SERVICE! eevmr mmt Rode Kruis-helpsters staan voor hun en -helpers taak NEDERLANDSE BOEREN EN TUINDERS emigreerden naar Luxemburg Gastvrij ontvangen ZONDAGSBLAD ZATERDAG 25 OKTOBER 1. \/UIL en moe was hij thuisgekomen, Johan Swartof, tractor- monteur. Nu lag hij willoos in zijn stoel, als had de zwaarte kracht hem daar verpletterd neergedrukt. Waren zijn gedachten tijdens de reparaties keurig gerangschikt geweest als de pan nen op een dak of als de schubben op een vis, nu werd zijn gedachtenloop vrij onoverzichtelijk. Zij rangeerden wat schok kerig heen en weer, verloren zich tenslotte in een oudroze landschap waar het goed toeven was na een zware arbeid van vele dagen, slechts onderbroken door een nauwelijks gegund hazeslaapje. AT AR LIES keek met een mengsel l'-l welgevallen en bezorgdheid neer od luisterde i I vreemde geluiden. tenen ging zij even de wieg te inspecteren waar hun eerstge borene reeds lang het voorbeeld van slapen aan vader Swartof had gegeven. Bij haar terugkomst in de kamer, meen de zij dat Johan even met een onverwach te beweging de loomheid van zich afschud de. ..Hoe laat moet je op. Johan?" vroeg ze gedempt Johan zakte verder onderuit in zijn stoel, beschreef een vage lijn boven het hoofd en knorde: ..Mnja. doe er maar stroop op." Nadien schoof hij opnieuw met open mond de vergetelheid in. Marlies lachte zonder geluid, maar haar gezicht verstrakte toen in het kleine kan toor opdringerig de telefoon mitrailleerde. Met een snelle blik op de uitgeputte man, haastte zij zich naar de rustverstoorder, vastbesloten om alle oproepen om hulp af te wimpelen of minstens tot een later tijd stip te verschuiven. ..Met Swartofs service." meldde zij zich automatisch Vanuit de verte siste het in haar oor. daarna een gepruttel, even een menselij ke stem overwoekerd door een gestaag ver moeid suizen. Marlies verwenste de tele foon en zei toch nadrukkelijk dat Swartof onmogelijk komen Er kwam geen ander antwoord dan een gerucht als van de Mexicaanse hond uit de oertijd der radio „Hij kan onmo- Klijk komen," her- alde Marlies met een lichte triomf in haar stem en rij wilde tevreden de hoorn neerleggen, toen die haar uit handen werd genomgn door Johan die lodderig achter haar opto- rende. ..Met Swartofs Service?" Marlies trok Johan aan zijn mouw om hem van een nieuwe tocht af te houden. ..Met wie?" dreunde Johan. ..O ja juist. Ik kan u slecht verstaan... maar moet ik direkt komen?" Een wegende stilte. ..Oké ik kom!" Af ET «en klap legde hU hoorn neer. foe- J-'I terde op de onverstaanbaarheid, schui felde zonder haar aan te zien langs Mar lies heen. in de warme keuken waar een iets oudere jongen met een zucht zijn Indianenboek sloot om dan verbijsterd Johan aan te blikken. ,,Zo." zei de monteur. ,,Is papa even „Ja," zei het meisje bedremmeld. De kinderen bezagen met ontzag de grote ge stalte in de vettige overall. Er struikelde wat in Swartofs binnenste, waarschijnlijk zijn goede humeur. „Dat is ook wat moois." gromde hij. „Waar staat de tractor dan en wat is er aan kapot?" „Tractor?" zong de jongen hoog ..Wij hebben geen trekker." vulde het meisje, dat Rietje heette, aan. „Wat?!" Johan viel neer op een stoel, zette zijn benen wijduit, de handen op z'n knieën. De kinderen schudden bijna onmerkbaar van nee. als vreesden zij door een te grote beweging de explosie te