cffristfujk aspro Hervormde synode sprak over sport, spel en toto LSD? ISABELLA Dl Onverschilligheid in strijd met Bh'lie1 Dr. Lekkerkerker hoogleraar in Groningen Een woord voor vandaag Eigen organisatie voor prot.-chr. boekverkopers Easf Lynne Prof. Dijk: Pas op voor schijnvrome beweringen DF- kerkelijke gebrokenheid blijft voor duizenden mee levende christenen een ernstig probleem. Nog dezer dagen zei prof. dr. mr. Diepenhorst tijdens de februariconferentie van de Oecumenische Jeugdraad daar over behartenswaardige dingen. Een andere gereformeerde schrijver, prof. dr. K. Dijk thans op reis door Zuid-Afrjka schrijft in het Centraal Weekblad over een ander aspect van dit vraagstuk. deeldheid op kerkelijk terrein raken velen verlegen. Ze zien de scheuringen ..in tal en last" toe nemen; ze tellen in de gerefor meerde gezindte al zeven groepen en enkele op zichzelf staande ker ken, zoals in Zeeland en Fries land; ze hebben, en terecht, geen vrijmoedigheid om aan de ker ken buiten hun eigen kerk de wer king en zegen des Geestes te ont zeggen, en nu vragen ze: doet het er eigenlijk wel toe. tot welke kerk wij behoren, en zijn de „breu ken" van 1834 en 1886 voor God te verantwoorden? wonderen, dat de kerkelijke on verschilligheid toeneemt, en het bijbels-kerkelijk besef wordt afge stompt. Het is voor velen echt .moeilijk om in die «llendige ver deeldheid aan de eigen kerk vast te houden. We begrijpen dit, maar we kunnen tegelijk niet opzij gaan voor een verdediging van die on verschilligheid, welke vroeger en nu streed met deze uitvlucht: het zal aan de hemelpoort niet ge vraagd worden tot welke kerk wij behoord hebben; voor Gods rech terstoel komt het er alleen op aan of wij vrede hebben bij God door Jezus Christus en in dat oor deel doet het er niet toe of wij luthers of gereformeerd of her vormd kerklid geweest zijn. Op deze grond nu praat men aller lei onkerkelijkheid goed en be schuldigt men ieder, die de gren zen niet wil verdoezelen, van hard heid, enghartigheid, farizeïsme en eigengerechtigheid. Onschriftu u rlijk EEN dergelijke bewering heeft e n schijn van vroomheid en En ik moet toestem dat dit is, alle kerkelijke scheidingslijnen t lijkc strepen zijn. Ja sterker nog. indien het waar is, dat in de eeu wigheid de Rechter geen rekening houdt met wat wij met Zijn kerk gedaan hebben, en indien niet ge vraagd zal worden tot welke kerk wij behoord hebben, is dit laatste ook in de tijd absoluut onverschil lig Dan moeten wijzelf zo spoedig mogelijk de kerkmuur afbreken; dan is het aandringen op scherp en belijnd kerkelijk besef niet in overeenstemming met het oordeel van de goddelijke Rechter. En wat voor grond blijft er dan nog over voor de Afscheiding en de Doleantie, waarin Juist op de voorgrond gesteld is, dat de kerk vorm niet onverschillig is. OTAAT het nu zo? Laat ik in de eerste plaats opmerken, dat ik ten aanzien van deze veelver breide bedenking altijd erg ver baasd ben over de precieze ken nis. die de mensen hebben van hetgeen de Rechter in de dag des oordeels niet of wel zal vragen. Ik zou wel eens willen weten hoe men aan deze onthullingen komt. In mijn bijbel lees ik van al zul ke dingen niets en men kan bij een zo ontzaglijk feit als het oor deel toch niet afgaan op zijn ge voel. Hier mag toch niet beslis sen wat men zelf graag zou wil len dat Christus zal vragen of zeg gen Wij schrijven de Rechter niet voor hoe Hij oordelen zal. maar Hij legt zelf een maatstaf aan waaraan heel ons leven onderwor pen is. En ten tweede voeg ik hieraan toe. dat men in deze lijn heel het kerkelijk instituut om ver kan werpen, want wanneer al leen geoordeeld zal worden onze houding tegenover Jezus en niets VfAAR zo staat het niet. De be- t doelde redenering is onschrif tuurlijk. ZIJ Is In lijnrechte strijd met wat Gods Woord zegt. Want dnt Woord segt ons ln de eerste plaats: ..Want God zal elke daad doen komen in het gericht over» het verborgene, hetzij goed, het zij kwaad" (Prediker 12 14). „Maar Ik zeg u: