CHRISTELIJK Hoofdpijn? Er zijn mogelijkheden, maar hereniging is niet eenvoudig Mag de kerk zoveel geld aan kerkbouw besteden? Regionale organisaties beslist wenselijk Ontsnapt j langs Krakatau Een woord voor vandaag Kanttekening Ook een kerkgebouw is een getuigenis In het blad „Hervormd Neder land" beantwoordt ds. L. H. Ruitenberg de vraag of de kerk wel zoveel geld aan kerkbouw mag uitgeven terwijl er toch nog zoveel andere noden te lenigen zijn: tegen mij: hoe durft de kerk om zoveel geld te vragen voor kerkenbouw, terwijl er in de wereld zo'n grote nood is. die met geld gelenigd kan worden? Boven dien vroeg hij, of de kerken al die onrendabele gebouwen wel no dig hadden. Er waren toch wel gymnastieklokalen, die 's zondags vrij waren? Deze opmerking is se rieus. Als ouderen zoiets zeggen, dan mag men ze verdenken dat ze een argument zoeken om zich aan alle appèls te onttrekken (want wie zo afwerend doet te genover de Kerkbouwactie vloeit meestal ook niet over van ijver voor NOVIB of Internationaal Dia conaal Jaar). Maar als een jon geman dit zegt, is het goed te overwegen, of er toch niet iets in zit. Natuurlijk zit er iets in. Weerspiegeling TTET kerkgebouw is afspiegeling van de situatie der kerk-zelve. Uit de architectuur van oude ker ken weten geleerden, mits zij ar- tisten zijn, theologische gedichten te componeren. Zo van: een goti sche boog is als een zich tot ge bed voegende hand met de top der vingers naar de hemel. Mis schien is daar wel eens te veel bij gedroomd, maar wie meest al als vrijetijdsbesteding in de vakantie kerkgebouwen om zich- zelfswil bezoekt, zal begrip krij gen voor wat de bouwers van eer tijds dachten, zagen, wilden en misschien zelfs wel wat zij geloof den. Wanneer nu, in de tweede helft van de 20ste eeuw, de ker kenbouw een aangevochten zaak is, en wanneer er in schoolloka len, in foyers van bioscopen, in fabriekscantines gekerkt wordt, dan is ook dat een afspiegeling van de situatie der kerk zelve. Maar toch: het is merkwaardig, hoe het plan van de synode om 16 miljoen gulden voor subsidië ring van kerkbouw in te zamelen, imponeert en stimuleert. Eigen huis eis zijn zonder gebouwen, die expres- selijk voor de gemeente neergezet zijn, dan moet direct daarop vol gen: alle eeuwen door en onder alle omstandigheden hebben ge meenten hun aparte huis willen hebben Dat is eenvoudig met het kerk-zijn geweven. Door alle eeu wen heen. Weelderig verzorgd als een barok-kerk in Z.-Duitsland, uitermate sober als een meeting hall van de Quakers gels stadje permacht der Publieke Kerk 17de e. uw, èn van iets doopsge zinds. ziens, dat vraagt om stilte terzijde van het levensgewoel. Neen. ook als het kerkgebouw niet gebruikt wordt, functioneert het. Levert ze een preek. En die getuigenis wordt veel beter of schoon vaak onbewust ver staan. dan men wel eens denkt. Intussen: laten wij daar niet de klemtoon op leggen. Want er ligt een gevaar in, als wij met steen willen preken. Dat worden stenen voor brood. De klemtoon dient op iets an ders te liggen. Hierop: onze Ne derlandse samenleving bouwt hui zen. kantoren, fabrieken. Zonder kerken ontstaat de gevaarlijke si tuatie. dat de concentratiepunten van gemeenschap verloren gaan. Zulk een concentratiepunt is een kerkgebouw. Mits het gebouw het leven der gemeente ruimte geeft voor alle vormen van samenzijn van mensen in deze verwarde we reld. Voor alle vormen, die nuttig, nodig en oorbaar zijn. Nood leningen TEN slotte: maar zijn er dan die noden elders niet? Ja, die zijn er. Maar hoe zou men de verantwoordelijkheid voor die noden anders kunnen leren, dan doordat een volk zijn verbon denheid met de naaste leert? En waar leert hij deze intenser, die per. duurzamer dan juist waar de christelijke gemeente functioneert? Erg spits gezegd en natuur lijk zeer eenzijdig de giften voor kerkbouw stimuleren de ver antwoordelijkheid voor de nood el- Zo is het dus een kwestie van rangorde, of men geld zal geven aan werk in Birma, dan wel aan Kerkbouw. Het is niet een