ETT Herinneringen aan herdenkingen der kerkhervorming in 1817 oase van barmhartigheid Ml ZONDAGSBLAD ZATERDAG 31 OKTOBER 1959 "N Doodsoorzaak ontevredenheid :Het heeft uitgebreid in talrijke kranten gestaan: Mario Lanza de wispelturige filmster met de gouden stem i die eeais de rol van Caruso speelde, is gestorven. Op de overlijdensacte heeft de dokter iets geschre ven dat te maken heeft met indigestie. Lanza was een ongekend eter. Eens heeft hij dertig stukken kip met bier opgepeuzeld en op een gegeven ogen blik woog hij niet minder dan 260 pond. Maar Lanza is niet gestorven aan te veel eten. Hij stierf in werkelijkheid aan ontevredenheid. De zin gende pianosjouwer werd ontdekt voor de film. Met j één rol verdiende hij bijna een miljoen gulden ter wijl grammofoonplaten nog eens een kleine vijf mil joen opbrachten. Hij bezat een huis in Hollywood met zeven televisietoestellen en zes badkamers. En toch was Lanza niet tevreden, j Hij probeerde de leegte van zijn hart te vullen door zijn maag vol te proppen. Hij bezat alles wat wij ag zouden willen bezitten: Een u*:~4 grote bankrekening, de toejuici publiek. Hij beklom de ladder van de roem en vond slechts leegte op de bovenste sport. Lanza werd duizelig van de hoogte en zijn val werd groot. „HET LUTHERT WEER" „PIET HEINSFEER" OVERHEERSTE IN DIE DAGEN In de ban van hef bezit „Het luthert weer!", schreef enkele jaren geleden een lutherse ninee, toen 31 oktober in aantocht was. In die tijd staan lutherse het predikanten overal hoog aangeschreven. Een herdenking van de kerkhervorming schijnt namelijk pas geslaagd te zijn als er een lutherse pastor aan te pas komt. Predikanten van deze kerk worden uitgenodigd om „reformatieartikelen" te schrijven in de kerkelijke en wereldlijke pers. En natuurlijk zijn het op 31 oktober lutherse dominees, die voor de radio spreken. TOCH is al heel lang de herdenking van de kerkhervorming in Nederland geen specifiek lutherse aangelegenheid meer. Dat is wel zo ge weest. In 1617, honderd jaar nadat Luther zijn vijfennegentig stellingen aan de kerkdeur te Wit tenberg hechtte, zag de toenmalige gereformeer- de kerk in Nederland En "terecht, daartoe worden "wij geroepen ïh Efeze geen aanleiding om dit 5:18 „Wordt vervuld met de Heilige Geest". Maar eeuwgetij te vieren. Men wij mensen zijn geen fles, die volgegoten moet wor- had op dat moment an- den Eigenlijk tarnen wij deze tekst ook (en beter) dere dingen aan zi}n vertalen met „Weest m een voortdurende staat van -r?- vervuld worden". Het is niet eens voor al. maar h°°ld- He.( de P*™0' eens om voortdurend weer te ontvangen. Wij zijn geen fles, maar trechters. God wil ons ver vullen opdat wij anderen kunnen vervullen. Het be zit van God kan ons hard, koud en ongelukkig ma ken. Pas als we gaan beseffen dat we God kennen, opdat anderen Hem leren kennen, zullen echte levensgeluk vinden. maakt. We spreken over de rechten over de rechten van de arbeiders; we schrijven geluk in termen van ijskasten, televisietoestellen, auto's en wasmachines. Toch voelen we ons even onvoldaan als Mario Lanza na de dertig stukken kip. Bezit maakt niet gelükkig, roept slechts nieuwe behoef ten wakker. Geluk wordt alleen geschonken door het juiste gebruik van ons bezit. Dat geldt ook voor ons als christenen. Zelfs het „bezit van God" maakt niet gelukkig. Waarom worden sommige thodoxe mensen zo „keihard" in hun geloof? Om dat zij menen God gevonden