Tij) Uilenspiegel en Lamme Goedzak HDD' E en lot uw kind kinderboeken 7 Cultureel venster Orgelmuziek van Frescobaldi en opera van Pergolesi De Gyldenlöve sage ZONDAGSBLAD ZATERDAG 9 MAART 1957 Kermis rond een brandstapel" EPOS VAN CHARLES DE COSTER MISSCHIEN bewaart u inzake Uilenspiegel alleen maar een jeugdherinnering aan de olijke Tijl uit het prentenboek, waarin hij stond afgebeeld als grootspreker die op de nok van bet dak zijn vliegkunsten zou vertonen. Wellicht hebt u daaraan teruggedacht, toen u onlangs in de krant las dal de Franse film over Tijl Uilenspiegel in ons land verboden is, omdat deze verfilming aan de R.K. volksgroep wellicht aanstoot zou kunnen geven, een verbod dat terecht nog al wat deining heeft veroorzaakt. Hoe het zij: de film moge verboden zijn, het boek is dal zeker niet. En met „het boek" bedoel ik natuurlijk niet het kinderprentenboek, maar het epos van de Frans-Vlaamse schrijver De Coster, dal thans zijn achtste druk beleeft in een Ooievaar-uitgave van Bert Bakker-Daamen N.V., te Den Haag: twee deeltjes van ieder bijna 300 bladzijden druks, in de vertaling van Richard Delhecq en René de Clercq. Al weer een meesterwerk der ter twee kamers bewoonde op de literatuur voor een spotprijs bin- hoejc van de Gewijde Boomstraat ieders bereik! Het boek, do< Armtieiig was dit verblijf. In het grootste vertrek ar beidde hij. Zijn slaapkamer bevatte ten ijzeren bed en een paar stoelen. Op 6 mei 1879 legde hij zich te bed. Het was op een der hem zo fel geduchte „ver valdagen", dat De Coster uit het lev scheiden De Coster in het Frans geschre ven, werd voor de eerste maal uit gegeven in het jaar Tijl Uilenspiegel, toalt Ger Philipe hem uitbeeldt in de Fra film, die door een heel hm tveardig besluit van de filmkeur in ons land verboden werd. ning werd geëist, zond hij aan zijn zuster. Zij beloofde het geld terstond. Zijn be dankbriefje onder tekende hij met „De Coster qui est bien malade". De volgende dag stierf hij. In zijn kist legde zijn zuster het portret van zijn hoog vereerde moeder. Vijf tien jaar later, op 22 juli 1894, werd te Elsene het monument van de beeldhouwer Samuel onthuld. Twee figuren uit „Uilen ieren het. Het zijn Thijl de geest en het hart van Vol zotternijen in slappe ook niét te preuts zijn om het boek van De Coster op zich te laten inwerken. schuld diens bi oorlog, waarvoor hij als grond patroon het oude volksboek ,.Het Het kost de lezer vele i Aerdig Leven van Tijl Uilenspie- net zijn geen verloren gel" had genomen. Men moet zich boek dat zo voorstellen, dat De Coster, lust zoals ook grote componisten'vaak deden, een bekend motief gebruikt om dit op geheel eigen en origine le wijze te herscheppen tot een nieuw kunstwerk. Door de legendarische Uilenspie gel te gebruiken als hoofdfiguur in de strijd der Vlamingen tegen Spanje, ontstond het grootse werk ich bij zijn voorstudie niet hebben gelaafd aan de Een boertige humor van een Rabelais, voldoe- d« M?'S>de ,r™le •utigheden Compositorisch is het boek ze ker niet sterk. Het is wijdlopig, maar nergens dor. Een boek om bij tijden neer te leggen en er toch weer naar te grijpen, want het is nooit vervelend doch altijd sprankelend. Wat een vondst om direct reeds die twee levens, van de geboorte af. naast elkaar te plaatsen: de sadistische Philips II en Tijl. de personificatie van de Vlaamse leut. Eerst wanneer Tijl's vader als ketter is verbrand en de zoon een zakje van diens as op zijn borst draagt., wordt Tijl een man. wordt hij de held die ten strijde trekt. Meester De stijl van het boek heeft niets van doen met de zeurderige toon van zovele 19e eeuwse romans. In tegendeel. Men zou zich kunnen in denken dat het eerst kort geleden is geschreven. In het weglaten van overbodigheden is De Coster reeds een meester. Met een paar pennestreken schetst hij soms een situatie en weet deze op een ge heel eigen manier te beklemtonen: ,,De asse klopt op mijn herte". Of: (na bloedige verbeurdverklarin gen): ..En de koning erft". V en Philips II zijn meer typen dan historische portretten. Er is veel symboliek in dit verhaal, ook en vooral in de figuren van Tijl en zijn vriend Lamme Goedzak, de geweldige smulpaap, en niet te vergeten zijn trouwe Nele, zoals wij haar in de eerste uitgave op een der platen zien