in Londen
KERAMIEK
KLEINE PLAATJES
DANK
Vroeger stalletjes
met ijs en sigaren
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 24 JANUARI 1959
Centraal
museum
ARDE en water waren
de eerste elementen
voor een kunst, die duizen
den jaren vóór Christus al- --
Orkest
en dirigent
onder de
serpentines
HET
•n te ver doorge-
niet te controle
ren bewering zijn, dat na de
eerste ■•tap van de Normandiërs
op Engelse bodem in 1066, na
de slag bij Hastings, de Engelse
cultuur bij deze aanraking met
het vasteland van Europa met
sprongen vooruit zou zijn ge
gaan Niettemin is het een niet
te miskennen feit dat Engeland
nadien niet alleen op politiek
doch ook op cultureel terrein
nauw verbonden was met het
vasteland. Nu is het hier niet de
juiste plaats in te gaan op de
gevolgen en voordelen van deze
verbintenis, noch te komen tot
een beschrijving van Engelands
geschiedenis na de vorming van
een nationale staat m 1265 of
het weergeven van de betekenis
van de vestiging van het Ver
enigd Koninkrijk in 1707. De ge
schiedenis van Engeland is een
boeiende geschiedenis, zowel op
politiek, economisch als op cul
tureel terrein. Gaat men zich
hierin verdiepen, dan zal men
onmiskenbaar stuiten op het
spreekwoordelijk traditie-gevoel
van de Engelsman.
Niet alleen echter bij een der
gelijke studie zal men min of
meer onder de indruk komen van
dit onverzettelijk vasthouden aan
alles wat de naam traditie heeft,
doch bij een bezoek aan dit land
zal het u treffen zodra u. even
als destijds de Normandiërs. een
voet aan wal heeft gezet. Met
d' ze uitzondering dat zulk een
landing in 1959 minder vechtlus
tig toegaat en er in 1066 geen
douane aan te pas kwam. Nu
hebben we geenszins de bedoe
ling om met de propaganda u
toe te roepen: Come to Britain!
Mocht u echter de bedoeling heb
ben deze zomer Engeland te be
zoeken, brengt u dan in elk ge
val één avond door bij de Pro
menade-concerten te Londen en
u maakt kennis met een onverge
lijkbaar voorbeeld van Engelse
traditie.
(Van onze
kunstredacteur)
leen maar een gewoon hand
werk was. Al spoedig kwam
er het vuur als derde element
bij, het vuur dat de hardheid
en dus de duurzaamheid verleende. Maar dat onverglaasde
aardewerk bleek poreus te zijn en zo kwam er als vierde
element het glazuur. In Egypte verglaasde men het aarde
werk al 3000 v. Chr. met kiezelzuur en vervaardigde men
wandbekledingen en vaatwerk in blauw-groene kleur.
van Nederlandse kunstenaars
den). Met de groei verdween
ook deze „attractie"; het accent
kwam geheel op de concerten
zelf te liggen. Binnen tien jaar
ontstond reeds een eerste tra
ditie: twee programma-nummers
kon men sedertdien ieder jaar
weer beluisteren n.l. Elgars
Pomp and Circumstance Mars dering die
11901) en Woods Fantasie on halb-starken
British Sea Songs (1905).
Hier bij de Proms wordt het
ntwoord gegeven op de bandeloze Neen. dit
verwilderde rages die lieden dit
verwildering die hand
dreigt toe te nemen, i
teen-agers
Unieke traditie
Iedere Londenaar is trots op
..zijn" Proms en iedere buitenlan
der is jaloers op deze Proms.
Een unieke traditie op het terrein
van de muziek zijn deze concer
ten waar men, de naam zegt het
reeds, in vroeger dagen tijdens
de uitvoering kon ..promeneren".
Uit een simpel begin gegroeid
bereikte men vorig jaar het 64e
seizoen, waar men van 26 juli tot
20 september iedere avond (met
uitzondering van de zondagen)
concerten gaf. In totaal 40 con
certen met 106 solisten, waar-
bi i werden uitgevoerd 47 symfo
nieën. 52 Concerten voor piano
e.d., 46 Ouvertures en 30 koor-
en andere vocale werken. Een
indrukwekkende samenvatting van
de „Proms", een klein woordje
waaruit blijkt hoe groot de macht
van traditie zijn kan.
