ZWEDEN: KONUNGARIKET SVERIGE
min i in
Land van lucifers
ivitte steenkool
en ijzererts
KONING GUSTAAF VI:
Geleerde met aandacht
voor ieder die werkt
Programma van
staatsiebezoek
Dordts koopman bracht
Zweden goede gaven
NIET ALLEEN MAAR SELMA LAGERLöF
Ook de kunst bloeit in Zweden
Neutraliteit
bovenal
IJET Zweedse wapen is een blauw,
1 door twee gekroonde leeuwen met
dubbele staarten vastgehouden schild, in
vieren gedeeld door een smal gouden
band. Linksboven en rechtsonder hei
Zweedse wapen (drie kronen), rechts
boven en linksonder het Gothische
(een over drie zilveren rivieren sprin
gende gouden gekroonde leeuw met dub
bele staart). In het midden een hart-
schild met de wapens van de huizen
Wasa en Pontecorvo (generaal Berna-
dotte was prins van Pontecorvo). De
Zweedse vlag is een blauw veld, door
een geel kruis in vieren gedeeld.
HET IS LENTE. In Zweden betekent dit, dat machtige sneeuwmassa1
zich in beweging zetten, dat ijs smelt en dat duizenden, in stukken
gehakte boomstammen door een woelige watermassa worden meege
voerd. Mee stroomafwaarts, naar de Oostzeekust, naar Sundsvall, Soder-
hamn en vele andere plaatsen. Waar zaagmolens razen, gedreven door
de energie van de „witte steenkool", de enorme grote kracht van
snelstromende rivieren.
In de wintertijd vielen dagelijks hon
derden bomen onder het geweld van di
houthakkersbijl en het scherp van de trek
zaag. Paarden en waar mogelijk tractorer
Koning Gustaaf VI is een ijverig krantenlezer. Iedere morgen om zeven
uur begint hij zijn dagtaak met het doorwerken van de post en het
lezen der vele kranten, die hem op de hoogte houden van wat er in de
wereld aan grote en kleine politiek gebeurt.
~\T1JFENZEVENTIG jaar hoopt
Gustaaf VI, de koning van Zwe
den, dit jaar op 11 november te wor
den.
Een ernstig man, die zich als de
vies koos: „Plicht boven alles" Een
man die zelfs zijn liefhebberijen met
een nauwkeurigheid en gedegenheid
beoefent, dat zij bijna tot plichten
schijnen te zijn geworden.
Die liefhebberijen zijn overigens
uiteenlopend. Niet alleen is hij een
expert op archeologisch gebied en
heeft hij de sinologie diepgaand be
studeerd, maar bovendien is hij een
plantenkundige en kundig kweker.
In zijn buitenverblijf Sofiero bij Hel-
singfors is de tuin een lustoord, dat
in Zweden zijn weerga niet vindt.
Eigenlek Is het helemaal niet te verba
zen, dat koning Gustaaf geheelonthouder
en nlet-roker Is. Dat past geheel btf x|Jn
strenge persoonlijkheid, waar echter
zeer b|J hoort, dat h|J z|Jn principes niet
aan een ander sal opdringen.
In 1950 werd Gustaaf tot de troon ge
roepen, drie Jaar nadat zijn oudste zoon
bij een Vliegramp om het leven was ge
komen. Zo werd de kfleine Karei Gustaaf
kroonprins. Grootvader en kleinkind, een
grote stille man en een blond tenger Jon
getje zijn het, tot wie de Zweden opzien
en aan wie zij al de genegenheid schen
ken, die een volk te schenken heeft.
Want al is koning Gustaaf een typische
Intellectueel, een geleerde zelfs, hij weet
de jagers in het noorden, de ambachts
lieden in de dorpen, de mijnwerkers en
de vissers te tonen, dat hij werkelijk be
langstelling voor hen heeft.