te hebben. Zij zijn er geesbeli.ik. Hun geloof is hun bezit, maar hun be zit verdrukt het waarachtige leven van God. ~"i spreken over de vervulling van de Heilige Geest. de der godsdiensttwisten: JN 1717 heeft wel de lutherse kerk in Neder land aan het tweede eeuwfeest der kerkher vorming gedacht, maar aan de vaderlandse kerk schijnt het grotendeels te zijn voorbijgegaan. De verhouding tussen her vormden en lutheranen was doorgaans ook niet ideaal en dit leidde er toe, dat in de calvinisti sche kerk de waardering voor Luther niet uitbun dig groot was. H EEL anders stonden de zaken er voor in 1817. Toen heeft het met terdaad „gelutherd" in Nederland. Dat kon ook. De dagen der heersende staatskerk waren voorbij, zodat de lutheranen zich geen enkele beperking meer behoefden op te leggen. Maar bovendien was in de hervormde kerk de reformator van Wittenberg de held van de dag. De papieren van Calvijn stonden helemaal niet hoog meer Welnu, er is op 31 oktober 1817 heel wat afgefeest in hervormd Nederland. In welke geest dit vaak gebeurde, wordt ons duide lijk wanneer we lezen wat een groot koor in de Catharijnekerk te Brielle die dag zong: Maar er werd natuurlijk nergens mooier gezongen dan in de luther se kerken zelf. In stralend licht baadde op vrijdagavond 31 okto ber 1817 de hersteld-lutherse kerk aan de Kloveniersburgwal te Am sterdam. Hetzelfde orgel waarop Jan Zwart een eeuw later zijn be kende compositie over „Een vas te Burcht" zou laten horen, ver welkomde met feestmuziek de toe stromende schare. Ds. J. C. Jaco- bi preekte over 2 Cor. 4:6 „God Ls degene, die in schenen heeft, om te geven ver lichting der kennis". Een heerlij ke tekst op zo'n jubelavond. Maar „Een aanzienlijk orkest, uit meer dan honderd beminnaars der toon- en zangkunst bestaande, voerde op een voortreffelijke wij ze de daartoe vervaardigde gezan gen uit", meldt een verslag. De voorzang luidde: „Ten rel, o blijde feestelingen! Het derde eeuwfeest der kerkhervorming is Komt, nadert het outer, met Worms: Daar ziet ge Luther Ter raadszaal gaan. Men wijst vol huiv'ring 't Gevaar hem aan, „Mocht iedre dakpan Dat was zijn woord, „Een duivel worden, Toch schreed ik voort". Refrein: In geheel Europa, énz. Natuurlijk is Luther helemaal de offergave van liefde en dank- VVJUit nt baarheid, verrukt door het heerlij- nik wordt de ke licht, waardoor «Ij u ziet be- schri!ten te herroepen a- nnnnttttnnnnmi straald". Voorts zong het koor de ge meente toe: Dat God uw doel behaaglijk waar', Beste bewijs Een Engelse reiziger heeft opgemerkt dat de Ame rikaanse kerken in de afgelopen zomer de zondag- ochtenddiensten steeds vroeger gingen houden ten gerieve van de mensen die een dagje er op uit wil den. Negen uur is al heel gewoon en het ziet er naar uit dat het volgend jaar acht uur zal worden met een ontbijt in de kerk inbegrepen. Trouwens een Amerikaanse predikant schijnt de oplos sing te hebben gevonden. Hij wil volgend jaar zijn gemeenteleden speciale zomerpreken op de band aanbieden. Alles wat de mensen behoeven te doen is de taperecorder aan te zetten en terwijl ze lig gen te zonnen op het strand van wie-weet-waar, of zeilen in een bootje op het meer van ik-heb-het- gevonden kunnen ze de preek volgen. We horen van onze vooruitstrevende vleugels in wel ke kerk dam ook steeds dat we alle moderne me dia moeten aangrijpen om de boodschap van Chris tus te verkondigen. De Engelse