verhaasten. ..Wie heeft er dan gebeld? Ze hebben mij gevraagd om bij Dingemans te komen. Ben ik hier bij Dingemans of ben ik dat niet?" Ze knikten ijverig en een haastig rood vluchtte uit Rietjes hals naar haar wangen, terwijl de jongen moeilijk slikte en van been verruilde ..Hebben ze me dan voor de mal gehou den?" brieste Johan. „als ik die knaap in m'n vingers krijg dan.Hij sprak zijn be dreiging niet verder uit want in de tegen overliggende wand week een deur open om een kleine dreu- t>QD% droeg twee minus cuul kleine vlecht jes en met ogen schoongewassen blauw stapte zij onbezorgd op de boze monteur toe. bleef voor hem staan, de handjes parmantig op de rug. In haar nachtponnetje elfje. „Hebt u de kopjes?" vroeg G. H. van Maren Hij draalde bij de deuropening. ..Riep er iemand," vroeg hij. terwijl een kleine glim lach even zijn vermoeidheid verdoezelde. ..Denk je dan nooit aan jezelf?" ..Een mens moet niet te veel tijd hebben om over zichzelf te piekeren," weerde hij luchtig af het diep uit z'n borst, „maar wie niet voor een zaak wil werken, moest er liever niet aan beginnen." ..Waar is het?" vroeg Marlies gelaten, omdat zij uit ervaring wist dat na deze uitspraak geen tegenargument meer zou i polder "tussen de~grote „Je bent ..Gek. maar heb «r gelukkig weinig last van." pareerde Johan vlug en tilde zijn Lieske als was zij gewichtsloos tot tegen de zoldering en beloofde haar een volgend jaar een extra lange vakantie te nemen „Ik hoor het Je zeggen." pruilde Marlies nog na. Vijf minuten later vouwde Swartof zijn twee meter in een nederig broodtrommel achtig voertuig, beroerde ergens het dash- bord, waarna een driftig hoesten uit de motor spoot overgaand in een behaaglijk grommen. Nadien bediende Johan met zijn zevenenveertigers de pedalen, trok op. cla xonneerde nog eenmaal, nagewuifd door Marlies De avond grimde vijandig zwart en slechts hier en daar zag het geringe maan- segment kans om de rand van een dave rend zware wolk tot een grauwgeel te ver- Johan voelde de loomheid terugkomen, dacht aan Marlies, vond dat zij eigenlijk gelijk had en bezwoer zichzelf dat hij aan de komende reparatie geen cent tekort zou komen. Hij probeerde wakker te blijven om gewoontegetrouw te gaan zingen met de neuriënde motor op de achtergrond, maar het wagentje schokte behoorlijk en kreun de dof wanneer het door kuilen en knikken bolderde „Het is gekheid!" bromde Swartof wre velig. ..maar 't is een nieuw adres." Gewillig rolden de hobbelige kilometers onder de wielen door Hij vroeg de weg aan een oud man die een tonvormig hondje met zich voerde door de lege dorpsavond. De man gaf naar goed hollands gebruik een uitvoerig relaas over alle mogelijke en onmogelijke wegen om tot het doel te ge raken. Na een kwartier zoeken vond hij inder daad de hoeve verscholen achter een grove haag van schouder aan schouder staande knotwilgen Het huis sliep op een licht spleet na. kierend uit een der slechtgeslo- ten ogen Swartof hevelde zijn tweehonderd pond van de enge zitplaats over naar de vrij heid. dwong zijn loodzware benen de weg te kiezen naar de achterdeur, welke hij opende met een krachtig: „Volk!" Een meisje huppelde gelijk met een licht balk de keuken uit. De uitdrukking van haar gezichtje wisselde snel van blijdschap naar pure vergazing ..Ben bent u er al?" vroeg zij verlegen. „Zoals Je ziet Is papa