HUWELIJK
JAN STEEN
UNIEK
van twee namen
in zijn jolijt en zijn spel
„D.O. altijd de haven
Jan van Eyrk lSd«- rouw)
schilderde dil paneel, voor
stellende „De drie Maria's
aan het geopende graf'.
Het zün Maria Magdalena,
Maria Egyptiara en Maria
Cleopas.
Boymans kreeg internationaal niveau
(Van onze Kunstredacteur)
TOYMANS is Boymans/van Beuningen geworden. Dit huwelijk
van twee namen heeft het Rotterdamse museum op een hoog
internationaal niveau gebracht. Niet minder dan 104 schilderijen,
27 sculpturen, 5 stukken zilverwerk en 16 tekeningen is Boymans
ineens rijker geworden, lopend van Van Eyck tot Van Gogh. En dat
alles dank zij het voor deze collectie luttele bedrag van 18 miljoen,
dat de gemeente Rotterdam voor de collectie-Van Beuningen betaal
de. Wie de enorme prijzen kent, die thans op internationale veilingen
voor kunstwerken worden gegeven, zal beseffen dat Museum Boy
mans heel trots is voor een dergelijk bedrag zoveel toppen op kunst
gebied te hebben kunnen kopen.
1535), waarop de twee naakte figuren
een sterke beweging suggereren.
Italianen
ticuliere verzameling in ons land. In
het begin van deze eeuw is Van Beu
ningen met het aanleggen van een col
lectie begonnen. Eerst schoorvoetend
wat Delfts aardewerk en stukken uit de
Haagse School. Later zich meer inter
nationaal-oriënterend: Italië, Frankrijk,
België. Ook wat de tijdperken betreft
de collectie steeds uitbreidend Eigen
lijk beginnend bij de 15e eeuw en eindi
gend in de 19e eeuw.
Dat alles is nu in Museum Boymans
ondergebracht en daarom kreeg Boy-
Boymans/van Beu-
t afgesloten collectie
werken
i het eigen
ningen. Niet als
werden de nie
gehangen, maar
museumbezit in." daardoor de totaliteit
van het museum niet verbrekend.
Rubens kon nu bij Rubens blijven en
Pieter Aertsen bij Pieter Aertsen. De
staf van het museum heeft er heel wat
aan te doen gehad, al de werken in 37
zalen te verhangen. Het is gelukt, gran
dioos gelukt. Bovenal ook door de ver
nieuwing van vele wanden en door een
ingenieuze nieuwe verlichting. Het Rot
terdamse museum viert vandaag, de dag
van de heropening, triomfen. Terecht.
Nederlanders
HET IS niet doenlijk al die aan
winsten afzonderlijk te bespreken.
Een paar grepen mogen voldoende zijn
om u van de waarde dezer uitbreiding
te overtuigen. Een korte wandeling
dus door het nieuw-ingerichte Mu
seum Boymans/van Beuningen. dat
plotseling aan Rotterdam een geheel
uitzonderlijk cultureel aspect heeft
Dan is bij het begin al direct die aan
grijpende voorstelling van Jan van Eyck
'overleden 1441 te Brugge) van „De
drie Maria's aan bet geopende graf
Maria Magdalena. Maria Egyptiaca en
Maria Cleopas. Op de plank van de graf
tombe zit de troostende engel: „Hij is
niet hier. want Hij is opgewekt, gelijk
Hij gezegd heeft Voor het graf de
slapende soldaten, achter het graf de
landschapsdoorkijk. Een wonderlijke
wijding gaat er van dit werk uit.
En dan daarnaast is er van Geertgen
tot St. Jans 'een naam die vermoedelijk
betekent: „De kleine Gerrit, die bij de
St Jans-Heren woont het kleine pa
neel „De verheerlijking van Maria" (15e
eeuwi Maria staat, met het Kind in de
armen, op een maansikkel waaronder
de duivel is te zien. Een drievoudige
mandorla. waarin aanbiddende cheru
bijnen. engelen met passiewerktuigen,
spreukbanden met het woord „Sanctus",
rozenkransen en muziekinstrumenten,
omgeeft haar. Het Kind klingelt met
twee schellen. Welk een sublimatie van
kleur, verstilling, beweging en expres- de Of het
VAN die Nederlanders komen we dan
bij de Italianen, bij de heel vroegen
zoals Francesco del Cossa (14361478).
wiens fresco „Madonna met kind" haast
etruskisch aandoet. Of die Italiaans-
pathetische, maar toch aangrijpende
„Sint Sebastiaan" van de 15e eeuwer
Vincenzo Foppa.