schrijver voegt er aan toe: „Ik verbaas me echter nog steeds dat de christelijke kerk in staat is om dit alles te overleven. Dat is voor mij het beste bewijs dat de kerk door God is ingesteld". stukken betergeworden. Men Vereeuwigt Luthers streed niet meer tegen de hern- prijst d'Alzegenaar! hutters, zoals in de 18de eeuw. Men kreeg grote waardering voor Het is 'leuk om te lezen wat de de remonstranten. Men had ach- sopraan zong: ting voor een vreemd kerkgenoot- schapje als „Christo Sacrum" te Elk vlechte een blaadje aan Delft, dat rooms en protestant d'edlen krans verenigen wilde. Men begon ook Van Luthers roem en lof; kC- °££tt®ezinClen vrien^^ker te De heldenmoed diens grooten bejegenen. Maar vooral de lutheranen kwa men in de pas. Want zij waren immers de rechtstreekse volgelin gen van Luther, die gebroken had met pauselijk gezag en formulier- dwang. In Luther oordeel- 1817 belijdenis te doen. Maar dat doet hij niet, en Laurillard rijmt ver der: Daar ziet ge Luther In 't midden staan; Hij blikt manmoedig Die grooten aan. „Hier stak ik", spreekt hij, Zoo fier als vrij, ..Ik kan niet anders; God helpe mij!" Refrein: In geheel Europa, enz. Maar wij gaan nog even terug naar 1817. Te Rotterdam heeft men behalve in de lutherse kerk xich ook in de Grote kerk „plegtsta- tig" het hervormingsfeest gevierd. Niemand minder dan Jan Scharp betrad de kansel in de welgevulde gelegd kathedraal. Er Aan 't groot hervormingswerk; Hier, waar men aan zijn leer 'an Jan Scharp maakt een lange reeks her- lutherpreken, die in de vorige eeuw ge- Geeft ons nog juichensstof. Neunendettelsau, het schilderachtige plaatsje i Noord-Beieren, dat het centrum der diaconesset arbeid werd, dank sy Wilhelm Löhe en de met sen, die hem opvolgden. In 1817 sprak de algemene syno- Roem' de van de hervormde kerk uit, dat de gemeenten er goed aan deden, waimeer zij in dit jaar opzettelijk zouden stilstaan „bij hetgeen de grote Luther, in de kracht des He- zich kon herinneren ooit in de Grote kerk te hebben gezien. Jan Scharp, toen al lan- zich hecht, ger dan veertig jaar predikant, t zijn poging sterk. had juist een ongeval aan zijn voet en was daardoor gedwongen zittende te preken. Luidsprekers bestonden nog niet en een oud man heeft geen heldere stem meer, zodat de meeste feestgenoten van r lange preek niets hebben dechristenen. Zelfs had hij het oecumenisch ideaal om met hen en met alle andere kerken ver enigd te worden. Hij riep de ge meente toe: Weg dan, weg dan allen wrevel, Daar wij reisgenoten zijn: Dwalen andren in den nevel. Juichen wij in zonneschijn, Laat de klanken zich vermengen Om d Algoedheid dank te brengen! De preek deel uit vai vormings- t de loop va drukt zijn. Voor geregelde Sl-oktoberpre- kers zal het niet gemakkelijk zijn om ieder jaar opnieuw een vers onderwerp te vinden. Vandaar dat men tot allerlei combinaties is ge komen. Het Calvijnjaar 1959 zorgt er ditmaal voor, dat Luther niet al te eenzaam komt te staan. Ook de film van Johannes Huss zal daartoe een steentje bijdragen. Combinatie In 1839 was prof. dr. N. C. Kist te Leiden zo handig om de her denking der kerkhervorming te combineren met de gedachtenis van de eerste evangelieprediking in Nederland, door Willibrord. Daarvoor was hij dan ook hoogle raar in de kerkgeschiedenis. Zijn preek verscheen onder de titel: „Leerrede ter viering van het elf de eeuwfeest der invoering van het christendom in Nederland, en