BEELDHOUWWERK naar synthese van verstand en gevoel J MH Cultureel venster KEIZERKWARTET VAN HAY DN EN EUROPA'S GROOTSTE KERKORGEL Gebed in de lijdenstijd ZATERDAG 29 MAART 1958 ROTTERDAMS DIRIGENT EN COMPONIST EEN opmerkelijk* men, - PIET KETTING in zijn, met planten en antieke vazen bezette, zon doorstraalde studeerkamer. Hij draagt een hoog aan de hals gesloten zwert-zijden repetitie-jasje. Zijn gelaat, haast klassiek, verraadt ondanks de zachte, fijnbesneden trekken, een door harde wil bedwongen emotie. Daarboven een krans van reeds grijzend haar om de slapen. Zo is Piet Ketting, sedert tien jaren medebouwer aan het Rotterdamse muziekleven. Een opmerkelijk man, ja. Maar een moeilijk interview. Immers zal deze 54-jarige musicus, die mij zo gul entree tot zijn binnenkamer verschafte, mij ook een sleutel tot zijn persoon en leven willen en kunnen geven? Hoe moet ik hem benaderen? gerde. Snel ging Encyclopaedisch lijkt het zo het bergopwaarts makkelijk. Immers we kunnen jn 1929 schreef hem zien alt kamermuzikant Ketting zijn of als componist, als dirigent of als musicoloog. Maar is dit fair tegenover een man wiens hele carrière feitelijk het resultaat 't" "f", goediDitlenden die hem deze 0/ kend !maU Symphoni een Trio voor fluit, klarinet en fagot. Vit 1930 is geve kant wilden opduwen? fluit Eén onafgebroken worsteling, piano. Hij werd in óók tegen eigen zachtmoedigheid, hetzelfde jaar die anderen niet voor het hoofd hoofdleraar aan het Toonkunst- v conservatorium te Rotterdam. Ketting was op weg naar een ],en maar ala dirilent wil ilen. Prominentt plaats onder de tenslotte overwint toch in Ketting Nederlandse toondichters. de man die niet wil worden geleefd. Die het zelf wil doen. Op De Ned. componist ir. Henk Badings, die >or de Suidafrikaanse Uitsaai Korporasie gesci 1 Zuid Afrika verblijft, heeft ook een radio- c componist ons toezond, heeft Badings (rechts) vc aaggesprek met de dirigent Anton Hartman (links) ov idiofonische opera van Badings. Op 11 en 22 april wor idio uitgezonden en op zondag 13 april wordt de opei icciaal voor Nederland, van 13.30 tot 16.30 uur. Verd. Badin •ert, de Ballade 1 lieder Piet Ketting zan gerei Ver zijn eigen tijd. De kamermuzikant® Hij 1 ertoe bijgedragen, misschien was ook zijn huwelijk met de zangeres ernstig be- Vera Doniska van invloed. Hoe het zij, een breuk met Pijpers was onvermijdelijk. Het eerste resultaat daarvan was losmaking van Ketting als componist en terugkeer i^worverTliefde vo^r'de^kam'e" Van ieU anders wilde hU nlet h°" vSitrit. MaarFhit "weed" het ren! Op die manier werd in 1935 orkest-dirigentschap, een conflict onvermijdelijk" Jaren lang heeft Pijper die 1935 tot 1949, dus veertien lange wits vasthoudend Ketting weg- liefde voor de kamer muziek. In een filmscenario zou Vader Ketting mededirecteur van Nljgh en Van Ditmar aan de piano zingend en vanaf de sofa beluisterd door een vergeestelijkt- peinzend kind, het zeker enorm doen. Maar, in werkelijkheid kroop de jeugdige Piet van narig heid onder tafel! Veel la ter. toen een zanger be weerde dat dirigenten niets van zang wisten en hij teruggeflapt had „de meeste zangers net zo min", haalde hij toch twee en een half jaar zangles bij Jan Dekker. Wat de piano betreft. Piet fantaseerde er als kind zo mooi op los, dat hij pianoles moest „onder- gaan". Dus werd de piano voor gedrongen hem het meest gehate instrument, gen Eenmaal vrij, hèrontdekte hijgen slotte de piano als mogelijkheid tot rechtstreeks en individueel mu siceren, iets dat de dirigent componist nu eenmaal