04RISTFUJ
Westduitse vakbond leed
gevoelige verliezen
KONING-
RICHARD
Kerken willen samen
gaan bouwen
Een woord voor vandaag
Tweede conferentie over
onderwij sresearch
Duitsers stichten een
Tillicli -vriendenkring
STOMABRAS
Afsluiting Lauwerszee
biedt méér voordelen
2
„De Oud-Katholiek" vraagt
Een zaak met vele
problemen
Sinds de verschillende protes
tantse kerken zich daadwerkelijk
op de noodzakelijke kerkbouw
hebben geworpenis de discussie
over de vraag of het kerkgebouw
door verschillende kerkelijke ge
zindten gebruikt kan worden
opnieuw opgelaaid. Voorgesteld
is reeds om in nieuwe buurten
een gemeenschappelijk kerkelijk
centrum te stichten dat door
verschillende kerken kan wor
den gebruikt. In een Luthers blad
is geschreven over de mogelijk
heid van verschillende kleinere
kerkgenootschappen zoals de
Doopsgezinde en Remonstrantse
Broederschappen en de Evange-
lisch-Lutherse Kerk om op dit
punt samen te werken. In het
blad ..Woord en Dienst" ging
mr. dr. H. M. J. Wagenaar in op
dit onderwerp en dat artikel deed
weer het blad ,£>e Oud-Katho
liek" reageren:
VERSCHILLENDE mogelijkhe
den tot samenwerking worden
hier genoemd. Allereerst de in
woning: de ene kerkelijke ge
meente bouwt en de andere heelt
tegen betaling var. een bepaald
bedrag per jaar of tegen storting
van een bepaalde som ineens het
recht het kerkgebouw met zijn
nevenruimten (gemeentezaal, le
ringlokaal enz.) op zekere vast
gestelde tijden ter beschikking *e
krijgen.
Op deze wijze zijn voor de ene
gemeente de financiële zorgen
verlicht, terwijl de andere zeker
is van een onderdak. Het grote
bezwaar van deze soort regeling
is echter, dat de ..ir.wonende ge
meente" zich nooit ten volle
„thuis" zal kunnen voelen in het
gebouw, dat eigendom is en blijft
van de ander en zo ten aanzien
van zichzelf een gevoel van niet-
volwaardig zijn zal krijgen, wat
weer drukkend kan werken op
de ontplooiing van het gemeente
leven.
de weg geruimd worden door
te komen tot de vorming van een
stichting. Het kerkgebouw wordt
dan het eigendom niet van een
van de beide gemeenten, die er
de beschikking over hebben, maar
wel van de stichting, door mid
del waarvan feitelijk een werke
lijk gemeenschappelijk bezit wordt
gewaarborgd. In de statuten van
de stichting krijgen de gemeen
ten gelijke rechten. Van groot ge
wicht is het om de afspraken die
voor het gebruik gemaakt wor
den, vast te stellen in overleg
met de notaris. Een goede bezin
ning is hier geboden, omdat het
gaat niet alleen om een regeling
voor zichzelf maar ook voor de
komende generaties.
Wat zal er zoal geregeld moe
ten worden? In de eerste plaats
(het mag vreemd klinken) wat
er gedaan moet worden, als er
in de toekomst een ogenblik aan
breekt, waarop men het toch be
ter gaat vinden om uit elkaar te
gaan. Dat behoeft natuurlijk lang
niet altijd (liever nog: helemaal
niet) het gevolg te zijn van een
onenigheid, het is toch goed om
van te voren een regeling voor
zo'n geval te stellen tot schade
vergoeding of uitkoop.
Verder zullen er afspraken op
schrift moeten worden gesteld
over het personeel: de koster, do
concierge, de werksters eniz. Ook
de kosten van verlichting en ver
warming zullen op redelijke wij
ze moeten worden verdeeld, ter
wijl een heel nauwkeurige rege
ling dient te worden getroffen aan
gaande dat gebruik, dat van te
voren niet kan worden vastge
steld: huwelijksinzegeningen,
rouwdiensten, orgellessen enz. Dat
de reeds genoemde nevenruimten
hier een grote rol kunnen spelen
(en tot grote moeilijkheden kun
nen leiden), zal duidelijk zijn.
toe g<
groot
belang, ze zijn toch nog van die
aard. dat ze met behulp van een
goed samengesteld reglement uit
de weg zijn te ruimen. Anders is
het gesteld zodra het om meer
principiële zaken en vragen zal
gaan.
