faMui 1
Muziek in optocht uitgebeeld
Biiif
!0$
Schot en schutter vormden
schitterende hoogtepunten
NIEUWE LEiriSCHE COURANT
3
ZATERDAG 4 OKTOBER 1958
DE BLINDE ZANGER VAN HOMERUS heeft op zijn lier getokkeld,
de minnestrelen zongen bij hun luit, de adellijke jonkvrouwe speelde
droeve liefdesliedjes op haar spinet,Bach zond van zijn orgel tot inkeer
nopende tonen naar de ruime kerkgewelven en Chopin schreef zijn lief
deslied op de toetsen van zijn piano. Strauss, zijn zoon en zijn kleinzoon
lieten Wenen walsen en de gehele wereld danste mee, Louis Armstrong
bracht jazz naar Europa en Elvis Presley deed een storm van geestdrift en
verontwaardiging opgaan. De blindezanger van Homerus en de uitvinder
van de rock '11 roll zijn op een bepaald vlak collega's en het drie-oktober
feest heeft lien gisteren tezamen gebracht. In de straten van Leiden liep
Bacli naast Chopin, die de onberekenbare George Sand stevig bij de arm
had; Strauss converseerde met de naamloze minnedichter uit de Middel
eeuwen en tezamen vormden zij een gesloten geheel, dat in vele facetten
sprankelend naar buiten trad.
Toch heeft de optocht ons dit jaar niet
onverdeeld enthousiast gemaakt Een
tocht door de eeuwen der muziek vereist
vaart en vleugellichte klanken; nooit
kan muziek dof zijn. zelfs de somberste
muziek schittert als een karbonkel. En
zowel de vaart als het licht misten we
in de optocht op vele plaatsen.
Wanneer men de opstelling en de aan
kleding van dit hoogtepunt van Leidens
feest te traditioneel gaat nemen en te
weinig gedurfde initiatieven toelaat om
het geheel tot een verrassing te maken,
zal de optocht vervagen tot een louter
trefpunt, dat geen hoogtepunt doch
slechts een uitgangspunt voor de feest
vierders gaat worden.
BUITEN LEIDEN
/APVALLEND en in zekere zin tekenend
C' was het feit dat de twee groepen,
die niet uit Leiden afkomstig waren, te
recht het meeste succes oogstten.
The Pipe Band of the Highland Light
Infantry wist zelfs op de Breestraat zoveel
geestdrift los te pijpen, dat enkele be
woners op Amerikaanse wijze hun bewon
dering tot uiting brachten door wolken
papiersnippers uit de vensters te werpen.
Het enthousiasme wordt overigens door
de Leidenaars toch al niet al te duidelijk
gedemonstreerd Manhaftig en onversaagd
poogde het raadslid Portheine vanuit zijn
kamerraam aan het Noordeinde enig ap-
Neuzen af
TAE KAPITEIN HAD DE TIJD
ruimschoots genomen en
stond ruim een half uur voordat
de optocht langs zou komen met
militante minzaamheid de gebeur
tenissen langs de stoeprand af te
wachten. Een kwartier later was
hij op zijn plekje ingebouwd door
andere belangstellenden, toen
plotseling drie matrozen met luid
gezang en feestneuzen over het
wegdek naderden.
De kapitein verstarde, de min
zaamheid vloeide weg en daar
voor in de plaats kwam harde
gestrengheid. Want het dragen
van feestneuzen is de militair ver
boden, omdat een zwoegende ge
nerale staf-wel zal uitmaken met
welke versierselen de militair
wordt uitgedost; zoals bij alle
hoofdstukken van het militaire
huishoudelijke reglement wordt
ook op dit punt enig persoonlijk
initiatief niet op prijs gesteld.
De kapitein op het ingebouwde
stoeprandplaatsje aarzelde zeven
volle seconden. Toen haalde zijn
plichtsbesef de overwinning en
waardig schreed hij op de feest
vierende vloot-vertegenwoordi-
gers af. De komst van de autori
teit bracht de matrozen weer tot
het besef van rang en stand;
kwiek sprongen zij in de hou
ding en alleen de feestneuzen op
hun gelaat herinnerden nog aan
de ogenblikken van uitbundig
heid.
De kapitein sprak hen verma
nend toe en berouwvol keken zes
ogen hein langs hobbelige feest
neuzen aan. Gepijnigd keken de
twee ogen van de kapitein
langs zijn gewone neus naar de
drie opgesierde gezichten voor
hem en plotseling schoot hij uit:
Doe die neuzen af!
Met een bescheiden glimlach
onthulden de drie matrozen hun
voorgevel en na een laatste „Laat
ik het niet wéér zien!" mochten
zij verder lopen.
