CHRISTELIJK
Hoofdpijn?
Er zijn mogelijkheden, maar
hereniging is niet eenvoudig
Mag de kerk zoveel geld
aan kerkbouw besteden?
Regionale organisaties
beslist wenselijk
Ontsnapt
j langs Krakatau
Een woord voor vandaag
Kanttekening
Ook een kerkgebouw is
een getuigenis
In het blad „Hervormd Neder
land" beantwoordt ds. L. H.
Ruitenberg de vraag of de kerk
wel zoveel geld aan kerkbouw
mag uitgeven terwijl er toch
nog zoveel andere noden te
lenigen zijn:
tegen mij: hoe durft de
kerk om zoveel geld te vragen
voor kerkenbouw, terwijl er in de
wereld zo'n grote nood is. die met
geld gelenigd kan worden? Boven
dien vroeg hij, of de kerken al
die onrendabele gebouwen wel no
dig hadden. Er waren toch wel
gymnastieklokalen, die 's zondags
vrij waren? Deze opmerking is se
rieus. Als ouderen zoiets zeggen,
dan mag men ze verdenken dat
ze een argument zoeken om zich
aan alle appèls te onttrekken
(want wie zo afwerend doet te
genover de Kerkbouwactie vloeit
meestal ook niet over van ijver
voor NOVIB of Internationaal Dia
conaal Jaar). Maar als een jon
geman dit zegt, is het goed te
overwegen, of er toch niet iets in
zit. Natuurlijk zit er iets in.
Weerspiegeling
TTET kerkgebouw is afspiegeling
van de situatie der kerk-zelve.
Uit de architectuur van oude ker
ken weten geleerden, mits zij ar-
tisten zijn, theologische gedichten
te componeren. Zo van: een goti
sche boog is als een zich tot ge
bed voegende hand met de top
der vingers naar de hemel. Mis
schien is daar wel eens te veel
bij gedroomd, maar wie meest
al als vrijetijdsbesteding in de
vakantie kerkgebouwen om zich-
zelfswil bezoekt, zal begrip krij
gen voor wat de bouwers van eer
tijds dachten, zagen, wilden en
misschien zelfs wel wat zij geloof
den. Wanneer nu, in de tweede
helft van de 20ste eeuw, de ker
kenbouw een aangevochten zaak
is, en wanneer er in schoolloka
len, in foyers van bioscopen, in
fabriekscantines gekerkt wordt,
dan is ook dat een afspiegeling
van de situatie der kerk zelve.
Maar toch: het is merkwaardig,
hoe het plan van de synode om
16 miljoen gulden voor subsidië
ring van kerkbouw in te zamelen,
imponeert en stimuleert.
Eigen huis eis
zijn zonder gebouwen, die expres-
selijk voor de gemeente neergezet
zijn, dan moet direct daarop vol
gen: alle eeuwen door en onder
alle omstandigheden hebben ge
meenten hun aparte huis willen
hebben Dat is eenvoudig met het
kerk-zijn geweven. Door alle eeu
wen heen. Weelderig verzorgd als
een barok-kerk in Z.-Duitsland,
uitermate sober als een meeting
hall van de Quakers
gels stadje
permacht der Publieke Kerk
17de e. uw, èn van iets doopsge
zinds. ziens, dat vraagt om stilte
terzijde van het levensgewoel.
Neen. ook als het kerkgebouw
niet gebruikt wordt, functioneert
het. Levert ze een preek. En die
getuigenis wordt veel beter of
schoon vaak onbewust ver
staan. dan men wel eens denkt.
Intussen: laten wij daar niet de
klemtoon op leggen. Want er ligt
een gevaar in, als wij met steen
willen preken. Dat worden stenen
voor brood.
De klemtoon dient op iets an
ders te liggen. Hierop: onze Ne
derlandse samenleving bouwt hui
zen. kantoren, fabrieken. Zonder
kerken ontstaat de gevaarlijke si
tuatie. dat de concentratiepunten
van gemeenschap verloren gaan.
Zulk een concentratiepunt is een
kerkgebouw. Mits het gebouw het
leven der gemeente ruimte geeft
voor alle vormen van samenzijn
van mensen in deze verwarde we
reld. Voor alle vormen, die nuttig,
nodig en oorbaar zijn.
Nood leningen
TEN slotte: maar zijn er dan die
noden elders niet?
Ja, die zijn er. Maar hoe zou
men de verantwoordelijkheid voor
die noden anders kunnen leren,
dan doordat een volk zijn verbon
denheid met de naaste leert? En
waar leert hij deze intenser, die
per. duurzamer dan juist waar de
christelijke gemeente functioneert?
Erg spits gezegd en natuur
lijk zeer eenzijdig de giften
voor kerkbouw stimuleren de ver
antwoordelijkheid voor de nood el-
Zo is het dus een kwestie van
rangorde, of men geld zal geven
aan werk in Birma, dan wel aan
Kerkbouw. Het is niet een kwes
tie
of of.
