NIET 20 DUUR..
EÜBES3B3
„Die man kan wel staan,
met dat kind op z'n arm!"
kclj smakelijk
2 BLADPLANTEN
Wij wonen vijf hoog,
zesde van links
wil
maar zeggen
NOG EENS OVER DE JEUGD-
L95!
ZATERDAG 11 JANUARI 1958
i
y
Hebt U, die misschien op het platteland of prettig aan de
rand van de stad woont, er enig idee van, hoeveel woningen
U in één oogopslag op deze foto ziet? Nou, het zijn er
achtentwintig-
Telt U maar gerust, 28. Dat zijn nu die hooggeroemde
flats, die tegenwoordig het grote-stadsbeeld beheersen. Zes
verdiepingen is niets.... tien, twaalf moet het zijn!
eigenlijke luchtbew
de voorkant
)1
Onverwacht
bezoek
Uw man komt na zessen
thuis en kondigt bezoek
aan van een collega en zijn
vrouw. Ende winkels
zijn dicht, terwijl u niets
lekkers in huis hebt. Word
om te beginnen niet boos
om die verrassing.
Als u maar meel, een ei en
wat jam in huis hebt, redt u
zich wel. Hebt u een oven,
dan kunt u binnen een half
uur een blad vol koekjes heb
ben gebakken, of een boter
koekje, maar hebt u die niet,
bak dan vlug een stapeltje
flensjes, besmeer ze met jam,
stapel ze netjes op en laat ze
zo koud worden. Snijd ze in
punten en presenteer ze ge
rust bij wijze van gebak: u
mlt er eer mee inleggen.
V wilt bepaald nog dat scho
ne witte blousje aantrekken,
maar.... u moet het nog strij
ken. In de haast maakt u het
ijier te heet en u strijkt het
mouwtje bruin. Raak opnieuw
niet in paniek, maar neem een
watje met waterstofsuperoxyde
ai (hetgeen u tegen mondontste-
Ungen in uw medicijnkastje
moet hebben!) en daarmee
veegt u het bruin onmiddellijk
wég.
Nu heeft natuurlijk nét uw
toon met zijn melkbeker een
vochtkring gemaakt op de
eikenhouten leuning van een
der armstoelen! Neem een dot
je staalwol met meubelwas.
veeg stevig met de nerf mee
en weg is de kring.
TI wilt een hartig hapje toe
geven bij een frisse dronk,
maar u hebt geen blikje vlees
of vis in huis. Een paar hard
gekookte eieren en een blikje
soepgroenten doen dan wonde
ren. Leg op toastjes of kleine
stukjes geroosterd brood een
Dlakje ei, een plukje soepgroen
ten en garneer met wat mayon
naise of tomatenketchup. U zult
succes hebben!
LlediR
„Is er nog 'n plaats voor een dame met een kindje
Hoe dikwijls heeft U dat de conducteur van een autobus of een
tram al horen vragen, als de wagen flink vol is? Och, en dan
moet het al erg gek lopen, als er niet direct iemand opstaat en
zijn of haar plaats aanbiedt.
Dat hoort nu eenmaal zo, al wordt er soms wel eens halfluid
commentaar op gegeven, vooral, wanneer het zo in de spitsuren
gebeurt.
Aan lerijen met raampje-en-deurtje in
w zie rijen naast elkaar, net 'n ouder
wets hofje, maar dat stond dan
Minimum, op de grond.
Natuurlijk is het wel prettig
wonen in zo'n moderne flat. als je
er eenmaal in bent. Alles pre
cies in elkaar gepast, geen trap
pen op en af. geen centimetertje
onbenut.
..Nou, maar er zijn toch zeker
liften om hoven te komen?"
Gelukkig wél. maar liften zijn
dingen, die dood zijn. ook al kun-
ken ze met knopjes omhoog en
omlaag gestuurd worden. En ze
gaan dus ook wel eens kapot. Tja.
dan moet je de trappen op...
Die balconnetjes zijn óók fijn.
Maar je mag er geen deken klop
pen, geen wasgoed drogen, geen
kleren te luchten hangen... je
mag er alleen op zitten, als Je
eens niets te doen hebt.
Als je voor het gebouw staat.
man, „Nou is 't ónze beurt om te
zitte!"
De lerares zegt natuurlijk niets.
