Optocht getuigde van zorg en originaliteit iti zij herinnerden het zich nog lang en gelukkig I strij de it dleiden kenni tie. Do»; de ve VRIJDAG 4 OKTOBER 1957 IEüVE LEmSCHE COURANT ,Er was eenswerd hoogtepunt n bedroefde dwergen, die het glazen kistje met Sneeuwwitje droegen. Volgens het spreekwoord is een goed begin al het halve werk en hier uit zou men misschien geneigd zijn af te leiden, dat een handige psycholoog het beste voorop had gezet en het minder goede in de achterhoede plaatste. Hiervan was echter geen sprake. In de gehele optocht kon men niet van één inzinking 6prekcn. Van de eerste tot de laatste wagen stond hij artistiek op hoog niveau. De twede wagen, „De nachtegaal", kondigde dat al min of meer aan. Dit iprookje van Andersen speelt in China >n als men zoiets wil uitbeelden, worden „•r zware eisen gesteld aan de fantasie. Buitengewoon geslaagd vonden wij het paleis en de monarch zelf op zijn gouden troon. De kamerheer was inderdaad zo gegrimeerd, dat verwaandheid en dom heid hem van het gezicht dropen. Een leuke groep vormden de hovelingen, die achter de wagen liepen. et "TOEN GISTERMIDDAG OM EEN UUR snerpende fluitjes op de Burg- gravenlaan het begin van de 3 oktober-optocht aankondigden, zorgde "eite natuur voor eerste sprookje, dat overigens niet in de Feestwijzer jjet ond. Het was getiteld: Er was eenseen zonnetje. Dat zonnetje bleek injjjjlotseling weggemoffeld te zijn door een paar boze wolken, die' onver- at b! «hts een naargeestig buitje naar de aarde zonden. De hooggehoede isfoeren in de rijtuigen zetten hun kragen op en het publiek, dat soms zes erk vqjen dik langs de route stond, zag het hele schouwspel al in het water - het tollen. Natuurlijk gebeurde dat niet! Sprookjes beginnen altijd een beetje arxififjgst, maar naarmate zij vorderen, gaat het steeds beter. Zo was het ook n te%t het sprookje: Er was eenseen zonnetje. Op het moment, dat de wa' oet halverwege de Hogewoerd was, waren de boze wolken al op hun 0 velommer gezet en bijna vier uur lang zijn zij er praktisch niet meer aan pas gekomen. Leiden en de tienduizenden gasten, die binnen zijn veste wst vierden, konden ongestoord genieten van het boeiende, rijdende rookjesboek» „Er was eens Dit jaar was men eens afgestapt van traditionele historische optocht en duBchoon we niets lelijks willen zeggen eind n vórige optochten het bleek een .tJSs besluit te zijn. Verandering van spijs Joet nog steeds eten. Men heeft zo af en .Jje behoefte aan iets anders en hieraan op voortreffelijke wijze tegemoet geko- het i inn waa niet alleen anders, „Steèngoed', zei het knaapje pakking op de trottoirband en zijn vader sprak en dwver „heel bijzonder". Het is een teken, leui it jong en oud geboeid werden, oei streeft niet alleen het sprookji ook de Optochtcommissie, die hfJich ieder jaar opnieuw het hoofd act O®06'611 breken, wat er „nu gebracht denit isumer w°rden" Weelde voor oog con^ Volgens de Feestwijzer wordt er vaak wf vo [mompeld: 't Zijn ieder jaar dezelfde dat Ofostuums met andere mensen erin. Deze dj tod „opbouwende kritiek" hééft het bestuur van de 3-oktobervereniging afgewezen, niet alleen met woorden, maar ook mei de daad. De honderden kostuums, welke men gisteren ni de optocht zag, waren voor Leiden nieuwI De gehele opzet getuigde trou wens van zorg en originaliteit. Aller aardigst waren de kahouterpakjes en de Chinese gewaden uit de groep van „De Nachtegaal". De jeugd nam een belangrijke plaats in tussen de medewerkenden en dat gaf aan het geheel iets ongedwongens. Bewonde ring dwongen ook af het prachtige kapwerk en de grime. Hier warev kosten noch moeite gespaard orr van „Er was eenseen hoogte punt te maken en zelfs de opper vlakkige toeschouwer zal begreper hebben, hoeveel werk er verricht moest worden voor het startsignaal Het meisje, dat we al óp ons derde jaar leren liefhebben en dat we nooit meer vergeten. Al worden we tachtig! U her kent haar natuurlijk. Het is Assepoester, die door haar stiefmoeder en boze zusters in een hoekje werd