Sir Henry Wood
Toen Sir Henry Wood op 10
augustus 1895 het podium van de
Queens Hall betrad om het eer
ste Promenade-concert te dirige
ren zal hij weinig vermoed heb
ben welk een grote Engelse tra
ditie hij hiermee begon. Zoals
gezegd een waarlijk unieke tra
ditie. want nergens in de wereld
is iets dat met deze Proms te
vergelijken valt. Het idee van
promeneren. waar men dus kon
staan of heen en weer wandelen
tijdens een concert in een arena,
kwam van Parijs, een soort van
deze concerten werden in Londen
in 1838 voor het eerst gegeven
Henry Wood was in 1895 een
jonge 25-jarige musicus, nl. orga
nist, pianist, zangleraar en diri
gent. Hij had zijn opleiding geno
ten aan de Kon. Academie voor
Muziek en uit die tijd stamde
zijn vriendschap met Robert New
man. Deze laatste was reeds zes
jaar berocpszangër toen hij de
idee kreeg zijn landgenoten meer
liefde voor de muziek bij te bren
gen. Newman zette de organisa
tie van een concerten-reeks op
touw. Wood dirigeerde en dr. Ge
orge Cathcart verschafte het be
nodigde kapitaal-
Dit was het grote begin! Aan
vankelijk kon men langs de rand
stalletjes aantreffen waar men
ijs, sigaren en bloemen kon ko
pen en als attractie was er in
de korte pauzes vertoning uan
filmpjes (z.g. bewegende beel-
Een wel zeer bijzondere type
ring van de figuur van Ht
Wood is. dat hij. als na afloop
het concert het publiek aanhou
dend bleef applaudisseren, met
jas aan en hoed op, het podium
betrad om duidelijk te~maken dat
het nu wel tijd was om naar huis
te gaan.
No more Proms?
Bij het overlijden van Newman
in 1926 stond de vraag ..no more
Proms?" op de voorpagina's van
alle Londense couranten, want
iedereen geloofde dat nu het
einde van de Proms gekomen
was. Doch de B B C bracht in
1927 redding en sindsdien is de
toekomst van de Pioms verzekerd.
Moeilijkheden deden zich niette*
groten getale
schept binnen
concertzaal volkomen te vernie
len. de vleugel binnen enkele mi-
Heriry nuten te slopen en de politie met
stenen te bekogelen.
hand langstelling te hebben, ook
verwil- muziekmanifestatie voor de jeugd muziek,
of beeft recht op die belangstelling.
ÉfHSHMHgHHMHHHheden niet het
morgen'
Met dat glazuren
verder gegaan. Er zijn
menstellingen gevonden, er
steeds meer ervaren wat het
kan doen. Tin-, lood- en metaal-
glansglazuren werden niet alleen
steeds meer inhaerent aan het
aardewerk, maar werden in ze
kere zin ook autonoom. De pot
tenbakker kan naar een bepaald
resultaat in de kleurgeving stre
ven. het door het vuur geharde
produkt is telkens weer een ver
rassing voor hem.
Daarnaast kwam er dan nog de
eeuwige versieringslust van de
mensen, die het aardewerk be
dekten met streepjes, tekeningen
of beschilderingen. Gewone orna
menten of gestyleerde dieren
treft men aan op het heel oude
aardewerk en zo werden de va
ten en de urnen, die oorspronke
lijk een sacraal doel hadden, op
getooid. verlevendigd ook wel.
Het feit dat het oude aarde
werk. naast de gewone spullen
voor het dagelijks gebruik, een
sacraal doel had. wordt wel eens
vergeten. En dat geldt niet al
leen ten aanzien van de keramiek,
dat geldt ten aanzien van alle
kunsten. De kunst die ontstaan is
uit het geloof, is hoe langer hoe
meer van het geloof vervreemd.
