CORNELIS REDER
PIET
en
was zor
vertrouwen
vol
'gehos
Een nieuw begin voor
NATHAN
LEOPOLD
ZONDAGSBLAD
redde 50 jaar geleden ons koningshuis
ZATERDAG 8 MAART 1958
Koninklijke koets botste
op Haagse tram
ZOU ons land nog steeds een koninkrijk
zijn geweest, als Cornelis Reder 50 jaar
geleden niet tijdig zijn tram in de Parkstraat
te Den Haag tot stilstaan had gekregen?
Waarschijnlijk niet. Het was een wonder, de
hand van God, zo zegt de heer Reder zelf,
dat Koningin Wilhelmina en Prins Hendrik
gezeten in een rijtuig toen aan de dood ont
snapten. De bestuurder van een van de
eerste elektrische trams in Den Haag, de
thans 80-jarige heer Reder, woont in Am
sterdam. Daar zochten we hem op, om een
halve eeuw na de angstige ogenblikken, die
heel het Nederlandse volk deden huiveren
(immers Prinsesje Juliana werd pas een vol
jaar later geboren, en een troonopvolger
was er dus nog niet), te luisteren naar het
onopgesmukte verhaal van een ongeluk, dat
zo wonderlijk goed afliep.
passagier naast
de voorruit gekwakt en had een
brandwond boven zijn rechteroog.
Dat kwam doordat zijn sigaar t
IK GING die dag, het was de dus nog eens -extra tegen de i
26ste februari van 1908, om torwagen door.
mgntt, half ee„ middo9!
van huis. Dat was in de
Arnhemsestraat 12 in Scheve-
ningen. Ik had late dienst en
moest om een uur bij de „pit",-
dat is het Kurhaus, afrijden.
Er waren voor die eerste rit
weinig passagiers en toen ik „on naar cpnaaT
de lange Scheveningseweg om conducteur met
kwart over een achter de rug
had waren er twee passagiers
„aan boord". Een stond er naast
mij op het voorbalkon, de
tweede, een advocaat, zat in de
jen. De aanhangwagi
gaat de heer Reder verder. De gedaan. Minister Talma -
de dag van het ongeval in het bui
tenland en las daar van het onge
val in de kranten. Hij liet de
zaak uitzoeken en uitmaken dat
de bank gerold en had
paar schaafwonden, terwijl de
lucteur met 26 gulden klein
geld in de wagen lag te
i de paarde- de
rijtuig uit de tijd
tram, was leeg.
Met een redelijke vaart reed
ik door de Parkstraat naai
Korte Vijverberg, bellend
ik de enige zijstraat van
Parkstraat, de Oranjestraat
derde.
Ma;
De Koningin en de Prins gingen
spoedig na het ongeluk naar Schie
dam, waar zij ingenieurs van
Allan en Co, de fabriek waar
de tramwagens gemaakt werden,
Ravage viel mee !>et?n uiUeMon."Ut bestuurder
Reder allemaal had moeten doen
k bulten viel de ravage nog- en gedaan had, om het ongeluk zo
ee. De schimmels waren voor goed te doen aflopen. Het re-
•am langs gekomen en ook sultaat was dat de heer Reder be
morste deel van de koets, noemd werd door de Koningin tot
de koppelstang van de tram Ridder in de Orde van Oranje
In het linker achterwiel ge- Nassau, zeker in die tijd een ho
ik zal u het verhaal vertellen van mijn vriend Piet. Het is misschien een doodgewoon
verhaal, maar in Piets leven gebeuren toch vele wonderlijke dingen, die ik nog niet ben
tegengekomen in het leven van anderen. Het zijn eenvoudige gebeurtenissen, die echter
door hun glans een zekere huivering, een blijde huivering dan, opwekken bij anderen.
Piet is een Indische Nederlander en is uit Soerabaja afkomstig. Dit zegt niet veel,
want nu er zovele Indische Nederlanders ons land binnenstromen, zal Piet wel één van
de velen zijn, die nu moeten proberen de warmte van de tropenzon te verzoenen met
sneeuw en kou.
haakt en had de achteras
)or leidingmast
de gedrukt.'
la_ De Koningin en de Prins waren
van de koets gevallen en werden
door de conducteur en mij met
de Oran- opstaan geholpen. Toen keek ik
op de klok van de kerk, recht
ge onderscheiding
motorwagen krom heer Reder zelf noemt „gewone
mensjes".