Goed beschouwd staat de kerk
bouw hoog op de ranglijst der
noodzakelijkheden. Ook terwille
van al dat andere, waarop ons
hart zich uit bijbelse bewogen
heid richt.
het moet i
Wie dus vraagt: is het wel no
dig? miskent de kerk-zelf in
haar bedoeling. Een gemeente zon
der eigen gebouw is als een
lichaam, dat geen bewegingsvrij
heid en geen frisse lucht krijgt.
Het blijft een pierige zaak.
Aanwezigheid
DE jongeman, wiens vraag wij
behandelen, dacht aan de nut
teloze situatie. Hij wist niet, dat
kerkgebouw reeds door
Maar de aanwezigheid
een kerkgebouw in een straat, op
een plein, in het silhouet van een
stad, is reeds een getuigenis. Zo
als de Sacré Coeur op Montmartre
een getuigenis is van macht, van
clericale overwinning van de
machten in Parijs, die in 1871 in
opstand kwamen En zoals de
Doopsgezinde kerk aan de Singel
in Amsterdam, met zijn opvallend
Generale synode gereformeerde kerken
W erkelijkh eidszin
en nuchterheid
blijven geboden
(Van een onzer verslaggevers)
In de Westerkerk te Utrecht is
de generale synode van de gere
formeerde kerken heden haar zit
tingen begonnen, nadat maandag
avond in de Oosterkerk aldaar een
bidstond was gehouden, geleid
door ds. P. N. Kruyswijk te Am
sterdam, die de vorige synode
(Assen 19571958) presideerde, geschieden, die ons verwonderen
Uit naairn van de gereformeerde
kerk te Utrecht-Oost heeft ds. H
W. H. van Andel de eerste zitting
geopend, waarbij hij een welkom
toeriep aan de afgevaardigde predi
kanten, ouderlingen en diakenen
en aan de hoogleraren uit Kampen
en Amsterdam, die als praeadvi-
seurs aan de synode deelnemen.
(Advertentie)
'7 IS Wf ÉR ÖiqSEN-WEÉR.1
Zeist: P. Klap te
1 Yemeni mr»werk
NED. HERV. KERK
Beroepen te Oosterwolde (Gld.): W. L.
Tukker te Rotterdam-C; te Zutphen:
J. P C. van 't Hoff te Ritthem.
Bedankt voor Klundert: G. van Estrik
te Nieuwland; voor St. Johannesga- en
Delfstrahuizen: D. van Boven te Tricht.
Aangenomen naar Baflo: J. v. d. Heide,
vic. te Windesheim.
Aangenomen naai
GEREF. KERKEN
Beroepen te Reitsum: H. Lijesen, kand.
te Beverwijk; te Schiermonnikoog; J. A.
A. de Boer, kand. te Naarden.
Bedankt voor Leeuwarden: G. Meyster
te Ede (reet.).
VRIJGEM. GEREF. KERKEN
Beroepen te Rozenburg: W. Wieringa,
kand. te Rotterdam.
CHR. GEREF. KERKEN
Beroepen te Werkendam: G. Blom te
Meerkerk.
GEREF. GEMEENTEN
Tweetal te Terneuzen-Axel: H. Rijksen nodig
te Vlaardingen en P. Blok. kand. te Rot-1 vinden.
Ds. Van Andel herinnerde er aan, dat
Utrecht meermalen een synode ontving,
b.v. in 1905 en in 1923. De synode van
Sneek. in 193: begonnen, werd van 1940
tot 1943 te Utrecht gehouden. In laatst
genoemd jaar kwam te Utrecht een
nieuwe synode samen, die tot augustus
1945 haar arbeid voortzette. Volgde in
1946 nog de z.g. revisie-synode.
De herinnering aan de synodezittingen
tussen 1940 en 1946 is echter niet zo op
wekkend. Nog afgezien van de spannin
gen, veroorzaakt door de oorlog, waren
er de interne moeilijkheden. Alles was
even abnormaal en triest: van de tijds
omstandigheden af tot het agendum der
synode toe.
Men weet, uat in de periode 19441946
de scheuring entstond en doorwerkte, die
leidde tot het bijstaan der vrijgemaakte
gereformeerde kerken. De herinnering
aan de gebeurtenissen van toen is de
laatste tijd weer sterk opgeleefd door
interkerkelijke gesprekken, die hier en
daar tot verrassende resultaten hebben
geleid.
Verhoring
Men zag daarin aldus ds. Van An
del een aanvankelijke verhoring van
de gebeden, die jarenlang schijnbaar
vruchteloos in de gereformeerde kerken
zijn opgezonden. Vooral bij de jongeren,
die de gebeurtenissen rond 1944 niet be
wust hebben meegemaakt en die noch
van de oorzaak noch van de voortduur
van het kerkelijk conflict veel konden
begrijpen, wsrd nieuwe hoop op wegne
ming van de geslagen breuk gewekt.