mis: Toen ontwikkelde hij zijn pianis- tische gaven. Het resultaat daar- schoolorkestjes werd het befaamde trio Feit- heeft hij moeten wachten. Zijn uitgebreide koor- practijk, het trio en de concerten met zijn vrouw waren een troost. Nr. de oorlog werd hij eerst me dedirecteur en later di recteur van het Amster dams Muzieklyceum. Daar richtte hij, dwars tegen het bestaande inzicht, een florerende vocale afde- ling op en bracht ze weer tot bloei. Meer dan eens heeft hij ingegrepen duw. Want straks, over enige jaren, zal bijv. het vèr onder bezette Rotterdams Philharmo- nisch, waaraan te weinig 'is besteed, komen te spelen in een monumentaal concertgebouw waaraan te veel wordt be steed. Liefst 23J miljoen, plus het tonnen-verslindend gedokter aan de bouwplannen. Waarmee vult men straks de 3000 zit plaatsen van dit mausoleum? Tot welke artistieke con cessies zal men dus moeten komen Dit alles zit Piet Ket ting nogal hoog. Wat de veel te lage subsidies aan de orkesten in Rotterdam helaas niet com penseert. Hoe moeten ze op het peil komen van hun toekomstig artistiek milieu? Een ex-burge meester zou hebben gezegd: .Muziek is duur lawaai." Wij met een zwak voor monu- mentenzorg zeggen erbij: En een gebouw is nooit weg De musicoloog Behalve door kwesties als deze Jacques Liochitz en en de door hem gecreëerde, druk- 4 oezochte Dirigentencursus-1958. wordt Ketting ook nog als musi coloog in beslag genomen door zijn Bachstudie. Kettings klassie ke belangstelling als reactie op zijn Pijper-periode is begrijpelijk. Maar ook zijn koor-compositie dwingt hem terug naar de tonali- (\an onze kunstredacteur) teit. De koorzang verdraagt im- r)E natuurlyriek van een Meindert Zaalberg en mers geen abnormale harmonie. de epische kracht van een Jacques Lipchitz dat 2'-"> de twee tegenstellingen die thans te zien speelt hij op de vleugel een paar j" (Lct SUdefik Museum te Am,te,dam. harmonische noviteiten. Nieuw! Meindert Zaalberg is pottebakker, Jacques Lipchitz Maar toch uit een madrigaal van is beeldhouwer. Dat alleen maakt nog niet hun de 16e eeuwer Gesualdo di Veno- verschil uit. De aard van hun werk doet dat. De oude goede tonica staat Tegenover de vitaliteit en oerkracht en beweging van Lipchitz stelt Zaalberg pure rust en bezinning en sierlijkheid. De zaal met wer ken van Lipchitz zijn huis. Daar vindt hij als leer- Zaalberg geeft sfeer OVER HET EILAND Onder deze titel heeft de bekende predikant- dichter Guillaume van der Graft een aantal ge dichten uit Engeland en Wales gepubliceerd,' gevolgd door een korte eenakter, genaamd H et Eerste Kwartier Van der Graft lijkt mij een van de belangrijkste dichters die na de ,l_ jongste wereldoorlog aan het woord gekomen aarneia acn en al heeft hij in deze jongste bundel zijn kogels en V i s sen niet overtroffen en mis- lien ook niet geëvenaard, elk vers getuigt T van een springlevend en individueel talent, de beste tradities van Nijhoff bij een in- j- tend gewijzigde constellatie voortzet. Toch -verszoon ta^esbebalve Nijhoff-imitatie: Nijhoff roept teleuree V scherp omlijnde beelden uit de wsrke- ihimpten 'eid °P> maar biï Van der Grafl ontmoeten ject en object elkaar halverwege of vloeien ns in elkaar over. ■t Eu il PEN tegenheid vun de uitvoering van nieuwe radiofonische opera „Asteri. )W gehad. Op bovenstaande foto, voor de radio in Johannesburg 1 over zün „Aslcrion". Dit is de twe. rordt het werk voor de Zuidafrikaa aden op de 11 nieterband, er in Zui.l Afrika nog 10 in Zuid-Afrika uitgevoerd (foto M. L Jansen, Johannesburg) lijk geh< 4 ahJAT