Koninklijk bezoek
tuig de Parkstraat indraaien. Het tegenover de Oranjestri
zogenaamde „Weener
hoge rijkoets". Het was één flits,
waarin ik alles zag gebeuren.
Prins Hendrik hield de teugels
ook Koningin Wilhelmina zag ik. reed
Even hield de Prins in, maar leg- tijds nog op het Plein
de direct daarop de zweep
In 1924, om precies te zijn, op
de eerste april, brachten de Ko
ningin en de Prins nog een bezoek
aan de heer Reder. De Prins ver
telde dat hij nog steeds huiverde,
heTS*^ ETd~ bij de hoek ven de Parkstraat
net tien voor half twee ge
weest. Met de conducteur zette
ik de koets aan de kant van de
weg, stapte weer op de tram
de Oranjestraat passeerde.
En de Koningin herhaalde toen
de opmerking, die zij vlak na het
de" HTM-directie ongeluk ook maakte: „Als er een
is die schuld had, dan was jij
dat toch, Hendrik".
tot cruttr n Al met al heeft de heer Reder,
botsine te Reder zijn directeur, de hootdcom- buiten dit ongelu' gerekend,
uuwjiiig ie or, Jn tuieid een veelbewoeen leven eehad. Zijn
de twee schimmels ~en joeg het Daarna volgde de rit
span voor de tram langs, tussen Schevemngen terug,
mij en een mast van de boven- opdracht
leiding door. Dat gebeurde alle
en piano, zodat ja
renlang huize Re
der een eigen huis
orkestje had.
Nog steeds houdt
hij van muziek,
maar weinig speelt
hij nog. Zijn han
den zijn niet
zo vast meer. Maar
genieten ervan kan
hij nog steeds,
daar hij vaak bij
zijn schoonzoon Si
mon C. Jansen op
bezoek is. En met
de muziekstudies
van de kleinkinde
ren amuseert hij
zich uiteraard van
dag tot dag. De
kinderen vinden in
hem een bekwaam
en grootvaderlijk-
zacht kriticus.
Af en toe vragen
de kleinkinderen
hem de onderschei
dingen, die hij in
zijn lange leven
kreeg te laten zien.
En dan haalt groot
vader de doosjes
met fluweel en
watten voor de dag
en vertelt hij de
kleintjes wat de
medailles beteke
nen. De ridderorde, die geldt niet
alleen voor mij, maar voor alle
HTM-bestuurders, zegt hij dan.
Het mobilisatiekruis. en dan ko
men de verhalen van de eerste
wereldoorlog. Het ridderkruis van
verdienste van de Amsterdamse
Burgerwacht en de verguld zilve
ren medaille van de Burgerwacht,
dan luisteren de kinderen gespan
nen naar de verhalen uit de tijd
dat grootvader te paard in actie
kwam, wanneer er relletjes door
stakers op touw werden gezet.
Het gouden horloge, dat hij van
de HTM kreeg, en waarin de in
scriptie stond: Ter herinnering aan
de 26e februari, Van de HTM,
Cornelis Reder in 1908.
kan hij niet meer laten zien, want
dat werd hem in 1912 bij het Am
sterdamse Centraal Station ontsto
len.
Zo beleeft de moedige HTM-be-
stuurder Reder van vroeger, de
grootvader van muzikale klein
kinderen van thans, nog een blij
de levensavond, waarover slechts
de schaduw valt van het heen
gaan van zijn vrouw. „Een scha
duw", zo zegt hij zelf, „die er
niet meer zal zijn, wanneer ik ook
daar zal zijn. waar zij is en waar
het goed is."