„Het is niet teveel gezegd zo
ging ds. Van Andel verder dat
thans algemeen de gedachte leeft,
dat er mogelijkheden voor hereniging
zijn, die er eerder niet waren, en dat
daarom dit door God gegeven
moment moet worden aangegrepen
om in gehoorzaamheid aan de Koning
der kerk hartelijk en oprecht dé
hand der gemeenschap té reiken aan
degenen, die kerkelijk van ons ge
scheiden zijn."
Vandaar het grote aantal missives
van kerkeraden en meerdere vergade
ringen, dat bij de synode is binnengeko
men en waarin meestal wordt aange
drongen op terzijdestelling van de ver-
vangingsformule.
De zaken liggen echter niet zo eenvou
dig als sommigen het zich hebben voor
gesteld, meende ds. Van Andel. Nuch
terheid en werkelijkheidszin gebieden
dit onomwonden uit te spreken. Veel
wijsheid en geestelijk inzicht, en boven-
grote liefde zal van weerskanten
lijn om de weg tot elkander te
Vervangingsformule
De functie, die de z.g. vervangings
formule in het kerkelijk leven speelt,
zal in het bijzonder de aandacht der sy
node moeten hebben. Ds. Van Andel
wees hierbij op de rol van Utrecht. Het
was in 1905, dat daar de verklaring aan
gaande de onderstelde wedergeboorte
tot stand kwam. De bevestiging van deze
verklaring, bij de uitspraak over het ge-
nadeverbond in 1942, geschiedde even
eens te Utrecht. Voorts is de vervan
gingsformule in 1946 te Utrecht opge
steld. En wat zal er in 1959 te Utrecht
gebeuren, vroeg ds. Van Andel. Zal
thans deze ..eenvoudige uitspraak de^
geloofs" terzijdegesteld kunnen worden?
Moge het u gegeven zijn zo be
sloot hij dit punt in het jaar van
de Calvijnherdenking in de geest van
deze reformator te handelen, die
enerzijds met kracht voor de waar
heid is opgekomen, maar anderzijds
ook in de strjd over meningsverschil
len met milde bewogenheid de ker
ken van zijn dagen heeft opgeroepen
de eenheid in Christus te bewaren.
Andere agendapunten
Aan de orde komt op de synode ook
het grotestadsprobleem. Ds. Van Andel
vestigde de aandacht van de leden op
wat er te dien aanzien in Utrecht is ge
beurd, waar men in 1956 de ene onge
deelde kerk in vieren splitste, een be
slissing, die zegenrijk gewerkt heeft.
T%" Andel achtte de splitsing m
de massaliteit te komen. Een ander
punt op het synodaal agendum is de be
noeming van een hoogleraar in de vaca-
ture-G. M. den Hartogh te Kampen.
Zeer belangrijk i. de beslissing, die
men moet nemen over het aanwijzen
van eventueel nieuwe zendingsterreinen,
en over de verhouding tot de internatio-
teit.
Dan wees ds. Van Andel op het rap
port over de stand van het geestelijk
leven in de gereformeerde kerken, het
rapport over de herziening en uitbrei
ding van de bundel Enige Gezangen",
do meer op de praktijk gerichte oplei
ding van a.s. predikanten, en veel klei
nere zaken, o.a. met betrekking tot li
turgie en kerkorde.
Het agendum gloeit nog dagelijks aan.
Daarom kon ds. Van Andel moeilijk
schatten hoelang de synode zal zitten.
Dat men dez< week de zaken alvast
overziet en verdeelt, zal de definitieve
start in augustus bespoedigen. Overigens
bleef tot op heden de werkwijze der sy
node een bijna onoplosbaar probleem.
Ds. Van Andel durfde niet te hopen, dat
d. thans samengekomen synode erin
zal slagen spectaculaire veranderingen
en verbeteringen in de werkwijze der
synode aan te brengen.
Bidstond
Zoals gezegd leidde ds. Kruyswijk
's avonds tevoren een bidstond voor de
synode, waarvoor vrij grote belangstel
ling bestond. De ernst van de zaak
schetste ds. Kruyswijk door er op te
wijzen, dat een synode een onuitwisbaar
gebeuren is. Als tekot voor de prediking
had ds. Kruyswijk Romeinen 13:14a ge
kozen: ,,Doet de Here Jezus Christus
Het wereldbeeld, maar ook het aanzien
van ons eigen land. tonen verbijsteren
de veranderingen. In deze zich al maar
wijzigende samenleving staat ook de
kerk; zij is echter verdeeld, om niet te
zeggen versplinterd.
