Laat mij in de duistere wereld
HO.
anneer
is de Heiland
eigenlijk geboren
I
I Sylvia Ursula Laurentia f
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 12 DECEMBER 1959
GEESTELIJK
LEVEN
Wachten op de Trooster
Als Christus op het punt staat om zich aan Zijn vijan
den over te geven, belooft Hij Zijn discipelen dat de
Trooster, de Heilige Geest zal komen. Er is dus ook
een advent van de Heilige Geest.
De Geest van God kwam niet slechts voor de gelovi
gen. Christus laat duidelijk zien dat Hij een opdracht
heeft voor de gehele wereld, die Hij zal overtuigen
van zonde ën van gerechtigheid en van oordeel"
(Joh. 16:3).
Maar het komen van de Geest Is niet tot de wereld,
maar tot u (Joh. 16:7), dus tot de discipelen, tot de
gemeente. De komst van de Geest tot de wereld is
dus altijd via Gods Kerk op aarde. De advent van
Gods Geest voor de wereld hangt dan ook nauw sa
men'met het zendings- en evangelisatiewerk. Daar
om juist is het zo verblijdend dat de Nederlandse
kerken weer nieuwe zendingsopdrachten zien liggen.
De hervormden trekken naar Centraal-Afrika, de ge
reformeerden zoeken een nieuwe opdracht in Zuid-
Amerika, West-Pakistan en Oeganda-Oeroendi. De
vrije-evangelischen beginnen een nieuw werk in Zuid-
west-Afrika en de baptisten hebben een taak opgevat T
in de Belgische Congo.
De Kerk is 2000 jaar oud. Maar ondanks alle evange
lisatie- en zendingswerk zijn er op het ogenblik meer
mensen op de wereld, die nog nimmer de naam van
Jezus Christus gehoord hebben, dan in de dagen van
de omwandeling van de Here Jezus op aarde.
Per minuut sterven 80 mensen in de wereld, en de
meesten van hen zonder dat zij weten dat de Troos
ter is gekomen. Miljoenen wachten nog op Hem, Die
slechts tot hen komen kan, omdat Hij gekomen is
tot de gelovigen. Vertragen of versnellen wij Zijn
r%E middagdienst in een van Rotterdams gere
formeerde kerken had maar vijftig minuten
geduurd. Het laatste lied was gezongen, de woor
den van de zegen waren weggestorven. Maar de
mensen stonden niet op om weg te gaan. Integen
deel zij gingen er nog eens echt opnieuw voor
zitten. Een kleine, wat gezette dame met diep
donkere ogen en spierwit haar beklom de kansel.
Het meest opmerkelijk echter was misschien wel
dat ze een uniform droeg, de uniform van het
Leger des Heils. Toen ze begon te spreken in
keurig, zij het grammaticaal wat verwrongen
Nederlands, was het intens stil. Ontroerd luis
terden de aanwezigen naar het getuigenis van
sSenior-majoor^^antea, de moeder van de lepra'
advent?
majoor van het Leger des Heils zitten praten. Vrijmoedig ver
telde ze van haar leven in het vooroorlogse Hongarije, waar ze in
een klein dorpje is geboren, en van haar werk in de leprozenkampen
van Indonesië. Voor ze zich voor haar levensavond gaat vestigen Ih
•aderland zien.
Wachten op de belofte
In Handelingen 1 spreekt de Heiland over advent e
de gemeente. Christus gebood Zijn discipelen ,,Jeru- Nieuw-Zeeland wil -/e ?n irraatr nn<r een keer haar
zalem niet te verlaten, maar te blijven wachten op £ieuvv ^eiana, wn ze zo graag nog een Keer naar
de belofte van de Vader.
agen langwaren de ^discipelen dan ook met hun
t de opperkamer om
vrienden en vriendinnen bij
te wachten op Pinksteren.
Nu is Pinksteren al een oud Joods feest dat In Le
viticus 23:15 werd ingesteld. Op die dag moesteh de
gelovigen uit de dorpen en steden twee beweegbroden
naar Jeruzalem brengen als offer
het feest van de eerstelingen.
Zeven weken daarvoor was de garve als beweegoffer
gebruikt met een beetje bloem. De garve is een beeld
j die zijn vermalen,
zou kunnen spreken van de gelovigen, die met Chris
tus onder de druk zijn doorgegaan.
Maar met Pinksteren worden de afzonderlijke korrels,
de gelovigen aaneengesmeed tot broden. Daartoe
kwam de Heilige Geest, om de gelovigen samen te
smeden tot het Lichaam van Christus.