■piET, hij heet voluit Pieter Rocquefort, een heel
mooie naam dus, werkte in Indonesië als admi
nistratieve kracht, een soort eufemisme voor kan
toorbediende bij een grote handelszaak. Het werk,
dat hij deed had niet veel om het lijf. Eenvoudige
administratie, werken met een rekenmachine, en
vele andere ondergeschikte klusjes meer. Maar
Piets werk is niet het belangrijkste, hoewel Piet
zijn werk altijd opgeruimd deed. Het viel hem na
tuurlijk niet gemakkelijk, want, en hier draait al
les om, Piet is een dromer, een onpraktikus van
de eerste rang. Wat dit zeggen wil, kan met enke
le woorden gezegd worden. Piet leeft eigenlijk
voorbij deze wereld. Hij is dromer bij de gratie
Gods en dit doet voor hem het leven anders zijn
dan voor ons. Mooier, rijker, zinvoller. Maar ik
weet, dat Piet het blijmoedige verworven heeft
langs een weg van diepe ellende, van immense
verlatenheid en onmetelijke wanhoop
Piet is zoals gezegd een man, die niet met zijn
beide benen op de grond
staat, die alle dingen, die
hij moet doen en die hij
moeilijk of onoverkomelijk
vindt, aan anderen over
laat. Aan zijn vrienden bij
voorbeeld. Aan mij. Want
Piet komt vaak bij me. Nu
nog en vroeger in de „goe
de oude tijd" in Indonesië
ook. Dan spraken wij
bes, ontwapeningscommissie bijeen, advertenties:
goedkope schoenen hier en prachtige gordijnen
daar en natuurlijk het beeldverhaal, toen ik dus de
krant las, voelde ik mij vreemd. Er was iets, dat
mij hinderde, iets dat jk vergeten had, iets dat mij
riep, ja dat was het, iets of iemand riep mij. Wie,
waar en waarom?
Ik luisterde. Er was natuurlijk niets, behalve de
krekels en een late satéverkoper. Saté, en ik dacht
glimlachend aan de vele avonden met Piet, met
saté en sigaretten, met gelach en gepraat. Piet,
ja Piet. En opeens wist ik het. Was het niet Piet,
die riep? Nee, het was Piet niet. Die man lag zeker
al lang te slapen. Nee. ik wist het, het was Piet
niet Wie dan wel?
En tot nu toe kan ik het me niet realiseren, wat
mij die nacht tot handelen dreef. Ik ging regelrecht
naar mijn wagen en zonder dat ik het wist wat
er aan de hand was en waarom ik het deed zette
ik koers naar Piet. midden in de nacht, in de nacht detram
Snelle reactie
politie en de twee
rechercheurs, die op de fiets ach
ter de koets van de Koningin re
den en zo voor de begeleiding zorg
den.
Nadat de heer Reder de twee
Denken en handelen vielen samen
in een duizendste seconde. Boven
mijn hoofd zat de automaat, met rechercheurs'
een kruk om de stroom uit te rechercneurs
schakelen. Met mijn rechterhand
greep ik de kruk en hield die te
gen, zodat er stroom op de wa-
blijven staan. Want als
n uitvi
Met mijn rechterhand
draaide ik in een klap de rijkruk
van „rijdeir-9" door nul naar -
remmen en met mijn rechtervoet had gevraagd. Of
stampte ik op de zandstrooier. a
Alles wat remmen kon, remde.
prettige vragen had gesteld, kon
hij bij de kassier beneden 25 gul
den gaan halen voor een vrolijke
m„„~„ Qtaar, w=r,t ,ic avond. „Maar mijn dag was door
«-juafflcs
Wat hij - aan de politiemannen
..ad gevraagd? Of er in hun voor
schriften stond dat zij achter de
koets moesten blijven rijden. Dat
Alleen de aanhanger niet, want kleek^md^rjiaad
veelbewogen leven gehad. Zijn
grootste verdriet is dat zijn
vrouw, die hij 72 jaar geleden al
als kind kende en met wie hij de
afgelopen week 55 jaar getrouwd
P Lwen zou z'in geweest, vorig jaar over-
paar minder
Met zijn vrouw heeft hij veel
mooie, afwisselende jaren, maar
ook veel moeilijke tijden meege
maakt. Zij trouwden toen de heer
Reder nog als onderofficier bij de
cavalerie diende. Zeven jaar heeft
hij voor hij bij de HTM ging
werken in het zadel van de huza
ren gezeten. Kort voor zijn af
zwaaien trouwden zij, en in 1903
ging het echtpaar naar Duitsland,
waar de heer Reder, goed ruiter
als hij was, verbonden werd
Essen. Dit buiten-
met sterren en wind. met
sprookjesachtige manoeu
vres van de bladeren van
de bomen op mijn gezicht.
