KONING-
RICHARD
Verantwoordelijkheid als
vuistregel" in politiek -
59
Een woord voor vandaag
Oecumenische discussie over
de kerk van morgen
Gesprek tussen hervormde
en geref. kerkeraden
Kanttekening
Oude rollen hij de Dode
Zee in Israël gevonden
PHILIPS
Van David." staat er boven psalm 27 en voor voie het leven
van David kent is dat duidelijk, want er ontrolt zich in weinige
zinnen een leven vol strijd. Strijd tegen tegenstanders en
vijanden die „op mij afkwamen om mijn vlees te eten". Strijd
niet minder tegen zichzelf, een worsteling om in het reine te
komen met God. floor, Here, hoe ik luide roep, wees mij
genadig en antwoord mij. Van Uwentwege zegt mijn hart:
Zoek mijn aangezicht. Ik zóek Uw aangezicht, Here."
Spanning voelt ge in die korte samenspraak-met-zichzelf! En
dan komt de conclusie: „O, als ik niet had geloofd...."
„Als ik niet had geloofd des Heren goedheid te zullen zien in
het land der levenden. Wacht op den Here, wees sterk, uw
hart zij onversaagd: Ja, wacht op den Here."
Duizenden kinderen worden er iedere dag geboren en duizen
den mensen sterven er iedere dag. En daartussen ligt het leven,
van ieder van ons. De een heeft het moeilijker dan de ander.
Moeilijker met zijn tegenstanders, moeilijker met zichzelf.
Maar één ding kunnen we allen gemeen hebben: dat vaste
geloof, dat wij in dit leven 's Heren goedheid zullen zien.
Dat vaste geloof, dat de almachtige God naast ons gaat, van
stap tot stap. jyOG NIET EERDER heeft de
O, als ik niet had geloofd.Hoe kan toch enig mens zonder jaarlijkse februariconferentie
dat geloof! - -
Almelo ditmaal het trefpunt
Vijf jongeren
gaven visie
r7-
y Niet alleen distantie
Op de synode van de Gere
formeerde Kerken te Utrecht is
de verhouding met de Neder
landse Hervormde Kerk aan de
orde geweest. Na de geschiede
nis van de na-oorlogse weder
zijdse toenaderingspogingen in
het kort te hebben gereleveerd
schrijft prof. Van der Woude
zoals men weet praeses van de
jongste Utrechtse synode on
der meer in de Friesche Kerk
bode:
In d« eerste weken van dit
jaar kwam de verhouding tus
sen de Hervormden en ons op
nieuw ter sprake.
De deputaten hadden het ge
sprek, overeenkomstig de op
dracht der Synode, wel voort
gezet, maar men was weder
zijds tot het inzicht gekomen
dat verdere voortzetting geen
zin meer had. Het gesprek ging
immers wel over de achtergron
den van de bestaande verschil
len, maar het spitste zich niet
toe op de mogelijkheid van her
eniging. Bovendien stuitte men
bij de besprekingen telkens op
een geschil, waarvoor men
geen oplossing vinden kon, nl.
de oefening van de tucht. Er
wordt in Hervormde en in Ge
reformeerde kring verschillend
gedacht over de aard van de
belijdenis en de wijze, waarop
deze in het kerkelijk leven moet
functioneren.
Kortom, het gesprek is vast
gelopen en men kon niet meer
Daarom vroegen deputaten
om van hun opdracht tot samen-
spreking te worden ontheven.
En de Synode heeft him die ont
heffing ook gegeven. Onder dank
voor de wijze waarop ze deze
moeilijke en verantwoordelijke
taak hadden verricht.
Toch stelde dit resultaat te
leur.
Er was practlsch niets posi
tiefs uit de bus gekomen, dan
dat men door de samensprekin-
gen elkander beter had leren
kennen.
Verder was de distantie ge
bleven. En door het negatief
resultaat der besprekingen
dreigde deze nog toe te nemen.
Maar onze verhouding tot de
Ned. Herv. Kerk kan en mag
niet louter door de distantie
worden beheerst.
