De Patliodia yfylimnhlm r~ COHSTSNTIJH HUYGENS Typische representanten van Württemberg BAROKKE en ROMANTISCHE KAMERMUZIEK US£I Chicago na middernacht Archaïserend vertalen ZATERDAG 11 JULI 1959 „Far stupire", aldus vatte Giambattista Marino zijn ideeën samen. Far stupire: het doel van de dichter is verwondering te baren; wie niet van verbazing dient geroskamd te worden. Weliswaar moeten de tijden toen nog „minder overbe schaafd" genoemd worden, zodat wij mogen betwijfelen of Constantijn Huygens voorstan der van deze regel in al zijn consequenties is geweest, een feit blijft, dat hij zich zijn hele leven in poeticis een aanhanger van deze Idee heeft getoond. Far stupire: Huygens was nog meer dan Hooft een meester in de geserreerde zeg ging, in de spitsvondigheidin het „cerebrale" en toch, hoeveel van zijn werken getuigen niet ondanks dit verstandelijke element van een ongewone bewogenheid! Het een sluit im mers het ander niet uit. De gedachte dringt zich op, of martire", dat een dergelijke affiniteit tot het veel- veel meer aan al als kunstmatig en onnatuurlijk de door de ti- gekenschetste eigenlijk niet moet t eewpktp worden beschouwd als een soort. „tweede natuur". Wanneer Con- verwachtte- stantijn in 1647 „Ooghen-troost" Sen voldoet, schrijft, zijn vriendin Lucretia van Slechts even. Trello tot troost „over de ver- in de maten duijstering van haer een ooghe" 34 en 35 ver doet hij dat in een moraliserend hevigt Huy- gedicht, dat vergeleken met bv. gens de span- Zee-straat nog niet eens zo zeer ning tot een „marinistisch" is, dat tot strekking uiterlijk heeft: de meeste mensen zijn ver- merkbare ont- blind: geestelijk verblind door roering, waar hun hartstochten en lusten. Hij de psalmist gebruikte ter inleiding het beeld als het ware hijgend zingt „Domi- de Pottebacker, die met zijn scheppingen handelt en vervolgt: „Verstaet mij, aerdigh vat, vol allerhande deughden, God heeft u van een' kleij die oor en oogh verheughden Voordachtelick gedraeyt: nu lust hem van die kleij Wat aerdighs af te doen. denckt of de Schepper zei', Schoon/ aerde, wordt tot aerd: wat staet u toe te seggen?" Daar hij zelf voelt dat deze troost „goedkoop" aandoet, verze kert hij haar, dat zijn medeleven meer is dan dat van een buiten staander: „Behalven het medoogh is uw verdriet het mijne; En, spreeck ick uyt medoogh, ick schrijf met een matt oogh Dat God weet of het meer of i dan 'tuwe doogh. Nieuwe uitgave van Latijnse psalmen deze liederen echter zeer wel ge- niètbaar daar wij de „barokke" versiering vrijwel ontwend zijn, terwijl als uitvloeisel van het streven de snel verstervende toon van de 16de-17de eeuwse instru menten te verlengen thans de noodzaak ervan niet meer evident Bij het doornemen van het werk bemerkten wij, dat in het vierde lied, maat 30, in de zangstem de rust een achtste maat te kort is. Verder moet in XXIV10 de Cis" in de rechterhand een e" zijn en duurt in XXXIX—2 de bes in de zangstem een kwart in plaats van een achtste. Deze kleine cor rectiefoutjes doen echter geenszins afbreuk aan het zeer belangrijke werk dat Noske met deze herdruk heeft verricht. De Pathodia zijn in deze uitga ve ook voor de beoefening van „huismuziek" een grote aanwinst De Latijnse psalmen zijn over |g; het algemeen vrij eenvoudig, voor de arie en de airs lijkt een iets 'M geschoolder stem noodzakelijk. De begeleiding, in