kwes tie of of. Goed beschouwd staat de kerk bouw hoog op de ranglijst der noodzakelijkheden. Ook terwille van al dat andere, waarop ons hart zich uit bijbelse bewogen heid richt. het moet i Wie dus vraagt: is het wel no dig? miskent de kerk-zelf in haar bedoeling. Een gemeente zon der eigen gebouw is als een lichaam, dat geen bewegingsvrij heid en geen frisse lucht krijgt. Het blijft een pierige zaak. Aanwezigheid DE jongeman, wiens vraag wij behandelen, dacht aan de nut teloze situatie. Hij wist niet, dat kerkgebouw reeds door Maar de aanwezigheid een kerkgebouw in een straat, op een plein, in het silhouet van een stad, is reeds een getuigenis. Zo als de Sacré Coeur op Montmartre een getuigenis is van macht, van clericale overwinning van de machten in Parijs, die in 1871 in opstand kwamen En zoals de Doopsgezinde kerk aan de Singel in Amsterdam, met zijn opvallend Generale synode gereformeerde kerken W erkelijkh eidszin en nuchterheid blijven geboden (Van een onzer verslaggevers) In de Westerkerk te Utrecht is de generale synode van de gere formeerde kerken heden haar zit tingen begonnen, nadat maandag avond in de Oosterkerk aldaar een bidstond was gehouden, geleid door ds. P. N. Kruyswijk te Am sterdam, die de vorige synode (Assen 19571958) presideerde, geschieden, die ons verwonderen Uit naairn van de gereformeerde kerk te Utrecht-Oost heeft ds. H W. H. van Andel de eerste zitting geopend, waarbij hij een welkom toeriep aan de afgevaardigde predi kanten, ouderlingen en diakenen en aan de hoogleraren uit Kampen en Amsterdam, die als praeadvi- seurs aan de synode deelnemen. (Advertentie) '7 IS Wf ÉR ÖiqSEN-WEÉR.1 Zeist: P. Klap te 1 Yemeni mr»werk NED. HERV. KERK Beroepen te Oosterwolde (Gld.): W. L. Tukker te Rotterdam-C; te Zutphen: J. P C. van 't Hoff te Ritthem. Bedankt voor Klundert: G. van Estrik te Nieuwland; voor St. Johannesga- en Delfstrahuizen: D. van Boven te Tricht. Aangenomen naar Baflo: J. v. d. Heide, vic. te Windesheim. Aangenomen naai GEREF. KERKEN Beroepen te Reitsum: H. Lijesen, kand. te Beverwijk; te Schiermonnikoog; J. A. A. de Boer, kand. te Naarden. Bedankt voor Leeuwarden: G. Meyster te Ede (reet.). VRIJGEM. GEREF. KERKEN Beroepen te Rozenburg: W. Wieringa, kand. te Rotterdam. CHR. GEREF. KERKEN Beroepen te Werkendam: G. Blom te Meerkerk. GEREF. GEMEENTEN Tweetal te Terneuzen-Axel: H. Rijksen nodig te Vlaardingen en P. Blok. kand. te Rot-1 vinden. Ds. Van Andel herinnerde er aan, dat Utrecht meermalen een synode ontving, b.v. in 1905 en in 1923. De synode van Sneek. in 193: begonnen, werd van 1940 tot 1943 te Utrecht gehouden. In laatst genoemd jaar kwam te Utrecht een nieuwe synode samen, die tot augustus 1945 haar arbeid voortzette. Volgde in 1946 nog de z.g. revisie-synode. De herinnering aan de synodezittingen tussen 1940 en 1946 is echter niet zo op wekkend. Nog afgezien van de spannin gen, veroorzaakt door de oorlog, waren er de interne moeilijkheden. Alles was even abnormaal en triest: van de tijds omstandigheden af tot het agendum der synode toe. Men weet, uat in de periode 19441946 de scheuring entstond en doorwerkte, die leidde tot het bijstaan der vrijgemaakte gereformeerde kerken. De herinnering aan de gebeurtenissen van toen is de laatste tijd weer sterk opgeleefd door interkerkelijke gesprekken, die hier en daar tot verrassende resultaten hebben geleid. Verhoring Men zag daarin aldus ds. Van An del een aanvankelijke verhoring van de gebeden, die jarenlang schijnbaar vruchteloos in de gereformeerde kerken zijn opgezonden. Vooral bij de jongeren, die de gebeurtenissen rond 1944 niet be wust hebben meegemaakt en die noch van de oorzaak noch van de voortduur van het kerkelijk conflict veel konden begrijpen, wsrd nieuwe hoop op wegne ming van de geslagen breuk gewekt. „Het is niet teveel gezegd zo ging ds. Van Andel verder dat thans algemeen de gedachte leeft, dat er mogelijkheden voor hereniging zijn, die er eerder niet waren, en dat daarom dit door God gegeven moment moet