Een verpleegster komt. tegen
half acht, per tram uit haar nacht-
negen uren hard kan je'iemand je huis aanwijzen:
De ene mevrouw weet te zeg
gen, dat ze toch ook maar
rondsjouwen met die kinderen"
en de andere meneer verklaart:
,,Wij hebben de hele dag ge
werkt, we willen ook wel es
zitten. Laten die vrouwen een
uurtje eerder van d'r theevisi
te weggaan!"
Ze stapt In de bezette tram.
Een kantoorheertje debiteert luid
op: ,,Ik sta altijd voor dames op,
van de bank behalve 's morgens, dan komt
daar Jtrijg je iedereen net uit bed!"
De zuster laat niets merken.
Haar voeten vallen haast af. maar
ze denkt: ,,Xog zes haltes en ik
ben er". In de tram dient het
Zo hebben we
?n oordeel klaar., "terwijl
an niets weten. Deze moeder omhoog |ww„,
mo» kleintjes wel frisse! lucht te krijgen.
zo onbarmhartig
worden geveegd,
toch wel meelij de
der ze aan haar knieën tegen het
raam schuiven en ze zo uit het
gedrang houden, dan is er altijd C1 m u
wel iemand, die hardop moppert „nderwe'rn no«r
..dat er tóch al ro welmg nirmte °™«»«rl>
En de grappige meneer
helemaal niet, dat bij niet
grappig ls....
■■staat
meer op om moeder een plaatsj'.
te gunnen, zodat ze de kleuter op
tussen de banken is'
gelijks.
Zo gauw een kind -e
.Kijk, daar wonen wij: vijfde eta
ge, zesde van links Je kunt
niet zeggen: „Hoe vind-je m'n
tuintje, staan de goudsbloemen
niet leuk in bloei?" En je houdt
je hart vast, als je kleine meid
over de galerijen-met-'n-hekje
Zo heeft het allemaal z'n voor
en z'n tegen. Die nieuwe flats....
natuurlijk zijn ze beter, veel be
ter dan de hoge. donkere stadswo
ningen van voorheen, met drie-
eet hoog-achter en duistere binnen-
ens trappen.
En er zal altijd, altijd wat te
wensen blijven, voor iedereen.
r
Ja, het is waar: die januarimaand duurt
veel langer dan welke maand van 't jaar ook.
Natuurlijk niet echt, maar het lijkt dan toch
We hebben allemaal wat teveel uitgegeven
met de feestdagen, en dat moeten we nu in
de huishoudportemonnaie bezuren. Er moet
stilletjes een beetje zuinig-aan worden ge
daan in de keuken.... wél stilletjes alstu
blieft. want niets is voor een man zo ver
velend om te moeten horen, dan: „We hebben
zulke uitgaven gedaan met de feestdagen,
dus nu moeten we goedkoop eten."
Een maaltijd, die als „goedkoop" wordt
aangediend, smaakt nu eenmaal niet zo bar.
Düs gaan we stiekum de tering naar de
nering zetten. En we eten zuurkool. Ja, maar
géén 24 dagen achter elkaar! Twee, op z'n
hoogst, en dan de ene dag apart en de andere
als stamppot.
N Hebt U een oven en een niet
i él te groot gezin, snijdt U dan de
I worst in kleine stukjes (U hebt
dan stilletjes minder nodig), meng
die door de stamppot en doe al
les in vuurvaste schalen. Pane
ren, wat klontjes boter of marga-
op, I
altijd dadelijk schoot kan nemen. En daar staat
diejiummel dan. me£ zijn neusje
de dokter komen of
zuigelingenzorg, waar zij erg lang hee'fwatlnderTk
haar eigen werk thuis
mee móeten nemen, omdat
niemand was om op 't kind te
passen.
Want ik beloof u, dat het nog
wat anders is om als volwas
sene klem te staan in een tram,
- dan als klein kind. dat tussen al
d^e baby <üe vochtige of warmte-uitstralen-
de jassen en mantels staat ge
pakt in een duffe mensenlucht en,
omhoog kijkend, niets dan ruggen
Maar enfin, de moeder met het ontdekt. Heel bijzonder
uk
d*V 1
dat
komt Dan is men niet zo teerhar
tig. Die man kan me
heus wel eventjes staa
Wie denkt er aan, d
loodzwaar wordt op de
de man die het draagt, moet op
passen dat het kind zich niet stoot
aan dringende mensen, niet opzij-
geduwd wordt en... dat hijzelf bij
remmen van de wagen of in boch
ten, niet z'n evenwicht verliest?