En daar In het midden van een
zaal hangt de grote trots van ons
land, de enige Titiaan die thans In
cent van Gogh chronologisch tot de
laatste werken van de nieuwe collectie.
Waarmee we echter nog maar een heel
nymus Bosch genoemd, ook niet Willem
van de Velde, ook niet El Greco '„Jo
hannes de Evangelist"), ook niet Rem
brandt („Moeder en kind"), ook niet
Albert Cuyp („Riviergezicht"), ook niet
enkele zeldzame Ruysdaels. En zelfs niet
eens het grote schilderij, dat eigenlijk
thans een plaatsje hoorde te hebben in
het Mauritshuis te Den Haag, het werk
van Jan Steen „Soo gewonnen, soo ver
teert", waarin Jan Steen afscheid nam
van het boertige type en in een wat
zwoele aristocratische sfeer zijn figuren
neerzette.
Men kan zich moeilijk voor
stellen welk een enorme waarde
hier zo vertegenwoordigd is in
Museum Boymans /van Beunin
gen, waarvan de directeur J. C.
Ebbinge Wubben thans als in een
droom leeft. Hij moet steeds het
gevoel hebben straks wakker te
worden en dan niets meer Van die
geweldige uitbreiding te zien.
Maar het is geen droom voor Rot
terdam, het is pure werkelijkheid.
Alle internationale kunstveilin
gen mogen nu nog zo hoog bie
den, wat er thans in Rotterdam
te zien is kan met elke veiling en
met elk museum waar ter wereld
worden vergeleken.
Niet genoeg kan de burgerij van
Rotterdam worden doordrongen van
de betekenis, welke de uitbreiding
van ons museumbezit heeft nu daar
aan de vermaarde collectie-Van
Beuningen kon worden toegevoegd.
\llereerst hebben wij te bedenken,
dat het door allerlei oorzaken
steeds moeilijker is geworden voor
particulieren kunstwerken uit het
verleden van uitzonderlijk belang
'e verwerven. Daarvan een verzame
ling op te bouwen is baast niet
denkbaar meer, althans in Europa
-n in ons tijdsgewricht.
Al evenzeer is bet een zeer zeldzaam
gebeuren, als zulk een collectie,
eenmaal gevormd, na het overlijden
van de eigenaar intact kan blijven
en in openbaar bezit kan overgaan.
En dit is in Rotterdam werkelijk
heid geworden.
Ik geloof niet. dat sinds de stichting
van het museum meer dan een eeuw
geleden zich een moment heeft
voorgedaan van gelijk gewicht als
wij thans mogen beleven. Van het
ogenblik af dat Rotterdam op
kunstgebied „mondig" "werd, als- ik
het zo mag uitdrukken, is de ont
wikkeling van het eigen bezit een
voorspoedige geweest. Maar de ver
rijking met de collectie door wijlen
D. G. van Beuningen samengebracht,
is een geheel uniek feit en allen die
bet mogelijk maakten hebben zich
grote verdiensten verworven voor
de stad.
Het is daarbij een gelukkige om
standigheid, dat de opname van de
kunstwerken de beheerders van het
museum niet voor onoplosbare pro
blemen stelt. Afgezien van het
ruimtegebrek, waarvoor maatrege
len van gemeentewege nodig zijn,
behoeft aan de verantwoorde orde
ning van het geheel geen geweld te
worden aangedaan.
Er zijn dus tal van redenen voor
verheugenis en het is mij een
genoegen daarvan te getuigen.
Meer Bosjesmannen
dan vermoed
Er zijn plannen gemaakt voor twee
wetenschappelijke expedities, volgend
jaar, naar de Kalahari als onderdeel van
een program voor de bestudering van de
Bosjesmannen in Zuid-Afrika. Naar een
tiental gemeenschappen van Bosjesman
nen is reeds, een onderzoek ingesteld,
maar men meent, dat er nog een 24 stam
men bestaan, waarvan nog niets bekend
is. Tot voor kort verkeerde men in de
mening,, dat de Bosji
In het Haagse Mauritshuis
„De verheerlijking van
Maria" van Geertgen tot
St. Jans (15de eeuw), een
der schoonste werkjes die
het Museum Boymans ry-
ker ia geworden.
1 99 I I 1 1 I schilder
IN het begin van de 17e eeuw werkte er in het atelier van de
schilder van bijbelse en mythologische voorstellingen, Nicolaas
Tintoretto, van wie er vier doeken
zijn aangekocht, o.a. het grootste en
monumentale portret van Augustn
Nani en de zacht-getlnte, verstilde
„Madonna met kind".