van elk IJdel woord dat de mensen spreken, zul len zij rekenschap geven op de dag des oordeels" (Mattheüs 12 361„Want wij moeten allen voor de rechterstoel van Christus open baar worden, opdat een leder weg- drage, wat hij bi zijn lichaam verricht heeft, naardat hij gedaan heeft, hetzij goed, hetzij kwaad" (2 Corinthiërs 5 10). neer nu ieder werk in het gericht zal worden gebracht, wanneer wij van ieder ijdel woord rekenschap moeten afleggen, zou dan niet be oordeeld worden wat wij gedaan hebben met de kerk van Chris tus. en zou dan niet verantwoord moeten worden het woord der be lijdenis, dat in die kerk voor Gods aangezicht als onder ede wordt uitgesproken? Ik zeg niet, dat de zaligheid enkel en alleen afhangt van een bepaald kerklidmaat schap, maar ik heb te geloven, dat ook mijn werk als kerklid en mijn woord als kerklid door de Rechter van hemel en aarde zal gericht worden. Maatstaf TNOCH er is meer. Datzelfde kJ Woord zegt ons zeker niet wat ons bij de hemelpoort precies zal worden gevraagd. Maar het pre dikt wel. dat buiten die poorten zullen zijn de honden en de tove naars. de hoereerders en de moor denaars, de afgodendienaars en ieder die de leugen liefheeft en doet (Openbaring 22 15, verge lijk Openbaring 21 27). Zou met die leugen ook niet bedoeld zijn de leugen ten opzichte van de kerk des Heren? Zou buiten die leugen vallen alle onwaarachtig heid inzake Christus' kerk op aar de? Moet men op andere terrei nen de waarheid liefhebben, maar mag op kerkelijk terrein ons ja neen en ons neen ja zijn? Wat is de maatstaf, waarnaar Chris tus oordeelt? Toch Zijn evangelie, het evangelie der zaligheid (Ro meinen 2 16), dat ook zegt, hoe de kerk van Christus zich hier op aarde moet openbaren. Hierover schrijf ik thans niet uit voerig, maar ik wil er wel op wij zen. dat de reformaties in de 16e en 10e eeuw zich enkel en alleen naar dit evangelie gericht heb- Mits wij bij dit alles één ding niet vergeten. Uitwendige zuiver heid, hoe goed ook, Is niet genoeg. Christus vraagt, dat wij levende stenen bi'Zijn tempel, levende lid maten van Zijn gemeente zijn, en die vraag moet In onze ziel bran- Als we alleen weten te roepen: des Heren tempel zijn wij, zonder dat de hartelijke liefde tot God en Zijn Huis ons leven beheerst, zijn we gelijk aan de Joden in Je- remla's dagen, die prat gingen op allerlei uitwendige voorrechten, maar wier harten vol waren van ongerechtigheid. Wat Jezus ons precies bij de hemelpoort zal vragen, zegt de Schrift ons niet, maar zij zegt wel. dat wij als levende brieven van Christus openbaar worden, zo dat Zijn naam en ook Zijn kerk om onzentwil geëerd en geëerbie digd worden. Professoraat voor dr. A. F. N. Lekkerkerker Beroepingswerk NED. HERV. KERK Beroepen te Hedel en Poortvliet, A. Muilwijk, kand. te Ameide. Benoemd tot bijstand in het pastoraat te Lettelbert en Enumatll, dr. J. H. Frie- link, wetenschappelijk ambtenaar aan d< universiteit te Groningen. D*. W. H. Kelder te Utrecht is losge maakt van zijn gemeente en van ztji ambtsbediening. GEREFORMEERDE KERKEN Beroepen te Bergum (2e pred.pl.) H. R. Zijlstra te Koudekerk aan de Rijn, te Haamstede, C. M. Boerma, res legerpredikant te Bergen op Zoom Beroepen te Balk, H. Gilhuis, kand. te Amsterdam. EVANG. BROEDERGEM. Beroepen te Zeist voor het werk onder de Surinamers in Nederland. A. C. Prin sen. secr. van het Zeister Zendingsge nootschap. Uniecollecte ïerpomp 308; Makkum 313.25. Oppenhuizen 98,50 KoUl 3,90; Twijze Wnnswerd(dorp) 172; Wansv ma rum 188.37; rd a. d. Streek B 60,78: Wijcke) 123; Zwaag cstolndc 242.50. Assen 1483; Nw. Bulnei 1.50. Geesbrug 187,50; Hoogevcen 1480.60 leu.veroord 305.50; Nieuweroord 447; Zuid Blokzijl 184.11: «8.40; ;xel 516; laghar 191.16 Totaal 166: De hervormde synode heeft op de tweede zittingsdag een nieuwe hoogleraar gekozen voor de uni versiteit van Groningen, die de plaats van prof. Haitjema moet innemen. Na het bedanken van de rechtsvrijzinnige dr. J. M. de Jong is nu benoemd dr. A. F. N. Lek