En de kleuter zelf... wie weet,
wat het kind achter de rug heeft,
waaróm het met vader in bus of
tram gaat? Soms is een kleintje
lastig en dreinerig in de volle
wagen,' of het slaapt diep en zwaar,
doodmoe als het is van het on
gewone.
volle wagen kluwen elk ogenblik bij een halte
beweging komt en langs dat
dat kind kind duwt en wringt, nok roept
vader of moeder waarschuwend:
..Hier staat een kind. kijkt u uit
als 't u blieft!"
Uitkijken... hebben we niet al
lemaal zo'n verschrikkelijke haast
om binnen of buiten te komen...
Wp moesten eens éventjes zo'n
uk zijn, om die pret te beleven!
Grootspraak
Menselijk
™|le hebt geen kind
aan'm als hij
ijzijn blokken heeft
Ze zyn toch wel verschrikkelük
k, die moderne bouwdozen. Met
grote blokken, weet u wel, waar-
te of drie verdiepingen in elkai
l, waarmee je in 'n handomdrai
o kerk of een garage bouwt.
t klei
blokje!
i wankel
klapte iemand de deur dicht en pats!
daar lag allee weer in elkaar.
Ze zyn leuk, die grote blokken
JMuie beschikt en niet telkens moei
Rijen: „Wat zal ik nóu es bouwen?"
:i moeder vroeger, b(j die kleine
okjes: „Nou. een school!" dan
werk van een half uur aan.
Hebt u zich wel eens voorgesteld
wat het moet zijn, in zo'n „volle
bak" zoals dat schertsend wordt
genoemd, boven al dat gewirwar
van hoofden, tussen dat geduw en
geroep, uit te steken1 En dan van
dat alles niets te begrijpen en
soms nog door vreemden goedmoe.
dig aan pootje of handje gepakt
te worden1
Och, gun de vader, die heus dat
kind wel sjouwen kan, tóch maar
uw zitplaats, als het even kan.
Het is zoveel menselijker, het zal
u echt meer genoegen geven dan
uw kritiek in het wilde wee. zo
niet thuis in de volte?
Zit het kind op vaders knie.
vaders armen beschermend als
een huisje om hem heen, dan gaat
het allemaal zoveel beter, dan
verdwijnt de angst voor het
vreemde gauwer.
Ook dat kind
Er zijn volwassenen, die, als ze
een tram of bus binnenkomen, al
met argusogen rondkijken, of er
soms ergens wederrechtelijk een
jongetje of een meisje op de bank
zit. Dan is het dadelijk een tik
je op het hoofd en: „Sta jij eens
Meer dan eens blijkt het dan,
dat er ook nog wel een andere
plaats leeg was, maar ja: zo'n
kind moet stéén. als er groten
binnenkomen. Nu is dat dikwijls
ook niet zo erg. vooral die opge
schoten jongens en meisjes zullen
er heus niets van krijgen, als ze
een beetje heen en weer staan te
hotsen.
Maar die kleinen, die dan ook
Zo'n heerlijk nummertje in tram
of bus is ook die grootspraak. Een
niet meer zo jonge lerares, die
een vermoeiende dagtaak achter
de rug heeft, krijgt van de .spraak
zame grapjas", die er altijd wel
bij is en lachers op z'n hand wil
krijgen, de opmerking „Hê-je
weer telang in de winkels rond
gehangen. moeder?" toegebeten.
Natuurlijk staat niemand voor
haar op: ..Hé-je maar thuis mot
te blijve", buldert een jonge werk-
Naar aanleiding van de op
handen zijnde opruiming of uit
verkoop of prijzenslag, die blijk
baar nergens officieel, maar dan
toch haast in iedere winkel of
ficieus aan de gang is, was ik
de stad ingegaan. Alleen maar
om te zien of er iets geschikts
bij was, niet om zomaar te ko
pen. Wat dat betreft ben ik
wel wijzer, in elk geval wijser ,J?'
Ik vroeg: Wnt
j 71 kuo. ;i, -i, bruine korst er op bakken. U hebt
werd op mezelf blafte ik ook dan feestmaal dat heel wat
en ik zei: „Wat betekent dat. lijkt en toch goedkoop is.