Ook van de gereformeerde kerken is
bloed afgetapt. Enerzijds door natuurlij
ke oorzaken als emigratie, doch ander
zijds door de duivel. Toch gunt Jezus
haar nog een plaats in het volksleven.
Ds. Kruyswijk sprak over de
levensstroom der kerk, die afvloeit in
de hoofdstroom, welke recht doorgaat
van de heuvels van Christus' krui
siging en opstanding die achter ons
liggen naar zijn ontzaglijke terug
keer, die voor ons ligt.
Ds. Kruyswijk zag een synode als
kristallisator en katalysator. Hier
scheiden de kerken zich of zij buigen
zieh naar elkaar toe. Met het oog op
de zozeer begeerde eenheid hoopte
ds. Kruyswijk op het laatste, hetgeen
hij ook tot uitdrukking bracht in 2(jn
voorbede voor de synode.
Ontmoeting van Aziatische kerken II
Westers geloof
terdam: te Dirksland: P. Blok, kand.
Rotterdam en A. .Elshout te Utrecht.
Beroepen te Tholen en te Vlissingen
P. Blok, kand. te Rotterdam; te Werken
dam: C. Wisse, kand. te Tholen.
VRIJE EVANG. GEMEENTEN
Aangenomen naar Groningen: Joh. v. d.
Béeuwkes te Velp.
BAPT. GEMEENTEN
Aangenomen naar Treebeek <L.): D.
Boschma, kand. te Haarlem.
„Maar hoeveel moeilijkheden er
ook te overwinnen zijn aldus ds.
Van Andel het moet toch mogelijk
zijn om, staande bij het kruis van
Christus, niet alleen vergeving te
ontvangen maar ook vergeving te
schenken, en samen een nieuw begin
te maken. Onder de leiding des
Heiligen Geestes zullen dingen kunnen
Griep
de wortel van
westerse waarden
(Van een bijzondere
medewerker)
In Kuala Lumpur op Malakka
hebben de kerken van Oost Azië
officieel een eigen raad opge
richt die in de toekomst speci
aal de problemen waarvoor de
kerken in dit deel van de wereld
staan onder ogen wil zien. De
conferentie was een vervolg op
de samensprekingen van Prapat
die twee jaar geleden werden
gehouden.
Onder degenen, die de conferentie
uit het Westen als adviseurs bijwoon
den zijn er misschien wel enkelen ge
weest, die zich hebben afgevraagd ol
deze regionale organisatie nu
selijk is. Ook in Afrika vindt
dergelijke tendens evenals in Latijns
Amerika, terwijl sinds kort ook de
Europese kerken met elkander ver
gaderen. Dreigt hier niet het gevaai
63
Ik ben het met de eerste stuurman eens." Van
Effen had zijn revolver reeds weggeborgen. ,,Dit
toestel moet alleen maar op ons passen. Het zal
ons heus niets doen, maak u daar niet bezorgd
Misschien niet, en misschien ook wel." Farn-
holme hield zijn karabijn nu niet langer meer ver
borgen. ,,Ik zie niet in waarom ik hem er niet een
tje zal geven. Het is toch immers een vijand!"
Farnholme haalde zwaar adem. „Eén kogel in zijn
„Dat doe je niét, Foster Farnholme." De stem
van juffrouw Plenderleith klonk koud, snijdend en
gebiedend. „Je gedraagt je als een idioot, als een
kind zonder enig verantwoordelijkheidsgevoel. On
middellijk neei met die karabijn!" Farnholme be
gon reeds te bezwijken voor haar scherpe blik en
voor de gesel van haar tong.
„Waarom zou je een vinger in een wespennest
steken? Als je schiet, maak je hem kwaad, en voor
je weet wat er gebeurt, heeft hij de helft van ons
neergemaaid. En het ongeluk is, dat er geen en
kele zekerheid bestaat dat je zelf ook met zult be
horen tot dae helft welke het kind van de rekening
wordt."
Nicolson had moeite zich goed te houden. Waar
deze tocht hen nog zou brengen, wist hij hoege
naamd niet, maar zolang hij duurde, beloofde de
felle antipathie tussen Farnholme en juffrouw Plen
derleith een rijk vloeiende bron van onschuldig ver
maak te zullen worden: nog niemand had hen ook
maar één vriendelijk woord tegen elkaar horen zeggen.
„Kom nou, Constance." De stem van de brigade
generaal klonk half uitdagend, half verzoenend. „Je
hebt het recht ndet
„Schei nou maar uit met dat „Constance!" viel
zij hem ijzig in de rede. „En doe die karabijn weg.
Niemand van ons is van plan zich op te offeren
op het altaar van je late dapperheid en je misplaat
ste krijgshaftigheid." Zij wierp hem nog een laat
ste koude, onverschillige blik toe en draaide zich
daarna ostentatief om. Zij beschouwde de zaak als
afgedaan, en Farnholme had een behoorlijke afstraf
fing gehad.