allerlei onderwerpen, terwijl z(jn
bab-
Nederland vertrekken wou. zo ongeveer
een jaar geleden, er was dus nog geen sprake van
enige agitatie tegen Nederlanders, zei hij op een
onschuldig ogenblik: Ik ga naar Nederland. En ik
moest alles voor hem regelen, formulieren aan
vragen en invullen, instanties aflopen en met tact
te werk gaan, kortom, Piet vertrouwde alles aan
mij toe. stak geen hand uit en beschouwde het als
vanzelfsprekend, dat ik het deed. Ik zelf beschouw
de het trouwens ook als de gewoonste zaak van
de wereld.
WAAR gaat het nu om. met dit verhaal van Piet,
zult u mij vragen? Tja, ik kan het niet precies
zeggen, vast omlijnen kan ik het niet. Maar ik ge
loof, dat Piet in vele opzichten een voorbeeld voor
mij is. Voor mij is hij het altijd geweest en is
het nog. Het verhaal wordt wel wat onsamenhan
gend, maar dit komt, geloof ik, door Piets invloed
in mijn leven. Want Piet doet alles onsamenhan
gend. zich verliezend in de dagdromen van zijn
gedachten. Nu dan. Piets leven heeft iets fleurigs.
Want, en hier komt het op neer, Piet laat alles
over aan God. En ik geloof, dat God zijn onprak
tische onhandige Piet nooit in de steek laat. Ik
zal u daarvan een voorbeeld geven.
Piet sprong in Indonesië heel raar met zijn geld
om. Zij vrouw was veel te lief en te zachtmoedig
om hiertegen ook maar een protest te laten ho
ren. Waaraan besteedde Piet zijn toch al niet te
Kroot salarisje? Dat wist hij zelf eigenlijk niet.
'ij was royaal, kocht dingen, waar hij zijn vrouw
en zoontje mee kon verwennen, en ik weet niet of
ik het mag zeggen, hij gaf ook geld aan onnuttige
dingen uit. Zodat zo tegen de belft van de maand
er geen geld voor eten meer was.
Dit is zeer onverantwoordelijk, zult u zeggen. Dat
wist, of liever weet Piet heus wel, want hij is nog
geen haar veranderd hier in Nederland, maar hij
kon er niets aan doen. Elke keer verviel hij weer
in de fout van te veel geld uitgeven. En dan ver
kocht hij zijn boeken, (groter bibliofiel dan Piet
heb ik nog nooit ontmoet) en zo was cr weer voor
een paar dagen te eten. En natuurlijk was ik er
ook nog.
...oatschappelijke normen, weet ik, dat God dit al
les tolereert Want Piet bidt altijd, vergeef me als
ik nu profaan ben voor sommigen van U, Piet bidt
in de trein, op kantoor, in bed. onder het eten,
overal dus. En dit maakt hem tot een dromer pur
sang, een onwerkelijke. Piet doet nooit demonstra
Ik was bezig iets te vertellen, waardoor Plets
geloof iets benauwends, voor mij althans, krijgt.
Op een nacht, omstreeks twaalf uur middernacht
zat ik wat in de krant te lezen in mijn voorga
lerij. Het was weer een van die snikhete dagen in
Soerabaja en ik geloof, dat ik meer dan tien gla
zen ijswater naar binnen heb gegoten.
TK was net thuis van een drukke conferentie en
was wel wat bly. dat ik even op adem kon komen.
Ik was al lange tijd niet bij Piet geweest, want
het was juist een zenuwslopende maand voor mij
geweest, vol vergaderingen, recepties, gemeente
raadszittingen enzovoorts.
Toen ik op de galerij in de krant las: steeds het
zelfde nieuws, bendewezen leeft op in Midden-Cele-
JToen ik bij Piet was,
HENNY TURPIJN woonde met vrouw en
kind in een garage, want
er was en is net zo goed
met de woningnood in Indonesië en als je Nederlander
was, of geen geld had kreeg je nooit een wo
ning, als je er geen had was nog verlicht, wist
ik niet duidelijk meer wat ik deed. Ik klopte
aan. Piet deed open en wis een ogenblik sprake
loos.