De kapitein kwam in de achter
ste rij langs de stoep te staan en
dat was de zesde.
plaus aan de duizenden mensen beneden
hem te ontlokken. Maar hij klapte in een
zaamheid. En zelfs toen de burgermees
terlij ke koets langs kwam en mevrouw
Van Kinschot het raadslid tijdens een
korte pauze een buideltje kaas toewierp,
dat keurig werd opgevangen, bleef de
waardering van de omstanders beperkt tot
een bijna geluidloos gegrinnik.
Hulde daarom aan de Breestraatbewo-
ners. die de Schotten althans de indruk
hebben meegegeven, dat er ergens in Lei
den toch spontane lieden moeten leven.
Maar het applaus klonk ook op andere
Een tweedz^groep, die sterk de
aandacht trok, was de schutterij uit
Bolsward. In het nog niet zo erg grij
ze verleden kende iedere Nederland
se stad een schutterij, die dapper be
weerde haar leven veil te hebben
voor het welzijn der burgerij. Nadat
echter de commandant van de Am
sterdamse schutterij aan het einde
van de vorige eeuw bij een bezoek
van de Duitse keizer beleefd zijn
helmpje afnam om de keizer te be
groeten, is de faam van deze dap
peren sterk gaan tanen, en thans
hebben nog maar weinig steden in
Nederland een dergelijk korps, dat
schietvaardigheid paart aan muzika
liteit.
In Bolsward zijn beide elementen nog in
volle glorie aanwezig, zoals gisteren in de
optocht bleekachter de pittig spelende
muzikanten marcheerden de schutters,
vol branie en lef zoals Speenhof hen reeds
heeft zien lopen. Of het van de bitter
kwam durven we niet te zeggen, want wij
hebben niet kunnen zien hoever de geest
rijke stroom reikte, die van enkele restau
rants naar de optocht vloeide.
Hoog torende Apollo boven zijn aan
trekkelijke dienaressen de Muzen,
die de prettige eigenschap hebben,
dat de Tijd aan hen voorbij gaat en
dat zij het geheim der onverslijtbare
jeugd bezitten.
"DEEDS om half twaalf hadden grote
-*-*■ groepen mensen een goed plaatsje ge
zocht langs de straten, die de stoet
kiezen en koesterend in het milde herfst
zonnetje wachtten zij geduldig op de bij
zondere optocht, die gebroken had met de
traditionele historie en de rijke wereld der
muziek had opgezocht.
Na de bekende opening van trappelende
paarden en plechtige koetsen gevuld
autoriteiten volgde een algemene hulde
aan de kunst. Op een praalwagen zaten de
negen Muzen met Apollo als aanvoerder.
Ergens miste deze groep iets aan frisheid
en vooral de Muzen moeten toch het t
beeld zijn van de jeugd, die nooit
welkt en altijd aanleiding is tot nieuw
grootsere inspiraties.
De fluitspelers, komedianten, dan
seressen en muzikanten te voet
brachten de sfeer veel beter tot de
mensen. Zij bewogen zich dikwijls
met de charmante soepelheid van
kunstenaars over de straat èn zij
schiepen werkelijk de verwachting,
dat achter hen een adembenemende
stroom beelden zou komen uit een
tijd, die ondanks zijn verleden altijd
zal blijven voortleven.
STEPPEBEWONERS
TAE Hongaarse muziek had indrukwek-
kend en romantisch kunnen zijn. Dat
zij dit niet was had een technische
zaak. De opening was stemmig ei
praalwagen zelf verzorgd. Maar de
ziek, die de Hongaarse Zigeunerkapel
o.l.v. Primas Lajos Velmy ten gehore
bracht, werd stukgeslagen tussen de tegen
elkaar botsende tonen van de muziekkorp
sen, die voor en achter de Hongaarse
aanmarcheerden. Weinig heimwee-
wekkende klanken bereikten de m<
en de spelers aan het spinet en op de
viool gaven soms het effect van een stom
me film.
Toch voldeed deze groep in het geheel
bijzonder goed en zij droeg in ieder geval
de sfeer uit van een speciaal deel der
ziekgeschiedenis. die in Hongarije een
hoogtepunten heeft gevonden. De lopende
steppebewoners vertelden woordeloos
KLORIS EN CARMEN
TAE BRUILOFT van Kloris en Roosje
viel iets tégen. Van deze echt-Neder
landse" stoet had men wat groots kunnen
maken. Hierin had men volledig zichzelf
kunnen zijn. want al zal men opwerpen,
dat het een boerenbruiloft betreft die vele
stadsbewoners vreemd is. de sfeer ligt
verankerd in alle Nederlanders.
Kloris en Roosje zaten eenzaam op een
sjees. De bruiloftsgasten kwamen ver ach
ter hen aangewandeld, alsof ze niets met
de jonggehuwden uitstaande hadden en de
boerenkapel zat stevig dichtgemetseld in
een gesloten wagen.
