden) op het ro
yeren van deze vereniging als lid
van het Christelijk Nationaal
Vakverbond.
Gouden jubileum chr. vereniging
„Is hier radio
of televisie
mening dat de thans in de huizen ver
pleegde kinderen anders zyn dan die,
welke vroeger werden uitgezonden. Er
zyn echter nog bleekneusjes, zy het
Zaterdag heeft de vereniging
voor christelijke gezondheidskolo
niën in Nederland in Amsterdam
haar 50-jarig bestaan gevierd met
een feestelijke bijeenkomst. De
voorzitter van de vereniging, ds.
P. Nomes, gaf een overzicht van
de lotgevallen der vereniging in
de afgelopen vijftig jaren.
Voor de oorlog had men de beschikking
over vijf koloniehuizen. Thans bezit de
vereniging twee huizen in Egmond aan
Zee. een in Hellendoorn en een in Nun-
speet Men vraagt zich wel eens af, zo
zei ds. Nomes, of er nog gezondheids
kolonies nodig zijn. Het antwoord hierop
is niet altijd gelykluidend. De een zegt
dat de kinderverzorging niet meer vol
doende by het publiek leeft Een ander
verklaart dat sociale misstanden, hoewei
van andere aard dan vroeger, weer een
grote rol gaan spelen.
De kinderen, die thans in de huizen
worden opgenomen, zijn anders dan vroe
ger. Dit komt niet door de voeding maar,
volgens spreker, door de opvoeding. De
mentaliteit der ouders is veranderd. Het
kind wordt in grote vrjjheid opgevoed en
dikwyis aan zijn lot overgelaten Het ts
verwend. „Is hier een bioscoop? Is hier
televisie??", zUn veel voorkomende vra
E-n. die men kinderen direct na aankomst
een der tehuizen hoort stellen
Ds. Nomes wees in dit verband op de
zware eisen die tegenwoordig aan de di
rectrices cn haar helpsters worden gesteld
Hy sprak ten slotte de hoop uit dat bin
nen niet al te lange tyd een prot chr.
zogenaamd B-huis zal kunnen worden ge
opend, waar kinderen die een langere
verzorgingstyd nodig hebben, worden on
dergebracht
Ook dr. J. H. Hagenbeek, die namens
de minister voor sociale zaken en volks
gezondheid het woord voerde, was
ander soort Naast de lichamelyke zyn
er nu ook geestelyke problemen, waarmee
men thans geconfronteerd wordt, aldus dr
Hagenbeek. Namens de minister bood hij
de voorzitter der vereniging zijn geluk
wensen aan.
„Zijn we behandeld zoals dat van d«
christelijke vakbeweging, waarvoor we
geijverd hebben en waarvoor we in het
verleden offers hebben gebracht ver
wacht mag worden", zo vroeg de heer
Schuman zich zaterdag af op de 32ste
jaarvergadering van de N.C.H.V.
De verenigingsvoorzitter vroeg in zijn
openingsrede ter jaarvergadering in
Utrecht aandacht voor de maatschap
pelijke, sociale en economische positie,
die de N.C.H-V. inneemt sinds zij vo
rig jaar juli uit het C.N.V. werd gesto
ten, omdat zij niet wilde opgaan in de
Christelijke Beambtenbond.
De conclusie van de heer Schuman
..as dat deze positie in het geheel niet
van het royement geleden heeft ,,We
zijn nergens buiten komen te staan
waar we al contacten hadden en onze
stem konden doen laten horen", aldus
de voorzitter, daarbij tevens doelend op
het overleg met de werkgevers r
loon- en arbeidsvoorwaarden.
De heer Schuman protesteerde MÊ
stig tegen de behandeling door het
C-N.V. Hij verweet het vakverbond
een doodzwijgen van het royement
en zag de hele zaak als een symp
toom van een streven naar machts
vorming en massaliteit en een poging
om vanachter schrijfbureaus te decre
teren hoe de organisatievorm op het
christelijk erf zal zijn, waarbij de
mensen „worden opgestapeld als wa
ren het turven".