afgebeeld, spelende op de fluit, op een schip vol watergeuzen. Het boek is een lange aaneen schakeling van korte hoofdstuk ken, waarin op ongemeen felle wijze de barbaarsheden der Spaanse furie zijn geschetst. Maar het kenschetst evenzeer het barre bijgeloof van het volk. Dartele zinnenlust, eet- en drink gelagen, gruwelijke martelingen wisselen elkaar bij toerbeurt af. „Een kermis rond een brandsta pel", zo typeerde La Liberté dit werk terecht. Kortom: het is de, vaak onge breidelde, verbeelding van een groot kunstenaar over het kerkbe- derf in de zestiende eeuw en de heldenstrijd van een getergd volk. Hoewel het reeds bijna een eeuw geleden is dat De Coster zijn le venswerk voltooide en publiceerde, heeft het boek aan waarde niets verloren. Dat het geen kinderlec tuur is, heeft de lezer reeds be- g ePe P. J. RISSEEUW JTNIGE tijd geleden zat ik eens opzettelijke morele invloed her met een paar kinderen te kent- praten over hun lectuur. Kin deren uit de hoogste klassen van de laqere school. Ik vroeg lazen, wat Vingerwijzing voor de moderne mens Een waarlijk hartverwarmend boek is de roman van Thyra Fer- ré Björn „Pappa's vrouw". Het boek is door Diet Kramer uit het Engels vertaald en in Nederland uitgegeven door Hollandia N.V. te Baarn. De schrijfster is in Zweeds Lapland geboren maar woont reeds ongeveer 32 jaar in Amerika. Zij heeft van jongsaf lust gevoeld tot schrijven, maar eerst op latere leeftijd, na de opvoeding- van haar twee dochters, kon zij aan die lust toegeven. Zo is dit boek eigenlijk een debuut en een veelbelovend debuut. Dit werk is een autobiografie. Dat is eigenlijk elk boek voor een deel. maar dit toch wel in het bij zonder. De personen en hun situa tie zijn die van haar jeugdhuis. In haar inleiding zegt de schrijfster dat haar boek „een roman geba seerd op feiten ze zoal qelezen hadden, of het graag deden, wanneer ze het het liefst deaen en waar. Op de laatste vraag gaf een van de meisjes het volgende antwoord: „Ik lees het liefst op school, want als ik het thuis doe zegt mijn moeder altijd: „Zo zit je weer te niksen?" Een opvatting van deze moeder mag dan niet veel voorkomend zijn, het is toch wel aan te nemen, dat in veel ge zinnen het lezen inderdaad wordt beschouwd als „niksen". Men De boekjes bijvoorbeeld, die bij ons bekend zijn als „zondags- schoolboekjes", blijken meestal geschreven te zijn door waardige (of onwaardige?) navolgers van opvoeders uit een vroegere eeuw. Aardig in dit verband is wat de bekende kinderschrijver W. G. v. d. Hulst Sr. hierover eens zei: „Het kinderboek in die oude jaren is een monstrum van moraliteit, dat in zijn kwabbige armen de kleine zielen verstrikt. De nieuwe re tijd heeft dit monstrum van de schouders - geschud weliswaar, maar uiterst langzaam en niet het lezen als zonder weifeling". We kunnen de verschuiving in de opvoeding misschien bet beste als volgt samenvatten: eerst zei men: „We willen de kinderen ma ken." Vervolgens „We willen de waarheid en fantasie moeilijk aan te duiden waarheid eindigt begint." De hoofdfiguur tus Franzon in eei se gemeente, een een goede dag een meisje in dienst neemt. Maria Die Maria heeft het er op gezet, mevrouw Franzon te worden, ondanks het grote verschil in leeftijd (dominé is 38 en Maria mengelmoes staat het wel toe, de ouders doen kinderen leiden", later „We wilj het zelf ook wel, ;i> de toch van overtuigd, dat het eigen- tot de fantasie ^jk niet meer is, dan nutteloze. zij het prettige tijdpassering, opvatting, dat lezen niet meer is dan ontspanning vindt men heus niet alleen in de kringen van lage ontwikkeling, men komt ze ook te gen in geestelijk hogere milieus. Lezen wordt dan slechts ge bruikt om te studeren en de enige boeken, die men op de boeken- SrLe°™ spef P'»* - dd »oeke„ksS,vindt. leren kennen" onze tijd toegekomen .We willen hun inner- De lijke behoeften leren kennen". i door het le- boordevol humor en spot- allereerst als geschiedenisboek het beschrijft de meest lezen. Ook de figuren van Karei Na een bewogen en moeilijk le ven heeft Leuntje Trouw, de ik figuur van Mia Bruyn-Ouwe- hand's voortreffelijke roman „Liefde en 1 o t", zich terug getrokken in een klein huis de hei. Een oude ven wijs geworden vrouw, die ons haar geschiedenis verhaalt. Er gens zegt ze :,Het