kerkerker van Utrecht. Tevens werden op deze dag de rapporten over „sport en spel" en over het „kansspel en de voetbaltoto" be sproken. De synode begon haar zitting met een gesprek over de wijziging in de rege ling voor de predikantspensioenen. Zij aanvaardde een wijziging waardoor vrouwelijke predikanten de waarde van de pensioenstortingen kunnen terugont vangen en predikanten die vertrekken naar emigratielanden hun pensioenaan spraken in bepaalde gevallen kunnen behouden. Voor zy tot de verkiezing van dr. Lekkerkerker overging droeg de synode eerst dr. J. C. Hoekendijk op om de geschiedenis van het apostolaat voor hervormde studenten aan de universiteit van Utrecht te doceren. Deze opdracht geldt tot het einde van de cursus 1959/60, en heeft tot doel de kerkelijke hoogle raren te verlichten. Sport en spel De conferentie behandelde het ont- werp-rapport over „kerk en sport", ln het bijzijn o.a. van dr. A. A. van Rhijn, voorzitter van de raad van ker ken en samenleving, dr. S. Rozemond, secretaris van de raad en dr. K. Rijs dorp. Dr. van Rhijn zei dat het rapport meer een voorlichtend en minder een rich tinggevend karakter heeft. Hij zei dat uit onderzoek is gebleken dal 77 pro cent van de kerkeraden geen enkele belangstelling voor het sportleven heeft. De sport, zo zei hij, heeft juist in onze maatschappij grote betekenis. Zij kan het tegenwicht zijn tegen het heersend intellectualisme; zü helpt karakter vormen, doet een beroep op wilskracht, vraagt teamgeest en leiat tot vrijheidsbeleving. Zij l classificatieproces tegen en bevrijdt menigeen van eenzaamheid. Dr. Rijsdorp wees er op dat in sportwereld een grote drang leeft het antwoord op de vraag, waar naar toe gaan. Hij meende dat de kerk nog niet toe is aan de beantwoording van deze vraag. Zy moet volgens hem eerst de wereld van de sport kennen, pastorale arbeid kan pas daarna ge schieden. Er zijn ruim een miljoen ge organiseerde sportbeoefenaars, aldus dr. Rijsdorp. Bij de jeugdorganisaties, 15 procent van de leeftijdsgroep 8 tot 15 jaar omvattend, bereikt de sport 25 procent van deze groep. De sportwereld staat voor de vraag wat het vormend element in de jeugd- oportclub moet zijn. Er is gevaar aai de sport de richting van de show en het zaken-doen gaat. Dr. Rijsdorp zag ook krachten in de sportwereld die dit tegen willen gaan. De kerk zal daarbij moeten helpen. Een herderlijke brief wordt pas belangrijk als sport en kerk elkaar hebben leren kennen, aldus was zijn oordeel. Geen antwoord Als lid van de commissie van rapport si ouderling L. de Graaf, dat de plaats an de kerk in het rapport niet voldoen- e is aangewezen. „Wat zegt de kerk tot de ouders? Wat moeten wij aanvan gen met de sport zoals deze thans be oefend wordt (bijvoorbeeld de sport op zondag)? Men is niet klaar met te con stateren dat men voeling met elkaar wil houden", zo zei hij. In de synode bestond de sterke aan drang om na dit rapport, dat de situa tie beschrijft, een aantal richtlijnen te geven aan de ouders en jeugdleiders, vooral ook met het oog op de zondag- sport. Zou het ook niet juist zijn na te gaan wat de functie van sport en spel in het gemeenteleven is, zo werd ge vraagd. Het jeugdwerk verplaatst zich zo langzamerhand van het lokaal achter de kerk naar het sportveld. Moet de kerk niet meegaan? Dr. Rtjsdocp zei op deze vragen, dat de commissie geen opdracht had een leidraad op te stellen. Het probleem moest in het vizier komen. ,,Wij zijn verantwoordelijk voor de gehele sport wereld. niet alleen voor de eigen krmg. De kerk zal verkeerd doen de sport wereld met eisen tegemoet te treden. Zy moet beginnen met- luisteren. Het open gesprek komt pas als wij de sport niet meer beschouwen als Geen principiële uitspraak over voetbaltoto In de discussies stonden tegenover de genen die de toto geheel afwijzen, ande ren die ter vermijding van groter kwaad zeer gematigde toelating aanvaardbaar achten. Prof. P. Roscam Abbing consta teerde dat de synode vrijwel eensgezind is in onderkennen