KUNST actoer
ZONDAGSBLAD
lil Denemarken zijn 40
missions-hotels
mi spiegelglas
eevmr vemAt
GRYTVIKEN, eenzame basis der
Fotorijk boek over de Achterhoek
is.™w.kGh,de£ï°r"ï wor't'srtr
ZATERDAG 7 JUNI 1958
•irirtrütrtiirir-ifüifüilïi-tiü'tlitiiirü-ü
Irtrtrtrtrtrtrlrtr
-Xziririrtr-ii-irtririiittrtfttrtrti&trirtrtrtrtr'irtririrtctt «4
PRAKTISCHE EVANGELISATIE:
Ook deze zomer weer zullen duizenden toeristen, die Denemarken
bezoeken, kunnen profiteren van een stukje praktische evangelisatie:
de missionshotels, waarvan dit kleine land er niet minder dan veertig
heeff. Kopenhagen heeft al vijf van deze missionshotels met tezamen
tegen de 1000 kamers. Verder vindt men in talrijke andere plaatsen
hotels, die op een christelijke grondslag worden geleid.
I K ben van mening dat het schrijven van kunstkritieken een bijzonder onfatsoenlijke bezig-
I heid is, maar toch ik heb het Marius G. Dorswinkel nooit kwalijk genomen. Ik nam
Marius niets kwalijk, zelfs zijn merkwaardige hoofd en zijn eigenwijze mening niet. Hij
liet mij volkomen koud en eerlijk gezegd heb ik altijd gedacht, dat hij niet in staat zou
zijn mijn humeur te beïnvloeden. Zelfs niet met zijn geraffineerd-geniepige kunstkritieken.
Ik heb me daarin schromelijk vergist. Na mijn laatste tentoonstelling schreef hij: „De schilder
lijkt ons een sympathiek mens, die weet hoe een kwast vast te pakken. Eigenlijk ontbreekt
hem slechts één ding: hij kan niet schilderen".
DOP?
'TOEN IK dat las voelde ik mij niet direct ge-
1 gnefd. „Die kerel maakt my niets", dacht ik
baldadig en opgewekt verfrommelde ik de
krant, waarin de vriendelijke woorden een
plaatsje hadden gekregen.
De daaropvolgende dagen was er een rede
lijke belangstelling voor mijn expositie en ik
vergat de kritiek. Drie dagen achtereen, om
tien uur precies, passeerde ik Marius G- Dors
winkel in de smalle winkelstraat en ik dacht er
eenvoudig niet aan hem ook maar iets betaald
te zetten. De vierde dag. klokslag tien. was het
opeens allemaal anders. Waarschijnlijk kwam
het door de zon. die na lange donkere regen
dagen. de winkelstraat vulde met sprankelend
licht en winkelende mense
dat mij inspireert en van
ken.
Maar Marius kenn ik wel,
te goed. Hij stond weer
voor het etalageraam van
kunsthandel Ouborg en
keek, het hoofd deskundig
schuin, geïnteresseerd naar
„Rechthoek m blauw"",
een even fors als gedurfd
doek van myn broeder in
de schilderkunst Jantje Berkemeijer. Een voor
treffelijk schilder, die Berkemeijer, en eerlijk is
hy ook. Over zijn „Rechthoek in blauw" zei hij
zelf: „Och, ik had alleen nog maar wat blauw.
Maar dat zit er tenminste lekker dik op. Waar
schijnlijk werd het daarom bekroond".
Kijk, dat is nu oprechte taal, die waardering
verdient. In zo'n geval zeg je: „Zand er over;
we hebben allemaal wel eens een gekke bui.
En daar kan Marius G. Dorswinkel, al is hij
JK WEET dat het onlogisch klinkt, maar toen
ik Marius de vierde morgen weer voor het
etalageraam zag staan, gebiologeerd door de
egaal-blauwe uitspatting van mijn vriend Ber
kemeijer, dacht ik: „Wat zou ik het hoofd van
die vent eens dolgraag in een beter model
slaan". Natuurlijk, kunstschilders worden ge
subsidieerd om te schilderen en niet om hun
achtenswaardige en zeer deskundige dagblad-
kritici lichamelijk letsel toe te brengen. Maar
de zonnige sfeer bracht mij die morgen in een
baldadige stemming, die omsloeg in een fana
tieke vergeldingsdrang. Ik voelde mij plotseling
in staat Marius eens hardhandig de waarheid
te zeggen. Desnoods zonder subsidie.