Uit het latere Italië zijn er die heer
lijke, beweeglijke gezichten op Venetië
van Francesco Guardi (I8e eeuw), een
kleine serie juweeltjes van grote waar-
grijpende doek „Golgotha"
Tiopolo (1696—1770), waarbij Chris
tus zo volkomen in het centrum is ge
plaatst. dat men als het ware al die
nevenfiguren over het hoofd ziet. Die
echter geven er toch dat dynamische
kunstenaar uit de omgeving van Rogier
van der Weyden. En van de 16e eeuwer
Lucas van Leyden het paneel „Potifar's
vrouw toont haar man het kleed van
Jozef", waarop Potifar's vrouw wel een
heel erg zedig voorkomen heeft Een
statische beweeglijkheid heeft het werk
veeJ meer dan het paneel „De metamor
fose van Salmacis en Hermaphroditus"
van Jan Gossaert van Mabuse (1475
Frans
De (aren drukken D minder
dan die Btaenmstisehe Pijnen
Drijf toch tenminste die pfjnenuit
Doe een bloedzuiverende knor
Iedere morgen de kleine dosis Krusciien
en ge gevoelt U een heel ander mens.
't Is of mét de pijn ook de Jaren van U
afvallen, naarmate Kruschen's heilzame
werking zich aan Uw organen mededeelt
Begin morgen met Kruachen en gij zult
al gauw ervaren, hoe goed 't L" doel
Premier Nehroe van India heeft be
kendgemaakt da» president Tito van Joe
goslavië waarschijnlijk een bezoek van
zeven dagen aan India zal brengen Ti
to wordt op 13 januari in New Delhi
verwacht.
sen
FRANKRIJK is nu ook rijk vertegen
woordigd in Boymans. De milde
stemming op „Het gebed voor de maai
tijd" en het fijnzinnige „Stilleven" van
Chardin (18e eeuw) Uit de 19e eeuw
zijn er de kostelijke spotverbeeldinger
van Honoró Daumier zoals „Het pardon"
of „De advocaat". Alleen al om die
Daumiers zou men een bezoek aan Boy
mans willen brengen. En mee te eenje
ten met de schilder van zijn modeller
Of heel stil te luisteren naar wat dc
rustieke verbeeldingen van Watteau tc
zeggen hebben, verbeeldingen die hee,"
intiem zijn Het is eigenlijk erg hoofs»
kunst van Chardin en Watteau. net als
die van Nicolas Lancret '1690—1743)
die zo sterk beïnvloed werd door Wat
teau. maar toch niet diens fijnheid en
gratie verkreeg. Het werk van Lancre'
is afkomstig uit de Pruisische konink
lijke collectie
Verder in de tijd is Frankrijk er me
een verrukkelijke Renoir: „Meisje u
rose in een landschap een der puurst»
voorbeelden van het impressionisme
Net als het „Veld met klaprozen" var
Claude Monet en hel „Pa pa verveld" van
Daubigny. Deze werken horen, met hel
portret van Armand Roulin door Vin-
We ontmoetten D. G. van Beunin
gen of „D.G". onder welke twee
letters hij. de grote man van Rotter
dam, altijd werd en nog wordt aan
geduid, voor het eerst in 1936. Hij
had ons uitgenodigd voor een ge
sprek, dat de bestrijding van ie
werkloosheid tot onderwerp zou
hebben, maar dat afdwaalde naar
de positie van de haven, in wezen
weer niet zo vreemd, omdat tussen
beide een onlosmakelijk verband
bestond. Van Beuningen hield van
de haven, zoals maar weinigen. Hij
werd niet alleen ontroerd, telkens
weer, door het gezicht van de be
drijvigheid aan de kaden en van
af- en aanvarende schepen, zijn
hefde zat dieper. Hij leed pijn. toen
de crisis haar schaduw over zijn
stad legde, en de scheepvaart en
alles wat daarmee verband hield,
verlamde.
We stonden voor het brede raam van
zijn grote kamer in het pand van de
Steenkolen-Handelsvereniging aan de
Westerkade en keken uit over de ri
vier. Met belangstelling luisterden we
naar zijn toekomstplannen. die hij met
veel verve en een jeugdig enthousias
me ontvouwde. Want Van Beuningen
liet zich door niets terneer slaan, ook
niet, zelfs niet. door een wereldcrisis.
Zijn oog bleef gericht op de toekomst,
ook toen het scheen, alsof er geen toe
komst meer zou zijn, toen er alleen
maar plaats was voor geweeklaag en
niet voor optimisme.