Zo spreekt het genoemde arti
kel ook over het gebruik van de
Vuimten. Zullen daar b.v. film
voorstellingen mogen worden ge
geven? Mag daar bij een'z.g. in
stuif een biertje worden gedron
ken of bij een trouwreceptie port
worden geschonken? Dat hier
grond ligt, waarop alle mogelijke
wrijvingen welig kunnen gaan tie
ren, ligt voor de hand.
Willen kerken gaan samenwer
ken in hun kerkbouw, dan zal
die samenwerking het beste kun
nen plaats vinden tussen kerken,
die dicht bij elkaar staan in leer,
liturgie, kerkorde en levensstijl.
Natuurlijk wordt er m het
genoemde artikel vooral ge
dacht aan samenwerking tussen
protestantse kerken. Maar als
daar de zaken al zo moeilijk kun
nen liggen, dan zullen wij, als
Oud-Katholieken, onmiddellijk be
grijpen, dat dit voor ons nog
eens extra zal gaan gelden.
Want de samenwerking zal in
de praktijk, wat ons betreft,
toch altijd moeten plaats vinden
met een protestantse kerk. En
dan denken wij natuurlijk in de
eerste plaats aan het kerkgebouw
zelf. Zodra zulk een kerkgebouw
wij
dus
niet slechts als gast gebruik
zullen maken, dan mogen wij er
ook van verlangen, dat het een
kerkgebouw zal zijn, dat aan alle
door de liturgie gestelde eisen zal
voldoen. Het zal dus een „echte"
oud-katholieke kerk moeten zijn,
waarin wij ons volkomen thuis
kunnen voelen. Er zullen dus wij
waterbakjes bij de ingang moe
ten zijn. Het altrfar zal de cen
trale plaats moeten innemen. Er
zal op feestdagen gewierookt moe
ten worden.
Maar hoe zal de medeëigenaar
daar tegenover staan? Zal hij die
wijwaterbakjes kunnen „nemen"?
Zal hij die plaats van het altaar
kunnen verwerken? Zal de geur
van de wierook hem niet af
schrikken? Hoe zal het zijn ge
steld met de reservatie (het be
waren van het H. Sacrament des
Altaars in de tabernakel?) Hoe
zal de medeëigenaar er over den
ken, dat de voorbede der heili
gen gevraagd wordt in een huis
dat ©ok zijn huis is?
ZaJ de wijding van de kerk en
dus het «ltijdgewijde karakter,
dat de ruimte daardoor bezit, niet
reeds onmiddellijk onoverkomelij
ke moeilijkheden scheppen? Dit
zijn maar enkele voorbeelden.
Misschien kunnen wij het beter
nog zo stellen: zal datgene bij
ons. waartegen de reformatie nog
altijd protesteert, niet maken dat
het overleg reeds bij voorbaat
tot mislukken gedoemd zal zijn?
Geschipperd zal hier nooit mogen
worden. Water in de wijn is hier
uit de boze.
TJET woord ..moeilijkheden" is
-1-1- nogal dikwijls gevallen in de
ze beschouwing. Dat betekent, dat
wc ze ons niet mogen ontveinzen.
Ze zullen zich onmiddellijk gaan
voordoen, wanneer we met het
genoemde probleem 'te maken
krijgen. Wij geloven niet, dat dit
een onnodig-pessimistische kijk op
de zaak is. Want als er moeilijk
heden, hoe groot ook, zijn, dan is
onze taak om ze niet uit de weg
gingen te doen ze op te lossen.
En wanneer het moeilijkheden als
de onderhavige betreft, dan zul
len die pogingen tut ljet oplossen
ervan altijd gepaard moeten gaan
met gebed. En dan zal soms bo
ven menselijk verwachten worden
ervaren, dat de moeilijkheden ver
dwijnen.
Maar wat dan? Zijn wij dan
klaar? Het slot van het artikel
uit „Woord en Dienst" was wel
het onderdeel, dat ons het meest
ervan trof. Daar kwam de vraag
aan de orde: En als het nu eens
tot zover gelukt is, dat we sa
men één kerkgebouw hebben, hoe
moeten we dan nog voor de on-
kerkelijken onze gedeeldheid aan
nemelijk maken? Want die onker-
kelijken zullen ons zeer zeker
gaan vragen: „Waarom bouwt
gij wel samen een kerk, maar
gaat gij er op zondag niet samen
binnen?"