Meindert Zaalberg en POTTERIE hand, onbereikbaar. Alle plaatsen n enig belang waren beiet. Van Dl«> va" b""!"» voelt Ketting. mijn mening, het zó: steeds zwakkere, zich tot spinrag specialiserende muziek van heden zal afsterven. De komende ver nieuwing zal aan de oude klassie ke stam moeten uitbotten. Ket tings hartstocht, juist voor Bach, is aldus bezien niet alleen een zaak des verstands; doch bo- £j"d "-LV In Bach vond rig°„, herf, gaatort Straks, eind mei, zal hij dat Ketting a.h.w. een alter in 1956 overleden Henk Dieben heelt Ketting z.jn lakkei overee- M|^ tijd moeten dragen, nl. het onderzoek naar het verband (usscn Bach's muziek Saat dan een tournee de mystiek der getallen. Een het Rotterdams Kamei die muzikale synthese dus van gevoel Spanje. Ook zijn echtgenote zal laken rust als tegenwicht te- epos gen het barnende muziekleven ^eid sarneTC Zaal- hij zich als di- berg gaf uiting aan ijn scnoonheids- erlangen. Maakte Lipchitz volstrekt issen. mij vrije kunstwerken aken met in eigen scheppingsdrang, Zaal- kest door berg wist z'ch slechts dienaar De dirigent Ten slotte heeft Ketting de lei ding gekregen over het in 1949 op gerichte klassiek-georiënteerde verstand. Pijper, die niet de weg naar een synthese ^heeft kun- h,J mlssen- Rotterdams Kamerorkest Rotterdams Kamerkoor 'het oude Spangense koor van Jos. Vranken vinden, ting naast de componist óók de dirigent kon erkennen, ging in „Merlijn" ten onder. Ketting na het zijn worsteling met Pijper wordt op zijn beurt door het probleem Doch deze van haar kant heeft nog een Ketting in reserve, nl. de 22-jarige Otto Ketting, die een car rière als trompettist heeft ingezet. het natuurproces, in het spel klei en vuur. Beiden zijn kunste naars, beiden zijn ook handwerks- Jacques Lipchitz werd op 22 ken die steeds ugustus 1891 te Druskienike, klein badplaatsje aan de Niemi te Littauen geboren, vertrok 1909 naar Frankrijk (leerling v; Hij lost zijn zintuigelijke gewaarwordingen zijn denken op in een soort dichterlijke boetseer- j 11 klei en kneedt daar verzen van; verzen die tege- BL| lijk open en duister zijn. maar die nooit dik of geheimzinnig doen. Het duistere houdt verband het mythische en symbolische, dat bij hem j meespeelt. Het mooiste gedicht vind ik telief in Exeter", over of juister: op de ibeeldhouwde stenen voet van een preekstoel j Van der Graft weer op zijn best. De j nakter voor drie engelen" brengt aan lijmeren over het enorme verschil in de ma: waarop Vondel zijn Lucifer j schreef en die waarop Van der Graft op het voetspoor van Nij- j hoff te werk gaat. Vondel zoekt het verhevene op de wijze der barok in de „hemelval" in het gouden trompetgeschetter van de Jupiter- B» symfonie klinkt deze hemelval via 1 Handel nog na Van der Graft j in de eenvoudige, onopgesmukte e toch niet populaire spreektaal. Voorbeelden te over; ik sla het boekje maar ergens open en lees: „De nachtwind steekt op met zoveel geuren/dat het mij duizelig maakt,/ En hoe diepzinnig zijn ook de vol- gende regels: LUCIFER In de hemel gebeurt nooit iets. j MICHAEL In de hemel gebeurt altijd alles. Er gebeurt niets wat niet in de hemel gebeurt. Ook niet daar ginder op de aarde. Van der Graft weet zó te dichten, dat men altijd benieuwd is naar wat r- komt;. dat geldt van de afzonder- t PJ lijke verzen, maar ook van de d bundels. C. RIJNSDORP. i •),Ultg. H. M. Holland, Amster* de! zich niet op de borst slaan zeggen: dat heb ik gemaakt. Hij g mag een natuurproces leiden en -- zal dankbaar zijn als een stuk goed en zuiver uit de oven komt." En ook