van het kwaad van de goklust. Indien de overheid de toto mogelijk maakt moeten de baten in de vreemde wereld". De synode besloot overheidskas komen, meende hij. de raad van kerk en samenleving De synode besloot het rapport ln han dragen na te gaan wat met dit raprort dient te gebeuren. Tegen en toch voor toto De conferentie behandelde ook het ontwerp-rapport over het gokspel. Dr. Van Rhijn wees op „de verlegenheid der kerk" op dit punt. Dit geldt zowel voor binnen- als voor het buitenland. De voornaamste punten van dit rap port zijn: De kerk moet tegen de gevaren van het gokken ernstig waarschuwen. Gokken is Schadelijk voor de geeste lijke volksgezondheid, brengt schade aan het sociale leven en deformeert het sportleven, dat vercommerciali- seerd wordt. Er is verschil tussen de taak van de kerk en van de overheid. Wat de kerk afwijst, kan de overheid niet zonder meer verbieden. Het rapport sluit zich aan bij de situatie in Nederland. Er is een sterke drang naar kansspelen. Verbod brengt ongecontroleerde activiteiten en uit wijken naar het buitenland voor dit doel. De overheid wil thans blijkbaar het kwaad kanaliseren. Dit dient ge waardeerd te worden. Het rapport acht dit het geringste kwaad. Het heeft geen standpunt ingenomen over de vraag of de kerkelijke organen voor haar sociaal-culturele doeleinden de gelden afkomstig uit de sportopbrengsten moet aanvaarden. Prof. dr. J. de Graaf, sprekend na- ïens de commissie van rapport, meende dat het uitgangspunt niet mag zijn het compromis dat de overheid vindt om het kwaad te kanaliseren. Het rapport zoals het geformuleerd is, wekt volgens hem misverstanden. Duidelijk moet worden waarom de kerk moet spreken. Prof. De Graaf pleitte ervoor, over voetbaltoto te spreken in de zin van verwerven van geld. van vërdeling van maatschappelijk inkomen, van arbeid. De kerk distan- zich van beoordeling over over. heidsmaatregelen, waarschuwde hij. Dr. S. Rozemond beantwoordde dat en liever moest uitgaan van een theo logische doordenking van het spel. Men moet zich met de concrete overheids- voorstellen bezig" houden, zei hij, bestu dering van het hele probleem wijst op het ogenblik „hoezeer wij in verlegen heid verkeren". Sprekers standpunt dat wettige toto slechts aanvaardbaar indien de prijzen aanzienlijk lager dan nu wordt voorgesteld. Kwaad onderkend Ds. P. J. F. Aalbers uit Middelburg achtte het gevaar van het gokken groot, vooral voor jongeren. Deze worden, zo zei hij, aangegrepen door een verkeerde mentaliteit tegenover scheppende arbeid. Hij vroeg zich af of de kerk niet vooi verbod van de toto's moet opkomen, al thans ertegen moet waarschuwen. stellen van de raad voor de kerk de samenleving. ZU wilde in ieder ge val uitspreken dat zy sportprUsvragen een bedreiging voor de samenleving acht. Het moderamen kan overwegen of zfj haar standpunt aan gemeente, volk en overheid bekend moet maken, aldus de vergadering, waarmee zy de netelige kwestie in de schoenen van het mode- ramen schoof zonder tot een positieve uitspraak te komen. Het kwaad werd on derkend maar niet afgewend. Dr. A. F. N. Lekkerkerker, de nieuwbenoemde hoogleraar ,aan de universiteit van Groningen zal dog matiek, vaderlandse kerkgeschiedenis kerkrecht gaan doceren. Deze Utrechtse pastoor behoort tot de can- fessionelen in de hervormde kerk en is min of meer middenorthodox ge oriënteerd, evenals prof. dr. Roscam Abbing die enige tijd geleden in Gro ningen hoogleraar werd. hoogleraar interesseert vragen van liturgische aard. Hij is onder meer lid van de brede redactie van ,,Kerk en Ere dienst". van de „Raad van Eredienst", van de Europese commissie voor ere dienst van Faith and Order", van de werkgroep ..Kerk en Prediking" en van de commissie voor het dienstboek van de hervormde kerk. Dit wil echter niet zeggen dat Groningen een tweede prof. Van der Leeuw zou krijgen, omdat dr. Lekkerkerker zeker niet kan gelden als een liturg, ook al schreef hij over de „liturgische situatie in de