Vandaar dat de Synode heeft
gezocht naar andere wegen om
het contact te onderhouden. Zij
heeft daarbij niet willen weten
van kanselruil en intercommu
nie. Dan zou de toenadering te
eenzijdig overheersen en zou
men in de practijk voor talloze
moeilijke situaties komen te
Maar de Synode heeft wel de
mogelijkheid open gelaten dat
de moderamina van beide syno
des met elkaar in overleg tre
den, en gedachten en gegevens
met elkaar wisselen, waarvan
beide kerken profijt zouden kun
nen trekken.
Een soortgelijk contact wil
men zoeken met andere kerken
van Geref. confessie.
Daarbij blijft het echter niet.
Aan de kerkeraden zal ook
worden aanbevolen contact te
zoeken met de Herv. gemeen
ten, wanneer dit contact dienst
baar kan zijn aan de eenheid,
zoals die in Christus js gegeven
en in de belijdenis der kerk is
beleden, waarbij men rekening
zal moeten blijven houden met
reeds bestaande synodebeslui
ten omtrent het contact met an
dere kerken. Dit tweede punt is
een belangrijk punt.
Het kan een stimulans zijn
voor plaatselijke contacten tus
sen de Herv. en Geref. kerken.
Het kan de toenadering bevor-
Blj deze toenadering mag men
de distantie echter niet verge
ten.
De distantie wordt weer ken
baar in de voorwaarden, die aan
de plaatselijke toenadering zijn
verbonden, n.l. deze:
„De toenadering moet dienst
baar zijn aan de eenheid in
Christus, zoals die ook in de
belijdenis wordt beleden. En
voorts is er de gebondenheid
aan de besluiten der synode om
trent het contact met andere
Men verlieze deze restricties
niet uit het oog.
Eventuele samensprekingèri
zullen echter veel beleid en wijs
heid vragen. Men moet er re
kening mee houden, dat men
van Hervormde zijde misschien
eerder aan de mogelijkheid van
hereniging, van kanselruil en in
tercommunie denkt, dan dit on
zerzijds kan gebeuren.
Kerkeraden, die tot zo'n sa-
menspreking zouden besluiten,
dienen zich dan ook wel te be
zinnen op vorm en inhoud van
het gesprek en het doel, dat men
daarmee wil bereiken.
Als het waarlijk dienstbaar is
aan de eenheid in Christus, ook
al kan die niet aanstonds gere
aliseerd in kerkelijke eenheid,
dan kan het worden aanbevo
len.
van de Oecumenische Jeugdraad in
Nederland zoveel deelnemers ge
trokken als ditmaal tijdens het
voorbije weekend te Almelo. Er
waren 350 jongeren.
De deelnemerslijst gaf een merk
waardig feit te zien: de talrijkheid
der gereformeerde jongeren. Uit
Almelo zelf was meer dan de helft
der 62 deelnemers gereformeerd. In
totaal waren er 75 conferentiegan
gers uit deze kerk, plus nog een
aantal christelijke gereformeerden
en vrijgemaakten.
Volgens de secretaris, ds. A. H.
den Heuvel te Utrecht, neemt het
aantal gereformeerde deelnemers jaar
op jaar toe. Hetgeen te meer spreekt,
als men weet dat de gereformeerde
kerken zich niet bij de Wereldraad
van Kerken aansluiten, en er van de
geheel of in hoofdzaak gereformeerde
jeugdorganisaties slechts twee zijn,
die bij de O.J.R. behoren: de Werk-
Jemeenschap van Geref. Jongeren en
eugd en Evangelie.
Dr. Geelkerken herdacht
Bij het begin van de conferentie
heeft ds. Steenbeek enkele woorden ge
wijd ter nagedachtenis van de dezer da
gen gestorven dr. J. G. Geelkerken.
Dr. Geelkerken behoorde tot de pio
niers der oecumenische beweging in ons
land. Eerst in de gereformeerde kerken,
daarna in de geref. kerken in hersteld
verband en tenslotte in de hervormde
kerk gaf hij zich voor
Zijn betekenis was echter veel wijder,
want hij diende de ganse
„Wij danken God, dat hij dit heeft
gen doen", zei ds. Steenbeek.