,,U en de generaal kennen elkaar zeker al een
door ALISTAIR MAC LEAN
(vertaling Rob Limburg)
hele tijd?" waagde Nicolson te vragen.
Een ogenblik werd hij het slachtoffer van haar
ijskoude blik, en hij was reeds bang dat hij te ver
was gegaan, toen zij de lippen opeenklemde en knik
te. „Al heel lang. Wat mij betreft veel te lang. Hij
stond in Singapore aan het hoofd van een regiment,
jaren voor de oorlog, maar ik betwijfel of dat hem
dikwijls heeft gezien. Hij leefde feitelijk in de Ben
gal Club. Dronken natuurlijk. Altijd
„Mevrouw!" Farnholme schreeuwde het uit, ter
wijl zijn borstelige witte wenkbrauwen trokken van
woede. „Als u een man was...
„Kom. maak je nou asjeblieft niet zo druk," viel
zij hem vermoeid in de rede. „Wanneer je altijd
maar weer hetzelfde debiteert, gaat dat zo wanho
pig vervelen!"
Farnholme bleef nog woedend namopperen, maar
ieders aandacht werd plotseling weer getrokken door
het vliegtuig. Het gebrom van de motor was op
eens zwaarder geworden, en één ogenblik dacht Ni
colson. dat het toestel tot de aanval wilde overgaan,
maar opeens realiseerde hij zich, dat de kringen
die het maakte eer groter begonnen te worden dan
kleiner. De piloot had de motor slechts aangezet om
hoger te kunnen stijgen. Hij cirkelde nog wel steeds
om hen heen, doch bleef voortdurend stijgen, wel
langzaam, maar toch onmiskenbaar. Toen hij on
geveer vijftienhonderd meter hoog was, hiéld hij
daarmee op en begon nu grote kringen te beschrij
ven met een middellijn van vier a vijf mijl.
„Waarom denkt u dat hij dat heeft gedaan?" Hel
was Fmdhorn, die dat vroeg Zijn stem klonk krach
tiger en helderder dan ooit. sinds hij werd gewond.
„Vindt u dat ook niet erg merkwaardig, mijnheer
Nicolson?"
Nicolson glimlachte tegen de kapitein. „Ik dacht
dat u nog altijd sliép, kapitein. Hoe voelt
dorst. Dank
pakken, kromp opeens
wel, juffrouw
van de plotse
linge pijn die deze beweging veroorzaakte, en keek
toen Nicolson weer aan. „U hebt nog geen antwoord
gegeven op mijn vraag."
„Pardon, kapitein. Er valt zo moeilijk wat van
te zeggen. Ik vermoed dat er nog een paar van zijn
kameraden in aantocht zijn om naar ons te kijken,
en dat hij nu wat hoger gaat vliegen, zodat ze be
ter zullen kunnen zien waar ze moeten zijn."
„Uw veronderstellingen hebben de onhebbelijke
eigenschap, dat ze de spijker beter op de kop
slaan dan me lief is." Findhorn zweeg en zette zijn
tanden in een sandwich met corned beef.
Er verliep een half uur, zonder dat het water
vliegtuig zijn positie ten aanzien van hen merkbaar
veranderde. Het begon langzamerhand een zenuw
slopende geschiedenis te worden, en hun nekken be
gonnen pijn te doen van het voortdurend naar boven
kijken. Maar m ieder geval was het nu toch wel
duidelijk, dat het vliegtuig geen rechtstreeks vijan
delijke bedoelingen jegens hen koesterde.
Opnieuw verliep er een half uur, en de bloedrode
zon zakte nu snel en loodrecht naar het punt waar
ze het water zou raken van een spiegelgladde zee,
die aan de oostelijke gezichtseinder in een vage ne
vel overging, maar naar het westen één grote, roer
loze vermiljoenen vlakte was, die zich uitstrekte tot
aan de ondergaande zon. Helemaal glad was' het
zeeoppervlak in deze richting echter niet: een paar
kleine eilandjes onderbraken hier de rode gloed op
het water en staken donker af tegen de nu bijna
horizontale zonnestralen. En in de verte links, net
aan stuurboordzijde var de boeg, begon een wat
groter vlak eiland op een afstand van ongeveer vier
mijl bijna onmerkbaar boven de waterspiegel op te
duiken.
Kort nadat zij dit laatste eiland hadden ontdekt,
zagen zij dat het vliegtuig hoogte minderde en met
een lange, lichte duik koers zette naar het oosten disers aanwezig van kerken "uit alle
Vannier keek Nicolson hoopvol aan. i landen van Oost- en Zuid-Oost-Azië,
(Wordt vervcgd) met uitzondering van China. Evenmin
hierdoor de wereldomvattende
meenschap der Christenen niet
schaad?