van de 322ste jaardag der kerk hervorming". Bij de Calvijnherdenkingen in dit Jaar is er menigmaal op gewe- 7.o werd in onze dagen In de he kend geworden film de verschijning van Maarten Luther voor de Rijks dag te Worms in beeld gebracht. zen, dat allerlei groeperingen de ze reformator in hun schuitje pro beren tc halen. Ook bij Luther gaat dat op. Vroeger had je een ethische-, een confessionele-, een vrijzinnige Luther. De laatstcn za gen hem vooral als bevrijder uit knellende banden van confcsslo- nalisme, als een man wien* vroomheid niet aan vaste regels gebonden was. Zo zong do luther se gemeente te Doetinchem om streeks 1895 de reformator toe: Tegenwoordig zal er dan wel een middenorthodoxe Luther be staan. En misschien een gerefor meerde-, of zelfs een roomse Lu ther. Dat laatste is hij ook Inder daad geweestl Het geestdriftig karakter van de 19de-eeuwse Lutherherdcnklngen en bervormlngsprckcn kennen wij niet meer. De gezwollen taal der heldenverering is op de achter grond geraakt. Gelukkig maar, al is niet alle romantiek rondom het feit van 31 oktober verdwenen. Daar staat tegenover dat de ge schiedvorsing aangaande Luther en de reformatie de laatste ja ren grote vorderingen heeft ge maakt. Als de predikanten nu maar do moeite nemen om zich daarin te verdiepen, dan zullen de preken rond 31 oktober er wèl bij Hier zij die poging dank gezegd; Verhef zijn doelwit boven zwerk, dragen. (135 pagina's) en bevat ook een voorrede. Scharp was kenne lijk zeer vereerd, dat men hem deze hervormingsbeurt had opgc- Piet Heinsfeer „Het verheugde mijn hart en streelde mijn godsdienstig ge- T t ii voel", getuigde hij in de voorre- „a.?i.™«n <u,n,t des heiligdoms, dezen feestdag be- "yREDIG ligt daar ergens in Middel-Franken, in Noord Beieren, tussen de drukte van de grote steden Stuttgart en Neurenberg, een heel klein dorpje. Op uw atlas kunt u het niet vin den. Ook uw autokaart ver meldt het niet. En toch over de gehele wereld is dit plaatsje bekend. Het is Ncuendettelsau, het dorpje van de grote diaconessenin- richtingen. Twee torenspitsen verhef fen zich ten hemel. Scherp tekenen zij zich af tegen de blauwe lucht. Zij beheersen het dorp, dat practisch ge heel door de vele tehuizen, gebouwen, scholen en inrich tingen van de „Diakonissen- anstalt" Neuendettelsau in beslag genomen wordt. Stil is het op het kerkhof. Ve len liggen daar begraven die hun leven gewijd hebben aan de op voeding van kinderen, stillen van pijnen gende jaren bleef Luther, van deze vereniging in het centrum van alles: de kerk. het woord van dr. E. Laurillard, hun eigen miüeu, Iedere dag worden hier de met- de „Held, die van Gods genade leest, dan begrijp denking van de kerl 1817 helemaal in de Piet Hein- sfeer kwam. v„1 w„ aer „ervermrn,, weu,rr eè!dï hlerf LaïL Pnlï; F***»» gevolgen mij op M op denzelven gemeente sprak. „Niet zoo zeer, althans niet alleen, omdat het een feest was der hervorming, welker in- trachten d, nood te ten en vespers gehouden en gc- 3ê„"SdSrs..e ontving, W S^f^^'door ipnieen Ze zouden dus blijven zongen. Zo kon Neuendettelsau in ve tot zijn pantser, de Waarheid „Gvictoi VTASlS *T__ Vsolonnrnlro moto VlilHrjl (TPT1 tot. bij de massajeugd De eenzamen ,JSinte Miebei!" Ze schoot in de lach, toen ik het daarover had. Ongetwijfeld zag ze haar beeltenis als die van kers verse heilige ergens in een kapelletje aangebracht. Compleet met stralenkransje. Maar