"FÊN KLAP. dacht ik, één forse klapen
Manus G. D. (zo ondertekent hij zijn kri
tieken) ligt met een bebloed hoofd tussen de
„Chrysanten in vaas" van Fantin Latuon voor
12,50, „de Montalbaenstoren te Amsterdam"
van Monet voor f 27,35 en de „Rechthoek in
blauw" zonder prijskaartje. „Mooi rood bloed
zal het zijn", dacht ik, want Marius is niet de
eerste de beste. Zoon van een bekend schilder,
kleinzoon van een gewaardeerd acteur en neef
van enkele ooms. die vergeten onvergetelijke
muziek op papier hadden gezet.
Tussen de traag-voortdeinende, winkel-grage
massa naderde ik. Hij stond als een rots in de
branding: zijn bewondering voor het misbaksel
van Berkemeijer was blijkbaar groter dan de
kracht van de voorbijdringende horde. Even
bewonderde ik hem.
TK DACHT: „Als het voor de kunst is dan kijkt
hij niet op een por meer of minder". Die
bewondering ebde weg toen ik bloedrode letters
op het blauwe schilderij zag. ..Je kan niet
schilderen", stond er. Ik zag het duidelijk, hoe
wel ik wist dat het verbeelding moest zijn of
wit-gloeiende wraaklust, die mij parten speel
de. Met enige onrust constateerde ik. dat ik al
mijn zelfbeheersing nodig haA om niet op Ma
rius toe te rennen. Ik begon mij zelfs te erge
ren aan de gedweeë massa, die schaapachtig
door de winkelfuik slofte. „Nog even", dacht
ik. „nog even. en dan is het gebeurd met Ma
rius G. D. Dan ligt hij tussen de wit-houten
lijsten (niet duur en toch modern) en dan zul
len puntige scherven van de grote spiegelruit
een compositie met een geraffineerd cachet
vormen. Een compositie op de grens tussen
non- en oui-figuratief. Men beschouwt- mij als
een vredelievend mens. maar op dat moment
zag ik de krantenkoppen al: ..Kunstschilder
drukt kriticus met neus op de kunst. Stilleven
in bloed en glas langs drukke winkelstraat"
passen en dan ligt Marius heel persoonlijk tus
sen de kunst" Ik vertraagde mijn pas en keek
om. Gezichten van mensen, die mij zonder her
kenning voorbij keken. „Die zullen mij niet te-
Knhouden" Ik merkte dat de hand, die niet
n schilderen maar wel een kwast weet vast
Hoewel de Denen voor 98
procent behoren tot de na-
<z tionale Lutherse kerk. is het
niet zeer sterk. Des te meer
verwondering wekt het, dat
in dit kleine, ongeveer 4^
miljoen inwoners tellende
■j* land, zo véél missionshotels
i zijn.
Dit is te danken aan de ac-
tivileit en het doorzettings-
vermogen van Andreas Chris-
V tian Nissen, die leefde van
1840 tot 1919.
Andreas Nissen was mis-
sionaris van de„Indere Mis-
Ïsion" (is inwendige zending).
Hij was eigenaar van een
grote boerderij, doch zag als
zijn taak het verkondigen van
het Evangelie.
I GROTE OFFERS
o De kerkelijke richting
waartoe hij behoorde, de In-
■fc dere Mission heeft vooral
veel aanhangers onder de g.en-
c voudige mensen. Er gaat. een
grote activiteit van deze kring
<r uit en men is steeds bereid
grote offers te brengen.