Luisteren
Het is een eigenschap van hem, te wil
len weten hoe een machine werkt, welke
methoden gebruikt worden bij de arbeid,
waarom het zus of zo gaat. En wie met
ziin medemensen kan spreken over wat
het dagelijks leven brengt en ook weet te
luisteren, wint de harten.
Daarbij vindt hij een trouwe steun aan
zijn gemalin. Haar wachtte een zware
taak toen zij, 34-jarige lady Louise Mount-
batten, in het huwelijk trad met de
Zweedse kroonprins. Drie Jaar tevoren
was zijn eerste vrouw, de Engelse prinses
Margareta van Connaught, overleden,
vijf kinderen, van wie de jongste vier
was, achterlatend
Prinses Louise had in de Tweede We
reldoorlog als verpleegster gewerkt en
haar belangstelling voor het ziekenhuis
wezen en haar grote steun daaraan, maak
ten haar bij haar nieuwe volk snel popu
lair. Dat zij daarbij de Zweedse taal^al
spoedig vloeiend sprak, droeg
Het gezin
Maar behalve vader van zijn volk Is
koning Gustaaf ook zeker het hoofd van
het koninklijk gezin, waarbU dan dat van
zijn overleden zoon en zijn schoondochter
prinses Sybllle gerekend kan worden.
In de eerste plaats is daar zijn klein
zoon, de kroonprins. De tijd dat prinsjes
In afzondering werden opgevoed, is voor
bij. Dat maakt het jongensleven heel wat
plezieriger, maar het wordt moeilijker
als toch de consequentie een eenzame
plaats op de troon ls.
Koning Gustaaf tracht zijn blonde
kleinzoon zijn jeugd te gunnen, maar an
derzijds verheelt hij hem zijn plichten
niet Hij ls de grootvader die bescher
mend zijn armen opent als het "t prinsje
wat te machtig wordt, maar die hem ook
leert dat ..plicht boven alles gaat" en
verlegenheid of weglopen niet bij een
koningskind passen.
Met zijn zusters heeft de kroonprins
reeds zijn deel aan de representatieve
plichten, al worden die zoveel mogelijk
beperkt, nu het leren nummer één ls.
Eigenlijk is de uitspraak van de koning
na het huwelijksaanzoek van de Engelse
edelman voor zijn oudste kleindochter,
prinses Margareta, wel typerend. „Hij
moet eerst genoeg verdienen om haar een
behoorlijk leven te bieden".
Dat zal zo ongeveer wel elke vader zeg
gen als er een kandidaat voor zijn dochter
Het koninklijk gezin streeft ernaar een
goed huiselijk leven te behouden, ondanks
de vele plichten, die het wel dwingen
dikwijls de intieme kring te verlaten Het
gezellige theeuurtje, samen luisteren naar
muziek (de Koning bezit een uitgebreide
discotheek) en vrolijke vakanties op een
der buitenverblijven, waar dan een schaar
jonge vrienden op bezoek Is, dat ztfn
de ogenblikken, waarin de koninklijke
familie het grootste geluk vindt dat men-
gegeven is: samen te zijn in goede
harmonie-
brachten het hout per slee naar de rivier.
De natuur brengt Zwedens voornaamste
produkt verder, naar de zagerijen en de
fabrieken om daar te worden bewerkt, tot
pulp voor de papierindustrie, of tot rond
hout, dat als mijnstutten wordt uitgevoerd,
of in verkleinde vorm alslucifer
houtjes
Zweden is het houtland bij uitnemend
heid. Het gebied van Norrland in noord-
Zweden ls reeds jarenlang één kolossaal
Industriegebied. Het produceert nout.
Vaklieden zorgen ervoor, dat het aantal
gerooide bomen gelijk blijft aan het aan
tal nieuw geplante, zodat deze Industrie
nooit voor een vacuüm zal staan.
