L CHRISTELIJK Jezus stond aan de oever LADY ISABELLA Bidvertrek staat niet los van stemhokje Voorgangers Ned. gemeenten in buitenland vergaderden Atoombewapening is noodzaak geworden Easi Lynne Een woord voor vandaag Kanttekening Buskes beantwoord TN HET BLAD „In de Waag- 1 schaal" van 21 maart 1.1. heeft dr. J. J. Buskes Jr. onder de titel „stemming; en ontstem ming" de staf gebroken over wat hij noemt „godslasterlijke" propaganda voor lijst drie. Het zijn voornamelijk een hervormd en een gereformeerd predikant, die zich aan deze godslastering hebben schuldig gemaakt. De eerste door een verband te leg gen tussen de „verborgenheid" van het stemhokje en die van de nieuw-testamentische „binnen kamer." De laatste door vast te stellen, dat hij stemmen wil op een christelijke partij, opdat daardoor „de klep van Jezus' herdershart zal doordringen on der heel ons volk en door heel ons leven als volk." Naar de mening van deze laat ste kan een P.v.d.A.-man of een V.V.D.-er dit nooit willen, want: de P.v.d A. wil ,,een materialis tisch koninkrijk oprichten" en de V.V.D. komt nog zwaarder onder vuur te liggen, want dit is de par tij „die één enkel mens op de troon wil zetten en het volk als domme kudde aan zijn lot over laat." Buskes staat blijkbaar niet alleen in zijn ontstemming, want hij heeft vernomen dat er heel wat gereformeerde of hervormde c.h.- of a.r.-mensen zijn, die zijn ontstemming delen. Tk ben gereformeerd er. a r. en Buskes mag het van mij ook ge rust weten:ik vind dit laatste on waar en onwaardig. Ik ben ook nog dominee en krijg een soort van professionele schaamte over me als ik bedenk, dat een collega iets dergelijks over de V.V.D. in zijn kerkbode heeft kunnen zetten en dat dan uitgerekend in een me ditatie over het herdershart van Jezus. Doorbraak acuut meer „gereformeerde" instem ming bij zijn ontstemming reke nen. In „Sermo" (contact, orgaan van de gereformeerde studenten predikanten) van maart 1.L ge ven drie gereformeerde mensen rekenschap van wat op 12 maart hun politieke keuze zal zijn. Een auteur zal stemmen oi de P.v.d. A.. een op de P.S.P. en een op het G.P.V. Het blaadje is net nog voor de verkiezingen verspreid en Bus kes kan dus tevreden zijn: de doorbraak is nu ook van kerkelijk gereformeerde zijde acuut gewor den. Niet maar op het vlak van de imormatie, maar op dat van de propaganda. Dit wordt niet zoveel anders door het feit dat in een vierde artikel prof. Schippers zegt, dat hij vanwege de klem van het evangelie met vreugde a.r. ^al stemmen en vooral niet door het feit dat ds. H. M. Kuitert in een voor- en nawoord dit bonte boeket in een sierlijk vaasje zet door het voorstel na de verkiezingen Bruins Slot, Verkuyl, Berghuis, Zeegers e.a. rondom een ronde tafel te zet ten en een nieuw program te la ten opstellen. Dan raakt het een keer uit met de „groepspressie". Er zal dan nl. iets uit de bus ko men, waar we samen achter staan. En voorlopig blijven we dus a.r., ook als we b.v. over Nieuw-Guinea andere gedachten hebben dan de A.R.P. De tijd' kan komen, dat we om een dergelijk punt van geschil heengaan, maar die tijd is er nog niet. Godslastering HET GING dus allereerst over godslastering. Dat is geen klei ne zaak. De bijbel is erg zuinig m^t dit woord. Maar Buskes ziet deze vreselijke zonde al opdoemen als iemand een verband ziet tus sen zijn bidvertrek en het stem hokje. Zo iemand zegt nl.: Wie echt bidt stemt (bij voorbeeld) is eigenlijk alleen in geding) chris telijk stemt is geen christen. Hij- heeft met geen woord de „echt heid" van het gebed van deze kiezer in geding gebracht; noch in subjectieve noch in objectieve zin. Waar zou de man, bijbels gespro ken, de moed vandaan halen? Hij vindt alleen dat je met dat ..ech te" bidden niet klaar bent; dat je je er zelfs niet op beroepen kunt zonder in de onmiddellijke nabij heid van het farizeïsme te komen: dat je uit je bidvertrek komend en je begevend op het terrein der staatkunde niet komt in een ein deloze ruimte of leegte, waar je op avontuur kunt gaan, voor fou ten gevrijwaard door het feit dat je in 'e bidvertrek gebeden hebt. Hij bedoelt dat