De voorzitter herinnerde er aan, dat
H.K.H. prinses Willi elmina, die dikwijls
de februaricohferenties bijwoonde, dit
maal niet aanwezig was. Wel begroette
hij de heer en mevrouw Th. Booy, par
ticuliere secretarissen van de prinses,
aan wie door de prinses gevraagd was
haar verslag van de conferentie te wil
len uitbrengen.
Er waren diverse andere gasten, zo
als prof. dr. W. F. Dankbaar, voorzitter
van de Ned. Oecumenische Raad. Zon
dag woonde men gezamenlijk de kerk
dienst in de gereformeerde Molenkamp-
kerk bij welke geleid werd ds. Okke
(Van een onzer verslaggevers)
Hoofdonderwerp van bespreking op
deze conferentie was „De kerik van mor
gen". Hierover sprak men onder leiding
dr. J. H. van Beusekom, hervormd
toe, die men als handreiking
gesprek had opgesteld.
Hoe zal de kerk van morgen moeten
zijn? Dat is waarlijk geen overbodige of
revolutionaire vraag. „Jezus Christus is
al lang op weg naar het land
L dr. Van Beusekom. „Er staan
oudkatholiek bleek te zijn, gaf haar
mening over stelling I „Het kan zijn
dat morgen de kerk in Nederland niet
meer bestaat". Deze opvatting is al
lerminst denkbeeldig. De onkerkelijk
heid groeit voortdurend. In de jaren
19301947 vermeerderde het aantal
onkerkelijken met een half miljoen
en men kan slechts vrezen wat de uit
komsten van een nieuwe volkstelling
zullen zijn. Het behoort toch tot de
eerste taken der kerk om door beraad
over deze situatie de dreiging te
minderen.
De heer M. van Staalduine, eer
fiheraan, zette uiteen, dat de kerk
morgen afgestemd dient te zijn op de
mondige leek (stelling II). Het mag
niet zo wezen, dat de kerk een schare
is, die naar de priester opkijkt ei
verder wel „gelooft".
In een vaste liturgie en een prediking,
uitgaande van het kerkelijk jaar i
mede geleid door wat de menser
gelijks bezighoudt, zag hij een stimu
lans voor de mondigheid der gemeente
leden. Het algemeen priesterschap der
gelovigen zou volgens de heer Van Staal
duine kunnen leiden t»t het wegvallen
der traditionele ambten.
Mej. N. Bos van Kerk en Wereld te
Driebergen sprak over stelling III „De
kerk van morgen zal geen mammoeth-
gemeenten kennen, maar kleine mobie
le eenheden in vele gestalten".
Zij meende, dat de kerken welbewust
terug dienen te gaan naar de huisge
meente. de «udste vorm van kerkelijke
gemeenschap. Onze tegenwoordige ge
meenten zijn daarbij vergeleken groot
en log als een mammoeth, onhandel
baar en niet te benaderen.
De hervormde kerkorde zegt, dat de
leden der gemeente de zorg ten opzich
te van elkaar onderhouden. Maar met
WAAR DE SCHOEN WRINGT
"TEN commissie zal de mogelijkheid recht om zi
gaan onderzoeken van een aan- de rechter,
vaardbare regeling voor het verscho
ningsrecht voor maatschappelijk wer
kers en werksters.
Een interessant onderwerp. Zoals be
kend heeft nog onlangs een maat-
i te wijzen berust bij
De geheimhoudingsplicht komt thans
toe aan de medicus, de gèestelijke,'
de advocaat, de notaris. Begrijpelijk!
dat er in onze tijd een duidelijk stre
ven naar uitbreiding is. De bankier,!
zaken die haar in haar arbeid allen is de geheimhoudingsplicht, of
bekend waren geworden.
anders toch het verschoningsrecht,!
Het is een algemeen belang, dat onze bepleit. Dat de journalist een pleit-
menselijke samenleving zekere „ver- bezorger voor eigen verschonings-1
deze bepaling wordt te weinig gerekend.