VIER GEBIEDEN
Geografisch kan men dit grootste van
de drie Scandinavische landen in vier
gebieden verdelen. Vier gebieden, die
ieder op een eigen wijze hun aandeel
leveren in de Zweedse welvaart. Daar is
eerst de zuidelijke landbouwprovincie. Een
vruchtbaar heuvelgebied, ten zuiden van
de grote meren. Van oudsher is de land
bouw een der voornaamste middelen van
bestaan. En wanneer men de laatste jaren
ziet, dat het percentage Zweden, werk
zaam in de landbouw, afneemt, dan komt
dat zeker niet doordat die landbouw in
betekenis is afgenomen. Evenals in Neder
land hebben de technische hulpmiddelen
de intensiviteit bevorderd. In deze streek
is bovendien een veeteelt ontstaan, die
Zweden een vooraanstaande plaats op de
wereldmarkt doet innemen.
Tussen dit heuvelachtige groene land
schap en het gebied van de altijd-groene
naaldwouden treft men de industrie
streek. Grote hoeveelheden Ijzererts wor
den hier verwerkt. Ijzererts uit eigen
bodem: uit het noordelijke Lapland, want
dit (vierde) gebied is sterk ijzerhoudend.
Het ruwe érts is een belangrijk export
artikel.
Zweden ls een neutraal land. Het ls
welvarend. In de tweede wereldoorlog
bleef het buiten de oorlog, daardoor kon
het in 1945 voortbouwen op het welvaarts
peil van 1940. Men heeft deze kans aan
gegrepen. Er z(jn contacten gelegd, sowel
in het westen als in het oosten. De export
varieert van lucifers tot schepen.
"ERSTE CONTACT...
Vooral met oost-Europa werd reeds in
de vroege historie handel gedreven. Weat-
Europa maakte voor het eerst kennis me:
de Scandinaviërs in de -tijd der Vikingen.
Deense en Zweedse drakensche-
pen bevoeren toen de westerse kusten,
dikwijls tot nadeel van de bezochte
landen. Het zij echter vermeld, dat slechts
klein gedeelte van die boekaniers-
vloten bestond uit Zweedse schepen.
Merendeels waren zij afkomstig uit het
•mere Noorwegen.
De Zweden voeren liever de Oostzee en
de oostelijke rivieren op. Ze konden op
die manier met tuin handelswaar tot dicht
bij de Zwarte Zee komen. Men heeft wel
gezegd, dat de handel der Zweden
Rusland heeft grootgemaakt, dat zij de
grondleggers zijn geweest van het Rus
sische Tsarenrijk. Zeker is in ieder geval,
dat zij in de Russische handel een grote
rol speelden. Maar zelfs in Constantino-
pel brachten de Scandinaviërs hun waren
an. Hun land van afkomst was
'T'ER GELEGENHEID van het staatsle-
beioek op 21, 22 en 23 mei, van ko-
ilngin Juliana en prins Bernhard aan
Stockholm, wUdcn wij deze pagina aan
I programma van het koninklijk be-
DINSDAG. Aankomst met Hr. Ms. krul-
:r De Zeven Provinciën In Stockholm.
De hoge gasten worden verwelkomd door
het Zweedse koningspaar en de regering.
Er Is een prlvé-lunch In het paleis, zang
door een mannenkoor op Lejonbacken en
:n staatsbanket in de Carl II-galerjj.
WOENSDAG. Bezoeken van koningin
Juliana en koning Gustaaf VI aan een
vakschool, een tehuis voor ouden van da-
en de koninklijke technische hoge
school. Prins Bertil en prins Bernhard
zullen ln die tjjd luchtvaart- en marine-
instituten bezichtigen. Het stadsbestuur
Stockholm biedt daarna een lunch
ten stadhuize. 's Middags wordt de
Rlddarholmkerk bezocht, gevolgd door
in receptie voor de Nederlandse kolonie.
De beide koninklijke paren dineren ver
volgens samen, waarna zij een galavoor
stelling ln de koninklijke opera bUwonen.