Deze vraag is een aanklacht
tegen het gedeeld en verdeeld
zijn van de christenen. Maar de
Heer van alle christenen heeft
gebeden voor degenen, die door
zijn woord in Hem geloven zul
len, opdat zij allen één zijn (Joh.
17 20). Wie weet, welke wegen
de Heer ons doet gaan om ons
weer tot één kudde samen te
brengen? Het kunnen soms we
gen zijn, waaraan wij helemaal
niet gedacht zouden hebben of die
wij, naar ons menselijk oordeel
gemeten, nooit zouden zijn inge
slagen!
Schuren, bungalows, schuttlngei
CETA-BEVER
BUITENBIJTS
awn wg-Tft TE
Niet representatief meer
Driekwart van
HE
geen
lid
(Van onze correspondent in Bonn)
EEFT de overkoepelende
Westduitse vakorganisatie, s~J/OTT1
„Deutsche Gewerkschafts Cit: WVl tl I if 11 It? I C>
Bund" (D.G.B.) met haar 16 aan
gesloten vakbonden, eigenlijk wel
het recht om te spreken en te
handelen namens de Westduitse
werknemers? Dit is een vraag,
die men in alle ernst mag stel
len, nadat uit door de D.G.B.
zélf gepubliceerde cijfers is ge
bleken, dat bij de 16 vakbonden
6.331.735 werknemers waren aan
gesloten op 30 september van het
vorige jaar. Niet alleen betekende
dit een verlies van 58.000 leden
vergeleken met dezelfde datum
van het jaar 1958, maar ook, dat
niet meer dan 28 procent van
de Westduitse werknemers in
D.G.B.-verband is georganiseerd.
Hierop heeft dezer dagen nog het
„Deutsche Industrie-Institut" in Keu
len dat de publicistische belangen
behartigt van de Westduitse werk
gevers gewezen in verband met de
loonacties, die door verschillende vak
bonden zijn begonnen, ondanks het
dringende beroep der Bondsregering
in looneisen matig te blijven. In de
tien jaren van het Westduitse Wirt-
schaftswunder" is het aantal georgani-
seerden met rond 10 procent gedaald,
in verhouding tot het totale aantal
werknemers in het Westduitse arbeids
proces.
Het grootste verlies in het ver
slagjaar boekte de Mijnwerkersbond
(28.000 leden minder), hetgeen wel
in de eerste plaats verband houdt met
de langdurige afzetcrisis der mijnen,
die miljoenen tonnen onverkoopbare
steenkolen en cokes op deed hopen op
mijnemplacementen en leidde tot be
perking van de productie alsmede
ontslag van mijnwerkers. Maar ook de
machtigste (en rijkste) der 16 West
duitse vakbonden, de Metaalbewer-
kersbond. verloor 12.000 leden. De
bond heeft er desondanks nog 1.7 mil
joen over.
Organisatie-moeheid
Ook wanneer men ln vakbondkringen
het de laatste jaren eigenlijk gesta
dige verlies van leden niet dramati
seert. geven de jaarcijfers toch alles
zins aanleiding tot kritische beschouwin
gen. Het is er nl. niet mee afgedaan
wanneer men erop wijst, dat misschien
hoogstens 3 tot 5 procent der Westduit
se burgers leden zijn van c'e partijen,
die over de bondsrepublikeinse politiek
beslissen.
Niemand twijfelt aan de betekenis der
politieke partijen en niemand mag twij
felen aan het belang van de „Deutsche
Gewerkschafts Bund" als organisatie
der Westduitse werknemers. Het moet
echter voor de Wesduitse vakbondlei
ders ietwat beklemmend zijn, dat het
„Wirtschaftswunder" blijkbaar een ze
kere organisatiemoeheid bij de werkne
mers heeft gewekt, dat he overgrote
deel der arbeiders in de vakbewej
blijkbaar niet meer zo overtuigd gel
en dat de „Vollbeschaftigung" in West
duitsland d.w.z. de praktische afwe
zigheid van werkloosheid vrijwel
geen tijd meer overlaat voor belangstel
ling in de vakbeweging En he'. moet
ook beklemmend zijn, dat de werkge
vers die daarmede zoveel later zijn
begonnen voor vrijwel de volle 100
procent zijn „georganiseerd"
Veroudering"
Tussen 1950 en 1958 hebben de West
duitse vakbonden er netto in totaal
800.000 leden bij gekregen. Indrukwek
kend als dit cijfer moge zij.»: het re
presenteert niet meer dan 16 procent
van alle nieuw in het arbeidsproces op
genomen werknemers. De jonge arbei
ders en arbeidsters „ligt" de vakbewe
ging niet meer. Dat blijkt ook uit de
toenemende veroudering onder de
bondeden. In 1932 was 28 procent
de georganiseerde werknemers ouder
dan 40 jaren. In 1957 lag dit cijfer bij
41 procent.