Druk gebarend wees hij naar de
overzijde van de rivier, naar de lange
rij van kranen, waarvan er maar en
kele in bedrijf waren. En hij zei: ..Dal
is niet het ergste, dat komt eens ir
orde. deze tegenslag, hoe ingrijpend ook
in ons nationale leven, is maar tijde
lijk. Mijn grote angst is, dat wij, er
vooral de jongeren, op wie het in d»
toekomst zal aan komen, niet gereec
zijn om die toekomst te ontvangen. Ei
heerst een lauwheid, die voor een voll
en zeker voor onze stad dodelijk kar
zijn". Een ogenblik liet hij zich gaan
toen hij vervolgde: Waarom gebrui
ken zij, die door de werkloosheid to
nietsdoen zijn gedoemd, hun tijd nie
beter' Waarom laten zij hun kanscr
foor de vingers van beide hande-
heenglippen? Er ligt zo'n ontzaglijk
boeveelheid werk te wachten, een hor
veelheid, die al-maar aangroeit, maa
iet zijn er enkelen, die er de schor
iers onderzetten".
Hij zei: ,,Een volk, dat de diepte
nmten in zijn bestaan niet moedi,
weet te dragen, is verloren. Hoe er,
het ook voor tienduizenden van dez-
generatie is, de werkloosheid kèn n.
;enmaal niet ons denken en ons doei
kijven beheersen" En zich plotselin-
'ot ons overbulgend. zei hij enthou
siast..Weet u wat mij in deze zwart
aren op de been houdt? Dt mogelijk
leid om door het kijken naar schilde
rijen in musea een verfrissing te on
dergaan. die mij in staat stelt de ver
antwoordelijkheid van iedere leider van
een bedrijf te dragen. Heeft u dezer da-
Utrecht, een jongeman met schildertalent. Hij heette Jan
Stëen, was in 1626 te Leiden geboren en mocht in de grote stukken
kleine figuren schilderen. Knüpfer leerde het hem goed en Jan steenvrucht etotZ overdrSvinglden
ena1»°fLe.eni„e3io?«ltiK.rSteen was niet alleen vlot van aannemen, maar toonde zich boven-
uat was in ïtMb. .Naaien hadden we
het voorrecht „D.G." nog meermalen dien eerder zelfstandig dan Knupfer had verwacht (en wellicht ge-
jr~ hoopt).
te ontmoeten en te spreken. Het laatst
niet zo heel lang voor zijn dood. We
reisden samen per trein naar Brussel.
In Amsterdam raakten we in dezelfde
coupé verzeild. Het gesprek ging over
zijn enorme schilderijenverzameling en
het proces over de echtheid van enkele T -_u.u:u
stukken. We waren in Rotterdam voor- Lpr»Vid hfi v .ld?rsg',de opu"\v
het wisten Toen de trein zich J"™ Knüpfer kwam hij terug l
Jan Steen was student geweest aan de lijk mee vermaken. Zo werd hU levens-
Leidse Universiteit, maar zijn schilders- filosoof, die met een lachje van ironie
die academische de dwaasheden der wereld bekeek. Zo
helemaal niet thuis hoort bij dit onder
werp. „De aanbidding der herders"
waarin het Kind als het ware bedolven
wordt onder de veelheid van neven
figuren, waarvan er dan nog een doedel
overdrijving.
Maar zijn werkelijke kracht school
toch eigenlijk wel in de verbeelding
van het volkje leven, waarin het „Wein.
Weib und Gesang" een niet te versma
den motto was Zelfs de meer hoofM
schilderingen, b.v. ,,De jonge aanbid
der" of „De familie Van Goven" (een
ietwat opgepoetst beeld van deze sdhil-
studie af te maken. In 1648 richtte hij werd hij zede-schilder, minder grotesk dersfamilie), hebben die directe expres-
en die spontane kracht die b.v. zijn
Dorpsfeest", zijn „Prinsjesdag"
want in 1649 geest was hij. Misschien had hij wel "School" hebben.
derden ging hij breed-u
raam staan en gulzig dronken zijn ogen
het rivierbceld. En meer tot zichzelf
dan tot ons, zei hij: „Wat
Zo was „D.G.", de grote stadge
noot, middelmatig van lengte, brui
send van energie, altijd bewegelijk,
doordringende, doch vrtendelij-
evenals de Franse schrijver Rabelais Ongelooflijk, zoals Steen die
het eigenlijke burgers neerzette in hun eigen sieer
n°6 «choner is het zoals hij de kin-
Misschien want Jan Steen was niet deren in dat geschilderde toneel liet
Als je echtgenoot geworden bent heb alleen maar de lolmaker de vrolijkaard meespelen Kostelijk zijn die kleine
Je vanzelfsprekend ook verplichUngen de pretschopper, de oppervlakkig leven- *e,oze wezentjes op doek gebracht.