Wij menen op deze vragen te mogen
antwoorden, dat ook zij die aanvan
kelijk aarzelend stonden tegenover de
ze nieuwe beweging in Azië er thans
van overtuigd zijn, dat dit eèn goede
Deze betrekkelijk kleine kerken,
wonen in een gebied waar de helft
van de wereldbevolking leeft, hebben
zoveel zaken gemeen, dat het alleen
maar goed kan zijn dat zij daar
men over spreken en samen naar op
lossingen voor allerlei vragen zoeken
waarvoor zij zich in de Aziatische
houdingen zien gesteld.
Zij zijn ten slotte overal slechts klei
ne minderheden temidden van miljoe
nen volken, die nog nooit door het
Evangelie werkelijk zijn beïnvloed, zij
moeten leven onder regeringen, die uit
niet-christenen bestaan en in landen
waar de grote wereldgodsdiensten in
de laatste jaren sterk opleven.
Bovendien leven zij bijna allen in
omgeving, waarin allerlei traditionele
maatschappelijke vormen en regels
worden ondermijnd en men gedwon
gen is naar nieuwe vormen te zoeken.
Men stelle zich slechts voor wat het
voor de bevolking van India moet be
tekenen dat dit Tand met grote snel
heid zich tot één van de grootste ge-
industrialiseerde landen der wereld
ontwikkelt. Om van China nog
helemaal niet te spreken.
Daarbij leven zij allen in landen, die
nog maar voor enkele jaren zelfstan
dig werden, die dus een felle natio
nalistische beweging kennen, maar
die nu de strijd om de vrijheid voor
bij is, geroepen zijn een natie te vor
men en de rechte verhouding te vin
den van volk en staat. Een voor Azië
geheel nieuw probleem.
Kan in Azië een vrije, parlementaire
democratie bestaan? Bedreigt die niét
de nationale eenheid? De Westerse
overheersing van Azië heeft de Wes
terse waarden ingang doen vinden.
Maar deze waarden zijn uiteindelijk
geworteld in het Evangelie van Jezus
Christus, immers dit westen is, hoezeer
ook gesaeculariseerd, niet meer te
denken zonder het Evangelie dat hier
bevruchtend heeft gewerkt.
Deze waarden wil Azië behouden. Kan
dat zonder de wortel? Kan dat in een
hindoeïstisch, boeddhistisch of mo
hammedaans volk? Hoe kan en moet
een Christen leven in de huidige Azia
tische politieke werëjd? Dat zijn
et is goed om daar samen een ant
woord op te zoeken en dan zoals op
de conferentie in Kuala Lumpur ge
beurde onder leiding van de Indiase
socioloog Dr. M. M. Thomas, een van
de meest vooraanstaande Christenlei
ders van Azië. Misschien is het niet
juist om te zeggen, dat de conferen
tie onder zijn leiding een antwoord
gaf op de gestelde vragen, maar het
was op zichzelf al go°d en verhelde
rend dat de vragen op de juiste wijze
en in het licht van het Evangelie door
hem werden gesteld. Het hielp de on
geveer 140 Aziatische deelnemers om
hier op de rechte wijze over te gaan
denken en spreken in hun eigen kerk.
Op de conferentie waren vertegenwoor-
In het oude Athene wilde men geen enkel risico nemen. I
was geen straat of plein waar niet het één of andere voorwej
van verering stond, een beeld, een altaar. U moet zich zoit
voorstellen in Den Haag of Rotterdam, in Leiden of in Dr
drecht! En dan ook ergens, op een keurig onderhouden plei
tje, een altaar mei het opschrift: „Aan een onbekende gof
Omdat men tensotte nooit kan weten, of alle goden wel pe
sent zijn! Zo was het in Athene. Paulus zegt en het mt>
sarcastisch geklonken hebben te hebben ontdekt, dat
Atheners buitengewoon ontzag voor godheden hebben, (f
zoals in de oude vertaling in Handelingen 17 stond, alleszi\
godsdienstig zijn. U weet wat hij doet: met een slag veegt h
al die goden van de kaart en proclameert hij de enige waai
achtige God. Voor de Atheners de grote onbekende, van wi
zij nu horen, dat Hij het is, Die aan allen leven en adem e
alles geeft. Het moet als een bom zijn ingeslagen, deze medt
deling. Want de toehoorders moeten onmiddellijk hebben be
grepen, dat, wanneer dit werkelijk waar is, gans hun gods
dienstigheid inhoudloos en dus zinloos is geweest. Waar d
grote onbekende zich bekend maakt als Degene, Die de bro
is van alle leven en de zin van alle bestaan, vallen de afgods
beelden in puin letterlijk en figuurlijk, toen en nu!
BILLIJK OORDELEN
verdere ontwikkeling van de so
ciale wetgeving na de in een
vorig artikel op deze plaats ge
schetste periode-Aalberse werd ge
remd door de moeilijke omstandig
heden, waarin ons land tussen de
beide wereldoorlogen verkeerde.