•Cr Deze bereidheid moet ook
Andreas Nissen hebben be-
zield, toen hij van plaats tot
plaats trok om de mensen op
te wekken tot persoonlijke be-
kering. Hij logeerde tijdens
zijn reizen veel in hotels en
j* trof daar dikwijls mensen
aan. die te diep in het glaasje
omhoog ging. Een weinig "2 hadden gekeken. Indertijd
werd in Denemarken name
lijk meer sterke drank ge
bruikt dan gezond was voor
de Vikingers.
70 JAAR GELEDEN
Dit verdroot Nissen zeer. Toen
kwam hij op het idee een „huis
te stichten voor de vrienden van
Gods Woord", een hotel, waar
oprechte christenen zouden kun
nen overnachten in een omge
ving, waar zij zich thuis zouden
voelen. Zo'n tehuis kwam tot
stand in de Lpngangsstraede in
Kopenhagen, nu 70 jaar geleden.
Dit kleine begin vond weldra
navolging. In 19Ó3 werd een ver
eniging van hoteldirecteuren op
gericht. die de gedachten van de
..Indere Mission" en van An
dreas Nissen onderschreven. De
leden verplichtten zich hun ho-
christelijke geest te lei-
GESPREK
Morsing. gezeten achter zijn
leis ui curisieiijivt.- geeai ie iti- Powell 660 Va" ^°r<^
den. geen alcoholische dranken Baden Powell.
te pakken, langzaa: JPPI WkI
onzeker constateerde ik, dat Tief mijn eigen
hand was. Later heeft men mij verteld, dat ik
een ongearticuleerde kreet uitstootte, toen ik
met een forse sprong achter Marius neerplofte -i de nazaten
en mijn vuist met kracht in zijn richting sloeg. 4*
■.■ifirttirüirtriritii'tfCrirüitirüirüiriririrü'irirtrü'ü
t mijn vuist met kracht in zijn richting sloeg.
Op het juiste ogenblik maakte Marius een
klein stapje zijwaarts. Het was maar een klein
pasje, maar doeltreffend. Mijn vuist trof de
spiegelruit met een doffe bons. Vier onogelijk-
kleine glasscherven tinkelden opgewekt tegen
de geëtaleerde kunstnijverheidsprodukten. Eén
scherfje bleef achter in mijn hand. Ik keek
eerst naar de scheur in de spiegelruit, toen
naar de bloeddruppeltjes op mijn hand en ver- QE woeste golven, die werden
opgezweept door de altijd
Padvinder geweest?
Leider van een groep chris
telijke padvinders. Ik was tij
dens de wereldjamboree ook in
Nederland, in Vogelenzang..
De heer Morsing is secretaris
van de grootste vereniging van
missionshotels. In Denemarken
bestaat er namelijk nog een, die
het gebruik van sterke drank
niet geheel uitsluit.
Het hotel waarvan de heer
Morsing directeur is. moet er nu
wel heel anders uitzien dan ze
ventig jaar geleden. De kamers
zijn smaakvol gemeubileerd;
dikke tapijten garanderen een
rustige sfeer. Alleen op een
binnenplaats wordt lawaai ge
maakt: daar wordt gewerkt
aan de zoveelste uitbreiding van
het hotel.
HET GAAT GOED
In Kopenhagen zijn wij altijd
voor 95 procent bezet. De andere
hotels halen een zo hoog per
centage niet. Wij hebben deze
drukke bezetting te danken aan
de service die wij de gasten ge
ven zonder er meer voor in re
kening te brengen.
Hij vertelt, dat het geven van
fooien in missionshotels is ver
boden. Het personeel is in vaste
dienst en krijgt een vast sala
ris. Alleen de portier en de hotel
bediende mag men een „Drikke-
penge" (fooi) geven.
Ook als men alleen dineert in
het
GEEN VERSCHIL
Er is beslist geen verschil tus
sen een missionshotel en een an
der zeer goed hotel. Uiterlijk al
thans niet, of het zouden de
bordjes op de gangen moeten
zijn, waarop de vriendelijke uit
nodiging staat de morgenwijding
te komen bijwonen, of een enke
le bijbeltekst in de hal of het
restaurant.
De dagopening wordt geleid
door een predikant of door een
ambtsdrager van de Indere Mis
sion. De gasten en het personeel
kunnen de dagopening bijwonen.