Ned. Herv. Kerk". Dr. Lekkerkerker is van zeer ortho doxe huize evenals trouwens prof. Ros cam Abbing die uit een familie van Kohlbruggianen stamt. Beiden echter hebben een theologische middenweg gezocht. Hij werd op 5 maart 1913 te Hei en Boeicop (Z.H.) geboren, stu deerde in Utrecht, promoveerde daar in 1942. Hij diende de hervormde evan gelisatie in Franeker, de kerk van Noordlaren (Gr.), Loosduinen en sedert 1948 de Wijk Oog en Al in Utrecht. De hoogleraar publiceerde o.a. een dissertatie „Römer 7 und Römer 9 bei Augustin", en enkele geschriften waar onder ,,Is Rome anders geworden?" „De reformatie in de crisis" en Ge sprek over verzoening". Paulus zegt niet alleen dat de mens geroepen wordt in Tim. 19, maar dat we geroepen worden „naar zijn eigt voornemen en genade". Het laatste woord laat zien dat Go i ons niet roept, omdat wij zo goed gebeden hebben of 11 eerlijk leefden, of zo echt bekeerd werden. Zijn stem kor tot ons enkel en alleen omdat Hij ons genadig wil zijn. Maar God roept ons ook - naar zijn voornemen"dt een doel. God redt ons niet, omdat Hij het zo zielig vin dat wij naar de hel gaan, maar omdat Hij iets in ons ziet. R wil ons in zijn koninkrijk gebruiken. God wil ons >gelukk j maken, maar iemand die van de hel verlost is, heeft mr geluk nog niet gevonden. Een mens is niet gelukkig, omdB hem geen groot onheil is overkomen. Gelukkig is sleclm de mens, die zijn plaats heeft gevonden in het geheel uf Gods schepping en die daar de opdracht van God nj - uitvoeren. r Wat is die taak? We kunnen die vraag vaak heel dogmatic juist beantwoorden„God verheerlijken", zeggen we da Maar vaak zijn deze woorden slechts het vijgeblad, wan i achter we ons willen verschuilen. Deze twee woorden kunne zo algemeen zijn, dat ze inhoudloos zijn geworden. Trouwe St helemaal een antwoord geven zij niet. God kunnen we all& jon verheerlijken door zijn opdracht te vervullen. Hij heeft et c taak voor u dit ogenblik. Weet u dat? VOOR EEN TACHTIGJARIGE Adve d<MCl\ 'ASPRO' tegen griep, verkoudheid, keelpijn 2 'ASPRO's -en,Utishtufeet! ft.' (Van een onzer verslaggevers) De protestants-christelijke boek handelaren hebben besloten een 133 „Mevrouw Carlyle heeft eer zij, terwijl een lieve glimlach -- derde. ..ZU heeft haar echtgenoot hartstochtelijk lief en hij is het waard Zeker, haar lot is gelukkig, maar zij mag toch niet verwachten, dat zij vrij van leed zal blijven Mijnheer Carlyle heeft zijn deel er van al gehad", besloot mevrouw Hare. „Zo". „Men heeft u zonder twijfel van zijn geschiedenis op de hoogte gesteld. Zijn eerste vrouw is van hem weggelopen, heeft huis en kinderen ln de steek Selaten Voor het oog van de wereld heeft hij het apper gedragen, maar ik weet dat het hem tot in de ziel heeft getroffen. Zij was zijn eerste grote, grote liefde." „Zij!! Barbara niet?" Op hetzelfde ogenblik, dat het woord Barbara haar over de llpnen gekomen was. kwam lady Isabel tot bezinning Zij was slechts madame Vine, de gouver nante; wat moest mevrouw Hare wel denken van haar gemeenzaamheid? Ogenschijnlijk had mevrouw Hare er niets van bemerkt, daartoe was zij te zeer verdiept n het onderwerp van gesprek. ..Barbara1 sprak zij. .neen. stellig niet. Indien zijn eerste liefde voor Barbara geweest was. zou hij toen haar gekozen hebben Zijn liefde was voor lady Isabel. „Nu is die toch voor zijn echtgenote." Mevrouw Hare lachte bijna. „Natuurlijk, had u dan gewild, dat die met de dode begraven was. en dan nog iemand, die hem bedrogen had?! Maar, lieve, zQ was een allerliefste vrouw, die ongelukki ge lady Isabel. Ik hield van haar en dat doe Ik nog. ik kan er niets aan doen Anderen veroordeel den haar. maar lk had medelijden. Zij pasten goed bij elkaar, hij zo goed en edel, zij zo lieftallig cn innemend „En toch verliet zij hem en trok zich niets van hem aan. bij al zijn goedheid en liefde!" riep de ar me gouvernante uit. met een handgebaar, dat zeer veel op een uiting van wanhoop geleek. van door ANN LUDLOW „Ja. Het helpt niet om er over te praten, het