deh wissende sanger We eeuive AMULET verzen van Lucebert MUNCHENER BACHKOOR MET KERKCANTATES Cultureel venster ZONDAGSBLAD ZATERDAG 30 NOVEMBER 19571 EEN VROUW MET DUIZEND STEMMEN EN DUIZEND GEZICHTEN Als het lukt, wacht de beeldkijkers volgend voor jaar een verrassing, nl. een opvoering van De appels van Eva (Allan Berthal), met Enny Mols—de Leeuwe in de hoofdrollen. „Rollen", want zij speelt daarin bijna letterlijk de vrouw met de duizend stemmen en gezichten. Het gaat hier om een komische thriller waarin de hoofdrolspeelster niet minder dan zes in stem, gelaat en persoonlijkheid sterk uiteenlopende vrouwen moet uitbeelden. Het is dus, net als „Brand in de Jonge Jan" van Heijermans, een transformatie-stuk. „Toen ik het in handen kreeg", zegt Enny Molsde Leeuwe, „had men er notabene al twee jaar in Nederland mee geleurd. Niemand had zich er aan willen wagen". (geheim van toneelspelen) zichzelf blijven, door anderen te zijn al dat zwart gedoe herinnert is haar maandkalender. Die nog steeds zwart ziet van de afspra ken, voordrachtsavonden e.d. Dat sommige zich cultureel-voelende instellingen hierbij hun fronsen moeten ze zelf tenslotte zijn het hun wenk brauwen. Maar wat Enny doet, desnoods het onmogelijke moet het haa: Huzarenstuk zonder huzaar Het waarom daarvan begreep ze eigenlijk pas goed toen ze vlak voor de première in de winter 19511952 tranen met tuiten huilde. „Ik haal het niet, echt. Ik haal het niet!!" Enny bedoelde de verkleedpartijen. Want, terwijl de twee rechercheurs overleggen hoe die moord nou wel gepleegd kan zijn en het publiek ongeduldig en hoorbaar mom pelt „hoe zal ze er nou weer uitzien" moet Enny zich vliegensvlug verkleden. En dit 16 maal In één voorstelling. Presteer het maar eens: een an dere jurk, een andere pruik, an dere grime, of een aangeplakt neusje. In tijden, variërend van 30 tot 90 seconden. Maar ze haalde het wél. Op de duur hield ze zelfs tijd over! Van haar ..timing", resultaat van een slordige 400 toneel-opvoe ringen in de ENNY MOLS-DE LEEUWE kinderrollen in de ouderwetse zeer verguisde en teerbeminde draken. Lat£r, k'"derIilm,s' *°«n. I" ken die het echtpa., B .echte stukken zoals Het Licht comblnatie gedurende de Volgen- n de Nacht (Inte Onsmanl een 12 jaren bracht maar te hoe De Rozenkrans. Een dui- de Nacht (Inte Onsman honderd maal Greta. Scholing Daar is Enny heus Slviërhonde'rd' gekomen. .We fluisteren waarin de gelieven de aandoenlijk- ste rol van hun leven speelden en Ze heeft het razend druk. Te meer waardering had ik daarom voor haar „optreden" als gast- vrouwe bij ons geanimeerd ge sprek in haar gezellige huiskamer, Aan niets kon ik merken, dat dit gesprek eigenlijk geflankeerd werd door een run op de zater dagse boodschappen en een avond voorstelling van Het Dagboek van Anne Frank. En als ik haar uit spraak overweeg: ,,Men moet het niet spelen, men moet het ,,zijn" dan heeft dat vermogen om te zijn wat men wil zijn hier wel een uiterst convenient en sympa thiek aspect. Van elke ontmoeting draagt een mens iets mee. als het even kan het mooiste wat hij vindt. Hel meest moet ik hierbij denken aan haar feilloze uitspraak. Ook al imiteert zij het rauwste „slang" elk woord blijft volkomen ver staanbaar. Of zij nu „wordt" Kwei-Lan, het Chinese vrouwtje uit Oostenwind-Westenwind, of Doortje uit de Lijmkit, of het oude vrouwtje met haar schuren de stem in De appels van Eva. Om