De heer Morsing vestigt er nog
de aandacht op. dat de vereni
ging voor missionshotels zelf
géén hotels exploiteert. De di
recteuren zijn lid geworden uit
geloofsovertuiging. De meeste
hotels geven dan ook vrijwillig
een deel van de winst aan de
kerk. Alleen het hotel Hebron,
in de Helgolandsgade te Kopen
hagen, is eigendom van de „In
dere Mission" en staat alle winst
aan de kerk af.
Uit het werk dat Andreas
Christian Nissen tegen het eind
van de vorige eeuw begon, is
een machtige organisatie ge
groeid. die de reiziger wil hel
pen op zijn weg door de maat
schappij. Helpen, in materieel,
maar eveneens dn geestelijk op
zicht
volgens naar Marius.
Hij glimlachte en zei: „Een duur grapje".
„Wat je een grapje noemt", mompelde ik.
verlegen met de groeiende
groep sensatiezoekers.
„Wij zullen de schade
samen delen", zei Marius
zakelijk. „Ik ben je nog het
één en ander schuldig."
„Schuldig", zei ik, on
nodig.
walvisvaarders
Ton Zeelenberg
wisselden en aan gebloemde theekopjes nip
ten. terwijl hun echtgenoten schuilevinkje
speelden met passerende zakenvrienden, gaf
Marius mij de verklaring.
„Kijk eens hier", zei hij, „dat schilderij van
Berkemeijer doet mij iets- Ik wist niet wat het
was, tot vanmorgen."
Ondanks het bloed op mijn hand en de kos
ten van de ruit kon ik het niet nalaten even
te grinniken. Ik dacht: „En dat soort men
sen beoordeelt nu de kunst in Nederland. Een
schilder haalt
en de achtenswaardige kunstkriticus zegt
Het doet me iets'"
rondom Vuurland en Patagonië
jagende westerstormen, hadeftn
ons zeeziek gemaakt. Het kleine
schip kreeg geen ogenblik rust.
Reeds bij de oude zeevaarders
was dit ontzaglijke brok ijskoud
water berucht geweest, maar de
brullende watermassa maakte
die twijfelachtige faam voor ons
wel overduideliik. We waren
onderweg naar Grytviken.
Toen we de baai eindelijk bin
nenvoeren, viel ons de onwerke
lijke stilte op. Die stilte was druk
kend en een symbool van de groot
ste eenzaamheid.
Jlier leer je liet
zwijgen
Papa M
Enkele ogenblikken, nadat het
schip gemeerd was, ontmoetten we
de man, die de oudste bewoner
van dit eiland is. Papa M. noem
den ze hem. Duitser van geboorte
1 ^F-'en al dertig jaar woonachtig op
grjipje uit met blauwe verf de„ piek van onze aard.
een gevangene van het ijs en
de rotsen. Op deze basis
Grytviken op Zuid-Geor-
gië, enkele honderden mijlen
ten oosten van Vuurland, de
uiterste zuidpunt van het
Latijns-Amerikaanse conti
nent, ligt eigenlijk al op de
rand van het Zuidpoolgebied.
Het is daar het eind van de
wereld. Nog andere eilandjes
liggen als stippen op de we
reldkaart, temidden van de
onmetelijke zee. Maar juist
naar Grytviken voerde de
tocht van onze bijzondere
correspondent, die daarover
in het artikel op deze pagina
vertelt.
Zee-olifanten
als achtergrond zag ik je aankomen. Ik zag
die onbeheerste uitdrukking op je gezicht en
plotseling wist ik wat dat schilderij van Ber
kemeijer te zeggen heeft
Marius zweeg even en ik dacht: „Hier kletst
hij zich met geen dertig kunst-encyclopedieën
uit".
Marius deed het wel. Hij zei: „Dat doek mTjVoMoendeÏBc vraag niet"
geeft je de onverklaarbare neiging om het ik wil geen radio
ogenblikkelijk in elkaar te trappen". kranten".
hij. „hier leer je het zwij
gen en de natuur beter begrijpen.