Wel waren niet alle jaren even on
gunstig. Maar toch was reeds in 1920
merkbaar, dat de oorlog van 1914
tot 1918 ook voor ons land beden
kelijke gevolgen had.
In dat jaar zagen wij een daling
van de prijzen, een toeneming van
het aantal faillissementen, en voor
al een omvangrijker werkloosheid.
Deze laatste werd in sterke mate
beïnvloed door de geleidelijke te
rugkeer van arbeiders, die tot dus
ver het gehele jaar, of althans een
groot gedeelte daarvan, in Duits
land emplooi hadden gevonden. Zij
moesten wel repatriëren; de toe
stand in Duitsland was voor hen,
niet het minst als gevolg van de
inflatie, onhoudbaar geworden. Voor
al de grensgemeenten in het Oos
ten en Noorden des lands kregen
het moeilijk. Hulp van rijkswege
moest worden geboden.
Velen meenden, dat nu reeds de
steeds gevreesde na-oorlogscrisis
was aangebroken. Maar dit bleek
een vergissing. De toestand verbe
terde vrij spoedig, dank zij de cre-
dietstroom, die uit Amerika naar
Duitsland vloeide en waarvan Ne
derland mee profiteerde, o.m. door
de opleving van het havenverkeer en
van de Rijnvaart.
Het herstel in Indië had eveneens
goede gevolgen. De jaren 1927 tot
1929 kon men, gelet op de verar
ming van miljoenen elders, verlies
van afzetgebieden, fouten van Ver
sailles, betrekkelijk gunstig noe
men. Betrekkelijk, want de werk
loosheid bleef, ondanks de uitvoe
ring van publieke werken, ontgin
ningen, enz., verontrustend hoog. De
positie van de landbouw was ook
allesbehalve bevredigend.
Toch werden vóór de grote crisis
van de jaren dertig zich in felheid
liet gevoelen nog enkele sociale wet
ten tot stand gebracht, die het be
wijs leverden, dat men de sociale
koerS wilde voortzetten, zij het ook
in eèn geleidelijk tempo.
Zoals wij reeds mededeelden, werd
in 1930 de gewijzigde Ziektewet uit
gevoerd. Zij was van zegenrijke be
tekenis. Voor haar totstandkoming
was een deel der arbeiders bij ziek
te slechts aangewezen op ondersteu
ning van diakonieën of instellingen
van maatschappelijk hulpbetoon. In
Talma's dagen bleek bij een onder
zoek, dat nauwelijks 35 pet. van de
Nederlandse loontrekkenden enige
zekerheid van inkomsten had in
dagen van ziekte. En hoe waren dan
nog de uitkeringen! In de premie
der ziekenkosten droegen de onder
nemingen slechts bij uitzondering
bij.
Nu was er sedert 1911 wel heel
wat verbeterd, dank zij het organi
satorisch overleg tussen werkgevers
en werknemers. Maar het aantal
nlet-verzekcrdcn was ook in 1930
nog zeer groot. Doorbetaling van het
loon, geheel of gedeeltelijk, bij ziek
te kende men alleen bij de over
heidsdiensten en bij enige grotere
ondernemingen. Een verplichte ver
zekering was bovendien nodig, wil
de men de invaliditeitsverzekering
goed laten functioneren.
In de aan de tweede wereldoorlog
voorafgaande jaren kwamen voorts
tot stand een wet tot bescherming
van arbeiders in de huisindustrie,
een civielrechtelijke regeling van
de collectieve arbeidsovereenkomst,
een wet op de winkelsluiting, een
arbeidsbemiddelingswet, een ambte
narenwet, een bedrijfsradenwet. On
der de kabinetten-Colijn (1933 tot
1939) werd de mogelijkheid geopend
om ondernemersovereenkomsten en
collectieve arbeidscontracten ver
bindend te verklaren. De beide
laatstgenoemde wetten hebben, met
de Bedrijfsradenwet, de gedachte
der bedrijfsorganisatie almeer in
gang doen vinden.
Onder het laatste kabinet-CoIijn
werd een ontwerp-kinderbijslagver-
zekering door de Tweede Kamer
aanvaard. Voorheen hadden de so
ciaal-democraten meermalen zich
fel tegen kinderbijslagen verzet.
Maar allengs was hun oppositie ver
zwakt, al onthielden nog enkele so
cialistische Kamerleden hun stem
aan het ontwerp-Romme. De Eer
ste Kamer gaf in het begin van 194
haar fiat. Inmiddels was het kabl
net-De Geer opgetreden, waarvai
ook sociaal-democraten deel uil
maakten.