Het weinige geld dat ze van haar ouders had geërfd heeft ze uitge
geven om de reis naar Europa te maken. Maar toen deze Hongaarse,
die van kleuters in een Indonesisch kinderhuis van het Leger des
Heils het Nederlands heeft geleerd, en die in 1952 de Nederlandse
nationaliteit heeft gekozen, op het consulaat in Wenen om een visum
God." Het is ging vragen, moest ze zeggen waarom ze van nationaliteit was ver
anderd. Er was maar een reden: omdat ze zich niet kon verenigen
met het communistische regime over haar land. Dat antwoord was
voldoende. Ze kreeg geen visum en strandde na duizenden kilo
meters te hebben afgelegd nog geen honderd kilometer van de Hon
gaarse grens. Zoals eens haar geloof zich plaatste tussen haar en
haar moeder, zo plaatste nu haar nationaliteit zich tussen haar en
haar broer en zusters.
Ze had precies voldoende geld
om naar het dorp te komen waar
een oom woonde die calvinist
was. Hij kon wel een flink meis
je in dc huishouding gebruiken
en nam haar op. Iedere zondag
ging ze mee naar de protestantse
kerk. Maar wat zij op zondag
hoorde, werd door de week door
haar oom weer weggevloekt.
Drie jaar bleef ze bij hem wo
nen tot ze het besluit nam om
weg te gaan. Toen ze het baar
oom vertelde, werd hij razend.
Hij zou een gratis werkkracht
moeten missen en dat wilde hij
niet. De man dreigde haar met
haar moeder en dc politie en
voor de tweede maal moest ze in
de nacht stiekum wegvluchten. Ze
ging meteen maar ver genoeg en
vluchtte de grens over naar de
hoofdstad van Roemenië. Een
half jaar werkte ze daar tot het
helmwee haar weer naar Honga
rije terug trok.
Boedapest
Wachten op de Geest
Er zijn mensen, die zo blij zijn met de historische
komst van de Heilige Geest voor de gemeente op
Pinksteren, dat zij vergeten dat er ook "een persoon
lijke komst moet zijn in het leven van iedere gelovi
ge. Christus zegt: Indien iemand Mij liefheeft, zal
hij Mijn Woord bewaren en Mijn Vader zal hem lief
hebben en Wij zullen tot Hem komen."
Hoe komen de Vader en de Zoon? door de Heilige
Geest. Let er op hoe in deze tekst (Johannes 14:23)
het gemeenschappelijke „u" verandert in een per
soonlijk „hem".
Wij spreken veel over de komst van Christus, maar
zijn wij er ons ook van bewust dat de Heilige Geest
tot ons persoonlijk wil komen? Hebben wij ons al
eens de vraag gesteld of de Vader en de Zoon in de
Geest tot ons gekomen zijn? Zeg nu niet: ,,Ik ben
i christen", of ,,ik ben immers al lang bekeerd"
JIJAJOOR PANTEA kan
niet terug zien op
een erge blijde jeugd.
Ze was het derde kind
in een rooms-katholiek
gezin en reeds voor haar
geboorte had haar moe
der haar gewijd aan de
kerk. Ze zou en moest
worden. Het-merk
waardige
van jongs af aan een af
keer heeft gehad van d<
kerk.
Toen ze nog maar en
kele dagen op de open
bare school was, kwa
de predikant
of „ik ga toch regelmatig naar de kerk", want dat
heeft met deze vraag eigenlijk niets te maken. In dit pastoor godsdienstonder-
verband komt de Heilige Geest niet om u tot beke- wijs geven. Hoewel
ring te roepen, tot wedergeboorte te brengen, zelfs
niet om u tot een christen te maken die de verlei
dingen in Gods kracht kan weerstaan. Hier is spra
ke van de komst van de Heilige Geest voor gemeen
schap: „Wij zullen, tot hem komen en bij hem wo
nen," Woont God bij i
rooms-katholiek
ging ze echter mee met
een vriendinnetje naar
de protestantse les. De
pastoor las de namen
voor en miste haar. Hij
liet zijn kinderen alleen
en ging bij de predikant
informeren of zijn ..ver
loren schaapje" mis
schien bij hem was. Aan
haar oor nam hij haar
mee naar zijn eigen
klas. Onderweg schold
hij haar uit voor een
ketter, die haar kerk
verraden had. En toen
ze zich los rukte, roste
de priester, die kenne
lijk gespeend was van
alle paedagogisch inzicht
haar af. Hij had het toen
voorgoed verkorven.
Vlucht
Als haar moeder sprak
over haar toekomst als
non, mokte ze en zei:
„Dat doe ik toch lekker
niet". Haar ouders en de
priester, die wel begre
pen dat ze haar niet
goedschiks mee zouden
kunnen krijgen, besloten
drastischer maatregelen
te nemen, toen ze van de
lagere school af kwam.