schreef Zaalberg: ,,Het werk kwam tot stand dank zij God, Die door dit alles Zich open- «1 baart en de mens tot werken be- *-■ zielt." Meindert Zaalberg als dienaar in de kunst, als de man die zijn H werk allereerst als ambacht ziet. toont bovendien dat hij als verloor wat hij als stand én En als hij zegt' Maar zich thans tot componist Jean Antoine Injalbert én met het ver- gaat ontwikkelen. Otto, igg Dj ile de' als muzikale vrijetijdsbeste- voeringen dirigent won. Belangwekkende uit kamp-Ketting-Stotijn. Ketting heeft ding. Zelf vond Piet de dingeer- op die manier decennia lang in stok. En hij weet van geen losla- binnen- en buitenland. Oost- en ten. Dat bevestigen mij ook de West-Indië geconcerteerd. In het leden van zijn Rotterdams Kamer- bijzonder aan zijn oude vriend, de koor. Zijn repetities zijn »n ens begaafde fluitUt Johan Feitkamp. de w mot wie hij reeds in 1926 concer teerde. bewaart Ketting dankbare herinneringen. der Fuge", Suites en Brandenburgse concer ten en vele noviteiten uit oude en nieuwe werken. De tuKim Ketting is, naast die van Flipse, een begrip in het Rotterdams muziekleven ge- Beaux-Art je intuïtie benade- zachtaardige bescheiden verschij- eh»Vfn -1 m v.;nedp Hp Eerst werkte hij in de naturalis- .u werken 'ning brengt mij wat in verlegen- tische stijl (dus alles echt zoals sprankelende leven, mist 1 uit handen geeft Misschien ook beid: lijkt hij alleen maar op het voor ieder zichtbaar is), daar- stroom van het bloed, mist tot zichzelf. zijn vader? Of ook op zijn moe- na kwam hij bij het kubisme te- de kracht van de menselijke wil. geloof ik dat hij hiermede de o.m. in „Zittende baadster", taarspeler", „Stilleven" en „Ma troos en gitaar". Maar vormgeving mist men toch het hij heeft er goed de wind on der. Indertijd op hbt Utrechts Conser- iici 1Wkl„i, n. MÜrTilta "°?<t™.«™r.yertnuwt Ketting tatumelTevori 'l ook niet: „Meindert Zaalberg", r „Klei en Vuur". Want klei uur hebben het gedaan. Door deze de eeuwen heen. iet Dat toont ons deze expositie ook, de daar men er niet alleen werk van ar, Meindert Zaalberg vindt, maar „.„c- 00't beel oude tijden. En ook Dvprifpnc hppft Hp N f R V on V" J T"* "1*1 *"wT; recht (voorstellingen worden opge- Het is alles harmonisch, geome- z'e' men er foto's van de tech- grond van Kettinas theoretische e moge hij ^ouwd uit geometrische vlakken) trisch en compositorisch knap op- niek van het pottebakken, bewijsgronden de lel omstreden van elk de kwaliteiten hebben ge- en thans - eigenlijk Lukas-Passion geaccepteerd als erefd. Hij zal ze hard nodig heb- kan men van een stijl een waarlijke schepping van Bach ben. Om (zo zuchten we) dit e? beweging spreken, en gisteren uitgezonden. alles zjjn heel ander terrein be- vijze wee kunnen gaan Er zijh heel wat werken 1 CARL LANS. kubistische periode te zien, De componist veel heviger be- gebouw, een halve meter boven de bemoste tegels, bevond zich een luchtrooster. Daaraan luisterde hij naar de repetities van de Haar lemse Orkest Vereniging. Hij oorontsteking liet betalen We vragen ons af. wat de mensen die HUniHRc hem daar altijd zo half gebukt aiKwijis - yj *-* kunst die toch steeds een functio nele kunst is gebleven, al is die functie dan ook gewijzigd. Meindert Zaalberg heeft het „.j functionele van de ceramiek be- het bruisende leven zelf grepen. Geen lege ornamentiek, die geen overdaad in vormen, geen dje barokke plastiek, geen al te grote ~^«A«Agen spanningen. Maar ceramiek in komen. Geen rust maar dra- de eenvoud van de schoonheid, 1930 gebc i passie Jacques Lipchitz