„Het zijn geestverwanten, broeders
zelfs, die ons leed hebben aangedaan",
aldus de verenigingsvoorzitter. „De lei
ders van de christelijke vakbeweging
hebben het aangedurfd om in het jubel
jaar, waarin dankbaar de zegen van 50
jaar chirstelijk-sociale arbeid werd her
dacht, een kleine organisatie uit haar
gelederen te stoten, omdat die zich niet
wilde opheffen en voegen by een ande
re vereniging. Bedrijfsbonden zijn blijk
baar het ideaaL Maar is dat een aai*d
van royement waardig?"
„Wij behoeven
waarheid van het Woord Gods niet te
kort doen.
Dat wil echter niet zeggen, dat af
scheiding geboden is. Groen van Prin-
sterer had grote bezwaren tegen de
gang van zaken in de oude vaderland
se kerk, maar hij bleef er lid van. De
hoop moet blijven leven, dat de Her
vormde Kerk terugkeert tot schrift en
belijdenis. Zou het zover komen, dan
zouden de hervormd-gereformeerde or
ganisaties kunnen opgaan in het geheel
der kerk en geen isolement meer be
hoeven.
Momenteel is daarvan echter geen
sprake. De vrijzinnigheid heeft nog
wettige plaats in de kerk. Welis-
zijn niet alle vrijzinnigen ook
geestverwant van prof. Smits, maar al
le leringen, die de mens autonoom la
ten tegen de Heilige Schrift, doen te
kort aan de waarheid van Gods Woord
horen niet thuis in de kerk der re
formatie.
De hervormd-gereformeerden dienen op
cultureel terrein en op het gebied' van
de zede een isolementspositie in te blij-
jiemen. Al het „meedoen met de we
reld" door het aanvaarden van wereld
se gewoonten, bedreigt de kerk. De
kerk is het best op haar plaats als
zij vreemdeling is in de wereld.
Geen oppositiegroep
Had ds. Vroegindewey het boven
staande betoogd in zijn openingswoord,
in een later gevolgde toespraak over
„Staken of Bonwen?" ging hij er op
De mannenvereniging moet mee
bouwen aan de kerk. Zij mag in de
plaatselijke gemeente geen oppositie-
BeroepinQswerk
NED. HERV. KERK
Beroepen te Zetten-Andelst: J. C.
Schuurman te Bleskensgraaf.
Beroepbaarstelling: de heer J. Visser,
Vic. te Den Helder, Tuinroosstraat 60 is
beroepbaar.
GEREFORMEERDE KERKEN
Beroepen te Zwyndrecht: W. Griffioen
te Nykerk.
Bedankt voor Eefde-Gorssel: A. Cor-
poraal te Edam.
CHRIST. GEREF. KERKEN
Bedankt voor Huizen N.H.: J. C. van
Ravenswaaij te Scheveningen voor Rot
terdam-Zuid: dr. W. H. Velema te Eind-
BOND VAN VRIJE EV. GEM.
Beroepen te Wormerveer: A. J. Buur
man te 's Gravenhage.
Aangenomen naar Gouda: M. Nykamp
te Meppel.
groep worden, want de eenheid der
hervormd-gereforemerden is dringend
geboden. Men heeft elkaar hard no
dig. Er groeit helaas een te grote ver
scheidenheid onder de hervormd-gere
formeerden. Soms kan men elkaar
nauwelijks meer herkennen.
Het is nodig dat men schouder aan
schouder in de kerkelijke strijd staat.
Niet om een stukje van de waarheid
te beveiligen, maar om de hele waar
heid te belijden. Daarom mag men
zich niet volkomen afsluiten van hen.
die de gereformeerde belijdenis niet
zijn toegedaan. Uit verantwoordelijk
heid voor de naaste moet men trach
ten de gereformeerde beginselen te doen
doordringen in kringen, waar men de
ze beginselen niet kent.
De vergadering hield zich voorts met
organisatorische zaken bezig. Uit het
jaarverslag van de secretaris, ds. J.
Verwelius te Oldebroek, bleek dat de
bond zes afdelingen meer telt dan vo
rig jaar (totaal nu 159). Het ledental
liep iets terug en bedraagt thans 3287.