gedrukt, maar niettemin door de prins werd ontdekt. weerklonk. In dit verband is ook een woord van waardering op zijn plaats voor degenen, die met zoveel toe wijding der wagens ontwierpen er voor hen, die de ontwerpen zó "knap Wisten te realiseren. Het was een feest voor het oog! MeteenIn de roos! De eerste wagen uit de stoet z een bloemencorso geen gek figuur heb ben geslagen. Hij vormde een tapijt herfstbloemen, dat opliep naar een troon, waarop een van de aantrekkelijkste sprookjesfiguren was gezeten: De goedi fee. Zij las een sprookje voor aan een prins je en een prinsesje, terwijl op een af standje de konng, de koningin, de kabou ters, het elfje en niet te vergeten de heks toekeken. Het was een soort kennisma king met de lieden, die men op de vol gende wagens kon verwachten. Het eerste sprookje, dat voorbijrolde, was „Sneeuwwitje en de zeven dwergen". Voor de toeschouwers, die nog in kri tische afwachting stonden, was dit meteer het schot in de roos. Vooral, de huis kamer met de dwergen aan de gedekte tafel was een tafereel, waarvan zo'n lief lijke charme uitging, dat men zich ge wonnen gaf. Dit kon niet beter Hart- veroverend was ook het groepje van d< leder jaar op Prinsjesdag, als de Gouden Koets door Den Haag rijdt, vallen er enkele mensen flauw. Ook Leiden heeft zijn Gouden Koets, maar de Leidenaars plegen niet flauw te vallen. Zij hebben dan ook pas een stevige maaltijd van haring en wittebrood ach ter hun kiezen en deze moet krachtiger zijn dan de veel besproken Haagse ham. Lieveling Met feestneus aan de afbraak TVTIET IEDEREEN in Leiden -*■ heeft gisteren in vrolijke vrijheid op straat gelopen. Op twee plaatsen in de stad heb ben wij mensen zien werken zoals ze het altijd doen, ge woon in werkkleding. Dat was op de Breestraat, waar een paar arbeiders aan een muur van het oude gebouw van de Twentse Bank stonden te sjor ren, en op de kop van het gi gantische laboratorium aan de Kaiserstraat, waar de afbouw blijkbaar zo dringend wordt verwacht, dat een vrije dag er ook niet af kon. Maar in heide gevallen heb ben deze mensen het feest toch niet helemaal langs zich heen laten gaan. Eén werker in de afbraak van de Twentse Bank verluchtte zijn arbeid met een grote feestneus en tijdens het voorbijtrekken van de optocht op de Witte Singel gingen de lab-arbeiders hoog in de lucht toch even met de handen in de zakken staan. Zelf ondergedompeld in zo veel onbezorgde feestelijkheid moesten we deze zwoegers naast het gevoel van mede lijden, dat we nauwelijks kon den onderdrukken, toch wel een eresaluut brengen. Want zeg nou zelf, de politie en de reiniging zijn op deze dag ook hevig in de weer, maar het werk van de eerste sluit het meegenieten van de vreugden van dit grandioze feest toch niét uit en de tweede categoriemen kan alleen na I uur in de nacht van 3 op 4 oktober erover jubelen, dat men geen reinigingsman is. Er zullen er gisteren nog wel meer op hun post geweest zijn. Denk maar eens aan de open bare bedrijven en de zieken huizen. Voor al deze ongezie- nen hopen we, dat zij vólgend jaar het volle pond van het feest kunnen krijgen! •volg pagina 4) In de optocht moet alles echt zijn, maar als je even van de wagen mag klimmen om in Oud Hortuszicht een glas limonade te drinken, mag je de schijn even laten schieten. Doornroosje is vermoedelijk ontwaakt door de 3 oktober-drukte in Leiden. Wij zijn ons ervan bewust, dat dit een nieuwe visie is, maar de feiten staan erachter. Reeds voor de prins gelegenheid kreeg zijn historische kus te geven, lachte de prinses de feestgangers toe. Als de stoepen vol zijn en de lantaarnpalen geen plaats meer bieden, dan weet de jeugd zich nog wel te behelpen; je kunt toch moeilijk het ontzetfeest vieren zonder de grote optocht te zien. In afwachting op de Morspoort. En ook hij liet vanzelfsprekend geen verstek gaan. De beroemde olifant met de grote snuit, die sinds jaar en dag de gewoonte heeft om ver haaltjes uit te blazen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1957 | | pagina 3