„Kom binnen", zei hij. Zijn vrouw had gehuild,
dat zag ik direct. D" baby sliep.
Piet wist niet, wet hij zeggen moest. ,flallo'',
zei .hij wat onlogisch. Hoe het verder ging
kan ik me niet meer herinneren, maar ik weet
nog, dat we met zijn drieën in een wagen een
tochtje maakten om een late satéverkoper op
te vissen, en ik zie het nog voor mij, hoe wij
met honderd satéstokjes en vele stangen lontong,
dat zijn een soort koekjes van rijst, die je bij
de saté eet, naar Piets woning terugkeerden en
tot ongeveer drie uur zaten te eten. Want Piet
had de gehele dag nog niet gegeten en zijn
vrouw ook nienatuurlijk. Zijn laatste restje
geld, overgebleven na tal van gemakkelijke
uitgaven, was besteed aan melk en rijst voor
de pap van de baby. En Piet had hongerig, maar
dromend zitten wachten op hulp, die voor hem
en zijn vrouw zou komen.
te zijn. En,
de hoofdcom-
zc' bestuurder Reder egn mane e m &BSCI, jjlt Ul
Die wagen drukte toen: Dan wordt het tijd dat die land^verblijf du^rde'echter"]
voorschriften gewjngd worden Drie ^aanden later keerden
en dat jullie bij gevaarlijke pf,htplieden terue waarna tot
n~J~~ 1958. kruispunten voorop^gajm^ rijden 1910 de periode bü de HTM volgde.
Als rijks-zuivelvisiteur trok de
heer Reder vervolgens naar Rot
terdam. twee jaar later naar Am-
.1 het verkeer op
de nadering van
een koninklijk ge
zelschap attent ma-
sterdam zijn geboorteplaats
tot in 1914 de mobilisatie en de
Instructies terugkeer in 's Konings wapenrok
volgde. Na de oorlog van '14'18
werd de heer Reder weer visiteur.
Bij de burgerwacht werd hij in
1919 tot officier beëdigd en enke
nadering ie jaren later verliet hij dit korps
u"* in Amsterdam als kapitein.
Want in de in-
I structies van HTM-
H bestuurders stond,
Koninklijk Huis.
hun tram dienden
f stil te zetten, er
I naast moesten gaan
p staan, de houding
i militaire
jj brengen. Als" die
rechercheurs mij
I toen op de nade-
I ring
f hadden geattem
Muziek
Zijn grote liefhebberij is altijd
de muziek geweest. Het liefst
groet speelde hij orgel en toen hij la
ter in Haarlem kwam te wonen,
werd hij organist van de Gere
de koets formeerde kerk van Heemstede.
Iedere zondagmorgen maakte hij
dan van Haarlem de wandeling
gebeurd en had ik door de Haarlemmerhout naar
netjes met mijn Heemstede. Ook thuis werd veel
hand aan de pet gemusiceerd. Zijn oudste dochter
speelt viool en zingt in het Bach-
naast de wagen ge-
heer Reder
gevolg van zijn
scherpe opmerking
op het hoofdkan
toor was, dat een
week later de in
structies voor de
koor van de Amsterdamse
terkerk, zijn jongste dochter speelt
cello in het Bachorkest en is ge
huwd met de bekende dirigent en
cantor-organist van de Wester-
kerk Simon C. Jansen. Zijn twee
zoons spelen respectievelijk viool
Hij moordde om de uitiverking te zien..