worden aangegrepen om in gehoorzaamheid aan de Koning der kerk hartelijk en oprecht dé hand der gemeenschap té reiken aan degenen, die kerkelijk van ons ge scheiden zijn." Vandaar het grote aantal missives van kerkeraden en meerdere vergade ringen, dat bij de synode is binnengeko men en waarin meestal wordt aange drongen op terzijdestelling van de ver- vangingsformule. De zaken liggen echter niet zo eenvou dig als sommigen het zich hebben voor gesteld, meende ds. Van Andel. Nuch terheid en werkelijkheidszin gebieden dit onomwonden uit te spreken. Veel wijsheid en geestelijk inzicht, en boven- grote liefde zal van weerskanten lijn om de weg tot elkander te Vervangingsformule De functie, die de z.g. vervangings formule in het kerkelijk leven speelt, zal in het bijzonder de aandacht der sy node moeten hebben. Ds. Van Andel wees hierbij op de rol van Utrecht. Het was in 1905, dat daar de verklaring aan gaande de onderstelde wedergeboorte tot stand kwam. De bevestiging van deze verklaring, bij de uitspraak over het ge- nadeverbond in 1942, geschiedde even eens te Utrecht. Voorts is de vervan gingsformule in 1946 te Utrecht opge steld. En wat zal er in 1959 te Utrecht gebeuren, vroeg ds. Van Andel. Zal thans deze ..eenvoudige uitspraak de^ geloofs" terzijdegesteld kunnen worden? Moge het u gegeven zijn zo be sloot hij dit punt in het jaar van de Calvijnherdenking in de geest van deze reformator te handelen, die enerzijds met kracht voor de waar heid is opgekomen, maar anderzijds ook in de strjd over meningsverschil len met milde bewogenheid de ker ken van zijn dagen heeft opgeroepen de eenheid in Christus te bewaren. Andere agendapunten Aan de orde komt op de synode ook het grotestadsprobleem. Ds. Van Andel vestigde de aandacht van de leden op wat er te dien aanzien in Utrecht is ge beurd, waar men in 1956 de ene onge deelde kerk in vieren splitste, een be slissing, die zegenrijk gewerkt heeft. T%" Andel achtte de splitsing m de massaliteit te komen. Een ander punt op het synodaal agendum is de be noeming van een hoogleraar in de vaca- ture-G. M. den Hartogh te Kampen. Zeer belangrijk i. de beslissing, die men moet nemen over het aanwijzen van eventueel nieuwe zendingsterreinen, en over de verhouding tot de internatio- teit. Dan wees ds. Van Andel op het rap port over de stand van het geestelijk leven in de gereformeerde kerken, het rapport over de herziening en uitbrei ding van de bundel Enige Gezangen", do meer op de praktijk gerichte oplei ding van a.s. predikanten, en veel klei nere zaken, o.a. met betrekking tot li turgie en kerkorde. Het agendum gloeit nog dagelijks aan. Daarom kon ds. Van Andel moeilijk schatten hoelang de synode zal zitten. Dat men dez< week de zaken alvast overziet en verdeelt, zal de definitieve start in augustus bespoedigen. Overigens bleef tot op heden de werkwijze der sy node een bijna onoplosbaar probleem. Ds. Van Andel durfde niet te hopen, dat d. thans samengekomen synode erin zal slagen spectaculaire veranderingen en verbeteringen in de werkwijze der synode aan te brengen. Bidstond Zoals gezegd leidde ds. Kruyswijk 's avonds tevoren een bidstond voor de synode, waarvoor vrij grote belangstel ling bestond. De ernst van de zaak schetste ds. Kruyswijk door er op te wijzen, dat een synode een onuitwisbaar gebeuren is. Als tekot voor de prediking had ds. Kruyswijk Romeinen 13:14a ge kozen: ,,Doet de Here Jezus Christus Het wereldbeeld, maar ook het aanzien van ons eigen land. tonen verbijsteren de veranderingen. In deze zich al maar wijzigende samenleving staat ook de kerk; zij is echter verdeeld, om niet te zeggen versplinterd. Ook van de gereformeerde kerken is bloed afgetapt. Enerzijds door natuurlij ke oorzaken als emigratie, doch ander zijds door de duivel. Toch gunt Jezus haar nog een plaats in het volksleven. Ds. Kruyswijk sprak over de levensstroom der kerk, die afvloeit in de hoofdstroom, welke recht doorgaat van de heuvels van Christus' krui siging en opstanding die achter ons liggen