Zij is bijna religieus dakloos ge
worden. Ook de kunst van het
aardewerk, de kunst om dingen
uit klei te maken. Toen potten
bakker Meindert Zaalberg vorige
week in het Centraal Museum
(Maliebaan 42) te Utrecht de ten
toonstelling „Nederlandse kera
miek" opende, merkte hij heel te
recht op. dat de produkten van de
akkers in deze tijd be-
ardigheden in de musea
zijn geworden. Het is ook de tra
giek van de schilderkunst
Waardevol
Houding
In Engeland bij de Prom
Q^est- gebied
De Engelse Promenade con-
ocerten kunnen ons veel leren, wal
ook een" publiek" daï~ grotendeels betreft de houding van het pu-
bestaat uit teen-agers, doch zij bliek, doch ook wat betreft de beseffen dat
worden in de gelegenheid Testeld houding, "jg| §g
werkelijke muziek te beluisteren. "3
Hier wordt het bewijs geleverd
dat de jeugd niet, zi
dikwijls wil beweren,
heeft van klassieke muziek. Dc staan heeft
Engelse jeugd is beslist geen uit- der orkest
zondering, ook in andere landen, ven van de
ook in Nederland
jeugd. Maar dan i
afvragen: schieten
in ons hedendaags muziekbestel'
WIE deze prachtige tentoonstel
ling, die reeds in Eindhoven
en Breda is geweest en binnen
kort naar Schiedam en Leiden zal
komen, beziet, zal niet zonder re
den trots kunnen zijn op onze Ne
derlandse pottenbakkers. Hij zal
land op dit
dirigent
leden. Hier leeft het besef dat den* gemaakt werken
~"n elkaar nodig heeft. Want het beid in kleur
len te 13 t°ch immers zo dat een orkest
afkeer zonder publiek geen reden van be-
en een publiek zon-
verstoken zou blij-
ïuziek die zij horen
En
Geven wij de jeugd in Neder- ter met een applaus te begroeten, bakkerskunst
land de gelegenheid in voldoende Deze hoffelijkheid tegenove:
orkest
vernietiging
op 10 mei 1941. Gelukkig
daarna een tehuis
die mate zoals ...HWI
doch Engeland de Proms heeft, de reeds lang dienen
it- luiuy wds de klassieke werken te beluisteren. De concertmeester
^.,9üfens U' Komen wij tegemoet aan die be
vond hoefte die er bewust of onbewust
bij de jeugd leeft? Het is niet vol-
ingewijd is, zal ook op
merken dat veel der geëxposeer
de schalen, vazen, potten en kan
nen urenlange arbeid en heel
veel liefde hebben gevraagd,
t- urenlange gespannen afwachting
n Engeland ook ook va« wat'hel vuur als eind.
resultaat wilde opleveren.
Na de inzinking van de potten
de vorige eeuw
in als Bert Nien-
ïand ook buis, Chris Lannooy en J. H. An-
Royal Albert Hall, doch helaas doende onze hoofden te schudden
mocht Sir Henry Wood hier niet
lang meer dirigeren. Deze ,.gro- öó'het
te" mens. die zulk een groot aan- hebben
deel had in de toenemende bloei ujkhcid
de vertegen
woordiger van het orkest. zou
men het orkest dan niet begroe
ten in deze persoon?
Ook di
drée, die tot de wederopleving
van deze prachtige handwerks
kunst grote dingen hebben ge
daan. Bij deze drie pottenbak
kers begint dan ook de tentoon-
de stelling, die werd samengesteld
Engelse concertleven
overleed op 19 augustus 1944.
Na de 2e Wereldoorlog vond
men waardige opvolgers voor
Wood en zo zal ook het 65e sei
zoen in de Royal Albert Hall wor
den gehouden, een oud gebouw dat
in .aanwezigheid van tienduizenden
in 1871 door H.M. Koningin Vic
toria werd geopend. Dirigenten
van de laatste jaren waren Basil
Cameron. Sir Adrian Boult en Sir
Malcolm Sargent. Deze laatste
(bijzonder populair bij zijn pu
bliek) is sedert 1950 conductor-in-
chief of the B.B.C. -Symphony Or
chestra. Zijn eervolle bijnaam is
..Brits Ambassadeur voor mu
ziek"!
de hedendaagse jeugd, ook Proms leren, de Proms gegroeid door de Kon. Academie
de muziek uit traditie en enthousiasme. Tra- Kunst en Vormgeving. En bij die
verantwoorde- ditie waarmede vaak de spot ge
dreven wordt. doch
Inderdaad, ook i
jeugdconcerten, schoolcon- Proms. toch wel i
gezien de ervaringen bij de de vakman, die zich in bijzondi
bied kan hebben.