De uitbeelding van de romantische
opera Carmen vormde weer een gezellig
hoogtepunt. En ook hier waren het de lo
pers en de ruiters, die de toon aangaven.
Spaanse schonen met lange zwarte haren
maakten het de omstanders duidelijk, dat
eens een jongeman zijn loopbaan en eer
op het spel zette om de liefde van Carmen
te winnen. Vurige toreadors op briesende
paarden toonden hoe begrijpelijk het was,
dat Carmen een stierenvechter verkoos
boven haar gedeserteerde militair.
CIRCUS EN WALS
CARMEN werd op de voet gevolgd
door het circus en hoe scherp
het contrast ook mag schijnen, in
werkelijkheid liggen Carmen en cir-
cus vlak naast elkaar. Stierengevech
ten en „wildebeestenspul" ontwijken
elkaar niet zo erg veel. De typering
en vooral de muzikale omlijsting wa
ren karakteristiek gekozen. Dc op
zwepende muziek begeleidde een
stoet luchtige lieden, die hun zorgen
en leed zorgvuldig achter een maskei
van onbezorgdheid hadden wegge
stopt. De clowns waren zelfs niet te
vreden met het vertoon van hun kun
sten binnen de groep, doch breidden
Als de voorzitter van de optochtcom
missie dat doet, Is hi) uiterst tevre
den. En dat is de heer Commandeur
nu ook weer niet zo gauw. Dit moment
is zijn triomf.
hun activiteiten ook naar buiten uit.
Hetgeen énkele zwoegende politie
mannen op dé hoek B reestraat-Kort
Rapenburg tot grote verlegenheid
bracht, daar zij toch al m'oeite genoeg
hadden om temidden van feestneuzen
en olieboldampen het decorum op te
De Weense wals werd een lichte te
leurstelling. Zo heeft Wenen niet gedanst
aan het eind van de vorige eeuw. De
zalen van het Oostenrijkse hof waren ge
vuld met sprankelende vrolijkheid en
levenslust. De Straussen hebben deze on
gedwongenheid in muziek weergegeven.
Zij zouden niet zo geestdriftig zijn ge
weest, als zij gisteren hadden gezien, hoe
Leiden meende deze sfeer te kunnen
Opmerkelijk is echter, dat ook hier de
„voetgangers" veel goed maakten. Een
-gezellige oude heer liep' dansend tussen
opgetogen meisjes in ronde hoepeljurken
en enkele ernstige jongetjes in zwarte
pakjes gaven schuchter hun arm aan het
eerste meisje, dat zij naar de balzaal
NIET OVERDREVEN
TAE MODERNE MUZIEK was lopend
U nogal povertjes vertegenwoordigd,
maar de praalwagen gaf een goede stem
ming weer. De uitbeelding was verant
woord en niet overdreven. Het slot van
de optocht was een praalwagen met een
tapijt van dahlia's, waarmede hulde werd
gebracht aan de muziek van alle tijden
De optocht nam de gehele middag
in beslag en velen konden hem enige
malen zien. door van het ene eind
van de stad naar het andere te ren
nen. Dat dit tot onverwachte ver-
keerscomplicatics aanleiding gaf, werd
om kwart voor vijf bewezen op het
kruispunt Breestraat—Rapenburg—
NoordeindePrinsessckade. Toen het
staartje van de muzikale stoet het
Noordeinde verliet om rechts hel Ra
penburg op te marcheren, had de kop
via Steenschuur, Gangetje, Boter
markt en Korenbrugstceg al het be
gin van de Breestraat bereikt. Poli
tie te paard hield de mensenstroom
die de stoet op het Noordeinde sloot,
tegen en er ontstond een massale
botsing, die zich tot de Witte Singel
deed gevoelen. Het resultaat was we
nende kinderen, kribbige moeders en
opgewonden vaders, wie het was aan
te zien, dat zij er al van de morgen
uren af weinig heil in hadden gezien.
Nog erger werd de verkeersknoop op
de Klauwpoortsbrug, waar de ene
helft van de optocht nog ijverig bezig
was de Morsstraat in te marcheren,
terwijl het begin met de paarden en
koetsen al van het station kwam aan
lopen met het kennelijke oogmerk de
Haarlemmerstraat te bereiken. Het
werd een ingewikkelde polonaise, dia
van de medespelers groot geduld en
Inzicht vergde.
EN DAN komen we aan de eind
beoordeling. De Drie-October-
vereeniging heeft een moedige po
ging gedaan om van een oude ge
woonte af te wijken. De historische
optocht werd dit jaar vervangen
door een schouwspel, dat meer uit
beeldingsperspectieven biedt. Dat
hiervan niet steeds voldoende ge
bruik is gemaakt is iets, dat bij ko
mende drie oktobers kan worden ver
holpen.