Op haar twaalfde ver
jaardag, toen ze al in
bed lag, kwam de pries-
tfer u>eer eens bij haar
ouders op bezoek. Stie
kum sloop ze uit haar
bed en luisterde aan het
sleutelgat. Daar hoorde
ze hoe besloten werd om
haar op een avond met
tioee sterke mannen te
komen halen en mee te
nemen naar het klooster.
Haar besluit stond vast.
Toen haar ouders slie
pen, kleedde ze zich stil
aan, greep wat geld en
verliet he* hv*s.
Na een kort bezoek aan haar
moeder trok ze verder naar Boe
dapest. Ze kreeg een baan in een
groothandel voor wollen stoffen.
Ze verdiende tamelijk goed. maar
was toch innerlijk onvoldaan.
Een enkele keer ging ze nog
eens naar de kerk. maar het zei
haar weinig. Een paar maal be
zocht ze een baptisten of metho
disten kerk, maar ze was een
meisje van de wereld geworden
en kon niet wennen aan de eng
hartigheid en het negativisme dat
in die kerken naar haar gevoel
overheersten. Ze voelde er niet6
voor haar leven lang in het zwart
gekleed te gaan.
En toch, als majoor Pantea
nu op haar leven terugkijkt, weet
ze dat God met haar bezig was.
Zij had wel met God gebroken,
maar Hij niet met haar. Ze werd
wat ouder, sloot zich aan bij de
feipipistenbeweging en was een
van de actiefste leden. Om te la
ten zien dat de vrouwen ook wat
konden en durfden, gooide ze de
ruiten in van het politiebureau en
vrijwel avond aan avond stond ze
op de hoek van een straat om te
getuigen tegen de drankzucht van
Tijdens een wandeling door een
winkelstraat offreerde een soldaat
van het Leger des Heils, dat
juist zijn eerste samenkomsten in
Boedapest hield haar een „Strijd
kreet". Verontwaardigd zei ze:
Hebben we al niet genoeg oorlog
gehad. Maar de man gaf niet op.
Hij praatte met haar en kreeg
haar zover dat ze het blad kocht
en beloofde naar de samenkomst
te zullen komen.
derlijke stem zei hij:
„Ik weet niet wat
bekering is, maar ik
weet dat sinds vader
hier komt, ik elke
dag een volle maag
heb. Vader kwam
altijd dronken thuis en moeder
kon alleen maar geld genoeg ver
dienen voor de huur en het gas.
Daarom stuurde ze ons er altijd
op uit om eten te gaan stelen. Nu
z?2gt moeder dat we niet meer
mogen stelen, omdat vader een
christen is geworden. Elke dag
leest hij uit de bijbel en voor het
eerst van mijn leven heb ik een
nieuwe jas gekregen. Kijk maar."
Hij stond op en liet zijn nieuwe
Van de preek kan majoor Pan
tea zich niets meer herinneren.
Alleen dat de man hard schreeuw
de en zei dat zij een zondaar
was. Toen hij tegen het einde be
gon te vragen of de mensen niet
naar de zondaarsbank wilden ko
men stond ze op om weg te gaan.
Maar op de een of andere ma
nier werd ze naar de zondaars-
bank getrokken. Zonder dat
iemand met haar sprak of haar
hielp vocht ze het daar uit.
Indonesië
Even rustig als ze vertelt over
haar bekering spreekt ze over
haar werk in Indonesië. En toch
is het besluit om zich geheel aan
het zendingswerk te geven een
geweldig besluit geweest. Haar
moeder met wie ze weer enig con
tact gekregen had, was kwaad
toen ze het hoorde. „Als jij daar
heen gaat, lig ik binnen een half
jaar in het graf", zei ze. Maar
majoor Pantea, die de eerste Hon
gaarse kadettencursus volgde ën
officier werd, wist dat God haar
had geroepen. Nauwelijks was ze
evenwel enkele maanden in Indo
nesië toen er een brief kwam,
waarin werd medegedeeld dat
haar moeder was gestorven. Op
haar sterfbed had ze haar ande
re kinderen een dure eed laten
zweren dat ze nooit meer met el
kaar over haar afgevallen doch
ter zouden spreken. In de brief
stond ook dat de laatste bood
schap voor haar was dat haar
moeder het haar nooit vergeven
had.
Majoor Pantea, die omdat ze
de taal niet kende, haar eerste
werk begon in een kleuterhuis,
voelde zich al spoedig aangetrok
ken tot het werk onder de lepro
zen. Wat zij daar zelf allemaal
gedaan heeft, vertelt ze nauwe
lijks. Dat is niet zo belangrijk
zegt ze, het is veel belangrijker
wat God deed.
kamp om in de kampong kleren
te ruilen voor eten. Maar als ze
terug kwam zeiden de kinderen:
,,U moet dat maar niet aan ons
geven. Geef het maar aan de on
bekeerde kinderen". Alle drie de
kinderen zijn niet aan hun ziek
te, maar van honger omgekomen.