De ober, die al een kwart slag En maakt U de krootjes eens
gedraaid was, keerde zich anders klaar: rasp ze op de grove
weer naar mij toe en zei ntj- rasp. tezamen met een ui en een
dig: ..Ach mevrouw, die pest- appel. Zet
r heel weinig water, doe er wai pe-
jongetjes Je hóbl dagwerk per zout"* i,urlcrbi,d suik„
met ze weg te jagen. Ieder door. voeg een enkel kruidnagel-
ogenblik komen ze binnen om tje toe en later wat boter of mar-
suikerzakjes te vragen, 't Is garine.
tapel van te worde
Suikerzakjes
kerzakjes."
.Wat doen ze nou
die suikerzakjes spa-
dan mijn lieve buurvrouw Lien,
die in zuike omstandigheden
nóóit een behoorlijk programma De ober verhing het servet
opstelt, maar domweg aau het
kopen gaat. Mei alle gevolgen
van dien, natuurlijk.
Natuurlijk eten we ook e
keer koolraap. Kook die
verandering eens gaar in hele plak
ken. schep ze vlug op de borden,
strooi er wat gehakl« peterselie
over en leg in het midden een
klontje boter of margarine. U zult
de verrukte gezichten eens zien!
Geef er droge rijst of aardappel
puree bij.
Ofwel meng een geraspte
Het was wal je noemt tjokvol
in de stad en na vijf kwar
tier had ik geen benen meer
vav. moeheid. Ik ben toen
nuai een restaurant gegaan,
omdat ik vond dat me dat
wel toekwam en omdat :k
bovendien geen bloesjes, kin
dersokjes, truitjes en lingerie
meer kon zien.
Ik bestelde koffie, wat niet mijn
gewoonte is 's middags, maar
thee in een restaurant is nooit
je dat. vandaar. Ik zat zoetjes
en een beetje suffig naar bui
ten te kijken, de ober zette
het blaadje met de koffie-
spullen over mijn schouder
heen op het tafeltje en blafte
tegelijkertijd: „Maak dat je
wegkomt!"
Ik kromp ineen gewoonweg, wat
natuurlijk dwaasheid was,
want ik zat daar volkomen
legitiem. En omdat ik behalve
kwaad op de ober ook kwaad
zijn linkeronderarm
duister: ,Ja, wist je dat ijiwu Iliau cetl eri
maar. D'r zijn genógt mensen ^TkaaskorsTTeem' g£Éd
die suikerzakjes sparen, van- schrappen natuurlijk!) door de
wege ja, net zoiets als post- saus. Weer een verrassing!
zegels, voelt u wel? D'r moe- Kook eens een flinke stoofpot
ten hele bijzondere bijzijn, van plakken winterwortel, groene
nou ja. die 'hebben wij hier envten en vrij wat kleingesneden
'et. wij I
fabriek. Maar
wat die kinderen d'r mee doen r>f maak de bruine bonen
ik heb het ze wel eens ge- «ens ènders klaar. Laat ze in het
vraagd, ze zeggen als je d'r nat en meng dit aan met sago of
tienduizend heb krijg je een aardappelmeel, wat azijn, suiker
fatsstro°P: en spekvet, boter of
rv rei-' Fen flets"" margarine. Roer er ten slotte ge-
lk ^ei ..Een fte s.bakken uien doorheen. Geef er
.Ja wis en drie, een frets, zei gebakken spek of rolpens bij. U
iiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiviiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiii
„Gauw, gauw, gauw!! Zeg: Maar tussen dit geslacht scoop, of slenteren over straat? moet de opvoeding voltooid zijn
„ik heb je lief", want de regen groeien de kinderen des Konink-
is al radio-actief'.
Jonge mensen zongen in de
eerste week van dit pasbegon-
n en jaar een lied. waarin
bovenstaande regels telkens als
refrein weerkeerden. Lees ze
nog eens over ouderen! En nóg
eens. En God geve, dat ze uw
harten raken mogen. Met name
de harten van hèn, die mij
naar aanleiding van mijn stukje
van 7 dec. l.l. „Durf ze toch
los te laten", zulke boze brie- gebrekkige opvoeding.
ven schreven.
Hoort n de wanhoopsschreeuw gÊrto'Suïr^'SkwSu
in dit refrein? Striemt het felle J
bedoelt u met die niet-
rijks op. Zij ad<
van deze tijd in. Moeten wij nu
ach en wee roepen1 Onze hoof
den schudden over die „slechte" heiligen veranderen?