Voorzitter Chr. Emigratiecentrale:
Apparaat echter
niet inkrimpen Rassenprobleem
(Van
sociaal-economische redactie)
De voortdurende daling van het
aantal emigranten sinds 1952 moet
vooral worden toegeschreven aan
het gunstige welvaartspeil, dat Ne
derland de laatste jaren heeft be
reikt, aldus meent de voorzitter van
de Christelijke Emigratiecentrale,
de heer A. Warnaar.
De heer Warnaar schetste zaterdag
op de jaarvergadering van deze centra
le in Utrecht de ontwikkeling van de
na-oorlogse emigratie in vogelvlucht.
Aanvankelijk had de emigrant vele
moeilijkheden te overwinnen alvorens
hij kon vertrekken. Spoedig werd ech
ter door de rijkssubsidieregeling, de be
tere transportmogelijkheden en andere
faciliteiten de emigratie voor duizenden
mogeiyk gemaakt De top werd bereikt
in 1952, het jaar waarin bijna 50.000
mensen vertrokken om elders een be
staan te zoeken.
De daarop volgende jaren gaven even-
el een steeds voortgaande daling te
zien. Zo bedroeg het aantal emigranten
vorig jaar nog maar 12.250 J—-
hieromtrent geen enkele hoop.
deel, ze liggen in het algemeen zélfs
weer beneden die van verleden jaar.
De vraag of bij een voortdurende te
ruggang van de emigratie het huidige
apparaat nog wel kan worden gehand
haafd, moet volgens de heer Warnaar
bevestigend worden beantwoord. Hij
meende dat inkrimping minder gewenst
zon zijn, omdat dit ongetwijfeld tot min
der hulp en gebrekkiger service voot
de aanstaande emigrant zal leiden. En
het gevolg hiervan zon een nog verde
re daling zijn, wat tot elke prijs voor-
iedereen in de ogen zien en zeggen dat
wij uitgestoten zijn omdat we het sta
tutaire recht van onze leden niet wilden
verkwanselen."
De N.C.H.V. is elf jaar lid van het
Chr. Nationaal Vakverbond geweest. On
danks het royement hebben vooral het
laatste jaar steeds meer handelsreizi
gers en handelsagenten de weg naa
vereniging gevonden, zo deelde de vooj-
niet te schamen" I zitter mede. HIJ hoopte dat nog dit Jaar
aldus de heer Schuman. „Wij kunnen!de duizend bereikt zal worden.
De oorzaak van de opmerkelijke
teruggang van de emigratie naar Zuid-
•ika (101 aanmeldingen in eerste
kwartaal 1960 tegen 642 in 1959) was
volgens de centralevoorzitter niet ver
te zoeken. In dit verband hekelde de
heer Warnaar de wereldpers „Wat in de
Unie gebeurt, wordt altyd in de zwartste
kleuren afgeschilderd", zei hij, de af
gevaardigden naar de jaarverga
dering op het hart drukkend de gebeur
tenissen in Zuid-Afrika objectief te zien.
De voorzitter wilde geen oordeel uit
spreken over de apartheidspolitiek van
de regering-Verwoerd, omdat hij zich
daartoe niet bevoegd, noch bekwaam
De rassentegenstellingen kwamen
ook ter sprake in de causerie, die de
Hervormde predikant van Nijland,
ds. M. J. J. Bonting, hield over Aus
tralië. Ds. Bonting, die 5 jaar in
Perth, heeft gewerkt, vertelde dat ook
in dit land rassenhaat gevonden wordt.
Hij meende dat de westerse wereld
heel wat goed te maken heeft bij de
oorspronkelijke bevolking van dit we
relddeel. Een halve eeuw geleden is het
grootste deel letterlijk door de blan
ken afgeslacht en anderen werden te
ruggedreven in de onherbergzame ge
bieden, waar ze thans in onbeschrij
felijke omstandigheden verkeren.
En het percentage „natives", dat met
de westerse beschaving in aanraking
kwam, verpauperde en verkommerde.