Nathan Leopold, de laatste herinnering aan de „Gay Twenties" Zijn eerste opmerking
of het dieptepunt van de „verloren generatie" der twintiger jaren SSSSSS.SSS. SSS.
is weer op vrije voeten Samen met zijn achttienjarige vriend, haaidè'zïjn~wöordèn later
Richard Loeb, beproefde deze miljonairszoon in 1924 de volmaakte «eie uitspraak
i t i - ben God in de
moord. Louter om te zien, hoe zij zelf op moord zouden reageren, en ba;
om hun geloof in Nietzsche's supermens te demonstreren ki
ze de veertienjarige Bobby Franks van een sportveld en
de bevrij- erkennen dat hij door
dende boodschap was „God zij dank teit werd gepakt, maar schreef zijn
dat het allemaal voorbij is Hij her- vaj toe aan ten speling van het nood-
haalde zijn woorden later in een offi- ,.t wi4
ciële uitspraak voor de pers: „Ik V Wij geloven met dat hij zijn
ben God in de eerste plaats dank- misdaad door dienstbetoon kan
- Een verbeterd leven
slechts doen
nog
i het
om hun geloof in Nietzsche's supermens te demonstreren kidnapten kumien wat God ze laat doen ik ben lang geen verzoend leven. Leopold
r «act wan nian nm wiin_nitorti0 Ko-ct kan zichzelf beschrijven als een
„oude, gebroken man" wiens „zwaar
ste straf van binnenuit is gekomen,"
maar dat kan ook geschreven worden
van Judas. Gewetenswroeging is nog
geen zondebesef. Ondanks de prachti
ge verdedigingsrede van Clarence
Darrow blijft Leopold voor ziijn he-
hem de schedel in. Bijna vier en dertig jaar na de dood van Bobby niet te beschamen." Tijdens het
is Leopold op erewoord vrijgelaten. Loeb werd in 1936 door een
medegevangene vermoord.
„Waarom doodden zij de kleine Bob
by Franks?" vroeg de verdediger
Clarence Darrow in zijn beroemd ge
worden rede: „Niet om geld. niet uit
wrok. niet uit haat. Zij doodden hem. den
TRANEN.
derzoek naar zijn gratieverzoek zei
hij dat hij alleer, maar wilde weg
duiken „in het één of ander rustig
hoekje, waar ik uit het gezicht kan
verdwijnen om mijn misdaad te ver
door anderen te dienen." Hij
hoopt op
De rechter was zo bewogen, dat de baantj.
hem over de wangen biggel-
hij inplaats van de doodstraf.
niet zo bost betaald malse Rechter verantwoordelijk
als laboratoriumassistent
zijn eigen daden. Bij God ging
spin zouden doden, of levenslang wegens moord
.«.zendingshospitaal van 'de Church mets mis toen Leopold werd gescha-
of the Brethren 'Broedergemeente) in Pen- yUs hlJ al een gevangene
gevangenisstraf wegens kinderroof
hun karakte' eiste. Herhaalde malen heeft Leopold
da oneindige «Probaard om grltle te krijgen.
vlieg, om de ervaring. Zij dood
den hem, omdat het
paste. Omdat ergens a, Uc muc - -
processen, die leiden tot het onteta.n
van een jongen of een man.
mis ging." Twaalf H
Darrow het ene argument
dere naar Voren om t« bewijzen dat
de misdaad het gevolg was van een
innerlijke dwang dat de twee studen
ten het niet hadden kunnen helpen.
}aaT. Porto Rico.
fgewezen.
totdat hij twee weken geleden in de
Vtrai-ht Statevillegevangems te Joliet (Illi-
lang bracht hnfm1„ a.f hH —-j-
LES GELEERD
zijn omstandigheden was hij dat
door eigen overgave. Bij de hemelse
Rechter is ook verzoening, maar niet
-- 'door eigen dienstbetoon, maar slechts
"rlloor bloed, door dc dood va„ Je
Christus. Slechts in Christus is er
begin voor Nathan Leopold.
of Leopold echter wel zijn les heeft
worden vrij- geleerd en schrijft „Toch is Leopold
nog niet van overtuigd dat hij
Nathan Leopold is r.i
gezette. kaalhoofdige suikerzieke,
wiens hart ook niet zo sterk meer
een wat ?een bovenmenselijke brein heeft. In ^et k te hopen dat deze
die
Levenslang plus 99 jaar" de gevangenis twintig talen leerde,
"c uitkomt, weigert hij te dat begrepen heeft!
wetenswaardig r*|k|
merkwaardig ELUCiPI
uit de uereld van vandaag en gisteren
bijeengebracht door
jJW/A
IVOOR-STROPERS
De olifanten van Kenya (Afrika) lopen steeds groter gevaar.