A. HAGER.
metaal-oxyden verheugde
zonder aan een werkelijk artis
tiek totaal-produkt te denken
Kunst uit aarde,
water en vuur
(zijn werk is soms wat esthetise
rend. zonder grote vormbeheer
sing); Nienhuis de kunstenaar,
die meer naar een eigen schep
ping zocht en vorm en kleur als
het ware in elkaar liet opgaan;
Andrée de inventieve figuur, die
aanvankelijk zonder glans werkte
en tot een heel bijzondere materi
aalverwerking kwam, vrij van elk
oppervlakkig effect ook, en later
naar het kleine tere glansprodukt
kwam. dat juist door het kleine
formaat zulk een heerlijke speels
heid en gaafheid vertoont.
Grote hoogte
TV7"AREN zij de eerste bewerkers
W van een renaissance op aarde-
werkgebied in ons land, na hen
kwamen velen die op de ingesla
gen weg verder gingen en de pot
tenbakkerskunst tot grote hoogte
brachten. Kamerlingh Onnes met
zijn speelse versieringskunst,
Stauthamer met een heel sterke,
geheel van de materie uit ontsta
ne aardewerkkunst, zonder het
aanbrengen van enige glans en
Just van Deventer in een vrijere
hantering der vormen.
Wat de glazuren betreft heeft
Meindert Zaalberg (en ook diens
zoon Herman) soms zeldzaam
mooie dingen bereikt, zonder tot
tekenkunstige of schilderkunstige
versiering te moeten overgaan. Ten
aanzien van de vormgeving is hij
iets minder inventief, al zijn er
op deze tentoonstelling ongetwij
feld sublieme stukken van zijn
hand. Zaalberg wil gelukkig nooit
epateren door onwaarachtige re
toriek, maar zoekt in eenvoud van
vorm en kleur zijn kracht.
Dat is van Theo Dobbelman
niet altijd te zeggen. Zijn wand-
tableaus zijn artistiek weinig
waardevol en de onder zijn lei
ding staande experimentele af
deling van De Porceleyne Fles
verlaagt het aardewerk tot een
soort potsierlijke plastiek. Dat is
ook te zien op deze expositie,
waar b.v. een grote kruik naast
de hals tal van gaten heeft ge
kregen en zo de organische sa
menhang verloren is gegaan. Met
aardewerk heeft het alles eigen
lijk niet zo veel meer te maken.
Maar daarover later eens in een
afzonderlijk artikel.
Luigi de Lerma heeft vroeger
beter werk afgeleverd dan hier is
geëxposeerd en tamelijk modieus
aandoet. Dat modieuze effect
heeft ook Dirk Hubers' pptterie,
die bovendien tamelijk statisch is.
Jan Oosterman zoekt het haast
imeer in de grafiek dan in de ke
ramiek, in tegenstelling tot Frans
Slot, die het materiaal zelf laat
spreken en tot heel fijngevoelige
werken is gekomen. Een afzon
derlijke vitrine heeft Judith La-
queur-Révèsz, die langs de weg
der reductie soms heel wonderlij
ke en diepe glazuurtinten ver
kreeg en ook een sterk inventief
vormbeleven toont.