Thans ziet de Australische regering wel
haar taak en tracht zij het levenspeil
van deze mensen te verbeteren. Maar
de wond, die geslagen is in de oorspron
kelijke bevolking, is nog niet geheeld
en het past de blanke deze pijnlijke
zaak met verootmoediging te bezien,
meende ds. Bonting.
De predikant vertelde dat de blanke
bevolking van Australië (voor 90 pro
cent van Britse origine) een zeer
hulpvaardig en bereidwillig volk Is, dat
altijd klaar staat om de emigrant te
helpen. Zijns inziens kan de Nederlander
qua levensstyl en innerlyke beschaving,
nog heel wat leren in Australië. Even
als ds. Bonting vertelde ook ds. J. Kre-
mer. Gereformeerd predikant te Den
Haag, vele bijzonderheden over Austra
lië. „Emigratie is niet alleen een eco
nomische, maar ook een culturele bij
drage aan de ontwikkelng van dit land
in opkomst" meende deze. Ds. Kremer
noemde Australië een land voor mensen
die bereid zijn verantwoordelijkheid te
dragen en initiatieven te nemen. De
causerieën werden afgewisseld door
i filmvertoningen.
li
De heer, die haar met een geweldige flux de pa*
role te woord stond, leek een eerlyk mens, al stel
de hij de zaak wel wat heel rooskleurig voor. Zijn
vrouw, zei hy, breide ook, niet omdat hyzelf niet
genoeg verdiende, maar omdat ze het buitengewoon
prettig werk vond en ze zich zulk een gemakkelijke
geld te verdienen, niet wilde laten ont
groef te sturen- Anne begreep heel goed, dat
ae verhalen van de verkoper met een korreltje
zout moest nemen, maar desondanks besloot ze tot
de aankoop over te gaan, en verbond de Altodo
breimachinehandel zich haar breiprodukten af te
nemen.
„In gezin met drie schoolgaande kinderen,
op zich te nemen. Goed salaris. Dienstb.
zig."
„Schitterende verdienste voor dames met Alto-
do's breimachine. Wij blijven zelf afnemer van
uw breiprodukten."
„Bejaard echtpaar zoekt beschaafde huishoudster.
Br. met reL".
„Bij Heck's lunchrooms kunnen enige diensters
geplaatst worden, alsmede een cassière- Onbespr.
gedrag. Niet gehuwd of gesch.".
„Huwelijk. Heer, wedn. met 2 kind. zoekt kennis
making met beschaafde jonge vrouw tot 35 jaar."
„Voor dame van middelb. leeftijd, enigszins hulp
behoevend. wordt au pair liefderijke verzorgster ge
zocht Bcsch-, alg. ontw., muzikaaL"
„In grote boekhandel kan een volontaire worden
geplaatst; enige kennis van het vak vereist"
„Jong echtpaar zonder kinderen, gegoede stand,
wenst kindje geheel tot zich te nemen."
„Schrijfwerk aan huis voor dames en heren. Zeer
goede bijverdienste."
Vluchtig las Anne. Het was, of steeds dezelfde
advertenties zich herhaalden. Altijd weef wilde men
gave
WILLY
STRIJT
liet men het voorkomen of men iemand een gunst
bewees, door hem als volontair te exploiteren. De
advertentie voor schrijfwerk ontdekte ze regelmatig
en ze had er al eens op geschreven. Ze had een
drukwerkje terugontvangen, waarin de lof werd ge
zongen van een populair wetenschappelijk tijd
schrift, waar ze nooit van had gehoord. Wie zich
voor een jaar abonneerde, mocht deelnemen aan
het schrijfwerk. Zodra men het bedrag van het
jaarabonnement had gegireerd, zouden de condities
waaronder dit schrijfwerk werd vergeven, worden
toegezonden. Men kon zichzelf geen grotere dienst
bewijzen, dan zich onmiddellijk te abonneren.
Verontwaardigd had Anne het slecht verzorgde
drukwerkje verscheurd. Zouden er nog goedgelovi
gen zijn, die van hun armoedje de vijf gulden
abonnementsgeld in het water gooiden?
Op drie advertenties schreef Anne die avond.