Oorzaken
Kort vóór de „Deutsche Gewerk
schafts Bund" enkele maanden gele
den zijn tienjarige bestaan herdacht,
verschenen twee boeken van vakbond
functionarissen, waarin een poging werd
gedaan te doorgronden, waarom het de
vakbeweging in Westduitsland niet beter
is gegaan, waarom de groei van het le
dental ontoereikend is geweest, waarom
nog niet eens een-derde deel der werk
nemers is georganiseerd (tegen meer
dan twee-derden in Oostenrijk)
De -voormalige „Welt der Arbeit"-
redacteur Otto Stolz (de ,.W. d. A." is
hel weekblad der D.G.B.), die het
boek „De vakbeweging op een dood
spoor" schreef, meent dat taktische
zowel als organisatorische oorzaken
een rol hebben gespeeld. De voor
naamste taktische fout: het feit dat de
Westduitse vakbeweging zich voort
durend in de politiek mengde, politieke
acties ontketende (o.a. die tegen de
atoombewapening van de Westduitse
strijdkrachtendie op niets zijn
uitgelopen en het aanzien der
vakbeweging eer schaadden dan ver
beterden.
De omstandigheid dat de D.G.B.
zich in deze politieke acties zo on
miskenbaar verpersoonlijkte met de
sociaal-democratische partij was
een der oorzaken, die leidden tot de
heroprichting der christelijke vakbe
weging in West-Duitsland, die de be
staande vakbonden toch enkele hon
derdduizenden leden heeft gekost
van werknemers die naar de
.„Christliche GewerkoChaftsbewe-
gung Deutschlands" overliepen.
Overheersing
Stolz wees er in zijn boek verder op,
dat de federatieve opbouw der D G.B
slechts schijn is. De 16 aangesloten bon
den zijn, volgens hem, niet gelijkberech
tigd. De machtigste bond, de Metaalbe-
werkersbond, gttft de toon aan. Nieu
we vakorganisaties mogen niet ont
staan. Voorts meent Stolz dat het
D.G.B.-hoodbestuur, sinds de heroprich
ting van de Westduitse vakbeweging,
hoe langer hoe zwakker en sterieler is
geworden Het heeft tegenover de „ba
zen" van de Metaalbewerkersbond prak
tisch niets meer in te brengen.
Niet legitiem
Hiermede zijn enkele intern-organic
satorische oorzaken opgesomd die er
toe leidden, dat bij de groei van het
aantal werknemers in West-Duitsland
(dat thans om en nabij de 20 miljoen
bedraagt) de betekenis van de bij de
D.G.B. aangesloten bonden verhou
dingsgewijze hoe langer hoe geringer
is geworden. Men kan de D.G.B
geen hoop geven, dat er in deze si
tuatie verbetering zal komen. Mach
tig als hij ongetwijfeld is: hij is be
paald niet gelegitimeerd om namens
alle Westduitse werknemers op te
treden. Integendeel: 72 pet. (rond 14
miljoen werknemers) beschouwt de
vakorganisatie niet als zijn legitieme
vertegenwoordigster.
Advertentie
Maagklachten?
CHEFAROX
Het lijkt alsof het verhaal van de tempelreiniging ons weinig
meer te zeggen heeft. Onze kerken hebben geen voorhof zo
als de tempel in Jeruzalem die had en onze eredienst is zo
veranderd dat er voor dergelijke kooplieden geen emplooi
meer is. Oppervlakkig beschouwd lijkt het dus voldoende om
dit bijbeldeel voor kennisgeving aan te nemen en over te gaan
tot de orde van de dag.
Maar zo niet! Al hebben we dan geen tempel met koop
lieden, we hebben wel vele organisaties die voor zichzelf het
pretentievolle woordje christelijkaan hun naam hebben
toegevoegd. Die christelijke organisaties bewegen zich op ve
lerlei terrein en dikwijls is de commercie nauw verweven
met hun doen en laten is er nu nog iemand die Jezus' hei
lige toorn die Hem dreef tot de tempelreniging, als niet gel
dend voor deze tijd" durft kwalificeren?