naar zijn ontzaglijke terug keer, die voor ons ligt. Ds. Kruyswijk zag een synode als kristallisator en katalysator. Hier scheiden de kerken zich of zij buigen zieh naar elkaar toe. Met het oog op de zozeer begeerde eenheid hoopte ds. Kruyswijk op het laatste, hetgeen hij ook tot uitdrukking bracht in 2(jn voorbede voor de synode. Ontmoeting van Aziatische kerken II Westers geloof terdam: te Dirksland: P. Blok, kand. Rotterdam en A. .Elshout te Utrecht. Beroepen te Tholen en te Vlissingen P. Blok, kand. te Rotterdam; te Werken dam: C. Wisse, kand. te Tholen. VRIJE EVANG. GEMEENTEN Aangenomen naar Groningen: Joh. v. d. Béeuwkes te Velp. BAPT. GEMEENTEN Aangenomen naar Treebeek <L.): D. Boschma, kand. te Haarlem. „Maar hoeveel moeilijkheden er ook te overwinnen zijn aldus ds. Van Andel het moet toch mogelijk zijn om, staande bij het kruis van Christus, niet alleen vergeving te ontvangen maar ook vergeving te schenken, en samen een nieuw begin te maken. Onder de leiding des Heiligen Geestes zullen dingen kunnen Griep de wortel van westerse waarden (Van een bijzondere medewerker) In Kuala Lumpur op Malakka hebben de kerken van Oost Azië officieel een eigen raad opge richt die in de toekomst speci aal de problemen waarvoor de kerken in dit deel van de wereld staan onder ogen wil zien. De conferentie was een vervolg op de samensprekingen van Prapat die twee jaar geleden werden gehouden. Onder degenen, die de conferentie uit het Westen als adviseurs bijwoon den zijn er misschien wel enkelen ge weest, die zich hebben afgevraagd ol deze regionale organisatie nu selijk is. Ook in Afrika vindt dergelijke tendens evenals in Latijns Amerika, terwijl sinds kort ook de Europese kerken met elkander ver gaderen. Dreigt hier niet het gevaai 63 Ik ben het met de eerste stuurman eens." Van Effen had zijn revolver reeds weggeborgen. ,,Dit toestel moet alleen maar op ons passen. Het zal ons heus niets doen, maak u daar niet bezorgd Misschien niet, en misschien ook wel." Farn- holme hield zijn karabijn nu niet langer meer ver borgen. ,,Ik zie niet in waarom ik hem er niet een tje zal geven. Het is toch immers een vijand!" Farnholme haalde zwaar adem. „Eén kogel in zijn „Dat doe je niét, Foster Farnholme." De stem van juffrouw Plenderleith klonk koud, snijdend en gebiedend. „Je gedraagt je als een idioot, als een kind zonder enig verantwoordelijkheidsgevoel. On middellijk neei met die karabijn!" Farnholme be gon reeds te bezwijken voor haar scherpe blik en voor de gesel van haar tong. „Waarom zou je een vinger in een wespennest steken? Als je schiet, maak je hem kwaad, en voor je weet wat er gebeurt, heeft hij de helft van ons neergemaaid. En het ongeluk is, dat er geen en kele zekerheid bestaat dat je zelf ook met zult be horen tot dae helft welke het kind van de rekening wordt." Nicolson had moeite zich goed te houden. Waar deze tocht hen nog zou brengen, wist hij hoege naamd niet, maar zolang hij duurde, beloofde de felle antipathie tussen Farnholme en juffrouw Plen derleith een rijk vloeiende bron van onschuldig ver maak te zullen worden: nog niemand had hen ook maar één vriendelijk woord tegen elkaar horen zeggen. „Kom nou, Constance." De stem van de brigade generaal klonk half uitdagend, half verzoenend. „Je hebt het recht ndet „Schei nou maar uit met dat „Constance!" viel zij hem ijzig in de rede. „En doe die karabijn weg. Niemand van ons is van plan zich op te offeren op het altaar van je late dapperheid en je misplaat ste krijgshaftigheid." Zij wierp hem nog een laat ste koude, onverschillige blik toe en draaide zich daarna ostentatief om. Zij beschouwde de zaak als afgedaan, en Farnholme had een behoorlijke afstraf fing gehad. ,,U en de generaal kennen elkaar zeker al een door ALISTAIR MAC LEAN (vertaling Rob Limburg) hele tijd?" waagde Nicolson te vragen. Een ogenblik werd hij het slachtoffer van haar ijskoude blik, en hij was reeds bang dat hij te ver was gegaan, toen zij de lippen opeenklemde en knik te. „Al heel lang. Wat