Maar de moeder leeft nog
Toen majoor Pantea na de oor
log in Bandoeng een kindertehuis
bezocht ontmoette ze daar deze
zelfde Indonesische vrouw weer,
nu met spierwitte haren. Ze
kwam op haar af en vroeg „kent
u mij nog?" Toen vertelde ze wie
ze was. Ze was aangesteld door
het Leger als moeder over acht
babies, die in het leprozenkamp
geboren waren, maar zelf niet
aan de ziekte leden. Deze babies
worden dan onmiddellijk wegge
haald, opdat zij niet besmet zul
len worden.
Zwerven
Na de oorlog brak een zwer
vend leven voor majoor Pantea
aan. Vele predikanten van Ne
derlandse en Indonesische ge
meenten waren gedwongen hun
gemeenten in de steek te laten.
Overal in de Archipel waren
groepen gelovigen zonder herder.
Ze reisde van eiland tot eiland,
sprak in hervormde en gerefor
meerde kerken, bij baptisten en
in Chinese en Indonesische ker
ken. In het begin stonden de
mensen wat vreemd tegenover de
vrouw in de -kansel, maar al
spoedig werd haar hulp gewaar
deerd. Overal waar ze kwam
stonden de mensen klaar. „Ik ben
altijd gewillig geweest om overal
te gaan waar God mij bracht, op
dat ik de mensen kon laten zien
wat God voor mij heeft gedaan",
Nu is majoor Pantea gepensio
neerd. Meer dan 30 jaar is ze of
ficier geweest en ze meende dal
het tijd werd om een wat rusti
ger leven te gaan leiden. Ze hoopt
zich in Nieuw Zeeland te vesti
gen, maar stil zitten kan ze niet
en ze zal er daar ook wel weer
op uit trekken. Voor alle zeker
heid heeft ze ln Nederland een
grote hoeveelheid kleurendia's
aangeschaft en zelf gemaakt.
Ze zal dan de mensen over
Een klein lichtje
Nederland en andere landen ln
Europa gaan vertellen, maar
altijd met het doel voor ogen
om hen ook iets te laten zien
van dc overweldigende liefde
van Christus. „Hoewel gepen
sioneerd", vertelde ze ons ten
slotte, „hoop ik toch in de duis
tere wereld nog een klein licht
je te zijn".
De wereld van
de Bijbel
door dr. Anton Jlrku, Vertaling
mr. R. M. F. Houwink. Met
medewerking van dr. F. M. Th.
de Liagre Böhl. Eén der vijf de
len van: Grote culturen der
oudheid, rcdaktle van dr. Hel-
muth Tli. Bossert. Uitgave Hol
land, Amsterdam.
Deze kostbare uitgave, waarvan
ongeveer de helft bestaat uit af
beeldingen op kunstdrukpapier,
beschrijft het verloop van cultuur
en godsdienst van oude tijden her
in Palestina en Syrië. Ook heel
de heilige historie van het oude
Testament is er in opgenomen.
Hoewel deze zich volgens de au
teur „scherp onderscheidt
nesis gezegd dat ze verdichtsel en
waarheid zijn, dat de besnijdenis
bij Israël wel door Egyptische in
vloeden zal moeten worden ver
klaard, dat Mozes de Tien Gebo
den vervaardigde, dat Samuel en
David tegen Saul complotteerden
enz. De auteur hanteert de bijbel
se stof met wel erg grote vrij
heid, waardoor ze haar bijzonder
karakter naar onze mening eigen
lijk verliest. Wat niet wegneemt
dat dit boek veel materiaal biedt
voor wie zich wil oriënteren over
religie en cultuur vóór Christus"
geboorte in. en rondom het land
van de Bijbel.
Getuigenis
Leproxen
(Van een medewerker)
In de Adventsweken zijn we
gewend om onze aandacht te
richten op het komend Kerst
feest, op de geboorte van onze
Heiland in Bethlehem.
Maar hebt U zich wel eens
afgevraagd, wanneer dat nu
eigenlijk geweest is?
Misschien vindt U het wel
een dwaze, en een overbodige
vraag. Het antwoord is nogal
delijk aan de hand van de boven- logische gegevei
aangehaalde komst van de Wijzen tientallen jaren
uit het Oosten. Hefodes leefde nog.
Maar Herodes heett lang ge- en alie overige mededelingen van
leefd. En daarom kunnen we uit Lucas uit de toenmalige samen-
deze mededeling, die de Bijbel leving (namen van ambten, hoog-
i geeft niet s
i heel
komen..
Niet de enige
Het is echter niet de enige tijds
aanduiding, die we in de Evange
liën vinden. Het bekende hoofd
stuk Lucas 2 vertelt ons, dat in
de dagen van de keizer Augustus
.ardigheidsbekleders etc.)
een nauwgezet onderzoek te onder
werpen.