Ik ken de Noren van de „Challen-
ger"-vloot, ik ken de Russen, die
hier komen om op walvissen te ja
gen. Ik ken ook de zee-olifanten en
hun levensgewoonten en niet te
vergeten de walvissen. Dat is
Ieder jaar in het begin van de
zomer komen de zee-olifanten naar
dit rotsachtige gebied om bruiloft
te vieren. De mannetjes worden kende
zes meter lang en als zij met el
kaar om de zich afzijdig houdende
wijfjes vechten dan vloeit er tame
lijk veel bloed. Vroeger werd er
op deze beesten ook jacht ge
maakt, vanwege de traan. Maar
ik wil geen tegenwoordig genieten ze bescher
ming van de Britse regering.
want Zuid-Georgië is een Britse
bezitting.
'»Ve kijken naar de rotsen, die
dik bedekt zijn met ijs, dat kil
in het schrale zonlicht glinstert.
We zien de weerspiegeling van die
bonken steen in het water. We
ontdekken de door de wind scheef
gebeukte barakken met hun zinken
daken, dunne schoorstenen en hun
„muren" van platgeslagen benzi-
neblikken. Dit is dus de hoofdstad
van Zuid-Georgië.
Beschutte baai
De walvisvaarders gebruiken de
ze basis graag, als er reparaties
te verrichten zijn. De baai ligt
uitstekend beschut en vrijwel geen
rimpeling beroert het wateropper
vlak. Enkele weken tevoren was
de vloot van Onassis er nog, om
dat het reusachtige moederschip
met de buik op een rif was gesto
ten en een ernstige schade was
ontstaan. Dat bracht vertier in de
anders nogal rustige samenleving
van 800 wal vis jagende en -vcrwer-
ïannen. De vaste bewoners
ïst Noren, die boven alles
van hun pijp tabak houden en he
lemaal niet graag praten.
Drie steden
ACHTER RIJN EN IJSSEL
Nederland is mooi.
Tot die conclusie komt men
andermaal, wanneer men het pas
verschenen boek .Achter Rijn en
IJssel" ter hand neemt, waarin
de Gelderlanders J. G. Vos, de
schrijver, en Wim K. Steffen, fo
tograaf, het resultaat van een
zwerftocht door de Achterhoek en
De Lijmers hebben neergelegd. Dit
door de Uitgeversmaatschappij
Holland te Amsterdam uitgegeven
boek mag een aanbeveling bete
kenen voor hen, die de Achterhoek
nog niet kennen en nog geen va
kantieplannen hebben opgesteld.
Nederland is mooi en de aanraking
met het platteland ervan een ver
ademing voor de mens die de stads
lucht gewend is. ..Achter Rijn en
IJssel" bevat een rijkdom aan foto's
en gegevens over de bodemgesteldheid,
flora, fauna, folklore en volkscultuur
uit dit gedeelte van ons land. waar
voor de bekende natuurminnaars
Thijsse en Heimans in het Westen de
ogen hebben geopend.
Het lezen van dit boek is uoor wie
van zijn houdt, overigens een
vacantie op zichzelf. H\j ondergaat
de sfeer en neemt kennis van de
Saksisch-landelijke cultuur, de pijler
van het Oostnederlandse volksleven.
De schrijver beroemt zich er met
op een uit natuurhistorisch of ge
schiedkundig oogpunt onmisbare bij
drage te hebben geleverd, maar heeft
toch wel zo veel wetenswaardig- en
bijzonderheden opgetekend, dat hy de
eenmaal voor dit gebied gewekte in
teresse aanmerkelijk weet te verho
gen.
KASTELEN-LAND
De Achterhoek is het land van de
kastelen. Toeristen, die er reeds ge
weest zijn, weten van de Acht-kas-
telentocht. een door het V.V.V. ge
organiseerde rit langs acht van die
landgoederen en burchten, waarom
heen de romantiek van sagen en le
genden zweeft als het rijk gevarieerde
vogeldom boven de uitgestrekte Gel
derse bossen en landerijen. Maar be
halve die acht waarop speciaal de
aandacht gevestigd wordt, zijn er nog
tal van andere. De Oude IJssel alleen
al geeft langs haar oever een indruk
wekkende rij te zien: Essel. Ringen-
berg. Rodenhorst, Slot Anholt, Har-
denberg, Landfort, Zwanenburg, De
Wildt. Slot Ulft. Schuylenburg. alle
maal bezienswaardigheden op zichzelf.