Ze bood zich aan bij het bejaarde echtpaar, „ik
heb een zoontje van twee Jaar, een zonnig ge
makkelijk kind, dat ik graag bij me zou willen hou
den. Ik geloof niet, dat u op enige wijze last van
hem zoudt ondervinden." Gelukkig, dat Paultje niets
afwist van deze ene zin, die haarzelf zo pijnlijk aan
deed. Alpof hij een hond was, die vreemden over-
au pair een mens onder zijn bevelen stellen, of last aan zou kunnen doen: alsof zijn aanwezigheid
op de wereld moest worden verontschuldigd 1 Ze
vroeg ook om inlichtingen over de Altodo breima
chine. „Schitterende verdienste. zo'n vaart zou het
wel niet lopen, maar zolang ze niets anders had,
kon ze toch beter iets verdienen dan helemaal niets.
Ook was er nog een advertentie voor een privé-
secretaresse. Brieven met portret.
Ze zocht tussen haar papieren, er moest nog een
kiekje van haarzelf bij zijn. De kermis der ijdel-
heid, inderdaad, veel anders was het maatschappe
lijk leven niet: een schreeuwerig, helkleurig bedrijf.
Kritisch bekeek Anne het kiekje. Het dateerde
uit de tijd, toen ze Mare leerde kennen. Nee, zo
was ze niet meer, zo zacht en meisjesachtig zag
ze er niet meer uit. Maar voor het doel kon het
heel goed dienen: de man die een secretaresse
zocht, zou het verschil tussen kiekje en werkelijk
heid niet opmerken.
Ook nu, als iedere avond, bracht ze de sollicita
tiebrieven naar de bus. De straat was haar ver
trouwd en bijna lief geworden. Overdag stond zijn
grauwheid haar tegen en de smalle strook lucht
deed haar heimwee ontwaken naar een werkelijke
hemel boven een werkelijke aarde, die nog vrucht
baar was en niet onder stenen was verstikt. Maar
's avonds was alles goed. Er waren dan enkel de
bekende, veilige dingen; de indirect verlichte eta
lage van de schrijfmachinezaak, het gezin van de
schoenmaker, dat om de tafel zat, het groentekelder
tje, dat met luiken was toegesloten en op de hoek
soms de geduldig wachtende vrouw. Onwillekeurig
keek Anne reeds vanuit de verte, of ze haar ook
zag. Deze avond stond er niemand. Het beklemde
haar. Achter de zwijgende, wit tulen gordijnen van
het smalle bovenhuis hing een ondoorzichtig over
gordijn. maar boven de gor ';jnroeden tekende zich
een lichtstreep af. Wat een beroep! Zou het kun
nen, dat er voor een vrouw in een grote, zelfzuch
tige stad geen ander werk was te vindenwas
het dan de nood, die dit afschuwelijke deed ver
kiezen, boven de honger...? Ongeduldig verdreef
ze haar overpeinzingen; nog liever zou ze werkster
worden.
(Wordt vervolgd)
Er heeft voor de herbouw van de stad Jeruzalem, onder de
stuwende leiding van Nehemia men leze zijn vaak span-
nend verslag er maar eens op na tot in verre omtrek grote
belangstelling bestaan. De tegenstand van het trio Sanballat
Tobia en Gesem was niet zomaar een actie van enkele heet
hoofden: zij werd wel degelijk moreel gesteund door hele
volksstammen in de buurt. Als het wapen van de spot geen
effect blijkt te hebben en een per open brief wereldkundig
gemaakte insinuatie aan Nehemia's adres als zou hij tegen het
in Babel zetelende gezag in opstand willen komen kort maar
krachtig wordt ontzenuwd, is er even een adempauze. Dan
en het klinkt haast triomfantelijk deelt Nehemia mede, dat
de muur van de stad is voltooid twee en vijftig dagen is
eraan gewerkt. Het gaat als een lopend vuurtje door stad en
land. En dan noteert Nehemia heel nuchter: al de volken
rondom ons werden bevreesd en zeer terneergeslagen en er
kenden, dat dit werk met de hulp van onze God was ge
daan. Het was een erkenning met spijt in het hart, waarbij
met de tanden is geknarst en waarbij de vuisten zijn gebald.