Met verrassend resultaat!
uit de eerste En vervolgens, het moet geweest
onze kalender 7-'.Jn in het jaar 8'v. Chr., of ten
minste niet al te lang daarna.
Lucas vertelt immers, dat die
beschrijving gedurende Quirinius'
stadhouderschap plaats vond.
Moeilijkheid
■impel. We leven immers in het gehele wereld moest besehre- ™tcrh^tbj"'^
Jaar 1959? En dat WH toch «eg- ^,Vb!SrlK"n "uit 'de tijd la"? J"'"
Lucas' mededelingen bleken heel
ïauwkeurig te zijn!
Maar waarin hij ook slagen t*jj'd "j
Inderdaad, zo schijnt het;
zo eenvoudig liggen de dingen toch boortejaar
niet. Het is beslist onjuist, dat
we nu 1959 jaar na de nacht in
Bethlehem leven. Eigenlijk kon
den we dat allemaal ook weten.
In het verhaal van de Wijzen
uit het Oosten immers wordt ons
verteld, dat zij in Jeruzalem kwa-
Augustus buiten de Bijbel
En kunnen we misschien zo ach
ter het jaartal van de beschrij
ving komen en zo achter het ge-
-ordt r
Want.
deze beschrijving geschiedde
de dagen, dat Quirinius over Sy
rië stadhouder was.
Als we daar nu de jaartallen
weten en we zouden boven-
Eén moeilijkheid bleef er
tenminste voor de mensen, die,
voor ze een historische medede-
de Bijbel aanvaarden al-
- - vjv «vn. een bewijs willen uit de
gegevens profane literatuur Ramsay kon
de fiei- njet bewijzen, dat er omstreeks
j :te hem die tijd, dat Quirinius stadhouder
niet. Hij kon het met verder bren- was metterdaad een beschrijving
gen dan te betogen, dat gezien bad piaa-ts gevonden,
het feit dat alle overige medede- Nu wist mcrii dat deze be_
Lingen van Lucas zo uitermate schrijvingen gemeenlijk plaats
juist bleken, het VOnden om de 14 jaar.
Ook wist mên van een beschrij-
de geboorte
toch wel in hoge mate w
ook verteld, lijk
HHHPHHHHHHrschijb-1
dat ook deze mededelin
gen inzake Quirinius en de be
schrijving juist zouden zijn, maar
een strikt bewijs is dat natuurlijk
dat
ving (uit de - profane literatuur)
die omstreeks 6-7 na Chr. had
plaats gegrepen, men vermoedde
op goede grond, dat
'toen Herodes regeerde. Maar dien het geluk hebben, dat
het eerste geschiedenisboek, dat U durende zijn tijd
inkijkt kan U vertellen, dat die schrijving -
Herodes gestorven is 4 vóór
Christus, d.w.z.. dus vier jaar
voor het jaar één van onze jaar
telling.
Ramsay veronderstelde,
ge. Quirinius (volledig geheten Publi-
Méén be- us Sulpicius Quirinius) t<"«~
geweest, dan kwa- stadhouder was geweest
20
Chr.
Hoe dat dan i
In 525
Wel, de gewoonte om onze jaar
telling te laten aanvangen bij de
geboorte van onze Heiland is het
eerst, voor zover wij weten, opge
komen in het brein van een Scyth,
geheten Dionysius Exiguus, een
verdienstelijk abt in Rome. Hij
leefde in het begin van de 6e
eeuw, dus laten we zeggen om
streeks het jaar 525.
Wij heeft echter zelf de
natuurlijk heel dicht bij
ons doel.
In kringen, die aan de medede
lingen in de Bijbel altijd minder
waarde hechten dan aan die van
profane schrijvers, was men tot
het begin van deze eeuw met zijn
conclusies heel gauw klaar. Lu- terdege
cas had het alles maar gefanta
seerd! Het was, zo zei men, be^
paald onmogelijk, dat er geduren- te en
de de regering van Herodes ooit ciele
één beschrijving geweest was. schrijving
Dat strookte imm
niet met de politiek van een man
als keizer Augustus, die het natio
naal gevoel van alle volken in zijn
rijk zo veel mogelijk ontzag en
vooral dat van de aan hem
eer heel zeker, dat
had gehad in 34 i
ïu toe gchter had n
- -. van o-7 n. Chr. (waarvai
von _a J rL J spreekt in Hand. 5 3',
Mnmrncpn hS' de absoluut eerste gehoudi
waarvoor Mommsen m zijn oven- Ramsay d ei
gens complete lijst toch ook geen d hestriiri,
nanm knn nnampn- Pn dat de be- °e. De?.lr,Ja!
i het gehe-
37)
schrijving niet alleen i
le Romeinse rijk, maar ook w
Judea had plaatsgevo
Oschoon Mommsen er mee spot
en betoogde, dat men uit offi-
het Romeinse rijk,
hefemaal laat staaa in Judea toch maar
niets wist, hield Ramsay vol.