binnen?" „Nee. maar kom er in." Verwonderd stapte Swartof het kind na Voor u gelezen Vier delen van Wijder Horiion. door D. van Zallekom. Uitgave Jacob Dtjk- stra N.V., Groningen. PB... klas lage re school. Hat behandelt nog niet de plaats namen. grondstoffenkennis enz.. maar leert de kinderen over onderwerpen van algemene aard. De drie andere delen, res pectievelijk Nederland. Europa en De We reld. zijn geschikt voor de hogere klassen van de lagere school De uitgaven zijn voorzien van talrijke tekeningen en opga- het. „Kopjes?" bromde Johan ingehouden. „De kopjes." hield het kind aan. „Wij... wij hebben gebeld!" snikte plotse ling Rietje en ook de jongen knikte vuur rood. JOHAN voelde dat hy nu op het punt stond een belangrijke ontdekking te doen. Intussen had Loeki, de kleinste, uit een kast een gebroken the^copje tevoor schijn gehaald. „Zulke moeten het zijn," praatte het onvervaard tegen de man. De monteur wreef langs zijn voorhoofd. „Jongens," zei hij geduldig, „vertel me nu eens precies hoe de vork in de steel zit. Aangemoedigd door zijn milde toon, droogde Rietje haar tranen en vertelde dat vader en moeder pas om elf uur thuis kwamen en dat ze morgen twaalf en een half jaar getrouwd waren. Opeens begonnen de kinderen allemaal door elkaar te kakelen. Verbaasd luisterde Swartof toe. Langzaam kon hij uit de brokken een passend geheel opbouwen. Hij begreep daaruit dat de kin deren Dingemans hun ouders op de kope ren bruiloft wilden verrassen met een mooi servies. Van hun zelf gespaarde geld had den zij dit inderdaad aangekocht in Jo- han's woonplaats en fijn weggestopt op zol der. Nu aan de vooravond van het feest wilde Rietje alles nog eens piekfijn oppoet sen. toen ineens de ramr teltj - moesten nieuwe hebben, dezelfde." vertelde Rietje, „en toen zei Dries dat het met de telefoon hardstikke gauw ging en toen is Dries naar de buren gegaan en toen was daar niemand anders dan een dove „Die haar bril ook nog kwijt was," zei Dries somber. „Na veel zoeken heeft ze gebeld, de man van de serviezen, zei ze." „Swartofs Service!" grinnikte Johan Ïlots. „Ja, dat is een kwaad ding." brom- e de monteur dan weer ernstig. „Bar kwaad. Dat is een strop." „Heb., heb u ze niet?" vroeg Loekie met bevende lipjes. „He? Nee., dat wil zeggen, nog niet. maar wacht eens!" riep hij opspringend Uit. „Dan zal ik jullie voor altijd het ver schil tussen Service en servies" leren." Hij raadpleegde zijn horloge, pakte het kapotte theekopje en beloofde over drie kwartier terug te komen. „En", voegde hij er ver manend aan toe. „schudt je spaarpotten vast leeg. want het zal er in hangen!" Johan verdween, de Dingemansjes onze ker achterlatend. T)INNEN de afgesproken tijd was hij terug met het ontorekende servieswerk. De kinderen juichten, toen werden ze stiller. „Het zal wel erg veel kosten." weifelde Rietje met een blik naar het hoopje klein geld op de tafel. Swartof telde. Nee. het was bij lange na niet genoeg, maar toen hij zag dat Loekie met een vastberaden gezicht naar de aan recht dribbelde om haar stenen varken zonder pardon te slachten, riep hij: „Ho. wacht 's even.. '1^ geloof dat er al veel te veel ligt, welzeker, kom ik zal een ge deelte weer in de spaarpotten doen." Johan praatte nu druk over het komen de feest, over het plezier dat hun ouders zouden hebben van het servies en onder wijl moffelde