De huis- of straatgemeente gaat trou
wens verder dan de eigen kerk: zij is
een gemeenschap van christenen uit al-
derlei kerken, die omdat zij bur-en of
straatgenoten zijn, elkander rond de Bij
bel ontmoeten.
De heer J. Bosch, baptist, legde
druk op de noodzaak tot eenheid. „Wan
neer de kerk zich niet voor morgen tot
de eenheid laat vernieuwen, verdwijnt
zij vandaag nog". De echte oecumene
wordt niet bedreven door „oecumaniak-
ken", zei hij, maar door mensen, die
met hart en ziel hun eigen kerk zijn
toegedaan. Zij moeten leren om een
stukje van die eigen kerk te offeren
voor de eenheid. Hier geldt immers de
kreet der kruisvaarders: God wil het!
Mej. mr. N. Nust, lid van de gere
formeerde kerken, behandelde de laat
ste stelling: „Een kerk, die naar bin
nen Is gekeerd, sterft; een kerk, die
open is en zich waftgt, ontvangt t
leven". Het bezwaar is namelijk, dat
de kerken zich veel te veel met de
„lopende zaken" in eigen organisatie
moeten bezig houden en dat zij daar
door niet voldoende toekomen aan de
haar van Godswege gestelde taken.
Onder het „zich wagen" verstond mej.
Nust: het gaan als Abraham, niet we
tende waarheen, doch in het geloof er
mèt een opdracht.
De discussie over deze stellingen heeft
de Jongeren lange tijd bezig gehouden.
Zondagmiddag vond men de samenvat
ting uitgebeeld in sociodrama's, ontwor
pen door ds. J. M. Hoekstra vai
vormingscentrum Oud-Poelgeest.
Over allerlei activiteiten vanwege of
via de O.J.R. ontstaan, lichtte ds. Van
den Heuvel, zojuist benoemd tot i
taris van het jeugddepartement va
Wereldraad van Kerken, de conferentie
ln.
voor zich zullen houden.
is het in het bijzonder in onze samen
leving, die zo ontzaglijk veel van
ieder onzer vergt.
Nu is de wettelijke regeling ten on-
de zaak nader gaan onderzoeken,
komt te wringen. Aan de ene kant
is het een algemeen belang, dat er
vertrouwensberoepen zijn. Aan de
andere kant is het een algemeen
Professor Yohanan Aharoni van de Hebreeuwse universiteit te Jeruzalem
heeft meegedeeld, dat stukken van oude lederen rollen zijn gevonden door
Israëlische archaeologen in arendsnesten binnen een grot, in de buurt van
de Dode Zee.
Dit is de eérste vondst van oude rollen ln Israël. Alle andere Dode-
Zeerollen zijn op Jordaans gebied gevonden.
Volgens professor Aharoni bevonden zich onder de Israëlische vondst twee
fragmenten van rollen, waarvan de tekst overeenkomt met die van de rollen die
in Jordaanse grotten, een twintigtal kilometers noordelijker, zijn aangetroffen. Een
fragment is bijna volledig en omvat de versen één tot tien van hoofdstuk 13
het boek Exodus.
Er zijn verder munten en een oude brief gevonden.
Op de bodem van de Israëlische grot zijn ook houten en lemen voorwerpen
en stukken linnen aangetroffen, alsmede pijlpunten en pijlschachten.
De archaeologen hebben eveneens twee Romeinse forten ontdekt, die
schijnlijk dateren uit de tijd van militaire operaties tegen de joodse rebellen.
Beroepingswerk
Bennebroek. Ds. G. J. J. Rensink te
Idaard slaagde aan de Gem. Universi
teit te Amsterdam (cum laude)) voor
het doctoraal examen theologie.
GEREFORMEERDE KERKEN
Benoemd tot predikant in vaste dient
by het gavangeniswezen en de psychopa
tenzorg te Avereest: H. Munnik te
Maastricht.
GEREFORMEERDE GEMEENTEN
Tweetal te Veen: M. Blok te Rijssen
n C. Molenaar te Leiden.