het zou vast geen reformatorisch kerkgebouw zijn waar dat beeld z'n plaats kreeg! Ik voelde me echt wat opgelucht: lachende stafleden zijn beter dan droefgeestige. Maar gauw te gauw werd ze weer ernstig. hi] er derlijk Maar de ontwikkeling Lep anders. Want in 1854 namen acht me-" jes als leerling-diacones intrek enkele kamers van de dorpsht berg „Gasthaus zur Sonne". Hier gelische christenen en met de broederlijke eensgezindheid van alle protestanten een gelukkig en aandoenlijk verschijnsel oplever- Nog dacht belangrijke mate bijdragen tot de tot^zijn kling:^ Geeft eer brengen. «nrforg Hoog staat in net Koor nei zen held van 't woord". rie hetwelk de twee" vorlee" kruis. Want de basis van al het Aldus dichtte Laurillard ln 1883. g; JJgf® werk is immers De Gekruisigde, bij de vierhonderdste verjaring 2 mnar v de domsher- Daarom draagt de diacones als van Luthers geboortedag. Hoor Sonn?' Hier enig sieraad een embleem. Het hoe romantisch het beeld is dat li'e kiem van het huidige kruis dat er op voorkomt, drukt de dichtende dominee van de kerk- Neuendettelsau. Het kleine stek- de volkomen dienstbereidheid uit hervormer tekent: ÏÏS» SSLSt*» Se»' 4' Dnnrei't oe Luther die thans heel Neuendettelsau haar werk moeite en veel opot- ■upci-at fermg kost, de brandende lamp herinnert haar eraan dat ook upieiaing haar licht moet lichten onder de mensen en zij haar arbeid van De meisjes kregen les in de spe- dienende liefde mag verrichten cifiek vrouwelijke vakken; een zolang haar levenslamp brandt; arts gaf les in verpleging etc.; immers Christus Zelf is Het Licht cathechese en zielszorg werd hun en verlicht; daarenboven is de duif bijgebracht, evenals de „A.V.O.- ais zinnebeeld van de Heilige Refrein: In geheel Europa vakken, zoals wij tegenwoordig Geest. Want slechts door Gods zouden zeggen. Geest ls al het werk onder en In 1854 kon reeds een eigen te- voor mensen mogelijk en wordt huis, het moedertehuis, in ge- het gezegend. Neuendettelsau, een klein dorp maar een oase van barmhartig heid in een keiharde wereld. Uit de VOLKSWIJK het- weinig WILHELM LÖHE ,.i zieke i het brengen van troost en vreugde die vele jaren ziek het zijn dood toe - bruik worden genomen. Hier kwam het zwaartepunt van alle arbeid te liggen. Het moederte huis werd niet alleen de plaats van opleiding, maar werd de le venslange woning van de zusters. Spoedig bleek ook deze ruimte te klein. Niet alleen diaconessen werden ons vaderland zou gehouden hebben, door eiken waren chris ten toegejuicht, door de engelen met blijdschap gezien, en door God en onzen Heere Jezus Chris tus met hemelsche goedkeuring is bekroond". In tegenstelling met velen van zijn ambtgenoten, gebruikte hij de herdenking niet om eens flink te ketteren op Rome, al vielen er wel een paar harde woorden. Sommigen zagen destijds de kerk van Rome als de grootste anti christelijke bedreiging, die men zich denken kon. Anderen, voor al in de vrijzinnige hoek, be schouwden het katholicisme als het summum van domheid. Vervolgens laat Laurillard Lu- Scharp voer tussen beide klip- ther de pauselijke bul verbranden, pen door. Wel vond hij dat de Ter Slotkerk gaan; Daar slaat de monnik Zijn strijdschrift aan. Dat schrift verkondigt: De kerk bedriegt En d'Opperpriester Te Rome, liegt! Durfd' dat slechts één: Dat durfde Luther En anders geen. „Neen", zei ze, „U moet er geen grapje over maken. Het is niet omdat ik me beter voel dan