het even! De micro kan haar niets, en d.e camera nagenoeg niets meer leren „Het is heel moeilijk om te spelen voor T1" practisch vlak voor je in hun fau teuil zitten". Inderdaad, vele zelfs de grootste acteurs leren hun at tributen, d.w.. hun stem en mi miek, nooit aanpassen tot het di minuendo, de intimiteit van de lens. Zelfs het beste, de uiterst vol eigen maakte uitspraak en daardoor een teveel aan zichtbare spraakbewe- gingen, wordt op zo'n kleine af stand onnatuurlijk. Te moeilijker het Boek voor blle zè,nqeRS ER ZIJN veel zangers en er zijn nog meer zangeressen. Dagelijks prijken namen op aanplakbiljetten; dagelijks worden zingende lieden geprezen of „gekraakt" in een of an dere krant; dagelijks reizen ontelbare zang kunstenaars van de ene stad naar de andere om te zingen. En als we beseffen dat de stem het mooiste instrument in de muziek is, dan is er toch wel veel te genieten voor de muziek- gevoeligen. Maar als kunstenaars de zangkuni al die echte en zogenaamde zang- lar de regels van en de eisen voor vragen, dan zullen vele aanbeden meer blijken te zjjn dan een mooie stem. Alleen maar een mooie niet. Misschien is het gelukkig, want hoe n beseft eigenlijk niets te i zangers, muzikaal geleid door vader en ir eisxner porseleingroep uit de 18de eeuiv, een kl rococostijl, voorstellend het musiceren in d aoeder aan het spinet. De groep is slechts 18 c onbekend. Waar dit kleurrijke kunstwerkje i ias onbekend. (Foto Johannes Padelt, Bavariave Zo is het ook op zanggebied: als de zanger zich werkelijk be wust gaat worden van zijn taak als vertolkend de mogelijkheid niet meer te kunnen zingen. Want de stem is dan wel het mooiste instrument, opvoeringen te bestrijden, naarmate dit de Niet lang na het verschijnen van de derde druk van de dicht bundel Apocrief, bekroond met de poëzieprijs van de stad Am sterdam, laat Lucebert via de of actrice ook in het dagelijks uitgeverij De Bezige Bij te Am- zal bij de TV-uitzending wel het kochte Schouwburg in Rotterdam ,11f,htenH«= anh i iiiforcth ffovhrffH urnrripn Vflnr mnpef -711 nlnfcolinn Ho ornto t-„ 1 rbij de ouderen onder neusjes kent het c a-oog geen d'Avesne blz.) leerde Else Mauhs genade. Er zal dus, omwille de close-ups zonder dewelke TV uit het hoofd, als beeldspel waardeloos is, mei uiterst raffinement- moeten ge werkt worden aan de „koppen". En dat kost tijd! Om die te win nen kan men de tussendialogen var de politiemannen nauwelijks rek ken. Immers, hun dialoog, var huisuit niet berekend op de zij Plotseling de grote rol kpn Ik ka er van meepraten. als Cor^® bescheiden weliswaar want ik zat ,ro1 als jongeman natuurlijk weer eens •nkele nacht op e,n vrijkaartje. Passie ianslag op haar rtistieke zelfstandigheid waagde de bezetter. Doch Enny wenste De tijd verging, de Rozenkrans werd „passé". Maar het huwelijk der niemands hoge goedkeuring te bleef „présent". Terloops met spelen. „Dan maar niet". Maar, de Présent en Passé heeft Pierre - uaniHcha,-.*, Mols de oorlog wel blonder doen gekregen. Hij werd nl. tweede natuur is gewor den, en het dus niet meer als overdreven onderkent. Zo keren we terug op ons punt van uitgang: Enny's TV-succes, waarin zij het schijnbaar onbereik bare vaak toch nog bereikte. Ik doel hier op menig te accoustiscb en daardoor eigenlijk anti-TV ge schreven stuk. Dus wanneer een pro-TV spel als De appels van Eva he*t volgend deze jonge dergeschikte plaats die het beeld- ontkomen: de liefde. i fuik gezet, - P minder makkelijk kon leraar Frans M.