mij betreft veel te lang. Hij stond in Singapore aan het hoofd van een regiment, jaren voor de oorlog, maar ik betwijfel of dat hem dikwijls heeft gezien. Hij leefde feitelijk in de Ben gal Club. Dronken natuurlijk. Altijd „Mevrouw!" Farnholme schreeuwde het uit, ter wijl zijn borstelige witte wenkbrauwen trokken van woede. „Als u een man was... „Kom. maak je nou asjeblieft niet zo druk," viel zij hem vermoeid in de rede. „Wanneer je altijd maar weer hetzelfde debiteert, gaat dat zo wanho pig vervelen!" Farnholme bleef nog woedend namopperen, maar ieders aandacht werd plotseling weer getrokken door het vliegtuig. Het gebrom van de motor was op eens zwaarder geworden, en één ogenblik dacht Ni colson. dat het toestel tot de aanval wilde overgaan, maar opeens realiseerde hij zich, dat de kringen die het maakte eer groter begonnen te worden dan kleiner. De piloot had de motor slechts aangezet om hoger te kunnen stijgen. Hij cirkelde nog wel steeds om hen heen, doch bleef voortdurend stijgen, wel langzaam, maar toch onmiskenbaar. Toen hij on geveer vijftienhonderd meter hoog was, hiéld hij daarmee op en begon nu grote kringen te beschrij ven met een middellijn van vier a vijf mijl. „Waarom denkt u dat hij dat heeft gedaan?" Hel was Fmdhorn, die dat vroeg Zijn stem klonk krach tiger en helderder dan ooit. sinds hij werd gewond. „Vindt u dat ook niet erg merkwaardig, mijnheer Nicolson?" Nicolson glimlachte tegen de kapitein. „Ik dacht dat u nog altijd sliép, kapitein. Hoe voelt dorst. Dank pakken, kromp opeens wel, juffrouw van de plotse linge pijn die deze beweging veroorzaakte, en keek toen Nicolson weer aan. „U hebt nog geen antwoord gegeven op mijn vraag." „Pardon, kapitein. Er valt zo moeilijk wat van te zeggen. Ik vermoed dat er nog een paar van zijn kameraden in aantocht zijn om naar ons te kijken, en dat hij nu wat hoger gaat vliegen, zodat ze be ter zullen kunnen zien waar ze moeten zijn." „Uw veronderstellingen hebben de onhebbelijke eigenschap, dat ze de spijker beter op de kop slaan dan me lief is." Findhorn zweeg en zette zijn tanden in een sandwich met corned beef. Er verliep een half uur, zonder dat het water vliegtuig zijn positie ten aanzien van hen merkbaar veranderde. Het begon langzamerhand een zenuw slopende geschiedenis te worden, en hun nekken be gonnen pijn te doen van het voortdurend naar boven kijken. Maar m ieder geval was het nu toch wel duidelijk, dat het vliegtuig geen rechtstreeks vijan delijke bedoelingen jegens hen koesterde. Opnieuw verliep er een half uur, en de bloedrode zon zakte nu snel en loodrecht naar het punt waar ze het water zou raken van een spiegelgladde zee, die aan de oostelijke gezichtseinder in een vage ne vel overging, maar naar het westen één grote, roer loze vermiljoenen vlakte was, die zich uitstrekte tot aan de ondergaande zon. Helemaal glad was' het zeeoppervlak in deze richting echter niet: een paar kleine eilandjes onderbraken hier de rode gloed op het water en staken donker af tegen de nu bijna horizontale zonnestralen. En in de verte links, net aan stuurboordzijde var de boeg, begon een wat groter vlak eiland op een afstand van ongeveer vier mijl bijna onmerkbaar boven de waterspiegel op te duiken. Kort nadat zij dit laatste eiland hadden ontdekt, zagen zij dat het vliegtuig hoogte minderde en met een lange, lichte duik koers zette naar het oosten disers aanwezig van kerken "uit alle Vannier keek Nicolson hoopvol aan. i landen van Oost- en Zuid-Oost-Azië, (Wordt vervcgd) met uitzondering van China. Evenmin hierdoor de wereldomvattende meenschap der Christenen niet schaad? Wij menen op deze vragen te mogen antwoorden, dat ook zij die aanvan kelijk aarzelend stonden tegenover de ze nieuwe beweging in Azië er thans van overtuigd zijn, dat dit eèn goede Deze betrekkelijk kleine kerken, wonen in een gebied waar de helft van de wereldbevolking leeft, hebben zoveel zaken gemeen, dat het alleen maar goed kan zijn dat zij daar men over spreken en samen naar op lossingen