je na je in je bidvertrek klein en „cebonden" gevoeld te hebben, je in het stemhokje nog precies zo ge bondenvoelt en dat je daarom „christelijk" moet stemmen. Dat „christelijke" is nl. nooit hele maal christelijk en voor het aan gezicht Gods mankeert er aan zo'n rechtse politieke partij meer dan genoeg. Maar voorlopig heb ben we niet beter en door achter deze zaak te gaan staan cften we in elk geval een pogingde zaak beter te krijgen. TERUGNEMEN TK WOU Buskes vragen het woord I „godslasterlijk" terug te nemen. En dan wil ik hem wel iets 'oe- kenner Een mens kan bij het ou der worden een al duidelijker ver band tussen bidvertrek en stem hokje gaan zien. Het kan je over komen dat je vroeger zei: „Dat wij in Indië baas zijn en de in lander knecht, dat staat in de bij bel." O*: „Dat de gulden tot ie dere prijs een „gave" gulden moet blijven staat in je bijbel." Terwijl je nu echt dit alles niet meer in je bijbel kunt terugvin den. Dat je als het gaat om het aanwijzen van politieke program ma's of kernen daarvan in de bij bel bescheidener wordt en dat je tegelijk steeds vuriger a.r. wordt. Want je hebt ook nog een bid vertrek. En dat bidvertrek herin ner' mij er aan dat politiek han delen allereerst een geval van ze delijk handelen is. Laat dat evan gelie dan nimmer precies en voor alle tijden zeggen hoe het con creet wel moet. het zegt dan toch telkens erg duidelijk, hoe het niet En daar heb ik voorlopig de han den vol aan. En daar maak ik een zr k des gebeds van. En ik kan een zo heilige en aangelegen zaak als het landsbestuur echt niet toevertrouwen aan mannen, die hier fundamenteel van me ver schillen. Als de band tussen kie zer en gekozene niet meer functio neert via de „beginselen" is er (volgens het a.r. program) altijd nog de zedelijke band. Als dit „an tithese" of „verzuiling" moet he ten toe dan maar. Als ik een redevoering van (laat ik eens een klassieke fi guur noemen) Jan Schouten lees, zet ik wel eens een vraagteken als het over de bijbel gaat. Maar als ik denk aan het feitelijke beleid van dit kleine partijtje, dat steeds weer de verantwoor delijkheid heeft willen aanvaar den, ook al had men in de oppo sitie duizenden stemmen kun nen winnen, dat telkens weer im populair heeft durven zijn en te genover de demagogie van de 11e december zonder één valse belofte de verkiezingsstrijd is ingegaan, dan heb ik het gevoel dat dit alles iets te maken heeft met doodgewoon zedelijk han delen en met het bidvertrek. Ongelukkig EN DAAROM voel ik me tamelijk ongelukkig met dat verkiezings nummer van „Sermo." Als de dwaze verhalen daarin inzonder heid van het gereformeerde P.v.d.A.- en P.S.P.-lid behoren tot de „ruimte", die (volgens de re- dactie'1 we nodig hebben voor mensen, die „een ander wegge tje willen opzoeken vanuit een zelf de verbondenheid aan Christus", en zelfs moeten worden uitgelegd als „protest tegen de eenvormig heid als vloek van het moderne le ven" (men laat zelfs Kuyper hier getuige staan!) dan kan ik het echt niet meer begrijpen; dan kan ik me alleen nog maar troosten met de gedachte dat reeds 13 jaar feleden een wijze Generale Syno- e der Gereformeerde Kerken de ze dingen blijkbaar aan zag komen en een goed woord voor onze christelijke organisaties heeft ge sproken en vastgesteld dat „de kerken met de meeste zorg dienen vervuld te zijn, dat de hierin ont vangen en nog in te wachten zegen niet worde prijsgegeven." M. MATTER HONDERD JAAR U.Z.V. (Van een onzer redacteuren) Vandaag is het honderd jaar geleden, dat de Utrechtse Zendings- verenigmg werd opgericht en ter herdenking daarvan werd zondag morgen in de Domkerk te Utrecht een bijzondere dienst gehouden, waarin dr. K. J. Brouwer, bibliothecaris van de Zendings Hogeschool der Ned. Herv. Kerk te Oegstgeest, een rede uitspraak, die tot lei draad had de verschijning aan het meer van Tiberias. Dr. Brouwer bepaalde zich echter in het bijzonder tot deze woorden uit Johannes 21: Jezus stond aan de oever". ~T\E WERELD, waarin de discipelen na Pasen verkeerden, was een wereld van het ongewisse. Ze geloofden niet, dat Jezus leefde. Toen alles toch anders was