Ö. 1 het woord inruimt, zal Bij het Schouwtoneel onder Jan de oorlog viel er niet veel t tijdens reedj; zo bondig^ mogelijk moeten Musch speelde een jeune premier Maar het toneelbloed j 71- 1 ?rtuigend, dat de inmiddels kroop waar het niet 1 kan het haar nog gaan kon. Zij liet de Kulturkam- tien: knappe Enny mer links liggen en begon haar ran onder de indruk .zwarte" (wie is Pierre Mols, die heeft dat woord worden. Ik hoef dus Enny te vragen, waarom zij dit stuk voor de TV een ongelofelijk moei lijke opgave vindt. Met recht is het, hoewel er geen huzaar in voorkomt, tóch een Huzaren-stuk! Bij niemands gratie Al die transformaties zijn voor Enny Mols-De Leeuwe meer dan een stunt. Er achter ligt een be ginsel, dat men altijd, doch zelden zo scherp bij een artist(e) kan waarnemen. Onafhankelijkheid, zelfs van... zichzelve. En deze aandrift, die zich instinctief keert tegen belemmering van artistieke vrijheid kan zich fel en agressief keren tegen derden. Dat onder vond in 1952 een directeur van een omroepvereniging die hai treden buiten de radio aan den wilde leggen en haar we de verbreiding van haar roei de welwillendheid van de omroep. jonge (en, m heel goed aa de Leeuwe' e raakte. Dat schijnt, verzuimt niet Enny in haar tfansformaties te zien. Voor de TV hoop ik dat zij er Chaefsky en vooral E. B. Roberts Enny eerst eens op na gaat slaan. En voor Enny? Wel, dat er boven haar hoofd ditmaal geen grote spin sühcüévë'belangsteïfing: i(v w„ naar beneden komt zakken. Want keur vooraf, die nog geen vredesnaam dan... Nee ik héb haar beloofd het niet te schrijven. Dus u moet het haar zelf maar vragen! CARL LANS te taak. Maar dit afdwingen van de onmiddellijke aandacht bewijst dat men hier met echte dichters te doen heeft en met werk dat een duidelijk eigen gezicht ver toont. Men is benieuwd te verne men of en hoe de dichter zich ont wikkeld heeft; men verwacht sprc- kende, nieuwe beelden, ontvangt een criticus vrij ge- uitspraken van belang re5e,d dich,bundels Sommige daarvan kan hij met een rus- sionaire voorstellingen tig gemoed even terzijde leg- met een ongewoon colo gen, oningezien, tot zich de ge- riet, opmerkingen langs legenheid van rustig lezen en de neus weg van men- beoordelen voordoet. Maar selijke en literaire waar soms constateert hij bij zich- den. zelf een spontane nieuwsgierig- Verscheidene van de in heid, die hem noopt zich on- Amulet gebundelde middellijk, tijd of geen tijd, de bundel te verdiepen. En als het dan 1 ook het moeilijkst te hante- 1 het meest vatbare instru- 1 £jjn i»«b aio Stembeheersing en stemcul- dan bestaat tuur zijn twee uiterst belangrijke goed dat ook in ons land, waar aan de zangopleiding, speci aal bij de conservatoria, nog wel wat ontbreekt, lectuur gevonden wordt die de jonge zangeres/zan ger kan helpen een vastere basis te krijgen. En die haar/hem bo vendien tot muzikaal begrip brengt. Zulkè lectuur is er nu uitgeko men bij Atlantis Verlag in Zürich in de vorm van een zangerslexi con onder de titel „Der wissende zwijgen Sanger" en geschreven door nie- i van een ,riand minder dan Franziska Mar- ,,,nnrj lon, tienssen-Lohmann, de befaamde 9. Duitse zangpedagoge uit Düssel- m aue angst dorf, oud-leerlinge van de Neder- genezen is lander Joh. Messchaert en lera res van Ned. zangkunste- naars