Wat voor betekenis deze kastelen
en kasteeltjes in de loop der geschie
denis gehad hebben, weet men nog
steeds niet. De geschiedenis zwijgt
over de oorsprong van deze sterkten.
Men vermoedt, dat zij ver vooruitge
schoven Romeinse posten in het Ger-
Er liggen drie „steden" op het
170 kilometer lange eiland: Grytvi
ken. Husviken en Leight Harbour.
Ze dragen alle drie hetzelfde ka
rakter. maar het silhouet van
Grytviken wordt bovendien nog be
heerst door de toren van de kerk,
die zelfs een klok heeft. Deze kerk
is ongetwijfeld het zuidelijkst ge
legen godshuis ter wereld en de
mannen van de walvisvaarders
gaan regelmatig naar de diensten,
die door Papa M. worden geleid.
Zivaar werk
In Grytviken wordt veel en hard
gewerkt en nog meer geld ver
diend. Iedere man, -die hier kemt.
schap, die vooral bij de historicus de contract V001" twee jaar
aandacht voor deze treken kan doen T.Jdens het drukke
trekken.
FOLKLORE
land zijn geweest, een weten
als de walvissen bij tiental
len worden binnengebracht wordt
er niet veel geslapen. De walvissen
worden onmiddellijk bewerkt, ge
kookt
tanks vloeit, zo veel hoger wordt
de afrekening. Het is een vermoei-
vuil karwei. Met de ja
gers, die op de hoge zeeën als
-ïotedop dobberen, wordt jacht ge
maakt op de reuzenzoogdieren en
iedere walvis, die gevangen wordt,
t op het rotsige strand worden
eept. Met kabels wordt de ge
vangen vis dan verder getranspor
teerd. zo dicht mogelijk bij de vrij
orimitieve traankokerijen.
De Achterhoek is ook, en dit tekent
het gebied niet minder, het land van
de folklore, welke hen, die er gevoe
lig voor zijn aparte bekoring schenkt
Wat de religie betreft licht de schrij
ver toe (blz. 111), dat uit dit oogpunt
beschouwd het mogelijk is geworden
dat t>'P««ldc dorpen m hun geheel
rooms-katholxek of protestant geble vange~ - J
ven rijn. Ook de geografie speelt hier- teerd.
bij een rol. Ter rechterzijde van de
Oude IJssel ontmoet men een bevol
king met duidelijk Saksische inslag
en protestants geloof, terwijl ter lin
kerkant in De Liemers met zijn
vruchtbaarder grond mensen mei
Frankische invloeden wonen, die gro
tendeels r.k. z\jn.
Al lezende trekt men met de schrij
ver door steden en dorpen, elk me:
zijn eigen aard, zijn rijkdom aan wa'
de natuur er aan schoonheid biedt
men komt langs oude hessenwegen
door prachtige, eenzaam liggend'
zandvelden. langs oude raadhuizen
kerken en kloosters, het is alsof
Primitief
De productie op het ijs-eiland
laat op een veel lager plan. dan
op de moderne moederschepen, die
de IJszee bevaren. Alles gaat hier
nog tamelijk simpel en veel hand
kracht is nodig in Grytviken.
Voor de maatschappij, die de-
re „business" beheert is het ech-
er vrij goedkoop, want de dure
•xploitatie van een moederschip
vordt uitgespaard.
En zo is Zuid-Georgië geworden
ot een belangrijke vaste basis
- de winning van traan. Acht-
tl f"V>' t-lak hy r«h u-rct on„,ebr"ik„ arbbid pa.