geworden, vonden ze, dat ze iets moesten gaan doen. En ze gingen vissen. Ze trokken naar het meer van Tiberias en wierpen de netten uit, en haalden ze leeg op. „En toen het dag begon te worden, toen het begon te lichten, stond Jezus aan de oever." Dit beeld is ook van toepassing op de oprichters van de Utrechtse Zendings vereniging. Ook zij leefden in een we reld van het ongewisse. Maar toen het begon te lichten, toen het Reveil door brak, stond Jezus aan de oever. Hij keek rustig toe, maar Hij bemoeide er zich ook mee. Dit blijkt uit de stichting van de vereniging. Waarom richtten deze mannen die zen dingsvereniging op? Omdat zij hetzelfde zagen, wat de discipelen gaan zien. Een hunner zegt tegen Petrus: Het is de Heer. En zodra de mens de Heer heeft gezien zijn er geen remmen meer. Want dan staat hij niet meer alleen. Da Heer staat op de oever, en dat betekent, dat er Iemand is, die het voor het zeggen heeft. Beroepingswerk NED. HERV. KERK Zoals het met de vereniging is ge gaan, is het gegaan met r'e zende lingen op het zendingsterrein. Ze hebben altijd geleefd in het ongewis se van hun bestaan, maar van één ding waren ze overtuigd: Jezus stond aan de oever. Als ze die overtuiging niet hadden gehad, waren ze uitge- scheden. Omdat Jezus aan de oever stond zijn ze met het werk blijven doorgaan. Waarom is Jezus de discipelen trouw gebleven? Op het ogenblik, dat zij in het meer aan het vissen zijn en zich aftobben, staat Hij aan de kant en Hij is er dus bij. Dat is de boodschap van na Pasen, het enige, waaraan wij ons kunnen vasthouden: Jezus is er altijd bij, ook al weten wij dat vaak niet. Ook al krijgen wij op onze: waaroms? geen antwoord, er gaat niets buiten God om. In de gehele geschiedenis van de Utrechtse Zendingsvereniging is dat al tijd gebleken. Trouw Een van de eigenaardigheden van de Utrechtse Zendingsvereniging is, dat zij altijd trouw is gebleven. Dat zij de trouw van God met haar gewone men selijke trouw heeft beantwoord. Bestuur en zendelingen hebben steeds geleefd in de gehoorzaamheid. Gehoorzaamheid is de jaren door een typische trek geweest Jaarvergadering Christ. Hulpbetoon aan Blinden De Vereniging tot Christelijk Hulpbe toon aan Blinden houdt dinsdag 21 april in het blindentehuis „Sonneheerdt" te Eimelo haar 38ste jaarvergadering. De directeur, de heer J. Spruyt, zal spreken over „Sonneheerdt nu en straks". De Oecumenische Raad van Kerken in Nederland heeft het initiatief geno men tot een samenspreking tussen zijn moderamen en een aantal predikanten, die werkzaam zijn in Nederlandse ge meenten in het buitenland of onder groepen Nederlanders in het buiten land woonachtig. De samenkomst stond onder leiding van prof. dr. W. F. Dankbaar en werd op 8 en 9 april gehouden in het Doopsgezind Vor mingscentrum „Heerewegen" te Zeist. Dr. R. H. van Apeldoorn, predikant van de Austin Friarskerk te Londen, sprak over de verhouding van de Neder landse gemeenten in het buitenland tot de kerken in Nederland en in het land van vestiging; dr. E. Emmen, secretaris generaal van de Generale Synode der Nederlandse Hervormde Kerk, leidde een discussie over de vraag in hoever deze gemeenten een bijdrage kunnen leve ren voor de oecumeniciteit van de kerk. Op beide lezingen volgde een discussie. De deelnemers kregen ook gelegenheid uiteen te zetten op welke wijze de ge meente die zij dienen tot stand gekomen is en welke problemen daar leven, Een der voornaamste problemen is de repre sentatieve functie van deze Nederlandse gemeenten met de bezwaren en mogelijk heden daaraan verbonden; een ander pro bleem betreft de vraag wat nodig is om zo'n gemeente te institueren. Grote moeilijkheden liggen in de geo grafische situatie zo als in Londen en Parijs, waar de gemeenteleden vaak zeer ver uiteen wonen. Het karakter van deze gemeenten, hoe verschillend ook van elkaar, is zeer bepaald oecumenisch. Zo wel onder de leden als onder de kerke- raadsleden vindt men hervormden, doops gezinden, gereformeerden, lutheranen, re monstranten en andere, al bestaan in enkele steden aparte gereformeerde ge meenten. De algemene tendens is dat getracht wordt