moest terug j}ele Runst in een tot de beweeglijkheid van de ba- Ëffigjg plastisch geweld als eens Miche- rok, hij moest zijn werk met le- langelo, van een haast grillige venssappen gaan overgieten barokke spanning. moest het bruisende leven gaan vastleggen voor hij tot die overweldigende kracht, tot die sterke suggestieve verbeeldingen naar Haarlem was verhuisd, wilde naar het Conservatorium, doch kwam op de H.B.S. moest ten slotte zo dikwij» schoolblijven, d.t v.der Kettin» hem er maar af wilde nemen. Toen kwam uit, dat hij geen straf- i op school, maar compo- deze jongeling heb ben gedacht. Zijn eerste officiële uitvoering het Ncd. Chr. Studenten r~ VIA NAALD EN PLAAT TOEN Joseph Haydn van zijn tweede En- .ov-v. --- - - - aeland-reis naar Wenen punt achter en hij is dan ook do ting glimlacht: „In spanning me- t(,niaiceerde bracht hij »>nier> man voor wie Kettin» ooit neer?'" vraagt hij: „Verschnkk*- terugKeeraz, u j sitirs bij vrienden zat te schrijven, kest heugt hem. De proef op de Vader zette hier beslist een „Zat i wie Ketting ooit neer?" vraagt hij: heeft gebogen. Hoogst onwillig, lijk! Ze hebben me vé maar in zijn hart toch beseffend ten moeten halen. Ik s da' en musicus zonder algemene dig zóek!" ontwikkeling qua kunstenaar niet verder boert dan de Welbekende- Jongens-met-een-Gitaar. Na de dood van zijn vader ver huisde het gezin naar Bilthoven. Zijn moeder gaf ten leste toestemming Het was 1922. Omstreeks 1926 kwam Kettinq rui het Utrerhts Conservatorium onder de ban ran de grote WiLem Pijper. Deze openbaarde door. ga door. Tn Jou steekt hem de mvtitoe comporitoriichc ccboren dlrlrcnt' horizonten waarnaar hij hon- Negen jaar later was er Iemand anders zoek. Eduard van Beinum tijdens een repetitie. „Neem j(j het even over, drie minuutjes maar, ik heb telefoon". Ketting aarzelde misschien even: hij stond voor het Concertgebouw-orkest, dat onder meer zijn liederen van Nijhoff op het prograr De drie minuten werde; tig: Van Itelnum bleef Eindelijk vond Ketting hem: tttend achter in twln- Misschien heeft dit commentaa: HET WOORD IS AAN de die C. R. Stoelmann Leysner in rcrrtdvorlor hel »in boek ..He: woord ii aan woerd In on. land ere 'u.lgave Succes. Den Haagl hel- ie diskrediet. Aan de holle reto- der rn du.delijk bewust. D,1 boek. ri»ir van voordien was men onl- da* boeiend is als een roman, eroeid maar een nieuwe vorm maar tevens zo praktisch als een had men nog niet gevonden. Men systematische handleidmg. g_««tfl aag, dat spreken anders 7° Li tweede gesproken niet alleen de herinne ring aan onvergetelijke eerbewijzen in Londen en de tekstboeken voor twee oratoria „Die Sfhöpfung" en „Die Jahreszeiten" mee, maar ook 5000 gulden. Daar voor kocht hij in de toenmalige Weense voorstad Gumpendo'f een klein huis. Gum- pendorf w nu geen voorstad meer doch een wijk in Wenen, mair het lage huis van Haydn aan de Haydngasse 19 staat er nog en is ingericht als museum Het staat niet meer. zoals in Haydn's tijd. tussen het groen en het heeft geen uit zicht meer over uitgestrekte weiden. Nu staat het huis tussen fabriekgebouwen onopvallend, onbelangrijk schijnbaar. is de plaat opname-technisch heel zelf goed geslaagd en gaat er niet een vorr.. stem verloren van dit prachtige dood te "vechten"6 stemmenweefsel. matiek, geen berekening spontaneïteit, geen stilstand maar ritme, geen gezapigheid maar worsteling. Lipchitz heeft de vorm doorbroken, heeft de ruimte ge vuld met beweging en spanning. En zo is deze expositie tot een overrompelende expositie gewor den, waarbij men zich