hij al het geld terug in de busjes. „En nu moet ik er toch echt vandoor," kondigde hij aan. Kleintjes deden de kinderen Dingemans hem uitgeleide. En in de prille morgen rukte Johan Swar tof opnieuw uit, op weg naar zijn klanten, zonder servies maar met service. Naast hem: een trommel. Zijn boterhammen. Er zit stroop op.. Langs vele om wegen bereikte ons kondiging 11»""; HET LEVEN geboorte van Mari anne. De jonge vader had in zyn geluk een ver gissing gemaakt in de adressering. We hebben hem dat niet kwalijk genomen, we zyn er niet verbol gen over geworden. Het doet niets ter sake, hebben we gedacht. Niet voor ons en niet voor Marianne, „zusje van Marijke". Vooral niet voor Marianne. Ze zal toch wel huilen of kraaiend haar eerste dagen doorbrengen of wy nu van haar geboorte weten of niet. Zon der onze belangstelling zal ze het best kunnen stellen. En dat is nu, dachten we, het verschil tussen Marianne en de kinderen over wie op de voorpagina van ons Zondags blad wordt geschreven, die onze belangstelling en medeleven en steun niet kunnen missen. Er zijn Mariannes, die van huis-uit alles krygen. wat zij nodig hebben, die gezellig-verwend worden en onbe zorgd cn gelukkig door het leven kunnen gaan. Er sLjn er ook, die dit alles en nog veel meer moeten missen. Laten w(j die kinderen in deze dagen vooral onze belang stelling geven. Hun kaartje, in de vorm van de kinderpostzegel, mag niet soekraken! BRUIDEGOM PREFEREERT GEVANGENIS Een Oost-Berlyner meldde zich by de politie in West-Bcrlyn met de mededeling, dat hy in de afgelopen zomer een niet onbelangrijke inbraak had gepleegd in een warenhuis. Nadat hy van a tot z had verteld hoe hy de inbraak had gepleegd somde hy nog een groot aantal inbraken op waaraan hy zich schuldig had gemaakt. Het werd een respectabele lyst, waarvan de politie in grote verbazing kennis nam. Na het verhoor vroeg een inspecteur wat de motieven waren, die de inbreker er toe hadden gedreven naar de politie te gaan om van zyn misdrijven aangifte te doen. Zo hy de hoop had dat dit was gebeurd uit gewetenswroeging kwam dc inspecteur wel bedrogen uit. Een meisje in Oost-Berlyn had gedreigd hem bij de politie te zullen aangeven, tenzij hy met haar trouwde. „Ik prelereer liever een echte gevangenis", was zyn toelichting. VANDAAG precies een week geleden waren we van 's morgens vroeg tot 's avonds laat in het Zeeuwse Goes als toeschouwer bij de nationale wed strijden van het Rode Kruis Korps. We hebben een zwak voor dat korps, omdat de mannen en vrouwen, die er als (Rode Kruis)-helpsters en -helpers aan zijn ver bonden zulk een voortreffelijk werk ver richten. Zij offeren hun vrije tijd voor een menslievend doel en dat kan nooit hoog genoeg worden gewaardeerd. „In de eerste plaats", zo vertelde gravin M. J. van Lynden van San- denburg ons, „moeten zU cursussen volgen, maar verder worden zy dikwijls opgeroepen om hulp te verlenen by voetbalwedstrijden, by de boottochten, die Het Rode Kruis voor langdurige zieken orga niseert. als hulp bij onze gasten in het Henrl Dunanthuls, en verder hebben zy zich tot voor kort zeer verdienstelijk gemaakt by het vergezellen van gerepatrleerden uit Indonesië, die met de boot naar Italië waren gereisd en vandaar per trein naar Holland kwamen". Gravin van Lynden van San- denburg is sinds 1 mei 1940 com mandante van het