emigranten op den duur naar een der landskerken in het nieuwe vader land te lelden. Anders echter staat het ten opzichte van hen die na verloop van korter of langer tijd weer repatriëren. De Oecumenische Raad verklaart zich gaarne bereid te onderzoeken op welke wijze het contact tussen de gemeenten onderling en haar predikanten onder ling kan worden bevorderd. De herdenking van dit ogenblik geeft ons de kracht met het werk voort te gaan. Een herdenking is niet alleen een bezinning op hetgeen reeds ls verricht, maar ook een be zinning op het werk, dat nog wacht. De zending heeft het moeilijk. In In donesië heeft zij afgedaan, elders nog niet, gelukkig. Maar de vraag is: waar moet zij heen? Naar Afrika? Niemand weet hoe of wat. Tiaar één ding is zeker: ook in het leven van de zending van vandaag staat Jezus aan de oever, en Hij bemoeit er zich mee. Daaruit kunnen zij, die het zen dingswerk dragen, hun kracht putten. Jezus staat aan de oever. Het is de Heer. En onze kracht ligt in het steu nen op Zijn mogelijkheden, aldus dr. Brouwer. In deze dienst werd de liturgie ver zorgd door ds. C. M. van Endt, prae- ses van de Centrale Kerkeraad te Utrecht Beroepen i Schuurman t Aangenouu P. H. de Pre Oosterwolde. Geld., J. C. Bleskensgraaf. i naar H. I. Ambacht (toez. GEREFORMEERDE KERKEN Beroepen te Oegstgeest. A. L. Jan: Jonge te Oostvoorne; te Rotterdam (zie kenhuispredikant voor Eudokia), Hagen te Leeuwarden. Beroepbaarstclling: Ds. H. G Meynen, laatstelijk predikant van de gereformeerde kerk van Soerabaja, thans woonachtig te Emmen, Valtherlaan 87, tel. 059101352, zal gaarne een beroep in overweging CHRIST. GEREF. KERKEN Bedankt voor Werkendam, N. de Jong te Katwijk aan Zee. Jeugd hield V.N. vergadering Zaterdagmiddag hebben te Amsterdam ongeveer honderd leden van diverse jeugdorganisaties uit de hoofdstad deel genomen aan een voor de eerste maal gehouden algemene vergadering va „Jeugd Verenigde Naties". Negentien van de bij de V.N. aangesloten landen waren vertegenwoordigd door delegaties van hoofdstedelijke jeugdorganisaties. In het voorbereidende stadium deze „algemene vergadering" hebbende delegaties opdracht gekregen zich danig te verdiepen in de structuur ei problemen van „hun" land. dat zij tot een zelfstandige oordeelvorming zouden kunnen komen. Verscheidene resoluties zijn besproken, die door de delegaties waren ingediend Hierbij was een voorstel van Indonesië over Nieuw-Guinea. Gevraagd werd Ne derland ten spoedigste onderhandelingen te laten openen met Indonesië, waarbij Indonesië Nederlandse belangen in het oog zal houden, o.a. door procentsgewijze verdeling van de bodem- en cultuurop brengsten. De nieuwe anglicaanse bisschop Bristol in Engeland, ds. Oliver Tomklns, heeft verklaard dat hij niet bereid is om kerkelijke bazars in zijn bisdom te openen. In zijn blad „Diocesan Gazette", schrijft hij dat deze kerkelijke traditie" niet de vruchten bevat van persoonlijk contact en pastorale zorg. die de in komsten hun waarde geven". Mevrouw prof. dr. G. H. J. van der Molen: der Causerie voor ARJOS-leden TV/TEVROUW prof. dr. G. H. J. van -1 Molen heeft in een causerie, die zij zaterdagmiddag in Rotterdam tij dens een provinciale Arjos-conferentie hield, met klem betoogd, dat atoom bewapening van de vrije wereld in het Westen en dus ook van Neder land op dit ogenblik noodzakelijk is. Die bewapening immers zal het machtsevenwicht tussen Oost en West helpen handhaven en daardoor alleen al bij het uitbreken van een atoomoor log helpen voorkomen. Het is duide lijk, aldus prof. Van der Molen, dat met het oog hierop het bewapenings- besluit moet worden genomen lang vóór het tijdstip waarop een atoom bom dreigt te vallen. De christelijke kerk, zette zij in het Legin van haar causerie uiteen, is be paald geen voorstandster van geweld loosheid. Er kunnen zich omstandighe den voordoen, waardoor zelfs een log onvermijdelijk wordt en w; voqt een rechtvaardige zaak de wapens opgenomen moeten worden, zoals bij voorbeeld in het geval van een agres sieve aanval, die zelfverdediging nood zakelijk maakt. In een dergelijk con flict draagt de