als Mea Nabermann Laurens Bogtman. In dit boekwerk worden alle zaken die betrekking hebben op de zangkunst, zo geniaal besproken dat men begrijpt hoe enthou siast een befaamd zanger als Dietrich Fischer- Dieskau is, die tot de uit spraak kwam ein Evangelium für alle die ihr Leben lang sehnsüch- tig den Klèmg der mensch- lichen Stimme nachlau- schen". Inderdaad, dit boek mag zangeres/zanger missen. In alfabetische volgorde worden hier begrippen, technieken, muzi- Men behoeft dit poëtisch credo kale eiseni ^tc zeer „dringend en door ,teteren°°daV5S!,erri"v«'d. dicht ">ch zeer du'deliik Er het algemeen en de poé- 5taan zow.el knaPpe dingen m Lucebert in het bijzonder portamento Weet wat ik y Het gedicht i t dit alles heb gezegd niet <.en amulet. heeft r schriften ontmoet. Voor wie de experimentele Zo zou het mij gaan bij Achter- dichtwijze, die bij Luce- bèrg: zo gaat het mij bij Claus bert geen navolging is móar zijn Lucebert. Hier spreekt een in- persoonlijke manier van zich in '- verzen uitspreken vormt, een ■- hardnekkig onbegrijpelijk idioom keur in de gebruikelijke zin van blijft, is het wellicht goed kennis het woord behoeft te betekenen, te nemen van de afdeling in deze Bovendien is het recenseren van bundel getiteld „Een Reisje door staterei dit experimentele werk geen lich- Bulgarije", verlucht met twee door kunst i„ „au ai8cm„u cu yuc- Lucebert ter plaatse genomen z[e van Lucebert in het bijzonder Portamento en frasering als \vaar de mee-jt ver- belangrijke dingen gezegd zijn, kopstem, Bachzang, mezza voce, stokte tegenstander van de nog die ongetwijfeld in de Nederland- forte, hedzang. ballade, stern- literatuur geschiedenis zullen typen, stemplaatsing, ademtech- VIA NAALD IN HAAI JOH. SEB. BACH heeft het gehele kerkelijke jaar met de heerlijkste en rijkste kunst °P" gesierd. Hij heeft alle kerke- 'an' lijke feestvieringen met zijn kunst diepere zin gegeven en verinnerlijkt, zonder uit het Haar" antwoord 'luidde: "vóór kader van de liturgie te gaan. Zelfs zonder het koraal als de basis wahl, jloch van het zingen in de gemeenschap der heiligen te verwaarlozen. En juist deze kerkelijke arbeid had de liefde van zijn hart. Meer dan welke andere muzikale activiteiten ook. Illllllllllillllllllllllllllllllllllllllllllilllilllllllllllllllllllllllllliilllllllllllilllillllillllltlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilllllllllllllllllil Is Bach I Hilversum was ik reeds Enny Mols-De Leeuwe. 'en evenmin bij iemands gratie!" Enny, wier levenshouding blijkt te zijn gericht op zowel mees terschap ln als over haar kunst, ||j|v heeft zover ik weet nooit gebogen epBaan jUis, in kwesties als deze. Ook niet toen L kerkm„,iek te de Toneelschool haar als jong de Ke™"™21** te meisje wilde dwingen 's avonds braaf thuis te zitten. „Dan er maar af", zei Enny! In gemoede. hoe had zij, die als hummel van zes jaar al met haar beroemde Oom Okito twee jaar lang in En geland optrad zich door anderen Leipzig dienen? Zijn posi- aan het Hof vorst Leopold 1 Cöthen was Onder eigen dak Simon Vinkenoog heeft een aan tal verzen uit de jaren 1950 tot 1956, waarvan de lezer verschei dene reeds elders tegengekomen diende is, verzameld „Onder eigen dak en bij A. A. M. Stols te 's-Graven- hage uitgegeven. Wie zich- ma J' betaalde ook veel meer. Maar dat verhinderde niet, dat Baah de toen in minder aanzien staande fijnctie van Thomascantor