helpsters-korps. „Het aantal helpsters, over wie wij de beschikking hebben is on geveer 6000. Het meisje, dat acht tien jaar is, kan tot ons korps toetreden. Zij moet eerst het een heidsdiploma E.H.B.O. behalen en doorloopt daarna allerlei cur sussen tot zij helpster eerste klas is geworden. Om dat te bereiken moet zij ook in ziekenhuizen een aantal maanden praktisch werk hebben verricht. Nu zijn er na tuurlijk meisjes en vrouwen, die door haar drukke bezigheden zeen tijd heb ben in zie kenhuizen te werken. Die blijven dan helpsters 3de klas, maar ook zij zijn in ons korps misbaar in haar werk goed". Nieuwe krachten „Wij proberen steeds nieuwe krachten aan te trekken", vertel de gravin van Lynden van San- denburg, „want uiteraard ver trekken er wel eens helpsters uit KINDERWAGEN Op verzoek van een vrouwenver eniging heeft een Britse ingenieur een kinderwagen gebouwd met elek trische aandrijving. De klacht van de Engelse dames nl. was, dat sy zo moeilyk haar kinderwagens tegen hellingen konden opduwen. Daaraan is nu een eind gekomen. Met de nieuwe kinderwagen kan elke helling makkelijk worden „genomen". Gravin M. J. ran Lynden van San- denburg rechtsen jvr. C. C. de Sminia, plv. commandante van hei helpsterskorps. onze gelederen. Een meisje, dat trouwt bijv. kan het op een ogen blik zo druk krijgen, dat zij zich voor ons niet meer beschikbaar kan stellen. Maar het gebeurt veel dat ze jaren later, als het ln het gezin wat makkelijker loopt, terugkomt. De leeftijdsgrens voor helpsters is gesteld op 56 jaar. Dan moeten zy uit ons Korps. In enkele gevallen wordt die grens wel eens verlegd 60 jaar." WATER Water, zo hebben we lezen, is tot de kostbaar grondstoffen voor de indust gaan behoren, en daarom hoi de waterverzorging de Europt industriestaten dag en naó bezig. In een moderne industry staat is voor de totale rJ zorging van een enkel me ongeveer 250 liter water p dag nodig. Hij gebruikt dus ni zoveel, maar met de produki van de artikelen, die hij noq heeft is deze hoeveelheid wat gemoeid. In 25 jaar is het waterve bruik per hoofd van de bi volking verviervoudigd en verwachtingen zijn, dat h verbruik nog zal toenemen. Ju gemeentelijke waterleiding vH Berlijn heeft een buizennet, d. met bijna vierduizend kilomefc driemaal zo lang is als de Rir Om een indruk te krijgfc van de hoeveelheid w> die door de industrie w gebruikt, kan dienen, dat de vervaardiging van een tie kunstzijde 750.000 kubieke metft water nodig ts, en voor de u&j. vaardiging van een ton eels? een watermassa, voldoende t'oP' het direct gebruik van ef stadje van 3500 inwoners. h Dit water wordt dus g|c bruiJet. Slaagt men er [o het, na het gebruik, van r afvalstoffen te zuiveren, d? kan het opnieuw worden M? bruikt. Maar juist die zuiverifu schept grote problemen, die nila alleen nationaal, maar ook intet" nationaal zijn. Niet alle rime" water is voor consumptie meu geschikt. Fabrieken in de buu£( van rivieren, verontreinigen hij water voortdurend. En in geheh| Europa wordt in nauwe ondeal linge samenwerking naarstti naar een oplossing gezocht, Ta Liefdesbrieven „In mijn nabijheid begon JaK, als een jong paard rond te hu len. Hij draafde heen en wcu( lans de rand van het denneb^ met fladderende manen G raaiende staart. Als zilver glan. Veel respect ZE hadden al lang het plan gehad weg te trekken. Het werd hen te nauw