klein voelt tussen de kunstwerken. Maar arbij men ook voelt dat Lip- hemelbestormer wil zijn, die, zoals Lipchitz het in de kunst ziet „een verlangen om tegen de de soepelheid reine werking van de kleur. Geen pronkstukken dus, m eerlijke, dienende potterie. w£ van het wordingsproces door meesterhand is geleid. de Meindert Zaalberg orgelplaat, die zeker de teresse van orgelliefhebbers hebben. En dat wel speciaal i dat hier werken van Bach speeld worden op het grootste studeerde de, hoge wit-zijden kousen en zil veren knopen aan de schoenen. Telkens weer speelde de oude man zijn bezoekers dan het Kai- serlied „Gott erhalte Franz den Kaiser" voor. Dat lied, dat voor de kleine voorkamer het eerst klonk op de verjaardag üi Keizer Franz I op 12 ie le intimiteit en vertrouwelijkheid bruari 1797, dan 15-tal hoofdstukken de regels die gelden bij de kunst van ■Trh aan "te bet (doeltreffend» spreken, ■rde rede- iader hoofdstuk bang stellen als een „gevlei«v n**r", bore iloh mlt rlto elo-lc water In een katheder en beperk te zich tot een droge, dorre op- somminr. van wat hit had te zeggen. Totdat radii met hen een nlenwe woordcnltuur zijn Intrede deed: die van het ge sproken woord. dc schrijver het gaat in een aantal ge- en verboden samen. De ze regels zijn eigenlijk van zelfsprekend. Het is niet moeilijk erop te letten, maar de praktijk bewijst, dat bijna niemand erop let Laat u dit niet overkomen. Als u eens ergens een woordje spreken moet en in de bijeenkomst klinkt het enigszins verwachtings- De apparatuur echter, die dit volle: ..het woord is aan", zorg woord weer doet herleven, is op dan dat u beslagen zijn beurt ook weer een voort- en dat u eerst dit gla brengsel van zijn tijd. De tijden hebt gelezen. Wie deze regels in veranderen. Niet langer Is het acht neemt. «- „mooie", het oratorische spreken plezier* gevraagd: thans ls het doeltref- kunst, ma fend spreken aan de orde Dit leren kan; spreken is een kunst. praten. Kan „Wie kan praten, kan ook le- eerst nog evi ren spreken" is da gulden regel, gopaedi9t _.l eerbiedig zwij- lied worden, gen omdat de oude Haydn hier heeft gesproken en hier zijn lof zangen „Singt dem Herrn Europa, nl. in de Do, i Eisenstadt. Na Stimmen" en „Ehre. Lob und Preis sei dir. ewiger, gütiger. machtiger Gott" zijn gebed „Gott erhalte Franz den Kaiser" heeft geschre» IMHI weiden de mHMHPBii gedeelten uit de genoemde orato ria. het gebed werd de Oosten rijkse volkshymne. In dat huis ontving Haydn zijn gasten steeds met de grootste kers. di het lang- 2e deel de variaties op het lied, waarbij de melodie afwisse lend door een der instrumenten in haar geheel wordt gespeeld, speefde hij het „dreymai alsofwilde zag' - - pinem Au*- gen dat het lied onder alle om- sich selbst standigheden en in^alle tijden het door "Napoleon ber.etle Oostenrijk, zijn laatste bede om het behoud van zijn vaderland. Het was Haydn's lievelingslied Enige dagen voor zijn dood in nder. mit eim lofzangen druck, über den bewogen koor- wunderte". Het Oostenrijkse lied heeft on dceKde wijs veranderbaar is. Dan volgen nog .'