ande re mensen en dat ik daardoor verbitterd raak. Het is alleen maar die verschrikkelijke holle eenzaamheid, waarin niemand naar je omkijktHaast niemand", verbeterde ze zichzelf. Het was een verblijdend teken, zo'n beetje zelfcritiek: ze zag de dingen dus niet allemaal even grauw meer. Ik kreeg zin een beetje te gaan preken tegen haar. Gek, als je niet pieken kunt op de daarvoor aangewezen tijden cn plaatsen, voel je aanvechting om het tc pas cn tc onpas te gaan doen. Ik wilde zeggen dat eenzaamheid behoort tot ons werk. Dot het er het kenmerk cn het zegel van is. Eensdeels omdat je tussen twee werelden in staat: de men sen onder wie je werkt beschouwen je als vreemden, als re presentanten van die geheimzinnige kerk waar ze niets voor voelen. En die kerkmensen beschouwen je op hun beurt als vertegenwoordigers van de zelfkant der samenleving cn ze wor den een beetje schichtig voor je. Vanwege je eventueel gebe del. Maar ook door de hele manier waarop je je gedraagt, want je werk gaat je niet in je kouwe kleren zitten; het stem pelt jc. Je krijgt er een eigen manier van denken cn spreken door. Nou ja, en anderdeels behoort de eenzaamheid tot het christen-zijn. In Neuendettelsau gingen zijn geisehoold, maar ook meisjes die oj. rmHfn van hen voor hun eigen omstandigheden hen ogenopen vogeëmigreerd eeu bepaalde vorming nodig had- Pas die naar Amerika^ geemigreero dcn vakken vcliea Jedo_ is en jaar na jaar volledig pleegd moest worden, want zij kon alleen nog maar haar hoofd enigszins bewegen. Daar zien we t grafsteen. Wij lezen: „Ik geloof de gemeenschap der heiligen, geving der zonden Hier ligt Wilhelm Löhe begra- Amerika geëmigreerd - r j i n ppn waren. Hij verstond iets van de if 28 ^ren "ziek "geweest Teïentwr" "meruit zijn de huidige diacona- die - allerlei ontvangstcomités te. sociale-, kweek-, mlddelbare- in de Nieuwe Wereld vinden. Hij eymnas.ale opleidingen enz. zorgde voor boeken, bijbels, ontstaan, eenvoudige schoolboeken, lectuur "daa8/" varhït'vtd'e" ...richtingen en tehuizen gegroeid, d ziin aan- niet alleen te Neuendettelsau. dacht o;kg°e°rlc£"p d™»dUne" maar ook in en bulten Beleren onder wie hij zendelingen uit- 1 Ncue^ g' zond. Vele Indianen werden ge- dcfcxtvu* IIV MEMOIIIAM Dr. J. J. Buskes jr. eeuwig Wilhelm Löhe ilangs overleden Uit de verzorging van zieken in gereformeerde zendingsman dr. W. J. Harren- Hip «yppstcliike verzorging ga- het moederhuis zijn de moderne cteiri* die geesteüjKe verzorgingjsa inrichtineen en tehuizen gegroeid. stem" iii gereformeerde hi?7endèlingen 'üït- In bijv. Polsingen, Neurenberg. Belangrijke- - zond. Vele Indianen werden ge- Windsbach, Oettingen en vele doopt Löhe gaf een f^ote stoot dere^ tot velerlei zendingswerk in de Lu- kring steeds dat hy ook i therse kerk van zijn dagen. Zonder hem zou Neuendettelsau een gehucht gebleven zijn. Maar hij was het, die Neuendettelsau tot een begrip heeft gemaakt. Hij en de door hem gebouwde diaco- t.i nesseninrichtingen zijn een sym- bool geworden onder de verantwoordelijkheid Neuendettelsau staan en nauw met het moedertehuis zijn ver bonden. Bejaarden en gebrekkigen. de- Löhe liep al me. gedachten rond Piel™drmeiS"ea„kZinep,IIItleii0°eSne zuiver, bijbels verstaan lijd|,r8 a>n mult'lplc psdIrose, ziJ opnnin opn auen ondervinden in deze tehui- ren, dc Gei gewaardeerd werd. Er n Harrenslein niet in Kerken af tc schryven,. Diokonia de. H de diaconia, toen zijn