Want ge weet het: Jezus toornt niet tegen het verkopen van
offerdieren, want het brengen van offers was een deel van
de oud-testamentische eredienst zijn toorn treft de sjag-
gergeest der kooplieden. In onze tijd gezegd: zijn toorn treft
het onder de dekmantel van de christennaam zoeken naar
geld, macht, eer, Onder de dekmantel: niet ter wille van
Christus maar van onszelf!
EEN HISTORISCHE ONTMOETING
TV/TEER nog dan wie ook zal de Israël kan niet vergeten, heeft Ben
christen de loop der geschiede- Goerion gezegd. Hoe begrijpelijk,
nis met spanning hebben te \-olgen. Het ware nóg meer te hopen, dat
Want hoe menselijk het er ook veelal Duitsland al evenmin vergeten kan.
in moge toegaan, zij is voor wie ver- Maar Israël heeft de kracht gevon-
mag te zien en te luisteren tegelijk den voor een nieuwe ontwaking als
I "n volk en als natie, en heel de wereld
ziet in bewondering en veelal geluk-
De geschiedenis der wereld is een kig ook in oprechte sympathie toe,
geschiedenis van oorlogen en van hoe het alle volken een voorbeeld is
verwijderingen tussen mensen. Zij is in volharding en in moed. En het is
óók de geschiedenis van de i
i de twintigste eeuw, die
lijke toenaderingen en ontmoetingen, zich ten diepste aan dit volk van Is-
Gaan wij te ver, wanneer wij de ont- raël verwant gevoelt, de kerk voor
moeting, die gisteren ergens op een welke zo menige passage in Gods
zoveelste verdieping van een hotel Woordopenbaring vandaag op veels-
in New York heeft plaats gehad tus- zins ongedachte wijze wordt belicht,
sen Adenauer van Duitsland en Ben En Duitsland, zich onder de grijze
Goerion van Israël beschouwen als en hoogbejaarde staatsman Ade-
dat het Duitse bewind van die dagen de bange en afstotende herinnering
baar leed te berokkenen, om het tot dat zich met felheid en doortastend-
op het diepst te vernederen, om zelfs heid heeft gekeerd tegen elk pogen
te pogen* het systematisch van de van het verfoeide verleden om op-
aardbodem te verdelgen. Met huiver nieuw tot herleving te komen. Dit
heeft de wereld van de bijzonderhe- nooit weer, is hetgeen in miljoenen
den kennis genomen. Zoals de we- Duitse harten leeft, is tegelijk de ge
reld óók gehuiverd heeft, toen, nog dachte waardoor de Duitser Acle-
luttele maanden geleden, een nieuwe
zich bij het vóórgaan van zijn
i antisemitisme dreigde op te volk naar een waarlijk democratisch
steken. bestel gedragen weet.
Maar Duitsland heeft zich beijverd Zo kon die ontmoeting gisteren, er-
de wereld te laten zien, dat gens op de zoveelste verdieping van
knagende wroeging om hetgeen is Was het een ontmoeting van twee
lieden? Zij was, dunkt ons,
dan dat: een ontmoeting van
tien jaren na die wrede periode twee mannen, méér nog: van twee
hebben de regeringsleiders van mensen.
Duitsland en van Israël tegenover Wiens dank zal dan niet uitgaan naar
elkaar gestaan, als twee mannen voor Hem, die de harten neigt en die, ten
te kunnen zien.
i de ogen te mogen de wereld niet over te laten aan een
droef en al te menselijk lot?
AMERIKA dat jarenlang kerke
lijk gezien alleen theologi
sche kennis importeerde
daarbij vooral vaak terug viel op
Duitse theologen heeft in de laat
ste tientallen jaren theologen
voortgebracht en door immigra
tie aangetrokken die niet alleen
een wereldnaam maar ook
wereldinvloed beginnen te krijr
gen. Zo hebben Duitsers een
„Vriendenkring van Paul Til-
lich" gesticht om de werken van
deze Amerikaanse theoloog van
Duitse afkomst te bestuderen en
zijn inzichten ruimere bekendheid
te geven.