Beroepen te Benthuizen: M. Blok te
Rijssen.
Advertenti
Biologie voor iedereen, door prof. dr.
Karl von Frisch. Bewerking prof. dr. S.
Dijkgraaf. Twee deeltjes. Tweede druk.
Prisma-boek. Uitgave Spectrum,
Utrecht.
ZICHTBAAR GEZOND
door
HOOGTEZON
Raadpleeg uw arts
44
U wilt mijn geheim toch niet verraden? vroeg
Koenraad opeens min of meer angstig en wantrou
wend. Het zou verkeerd zijn uit mijn woorden al
te grote conclusies te trekken, want geen ogenblik
komt het in mij op mij aan mijn plicht te ont
trekken. Als u het waagt mij te beschuldigen ben
ik bereid in het strijdperk te treden met de beste
Tempelier die ooit een lans hanteerde.
Toch schijnt u wel spoedig terug te schrikken,
antwoordde de Grootmeester listig. Maar neen, als
een trouw vriend zal ik uw geheim bewaren.
Maar intussen blijven wij door gemeenschap
pelijke belangen met elkaar verbonden. Want, u
weet het. Grootmeester, als de verenigde vorsten
Jeruzalem veroveren en er een koning plaatsen, zal
uw orde er niet meer voordeel uit putten dan mijn
arm markgraafschap. De trotse ridders van Sint
Jan zullen niet meer geduld worden, tenzij om in
hospitalen pleisters te leggen en de eerwaarde rid
ders van de Tempel zullen ertoe gedwongen worden
opnieuw eenvoudige krijgslieden te worden, slapend
op stro en rijdend met twee man op één paard, zo
als dat vroeger het geval is geweest, antwoordde
ae Markies.
Onze orde is te rijk en bezit te veel voorrech
ten om aan zulke vernederingen te worden bloot
gesteld. antwoordde de Grootmeester trots.
Tenzij het eerste werk van de vorsten er in
zou bestaan u van die voorrechten te beroven, ver
volgde Koenraad van Montserrat. U weet toch dat zij
dat al veel vroeger zouden hebben gedaan als u
niet mocht rekenen op de bescherming van de paus
en als zij uw dapperheid en steun niet nodig had
den om deze onderneming tot een goed einde te
brengen. Maar niet zodra zal de overwinning be
reikt zijn, of men zal u wegwerpen als een gebro
ken lans na een tornooi.
Misschien hebt gij gelijk, gaf de Grootmeester
toe, maar wat zouden onze voordelen zijn als de
SIR WALTER SCOTT j
En de Hertog van Oostenrijk? vroeg de Tem-
O. die. riep Koenraad, hij zal graag hetzelfde
doen, weliswaar niet gedreven door verstand, doch
veel meer door dwaasheid. Hij wordt verteerd door
wrok en naijver omdat hij de minnezangers meer
de lof van Richard hoort verkondigen dan de zijne.
Richards ongeluk zou hem doen juichen. Aan wat
ik u zeg hoort u wel dat ik er oprecht voor uitkom
dat niets mij liever is dan het verbond zo spoedig
mogelijk op te heffen. Trouwens al deze vorsten
leggen het er op aan op één uitzondering na
met de Sultan onderhandelingen in te zetten.
i uit
BABY ZEPHYR
zent aldus, dat er enkele algemene rechtsbelang, dat de rechter in de ge-
bepalingen zijn die de aanwezigheid legenheid is de waarheid op het spoor
ten en beroepen zijn, bepaalt niet mensen zich op een geheimhoudings-
de wet zelf uitdrukkelijk, maar het plicht moeten, of zich op een ver
schoningsrecht kunnen, beroepen.