dienende lief- dacht viel op enkele geesteszie ken in het gebied, dat hij als pastor had te bewerken. Ook zag hij jonge vrouwen ™-J Vlak tegenover de kerk, in de voortuin van het „moederte- huis" staat zijn eenvoudig borst- die zich beeld. Je zou er zo aan voorbij lot lopen. Ergens weduwen, dan anderen het deze zieken aantrokken. Het gevolg was dat hij een ver- hem.0 Met strak "achterover- eniging voor vrouwelijke diacom de oprichtte. Hij liefderijke verzorging de honderden diaconessen. On voorstelbaar is het leed dat daar geleden wordt. Maar hier wordt ook getroost, geholpen, verzachl DE ItIION VAN' DE PI1EEK Prof. dr. A. A. van Ruler ii dij" over de preek: mjjn inzicht zyn preek omhoog welt. In evangelie, Gods geschrev plaats dc omgang met dc leed. En in de derde pla. wilde leiding Hij axi de "verte scholing geven aan hen die ii Qiac( visioen ziet. Alsof gemeente ergens de helpende hand NJet -geen wilden bieden. Hij ontmoette vrou en rouw en pijn meer is, vrouwen in wier leven een grote het juist daarom zich nauw leegte bestond, die zonder beroep den verbonden wett met een wereld ongetrouwd hun dagen sleten, wij gekamd haar, vallende achterkraag, kijkt hij alsof hij een visioen hij in een wereld ziet leed wordt een zonnetje gebracht ii j veler leven. Op 31 december ric bronnen, waaruit de eerste plaats het heilig Woord. In de tweede matige 6tudie rschillend wa i al dit watr 1958 waren Neuendettelsau ongeveer 12 diaconessen en 73 proefzusters o gemakkelijk wordt een diacones. Zeven jaren duurt jor ze ingezegend kan wor- 'elt geheel - imcnvoeging v nodig licbbe die nood, leed Johan konrad werd in 1808 geboren. In 1837 kwam hij als predikant Neuendettelsau dood kent. kunnen het ons in deze tijd haast Wilhelm Löhe niet meer voorstellen dat, slechts een eeuw geleden, de - BÉS geen plaats innam in daar tot schappelijk leven. Embleem Daarom staat in Neuendettelsau DE S.S.K. BOUWT Ds. J. D. Boerkoel in de Kamper „Bazuin": De senaat beraadslaagt, en intussen gaat Rome te gronde. Aldus een klacht van liet oude Romeinse rjjk. Het is geen klacht cn geen verwyt rIs we op die altyd nog bekende uitspraak deze variant geven: dc synode beraadslaagt en ondertussen bouwt de S.S.K. kerken en daardoor de kerk. Dezelfde predikant in het zelfde blad TIIAM7ITJE We verliezen niet uit bet oog dat we in vaartsperiode leven. Daarom inocten we rirhtig zyn met kreten als: zulk een vindt lianr weerga niet in de geschiede kerken. De prys van een tramritje tegenwoordig vindt ook zyn weerga niet in het verleden. VROUW IN HET AMBT Prof. R. van Dijk heeft volgens de Groninger Kerkbode op de 69ste Centrale Diaconale con ferentie gesproken over de vrouw in de kerk: Prof. R. van Dyk ziet dan ook by de uitsluiting van dc vrouw voor het ambt geen schriftuurlijke in die tyd ook buiten dc kerk gevonden werd: offi cieel trad dc man op de voorgrond. Dat was in het verleden niet zo erg. Toen was dc samenleving nog een andere, toen bod het gezüi nog meer functies, toen was ook het functieverlies van de kerk nog niet een feit geworden. En daarom was toen dc vrouw niet zonder invloed. We kunnen zelfs zeggen dat do hand van dc vrouw toen in dc hele samen, leving nog werd gevoeld. Nu er een enorme verandering heeft plaatsgevon den in de samenleving, nu heeft de vrouw op alle mogclykc terreinen haar plaats gekregen in de nieu we situatie, by het ondcrwys, in dc verpleging, op kantoor, in