voor allerlei vragen zoeken waarvoor zij zich in de Aziatische houdingen zien gesteld. Zij zijn ten slotte overal slechts klei ne minderheden temidden van miljoe nen volken, die nog nooit door het Evangelie werkelijk zijn beïnvloed, zij moeten leven onder regeringen, die uit niet-christenen bestaan en in landen waar de grote wereldgodsdiensten in de laatste jaren sterk opleven. Bovendien leven zij bijna allen in omgeving, waarin allerlei traditionele maatschappelijke vormen en regels worden ondermijnd en men gedwon gen is naar nieuwe vormen te zoeken. Men stelle zich slechts voor wat het voor de bevolking van India moet be tekenen dat dit Tand met grote snel heid zich tot één van de grootste ge- industrialiseerde landen der wereld ontwikkelt. Om van China nog helemaal niet te spreken. Daarbij leven zij allen in landen, die nog maar voor enkele jaren zelfstan dig werden, die dus een felle natio nalistische beweging kennen, maar die nu de strijd om de vrijheid voor bij is, geroepen zijn een natie te vor men en de rechte verhouding te vin den van volk en staat. Een voor Azië geheel nieuw probleem. Kan in Azië een vrije, parlementaire democratie bestaan? Bedreigt die niét de nationale eenheid? De Westerse overheersing van Azië heeft de Wes terse waarden ingang doen vinden. Maar deze waarden zijn uiteindelijk geworteld in het Evangelie van Jezus Christus, immers dit westen is, hoezeer ook gesaeculariseerd, niet meer te denken zonder het Evangelie dat hier bevruchtend heeft gewerkt. Deze waarden wil Azië behouden. Kan dat zonder de wortel? Kan dat in een hindoeïstisch, boeddhistisch of mo hammedaans volk? Hoe kan en moet een Christen leven in de huidige Azia tische politieke werëjd? Dat zijn et is goed om daar samen een ant woord op te zoeken en dan zoals op de conferentie in Kuala Lumpur ge beurde onder leiding van de Indiase socioloog Dr. M. M. Thomas, een van de meest vooraanstaande Christenlei ders van Azië. Misschien is het niet juist om te zeggen, dat de conferen tie onder zijn leiding een antwoord gaf op de gestelde vragen, maar het was op zichzelf al go°d en verhelde rend dat de vragen op de juiste wijze en in het licht van het Evangelie door hem werden gesteld. Het hielp de on geveer 140 Aziatische deelnemers om hier op de rechte wijze over te gaan denken en spreken in hun eigen kerk. Op de conferentie waren vertegenwoor- In het oude Athene wilde men geen enkel risico nemen. I was geen straat of plein waar niet het één of andere voorwej van verering stond, een beeld, een altaar. U moet zich zoit voorstellen in Den Haag of Rotterdam, in Leiden of in Dr drecht! En dan ook ergens, op een keurig onderhouden plei tje, een altaar mei het opschrift: „Aan een onbekende gof Omdat men tensotte nooit kan weten, of alle goden wel pe sent zijn! Zo was het in Athene. Paulus zegt en het mt> sarcastisch geklonken hebben te hebben ontdekt, dat Atheners buitengewoon ontzag voor godheden hebben, (f zoals in de oude vertaling in Handelingen 17 stond, alleszi\ godsdienstig zijn. U weet wat hij doet: met een slag veegt h al die goden van de kaart en proclameert hij de enige waai achtige God. Voor de Atheners de grote onbekende, van wi zij nu horen, dat Hij het is, Die aan allen leven en adem e alles geeft. Het moet als een bom zijn ingeslagen, deze medt deling. Want de toehoorders moeten onmiddellijk hebben be grepen, dat, wanneer dit werkelijk waar is, gans hun gods dienstigheid inhoudloos en dus zinloos is geweest. Waar d grote onbekende zich bekend maakt als Degene, Die de bro is van alle leven en de zin van alle bestaan, vallen de afgods beelden in puin letterlijk en figuurlijk, toen en nu! BILLIJK OORDELEN verdere ontwikkeling van de so ciale wetgeving na de in een vorig artikel op deze plaats ge schetste periode-Aalberse werd ge remd door de moeilijke omstandig heden, waarin ons land tussen de beide wereldoorlogen verkeerde. Wel waren niet alle jaren even on gunstig. Maar toch was reeds in 1920 merkbaar, dat de oorlog van 