De Vriendenkring werd gevormd tij
dens een conferentie van de „Evange
lische Akademie" van Hofgeismar
een kerkelijk vormingscentrum. Er
bevond zich reeds in het Theologisch
Seminarium te Göttingen een Paul
Tillich-archief. Dit zal worden
gebracht naar de universiteit
Münster.
In dit archief bevinden zich geschriften
en brochures in het Engels en Duits
van Tillich die van huis uit een Duit
ser is. Voorzitter van de Vrienden
kring werd de Hamburgse hoogleraar
prof. dr. Noack, zijn vervanger zal zijn
prof. dr. Carl Heinz Ratschow var
de universiteit van Münster.
De nu 74-jarige theoloog Tillich, die ir
Amerika zeer grote invloed heeft ge
kregen was voor de nationaal-socialis-
tische machtsovername hoogleraar in
Marburg, Dresden en Frankfurt a. d
Main. Hij emigreerde in 1933 naar de
Verenigde Staten.
De Vriendenkring werd gesticht na een
conferentie op het vormingscentrum
te Hofgeismar over het thema: „De
theologische inhoud van de werkelijk
heid". Tijdens de conferentie kwam
men tot de conclusie dat het streven
van prof. Paul Tillich om de tegen
stelling tussen openbaring en rede, ge
loof en leven te doorbreken in Duits
land met meer aandacht dan ooit
wordt gevormd, omdat hij daardoor in
de afgelopen jaren een sterke invloed
heeft gehad op bet Amerikaanse pro
testantisme.
KORTE INHOUD VAN HET VOORAFGAANDE:
De vorsten van Europa hebben samengespannen
om een grote kruistocht naar het Heilige Land te
>ndernemen. Koning Rlebard van Engeland Is de
eigenlijke leider, maar zijn ziekte wordt door de
inderc vorsten aangegrepen om tegen Leeuwenhart
te Intrigeren. Een aanhanger van Richard, de Schot-
e ridder Kenneth, heeft zijn hart verloren aan
Edith, een nicht van de koning. Maar ook hem
vordt de pas afgesneden door een lage Hst. Richard
veroordeelt Kenneth ter dood, omdat hij zijn wac-ht-
nst bij de Engelse Standaard heeft verlaten en
He vlag ls juist op dat ogenblik gestolen. Dank zij
'e Mohammedaanse dokter, die Richard heeft ge
lezen, krijgt Kenneth gratie. Maar ln het mlddel-
•uwsc legerkamp duren de Intriges tegen Richard
oort.
Het zal de ontsnapping meer een schijn van
verkelijkheid geven, zuchtte de Markies, ofschoon
Ofschoon is een woord voo: slappelingen, legde
le Grootmeester hem resoluut het zwijgen op. Man
en en verstandige lieden aarzelen niet en kruiper
net zo snel in hun schelp. Wijze lieden treffen be-
luiten en voeren die uit.
HOOFDSTUK XIX
Toen Richard na zijn indrukwekkende redevoering
ie vergadering der vorsten verliet, verheugd over
ie gelukkige afloop van zijn tussenkomst, achtte hij
et ogenblik aangebroken om ook de rust in zijn
igen huisgezin te herstellen. Hi kon nu bedaarder
.er de gebeurtenissen nadenken en eindelijk wilde
uj dus nauwkeurig onderzoeken welke voorvallen
it het verlies van zijn banier hadden aanleiding
SIR WALTER SCOTT
dan hem het initiatief te laten, nam
woord en zocht allerlei uitvluchten
klaringen om haar onbezonnen daden
gelijk voor te stellen. Wel gaf
tamus had uitgestuurd
dus zelf het
listige ver
toe dat ze Nebec-
de Schot van zijn wacht
te melden dat ze zich moest klaarmaken om haar
koninklijke gemaal te ontvangen, aangezien het in
zijn bedoeling lag haar in haar tent te komen be
zoeken.
Aanvankelijk vervulde dit bericht de koningin met
een bijna panische schrik, doch de Vaux slaagde
er in haar met enkele goedgekozen woorden le
troosten, er op wijzend dat de eerste aanvallen
van drift bij Richard achter de rug waren, terwijl
hij er niet de man naar was om zich ten over
staan van vrouwen ruw of brutaal te gedragen.
Enigszins kalmer kleedde Bcrengaria zich daarom
in haar beste gewaad en wachtte met vertrouwen
de komst van haar heldhaftige echtgenoot af.