brouwerij i
herbergier lag hem wel; ie kon i
gemerkt de mensen bespieden en je kon
eens wat lachen ook. Kroegbazen zijn
vaak grote mensenkenners, zo ook Jan
Steen. Door het wijnglas heen ontdekte
hij de ware aard. Hij kon er zich koste-
„Drie dingen wens ik en niet meer,
Voor al te minnen Godt den Heer,
Geen overvloed van Rijkckdoms
schat,
Maar wens om 't geen de wijste
badt,
Een eerlijck leven op dit dal,
In deze drie bestaat het al".
Vrome contemplatie spreekt er uit dit
werk. En zo zijn er meer werken te
noemen, die een andere Jan Steen doen
Een andere, dan we opmerken op zijn
.Vrolijk gezelschap", de familie Steen
iitbeeldend. Links Grietje van Goyen,
rijn vrouw begerig kijkend nur het
?las dat voor haar wordt volgeschon-
ten Daarachter Havick Steen, Jan'i
•ader, al in een heel vrolijke stemming
net een potsierlijke muts op het hoofd,
i-n soort „kraainherenmiits" Vooraan
•en oude vrouw die het volksrijmpje
oorleest So voorgesongen, soo na-
epepen. dat is al lang gebleken. Ick
ing U voor dus volcht ons naar van
jongsaf) aan tot hondert Jaar" Jan
'teen zelf geeft een zijner zoons een pijp
e roken. Het is een echt vrnliik a
chap,
Welk
deren
deren), behalve het voorste meisje Eva,
dat treurig omkijkt naai een kapot-ge-
vallen ei. Twee gelijke diagonalen zijn
er over dit schilderij te trekken, waar
door de compositie zo'n gesloten karak
ter krijgt.
En ten slotte: Jan Steen als ontdek
ker van het vrouwelijk schoon. Aan dat
vrouwelijk schoon stelde men In de 17e
eeuw andere eisen dan tegenwoordig.
Jan Steen had zo zijn eigen smaak. Hij
hield van een gewaagd decolleté, van
een kleine, maar decente pikanterie bij
het „MorgentoUet" en „Jonge vrouw
in slaapkamer". Hij hield ook van het
bijzonder knappe en onschuldige meis
jesgezichtje. zoals hii dat schilderde
op „Het oestereetstertje".
Jan Steen Is thans voor het eerst
na 1928 te ontdekken In het Mau
ritshuis te Den Haag. waar 58 wer
ken uit vele delen van de wereld
hangen, alle gemaakt door Jan Steen.
Fen reldtame gelegenheid tot 15 fe
bruari.
Levenstoneel
VJ AT HEEFT Jan Steen
zijn schilderijen" Wat heeft hem
,ie grote hoogte gebracht' Natuurlijk,
ijn fabelachtige techniek, zijn beheer
ing van het metier zoals geen ander En
•ok zijn enorm kleurgevoel. Maar er is
neer Jan Steen gaf als het ware op elk
erhalend schilderij een stukje levens-
oncel Al de mensen die hij conterfeitte
-aren onbewust spelers op hét toneel
an de wereld, zii speelden hun rol elk
aar eigen geaardheid En In die rollen
I Jan Steen die mensen te typeren.
>ak,
i te raak misschien.
Ontploffing in
Mexico City
In het restaurant La Ronda, te Mexico
City, dat veel door buitenlandse diplo
maten wordt bezocht, heeft zich vrijdag
avond een enorme ontploffing voorge
daan. waardoor minstens vjjf bezoekers
het leven hebben verloren en zeker tien
personen levensgevaarlijk zijn gewond.
De explosie zou zijn ontstaan in een
gasleiding, die vanuit de straat onder de
eetzaal door naar de keuken loopt. De
politie gaat na, of het misschien niet
bom Is geweest.
het restaurant aan de
vermijden Beslist niet en voor de deur geparkeerd stond "vloog^ln
Is het Jan Steen steeds gelukt het «(raatkant stortten In
•ncelcffect
.1 dit verband zou te wijzen zijn op brand".
•nkele pathetische bijbelse voorstellln- Het Is bekend, dat een lid van de
v,L°*,£n*.P ?e8ch'|Ü*rfl ook:- Franse ambassade in het restaurant een
iele voorbeelden: ..De prediking van "rSSüldeJr'bU dé véTsltiü*aÏSSS