DONDERDAG. Koningin Juliana en de
Zweedse koning bezoeken de N.V. Sca-
lia Vabis in Södertalje. terwijl prins
Bernhard en prins Bertil een krans leggen
b(J het Linnaeus-standbeeld in Hurale-
gërden, gevolgd door een bezoek aan bet
Zweedse Instituut voor houtveredellng.
In kasteel Gripsholm wordt geluncht met
leden van de Koninklijke familie en ten
slotte bieden koningin Juliana en prins
Bernhard het Zweedse koningspaar een
staatsbanket aan. Een taptoe door de ma-
'Ineband van de Kon. Nederlandse marl-
ie besluit de festiviteiten.
GAMLA STADEN
De handel ging zich concentreren
in de stad op de eilandjes in het
zuid-oosten, in Stockholm. Een stad,
die was ontstaan rond het uit de
dertiende eeuw daterende fort Gam-
la Staden. En in dit Gamla Staden
bevinden zich nu nog de eeuwenoude
handelshuizen en ook het koninklijk
paleis, waarin koningin Juliana en
prins Bernhard volgende week zul
len verblijven.
Het geslacht De Geer staat er al
eeuwenlang in hoog aanzien
TNE GRONDWET van Zweden, waarbij de vier standen, ridders, geeste
lijken, burgers en boeren, vervangen werden door twee door het volk
gekozen Kamers, is te danken aan Louis Gerhard de Geer. De naam De
Geer stamt al uit de veertiende eeuw, toen het geslacht in België woonde
en zijn naam ontleende aan het riviertje de Geer bij Luik, waar het voor
vaderlijk slot stpnd.
In 1595 vluchtte Louis de Geer met zijn gezin, gedwongen door de geloofs
vervolgingen, uit Luik naar Aken en vestigde zich daarna in Dordrecht.
Het was zijn zoon Louis, die de nauwe banden tussen de Nederlanden en
Zweden vlocht. Hij ook is de stamvader zowel van de Nederlandse tak
De Geer als van de Zweedse en Finse tak.
Nog slechts 24 jaar oud stichtte Louis de
Geer in Dordrecht een handelshuis
wapenen en in 1615, vier jaar later, ont
ving hij van de Staten-Generaal de op
dracht, vierhonderd stukken geschut uit
Zweden te bestellen. Het gezag v,
koopman steeg, want niet alleen w
Een der salons in het koninklijk paleis, die speciaal voor koningin
Juliana in orde is gemaakt. Het schilderij is een gezicht op het dorp
Pau in de Pyreneeën, waar generaal Bernadotte, die op 5 februari 1818
als Karei XIV koning der Zweden werd, geboren is.
Elf jaar is kroonprins Karei
Gustaaf, Hertog van Jutland, nu.
Nog een schooljongen, die zorg
vuldig zijn boekentas naziet,
want niets mag hij vergeten.
Eens zal van hem de vervulling
worden gevraagd van de belofte
op de grondwet, die de koning
van Zweden bij zijn troonsbestij
ging moet afleggen: „Een goed
vorst voor de Zweden, de Goten
en de Wenden te zijn".
jFWEDEN het land van de kunst. Voor
velen klinkt dat wellicht
•eemd. Maar dat 1» een gevolg var
bekendheid met hetgeen Zweden op
kunstgebied altijd gepresteerd heeft
dat nog doet. Daarom in vogelvlucht iet»
>er de verschillende kunsten.
De letterkunde heeft heel oude rech-
n, want uit de periode van het Runen-
Zweeds (800—1200) z(Jn oud-Zweedse
heldenliederen bekend door inscriptie»
Daarop volgde een periode van bewer
kingen van Franse en Duitse ridderro-
Het belangrijkste facet van de
middeleeuwse Zweedse literatuur nor
men de volksliederen, meestal verhalende
liederen in strofevorm met een één- of
tweeregelig refrein. Hieruit komen ook
de heldensagen voort. De literatuur uit
de tijd der Hervorming wordt Ingeleid
door de vertaling van het Nieuwe Testa
ment van Claus Petri en door de Bijbel
vertaling van 1541. bekend onder de naam
„Gusta Vasa's bijbel". Renaissanceschrij
vers (o.a. Johannes Magnus) schreven
hun werken nog in het lattjn. Na de her-
vorming komt er een eigen Zweedse to
neelschrijfkunst o.a. van Jacob Ronde
letius en Johannes Messenius. Als vader
van de Zweedse literatuur wordt alge
meen beschouwd Georg Stiernhielm (1598
—1772). terwijl na hem de dichter Carl
Michael Bellman (17401795), die tevens
componist was, moet worden genoemd.