Maar het was een erkenning, van eigen machteloosheid, en
van de almacht van de God der Joden, Wiens wil ook hier alle
tegenstand brak.
EEN ONTHULLEND BOEK
f)NS land is klein en zijn stem in
het internationaal concert is
dienovereenkomstig zwak. Toch heb
ben wij enige tijd twee ministers
van buitenlandse zaken naast elkaar
bezeten. Humoristen hebben dit juist
met de beperkte omvang vau ons
land in verband gebracht; hoe klei
ner land immers, hoe méér buiten
land.
Amerika is een groot land en groot
Ook is zijn invloed op de internatio
nale politiek. Dat vereist voor deze
politiek een verantwoorde beoefe
ning. Wordt aan die eis voldaan?
Beoefenen de Verenigde Staten hun
internationale politiek Werkelijk als
met hun belangrijke taak en roe
ping in overeenstemming?
Soms is men geneigd, dit laatste te
betwijfelen. En een onlangs versche
nen boek is zelfs in staat geweest,
ons op dit punt aan het schrikken
te brengen. Gelukkig is men er in
Amerika zelf óók van geschrokken.
Gelukkig, want van zulk een schrik
mag men altijd hopen dat het een
schrik is met heilzame werking.
Het boek waarop wij doelen is in
ons land verschenen onder de wat
populair aandoende titel „Gekke
lui, die Amerikanen..." De beide
schrijvers, William J. Lederer en Eu
gene Burdick, zijn blijkbaar in de ge
legenheid geweest, materiaal op het
gebied van de Amerikaanse buiten
landse politiek te verzamelen, en dit
boek is het resultaat van hun vaak
onthullende arbeid. De Nederlandse
vertaling is van Kees Diemer; de
Nederlandse uitgever is F. G.
Kroonder te Bussum.
De buitenlandse politiek van Ameri
ka berust, zoals trouwens ook zijn
binnenlandse, voor een belangrijk
deel op amateurisme. Wijzigingen
in de samenstelling der regering, in
het bijzonder na gewonnen verkiezin
gen, brengen gemeenlijk een lange
reeks van wijzigingen in de perso
neelsbezetting met zich mee. Dit
amateurisme wreekt zich uiteraard
vooral op die gebieden, die het
overwegend van vakbekwaamheid
moeten hebben. Tot die gebieden
behoort ook de buitenlandse poli
tiek.
Dat de Verenigde Staten hier tekort
schieten dit boek levert er in de
romanvorm waarin het geschreven
en verschenen is de onmiskenbare
bewijzen van. Er worden namelijk
heel wat fouten gemaakt. Fouten
ten gevolge van geringe kennis.
Fouten in de omgang met mensen.
Fouten door gebrek aan kennis van
de methoden waarvan de politieke te
genstander, het communisme, zich
pleegt te bedienen. En ook die fou
ten wreken zich, soms zelfs op ern
stige wijze.
Want ernstig zijn de gevolgen. Het
is immers niet maar zo, dat we een
gebrekkige beoefening van enige bui
tenlandse politiek als kennisgeving
kunnen aanvaarden zonder er voor
het overige onder gebukt te gaan.
Neen, de internationale politiek is
het grote krachtenveld waarop de
wereldbeschouwingen van vrije we
reld en van communisme elkaar ont
moeten. En die ontmoeting betekent
in feitelijkheid een felle strijd. Wie
daar verliest, verliest ten bate van
de ander.
Daar is bijvoorbeeld de geringe
kennis onder de Amerikanen van
de taal, die in het land van hun di
plomatieke bezigheid gesproken
wordt. Het aantal Amerikaanse di
plomaten dat vreemde talen be
heerst is gering, het aantal dat een
niet gangbare taal beheerst zelfs bij
uitstek gering. Zulks in tegenstelling
tot de Russische diplomatie, die aan
de kennis van de landstalen bijzon
dere waarde hecht.
Wij zijn van dit boek van Lederer
en Burdick geschrokken, al beves
tigde het hier en daar onze vermoe
dens. In Amerika zelf schijnt het
boek'als een bom te zijn ingeslagen.