in Zwolle. Veel toekomstmuziek zat er niet meer in het boeren- bedrijfje, dat ze in Hat- temerbroek onder de rook van Zwolle hadden opgebouwd. Maar Canada of Australië leek Jan van den Berg te ver weg. Daarheen emigreren be tekende misschien een afscheid nemen voor goed. En bovendien: waarom zou hij naar het andere einde wan de wereld gaan, als er mis schien dichter b\j huis ewen beste mogelijk heden woor hem en zijn gezin warenToen hy dan ook enkele jaren ge leden de kans kreeg in Luxemburg een nieuw bestaan op te bouwen, greep hij die met beide handen aan. Hij is ge gaan en mét hem vele Nederlandse boeren. Want Luxemburg had ze nodig. Rond 1950 is de trek naar het Groothertogdom be gonnen van de Nederlandse boeren- en tuindersgezin- nen uit alle delen van het land. De Limburgers en Brabanders zijn er het sterkst vertegenwoordigd, maar ook uit de andere provincies zijn ze vertrok ken: de boeren en tuinders. Er zijn nu zo ongeveer vierhonderd Nederlanders in Luxemburg, die er als pachtboer of als landarbeider een goede boterham verdienen. Luxemburg ziet ze graag komen. Zij we ten zich gemakkelijk aan de vriendelijke en^gast- mentaliteit u De meeste Nederlandse boeren in Luxemburg komen uit het tui den van het land. Hier :iet men de familie Marcus uil Gulpen op hun hoeve in Rambrouck. De familie J. v. d. Berg uit Hal- temerbroek vond haar bestem ming op een fikse boerderij in het Luxemburgse plaatsje Con- tern. We boeren hier best, zegt Jan v. d. Berg (links) en zouden niet meer terug willen. Tuinder B. Zuidberg (links) met zjjn vrouw en haar broer met de kinderen op hun tuinderij in het plaatsje Steinsel, luttele kilome ters van de stad Luxemburg. Er z{jn hier voor de Nederlandse tuinders beste kansen, vindt hij. de bewo: 77,,°— Luxemburg dezelfde driekleur voert als ons land. «rnnii ■*SÈ Misschien is het wel daardoor, dat Luxemburg de stuWten «rond Groothertogdom, al neemt hun aantal de laatste maan den af. De vraag naar agrariërs is echter niet minder ge worden, integendeel. Het boerentekort is nog groot en nog steeds zyn er mo gelijkheden voor landge. noten. verheelt niet, dat het niet allemaal rozegeur en maneschijn is in zijn nieu we vaderland. Het land is verdeeld in twee grond soorten, de goede grond en de zgn. Oessling. Vooral op de laatste grond is het hard werken. Voor beide grondsoorten zijn aparte regelingen ge troffen. Op de Oessling mag bijvoorbeeld uitslui tend rood bont vee gehou den worden op dc goede grond alleen maar zwart bont, wat inhoudt, dat wanneer de boer „verkeerd vee" meebrengt, hij zijn veestapel moet verkopen. Een ander nadeel is, dat de grond dikwijls ver van de hoeve ligt. Soms is deze verdeeld over ver schillende landerijen, die in een wijde kring om het dorp liggen. hertogdom aan te passen. Ook de taal blijkt weinig Nederlandse boer aantrekt her verkaveling gemaakt, maar men wil daar niet erg aan en tot nu toe is er weinig van gekomen. De grond is doorgaans van grootgrondbezitters, die hun landerijen verpachten. De meeste boeren heb ben een gemengd bedrijf. Voor de meeste emigranten betekent vestiging in Luxemburg uitbreiding van hun bedrijf. Er wordt niet op een hectare gekeken. Heeft men in Neder land meestal een bedrijf van tussen de 10 en 20 hectaren, in Luxemburg worden zulke zaken ruimer aangepakt. Daar heeft men al gauw een bedrijf