1914 tot 1918 ook voor ons land beden kelijke gevolgen had. In dat jaar zagen wij een daling van de prijzen, een toeneming van het aantal faillissementen, en voor al een omvangrijker werkloosheid. Deze laatste werd in sterke mate beïnvloed door de geleidelijke te rugkeer van arbeiders, die tot dus ver het gehele jaar, of althans een groot gedeelte daarvan, in Duits land emplooi hadden gevonden. Zij moesten wel repatriëren; de toe stand in Duitsland was voor hen, niet het minst als gevolg van de inflatie, onhoudbaar geworden. Voor al de grensgemeenten in het Oos ten en Noorden des lands kregen het moeilijk. Hulp van rijkswege moest worden geboden. Velen meenden, dat nu reeds de steeds gevreesde na-oorlogscrisis was aangebroken. Maar dit bleek een vergissing. De toestand verbe terde vrij spoedig, dank zij de cre- dietstroom, die uit Amerika naar Duitsland vloeide en waarvan Ne derland mee profiteerde, o.m. door de opleving van het havenverkeer en van de Rijnvaart. Het herstel in Indië had eveneens goede gevolgen. De jaren 1927 tot 1929 kon men, gelet op de verar ming van miljoenen elders, verlies van afzetgebieden, fouten van Ver sailles, betrekkelijk gunstig noe men. Betrekkelijk, want de werk loosheid bleef, ondanks de uitvoe ring van publieke werken, ontgin ningen, enz., verontrustend hoog. De positie van de landbouw was ook allesbehalve bevredigend. Toch werden vóór de grote crisis van de jaren dertig zich in felheid liet gevoelen nog enkele sociale wet ten tot stand gebracht, die het be wijs leverden, dat men de sociale koerS wilde voortzetten, zij het ook in eèn geleidelijk tempo. Zoals wij reeds mededeelden, werd in 1930 de gewijzigde Ziektewet uit gevoerd. Zij was van zegenrijke be tekenis. Voor haar totstandkoming was een deel der arbeiders bij ziek te slechts aangewezen op ondersteu ning van diakonieën of instellingen van maatschappelijk hulpbetoon. In Talma's dagen bleek bij een onder zoek, dat nauwelijks 35 pet. van de Nederlandse loontrekkenden enige zekerheid van inkomsten had in dagen van ziekte. En hoe waren dan nog de uitkeringen! In de premie der ziekenkosten droegen de onder nemingen slechts bij uitzondering bij. Nu was er sedert 1911 wel heel wat verbeterd, dank zij het organi satorisch overleg tussen werkgevers en werknemers. Maar het aantal nlet-verzekcrdcn was ook in 1930 nog zeer groot. Doorbetaling van het loon, geheel of gedeeltelijk, bij ziek te kende men alleen bij de over heidsdiensten en bij enige grotere ondernemingen. Een verplichte ver zekering was bovendien nodig, wil de men de invaliditeitsverzekering goed laten functioneren. In de aan de tweede wereldoorlog voorafgaande jaren kwamen voorts tot stand een wet tot bescherming van arbeiders in de huisindustrie, een civielrechtelijke regeling van de collectieve arbeidsovereenkomst, een wet op de winkelsluiting, een arbeidsbemiddelingswet, een ambte narenwet, een bedrijfsradenwet. On der de kabinetten-Colijn (1933 tot 1939) werd de mogelijkheid geopend om ondernemersovereenkomsten en collectieve arbeidscontracten ver bindend te verklaren. De beide laatstgenoemde wetten hebben, met de Bedrijfsradenwet, de gedachte der bedrijfsorganisatie almeer in gang doen vinden. Onder het laatste kabinet-CoIijn werd een ontwerp-kinderbijslagver- zekering door de Tweede Kamer aanvaard. Voorheen hadden de so ciaal-democraten meermalen zich fel tegen kinderbijslagen verzet. Maar allengs was hun oppositie ver zwakt, al onthielden nog enkele so cialistische Kamerleden hun stem aan het ontwerp-Romme. De Eer ste Kamer gaf in het begin van 194 haar fiat. Inmiddels was het kabl net-De Geer opgetreden, waarvai ook sociaal-democraten deel uil maakten. Geen van de sociale maatregelen in een reeks van jaren genomen werd in de felle crisistijd aange tast. Maar het bij velen bestaam verlangen naar verbetering van di Invaliditeits -en Ouderdomswet weri! helaas niet bevredigd. Dit valt we! zeer te betreuren. De crisismaatre gelen, de bestrijding van de werk loosheid, de