Dat is dan goed en nuttig geweest.
Men moet zich over de verschijning
van dit boek verheugen, juist om
dat het onthullend heeft willen wer
ken. En verblijdend is het, dat dit
boek verschijnen kón, dat deze pijn
lijke waarheden zo duidelijk gezegd
konden worden. Ook dat is een
vrucht van de democratie, die welis
waar haar zwakke plekken heeft,
maar waarvan een sterke zijde de
ze is, dat de zwakke plekken zon
der aanzien en zonder omwegen
kunnen worden opengelegd.
Mogen de Verenigde Staten dan
met een boek als dit hun winst doen.
Want, als gezegd, Amerika is groot,
en zijn internationale politiek is
naar evenredigheid belangrijk. Er
staat met die politiek en haar beoe
fening- zo het een en ander op het
spel.
ER STAAT VEEL OP HET SPEL
LJET neerhalen van een Ameri
kaans verkenningsvliegtuig bo
ven de Sowjetunie en de mededeling,
dat de Verenigde Staten de onder
grondse proeven met kernwapens
znllen hervatten, hebben de topcon
ferentie, die volgende weck maandag
in Parijs moet beginnen, plotseling
bijzonder actueel gemaakt.
Want hoe de zaak zich ook heeft toe
gedragen, wie de verantwoordelijk
heid draagt voor de geheime vlucht
van het Amerikaanse vliegtuig en in
hoeverre de gehele affaire door de
Russen in scène is gezet, één ding
is duidelijk: dergelijke spio-
nage-vluchten kunnen voorkomen
worden, als er een internationaal ak
koord wordt bereikt over het staken
van kernproeven, het voorkomen van
verrassende aanvallen en een gelei
delijke ontwapening, onder afdoende
controle.
Hetzelfde geldt voor de Amerikaanse
mededeling, dat de ondergrondse
proeven met kernwapens zullen wor
den hervat, zij het dan tegen het eind
van het jaar. De Sowjetunie mag nu
eenmaal niet verwachten, dat de
Verenigde Staten vrijwillig blijven
afzien van het houden van dergelijke
proeven, terwijl zij geen zekerheid
hebben, dat de Sowjetunie haar be
loften nakomt, omdat bedoelde proef
nemingen moeilijk of in het geheel
niet gecontroleerd kunnen worden.
Het valt ons moeilijk, het optreden
van de Verenigde Staten zonder meer
te veroordelen. De belangen van de
vrije wereld staan op het spel. En al
is het betreurenswaardig, dat zij de
Sowjetunie zo kort voor het begin
van de topconferentie een machtig
propaganda-wapen in handen heb
ben gegeven, het is toch ook weer
begrijpelijk, dat zij alles doen wat in
hun vermogen ligt om op de hoogte
te blijven van alles, wat er in het
grootste geheim achter het ijzeren
gordijn gebeurt.
In de Sowjetunie, die zich tegen
over het Westen in een veel voorde
liger positie bevindt, dient men zich
te realiseren, dat er pas een eind kan
komen aan de splonage-activiteiten
boven en in de buurt van haar grond
gebied, als het wantrouwen in haar
bedoelingen wordt weggenomen. En
dat zal pas het geval zijn, als de
oorzaken worden weggenomen, die
geleid hebben tot de geweldige be
wapeningswedloop der naoorlogse ja
ren.
Het incident lijkt nu gesloten te
zijn. Eisenhower heeft opdracht ge
geven, alle vluchten boven of nabij
de Russische grenzen te staken. De
komende topconferentie kan dus alle
gelegenheid bieden om maatregelen
te treffen, die voorgoed een eind
kunnen maken aan alle ongewenste
activiteiten, die van beide kanten be
dreven worden. Van de noodzaak
hiervan moet Chroesjtsjef, ondanks
het succes van de laatste dagen, nu
toch ook wel overtuigd zijn.
(Cadeaus
voor 10 Kwatta*
soldaatjes kry'gt U
van Uw winke
lier een 20 cents
Manoeuvre reep
gratis (geldig tot
31 december '60).
't ïs weer KWAlfA