Het zou toch al te dwaas zijn,
zo meende hij, te menen, dat een
ontwikkeld man als Lucas (een
arts!), afkomstig uit de hoofd-
Ramsay daarentegen hield
:ijn eigen bestrijders het
eenvoudige feit voor, dat een be
schrijving, als in Luc. 2 ver
meld, omstreeks het jaar 8 v.
Chr. (en dus heel. precies veer
tien jaar voor de bekende uit
Die samenkomst staat nog le
vendig in haar geheugen gegrift,
al weet ze zich lang niet alles
meer te herinneren. Heel duide
lijk echter ziet ze zelfs nu, na al
die jaren, nog de bekeerde dronk
aard voor zich, die getuigde van
de reddende macht van Christus.
Misschien was zij ook zijn ge
tuigenis vergeten, net als de preek
als de man niet had gezegd: En
wie mij kennen weten dat ik de
waarheid spreek." Op dat ogenblik
stond zijn zoontje, een jongen
van negen jaar op. Met zijn kin-
Hand. 5) of een heel intelligente
vergissing moest zijn, of kwade
trouw. En van geen van beide
kon men toch Lucas verdenken!
Als zo vele malen brachten ook
hier de opgravingen in Egypte
uitkomst. Inderdaad had, althans
in Egypte, omstreeks het jaar
8 v. Chr. een beschrijving plaats
gehad, en men kon dus niet vol
houden, dat die in 6-7 n. Chr.
bepaald de absoluut eerste was.
Ofschoon we dit als winst kun
nen boeken, brengt het ons toch
niet veel verder, dan dat we we
ten, dat de Heiland dus geboren
moet zijn tussen 8 en 4 voor de
aanvang van onze jaartelling.
Het klinkt enigszins humoris
tisch, maar men zou kunnen zeg
gen, dat de Heiland dus geboren
werd tussen 8 en 4 voor Christus.
Het kan ook 7 v. Chr. geweest
zijn, of misschien wel 6 v. Chr.,
we weten het niet. In een vol
gend artikel leest u over dit on
derwerp meer.
En ze begint te vertellen van
de jonge ambtcnaarsvrouw wier
man onverwacht gestorven was
en die met drie kleine kinderen
ln het kamp kwam. Alle drie dc
kinderen hadden lepra. Eigenlijk
moest ze haar kinderen achter la
ten, maar ze wilde niet. Pas toen
koningin Wilhelmina op haar re
quest geantwoord had en toege
stemd had dat ze tn het icpradorp
mocht blijven zorgen voor haar
kinderen was het in orde. Merk-,
waardig is dat deze vrouw zelf
nooit lepra heeft gekregen.
De kinderen gingen naar de
zondagsschool en kwamen tot ge
loof, en de moeder kwam weer
door de kinderen tot een per
soonlijk geloofsleven. De ogen van
majoor Pantea blijven niet droog
als ze vertelt van deze drie kin
deren. Een felle mohammedaan
gooide op een dag een van de bei
de meisjes met een steen. Het
was een fikse wond. Majoor Pan
tea verbond haar en zei: „Je
sen, want hij is gevaarlijk." Maar
het kind antwoordde: „Ik ben
niet bang voor hem, maar ik zal
voor hem bidden." Twee jaar la
ter, de drie kinderen hadden
nimmer een dag verzuimd hem
in het gebed te herdenken
kwam de man tot geloof.
De kinderen groeiden op maar
hun ziekte werd erger. Toen het
oudste meisje zestien was had
ze 68 wonden op haar lichaam.
Het kostte haar moeder iedere
dag drie uur om de wonden te
reinigen en le verzorgen. Toen
kwam de oorlog. Majoor Pantea
werd geïnterneerd, maar het werk
in het kamp ging door. Van tijd
tot tijd verliet de moeder het
t
ALS PAULUS in de brief aan de Romeinen schrijft over
V Israels tijdelijke verwerping en over de verkiezing der g
heidenen gebruikt hij daarbij een beeld, dat enerzijds beslist ij.
-tt niet gelukkig is. Elke tuinder en elke boomkiveker weet dat.
Het enten heeft anders plaats dan zoals Paulus het beschrijft:
■5 er worden daarbij geen goede takken weggebroken en ver-
vangen door wilde loten. De stadsmens Paulus kan men X
zeggen die maar bitter weinig en dan op doorreis op 't
Uit dé praktijk van een
MAATSCHAPPELIJK
WERKSTER
geen
het duurde tot het i
•«ks 1450 dus.
deze jaartel-
voor men algen-
ling aanvc^rdde
Onze abt moest natuurlijk gaan
uitrekenen, wamx de Heiland
dan wel geboren en het
staat vast. dal hij in zi bereke
ning een fout maakte n ten
hoogste 1 jaar. en ten minste 4
ge moeilijkheden alstublieft, dat
was zijn politiek.