GORDIJN MOET OMHOOG
JJET communicatiemiddel van de den. De minister deed zaterdagavond
televisie geeft staatslieden en insgelijks. J'
politici de gelegenheid, zich recht- Ook hadden wij de vraag gesteld, of|
streeks tot het volk te wenden. De wij misschien niet al te bereidwillig!
rede die president De Gaulle nog zo en al te trouw zijn in de naleving
kort geleden gehouden heeft ter be- van buitenlandse verplichtingen die
zwering van een révolte gaf van die wij hebben aangegaan. Heel wat be-
mogelijkheid wel een duidelijke in
druk. Niet onduidelijk was even
eens hetgeen onze minister van bui-
reidwilliger, dan vele andere landen, q
En weer deed de minister zaterdag-1 lt
avond insgelijks.
tenlandse zaken zaterdagavond voor Nederland staat nu in de kwestUi
de televisie heeft gezegd. van de landingsrechten voor de won- c!
In ondubbelzinnige bewoordingen derlijke situatie, dat het als het warei
heeft de minister zijn mening ge- dwars door Amerika een gordijn voor d
geven over de Amerikaanse afwijzing zich gespannen ziet. Aan die situatie
van Nederlandse landingsrechten, kan men minder goed wennen dan
Daarmede heeft hij nog eens weer aan de aanwezigheid van dat andere, j
het Amerikaanse gor-j
aanvoelt als is het zichzelf aange- dijn kan het niet. Het is dan ook een
daan.
Niet dat de argumenten, door de mi- lijks valt
nister aangevoerd, nieuw konden zijn. bestendiging
Wij hadden Amerika de vraag
vreemde toestand, waarvan nauwe-
nemen dat zij voorl
aanmerking komt.
Terecht bleek ook de bewindsman
gelegd, of de afwijzing misschien méé zaterdag van oordeel, dat de zaak 1
was ingegeven door de omstandig- hiet als afgedaan beschouwd maf
heid, dat er ten onzent toch al zo worden,
weinig communisten gevonden wor-
BISSCHOP DIBELIUS:
Ik had kritiek op
zekere aspecten
van het jodendom
Bisschop OtTto Dibelius, het hoofd van
de Duitse Evangelische Kérk, heëït
zondag in een preek in Oost-Berlijn ge
zegd, dat hij als jong student kritiek op
zekere aspecten van het jodendom had
gesteund. Ieder die de toestand in Ber
lijn in de laatste twintig jaar van de
negentiende eeuw gekend had, zou dat
begrijpen, zo zei bisschop Dibelius.
Maar, vervolgde hij, dergelijke kritiek
had niets te maken met de agressieve
nazitische houding tegenover de joden.
1 „Van het ogenblik dat de jodenver
volging begon, moesten wij de jodenk
helpen en wij deden dat ook. Daarom'^
hebben wij het recht ons te schamenj
dat deze antisemitische géést, die tojm
uiting komt in het besmeuren van synajv
gogen, weer onder het Duitse volk d(
kop opsteekt." Je
CHRISTELIJKHISTORISCHE STUDENTEN BIJEEN b
kruisvaarders zich terugtrokken en Palestina in Sa-
ladin's macht lieten?
Heel wat beter, voorspelde Koenraad. want de
Sultan zal ons ongetwijfeld grote provincies schen
ken om zodoende een sterke troep geoefende lans
dragers tot zijn beschikking te houden. In Egypte
en Perzië zouden honderd zulke bondgenoten, ge
voegd bij zijn eigen lichte ruiterij, zelfs de mach
tigste vijand in het zand doen bijten. En ziet u niet
hoe gunstig dat voor de toekomst zal zijn. Saladin
leeft niet eeuwig en langzamerhand kunnen wij on
ze macht uitbreiden, omdat wij niet langer geremd
zouden worden door een krijgsraad die ons tot ge
hoorzaamheid kan dwingen.
Daar schuilt waarheid in. zei de Grootmeester,
en ik hecht mijn volle goedkeuring aan uw woor
den. Evenwel moeten wij voorzichtig zijn. Filips
van Frankrijk is een verstandig en dapper man.
Inderdaad, maar net zoals zijn dapperheid hem
in de kruisvaart heeft gestort, kan zijn verstand
hem misschien tot andere overwegingen brengen.
Hij is vol afgunst op Koning Richard en in zijn
hart verkiest hij andere veroveringen, dichter bij
Parijs. Ieder aanvaardbaar voorwendsel kan hem
welkom zijn om zich van dit toneel te verwijderen.