Daarna zijn er tal van schrijvers en dich
ters uit Zweden te noemen, o.a. Kellgren.
Lenngren, Dahlgren, Tegnér, Ling en
Onkel Adam. Met Strindberg begint de
moderne literatuur, terwijl Selma Lager-
löf een der meest gelezen schrijfsters
wordt. Nog heden ls de literatuur levend
in Zweden, waarbij als de grote lyrici
uit deze tijd -kunnen worden genoemd
Karl Vennberg en Erik Lindegren
Durf in bouwen
J~\E BEELDENDE KUNSTEN gaan
teruo op tekeningen op been en
hoorn, heel eenvoudige voorstellingen
van dieren met magische betekenis (tus
sen 9000 en 2500 v. Chr.). Helaas i
van de eerste kerken, die van hout
ren. geen bewaard gebleven. Een der
belangrijkste historische bouwwerken is
de kathedraal van Lund (1100), doch
in de 16e eeuw ontwikkelde zich
Zweeds nationale stijl. (Koninklijke kas
telen Vadstena, Gripsholm, Kalmar
Uppsala). Ca. 1900 ontstond een nationa
listische stroming die teruggreep op de
Wasa-bouwstijl (zware en gesloten Re
naissance) en in 1930 deed de nieuwi
zakelijkheid" met de bouwer E. G. As-
Ook Hollanders
werkten er
plund haar intrede. De moderne bouw
kunst in Zweden getuigt van enorme
durf en groot gevoel voor verhoudingen.
aanzien van de beeldhouwkunst kan
■den meegedeeld, dat zich reeds in de
eeuw een school van kerkelijke beeld
houwkunst op het eiland Gotland vorm-
vaarvan de voortbrengselen zich
door geheel Zweden verspreidden. Ook
de Gothiek is de beeldhouwkunst
hoofdzakelijk kerkelijk gericht. Tussen
en 1650 werkten in Zweden veel
buitenlandse beeldhouwers, o.a. de Hol
landers Willem Bog en Aris Claeszoon.
terwijl later voor paleisbeelden de Fran-
beeldhouwers J. Ph Bouchardon en
L. L'Archevesque opdrachten kregen. J
T- Sergei (17401814) Is de eerste Zweed-
t beeldhouwer van internationaal for-
iaat en uit deze eeuw zijn namen te noe-
len als J. Börjesson. C. EIdh C Mil les
Mölleberg. C. Berg. J. Lundquist en
ooral Arne Jones, die sterke abstracties
maakt De schilderkunst heeft na de ker
kelijke wandxrhi'derinoen uit de 12e
een Inzinking vertoond. De schil
ders waren grotendeels buitenlanders,
o.a. de Nederlander David Beck e
miniaturist Pierre Signac. Ook de Hol
lander Maerten Mijtens de Oudere werk
te geruime tijd in Zweden Met de land
schapschilder J. Sevenboom (1718—1784)
komt er wat meer nationale tekening
vooral in de romantiek heeft de land
schapschilderkunst grte opgang gemaakt
G- Pauli (18551935) introduceerde het
kubisme ln Zweden en tot de belangrijk
ste kunstschilders van deze tijd moeten
worden gerekend Lennart Rodhe (geb
1916). Olie Ngman (geb. 1909) en Fel lx
Hatz (geb. 1904).