Geen van de sociale maatregelen
in een reeks van jaren genomen
werd in de felle crisistijd aange
tast. Maar het bij velen bestaam
verlangen naar verbetering van di
Invaliditeits -en Ouderdomswet weri!
helaas niet bevredigd. Dit valt we!
zeer te betreuren. De crisismaatre
gelen, de bestrijding van de werk
loosheid, de steun aan de landbouw,
de ongunstige financiële positie van
het rijk en van vele gemeenten leg
den beslag op veler aandacht. Men
durfde geen nieuwe lasten op het
bedrijfsleven en op de schatkist tc
leggen.
Gevreesd werd ook voor verplaat
sing van bedrijven, met name naai
het „goedkopere" België. Er was
reeds te constateren een verschui
ving van Amsterdamse diamantin
dustrieën naar Antwerpen en omge
ving.
Er is het kan moeilijk geloochend
worden veel gedaan voor de le
niging van de noden, die door werk
loosheid waren ontstaan. Maar stel
lig nog niet genoeg. Evenwel kan
niemand volhouden, dat het moge
lijk zou zijn geweest om het kwaad
meer radicaal te overwinnen.
Ons land is aangewezen op export,
op internationaal verkeer, op het
bewijzen van diensten aan andere
volken. Maar in de rampzalige ja
ren 1930 tot 1940 was er in tal van
landen een grijpen naar protectio
nistische wapens, een streven naar
autarkie. Men meende daardoor op
de been te kunnen blijven, maar
men kwam steeds dieper in het
moeras. Zelfs de devaluatie van het
ruilmiddel werd een wapen in de
onderlinge strijd op de reeds ineen
geschrompelde wereldmarkt. Duits
land verkoos onder Hitier kanon
nen boven boter. Ons land leed on
der dit alles in ernstige mate.
Nederland heeft zich op internatio
nale conferenties, bij monde vooral
van Colijn, geducht geweerd en zich
tegen het autarkisch streven verzet.
Maar de slechte praktijk werd, ook
bij principiële instemming met Co-
lijns denkbeelden, voortgezet.
Wanneer wij met de economische
moeilijkheden rekening houden en
daarbij tegelijk letten op hetgeen in
vele andere landen op sociaal-wet
gevend terrein was tot stand geko
men, valt de vergelijking stellig
niet in ons nadeel uit. Wij behoor
den in 1940 tot de meest progressie
ve landen, zoals ook op de interna
tionale conferenties te Genève werd
erkend. Wat niet wegneemt, dat ve
len ook hier met grote moeilijkhe
den hadden te worstelen.
Ten onrechte wordt soms over het
voor-oorlogse sociale beleid met een
zekere minachting gesproken. In die
tijd werd evenwel de basis gelegd
voor veel van hetgeen later is ge
schied. De met name bij de cri
sismaatregelen en bij de werkloos
heidsbestrijding gemaakte fouten
kunnen ten volle erkend worden,
zonder aan het beleid alle waarde
ring te onthouden.
Bij vergelijkingen met de na-oor-
logse jaren, waarin socialisten deel
uitmaakten van de kabinetten, moet
in billijkheid rekening worden ge
houden met de grote verschillen in
economische en financiële omstan
digheden. Ook wanneer men niet
vergeet de daling der geldswaarde,
kan men niet ontkennen, dat de al
gemene welvaart is toegenomen.
Dank zij mede een vrijer interna
tionaal verkeer en de ontwikkeling
der techniek, die de productiviteit
van de arbeid verhoogde.
De na-oorlogse sociale maatrege
len konden zonder veel strijd tot
stand worden gebracht. De socialis
tische ministers Drees en Suurhoff
konden niet klagen over de con
structieve medewerking van de
rechtse groepen. Daardoor alleen
konden zij slagen. Men ga slechts
na wat er in feite is gebeurd. En
lette daarbij ook op het aandeel
van rechtse ministers in de gemeng
de kabinetten.
Men zal dan spoedig ontdekken, dat
er voor overwaardering van de pres-
tatlrs der socialistische ministers
Seen reden is. Wel voor wsarde-
ring. Zij hadden echter de wind
mee.
ONDERWIJSGENOEMINGEN
als tijdens de conferentie van Prapat
was het blijkbaar aan vertegenwoordi
gers der Chinese Kerk toegestaan dit Benoemd tot onderwijzer aan de Chr
contact te hebben met broeders uit an- ULO te Doesburg: C. Wiarati te Frane-
dere kerken in Azië. Uit Indonesië wa-, ker; aan de Bilderdijk ULO te Den
ren 14 deelnemers gekomen, terwijl' Haag: J. P. Schoonheim te Amsterdam
in Kuala Lumpur ook voor het eerst
een Maoripredikant uit Nieuw Zee- Benoemd tot onderwijzeres aan de ds.
land een oecumenische conferentie G A. v. d Hooftschool te Overschie1
bijwoonde. jmej. J van Berkel te Assen.