overheid het zwaard ten goede dan is het haar taak het volk te beschermen tegen aanvallers van buitenaf. Er zijr» mensen, merkte prof. Van der Molen op, die pacifist zijn gewor den doordat in een moderne oorlog zulke afschuwelijke middelen als kern wapens -ebruikt dreigen te worden. Een principieel standpunt ten Advertentie Brandend Maagzuur Aoort bij U tot net verleden bij de eerste Rennie die ge ln de mond steekt. Inderdaad, een of twee Renmes herstellen het evenwicht en elimineren alle overtollig maagzuur vanaf het moment dat de zuurdovende substantie, simpelweg met Uw eigen speeksel, in de maag belandt 'n Heerlijk middel die Rennies, want behalve de heilzame wer king, hebt U ook nog het voordeel weer alles te kunnen eten waarnaar een grage maag vraagt. 183 „Wacht eens even. Kon. dat schot niet zijn gelost door Richard Hare?" „Dat kon niet. Hij was er ongeveer een kwartmijl vandaan. Ik was dichter bij het huis dan hij." „Ga door." „Ik kon mij niet voorstellen wat dat schot te bete kenen had of wie er kon hebben geschoten. Ik wist, dat stropers niet zo dicht bii het huis van Hallijohn kwamen Ik ging kijken en toen ik de hoek om kwam zag ik kapitein Thorn zoals hij toen genoemd werd naar buiten hollen. Hij zag bleek van schrik en hijgde naar adem, kortom, ik heb niemand ooit zo jntsteld gezien. Ik greep hem bij zijn arm en vroeg aem of hij geschoten had Zo kwam ook het verhaal over het zwijggeld vast te staan. Thorn-Levison had Otway Bethel weten te overtuigen, dat Richard Hare de schuldige was, hoewel hij het direct daarop niet meer geloofde. Toen de rechter tenslotte vroeg of de verdachte nog iets te zeggen had de jury had reeds het „schuldig" uitgesproken, niet op grond van moord met voorbedachten rade, doch voortkomende uit de kwade opwelling vao het ogenblik omklemde Francis Levison met beide handen het hekje, hief zijn hoofd op. als om de vrees van zich af te schudden, en zijn anders zo wit gezicht was bloed rood. van door ANN LUDLOW „Alleen dit, edelachtbare. De jury heeft een juist inzicht gehad in de gang van zaken. Zo is het ge beurd. Het zou nutteloos zijn voor mij te ontkennen, dat Hallijohn door mijn schuld werd gedood. Maar er was geen sprake van kwade opzet Toen ik het meisje Afy verliet en naar het huis ging om mijn hoed te halen, was het mijn bedoeling niet een moord te plegen, net zomin als op dit ogenblik. Hallijohn was er en bij de woordenwisseling, die ontstond, gebeurde het, Mylord. maar het was niet met voor bedachten rade." Toen legde de zwart gemutste rechter zijn ene hand over de andere en sprak: „Beklaagde. Door een duidelijk en ontwijfelbaar getuigenis is dood door schuld tegen u bewezen. De jury heeft u schuldig verklaard en ik ga vol komen in hun oordeel mee. U benam een ongeluk kige man, die u niets misdeed, het leven. U hebt dat zelf erkend. Het was een gemene, barbaarse, een afschuwelijke daad. U weet zelf het beste hoe uw leven, dat achter u ligt, ts geweest. Uw omgeving weet er iets van, maar er is vergeving bij de Aller hoogste voor de ergste schuld. Het is aan mij nu slechts nog om het wettelijk vonnis over u uit te spreken. Dat is, dat u, Francis Levison, terugge voerd wordt naar de plaats, waar u reeds gedeti neerd was en vandaar naar de plaats der terecht stelling, en dat u daar zult worden opgehangen aan uw nek. totdat u dood bent. En moge de Almachtige God uw onsterfelijke ziel genadig zijn De zitting was geëindigd, er kwam evenwel nog iets anders Er was nog een zaak tegen Richard Ha re junior. Het was niet meer dan een formele pro cedure Er werd niets tegen hem ingebracht en na enige minuten was hij vrij. De helft van de inwoners was naar Lyrmeborough gekomen. Ze stonden deels ln de rechtzaal, deels bui ten. Als een Engelse menigte eenmaal in opwinding geraakt, dan doet ze het goed Steeds maar roepend en schreeuwend dromde ze om Richard heen Ze wenste hem geluk, uitte in allerlei vormen haar geweldige spijt, dat ze hem verdacht had. en zei dat ze alles weer goed hoopte te maken. (Wordt vervolgd) zien van het oorlogspropleem hangt echter niet van een bepaald wapen af bovendien hadden