Henny Radijs toont wat de fijn
heid der tinten betreft invloed te
hebben ondergaan van haar leer
meester Andrée. Haar werk is
sierlijk en gevoelig en het versie
ringselement heeft bij haar hier
geëxposeerde werken een dienen
de functie, is niet opgelegd of
overheersend dus. Van de twee
jongeren noemen we ten slotte 01-
ga Oderkerk met zeer sierlijk werk
niet alleen, maar vooral met zeer
geïnspireerd werk, en Jan van
der Vaart, die we juist door de
eenvoud en eerlijkheid van zijn
werk, dat geheel van de materie
zelf uitgaat zonder enig versierend
of opsierend element tot de be
gaafdste jonge keramisten reke-
Het i
i het centraal Museum
te Utrecht een tentoonstelling ge
worden die bijzonder interessant
is, waarbij dan tevens de vele
zeer geslaagde voorbeelden van de
gebruikskeramiek zijn te noemen,
zoals o.a. Bellefroid, Pierre Daems,
Hans Knaap en Wim de Vries
die vervaardigden. Het geheel is
gedecoreerd met grafiek van mo
derne meesters (Zadkine, Kees
van Dongen, Masereel. Pam Rue-
ter, Alfred Löb en Rudi Bier
man) uit de nieuwe aanwinsten
van het Centraal Museum. Iedere
woensdag- en zaterdagmiddag
wordt er van half drie tot half
vijf gedemonstreerd met de draai-
Het beroemde toneelstuk,
dat Georg Büchner ('toen 23
jaar oud) in 1834 schreef over
de Franse revolutie „Dantons
Dood" is thans in een uitne
mende vertaling van Hugo
Claus verschenen als lite
raire pocket bij De Bezige
Bij te Amsterdam.
In vier bedrijven tekent hier de
begaafde jonge Duitse schrijver
heel het wezen van de Franse
revolutie, die hij gerepresenteerd
ziet in dé figuren Danton (de vrij
heid en het leven) en Robespier
re (de orde en het beginsel). Het
is beklemmend te ervaren, hoe een
jeugdige idealist, (die Büchner,
<D van groie waarde
Sargent zegt van de Proms: ..de
Promenader wordt benijd door
hen die nimmer muziek-honger
kenden of door hen die teveel
muziek kregen
DE waarde uan de kleine 45-toerenplaat voor de lichte
muziek is heel duidelijk. De langspeelplaten met
amusementsmuziek bevatten veelal te weinig afwisseling.
kunnen ververken. Hij is het ge- 0m 40 minuten achter elkaar Errol Garner, Rita Reys,
noegen van de muziek en >*- *•»"-
De Promenaders vormen
publiek dat muziek ontvangt
inspiratie teruggeeft
springs hoor)
Knowledge*', uit liefde groeit ken- n
rus. Beroemd zon van Sargent Dan wxl
..last night speeches", zijn humor
volle toespraken op het laatste
Mieke Telkamp of Johnny Jordaan te horen is meestal
net iets te veel. En zelfs Winnifred Atwell, de neger
pianiste wier rags en boog>ie-u?oogi€S ik bijzonder graag
niet een grote langspeelplaat vol afspelen.
n even iets anders.
de
Het publiek in de
vJn%
dc dirigent
nes. men zingt in de p:
deliederen zoals ,.Hc is
good fellow" c.d. Horton-
heeft er de plechtige en e
gezichten, die men ais bij
geschreven wet opzet, laten
Hier Is dc muziek een v
muziek ligt de zaak iets anders.
Een symfonie van Beethoven, een
Pianoconcert van Mozart of een
Vioolconcert van Brahms moet
men in zijn geheel horen. En dat
kan dan echt niet op een klein
plaatje. Want meestal duurt*zo'n
ÜI""^ werk al gauw 30 minuten. En het
icrpenti- merkwaardige is dat het niet ver-
vreug- veeit oofc. Men kan zich moeilijk
J! voorstellen na het 1ste deel van
Mozarts Pianoconcert in Bes bijv.
üteit en ongedwon-
men bij dc Engels-
li bekend staat om
eerdheid. niet zou 0.^^
ehtcn. Men tooit dc orkest- ^crk al gauw 30
De Engelse
derd klai
mbel.
istige
EEN ander voorbeeld is de be- nisch en melodisch prachtig en
faamde „Danse macabre'' van ritmisch heel interessant. Hier ligt
Saint Saëns, een werk dat beslist zeldzaam materiaal voor onze
afwisseling de helledans veel erammofoonplatenbezitters zangkoren. De Norddeutsche Sing-
willen hebben, maar het dan al- kreis Hamburg zingt de liederen
tijd moesten kopen met andere absoluut zuiver en zeer muzikaal
werken, die ze niet wilden. CO- in de expressie.