..I - c. OJl - pnrtjit he"- thans de woorden ..Brüder. reicht "jk Presto. die Hand Keizerlied van de harten De Europese Fono Club heeft ijs komt nauwgezetheid. Zijn pruik dat u eerst dit glasheldere boek tijd keurig gepoederd als hij be- - zoek kreeg. Om de hals droeg hij een witte band met gouden kno pen. Verder bestond zijn kleding uit een bruin statiekleed, een rijk- bestikt vest van zware zijde. ?;oud-bestikte manchetten. een ijngeplooide jabot, bovenbeenbe dekking van zwart-glanzende zij- Haydn leeft noe dit Strijkkwartet i>an alle Oostenrij- né's uitgebracht i heimwee hebben king door de terugkeer van de Di' lied gaf Haydn eveneen? in 1797 vijf onzegbaar mooie variaties mee od zijn „levens weg" in het Strijkkwartet Op. 76 no. 3. zogenaamd het Keizer kwartet. Het werk werd op 28 september 1797 voor het eerst gevoerd tijdei leden van de Berliner Philhar- moniker, nl. prof. Siegfried Bor- ries (le viool), Alfred Malecek (2e viool), Heinz Kirchner (alt viool) en de cellist Wilhelm Po- -egga. (25 cm langspeelplaat .Opera" 3173» Een zeldzaam ga ve vertolking, doorzichtig, homo geen. stralend en met een bijzon- kerkorgel van Europa, nl. orgel in de Dom te Passau, dat in 1928 door G. F. Stcinmeyer en Co. gebouwd werd, 5 manualen heeft, 206 sprekende stemmen. 16650 pijpen en vijfledig is opge steld. Of het wel het mooiste or gel van Europa is. wil ik sterk betwijfelen. Het is in ieder geval een imposant instrument. ge plaatst in een imposante Dom. De 27-jarige Domorganist Wal- ther R. Schuster, die ook enkele malen in ons land concerteerde, was nog maar net 22 jaar toen hij deze functie in Passau kreeg. Des zomers geeft Schuster elke dag in het middaguur een concert op dit gigantische instrument. Voor de Opera-plaat speelde hij de orgelkoralen „Gelobet sei'st Du Jesu Christ' meine Freude" en de glia en fuga in c-moll (25 cm langspeelplaat 3129». Aan de technische kwali teiten van Schuster valt niet tc tornen. Hij is een groot organist en bovendien een goed musicus De opname van de beide knraler is helaas iets aan de donkere kant. Maar toch heeft Schuster alles nog duidelijk hoorbaar ge maakt. De Passacaglia is echte» te weinig doorzichtig gespeeld Het klinkt alles wel vol en groots maar men mist te veel het zr noodzakelijke doorzicht in Bach? muziek Het totale klankbeeld »c wat troebel. Wellicht is de kerk ruimte ook niet ideaal, maar dar haar abon- had Schuster een meer helder? gistratie moeten gebruiken hoogst interessante dan Mein- a 1907 ge boren werd, van zijn vader het pottebakkersvak leerde, het oud- Chinees en Japans aardewerk be thans in Leiderdorp „de weke klei tot kelken drukt", om een dichtwoord van Aart van der Leeuw te gebruiken. Dat plastisch geweld van een Lipchitz is plotseling opgehouden te bestaan, het is versteend tot een rust en een vormschoonheid, die geen innerlijke spanning wil len verraden. Dat ligt ook in de lijn van Meindert Zaalberg, die schreef: „Een pottebakker mag Passaca- vooraanstaande Niettemin opname. Voor alle zekerheid vermeld ik nog even dat de platen van d? Europese Fono Club niet in de handel verkrijgbaar ziin, maar uitsluitend na aanmelding als feestconcert der mooie articulatie. Bovendien clublid rechtstrei Dese Fono Club. sterdam. ■k« bi' 11 Kruis van den Heer, wij zien u sinds die dag m voor altijd in het hart der aarde staan. 11 wat ook de tijd tot stof verteren mag, U gij zijt en blijft, niets maakt u ongedaan Veeleer zijt gij sindsdien met zonde en lijden mee naar zenith en naar horizon gegroeid en meet uw schaduw uit tot over heel een zee, tot over wolkenhoge bergen leed. Heer van het kruis, er wonen velen waar het duister van de aarde zo diep valt dat zij vergeefs de nacht doorzoeken 'naar die schaduw, die dwars door hun donker valt. Heer van het kruis, leer hen die treuren dat Gij Zelf het laatste duister overwint en dat wie naar U opziet in de diepste smart, in U de eindelijke vrede vindt. NEL VEERMAN CORN. BASOSKI

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1958 | | pagina 20