met 40 ha. De tuinders hebben uiteraard kleinere moeilijkheden op te leveren. E' de belasting Luxemburg tobt r JADRUKKELIJK verzekert de familie v. d. Berg, N dat zij en de vele andere Nederlandse plattelands- en landarbeiders. De Luxembqrgers zélf voelen niet gezinnen het uitstekend maken in hun nieuwe vader- ÜL;'b£eTf.,dUnd. Luxemburg i. «n per.dU.Je voor de Neder- li,ke vbnïV/0 Fnm?nate?andhomverVan^den kingstoename door geboorte is gering, de gezinnen veel contact met onze landgenoten. Zo is i--?ïet Gro^ertog bllJven W«in en het harde boerenleven trekt niemand vereniging Berg: emigratie uit Nederland r Nederlandse boeren, welke regelma tig voorlichtings- en contact-bijeenkomsten houdt. hen, die in EGKS-verband in Luxem- lijn ze de Nederland,, boerenzoon, die Dergelijke bijeenkomsten geven een gevoel iaat - - bijvoorbeeld een °vertoeht neer Nieuw-Zeelend. Je -j.OEN h„ bo,,,»,,!,,,,., „gp,„d werd. deed Luxem- Ook velen mevrouw l d ïerg en dl ïe^zigheid van tiJJe burg een beroep op Nederland en bij tientallen burg werken, zijn daarbij aangealoten. neefjes en een broer van de heer v. d Berg bewijst dat. ZIJ brengen hun vakanties op de Nederlands- Luxemburgse hoeve ln Contern door. Over teruggaan wordt niet gedacht en heimwee is een onbekend begrip bij de Nederlandse emii dit land. In een paar uur brengt 'erli "IT",gaf ze de ruimte! Het land biedt expansiemogelijk- f 5! heden. Daar drukt niet het onderhoud van een om- - aete vangrijk leger op de miljoenennota. Er zijn maar 12000 militairen en twee vliegtuigen. Vandaar dat altijd enigszins een vreemdeling. Maar ondanks dat: de meesten willen niet meer terug. Bij vele Neder landers is er eerst een aarzeling om zich in het land van de kleinste Beneluxpartner te vestigen. Ve- ITOEWEL EMIGRANTEN in Australië en Canada land als omzetbelasting in de staatskas vloeit. II zich nog wel eens alleen en verlaten voelen, is Het welvaartspeil ligt hoog. Aanzienlijk hoger dat bij de Nederlanders in Luxemburg anders. Zij in Nederland. En de produkten van de Nederlands- ""JI* voelen zich er meestal direct thuis Veel herinnert Luxemburgse bedrijven maken coede prijzen op de maakt hen spoedig even enthousiast als de familie nog aan de vroegere banden met Nederland, wat markt. v- Berg, die ln Contern-Luxemburg haar levens onder meer tot uitdrukking komt in het feit, dat Nog steeds vestigen zich buitenlanders in het bestemming vond. We hebben veel respect de helpsters en helpers. De ten van hen hebben een drukke werkkring en moeten in hun wei nige vrije uren zich bekwamen voor hun taak: hulp verlenen als er eens grote rampen over ons land zouden komen. De wedstrij den, die regelmatig worden gehou den bewijzen, dat zij voor hun taak staan. „Maar het is zo jam mer", verzuchtte gravin van Lyn den van Sandenburg, „dat er zo weinig aanmeldingen zijn van nieuwe krachten. De mensen heb ben in het algemeen gesproken tegenwoordig nergens tijd meer voor". Zelfs niet als het gaat om zich in te zetten voor de mens, me schrikken. Geheel oaverwi stond hij voor me, een vree wild dier. Het stampte op grond onder blij gehinnik, steigerde en vloog met een galoh] sprong de begeerde vrijhei tegemoet. Wat wordt een mens klein dp wat kan een belevenis groot r wanneer hij staat tegenover verhevenheid van de schoonhe en haar geheim! Uren latfl braken we op. Jasir was