de eerste plaats bestemd voor klavecimbel of or gel, zal weinig moeite geven. De liederen zijn geschikt voor de ho- gere stemtypen, tegen transpositie is geen bezwaar, zodat ze ook voor lagere stemmen geschikt'gemaakt kunnen worden. „Far stupire" inderdaad, we kunnen ons thans verbazen over het genie van deze diplomaat-dich- ter-componist; we kunnen ons ver bazen over de werkkracht, die hem in staat stelde de korenbloe- te plukken, in het rijtuig CONSTANTIJN HUYGENS ne. quis" (sustinebit?) Heer, wie zal bestaan? Geestig zijn de arie op Italiaan- ken, do?r de_ opkomst se tekst (die overigens aan Huy- v,"~1"' gens wordt toegeschreven meeste andere zijn van G no) Serenata, waarin de min of meer luidruchtig aa gevoelens uitdrukking geeft, -- - - nppr zijn geliefde niet aan het dat„ Ballard een al dan met be- A orgel okb- draagt. Liederen, die orgel klavecimbel was deze nota- uc in letters van de grepen op het MarL instrument in verschillende lan den afwijkend men had bv. Franse en een F tuur zodat het begrijpelijk dat Ballard .RLsposta cijferde bas, ,Sd„F inter*Gron'ingam' et"As'? [)E k*k™d« Germanist Prie- sen" of ergens achter een front, drich Seebass is ruim een waarmee hij blijvend het leven halve eeuw geleden als jong verfraaide. We kunnen ons verba- student naar Tütingen gekomen zen over zijn in zeven talen ge- en heeft ais dankbaarheid voor noïmler over dez^zo^erlij^en a,les- wat Württemberg hem zoals die Duitse luittabula- spontane zangen, deze geïnspireer- geschonken heeft, een verz: ,p+ WrurtPinv dg bundel die dit opzjcht het ling van korte biografieën opschrift Pathodia met recht belangrijke „Schwaben" publiceerd. i de z i Zwaben, die verheven, komt, tot zij in „RLsposta cijferde bas, voor orgel of kla- draagt. Liederen, die ver uitreiken dalla finestra" verschijnt met vecimbel geschikt, uit economisch boven Veel van wat in die tijd in een laconiek „Che rumore Sento oogpunt prefereerde boven deze ong jand geschreven werd. fuore?" op een ironisch neerbui- ..ouderwetse gend motiefje. Even verder windt Geassisteerd door miss Noelle zij zich op en dit wordt hoe Barker heeft dr. Noske de bas- scherp is dit geobserveerd! mu- partij met veel gevoel en begrip „Constantlji zikaal tot uitdrukking gebracht in uitgewerkt, een enkel contrapunt sacra et pr een chromatisch stijgende toon- toevoegend, waar dit de expressie North-Holla ladderfiguur. ten goede komt. In het voorwoord Amsterdam schrijft hij het aan de gebruiker Sel-Basel. over te laten zelf nog verder ver sieringen aan te brengen, hij wijst er dan op dat diminuties op de voorlaatste toon van een cadens beslist noodzakelijk zijn. leeuw hadden gedood een haas op de vlucht sloegen. In zijn gedicht Scbwabische Kunde heeft de Tübinger hoogleraar Uh- land op een kostelijke i WERELDPRIMSERE TE PRAAG OPERA OVER EEN MOOIE PENSIONHOUDSTER by' meerdere belangrijke van de Tsjechische com ponist Bohuslav Martinu (geb. 1890met een zekere bewondering uitgesproken. Elk nieuw werk van Martinu, of het nu een opera of een symfonisch werk is, wordt steeds weer met spanning tege moet gezien. En vanzelfsprekend was dit ook het geval met zijn nieuwe komische opera „Mirandolina"waarvan de wereldpre mière nu in Praag heeft plaats gehad. Het werd een nieuw succes voor Martinu. Het publiek in het Smetana- bij haar inwonen, aanbeden wordt, theater, waar