ook vroeger oorlogen ontzettende gevolgen: men denke slechts aan pest-epidemieën, die vele duizenden slachtoffers eisten. Het is bepaald niet zo, dat oorlogen-zon- der-atoombom in het verleden altijd een soort kinderspel zijn geweest. Het afwijzen van atoombewapening in dit stadium betekent, dat de Wester- s. mens zichzelf het martelaarschap op legt. Afgezien van het feit, dat de mens dit zichzelf nooit mag aandoen is er de omstandigheid dat martelaarschap tegenover de agressor van deze tijd geen rol meer speelt. Deze agressor, riep mevrouw Van der Molen uit, staat klaar met de injectienaald om de geest van zijn tegenstander te transformeren. Hij past hersenspoeling toe om op de menselijke geest een ander patroon te drukken. Hersenspoeling werd in het jongste verleden toegepast in China. In Thibet wordt op dit ogenblik het verzet va bewoners niet met geweld gebroken, maar stelselmatig verzwakt door vele duizenden van die bewoners na een her senspoeling op te kweken tot andere ïensen. Hersenspoeling tast de mense lijke persoonlijkheid aan en zij is daar door als verschrikking duizend ma: ger dan een atoombom, besloot prof. Van der Molen. Prof. dr. M. J. van Uven overleden Zaterdagavond is op 80-jarige leeftijd na een korte ziekte in het Prot. chr. Streekziekenhuis te Bennekom overle den prof. dr. M. J. van Uven, oud-hoog leraar aan de Landbouwhogeschool te Wageningen Prof. Van Uven werd op 7 november 1878 te Gouda geboren, stu deerde wis- en natuurkunde te Utrecht, promoveerde in 1908 en werd in 1913 benoemd tot leraar in de wiskunde aan de toenmalige Rijks Hogere Land-, Tuin en Bosbouwschool te Wageningen. Hij werd in 1918 hoogleraar, omdat in dat jaar deze instelling werd verheven tot Land bouwhogeschool. In 1950 trad prof. Van Uven af wegens het bereiken var pensioengerechtigde leeftijd. De thans overledene genoot niet alleen bekendheid wegens zijn grote kennis v de exacte wetenschappen, doch ook w gens zijn bijzondere muzikale aanleg. Reeds tijdens zijn studententijd speelde hij een rol in het muziekleven te Utrecht en dirigeerde hij eigen composities bij het Utrechts Stedelijk Orkest. Hij sticht te in 1919 de Wageningse Studenten Or kestvereniging. die inmiddels is uitge- breid met een koor. Tot 1957 was hij dirigent van deze ver eniging. Ter gelegenheid van zijn af scheid van deze vereniging ontving prof. Van Uven de gouden erepenning van de gemeente Wageningen. Prof. Van Uven was ridder in de orde van de Nederlandse leeuw. De teraarde bestelling zal plaats hebben op woensdag a.s. te 14.00 uur op de algemene begraaf plaats fe Wageningen. Opstelprijswinnaar als kerkelijke postbode De twaalfjarige Randy Peabody, een van de twee jonge Amerikanen, die bij een opstelwedstrijd een reis naar Neder land hebben gewonnen, heeft zaterdag aan de secretaris-generaal van de synode der Ned. Herv. Kerk, dr. E. Emmen, een brief van de predikant van de „Re formed Church" in Albany overhandigd De Amerikaanse predikant brengt in die brief de groeten van zijn kerk over aan de Nederlandse Hervormde Kerk, Bij de overhandiging op het secretariaat van de Ned Herv Kerk was ook de andere prijswinnaar, de zestienjarige Dean Wil- aanwezig. Psalm 1 is meer dan het eerste lied van een gezangenbun het is tevens een voorwoord tot het geheel. Ieder begin God laat ons een scheiding zien. Genesis 1 begint met scheiding tussen licht en duister en in psalm 1 zien we scheiding tussen de man die „welzalig" is en de goddeloze, als kaf door de wind wordt verstrooid". Let er echter op dat de zalige geen „heilige" zonder meer gelovige wordt hier geconfronteerd met de werkelijkheid j de zonde. Hij is geen volmaakt, zondeloos, door God vastgen den wezen, maar iemand die geneigd is steeds weer de wi te gaan van de goddeloze. En dan blijft het niet bij het gj Er is een climax in deze eerste drie verzen. Eerst loandeljj gelovige met de goddelozen, dan blijft hij staan en sluit Jt aan bij hun gezelschap en eindelijk zit hij in hun kring alsi< gelijkberechtigde. Zonde komt niet als een vloedgolf over heen. Hij vreet zich langzaam maar zeker een weg, zoals\ klein plekje