te Leipzig aannam, een functie waar hij minder ver- experimentele poëzie in het alge meen en die van Vinkenoog in het bijzonder interesseert, kan hier véél meer broodheren te ma ken had. Van hof- dirigent werd Bach kerkcantor. En echt proberen of bij hi het werk. dat jeen om zjjn zoons zich over een zestal jaren uit- in de gelegenheid strekt, een zekere ontwikkeling te t kan opmerken. Het resultaat zal O ,„»i -rïiri Hat rn-en ongetwijfeld een s wel zijn dat zekerheid van het dichterlijk idioom, maar tevens en deze indruk over weegt nu een zich naar het grondpatroon gelijk blijven van dit dichtwerk. De vraag rijst of, wanneer mensen als Vinkenoog er niet in slagen him talent van een geheel nieuwe kant te laten zien, zij op den duur kunnen blijven boeien. Men went aan alles en ze ker aan het jargon van de vijfti gers. maar het wordt langzamer- hand duidelijk dat men. bij alle Zwollen begrip en betrekkelijke waarde- ring. •ersiteit te laten in. Die kans zou tooh wel zijn geweest. Neen, het ging Bach in de allereerste plaats om de kerkmuziek, om zijn ideaal: „Erhaltung meines End- zweckes wegen dor wohlzufassen- de Kirchenmusik" Niet minder dan 265 cantates (van de in totaal 295' schreef Bach in Leipzig, beginnend met de cantate „Jesus nahm geen sprake), welk feit altijd met bas een kerkelijke plechtigheid werd gevierd. Het is een bijzonder mooie cantate geworden, feeste lijk en een stuk pure barok. Naast het slotkoor noem ik als hoogtepunt in deze cantate het 4de vers met de trompet en de tenor: „Lobe den Herren, der deinen Stand sichtbar gesegnet, der aus dem Himmel mit Stromen der Liebe geregnet". Een juweel van Het Münchener Bach-Chor, koor van overwegend jonge r sen, zingt prachtig en ik hoop harte, dat Karl Richter met Holland komt. zijn =n. uaariussen piaaisie mj David Koning heeft al enkele land' tenor-recitatief .aankondiging fc, ..nï 1 to ef hoekjes over bellet op sijn naam 1o» DrniHor,r\rr\ News eens. „A voice of golden cl»n F„ ki; ,n„ k„„i. quality". De tei twee "duetten dft Keith Eng. „"Duitland 'mol het I Bachkoor de Bnchcan Weihnachtsoratorium z (foto Foyer, Wc jit 1723, het sich die .erk tigen König der Ehren", uitge- Anders van karakter en ook van bouw is de meer bekende cantate 140 „Wachet auf, ruft uns die Stimme". waarvan Tclefunken met dezelfde uitvoerenden een op name maakte (30 cm langspeel plaat BLK 16071). De tekst van Philipp Nicolai (15561608) in het koraal heeft Bach in drie delen on veranderd door het koor laten zingen. Daartussen plaatste hij een te: van de komst van de Bruidegom voor de dochters Sions brandende lampen voor sopraan en bas (twee liefdes duetten tussen de bruid en de he melse bruidegom, zoals dat in Sa- lomo's Hooglied is te vinden; en een basrecitatief (waarin de Brui degom de bruid uitnodigt). Welke een onvergelijkbare mu zikale symboliek heeft Bach in dit werk gelegd! Hoe zuiver en hoe schoon heeft hij hier de geestelijke gedachte aan de muziek verbon den. ja een deel van de muziek gemaakt. De grote gedachten in de woorden van deze cantate vervat zo te kunnen verklanken, kan slechts het werk zijn van een mens. die God waarachtig als de, hemelse Bruidegom ziet. Zo'n mens was Bach. KARL RICHTER, die met zijn Münchener B?ch-Chor jaarlijks in Ansbach een Bachwoche geef) daar vorig jaar niet minder Van de solisten noem ik aller eerst de sopraan Chloë Owen, die in Chattonooga (in Tennessee, Ver. Staten) geboren werd uit een zeer muzikale familie en studeer de in Baltimore en New York. Ze had reeds een grote naam in Ame rika toen ze in Europa ging stude ren bij Hans Hotter, Germaine Lu- bin en Otto Müller. Enige jaren werkte Chloë Owen bij het Stadt- theater van Bern en nu is ze gast- zangeres in Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland. Een fantastisch mooie stem, waard om voor alle Bach-werken naar ons land te ha- nieuwste poëzie tegenkomt van grote plastische en evocatieve kracht. Er zijn ook enige op het oude China geïnspi reerde verzen, waarvan ik er een voor U overschrijf: Een rode wind verlaat de stervende zon Maakt heel heet de avond Hoog op zijn hemelsblank terras Gaat de grootste zoon des hemels zelfs Achter zijn waaier bezweet Als achter een ploeg. De bundel eindigt met misschien het belangwekkendste vers van de ze verzameling, belangwekkend omdat het een uitgebreid dichter lijk credo vormt, het vers „Mijn Gedicht", dat eindigt met het woord, waaraan de bundel zijn titel ontleent, en waarvan de laatste strofe luidt: Ik ben de stem die geen stem maken. Zest niek, klankkleur, dictie en koor- RIJNSDORP zang. Het meest waardevolle werk dat ik ooit op zanggebied onder ogen heb gehad. Bovendien prach tig uitgegeven (456 blz. Zw. frs. 21.25). CORN. B. ien jaar Op blote voeten over kiezel lopen, naaktheidsgevoel beginnend in je longen. Je weet niet of het niezen wordt of lachen, het wordt je door je benen opgedrongen. Tot aan je knieën in koud water staan, nerveusheid looit de huid met zomerkou. Je hebt geen weet meer van je benen, maar langzaam wordt het water lauw. Subjectiet boek over balletbezit uitstekende Bach-zangers. wier stemmen bijzonder fraai getim- breerd zijn en vol uitdrukking. De ze twee platen mag u beslist niet missën. Als u van Bach houdt ten minste. CORN. BASOSK1 tendentious is, David Ko- het niet minder. Ten kos- alles wat danst in ons land verheerlijkt hij het Ned. keil niet'onder*stoelen°of"banken BaLlel en met staan. En hij heeft in die boek jes zijn grote bewondering voor het Ned. Ballet o.l.v. Sonia De van het Mün- gestoken. We nemen hem die Hilarides, var voorkeur niet kwalijk. Wat we voorstellingen hem wel kwalijk nemen is, dat Wel hij in een nieuw boekje over bal- een let, getiteld „Ballet in Nederland" (Uitg. De Bezige Bij te Amster dam), een zeer subjectief over zicht geeft van de geschiedenis van het ballet in- ons land. Hij mag dan opmerken dat dr. Eberhard Rebling in zijn boek Een eeuw danskunst in Neder- iets anders gaat langen, waarbij these (traditio nele poëzie) en antithese (Expe- voerd door het Münchener Bach- dan 12 Bach-cantates uitvoerd' goed mogelijk te handhaven Bach de koralen steeds uil zullen zijn de bestaande gezangboeken. Niet iwe synthe- één koraaltekst of koraalmelodie is »e. ui, vin .«-> -on Hollands van- Bach zelf afkomstig. In som- te zeggen de vijftigers kunnen mige cantates liet Bach het koraal ons met hun werk niet blijvend sterk overheersen, in andere can- booien; het leven is te rijk. de mo- tates vormde het koraal een ope- - vi0olsolo het 3de gelijkheden te vele en men ver- nings- of sluitingsdeel met verder do„°,r langt naar poëzie die. profiterend beschouwende aria's, van de verkende nieuwe moge- heeft zich op het gebied van Bachs kerkmuziek een internationale be kendheid verworven. En de uitvoe- nings- en slotkoor