is en blijft een afschuwelijk thema. Hoe zij zulk een echtgenoot, zulke kinderen in de steek kon laten, was een raadsel voor velen, maar voor niemand meer dan voor mij en mijn dochter. De misstap, die haarzelf stellig in ellende moet hebben gestort, leidde ik durf de gedachte bijna niet uitspreken het zou als een triumferen kunnen klinken tot het geluk van mijn kind, want het is vrij zeker, dat Barbara nooit een ander zo had kunnen lief hebben als mijnheer Carlyle." „Denkt u. dat het haar in ellende heeft gestort?" riep lady Isabel uit op een toon. die eerder bittere spot uitdrukte dan iets anders Mevrouw Hare was verbaasd over deze vraag „Geen vrouw heeft ooit die stap genomen, zonder dat dit de vreselijkste ellende voor haar met zich meebracht", antwoordde zij. „Dat Is ook niet an ders mogelijk. En lady Isabel was van nature er toe aangelegd om wroeging over misstappen te ge voelen. ja, die wroeging zelfs halverwege tegemoet te komen. Het was alsof zij ln een droomtoestand handelde, niet beseffend wat zij deed Die gedachte is dikwijls bij mij opgekomen. Dat zij aan diepe ellende en wroeging ten prooi geraakt is, dat weet ik." „Hoe bent u dat te weten gekomen? Hebt u gehoord?" riep lady Isabel uit, met zulk een i tigheid. dat die zeker gevaarlijk was geweest, dien mevrouw Hare achterdocht had gevoeld. „Heeft hij daarover gesproken, Francis Levison? Hoorde u het van hem?" Het leek. alsof mevrouw Hare. anders zo bemin nelijk. heftig wilde uitvaren, want deze woorden be ledigden haar gevoel en haar trots. Onmiddellijk daarna echter was zij weer vriendelijk en zacht, want, zo dacht zij, die arme bedroefde gouvernante had stellig in onnadenkendheid gesproken. „Ik weet niet, wat Sir Francis Levison nodig ge vonden kan hebben te verklaren", zeide zij, „maar gelegen- i kunt zeker van zijn, dat hem geen gelegen- tot mij of enig ander familielid van mijnheer lyle, ja, ik kan wel zeggen, tot welk eerbaar per soon ook. Ik heb het - hoord." „Van lord Mount Severn! En zij opende haar mond lord Mount Severn ge- herhaalde lady Isabel. „JP. >m nog iets te zeggen, man 'bedacht zich onmiddellijk. „Hij is hier deze zomer op bezoek geweest; hy is veertien dagen gebleven. Lady Isabel was de doch ter van wijlen de graaf, dat wist u misschien niet. Hij, lord Mount Severn, heeft mij in vertrouwen verteld, dat hij lady Isabel had opgespoord, nadat Levison. haar verlaten had; hij had haar ziek en arm en door ellende verteerd aange troffen in een afgelegen Frans stadje, vrijwel bezwij kend van wroeging en berouw „Kon het anders?" vroeg lady Isabel op strenge Lieve. dat heb ik Immers al gezegd. Alleen al de gedachte aan haar aan hun lot overgelaten kin deren zou dat veroorzaakt hebben, om van andere dingen niet te spreken. Er was in het buitenland een baby geboren," voegde mevrouw Hare er aan toe. terwijl zij haar stem liet dalen, „destijds nog een zuigeling in de wieg. zo vertelde lord Mount Severn; maar dat kind, dat spreekt vanzelf, kon alleen maar schande en verdriet brengen (Wordt vervolgd eigen organisatie in het leven te roepen ter behartiging van be paalde specifiek protestantse be langen. Zij blijven evenwel als sectie deel uitmaken van de Ne derlandse Boekverkopersbond, waarin zij zich goed thuis gevoe len. De oprichting van een eigen organi satie onder de naam Vereniging Protestants Christelijke Boekverko pers is uitsluitend geschied om or ganisatorische redenen. Er zijn verschei dene belangen, die de boekverkopers ge- hebben met andere middenstan ders en die daarom het beste vil Nederlandse Christelijke Middenstands bond kunnen worden behartigd. Bestuur Tijdens een maandag te Utrecht ge- ïouden vergadering zijn de eerste stap- genomen om tot oprichting van eigen vereniging te komen. Het voorlopig bestuur bestaat uit de heren T. S. Lodder te Arnhem (voorzitter), 3rems (Boekhandel Kraal, Slotlaan. Zeist) (secretaris) en Dekkers te Dor drecht (penningmeester). Zaterdag 18 maart wordt een tweede vergadering te Utrecht