Jeugd? Beware God ons dèar-
voor Want m feite is dit: het in
twijfel trekken van Gods trouw
en almacht. Zou in déze tijd Zijn der hen, die dag e
arm verkort zijn? Zou Hij niet bekering konden
bij machte zijn, ook in deze eeuw
van het atoom, Zijn kerk te bou
wen? Zich lof tc
moderne jeugd'
Dat Hij dit ondanks onze
ondanks
gens en meisjes, die in „Jeugd het zestiende jaar rest ons nog
Evangelie" werken, opeens in het leiding geven door waar
schuwingen, het bijstaan in hun
Ik heb nog nooit iemand ont- groei naar volwassenheid met ge-
moet, die een vlekkeloos en zon- bed, met raad en met daad. Dit
deloos leven leidde. Oók niet on- is au fond zeer zeker óók nog op-
hun voeding, maar op een ander ni-
Dit veau. Je komt behalve in de
aatste kan ik niet. Ik herinner ouders kinderverhouding lang-
mij in dit verband iets uit mijn zamerhand in die van mens tot
iden uit deze ugd. Op een morgen kwam een mens te staan.
met stralend gezicht bij ons En deze periode duurt tegen-
„Dominee, woordig lang. Wij kunnen i:
dit refrein? Striemt het felle
verwijt u en mij om de oren?
„Jullie ouderen, die honderd
uit praten over de problemen
rond de jeugd, jullie hebt al
zoveel moois van het leven
gezien en genoten en wat is er
van de wereld, waarin wij be
ginnen te leven, intussen ge
worden?
H-bommen. ruimtevaartpro
jectielen, haat en nijd onder
Christenen en ongelovigen,
concentratie-kampen, vertrapte
en verdrukte volken en wat
hebben jullie eraan gedaan!
Deze aarde raast haar onder
gang tegemoet, maar wij wij
willen nog léven. Gauw, gauw,
laten wij elkaar nog even liefiieb-
ben. want de regen is al radio
actief
Hoort en voelt u de angst?
rassende wij
En dan blijft
een diepe dank en
over. O Here, dat
kind zó getuLgt
mogelijk?Dat déze jongen,
binnenhollen B
ik ben vannacht bekeerd." Wij lè"gèvaü^n zéker'rê'kenên tot het
werden dadelijk de kamer uiitge- 25e jaar.
Behalve de boze brieven, ont-
ing ik er óók nog drie naar aan
leiding van voornoemd artikel,
rordt? Komt
juist dit nog?"
het Glimlachend schudde mijn vader
zijn hoofd en zei: „Bij c
'r-r-d >,ii r,i leiding van voornoema anucei,
dïn bU ik di. óók
deze agressieve
i de Here Jezus hè?"
Overpeinzingen van ftlargaritha
teen-ager" met haar eigenwij
ze paardestaart nu opeens blijk
geeft, de Here Jezus met hart
lief te hebben,
ogenblik later
verschillig.
Ouders met een oplettend oog
Hoe willen wij deze kinderen zien Hem Zijn kerk bouwen. Te-
ten volle kunnen begrijpen? Wij genover de schaarse ogenblikken.
zijn niet één,
ties ouder, al zijn
hun vaders en moeders. Ik hoor
de onlangs een bekend Christen-
psychiater zeggen: „We hebben
iedere tien jaar een andere ge
neratie tegenwoordig"
ik. Twee van ouders van grote
kinderen en één van een onder
wijzeres. Als ik u vertel, dat het
in de afgelopen Kerstvakantie
bij mij iedere dag een instuif van
jeugd tussen 16 en 21 jaar was
en dat het geen zeldzaamheid is.
als ik 's middags 24 koppen thee
en 's avonds 30 koppen koffie in
schenk (ieder twee), meen ik
toch de mentaliteit van deze
jeugd aardig van nabij te ken
nen. Te meer daar mijn man
door zijn werk dagelijks met de
geestelijke verzorging van dui
zenden jongeren te maken heeft.