geven het ko- rjng van deze cantates op de Te raal resp. als koorbewerking en in lefunkenplaten zijn het bewijs, dal de oorspronkelijke zetting. Het Richter met zeer grote ernst en tweede vers van de dichter Joa chim Neander (16501680' wordt gezongen door de alten met om- lijkheden, weer aansluit bij de ditle. En indien de vijftigers dit niet zelf kunnen, dan zullen er jon gere dichters opstaan die voor deze synthese zorgen en hun yoor- igers verdringen en antikise- tig voorbeeld gegeven van eer cantate, waarin het koraal zo over heerst, dat elk deel van h het koraal zelf met of zondei met veel stijlbesef het Bach uitvoert. Men kan met Rich ter eventueel van mening verschil len over de tempi van sommige delen (zo bijv. het voor mijn ge- langzame deel „Zion hört ■ordt uitgevoerd door de trompet die Wachter singen"). hier ■erk met vocale omspelingen tenorsolist. De cantate heeft Bach in 1732 ge schreven ter gelegenheid overtuigend, Bachse beweeglijkheid gemusi ceerd. dat ik deze cantates hoog tepunten noem in de Bach-disco- grafie. ook wat de technische op namen betreft. En zelfs ondanks A. Gerits, redacteur van de se rie „Het Nieuwe Voorhout", be gonnen met de publicatie van een paar korte verhalen in het „Am- Marianne sterdams Tijdschrift voor Letter- bij de laatste kunde", dat inmiddels opgeheven „Giselle" toch is, debuteert nu als dichter met gebleken dat ze weliswaar een bundel verzen, waaraan hij de een voorbeeldige techniek heeft, titel Grondbezit heeft gegeven.*) maar geen enkele bezieling of Inderdaad spreken deze gedichten expressie kan opbrengen. van m stepke vcrbondenheid met Het overzicht van David Koning water en land van Holland, het is natuurlijk interessant en de meest duidelijk wel in het twee vele foto's zijn bijzonder fraai, bladzijden beslaande, rijmloze maar meer objectiviteit hadden vers „Introductie", dat tevens ty- we toch wel verwadht. We had- perend kan heten voor de thema den ook verwacht dat hij een tiek niet alleen, maar ook voor de voor die tijd in ons land zo be- eigen aard en het niveau van de- i'angrijke figuur als Yvonne ze dichter. Adembenemend is dit Georgi niet zo maar „en passant" werk niet, maar het beweegt zich had genoe'md. Bovendien hadden ongetwijfeld op een zeker niveau we van een schrijver over bal- en wat voor de criticus plezierig let meer begrip verwacht voor 's' vertoont in zijn factuur een de „musique concrète" van synthese van de overgeleverde Schaeffer, waarop Maurice Bé- dichtstijl en het beeldgebruik van jart zijn zeer fascinerende ballet de j°ngste school. Het bundeltje Symphonic pour un homme seul" S^echfs 18 verzen, te weinig »n voor de elektronisch» die echt niet zoals ipmerkt bouwde, muziek Koning vordt, maar die door Badings /oor zijn Kain-ballet wel dege- ijk is gecomponeerd op zuiver nüzikale wijze). Jammer dat een schrijver over jallet weer eens tot dergelijke al te persoonlijke inzichten wordt geleid en alles wat buiten dat ka der valt m^t meerdere of min dere ironie behandelt. verwachtingen uit te spreken ich tot dieper gaande analyse gefabriceerd te laten verieiden. Gerits lijkt mij toe een van de betrekkelijk vele „minor poets" te zijn, die niet de spits maar een lagere ommegang van de toren der poëzie vormen en wel degelijk hun eigen waarde in het geheel van onze letteren bezit-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1957 | | pagina 22