Deze verscheen even later, rustig doch met op
het gelaat een trek van onbehagen, kennelijk van
plan zijn echtgenote de les te lezen om de vreemde
houding die zij daarstraks had aangenomen, toen
ze ongevraagd in zijn tent was verschenen, op een
ogenblik dat hij haar niet wenste te ontvangen Bc
rengaria echter kende zeer goed de macht van
haar schoonheid en de maat van Richard's liefde
en bij voorbaat wist ze dus reeds dat hij niet beter
zou vragen dan met haar vrede te sluiten, zodra
maar de eerste wrevel zou zijn weggeëbd. Liever
weg te lokken, doch met klem ontkende ze dat het
haar bedoeling was geweest hém in de koninklijke
tent te laten binnendringen. Dit laatste was slechts
een gevolg van Nebectamus' eigengereidheid, aange
zien hij zich met al te veel ijver van zijn plicht
had gekweten en de zaken verder had doorgevoerd
dan een van de dames van plan was geweest. Had
Nebectamus zich bij de opdracht gehouden, de ge
vaarlijke grap zou nooit zulke verregaande gevolgen
hebben gehad.
Terwijl ze dit alles vertelde liet ze niet na het
verhaal af en toe te onderbreker om te zuchten of
te snikken, wetend dat dit wapenen waren waar de
ruige Richard niet tegen was opgewassen. Vervol
gens nam ze een andere too- aan en ging van
een bede om vergiffenis tot een verwijt over, Ri
chard ten laste leggend dat hij haar had geweigerd
haar verzoek om genade voor de Schot gehoor te
verlenen. Het gezicht van de dode ridder, riep ze
met goed gespeelde wanhoop, zou haar in haar dro
men blijven vervolgen en nooit zou ze zich van
dat waanbeeld kunnen bevrijden.
Toen hij zo naar haar luisterde, voelde de goede
Richard zich geweldig verlegen. Hij wist bij erva
ring dat het weinig zin had met zijn vrouw een de
bat te beginnen en evenmin kon hij er zichzelf toe
krijgen in haar bijzijn nog langer harde woorden
te spreken. Om haar enigszins tc troosten bekende
hij dus dat hij de Schot uiteindelijk toch genade
had verleend en hem had «weggeschonken aan de
grote geneesheer, er aan toevoegend dat deze beter
dan wie ook geschikt was om hem zo lang mogelijk
in leven te houden.
Wordt vervolgd I
In zijn openingswoord van de gis
teren in Krasnapolsky te Amsterdam
begonnen tweede „conferentie over
onderwijsresearch", georganiseerd
door het Nutsseminarium voor Peda
gogiek aan de Gemeente Universiteit,
heeft prof. dr. Ph. J. Idenburg
pleit voor de volledige vrijheid
onafhankelijkheid .van het weten
schappelijk pedagogisch onderzoek ten
opzichte van het onderwijs.
Men kan van een wetenschappelijk
onderzoeker niet anders verwachten
dan dat hij aan zijn resultaten be
kendheid geeft onafhankelijk van on
derwijspolitieke of andere overwegin
gen, zo sprak prof. Idenburg.
Hij vestigde er bovendien de aan
dacht var. de aanwezige pedagogische
deskundigen en vertegenwoordigers
onderwijsorganisaties op, dat de weten
schap wel bepaalde voor het onder
wijs veelal belangrijke indicaties kan
geven, doch nooit een definitieve uit
komst. Dit kunnen de onderwijsmensen
ook niet verlangen, omdat dit een kwes
tie is van een andere verantwoordelij k-
Primair
Prof. dr. M. J. Langeveld uit Utrecht
hield een inleiding over de onderzoeken
op het gebied van het v.h.m.o. aan hc
pedagogisch instituut der Rijksunivers
Utrecht De hoogleraar zei or
t dat het primaire probleem va,
deze onderzoekingen is gelegen in vei
kleining van de afstand tussen de op
leiding van de leraar enerzijds e
praktijk anderzijds.
De centrale vraag voor de vele werk
groepen is: Hoe verbeteren we de c
derwijsmethodiek. Hij zei voorts, dat
het onderwijzend corps een zekere
velijk over „De experimentele controle
in de onderwijsresearch" en „Een ulo-
onderzoek en de toepassing van de ver
kregen resultaten in de praktijk".
Na afloop van de conferentie is ge
sproken over de mogelijkheid van een
permanent contact en een meer gere
gelde samenwerking op het gebied van
het pedagogisch onderzoek.