vele buitenlandse Maar als een nieuweling (II Ca- kunstenaars zaten, werd van de valiere di Ripafratta) zich als eerste tot dë laatste noot geboeid vrouwenhater doet kennen en door de grootse muzikale verwer- haar uit de hoogte behandelt, king van het libretto. De muziek rust zij niet vóór zij ook hem het van deze opera zou men typisch hoofd op hol heeft gebracht. Zo Tsjechisch kunnen noemen, ook zeer raakt zij daarbij op hol, dat wat de vocale mogelijkheden voor zij het ten slotte het veiligst de zangers betreft. De bekorende vindt haar knecht, door haar melodieënrijkdom is geput uit het overleden vader tot haar man volkslied. bestemd, als haar natuurlijke be- Martinu heeft de opera geschre- schermer te aanvaarden, ven op een Italiaans libretto naar De opera heeft geheel de stijl het bekende spel „La locandie- van de oude commedia dell' arte ra" (De pensionhoudster) van en is wel het meest volkse stuk Carlo Goldoni. Het verhaalt van van Martinu, gecomponeerd in de een mooie en geestige pension- moderne muziektaal, maar toch houdster die door alle heren, die voor ieder toegankelijk. Zoals bij alle opera's van Martinu boeit - 0°k deze opera niet alleen door haar muzikale maar ook door haar toneelmiddelen. De compo nist weet heel fijnzinnig de actie gaande te houden, weet wat het toneel eist en voegt met grote ar tisticiteit dansintermezzi, tussen spelen en ensemble-delen in. Het grootste succes had wel het dansintermezzo „Saltarella", dat door vele vaklieden een onge ëvenaard Scherzo in een Marti- nu-symfonie kon zijn. Het gehele werk ademt een grote inventie en heeft een rijk palet. De opera werd naar het ma nuscript door Vaclav Kaslik inge- geprononceerde studeerd en gedirigeerd. De stu- Schwaben is. die van dit moeilijke conversa- ensemble-stuk, dat bijzon- dig en beweeglijk is, minder dan drie volle de theoloog Beugel, aan de dichter maanden. ti i vi „v ,i deze „Schwabenstreiche" revanche Schubart, die de harde hand Hoeveel vrolijke spot is er al genomcn Ze hebben er geen min- Karl Eugen moest voelen, mlVcci™ „jiffonn genomen Z.e neouen er Keen mui- n.au x^ugcii inurai lauoeiuva diö ue pciuiuimuuaorei HENK J. HOLLAAR tint d| ZwabenleeftikT is veer- derwaardigheidsgevoel door gekre- Hegel, Hölderlin, Mörike, Hesse, Mirandolina en de tenor Ivo_ Zi- i Huygens, Pathodia .fana", edidit Frits Noske. id Publishing Company, 'Barenreiter Verlag, Kas- Op de grens De Zwabenleeftijd tig jaar, de tijd, waarop de man nen beginnen verstandig te worden (de vrouwen zijn het natuurlijk al veel eerder!), een „Schwaben- streich" is een domheid van deze vroegrijpe „heren der schepping", CHROMATIEK en onverhoedse overgangen in andere „toonsoor ten" komen veel voor in dit werk van Huygens, die zijn Pathodia schreef in een tijd dat de tonaliteit weliswaar spoedig tot ontplooi- komen, Versieringen gen, getuige het volgende rijmpje: Der Schiller und der Hegel, Der Uhland und der Hauff, Das ist bei uns die Regel, Das fallt hier gar nicht auf. Een feit is het, dat uit Schwaben zeer vele filosofen en kunstenaars zijn voortgekomen. Seebass geeft romantiek, al heeft Heine nog 28 korte biografieën, ieder gevolgd onbarmhartig de Zwabische rom: door een typerende brief. Hij be- tici bespot en waarschuwde hij David Friedrich Strauss, die dek bracht de partij van de kell- later heeft getracht, met de snij- ner-knecht