Wij hebben op Kerstavond oti-
:iel iief te hebben, sl doet zij "dan dat je ie iedere dag bekeren ffff,Jf1
O. WMT 1. leven
wil Je daerbu helpen. Dat hï* JêrrformwïïS'
£Lie,beK\??rie «""se Ju
werd. Je begrijpt daar nu nog odk verwonderd over
wij dit zien. staan dagen, niets ven,, maar later zal ie het kennla, die ieder van haar
(zijn) beginselen had èn over
hun vrijmoedig getuigen. Dit ge
sprek duurde plm. 2 uur, zonder
de ander griefde
„Nou. dan zal je, i
ouder wordt steeds r
drie genera-
dan ook weken, maanden. Waarin wij met verstaan,
angstige bezorgdheid het doen T"
laten van onze pubers
Ja, e
Daarom beden
j omtzag'lijk moeilijk, om digen
grote kinderen lof ten vast te houden.
nu versta ik het. Hoe
p.. jev.. adole- ouder men wordt, des i
nten gadeslaan. Wij kunnen laftt ondervinden wij van eigen djÖ~de~<
beter doen. dan onze ge- T" ||g| 1jju"
jor hen te vermenigvul-
daarin God bij Zijn be-
met wijsheid te leiden. Ook het
tempo, waarin de geslachten el
kaar opvolgen
anlciding van mijn ant-
oord aan het echtpaar K. heb-
embenemend ben enkelen mij geschreven:
natuurlijk niet „Zulke kinderen zijn nog
geestelijke keerd. al werken zij
jeugd consumptief, d
len uit het leven halen, wat er
van te halen valt, amusement,
nog maar zoveel mogelijk genie
ten, want „de regen is al ra
dio-actief
Wij ouderen, zijn de laatsten,
die hierover de staf mogen bre
ken, wij net
jeugd, die 25 j,
eens begrepen zouden hebben wat
radio-actieve regen betekent.
Ik heb het nu over de jeugd in
't algemeen.
i! ttlJTTlin irJih zij»(l...n geloofsovertuiging
™sEi" d„y'z"ï\o?8d". dfee°See 'D°« het he"
ademtocht gestreden moeter, Ln als dan een oudeie mij
worden. Waar halen wij dan de ^chrijft: ..Tweemaal naar de
euvele moed vandaan. »m van kerk en trouw ter catechisatie
jongeren, die met hun lente-fris «a*n zyn toch de grondslagen
be- geloof de wereld ingaan en die van christelijk leven dan
;e in wij niet eens persoonlijk kennen, /r,u deze moeder toe willen
te zeggen, dat zij niet bekeerd vo*gen: „Bekeer u van deze ten
werk zijn?! zeker, ze kunnen het nog ^er"f}, ««^reiende werfcheilig-
nsen- erg bont maken, ze hebben onze "«d.
j met leiding en ons voortdurend gebed 't Is of ik de paus aan het
et be- nog zeer nodig Want, hoe is het woord hoor. Bij hoevelen is het
treden mogen. Maar als jonge- 'och mogelijk, dat mensen uit dat Christelijk geloof ontaard ln wet-
mensen zich vrijwillig melden, loslaten, waarover ik schreef, ticisme en moralisme. De jeugd
om méé het evangelie uit te dra- hebben opgemaakt, dat wij alles doorziet dit. Daarbij verlicht
gen, vind ik dit diep verheugend, maar over onze kant moeten la- door Gods Geest. Wij moeten van
Zij verdienen er geen cent mee ten gaan? Hoe vaak heb ik de die werkheiligheid af. Ons enig
en in het vrijmoedig getuigen tucht uit liefde niet aangewezen fundament is Christus en alleen
van hun Heer en Heiland zullen als een kostbaar geschenk in de ioor genade zullen wij béhouden
beschermde zij ook zelf gezegend worden, opvoeding en hoe dikwijls ge- -/orden,
geleden niet Hoeveel duizenden jongens en waarschuwd tegen de devaluati
zin bedoeld. Zalig hij (zij) die ook I.J.E.
hiérin zijn(haar) Heer met haast Hoe weet u dat? Dit ten
hoort komen. van de Heilige Geest in rr
Men noemt de tegenwoordige harten is heilig land, dat v
moddervoeten i
uit onze kerken beste- van ons ouderlijk gezag. Maar ik
den hun vrije tijd alleen maar ben het van harte eens met wat
voor zichzélf? Hoevelen hunner o.m. professor Waterink eens
gaan vrij geregeld naar de bio- schreef: op zestienjarige leeftijd
MARGARITHA
de ober. .Je zou zeggen, hoe er jg variatie genoeg!
ten ze het. hè?"
an wie gaat het dan
iroeg ik, want al heb
ik dan geen tienduizend sui
kerzakjes in een kast liggen,
ik vond het toch wel even
een feit om bij stil te staan.