Dat was trouwens niet de
pijl, die men op zijn boog had.
Een van de grootste kenne:
van de Romeinse oudheid, Momm
sen. had aan de hand van aller
lei gegevens een lijst samenge
steld van de stadhouders, die in
Syrië hun ambt hadden uitgeoej
onnodi- sta(l van Syrië zelf, de residentie
die stadhouder, niet op de
hoogte zou zijn geweest van de
namen van de stadhouders, die
e tijdens zijn leven daar hun amot
de grootste kenners hadden uitgeoefend.
Maar Mommsen overtuigen,
;en, dat kon hij niet.
Inscripties
Prof. dr. H. Bergema
Nog steeds ben ik nl.
„Opdracht en Dienst:'
Dat laatste is zonder i
„Kerkbouwactie'
20 kilom
Ver
arin de gemeei
lelijke en kerkelijke autoriteite
werkten aan de houw van een niei
we parochiekerk, De parochiane
ginpen daarop zelf aan het werk e
ze sloopten niet zware hamers hu
nude kerk. Dar ttÊÊÈÊm
?rlijkheid en betrouwba
heid van Lucas i
van historische
risch gedateerde feiten te laken.
Zij mildste verklaring 1
Lucas wel niet opzettelijk
heid had gesproken, maar zich gen. Kortweg, hij
had vergist! Hij zou nameLijk de
beschrijving, die hij vermeldt ln
Tot Ramsay ln Syrië twee in-
ripties ontdekte, die onomstote-
Quirinius wel
stadhouder was
geweest, zoals hij ook had veron
dersteld. Alleen zijn gissing, dat
dit van 64 voor Christus was
n vergissing. Tn
dit stadhouder-
:chap vóór het jaar 7 v. Chr. ten
dat einde en het was waarschijnlijk
het jaar 12 v. Chr. aangevan-
Kortweg, hij was stadhouder
12r8 v. Chr.
Of Mommsen nu al beweerde,
de bouwplan
nieuwe kerk. r
ohus (Antiquitates) verward heb- geweest was nog wilde hij niet
ben met die uit Luc. 2 en idem toegeven dat deed er minder
•.oveel jaren hebben geantedateerd toe; algemeen aanvaardde men
Niet iedereen had er echter
ie mee, hoe groot de autoriteit
van Mommsen ook was.
Ramsay, een Angelsaksische ge
leerde, maakte er zijn levens
werk schier van, om alle cbrono-
Ramsay's
ietwat ingewikkelde betoog nebt
gevolgd, dan kunnen we dus vast
stellen:
de plaat* van Israël in h
na dt komst van dt Hn
;eval de mogelijkheid van
OMWENTELING
Ds. D. Ypma in het „Evang. Luthers-Week-
blad."
Binnen het beatek van vijftig jaar heeft de omwen
teling van petroleumpitje tot spoetnik zich voltrok
ken. Op onze bureau* slingeren geen essays of ge
dichtenbundels meer. De boeken hebben afgedaan.
Daarvoor zjjn in de plaats gekomen morizBam sa
mengestelde grafieken en statistieken, kaartsystemen,
ingenieuze rckenlinialen en luidruchtige rekenma
chines. In plaats van boek tot boek, leven we van
auto tot auto en overmorgen wellicht van raket lot
raket, van Venua tot maan.
NUTTIGHEID
Ds. P. J. Mietes in het maandblad van de
Vrije Evangelische Gemeenten in Amsterdam
over „utilisme."
In de politieke wereld gaat men halfhartige hond
genootschappen aan en laat vrienden in de steek en
zwijgt onrecht dood. vanwege de n zo practische nut
tigheid In kerkelijke wereld heeft men eigenlijk wel
bezwaar tegen loterijen, kansspelen, dansen, maar.