Fabrizzio uitnemend dende wapenen van het kritische tot leven. Ook de andere partijen verstand de wortels van het Chris- waren uitnemend bezet, o.a. Pre- tendom door te hakken. De domi- mysl Koci als Ripafratta en Ja- neeszoon Wieland, de schitterend- roslava Prochazkova en Stepanka ste vertegenwoordiger van de Stepanovó als de actrices Orten- Rokoko, is helaas niet genoemd. Schwaben is óók een land i Dejanira. Choreografie, n decor waren geheel in JAROMIR PESEK En ghij weet of t mij raekt myn kerktoon nog invloedrijk was. Dit uyt-sicht te sien mind'rén". werk vertoont middeleeuws-moda le en klassiek-harmonieuze invloe- ----- -- Onder vrijwel alle omstandighe- den, geschreven als het werd op juist kunnen plaatsen. Uit weten den blijft Constanter de marinis- de grens tussen beide. jggjï tische literaire traditie trouw. Het Het is jammer dat ons die de nodige versieringen wel mogelijk dat door het achthonderd muziekwerken die aangetast heeft gelaten. Wanneer ruchte ontbreken van een soortgelijke Huygens moet hebben geschreven hij de toekomstige gebruikers er muzikale traditie de opvallende niet meer overgeleverd is; het echter op wijst, dat deze „ksle eenvoud en de grote natuurlijkheid zou zeer interessant geweest zijn melodieën nog aankleding behoe- van Huygens' uit hetzelfde jaar van een internationaal zo goed ge- ven, had het o.i. voor de hand ge- stammende Pathodia te verfkla- informeerde de ontwikkeling van legen een kort exposé te dien ren zijn, want zonder twijfel is zijn muzikale uitingen te volgen, zien toe te voegen. Dat deze de muziek omstreeks 1650 een nauw samenhangend als ze zijn niet te onderschatten moeilijkhe- Chicago na middernacht, door de wrekende F"">k Uitgave N.V. Nljgh j Van Ditmar, Den Haag. vallen door een ogenschijnlijk Een politieroman over de be- tuurlijke dood te sterven of bij een jchte en perfect georganiseerde ongeluk om het leven te komen. Siciliaanse Maffia-organisatie m Qjt gejdt ook Amerika. De Maffia, die door al- politie-ambten; de beste Zwabische Karei de Grote alsof dat iemand de Maffia auteurs, Isolde Kurz en Hermann Hesse, ook de tegenwoordige bondspresident van West-Duitsland stijl. DE STRIJD OM DETOP De strijd om de top, door Jamee Ramsey Ullman. Uitga ve F. G. Kroonder, Bussum. lerlei duistere activiteiten zoals iaag) die in dienst staan handel in vrouwen en verdovende Maffia. middelen en door grootscheepse toe té voegen. Dat deze zaak chantagetrucs kunst in evolutie. De (vertaalde) met de, van hem welbekende den inhoudt blijkt wel titel „Hartstochtelijke geestelijke afwijkende inzichten op me- Caccini die nog en wereldlijke zangen" zal dan ook voor een aanzienlijk deel in marinistisch licht beschouwd moe ten worden ciële middelen beschikt. De poli- Arnau, staat met alleen borg (incci. wc tie kan maar heel weinig vat krij- een spanner-* -w, Huygens gen op deze organisatie, die haar waarschuwing leden wing blijven, al worden de inleiding genoemd. Het is natuurlijk gewaagd, met de corrupte Nadler te geloven aan onverander - (van hoog tot ujke eigenschappen van een be- de paalde stam, die dus bij alle ver- tegenwoordigers daarvan zouden geiler de schrijver, Frank moeten voorkomen of "aTi 11 invallen! De sterrenkundige Keppler, de dichters Uhland en Hauff, de lite ratuurhistoricus Friedrich Theodor Vischer, ze worden nog steeds met eerste beklimming_en