Deze tweede conferentie (de eerste is
in 1958 te Utrecht gehouden) werd on
der meer bijgewoond door afgevaardig
den fan het ministerie van O., ,K. en
W en van pedagogische wetenschapsor
ganen uit Gent en Leuven.
Beroemn sswerk
NED. HERVORMDE KERK
Beroepen te Gouda (vac. H. Huting):
L Schellevis te Waalwijk; te Gouda (zesde
pred.pl.): J. v. d. Velden te Dordrecht.
GEREFORMEERDE KERKEN
Beroepen te Oostvoorne: D. C. Firet,
kand. te Bergambacht; te Dieren (vac.
v. d. Plaat): R Strijker te Emmeloord.
GEREF. KERKEN (VRIJGEMAAKT)
Beroepen te Middelstum (bij accl.):
A. N. Hendriks, kand. te Rotterdam.
CHRIST. GEREF. KERKEN
Tweetal te Barendrecht: M. Tanis te
Middelharnis en E. Venema te Zwijn-
drecht; te Zeist. G. J. Buys te Papen-
drecht en N. de Jong te Katwijk aan Zee.
Beroepen te Rotterdam-Charlois: T.
Brienen te Mussel; te Klundert (bij accl.):
van Ravenswaaij te Scheveningen.
ffk lllilfaji 'si PINDAKAAS
in kwaliteit de BAAS
i de bestaande didactiek.
Samenwerking
Na de lunch spraken dr S. D. Fok-
kema, wetenschappelijk hoofdambtenaar
aan het psychologisch researchlabora-
torium aan de Vrije Universiteit, en de
heer W. de Hey, medewerker aan hel
Hoogveldinstituut te Nijmegen respectie-
maa9kl(
Misschien zelfs'
maanden of jar<
I f'élM Neem dan aee
Hebt U maagklachten?
jaren?
Neem dan geen lap
middel, dat U slechts
tijdelijk helpt en dat U
dus moet blijven inne
men, doch STOMABRAS
dat een blijvende ver
betering brengt
Landbouwschap schrijft minister
Kritiek op
Kamernota
Het bestuur van het Landbouw
schap zal woensdag a.s. een con
cept-brief aan de minister van
verkeer waterstaat behandelen,
waarin opnieuw wordt aange
drongen op afsluiting en inpolde
ring van de Lauwerszee.
In de brief wordt gesteld, dat i\
nota van de 7iiinister aan de Tweede
Kamer niet voldoende recht is gedaan
de argumenten, die pleiten voor
inpoldering en afsluiting.
Met versterking van de zwakke
plaatsen zal de onveiligheid waarin
de bewoners rondom de Lauwerszee
verkeren, nog niet zijn opgeheven
Aan een tweede waterkering dient
grotere waarde te worden toegekend,
aldus de brief van het Landbouw
schap.
Ook legt de ministeriële nota vol
gens het Landbouwschap niet voldoen
de accent op de urgentie van de
uit te voeren waterhuishoudkundige
facetten. De bouw van een gemaa
mate kunnen bijdragen tot verbete
ring van de lozingscapaciteit in het
noordelijke gedeelte van Frieslands
boezem. Alleen maatregelen in het
gebied zelf kunnen op redelijke wijze
in de problemen voorzien en deze
maatregelen moeten als urgent wor
den aangemerkt.
Indien de Lauwerszee niet wordt
afgesloten, zal verder in verband
met de afwatering in Groningen en
Drente de bouw van een gemaal
te Zoutkamp geen uitstel kunnen lij
den.
Ook met de landaanwinst zal het
volgens de brief van het Landbouw
schap wel meevallen. Dit in tegen
stelling tot de opmerkingen die hier
over in de ministeriële nota worden
gemaakt.
Over de financiële aspecten wordt
gesteld, dat de baten van de recrea
tie in geval van inpoldering hoger
zullen blijken te zijn dan het mil
joen, dat de minister heeft geraamd.
Genoemd wordt een bedrag van 12
miljoen dat bespaard kan worden
door o.a. de vondst van klei en kei-
leem nabij de Lauwerszee.
De brief besluit: Wordt bij het ra
men van de baten tevens rekening
gehouden met de in de kamerstuk
ken niet geraamde voordelen, dan
de rentabiliteit van het onderhavi-
in Zuid-Friesland zal in onvoldoende ge project zeer bevredigend.