't brengt wat op, 't brengt gezelligheid, 'l brengt men
sen samen en 'l maakt het chri*ten«Ü'* «at meer
populair. Sommige predikers vallen alles aai. wal
..orthodox" is. want dit oogst bijval bij de mu**a. Nu
het in dc bedoeling ligt dal de Internationale Zen
dingsraad een Onderdeel zal worden van H. Wereld-
raad van Kerken, heeft men eigenlijk wel bezwaren
tegen de. ultra-vrijzinnigheid welke ook in dit lichaam
het biedt zoveel hulp op
Maar aan de andere kant zou
ik het beeld toch niet graag
willen missen omdat hier zo
duidelijk sprake is van een
„natuurlijke'' band lussen God
en Israël. Al moeten we dan
ook weer bezwaar maken om
hier van iets „natuurlijks" te
spreken, want het lag beslist
niet aan Israels eigenaardig
heden dat de Here het verkoren
Eén ding efchter is zeker: bij de bekeerde Jood resoneren
Wet, psalmen en profetieën anders dan bij ons, die christenen
uit de heidenen zijn. Ik herinner nic dat heel scherp uit de
oorlogsjaren, toen ik veel met hen le maken had. We zaten
dan bij elkaar en lazen een schriftgedeelte. We lazen van
vijandschap en vervolgingen, we lazen beloften en toezeggin
gen van uitredding, we lazen van uitkomsten uit de dood en
dwars door de dood heen. We lazen ook van het Lam Gods.
dat de zonde der wereld wegneemt en van de lijdende Knecht
des Heren, op Wie de plage was. Nu heb ik die schriftgedeel
ten vaak samen met anderen gelezen; zó vaak dat Ik durf te
zeggen dat op een of andere verborgen wijze de klankbodem
bij de bekeerde Joden toch anders is dan bij het kerkvolk.
En dat kerkvolk dan genomen in dc diepste zin van God ken
nende en door God gekend. Ik kan het verder niet onder
woorden brengen. Ik kan alleen maar denken aan dat aan
vechtbare Paulinische beeld van Romeinen 11: „hoe veel te
meer. zullen dezen, naar hun natuur, op hun eigen olijf geënt
worden.1"
TK BEN zo uitvoerig op dit alles ingegaan omdat ik U wil-
1 de laten beseffen welk een voorrecht Sylvia te beurt viel
toen een bewuste christin uit Israël zich haar lot aantrok.
Omtrent negen jaar lang heeft deze pleegmoeder haar ge
koesterd, opgevoed, verzorgd, geleid. Haar letterlijk maar
oral g
:t naar
die hier 1
talmen haar op doorreis deed zijn naar ccn ander, beter Va
derland, dat tegelijk verder weg én dichterbij ligt dan de Sta
in die bijna negen jaar heeft deze
Sylvia onmetelijk
icndin
iveld.
SYNODE
Ds. J. B. van Mechelen in de „Zeeuwse kerk
bode" (Geref.):
De taken op een Generale Synode spreken vaak
veel meer toe. Maar de invloed, die kerken en telfs
classicale vergaderingen en ten slotte zelfs particu
liere synoden daar hebben is zo gering, dat deze
vergaderingen te ver zijn komen af te staan van onze
kerken. De Generale Synoden liggen meer in het
krachtenveld van enkele hoogleraren, die besprekin
gen en besluiten beheersen, samen met enkele vrijwel
permanente leden van de Synode. Men kan daarom
hoe langer hoe minder zeggen, dat de stem der
synode ook de stem der kerken is. Er is heel wat
nodig, voor de stem der kerken op een synode door
klinkt. Dan spreken wy van een wonder Gods.
personeel, dat een tijd lang eigen heer i
ter gespeeld heeft, zal niet graag een strakke leiding accep
teren. Zeker niet van iemand, die de eigen taal van dat per
soneel slechts gebroken spreekt. En zeker niet van een Jo
din. Maar de pleegmoeder kwam. zag en overwon en ieder
schikte zich onder haar bevelen. Misschien voelde men intuï
tief dat die bevelen gegeven werden door iemand, die zich op
offerde; die uit louter liefde handelde. Maar kostbaarder dan
alle regelmaat is die liefde zelf. De vrouw hield 1
derloze kind en het kind hield van haar. De verhouding doet
me weer naar een bijbels beeld grijpen. De voorgaande vrou
wen waren huurlingen geweest wip het schaap niet eigen was,
Deze trad op als de vervangster van de Eigenaar.
SYLVIA Is door haar gevormd in die liefde. Van haar va
der, hoe een beste man dat ook was, zou ze nooit van
Christus gehoord hebben. Hij deed niet aan de kerk en die
dingen O. hij war gaarne bereid om Kerkelijk werk te steu
nen, maar hij verleende die hulp buiten zijn eigen hart om.
Hij begreep het niet en hij had er geen feeling voor. Er zijn
veel van die mensen en ze beschamen de naam-christenen,
die zo moeilijk tot een offertje te porren zijn. Maar ze heb
ben geen heilsgeheim dat ze doorgeven kunnen. Zij kende het
met een zeer persoonlijk ndrr:
pleegdochter. Ën tot
klnT
dagen ten einde liepen, was dat
ds alleen verder kon gaan omdat
het geleerd had haar hand te leggen in Zijn hand. Ook om-
wist dat Zijn hand ons ook door zeer diepe dalen kan
leiden en toch niet onhoudt Zijn hand te zijn
WIJKPREDIKANT.