overwinning ere genoemd, en Zwaben maakt van een hoge In de Corona-serie is een uit gave verschenen van Ullman's be kende roman De strijd om de top. Het is het verhaal Zwitserse zich gereed, om dit jaar te herden- MtK^nTniïdfi steS^'op de ken, dat zijn grote zoon Friedrich voet volgt Ullman de kleine groep 1759 in Marbach werd vermetelen, die hun aanval op de de Oran- horen uitspreken tegen overdadig zaamheid oplegt vaktechnisch" juist verhaal. -de onder meer crimino- deed -praktisch politie- deze erecode boek uit het Duits. Klein vertaalde het Schwabens grote ook niet. Wel constateert hij, dat de complexio oppositorum, de ver eniging der tegenstellingen, die zijn filosofie heeft liederen, die aan de titel vol komen beantwoorden, echter lang niet alle. Een van de meest expres sieve liederen, het „De profundis clamavi" (Psalm CXXIX of CXXX respectievelijk LeveiijK. in ue ruuiiis-K.di.iiu- t,ëlï41rhe>iH lieke en protestantse versie) staat rpkininv in zijn ootmoed van de schuld be seffende bedevaartganger, met zijn psalmodiërende inzet ver van de pathos van een „Se Ia doglia e'l Dr. Frits Noske danken wij een euwe uitgave van deze Pathodia era et profana/unae voci bas- continuo comitante. Dit is wel waar niet de eerste herdruk '5es^aan aanwijzingen dat nog tijdens Huygens' leven met de rKdlllO rraliilrhai^ zron aar, turoa^a Hpi, VIA NAALD Siëi-.fN PLAAT tweede druk is rekening gehouden in 1882 en 1936 zijn deze twintig psalmen, twaalf Italiaanse en zeven Franse aria's ook opnieuw uitgegeven, de ze waren echter wetenschappelijk niet bevredigend, daar enkele uit- IKAMERMUZIEK - nMutnolooo Fre De aktentas de Duitse musicoloog Freidrich Herz- feld schreef dat eens 'duidelijk UIC!, ucvicuigcuu, uaai ciuvcxc uxi- w eigenlijk een sociologisch voeringsaanwijzingen, die Huygens begrip. Immers met kamermu- in zijn „Cautio" schreef niet ziek werd toch oorspronkelijk alle muziek bedoeld, aie in ae exact te kunnen noteren naast en- zieksalon van de vorst klonk. Dat is dus een onderscheid met kele metrische eigenaardigheden huismuziek, die beoefend werd in de gewone burgerhuizen. Friedrich Seebass: „Schwabenköpfe Lebensiaufe", Brlefe und Bilder aui Württemberg,368 blz. Uitgave Kreuz- Verlag. Stuttgart. onjuist De aktentas, door F. Borde- De kamermuziek kon zo- wijk. Uitgave Scheltema en Hol- BaSlUlt wel instrumentaal als vo- kerna N V Amsterdam caal zijn. Men had kamer- Kema in.v., Amsterdam. /"vNDER auspiciën van de stich- cantate, kamerduetten en Enkele van de tien korte ver- ting voor oude Nederlandse aria's, triosonate, sonata da halen van Bordewijk, die onder muziek (Vonem) heeft Noske de camera, concerto grosso, de titel „De aktentas" gebundeld uitgave van dit werk verzorgd, enz. Werden bekende zan- zijn, ademen een sfeer van naar- In een uitvoerig, in vier talen ge- geressen of instrumenta- geestige onwerkelijkheid. Deson- steld voorwoord geeft hij een over- ügten voor zo'n vorstelijke danks boeien ze door stijl en com- zicht van enkele facetten van de muziekavond aangetrok- positie. Vooral in het laatste en componist en de geschiedenis van keri) dan bestond hun be- langste verhaal, „Leven op aar- zijn werk. Hierin lezen wij o.a. dat ï0ning meestal uit het ver- de van Willem VI", vergt Borde- Huygens dit werk van de Franse lenen van de titel Kammer- wijk veel van de fantasie van de uitgever Ballard