steun aan de landbouw, de ongunstige financiële positie van het rijk en van vele gemeenten leg den beslag op veler aandacht. Men durfde geen nieuwe lasten op het bedrijfsleven en op de schatkist tc leggen. Gevreesd werd ook voor verplaat sing van bedrijven, met name naai het „goedkopere" België. Er was reeds te constateren een verschui ving van Amsterdamse diamantin dustrieën naar Antwerpen en omge ving. Er is het kan moeilijk geloochend worden veel gedaan voor de le niging van de noden, die door werk loosheid waren ontstaan. Maar stel lig nog niet genoeg. Evenwel kan niemand volhouden, dat het moge lijk zou zijn geweest om het kwaad meer radicaal te overwinnen. Ons land is aangewezen op export, op internationaal verkeer, op het bewijzen van diensten aan andere volken. Maar in de rampzalige ja ren 1930 tot 1940 was er in tal van landen een grijpen naar protectio nistische wapens, een streven naar autarkie. Men meende daardoor op de been te kunnen blijven, maar men kwam steeds dieper in het moeras. Zelfs de devaluatie van het ruilmiddel werd een wapen in de onderlinge strijd op de reeds ineen geschrompelde wereldmarkt. Duits land verkoos onder Hitier kanon nen boven boter. Ons land leed on der dit alles in ernstige mate. Nederland heeft zich op internatio nale conferenties, bij monde vooral van Colijn, geducht geweerd en zich tegen het autarkisch streven verzet. Maar de slechte praktijk werd, ook bij principiële instemming met Co- lijns denkbeelden, voortgezet. Wanneer wij met de economische moeilijkheden rekening houden en daarbij tegelijk letten op hetgeen in vele andere landen op sociaal-wet gevend terrein was tot stand geko men, valt de vergelijking stellig niet in ons nadeel uit. Wij behoor den in 1940 tot de meest progressie ve landen, zoals ook op de interna tionale conferenties te Genève werd erkend. Wat niet wegneemt, dat ve len ook hier met grote moeilijkhe den hadden te worstelen. Ten onrechte wordt soms over het voor-oorlogse sociale beleid met een zekere minachting gesproken. In die tijd werd evenwel de basis gelegd voor veel van hetgeen later is ge schied. De met name bij de cri sismaatregelen en bij de werkloos heidsbestrijding gemaakte fouten kunnen ten volle erkend worden, zonder aan het beleid alle waarde ring te onthouden. Bij vergelijkingen met de na-oor- logse jaren, waarin socialisten deel uitmaakten van de kabinetten, moet in billijkheid rekening worden ge houden met de grote verschillen in economische en financiële omstan digheden. Ook wanneer men niet vergeet de daling der geldswaarde, kan men niet ontkennen, dat de al gemene welvaart is toegenomen. Dank zij mede een vrijer interna tionaal verkeer en de ontwikkeling der techniek, die de productiviteit van de arbeid verhoogde. De na-oorlogse sociale maatrege len konden zonder veel strijd tot stand worden gebracht. De socialis tische ministers Drees en Suurhoff konden niet klagen over de con structieve medewerking van de rechtse groepen. Daardoor alleen konden zij slagen. Men ga slechts na wat er in feite is gebeurd. En lette daarbij ook op het aandeel van rechtse ministers in de gemeng de kabinetten. Men zal dan spoedig ontdekken, dat er voor overwaardering van de pres- tatlrs der socialistische ministers Seen reden is. Wel voor wsarde- ring. Zij hadden echter de wind mee. ONDERWIJSGENOEMINGEN als tijdens de conferentie van Prapat was het blijkbaar aan vertegenwoordi gers der Chinese Kerk toegestaan dit Benoemd tot onderwijzer aan de Chr contact te hebben met broeders uit an- ULO te Doesburg: C. Wiarati te Frane- dere kerken in Azië. Uit Indonesië wa-, ker; aan de Bilderdijk ULO te Den ren 14 deelnemers gekomen, terwijl' Haag: J. P. Schoonheim te Amsterdam in Kuala Lumpur ook voor het eerst een Maoripredikant uit Nieuw Zee- Benoemd tot onderwijzeres aan de ds. land een oecumenische conferentie G A. v. d Hooftschool te Overschie1 bijwoonde. jmej. J van Berkel te Assen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1959 | | pagina 2