W ereldberoemd
r\E MUZIEK in Zweden is voor het be
gin der 19e eeuw nationaal onbe-
tekenend, daar er geruime tijd geteerd
d op het werk van Duitse componis-
oa- van de Mannheimer Johann
Martin Kraus. Johan Palm en Olof Ahl-
(18e eeuw) schreven de* eerste
Zweedse liederen, doch eerst componis-
als Ivar Hallström (18261901) August
Söderman (1832—1876) en Emil Sjogren
(18351918kwamen tot een meer natio-
l-Zweedse richting Weliswaar bleef
ook later nog Duitse invloed, maar
toch lieten verschillende componisten een
eigen geluid horen, o.a. de meest bekende
Hugo Alfvén (o.m componist van de
Zweedse Rhapsodie). Ture Rangström en
Kurt Atterberg probeerden ook een
eigen karakter aan de Zweedse toonkunst
geven en thans is er een volkomen na
tionale toonkunst met mensen als Gösta
Lars-Erik Larsson en Dag
Wirén.
De kunst bloeit in Zweden, mede dank
zij het grote aantal uitvoerende kunsle-
s waardoor er jaarlijkse festivals
internationaal formaat kunnen wor
den gegeven- Heeft indertijd het Zweeds
Danstheater van Ivo Cramér en Birglt
CuUberg ook ln ons land geen triomfen
En zhn de orkesten uit Zweden
reldberoemd?
een handelsman, die kocht en verko t.
Hij ging zelf naar het land van het IJi
en koper en ontdekte alras, dat de ar-
beidsmethoden daar aanmerkelijk v
beterd konden worden.
In 1619 pechtte hij de ijzersmederij
Finspong, in 1626 nam hij het beheer op
zich van de koperfactorijen. De reeul-
taten stegen tot voordeel van Zweden.
Met goedkeuring van de Staten nu
hij een hulpvloot uit in Hollandse ha
vens en in 1644 was het aan die vloot
grotendeels te danken, dat Zweden de
overwinning kon behalen op Denemar-
Zweden had In Louis de Geer een merk
waardig bondgenoot gevonden en
hem hogelijk. In 1641 reeds was hij In
de adelstand verheven en telkens
trachtten de Zweden hem over te halen
de Zweedse nationaliteit te aanvaarden.
Maar Louis baron de Geer hing teveel
aan Holland, waar hij In Amsterdam het
trotse „Huls met de Hoofden" bewoon
de. Wel had hij een even vorstelijke wo
nlng ln Stockholm, de Tërnflycht en eei
landgoed ln NordkSpIng, maar het oude
Amsterdam was hem te lief om het
voorgoed achter zich te laten.
Kinderen kozen
In 1648 reisde hij weer naar Zweden en
droeg zijn bezittingen over aan zijn
kinderen. Zij konden op hun beurt kie
zen welk vaderland zij zouden willen
hebben. Drie bleven ln de Nederlanden,
twee vestigden zich ln Zweden en één
deed als zijn vader en verdeelde zijn
levensjaren over Zweden, waar hij Heer
van Finspong was en over Holland,
waar hij Heer van Rijnhuizen heette.
Zijn oudste kleinzoon echter koos definl-
tief Zweden en van vader op zoon dien
den de De Geers Zfreden in de hoogste
ambten: hofmaarschalk, Zweedse gezant
bij de Staten van Holland, landmaar-
schalk en voorzitter der Rijksdagen,
maar enige historische figuren te
Merkwaardig is, dat alle De Geers ook
op wetenschappelijk gebied uitblonken;
zowel de Zweedse literatuur als de poli
tieke geschiedenis ontvingen vele bij
dragen van hun hand.
In ruime mate ook lieten zij Zweden op
sociaal gebied hun milddadigheid blij
ken. Scholen werden gesticht, de levens
omstandigheden der arbeiders verlicht.
En zo werd het ten slotte Louis Gerhard
de Geer, vrijheer van Finspong, die
Zweden zijn reeds zo lang begeerde
democratische staatsvorm wist te geven.