terugontving, om- sanger 0f Kamermusiker. lezer. De andere stories zijn liich- dat de begeleiding geschreven was In Duitsland en Oostenrijk tiger van toon. Ze zijn bedoeld als voor de theorbe (een basluit). De verieent men die titels ontspanningslectuur, maar ze zijn uitgever kwam deze begeleiding nogi maar dan onder an- toch van andere aard dan wat klaarblijkelijk ongeschikt Y°or dere sociale omstandighe- gemeenlijk daaronder rang- daar Huygens van de zgn. luitta- den dering van milieu, sfeer en per- Afgezien nog van het feit dat sonen is te bijzonder om ze zon- de theorbe als de luit reeds ye_e_ zly° der meer in dat genre onder te enigszins als begeleidingsinstru- brengen. ment in onbruik dreigde te gera- Aforismen en gedachten Uitgever Boucher te Den Haag heeft zijn serte heel klei ne boekjes (15 bij 8Vz cm) met aforismen en gedachten weer uitgebreid met drie heel fraaie deeltjes. Het zijn zo van die boekjes, die men op een verlo- ogenblik eens even grijpt dan wijsheid uit haalt, of troost, of ook wel inspiratie. Van de 18e eeuwse moralist Ghamfort, is er nu een bundeltje „Aforismen" verschenen prachtig verzorgd zijn, moet bezitten om er telkens weer e\ in te bladeren. Frans orgeltijdschrift de loop der jaren wel gewijzigd en is niet meer afhankelijk van maatschappelijke ordenin gen. Thans heeft het be grip kamermuziek eigen lijk alleen nog betrekking op de bezetting, waarbij vocale muziek en orkest werken meestal worden uitgesloten. Wel spreekt men nog van kamerorkesten en kamerkoren, doch die vallen merk waardigerwijs eigenlijk niet meer onder het thans gangbare begrip kamermuziek. Dat begrip heeft zich verengd en doelt tegenwoordig alleen nog maar op instrumentale het muziek voor hoogstens 8 a 9 in de kamermuziek al niet meer gebonden aan de sociale omstan digheden. In de kamermuziek zocht men meer een gaaf concertmatig samengaan van twee of drie of stemmen, waarbij dan niet r het onbezorgde musiceren de barok werd gehanteerd, :r een meer psychisch ver diept muziek maken. Een compo nist wilde eigen innerlijk uitzin gen en voelde geen tevredenheid bij een spel van noten. Zo ook bij Johannes Brahms, wiens kamermuziek weliswaar een vorm van absolute muziek is, maar toch gebonden was aan een be paalde zielsgesteldheid. Naast en kele kwintetten, kwartetten, trio's en drie vioolsonates, schreef Brahms ook twee Cellosonates (e- moll Op. 38 en F-dur Op. 99). wel ke thans door de DEUTSCHE GRAMMOPHON GESELLSCHAFT zijn opgenomen in een vertolking van de cellist Ludwig Hoelscher en de pianist Jörg Demus (30 langspeelplaat .orgei\0 Een sluier nevel zweeft langs de bomen lost langzaam op in 't eerste licht. De kleine bloemen plooien hun blaadjes en heffen omhoog hun klein gezicht. Terwijl de zon rijst aan de hemel met goud begiet. Zingt in het loof der hoge bomen een kleine vogel zijn laatste lied. MIES VREUGDENHIL menselijk 1 slag van de vele moeilijkheden, die tijdens de tocht naar boven moeten worden overwonnen. Con crete moeilijkheden in de vorm van afgronden en loodrecht op rijzende bergwanden, abstracte moeilijkheden in de vorm van af gunst, ijdelheid, vermoeidheid, bijgeloof. Het verhaal, dat in het verleden al eens verfilmd werd, laat zich in één adem lezen. De vrouwe van de Oldehoeve De Vrouwe van de Oldehoeve, door Mien van 't Sant. Uitgave G. F. Callenbach N.V., Nijkerk. Hoewel het