belegd om nader gestalte aan de jonge vereniging te geven. Intussen worden statuten gevormd, waarop men coninklijke goedkeuring hoopt aan te In kringen van protestantse boekhan delaren verwacht men dat naar schat ting 200 vakgenoten zich bij de orga nisatie zullen aansluiten. Een soortge lijke ontwikkeling heeft zich enige ja- geleden voltrokken in rooms-katho- dagen onzer jaren, lijk ingang, gehoor en straks daarin zijn zeventig jaren, waardering vond zowel in de kringi oi indien wij sterk zijn, van werkgevers als van werkneme «e tachtig jaren: zo zegt het Beiden kon hij aanspreken als I ons Psalm 90, dit gebed horende tot één bedrijfsgemet van Mozes, de man Gods. schap. Beiden kon hij door Het bereiken van de leeftijd van woorden overtuigen hoezeer zij ni tachtig jaren mag dus voor de tegenover elkaar dienden te staa T|j' mens gelden als een markant punt, doch hoe, integendeel, onder hi p< een punt dat de gedachten even stil- een verbondenheid bestond die i i zet. Het bereiken van deze leeftijd, het wezen van het bedrijf vow i aldus wordt ons voorgehouden, is vloeide én die alleen nog mi weggelegd voor de sterken onder werkelijkheid behoorde te wordtHor ons. En zij is tot werkelijkheid gewo Hieraan moeten wij denken, nu on- den, dank zij de onvermoeide der de goede gunst van God op aanstekelijke bemoeiingen van i vrijdag 13 dezer de heer H. Diemer nu tachtigjarige en van anderi deze leeftijd bereiken mag, hij, met hem, tot werkelijkheid in Lri wiens naam zovele jaren heeft ge- grafische wereld, die hiermee staan aan het hoofd van deze krant. Vens moest worden tot eei Het bijbelwoord zal niet in de laat- beeld voor zovele andere takki ste plaats betrekking hebben op de Van bedrijf. Wanneer men in sterken naar het lichaam; en dan grafische wereld eens uit elka blijkt reeds, dat de heer H. Die- raakt en welke dreiging ligt y mer zich ook rekenen mag te be- jn deze wereld van mensen mi f..e horen-tot hen. Maar meer nog dan voor de hand? dan wordt h een sterke naar het lichaam heb- ondervonden als een bij uitst te: ben wij hem, op zo velerlei plaats, pijnlijke zaak, waarvan de besltkrr in zo velerlei werkkring en in zo ve- diging niet mag worden geduld, lerlei relatie, mogen leren kennen Het is de saambinding die de he ur als een sterke naar de geest. h. Diemer steeds heeft nagestreel 'er Er zijn redenen die ons een zekere het is de saamhorigheid ingetogenheid voorschrijven wan- te allen tijde met zoveel kracfSt neer wij op deze plaats een door heeft voorgestaan en bepleit. eic dankbaarheid ingegeven woord over nu, het tó niet toevallig, doch het hem op schrift stellen. Daar blijft veeleer natuurlijk en het is ook het feit, dat het nog slechts Van de dingen die ons in deze i twee jaar geleden is dat bij zijn gen oprecht dankbaar stemmen afscheid van een zeer hoge functie dat het ditzelfde stempel is, datl in het grafisch bedrijfsleven van op onze krant heeft gedrukt f zovele zijden van waardering en die jaren waarin hij van zijn grl,t hoogachting voor zijn persoon en gaven en belangrijke krachten o|di zijn werk gebleken is. aan onze krant gegeven heeft. Maar ook hier en nu mogen wij Aan ons, zijn opvolgers, om hi niet zwijgen. Al ware het, omdat de tevens zijn navolgers te zijn. ff !et man die in zo grote verscheidenheid doen zich in het leven van de m( r van bezigheid en werkkring een ve- geen machten aan ons voor, die teraan zowel als een voortrekker Is 0p uit zijn om verwijdering tewe geweest, mede op onze krant zijn te brengen tussen hetgeen één dit p'' stempel heeft gedrukt. de te zijn. Hoe vaak en hoe spc Vergeten wij het niet: ons goede dig staan wij niet tegenover elki land heeft een veelheid aan bladen in plaats van naast elkaar. Het k en aan kranten en samen vormen echter ook vandaag nog anders, zij een rijkdom waarover men zich Hierboven doelden wij op het ini als volk verheugen mag; maar elk heim van de invloed en het gen hunner heeft zijn eigen karakter, door de heer H. Diemer geoeft D