Hij weet immers dat hij bezig is de macht van
zijn rijk t* verspillen.
bleken. Maar trek uw masker nog een paar centi
meter verder af en vertel mij nu eens waarom gij
die Schot van de Luipaard aan de raad hebt voor
gesteld om met de boodschap te worden uitgezon-
Ik meen dat ik dat heel handig bekeken heb,
zei Koenraad niet zonder trots. Enèrzijds vecht hij
onder de banier van Richard en dus kan Saladin
zeer goed denken dat Leeuwenhart het met de voor
stellen eens is, anderzijds echter is en blijft hij een
Schot en bovendien zijn er nog andere dingen die
hem beletten Richard veel vriendschap toe te dra
gen. Het gevolg daarvan is dat hij er wel niet aan
zal denken zich met de zieke Koning in verbinding
te stellen om te vertellen wat er gebeurd is.
Listig bedacht, zei de Grootmeester, al geloof
ik niet dat uw Italiaanse spinnewebben een zo ruig
heerschap kunnen vangen. Daar zijn sterkere koor
den voor nodig. U weet toch dat juist de ridder
van de Luipaard de Oosterse geneesheer heeft mee
gebracht om Richard te doen genezen? En zodra
Richard weer gezond genoeg is om vooruit te stor
men, zullen de andere vorsten hem volgen, al was
het maar uit «chaamte en om hun lafheid te ver
bergen.
Wordt vervolgd
(Van een onzer verslaggevers)
CHRISTELIJK - SOCIALE poli
tiek, een economische benade
ring. Dit was het onderwerp waar
over prof. dr. J. E. Andriessen,
hoogleraar in de staathuishoud
kunde aan de gemeentelijke univer
siteit van Amsterdam, zaterdag in
de hoofdstad sprak tijdens de derde
landelijke christelijk-historische
studentenconferentie.
Als uitgangspunt koos de jonge ge
leerde een uitspraak die in 1948 werd
gedaan door de Wereldraad van Ker
ken: „In een verantwoordelijke maat
schappij heerst de vrijheid van men
sen, die zich verantwoordelijk weten
voor gerechtigheid en openbare orde
en zijn zij, die politiek gezag of eco
nomische macht bezitten, voor de uit
oefening daarvan verantwoording
schuldig aan God en aan de mensen
wier welzijn daarvan afhangt."
De mening dat de welvaartsstaat de
menselijke verantwoordelijkheid onder
mijnt, is volgens prof. Andriessen op
zijn minst eenzijdig. Als basis voor
eigen verantwoordelijkheid is een mini-
mumpeil van sociale zekerheid nodig.
Indien deze basis éénmaal gelegd is,
moet men echter met het afwentelen
van eigen verantwoordelijkheid voorzich-
VrijJ veel economische macht is in
handen van de belangenorganisaties ko
men te liggen. Prof. Andriessen acht dit
een gunstige ontwikkeling voorzover er
tegenkrachten zijn, bijv. van werkne
mers enerzijds en ondernemers ander-
De overheid, die met individuen en
maatschappelijke organisaties in een
driehoeksverhouding staat, moet het al
gemeen belang onder meer positief die
nen door economische stabiliteit, econo
mische groei en economische rechtvaar
digheid. Bij het woord rechtvaardigheid
dacht prof. Andriessen in het bijzonder
aan de inkomens-verdeling.
Spreker herinnerde aan het standpunt
van prof. Tinbergen, dat men een deel
van de toenemende welvaart uit de con
sumptieve sfeer moet halen en moet be
naar de mening van prof. Andriessei
te zeer een a-priori-oplossing. De eco
nomlsche ontwikkeling heeft geleerd dal
men er met schematisch denken niel.,
komt. Een voorbeeld van zulk een sclie-
matlsch denken is volgens prof. Anh
driessen ook de calvinistische leer val
de soevereiniteit in eigen kring. Spreke)0
was het met prof. Zijlstra eens dat zo'iJ*
term, gehanteerd door mensen die nlei
meer weten wat erachter zit, op „eeiel
De overheid moet een lijst opstellen jege doos" lijkt. jv,
toekomstige collectieve behoeften
Liberalisme en
socialisme
versmelten niet
die voorrang verdienen. Ten opzichte
belastingverlaging was prof. An
driessen terughoudend.