dc overheidssector. Maar in dc kerk niet. Dit is volgens prof. Van Dyk funest. Van gc- meentckringen heeft hy daarom hoge verwachtin gen, omdat daar dc vrouw weer aan bod komt, om dat daar dc vrouwelijke zorg weer mee kan spelen. Dat, en ook een ambtelijke positie van de vrouw in de kerk, kan aan de kerk nog redding brengen. Maar als de kerk als mnnnenkerk blijft voortbe staan, dan is ze verloren, dan zal het functieverlies zich doorzetten. De kerk heeft een moeder nodig. Dc kerk kan niet zonder de zorgende vrouw. werkers en werksters, al die eenzame pioniers overal i -i* land. Ik zag de gezichten van hen die ik kende cn ik hoor- 5 1; de hun stemmen. Het ging me niet meer om Miebei alleen; J het ging om die hele grote groep. Een groep van bonderden, misschien duizenden in ons land. O, als ze een gezin achter i zich hebben, zullen ze het wel rooien. Maar de anderen! Ze' Y' hebben wat jaren gestudeerd, en waarschijnlijk hebben ze uit 1 'f; die tijd een schuld overgehouden. Ze zijn maanden lang, mis- i een wel- schien wei een jaar ]ang. ergens volontair geweest zonder dat i wat voor- ze er een cent voor kregen: toen is hun studieschuld nog wat opbrengst groter geworden. En daarna zijn ze ergens in het werk bc- nis onzer j. land. Met een groot enthousiasme en met allerlei vage plan- mwoordig -3 nen. En ze hebben het leed van anderen, het vreemde leed, -3 naar zich toegetrokken. Om die anderen tc helpen, te troosten, i -5 bij te staan. 1 r "E'EN BUITENSTAANDER heeft er geen Idee van waarin dat -3 *-■ vreemde leed kan bestaan. Hier belandt zo'n nieuwelingetjc y In de onsmakelijke details van een pervers en geschonden huwelijksleven. Daar krijgt een ander te maken met de gru- welijkste vormen van misdaad. Weer anderen komen in aan- -3 raking met leugen, bedrog, onverstand, geestelijke en llehamc- i1 lijke afwijkingen. Ze stuiten op het monsterlijke en op het on- denkbare. Ik weet wel dat niets menselijks onszelf vreemd is en dat we bij nader inzien zelfs iets van de monsterlijkheden en ondenkbaarheden gaan begrijpen. Maar dat maakt het juist y nog erger. We komen te staan voor de afgronden van dé y menselijke geest, en het duizelt ons. En dan groeien we scheef. We komen er geestelijk niet meer uit.... y -3 y TT MOET daar eens aan denken. Kijk, terwijl u bchagclijk de 'C krant leest en naar de radio luistert of naar dc "televisie -3 kijkt, en een kopje thee drinkt en eens even gezellig met el- kaar babbelt. zitten er door het hele land eenzame jonge y mensen op huurkamertjes met alle stukken en brokken van 2 hun afgelopen week. Ze kunnen dc verhalen niet kwijt; ze hebben zelfs hun ambtsgeheim. Ze kunnen de dingen niet van •5 zich afgooien. Huurkamertjes zijn bovendien zelden genocge- y lijk: ze hebben iets neutraals en vijandigs en misschien zijn ze nog koud ook. Ja. ik begrijp Miebcls klacht, en het ls te _3 goedkoop om er tegen te preken. Ik weet: zc komen allemaal -3 voor een crisis te staan. Dan geeft de ene helft het op, on dc y andere helft komt er bezonkenor, evenwichtiger, gcloviger uit X tc voorschijn. De eerste groep bestaat niet uit lafaards, de tweede niet uit helden. Het is meer een kwestie van selectie -3 die de levende Heer toepast. Daarom heb ik Miebcl ook y alleen maar met een vraag geantwoord. „Staan we heus zo 5 alleen?" heb ik gezegd. '■3 WIJKPREDIKANT i

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1959 | | pagina 17