,,'t Is allemaal verlakkerij, me
vrouw". zei de ober bitter.
..Een of andere gek heeft die
kinieren misschien iets wijs
gemaakt en nou lopen ze zich
het vuur uit de sloffen om
suikerzakjes te krijgen. Straks
hebben ze een kist vol en nie
mand loil ze hebben."
„Maar dat is toch eigenlijk ge
méén," zei ik boos. „Waarom
wordt het dan niet tegen die
kinderen gezegd, dat het tóch
geen zin heeft die suikerzakjes
te sparen?"
De ober zei in sombere triomf:
,JJou, maar dót heb ik ze al
20 vaak gezegd. Maar u mot
niet denken dat ze 't van een
oudere aannemen. Kom bij u.
strooide de inhoud in de kof
fie, hoofdschuddend. Ik wil
maar zeggen: als een of an
dere dwaas met zo'n verhaal
bij een paar kinderen aan
komt, moet er toch wel iets
met hem mis zijn. Of hij is
inderdaad een verwoed ver
zamelaar en wil op die ma
nier een mooi album volkrij
gen. Tienduizend toemaar.
En een fiets toemaar. Als
ik. dacht ik verwoed, hier of
daar weer eens zo'n kind te
genkom die suikerzakjes
spaart, dan vraag ik ijskoud
of hij ook weerbij wie hij ze
moet inleveren om een fiets
te krijgen, en dis hij dan een
naam noemt, wat wel niet
waarschijnlijk is, en éls ik er
dan achter kom wie die held
is, nou, dan denk ik wel dat
ik het er op een of andere
manier niet bij zal laten zit
ten. De gemenerd.
GRUMPY.
Wonderlijk is dat toch: we
kennen hier twee heel
mooie bladplanten met prach
tige bonte kleuren, die in hun
oorspronkelijk, tropisch klimaat
zeer hoge bomen worden, maar
het bü ons. in kou en vocht,
niet verder brengen dan aardige
vensterbankversieringen.
Het zijn de Cordyline, afkomstig
uit Australië en Nieuw Zeeland,
en de Dracaena uit Afrika. Ze
behoren beide tot de leliënfami-
lie en lijken zo veel op elkaar,
dat ze nogal eens verward wor
den. zelfs door bloemisten.
Toch is er wel een duidelijk ver
schil. maar dat moet ^en we
ten. Bij de Cordyline z^n de
wortels wit en bij de Dracaena
geel of roodachtig geel gekleurd
Natuurlijk kan men dat niet
zien. wanneer de plant in een
fiot staat en vandaar de moge-
ijkheid, dat ook vaklieden ver
gissingen kunnen maken.
De plant, die U hier ziet afge
beeld, is een Cordyline. maar
deze wordt ook verkocht onder
de naam Dracaena. Van beide
planten zijn verschillende soor
ten in de handel. Alle hebben bij
zonder mooi gekleurd blad, dat
heel sterk en taai is. Bij een
van de Dracaena zijn de blade
ren zelfs zo stijf, dat het lastig
ls. de plant te hanteren.
De kleuren zijn ook niet altijd de
zelfde. Men heeft planten met
groen en wit gestreepte blade
ren, met bruin en met roodach
tig blad, er zijn groene blade
ren met een rode middennerf en
rode bladeren met witte vlekken.
Bij alle soorten vormen die bla
deren een mooi gelijksoortig ro
zet, waaruit bij sommige een
sierlijke bloempluim ontspruit,
de een bloeit wit. de ander
blauw. Meestal bloeien de plan-
ten pas, als ze een paar jaren
Da planten zijn alle gemakkelijk
met mooie
bonte kleuren
Een afbeelding van de Cordjdina,
als kamerplant ta houden, omdat
ze weinig eisen stellen. Ze kun
nen heel goed tegen zon, behoa-
'••n matig vocht en een enkele
maal kunstmest. Ze zijn tevre
den met een matige kamertem
peratuur, maar de vorat ia hun
vijand.
Alle grondsoorten nemen ze voor
lief, als die echter maar et ta
stijf en te dicht is. Zelfs klei of
leemgrond accepteren ze, maar
dan moet die wel met turfatrooi-
sel en scherp zand aijn ver
mengd.