rust en liever dan ooit. toen ik op rug klom. We maakten een kir0 ne omweg door het dal. waar weide is van Hadban, Kamil Nauschan". Dit prachtige stukje lazen in „Liefdesbrieven rondom Ar bische Paarden" die geschrevi zijn door Ursula Guttmann Ad. M. C. Stok IForum-boeki rij) te Den Haag in een Nede n landse vertaling van J. T" Crom heeft uitgegeven. Ur Guttmann leidt de lezer die derlijke wereld binnen, die reld, waarin het Arabische paai domineert, en zij schrijft boeien en meeslepend over de psych J sche gemeenschap tussen en dier. Met tientallen zeldzam prachtige foto's is dit zeer bijzot dere boekje verlucht. STRIJKIJZER Een Zweedse ingenieur heeft een •trykyzer geconstrueerd, waarin zich een sirene bevindt, die gaat loeien zodra het yzer te warm wordt. Hy wil op die manier voorkomen dat er brand ontstaat als een huisvrouw vergeet het strykyzer veilig te stellen, indien zy haar werkzaamheden plot seling onderbreekt omdat er byv. wordt gebeld. Ontmoeting op de brug met l oud-bakenmeester Toen we een wandeling maakten over de Algera-brug, de brug over de Hollandse IJssel tussen Capelle en Krimpen, onrfc moetten we de oud-bakenmeester G. Vogelenzang de Jong, eei krasse oude heer, die er veel plezier om had dat we zijn leeftiji schatten op een 70 jaar, terwijl hij de 84 al is gepasseerd, ,,'t Geef! niets hoor", zei hij, „iedereen vergist zich als hij moet raden hi oud ik ben". De heer Vogelenzang de Jong heeft altijd op en at het water gezeten en dat heeft hem vermoedelijk zo fit gehouden „Ik ben geboren op 26 februari 1874, en in 1879. toen ik vijf jaar was, ging ik voor het eerst varen, op het schip van mijn vader. We zaten zonder knecht en ik moest mee om het roer vast te houden. We voeren naar den Nieuwpoort om stenen in te nemen, die we moesten afleveren in Hellevoet- sluis". Op 3 oktober 1898 werd hij knecht op de Goudse boot. die tus sen Rotterdam en Gouda voer, een jaar later werd hij stuurman en kort daarop reserve-kapitein. „Maar op 1 juli 1905 kreeg ik mijn aanstelling tot bakenmeester op de Hollandse IJssel en dat ben ik gebleven tot mijn pensionering in 1932. Eerst heb ik nog een tijd in Ouderkerk gewoond, maar nu woon ik al weer heel veel jaren in Krimpen aan den IJssel". Koningin was er erg blij mee. de dag, waarop ik zestig jaar getrouwd, zond ze me een gelul] wens. Minister Algera heeft c een Hollandse IJssel spriet-a van me gekregen. Dat was model van de „IJsselstroom", ten] schip, dat nog heeft meegewerkt] toen de Nieuwe Waterweg we gegraven. Mijn vader heeft daar veel van verteld". Sportief Geen dag stil „Na mijn pensionering heb ik nog geen dag stilgezeten", vertel de de heer Vogelenzang de Jong. „Stilzitten ligt me niet zo. en daarom ben ik gaan knutselen. Ik ben modellen van schepen gaan bouwen. In mijn leven heb ik heel wat schepen gezien. Toen de Koningin kortgeleden een be zoek bracht aan de Krimpener- waard heb ik Haar een Hollandse IJssel sprlet-aak aangeboden. De „Ook heb ik ln mijn leven veeU aan sport gedaan: de watersport' de fletssport. de wandelsport en de schaatssport. Vijf jaar gele- den heb ik nog deelgenomen aan de dorpentocht door de Krimpe- nerwaard. In de loop der jaren heb lk twee kastjes met een 160 medailles en kunstvoorwerpen bij elkaar gesport". %loeAA^

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1958 | | pagina 14