De „safari" der (rijke) blanke jagers deed af en toe wel eens
een jumbo sneuvelen. Dat noemde men sport en de schutters
kregen slechts vergunning om één olifant te schieten. De Wakani-
ba's en Walingulu's van Kenya maakten er evenwel „business"
van. Op grote schaal begonnen zij jacht te maken op de tanden
der olifanten en ware slachtpartijen ontstonden. De ivoor
koorts dreigde de reuzen van de wildernis uit te roeien. Nu
gaat men de Wakamba's en Waliungulu's zelf te lijf. Zij worden
gewapenderhand uit het 20.000 km2 grote natuurreservaat Tsavo
gedreven en de olifanten kunnen weer wat ruimer ademhalen.
Ruimte genoeg overigens, als men bedenkt, dat de oppervlakte
van Nederland ongeveer 33.000 km2 is.
MAGNAAT
Mike P. Millan is een Amerikaanse oliemagnaat. Vorige week
was z(jn vrouw jarig en z(] moest ter gelegenheid van dit heu
gelijke feit dus een cadeau hebben. Mike P. deed het niet minder.
Hij hield zijn stand op, nl. die van Texaanse oliekoning. Voor één
dag huurde hü het grootste warenhuis van Austin (Texas), het
gebouw werd voor het (gewone) publiek gesloten en zo kon de
heer Millan rustig kopen. Het gehele personeel stond buigend
tot zijn beschikking. „Minghty" Mike kocht voor 480.000 gulden
aan presentjes voor vrouwlief.
BENOEMING
De Noorse Wagner-zange~es Kirsten Flagstad is benoemd
tot directrice van de Staatsopera te Oslo. Ongetwijfeld een
eervolle post. Zij kan echter nog niet in functie treden,
want er is geen operagebouw.
LAATSTE KANS
„Laatste kans om voor 28 cent te tanken", was de slagzin, die
bij de Amerikaans-Mexicaanse grens in grote letters in de ge
zichten der automobilisten werd geslingerd. Gretig grepen ,zij
de gelegenheid aan om benzine te kopen. Er was maar één chauf
feur (een vrouwelijke) die tot dc vraag kwam: „En wat kost de
benzine aan de andere kant van de grens?" Het antwoord van de
pompbediende: „24 cent!"
SCHEVE ZAAK
Honderdduizend toeristen
vergapen zich jaarlijks aan
de scheefheid van de toren
van Pisa. Reeds bij de bouw
aan het eind van de twaalfde
eeuw, bleek, dat de bodem
te week was om de toren
te kunnen dragen en al heel
gauw stond het bouwwerk
scheef. Er bleef beweging in
zitten en nu staat hij al
vijf meter uit het lood. Pisa.
dat van de toren leeft, ziet
dit verder zakken met lede
ogen gebeuren. Het bestaan
van de stad rust letterlijk op
een te weke bodem, want er
hangt in deze Italiaanse toe
ristenplaats van alles scheet
Nu wil een zekere prof. Do-
nato stad en toren gaan red
den. Hij heeft een manier
uitgedacht om de toren op
een betonnen bed te laten
rusten. Dan zou de beweging
gestuit worden. De scheef
heid blijft en dat is uitein
delijk de bedoeling der Pi-
sanen, want door een rechte
toren zou het toerisme, wat
men populair noemt, wel
eens de pisang kunnen worden.
OPGEVROLIJKT
„Come to Britain", is een slagzin, die de laatste jaren in de
hele wereld bekendheid heeft gekregen. De Britten proberen
door die zin (met verdiend succes) duizenden buitenlanders
naar het Verenigd Koninkrijk te lokken om daar een plezierige
vakantie door te brengen. De affiches zijn nu in het Zuidpool
gebied verschenen. Ook daar dus de uitnodiging om naar Groot-
Brittannië te komen. De mannen van de expeditie hadden zelf
om die kleurige aanplakbiljetten gevraagd om de witheid van
het Zuidpoollandschap wat op te vrolijken. Nu staan daar in het
ijsgebied grote kleurenfoto's van het graafschap Essex, een char
mant meisje uit Wales, een „Beefeater" met zo'n kleurig rood
uniform en een Engelse cottage-tuin.