Mozarts werk LUMBIA heeft deze muzikale do-
dendans thans alleen maar behoe- IVH het toch over liederen gaat:
ven te combineren met de ver- 111 het kunstlied voor solostem en
rukkelijke Bacchanale uit Saint pianobegeleiding heeft nog steeds
Saens Samson
Koning Kastsjeï uit Strawins-
rcn. ky's ballet ,,De vuurvogel" te
'*®e draaien en daarna dan
het 2de deel
op te zetten.
Toch is de 45-toerenplaat, die
dus aan één kant ongeveer 5 mi
nuten duurt, ook voor de serieuze
muziek bijzonder waardevol. Klei
nere werken of liederen zijn haast
geéigmrt voor een 45-toerenplaat
Men voorkomt dan een koppeling speeld door het
aan andere werken, die voor de Philharmonia Or-
gemteresseerde van minder be- chestr?,.°,j °e"
lang zijn. maar die hij nolens vo- orge Weldon en
lens er toch bij moet kopen. Bo- opnametechnisch
vendien zijn die kleine plaatjes subliem "',rM
heel wat minder kostbare ge- seera
schenken dan de grote platen.
i Dalila". beide
VIA NAALD
£N PLAAT
..Klinker
(SED 5543.
de Klassieken"'
Hoe veel leden van zangkoren
nM maar direct met een heel zullen niet gesteld zijn op koorop-
eoncreet voorbeeld te begin- namen. De grote oratoria kunnen
het Capriccio voor orkest natuurlijk niet op een klein plaat-
- je. maar wel de kleinere koor
werkjes. Zo heeft de DEUTSCHE
BM GRAMMOPHON GESELL-
GESELLSCHAFT heeft het werk SCHAFT uit het M«
>n heel
de Duitse componist je.
Gottfried von Einem (geb. 1918)
De DEUTSCHE GRAMMOPHON
uitgebracht op een 45-toerenplaat
(32 041 NL) en daarmee heel veel Ier
liefhebbers van goede moderne
muziek aan zich verplicht. Dit
zeer geniale werkje, sprankelend
en melodieus, is een gaaf voor
beeld van hedendaagse toonkunst tige koorwerkji
en wordt door het RIAS-Symfonie*
Orkest uit Berlijn o.l.v,
Fricsay geniaal vertolkt
?rg veel liefheb
bers. Een grote
langspeelplaat
met liederen kan
veel zijn en zo
heeft de DEUT
SCHE GRAM
MOPHON GE-
SELLSCHAFT een 45-toerenplaatje
uitgebracht met zes heel mooie
liederen van Brahms, nl. „Die
Trauemde", „Volkslied", „Feins-
liebchen", „Schwesterlein", „In
stiller Nacht" en „Vergebliches
Standchen". gezongen door de
Duits-Oostenrijkse sopraan Irm-
gard Seefned, aan de vleugel
ike-Chorlied- begeleid door dr. Erik Werba. (30
Hugo Dist- 332 EPL). Een hoogtepunt van
acht liederen liedvertolking. waarbij geheel van
gemaakt op kopf nog wcleens pleegt te doen.
Eduard Mörike, Wat Seefried hier doet is een gaaf
Ferenc zijn voorbeelden van verantwoor- voorbeeld van gesublimeerde lied-
de oapella koormuziek, harmo- kunst
KN tot slot de orgelliefhebbers,
die over het algemeen erg
gesteld zijn op een zeer veelzijdig
samengestelde orgeldiscotheek en
in de 45-toerenplaatjes dus een
niet te kostbaar middel vinden
om hun wensen in vérvulling te
doen gaan. HIS MASTER'S VOI
CE heeft de befaamde Engelse
organist-clavecinist Thurston Dart
(geb. 1921) het 17de-eeuwse orgel
van de St.-John's Church uit Wol
verhampton en het 18de-eeuwse
orgel van de All Saints Church
uit Rotherham laten bespelen. (7
EP 7051). Heerlijk speels en
klaar klinken op het eerste orgel
Entree. Menuet. Gavotte. Air lén-
tement en Allegro van Handel (af
geschreven uit de bibliotheek
van het British Museum te Lon
den) en op het 2de orgel geeft
Thurston Dart de rust van 2 Vo
luntary's en een Verse van Pur-
cell. Uitzonderlijk mooi orgelspel,
door en door muzikaal en stijlvol,
in de groeven van het plaatje
heel mooi verwerkelijkt.