thema van deze boe renroman zeker niet nieuw is, zul len de moeilijkheden die Sietske Veenstra als de enkele jaren jon gere echtgenote van de rijke Frie se hereboer Anne Bijlstra van de Oldehoeve ondervindt, toch vele lezeressen weten te boeien. Anne is, zoals zovelen van zijn voor gangers, koppig, stug en hard, en het huwelijk van Sietske en hem dreigt te zullen stranden. Maar dan komt Kerstavond (waarom al tijd juist deze datum?) en alles komt terecht. Mien van't Sant heeft in haar nieuwe boek het steeds weer succesvolle, oude pa troon gebruikt en ze heeft dat niet zonder talent gedaan. LPM Brahms zelf gaf als aanduiding bij deze sonates: „für Klavier Hel prachtige Italiaanse kamei jrkest „Virtuosi di Roma", da >oor de Deutsche Grammophon Gesellschaft Italiaanse barokmu ziek uitvoerde. In het midden vooraan (met muziek) dirigent Renato Fasano; links van hem de hoboïst Renato Zanfini. de piano heeft inderdaad belangrijke partij. Hier ia sprake van begeleiding, maar een volkomen gelijkwaardig mengaan. De schreef Brahms Albinoni (Conceft d-moll opus 9 te OP- no. 2 voor hobo en strijkers)jd- les onder leiding Het feit, dat de verzamelde bruikt óm te komen tot taalkun- werken van Rudolf Borchardt dig-stilistische equivalentie. Zo wil- in acht delen herdrnkt worden, de, hiJ de Meur van het origineel is een bewijs, dat voor dere ?vïreVn°0Ld1!enn'Tston?chPeI'™le™. zeer bijzondere „eigenwillige" structie, die niet zonder bezwaren enigszins kunnen begrijpen, want persoonlijkheid (overleden 1944) js. Reeds in zijn opstel Dante und nog belangstelling bestaat. Ge- dcutscher Dante van 1909 accen- boren in 1877 in de stad van tueerde hij, dat het c und Violoncello", daarbij dus het vooropstellend. Wie de werken hoort zal dit n 1865, de Sona- Er is een merk- ardig verschil in beide sonates. Kant (beide ouders waren af komstig uit oude Koningsbergse families), heeft hij in zijn werk de strenge traditie van zijn jeugd voortgezet. Na een dege- (30 I Renato'Fa- De eerstgenoemde is veel lichter lijke filologische scholing 18521). langspeelplaat LPM Deze musici laten een orkest- spel horen dat een voorbeeld ge- cii >u„la „HA noemd kan worden voor alle ka- beeft Brahms zich niet geheel structuur en stemming, bij de knappe contrapuntiek op valt en waarin men een echte muziekvreugde ontdekt. De Sona te Op. 99 is zwaar van drama- al te pathetisch. Hier Paris Vie) opent met een zeer in- waarschijnlijk de hoogste tèressant artikel over de Parijse van musiceren en bovendien de renden en had elke vorst zijn m0eiteloze musiceren. Men kan organiste-componiste Marie-Made- beste uiting van democratie. In eigen hoforkest, dat meestal uit het spel van de Virtuosi di Ro- i bij- leine Duruflé-Chevalier (geb, 1921) de echtgenote van Maurice Duru- flé, die deze week jurylid kwartet of een sextet of 15 tot 20 r i trio heeft elk instrument een eigen partij die niet minder be- één afschrijven: „Een Tiaarlpmc:p nreelconcours Sa- langrijk is dan die van het ande- schone vrouw is een paradijs bet Haarlemse orgeiconcours. jsa ro j„ctriimPnt n™aM SnpncrW voor het oog, een hel voor de vagevuur J~ .J bestond. Naar dit van kamermuziek kan het prijzen teruggaan nu de homogeniteit zeldzaam knap vinden. 