Hij werd op 18 Juli 1818 te Finspong gebo
ren en studeerde in Upsala. In 1856 be
noemde koning Oscar I hem tot staats-
Het koninklijk paleis in Stock
holm, omringd door water, is
wel een bijzonder dankbaar ob
ject voor een grootse illuminatie.
Het werd van 1697 tot 1753 ge
bouwd naar het ontwerp van
Nicolaas Tessin en is opgetrok
ken in nieuw-Italiaanse stijl.
raad en op 7 april 1858 aanvaardde hij
de portefeuille van justitie,
n 18G3 was het ontwerp-De Geer gereed,
dat aan elke meerderjarige Zweed het
recht toekende zijn stem over lands- en
provinciebestunr uit te brengen. De
standen keurden het, door het volk
enthousiast begroet, ontwerp goed en
op 22 juli 1866 werd het door de koning
bekrachtigd en als deel van de grondwet
afgekondigd.
Nog heden ten dage
log heden ten dage is het geslacht De
Geer in hoog aanzien ln Zweden. Nau
welijks een week geleden zag een der
leden het land zijner voorvaderen terug.
Het is Jan baron de Geer, hoofd van de
afdeling buitenlandse betrekkingen van
het Zweedse Rode Kruis,
lij was in Zierikzee bij de ingebruik
neming van het Rode Kruis Ziekenhuis,
dat de sluitsteen is geworden van de
grootse hulp, door het Zweedse volk na
de Watersnood aan Nederland geboden.
Een hulp, die een waarde van meer dan
veertien miljoen gulden bedroeg en
waarvan 239 hulzen, 12.000 landbouwge
reedschappen, 200 landbouwmachines,
enige kleuterscholen, de linnenkasten
van vele hulsmoeders ln het rampgebied
kunnen getuigen.
In het geslacht De Geer werd be
wezen, dat banden tussen volken
hecht gevlochten kunnen worden,
wanneer de individuën beseffen, dat
dienstbaarheid en bijstand niet bij
de landsgrenzen ophouden, wanneer
deze zo naar eer en geweten tot ge
luk der volken bewezen worden.
SINDS 1923 heeft Zweden
bijna ononderbroken een
socialistische regering gehad,
die slechts twee premiers kent:
Per Albin Hansson van 1923 tot
1946 en zijn opvolger Tage Er-
lander. Slechts van 1939 tot
1945, toen Zweden in grote be
roering was geraakt door het
uitbreken van de oorlog tussen
Finland en Rusland en daarna
door de moeilijkheden die de
neutraliteit het land baarde,
moesten de socialisten het veld
ruimen voor een nationale re
gering.
De zwaarste periode is wel die
geweest, waarin Duitsland na
de bezetting van Noorwegen
eiste, dat zijn verlofgangers via
Zweden konden reizen. In 1943
wist Zweden zich van deze last
te ontdoen en het zag kans ver
der zijn strikte neutraliteit te
handhaven. Ook na 1945, toen
de westelijken in steeds nauwer
samenwerking zich zochten te
binden, handhaafde Zweden
deze neutraliteit. Een neutrali
teit, ,die tot de tanden gewa
pend is Voor de NAVO is deze
neutraliteit ongetwijfeld een
ernstig gemis.
Juist de Scandinavische gor
del, die zich langs de Sowjet-
unie buigt, kan deze sterke
schakel nauwelijks missen. De
laatste Russische dreiging waar
bij gewezen is op de kracht der
atoomwapens en de vernieti
gende werking daarvan, heeft
dit noemaals duidelijk voor
ogen gesteld.
Wel heeft Zweden zich ge
schaard in enige organen der
vrije volken in Europa en in de
Verenigde Naties Het is lid van
de Raad van Europa en de O.E.
E.S Voorts levert het zijn aan
deel in de internationale sa
menwerking der Scandinavische
landen in de Noordse Raad.