De kwaliteit van al deze
plaatjes is zonder uitzondering
heel goed te noemen. Vergeet
u echter niet de afspeelappara
tuur op 45-toeren te stellen. En
denkt u er wel om. dat uw saf
fier niet levenslang duurt:
zestig a zeventig uren spelen en
dan maar met pensioen.
CORN. BASOSKI.
Overheid en
film
De Nederlandse film (en filmin
dustrie) mag ziph de laatste ja
ren in een toenemende belang
stelling van de overheid verheu
gen, Er worden filmopdrachten
verstrekt. en thans zijn ook
twee regeringspublicaties ver
schenen, die betrekking hebben
op de Nederlandse film.
In de van het departement voor
o., k. en w. uitgaande reeks
„Dutch art today" is van de
hand van Charles Boost een
kort historisch overzicht ver
schenen onder de titel „Film".
Het boekje, dat 37 foto's bevat,
geeft .een uitnemend beeld van
wat wij op filmgebied hebben
gepresteerd. Van „Mullens tot
Haanstra" zou men het werkje
tot ondertitel kunnen geven.
Evenals het reeds eerder in de
ze reeks verschenen boekje over
het toneel, is ook dit werkje
onmisbaar voor een ieder, die
zich in het kort wil oriënteren
omtrent de Nederlandse film
en filmers.
De rijksvoorlichtingsdienst heeft
tegelijkertijd een uitgave het
licht laten zien, die de titels
geeft van 1000 Nederlandse films
in de jaren 19441956 uitgeko
men. Het boekje is in het En
gels verschenen onder de titel
„Films from the Netherlands."
zelf een revolutionair, was) een
diep inzicht heeft" gekregen in de
bittere waarheid: de revolutie eet
haar kinderen op.
De dialoog is voor een groot
déél gebaseerd op de authentieke
verklaringen uit de protocollen
zelf (zoals Thiers die in zijn His-
toire de la Révolution Frangaise,
wereldkundig )iad gemaakt). Het
toneelstuk is eerst in 1902 voor de
eerste maal opgevoerd.
Thans heeft de Nederlandse Co-
medie het op haar repertoire ge
nomen. Als men het leest is dit
te begrijpen: in zijn volstrekte
verbitterdheid (en onverbloemd
heid) is het een modern stuk.
Een uitermate beklemmend
Ev. G.
Muziekleven
De vorig jaar overleden mu
ziekcriticus en musicoloog Nor-
bert Loeser is door uitgeverij
Gottmer te Haarlem posthuum
geëerd met de uitgave van een
bundel artikelen en recensies,
die Loeser in het Alg. Handels
blad heeft geschreven. De bun
del, die als titel kreeg Muziek
leven", bevat beschouwingen
over Bach, de 12-toon-muziek,
Bartók, Casals, Vivaldi, Pijper,
Paganini, Schönberg, musique
concrete, Amerikanisme en ook
over vertolkers als Lois Mars
hall, Kubelik, Elisabeth Schwarz
kopf, Nan Merriman, de Ned.
Handelvereniging en The Gol
den Age Singers. Als collega
hebben we Loeser steeds erg
hoog geacht. Hij was een wijs
en een integer mens, begaafd
en universeel. Een lichtend voor
beeld voor de muziekcritici was
hij, een mens voor de uitvoeren
de musici. Elk dezer artikelen
getuigt van zijn diep inzicht in
de materie en het verrijkt de
geest dit boekje te lezen en te
herlezen. Het is alsof er met dit
boekje een vriend is weerge
keerd.
B.
^ierWalxncj
Dit is een avond, waarin ik alleen wil zijn
dit is een avond, waarvan velen dromen
en waarin mensen tot elkander koanen
maar, waarin ik, alleen wil zijn.
Dit is een avond, vol van zoete pijn
dat is een avond onvervuld verlangen
zónder kleine, zónder grote belangen.
Een avond, om alleen te zijn.
MIES VREUGDENHIL