1 de volmaakte 1 de toonaard ook geheel op een zijweg ^vend gaat (van F-dur naar fis-moll). Maar het slotdeel b.v. is zo gela den pathetisch, dat men zich af vraagt wat Brahms hier eigenlijk weten en spreken laatdunkend over wat zij niet weten". En het alzmede boekje „Sententies" van Samuel Johnson bevat o.m. de uitspraak: „De grootheid van vele mensen berust slechts op de kleinheid van him omgeving". Deze kostbare kleine boekjes, die typografisch zo voerig geschreven (gebouwd in componisten hebben niet in de ka- door Pierre Le Pescheur) Saint-Pierre-de-Mqntroüge. Even- dBee^\»eap'Sev"a„ V eens is een artikel opgenomen (in gehele oeuvre? de vorm van een enquete) over de liturgische taak van het orgel rTEN tijde van de barok was in de r.k. eredienst. Het alles is 1 kamermuziek dus nog niet fraai geïllustreerd. gebonden aan het aantal uitvoe- te technisobe beheersing, dit al leen echter is niet voldoende boe|snd spel te komen. beeft°willen uitdrukken, Het is juist de wijze waarop de ze rasmuzikanten die oude Itali- aanse muziek tot klinken brengen. g"c"hér" en jjemus ui spelen de prachtigste Men voelt achter dit spel het gro- den gespeeld. Hier nogelijk is een boek van de 13de eeuw, dat in een nooit gesproken, volkomen li teraire taal geschreven is, over te zetten ,,in het alledaagse jargon van een decadente tijd". In deze bundel vinden we een aantal vertalingen van Oudjoni- sche godenliederen, een fragment de Perzen van Aeschylos, overwinningshymnen van Pinda rus, Dantes Vita nuova, volledig de Arme Helnrich van Hartmann von cultuur, die een synthe- Aue, en vertalingen van enkele tracht te vormen van de Franse troubadours. iks-Romeinse oudheid (voort- j dc Latijnse middeleeu- Dl' archaïserend vertalen heeft wen) en het Germaanse erfgoed. wetenschappelijke, wel artis- Men zou hem een conservatieve P humanist kunnen noemen. klassieke talen sloot hij zich tij delijk aan bij de school van Stefan George. Met Hugo van Hofmannsthal en xci. Kcxxccx xii Rudolf Alexander Schroder be- instrumenten hoort hij tot de representanten Benedetto Marcello te stijlgevoel van de dirigent (Introductie. Aria en Presto), Bal- al'e musici afzonderlijk, J dassare Galuppi (Concerto c-moll),. Niccolo Ant. P< de (Aria voor cello en strijkers), zo Leonardo Vinci (Drie antieke dan sen voor strijker») en Tommaso lieke waarde en is bedoeld als dichterlijke herschepping van oude kunstwerken. Het zal er waar- Evenals Schroder heeft hij aan schijnlijk niet toe bijdragen, deze zijn tijdgenoten door vertalingen in ruimere kring bekend te ma- Niettemin zijn het twee mooie de schatten van het verleden wil- ken, daarvoor maakte het te veel werken geworden, die door Hoel- len doorgeven. Alleen doet hij dit de indruk van een museale afge- T-. _.:x d WQr_ op gen zeer onge,wone manier. slotenheid, die als kunstprestatie Zc zijp geschreven in een zeer SSj'KS,"te 'SSffïm"'t™8'' beide persenplijk Duits, sommige in een „oor ^.uchtb™r te'zijm Demus uitnemend 'oelt cultuur in elk dezer vertol- kunstenaars tot eer strekken. Ook Middelhoogduits, dat zich orga- Niccolo Ant. Porpora kingen. Een sublieme plaat. bij Benedetto Mazzacurato (cello) hier gaaf werk geleverd. en Renato Zanfini (hobo) de so lopartijen gaal «pelen. opname-technisch heeft de DGG !^S(^ CORN. BASOSKI 1200 heeft ontwikkeld, bedoeld archaïs tisch in wooi'dkeus en zinsbouw, Borchardt heeft ge- J. H. rchardt: blz. Uitg. Ernst Kteff, Stuttgart.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1959 | | pagina 20