Het loonbeleld, zoals dat nu in ons
land wordt gevoerd, kan men volgens
prof. Andriessen geen voorbeeld van
versterkte christelijkheid ln onze maat
schappij noemen. De meeste landen heb
ben reeds langer een vrijere loonpoli
tiek. Er zit in dit beleid echter ook iets
van de gedachte der verantwoordelijk
heid. Dat de overheidscontrole thans in
feite groter is dan onder de gelelde
loonpolitiek, hoort bij de overgangsfase.
vrijheid van het individu
antwoordelijfeheid van maatschappelijke
organisaties en overheid in een redelij
ke verhouding komen te staan, zei prof.
Andriessen.
Tegenstelling
In de loop van de jaren zijn socia
lisme en liberalisme naar elkaar toe
gegroeid, maar door hun verschillende
voorkeur (resp. voor overheid en
ticulier initiatief) vormen zij
steeds een reële tegenstelling. De
birevolutionaire minister van financiën,
prof. dr. J. Zijlstra, heeft met zijn
stelling dat socialisme
liberalisme
bij stijgende welvaart steeds
aan elkaar gelijk worden de zaak
overtrokken, meende prof. Andriessen.
Weliswaar zullen beide stromingen ten
aanzien van bepaalde onderdelen der
economische politiek dezelfde voorkeur
krijgen, maar tegelijk zullen, zij hun
standpunten meer van elkaar differen
ce! iuucv uaj.cu en ujuci, „c- "tiëren (onderscheiden). Juist bij groei-
steden voor dingen die heel de bevol- <™i<- welvaart krijgt ook deze dlöeren-
king ten goede komen, zoaLs onderwijs, meer kans.
verkeer en Deltaplan. i -I liberalisme al* socialisme zijn der dan ongeveer tachtig studenten.
In het algemeen moet men met primh
cipieel denken bijzonder voorzichtig zijn;
aldus prof. Andriessen. Men kan zidd;
beter beperken tot enkele eenvoudigi2
„vuistregels" (zoals de aangehaalde uil
spraak van de Wereldraad) om de corib
crete situatie te beoordelen.
Geen verstarring J
Middags hield prof. dr. P. A. va:
Stern.pvoort, hoogleraar in de oud-chris?
telijke letterkunde te Groningen, een re?'
de misschien kan men beter zeggenp
"en humoristische meditatie ovc
Fundering van christelijke politiek, eei"
theologische benadering". ChristelijWV
beginselen voor de politiek kunnen vofa
gens prof. Van Stempvoort niet verstar
ren als men weet heeft van het nieuwfel
in het Nieuwe Testament. Dit nieuwe tel
dat God mens werd opdat de meivB,
weer mens zou worden. Het origine!
van Jezus' ethiek zit hem niet in hev,
systeem er zit zelfs geen enkel sy:
teem in maar in het kritisch radica»
lisme, het Koninkrijk Gods en de schew,
pende liefde, de restauratie van <1
mens. In de politiek kunnen we daar
alles aan hebben, mits we ons afvraii
fjj' wa* 's sct-iePPénd dienen in dez
tijd? Iemand die dit begreep, was Tal
ma. De hoogleraar meende dat men ii11
de christelijke politiek te weinig he"
Evangelie induikt, te weinig visie heeid
en te weinig met de cultuur bezig iffl
„Een christen moet leren zwemmen i'
de cultuur". t]
Prof. dr. G. C. van Niftrlk leidde
veel gevoel voor humor een forum™
waarin voorts de twee sprekers zittinf'
haddein, alsmede de Tweede-Kamerled*:'
de heren F. H. van de Wetering en D
Kikkert. De conferentie werd bijgfl!
woond door de Tweede-Kamerleden jkvtt
nar. C. W. I. Wttwaall van Stoetwegel
drs. D. F. van der Mei en niet mln^