zijn eigen aard, zijn eigen sfeer, op hen onder wie gevaar v (n Elké krant heeft haar eigen per- uiteenwijken helaas niet denkbe |ai soonlijkheid, als iets waarop zij bij dig is. Het is duidelijk, dat acblfw uitstek zuinig is en als een kostbaar dit geheim een dieper geheim li bezit: gen moest. Wij menen van Wanneer de heer H. Diemer op on- pere geheim iets te mogen lei ze krant een stempel heeft gedrukt, in diezelfde Psalm 90 waarin t dat hetzelfde stempel zijn zoals dat uw knechten openbaar worden, gedrukt werd op heel zijn werk en Een prachtig woord ook dat. ff op al zijn arbeid. neer wij geen vrede kunnen hebb od Wij menen het te mogen aandui- met de onvrede op de wereld, 4 den als het stempel van de saam- is het omdat in ons de liefde r binding, van het bijeenbrengen van Christus werkt als een dwinge» hetgeen bijeen behoort, en van het en dringende macht. En wegnemen van hindernissen die op van die liefde van Christus op< het bijeenkomen belemmerend zou- baar geworden is, die het k den kunnen inwerken. Wij hebben niet anders werkt zolang hem I het optreden van de heer H. Die- leven en de gelegenheid geschonk mer altiid gekenmerkt gezien door wordt, ook al wordt hij tachtig ji u een irenische trek; zijn spreken en en ouder, handelen was bemiddelend, overre- Dan mag men in de avond dend en overtuigend meer dan over- leven ook dit gebed bidden van iCJ rompelend. zes, deze man Gods: de lieflijkbi q Zo is hij in heel zijn leven van van den Here, onzen God, zij ot noeste arbeid en van nimmer af- ons, en bevestigt Gij het werk ow x latende werklust bezig geweest, en handen over ons, ja, het werk daar lag, dunkt ons, ook het geheim zet handen bevestig dat. van het wondere feit, dat hij gelijke- CHURCH TIMES EN K.L.M. £)E „Church Times", het gezagheb- waarin Nederland een wereldmat bende Engelse kerkelijke week- was met wereldwijde belangen, blad, bevat ook commentaren op de De Engelse afwijzing van het Engelse binnen- en buitenlandse po- derlandse verzoek steunt volg«<l wat het blad „Church Times" op logische oti 01 Iitiek. Interessant schrijft over de Britse afwijzing het Nederlandse verzoek om twee landingen per week voor de K.L.M. te Singapore. Het blad merkt op, dat deze kwes- een kwestie wegingen. Maar in de politiek i| er belangrijker zaken dan de logki en volgens het blad behoorden Engelsen te bedenken dat dit mf M tie voor de Engelsen misschien weinig belang is, voor de Nederlan ders daarentegen des te meer. De Nederlanders zijn bijzonder trots op hun nationale luchtlijn, en de Ne- i politiek dan economie Het blad besluit zijn beschouw met op te merken, dat de Ned landers gerekend mogen worden de trouwste vrienden van Engell derlandse gevoelens gaan te meer in Europa. Het acht het bijzond de K.L.M. uit sinds deze, al dus het Engelse blad, bijna het eni ge overgeblevene is uit de dagen onverstandig, hen teleur te steOAj en te vervreemden wanneer i nerlei noodzaak toe is. lieke kring. Ongeveer 100 r.k. boekver kopers hebben eveneens om dergelijke redenen een eigen vereniging opge richt. De jonge protestantse organisatie zal niet in federatief verband, maar als sectie van de „grote" boekverkopers bond bestaan. In deze 51 jaar oude organisatie zijn de verhoudingen zeer goed. In het be stuur hebben altijd protestantse leden zitting, waarvan sommigen meermalen als voorzitter of vice-voorzitter. De be hartiging van de algemene economische belangen zal ook in de toekomst via deze bond blijven geschieden. In de uit geverswereld bestaat een dergelijke si tuatie. De protestants-christelijke uitge- •8 zijn als sectie lid van de alge- ne uitgeversbond. H. Diemer 80 jaar Aan diegenen die de heer b- Diemer zouden willen feliciteren met zijn tachtigste verjaardag op vrijdag 13 dezer wordt, zo ver nemen wij, daartoe gaarne de gelegenheid gegeven van 15.3# tot 17.30 uur in de Kralingse Sociëteit. Waterloostraat hoek Oudedijk, te Rotterdam-Oost. i!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1959 | | pagina 2