rot langzaam een hele mand appelen kan aaij ten. Zonde is geniepig en daarom wordt de christen opgero toch vooral op de hoede te zijn. Wie niet staat bij de zondaars komt niet te zitten bij de s| ters; wie niet wandelt, komt niet te staan. Is dit geschej leven een teken van hoogmoed bij de gelovige? Neen, het ib leen de raad van God aan zijn kinderen om niet te luiste naar de raad van de goddelozen. Er is een scheiding, die Ij1 weg te praten valt. Aan welke kant staat u? EINDE VAN BREDE BASIS? TN „De Volkskrant" van zaterdag heeft prof. Romme geschreven, dat met de kabinetsformatie van thans een einde is gekomen aan de brede basis. Zelf blijkt hij dit te be treuren. Nu ligt voor een dusgenaamd extra parlementair kabinet de kwestie van de basis uiteraard in het algemeen al anders dan voor een dusgenaamd parlementair kabinet. Maar afgezien daarvan heeft het, in elk geval zo voor het oog, de schijn, alsof prof. Romme een rekenfout maakt. Voor het oude kabinet waren de krachten gerecruteerd uit vier par tijen; voor het nieuwe kabinet is het getal van vier gebleven. Alleen heeft de socialistische partij, als reservoir van ministeriabele figuren, plaats moeten maken voor de liberale partij. Daarom mag de vraag rijzen, of men metterdaad spreken mag van het ein de der brede basis en of, zij het met andere samenstelling, de brede basis niet wordt gecontinueerd. Toegege ven, de socialistische partij is heel wat groter dan de liberale, ook na de vooruitgang die deze heeft ge boekt, en zij zal ook meer aan op positionele kracht weten te ontwik kelen dan waartoe de liberalen in staat zijn gebleken, maar naar scha kering en naar aard van samenstel ling is de nieuwe basis evengoed breed te achten. Om deze reden ook moeten wij er be. denking tegen inbrengen, wanneer men het nieuwe kabinet aanmerkt als een rechts kabinet. Welke kleur het dan heeft? Hecht men aan het woord rechts, dan zal men het stel lig moeten aanduiden als rechts-libe- raal, al dreigt men dan voorbij te zien aan het feit dat zoals trouwens bij meer kabinetten het geval is de samenstellende delen op kabinets niveau een nieuw eenheidsbegrip vor men, dat zeker niet louter rechts mag heten noch zeker ook louter li beraal, maar waarvan het eigen ka binetskarakter toch ook in de aan duiding rechts-liberaal niet afdoende juist getekend is. Om terug te keren tot het naar wij menen dus misplaatste afscheid van prof. Romme van de brede basis: naar het getal der politieke schake ringen waaruit het is samengesteld is voor ons het nieuwe kabinet even breed van basis als het oude. Van daar ook dat vele woorden, die prof. Romme in een stemming van enig heimwee aan de brede basis wijdt, ons de indruk geven van lichtelijk in de lucht te hangen en geen betrek king te hebben op de feitelijke si tuatie. Hij noenit als wenselijkheden voor de brede basis de buitenlandse politiek, de defensiepolitiek, de mo gelijkheid ter verzachting van de bin nenlandse belangentegenstellingen. Door het zo te stellen vestigt prof. Romme al dadelijk de schijn, alsof hij in deze belangrijke aangelegen heden van de socialisten-in-oppositie minder in 's lands belang verwacht, minder dan ze hebben opgebracht toen ze nog rechtstreeks achter de regering stonden, minder ook dan hetgeen de vorige oppositiepartij, die der liberalen, aan steun in deze be langrijke zaken heeft willen opbren gen. Wij moeten, zo dunkt ons, de poli tieke situatie zien zoals zij is. De thans afgedane geschakeerde brede basis is vervangen door een nieuwe, weliswaar anders doch even gescha keerde, brede basis. De breedte zou alleen versmald zijn bij een, intus sen niet betrachte, inperking van het aantal partijen op welker steun men, ook bij afwezigheid van bindingen, in elk geval redelijkerwijze n£ te mogen rekenen. v. Het bovenstaande hebben wijt, meend te moeten stellen melte daarbij in acht genomen duid( heid. De nieuwe schakering vani brede basis heeft onze instem# Zij ligt, zoals wij op deze plaati ker hebben uiteengezet, in dem van een ontwikkeling als ook y ons met vreugde begroet, een) wikkeling namelijk naar inpeiL van de staatsbemoeiingen