Dc talrijke loto normen een fraaie p, M. vindt zijn eilend de mooi-
verbeelding van de tekst. ste plaats van deze aarde.
wetenswaardig ij p% v- iy
merkwaardig IlLULIl
uit dp icereld van vandaag en gisteren,
bijeengebracht door
WRAAK
5n de provinciale gevangenis van Manitoba (Canada)
lopen de bewakers rond in uniformen, die een maar zeer
matige snit hebben. De ene cipier heeft een te nauwe pan
talon aan. de andere draagt een veel te ruime jas Zo laat
de „coupe" van alle bewakersuniformen iets te wensen
over. Nu hebben de bewakers officieel een klacht ingediend,
omdat zij achter de slechte snit van hun kleding een
wraakoefening zoeken. De gevangenen maken namelijk de
kleren van de cipiers.
BOZEN-BOLZANO
Nog altijd is Italiaans Tirol een steen des aanstoots voor
de Oostenrijkers. Men kent het probleem: de bewoners van
Oostenrijk zien het destijds bij Italië gevoegde gebied nog
altijd als een onvervreemdbaar deel van hun vaderland. Nu
zijn de Tirolers weer heel erg boos over het pas verschenen
Italiaanse hoteljaarboek. Er staat weliswaar een inleiding in
vier talen (Italiaans, Frans, Engels en Duits) ln, maar de
Südtlroler plaatsnamen worden uitsluitend In het Italiaans
gegeven. In plaats van Bozen, Ritten of Altrei staat er nu:
Bolzano, Altitiano dl Renon en Anterivo. Zelfs de naam
„Südtirol" ontbreekt.
ZANGLES
In Neurenberg leidt de 45-jarige leraar Wilhelm Hefele ka
naries in de zangkunst op. Om de vogels de trillers en zang
variaties op de juiste manier bij te brengen, heeft de heer
Hefele een orgeltje gemaakt, waarop hij de tremolo's natuur
getrouw kan nabootsen. Die moeten de kanaries dan weer
nazingen.
ONDERWIJSVERNIEUWING
De school van Sankt Johann in Oostenrijk was zo langza
merhand wel aan een grote schoonmaak- en restauratiebeurt
toe. In de afgelopen 50 jaar was er aan deze onderwijsin
stelling, die door 224 kinderen wordt bezocht, niets meer ge
daan. Nu wordt er waterleiding aangelegd, de vermolmde
vloeren, deuren cn vensters zullen worden vernieuwd en er
komt ook een nieuwe kachel.
DUUR EINDJE
In New York is een actie voor reinheid op straat
aan de gang. Rokers, die hun eindje sigaret achteloos op
het plaveisel laten vallen, lopen grote kans op een boete
van S 25.bijna honderd gulden). Om op het zuiver
houden der straten te letten, zijn niet minder dan 200
(stille) politieagenten benoemd.
JETS VAN THUIS"
Miljonairs kunnen zich de weelde permitteren de grillen die
leder mens wel eens in zich voelt opkomen, te verwezenlij
ken. De heer Tempel Smith uit Chicago wilde zo graag een
„Spaanse Rijschool" voor zichzelf hebben. Hij heeft daartoe
18 Lippizancrs gekocht en voor deze edele viervoeters wor
den nu in Chicago stallen gebouwd in barokstijl. De paarden
moeten ook ln Amerika „iets van thuis hebben", vindt de
heer Smith.
GEHEIME DIENST
stad
'erden enkele maanden geleden benaderd door wu
geheimzinnige man. die hun vroeg, of zij onder strikte ge
heimhouding voor de Deense geheime dienst zouden willen
werken. De jongens waren vaderlandslievend genoeg om dit te
doen vooral toen zij pistolen kregen om alles nog interes
santer te maken. Zo voorzagen zij hun opdrachtgever var. al
le mogelijke inlichtingen over de ligging van de brandkasten
en bnouteriedoosjes in een rijke villawijk. De jongens waren
zeer verrast, toen ze hoorden, dat zij hun inlichtingen had
den verstrekt aan een berucht inbreker, die aan de hand van
de informaties overal zijn slag sloeg. De geheime hoofdagent
grendel. De jongens zijn