en i groter mogelijkheid tot ontplof' van de menselijke persoonlijk^ Het ware voor hen te veel eer, dien wij zouden stellen dat wij |jj ontwikkeling aan de liberalen Jr ben te danken. Ze hebben er nil* bijster veel aan kunnen doen. 1 de liberalen passen in het nir klimaat, zoals de socialisten pi in het voorbije klimaat. Uit het I renpatroon is een kleur die bi voortschrijding van de lichtval! verschoten bleek weggevalleto er is een andere kleur bijgekon het aantal kleuren zelf is niet»1 anderd. K Daarom, al heeft de nieuwe sa$c stelling van het kabinet onze ins ming, wij hebben er bezwaar tcde wanneer men het doet voorkop' alsof de basis wezenlijk is versa Zoals bekend hebben wij laten L ken van een zekere voorkeur een kabinetsformatie met als U de dusgenaamd confessionele tijen. Wij meenden dit in het rt. streeks verlengde te zien liggen^ ons pleidooi voor een christelijk*, litiek. De uitslag van de verkil gen heeft niet de mogelijkheid^ bracht om deze op zichzelf goedi dachte nader tot werkelijkheid te! ken. Onvermijdelijk bleek een waarbij evenzovele schakeringen trokken waren als bij het oude fce net het geval was. Het verschil!: alleen in de aard der schakerin Dat voor een brede zowel als een smalle basis respectabele igj menten zijn aan te voeren is on»j« kend. Vóór een brede basis sproe de problemen waarvoor wij als^n staan, problemen die veelal hel'° rakter van de gemeenschappelijk,,! dragen. Het viel prof. RommeL moeilijk ze in zijn door ons hii» ven gesignaleerde beschouwing^ enige klem te vermelden. Aan de andere kant blijft daar) de brede basis wel zeer dwingp; het zoeken naar wat nog genivi schappelijk mogelijk is. Een b' basis kan betekenen een smal C terrein. Hoe meer schakeringen mers erbij betrokken, hoemeer egr vallen te ontzien. Hoe breder AfH sis, hoemeer, naar de ervaring l> j de ijskast moet gaan fungeren alL vertrouwd attribuut. En voor dej ming van de gezonde politieke ning werkt de brede basis al te i j dig als een nevelgordijn; het op het gemeenschappelijke lu heerst, men verliest de kijk op eigene, hoezeer juist het schappelijke vanuit het eigene worden gevoed. Daarom: wij kunnen instemmens de samenstelling van het nieuwi 1 binet, maar men verkijke zich 1° op zijn samenstelling. Een snjg, basis is het niet. Het is naar sclfc ring even breed als het oude. i Moge het, in de voortgeschreden'0 wikkeling binnen de politieke" tuatie, al datgene doen waartoe naar de aard van zijn samenste^ in staat is. Maar laten wij ook n' blijvende noodzakelijkheid van e politieke belangstelling, van eigei litieke kritische zin en vooral van eigen politieke werkzaareé' geen ogenblik uit het oog verli# Motie Zwinglibond over ontkerkelijking Op de tiende algemene vergadering van de links-vrijzinnige Zwinglibond heeft de voorzitter, ds. H. Lunzen van Odoorn gezegd dat de ontkerkelijking geen gevolg was van de vrijzinnigheid, maar van het feit dat de kerk geen werkelijke consequenties trekt uit de verdere ontwikkeling der wetenschappe lijke inzichten. De vergadering heeft een motie genomen en aan de kerken gezonden waarin de Zwinglibond uitspreekt dat hij verontrust is door de allerwege optreden, de versnelde ontkerkelijking en dat de bond appelleert aan alle christelijke ker ken om het nieuwe kosmische wereld beeld. zoals dit naar voren komt in de Jitkomsten der wetenschap sinds de laat. >te tweehonderd jaar. denkend te ver- verken in de religieuze uitbeelding van het geestelijk leven. Ds. A. Kooistra mf emeritaat f A. Kooistra, hervormd predikan0] Elden, is voornemens op 1 mei a.s1 emeritaat te gaan in verband mei bereiken van de 65-jarige leeftijd. 1 Kooistra werd nadat hij anderhalf pi als hulpprediker te Oegstgeest wje zaam was geweest, in 1921 afgevaafa als zendingspredikant naar Indië. L is hij werkzaam geweest op Celebe op Oost-Java. Ook was hij docent aa J Theologische School „Bale Wyato*' Malang. in 1946 repatrieerde hij em 1947 ijn tegenwoordige gemeente Na 1 emeritaat zal hij daar nog een jaar nen als bijstand in het pastoraal Te' 1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1959 | | pagina 2