is onze liefde die ons lot bepaalt." Was het niet de hartstochtelijke liefde voor Henk. de monteur, bonk van een kerel, die alleen maar speelt met het jonge, oner varen 'Leuntje. waardoor ze Frans, de trouwe kameraad, voor bijgaat11 Het is om haar broer Jan, de onevenwichtige. karak terloze jongen, dat ze trouwt met de bijna dertig jaar oudere Eibert Hiddink. Om hem een thuis te geven, vlucht ze in dit huwelijk, en straks is het de liefde tot haar kind in Canada, die haar de tocht naar dat verre land doet onderne men. Meer voorbeelden, oofk wat de overige personen betreft, zou den te noemen zijn, die de titel van dit boek verklaren. Ja. één grote zwerftocht is het leven van" Leuntje Trouw ge weest. „Sedert ik losraakte uit de haven van mijn ouderlijk huis, was ik een schip op drift. Mijn hele jeugd is een zwerftocht ge weest", zegt ze tegen haar jeugd vriend Frans. Goed, een zwerf tocht. maar een die uitloopt op een vast en veilig rustpunt. Leun tje Trouw wist: er wacht een ha ven mij na 't zwerven, dè Haven. De armoede en het onrecht, de eenzaamheid van haar jeugdjaren hebben haar niet verbitterd. „Als ik mijn ervaringen en indrukken zo verwerk dat er misschien ooit nog iets goeds van komt, dan is dat genade." Dit is een christelijk boek zon der opgelegde christelijkheid, zon der geforceerdheid. Van deze Leuntje Trouw gaat iets uit. Zij worstelt, maar komt gesterkt door het geloof in Christus uit de strijd te voorschijn, en ze geeft, heel aarzelend, deze bood schap door, aan haar kinderen en kleinkinderen. De compositie zowel als de stijl van dit boek zijn uitstekend. Een gaaf werk, lezen en bezitten waard. (Uitg. Callenbach te Nij- kerk, 311 blz.). L.S.-K. 16). en zij slaagt er dan ook wordt een kostelijk huwelijk w; uit acht kinderen worden geboi Dit zijn ook de omstandigheden ii de pastorie werd geboren. Waar verder de geschiedenis af wijkt van de waarheid is voor geen lezer van belang, want wordt geboeid door de mc ding van een zuivere liefde tussen twee men sen, door het goede ge zinsleven. de kinderlijke, soms aandoenlijke aan vaarding van Gods lei ding in alles en de volstrekte overgave aan Spectaculair is de ge schiedenis niet, maar daarin openbaart zich de kracht van de schrijf ster. Want hoe komt het dat men niet ontkomt aan het gevoel van weemoed als de schrijf ster in sobere woorden de dood van papa beschrijft. En hoe komt het dat men met Maria weer op- J veert als zij, met nieuwe moed, aan Gods hand terug gaat naar haar kinderen in Amerika, dank baar voor alles wat zij in Prontus van God had ontvangen. En zij vervolgde haar weg met blijd- Zo'n boek in deze tijd is voor velen een vinger aan de weg, een blijde herinnering dat het toch kelijk zo zijn kan, dat wij Christus als blijde koningskinde ren door het leven kunnen gaan. Daarvoor zijn we deze schrijfster dankbaar. HERM. STEGGE'RDA. Het Is begrijpelijk, dat als wij van deze laatste doelstelling wil len uitgaan in verband met het kinderboek, we dan onze keuze maken niet van het standpunt van de volwassene uit, d.w.z. we be denken niet hoe we het kind op de meest nuttige wijze een groot mens kunnen laten worden, maar we geven en schrijven boeken, die passen in en ontstaan zijn uit e zijn leerboeken. Het lezen is daar slechts een techniek, waarvan men zich bedient om de inhoud van de studieboeken te verwerken. Het beleving van het kind-zijn. kopen van leesboeken, van „ro de schrijfster m^5„ yan gedic'htenbunaels wordt beschouwd als geldverkwis- terij en als men zich al tot derge lijke lectuurbronnen wendt is het slechts in de vakantie, bij ziekte en ter ontspanning. gunnen het kind zijn kind-zijn. KINDERINTERESSE WAT bedoelen v les'' Dat or We VORMING Een tegengestelde mening ïu met dit al- kinderen het voortaan voor het zeggen hebben, hoe zij dat willen dat wij ze opvoeden? Dat ze maar mogen lezen wat ze willen? Dat wij als volwassenen slechts heb ben toe te staan en af te wachten wat de kinde- Neen, als dat de be doeling van de pedago giek zou zijn, moesten we ophouden met over op voeding te spreken, dan zou leiding niet meer ter sprake kunnen komen en zou zelfs het nut van onderwijs te be twijfelen zijn. Met het kind zijn kind-zijn gun- bedoelen we echter het vol den wij bij volwassenen, die het gende. We rrmeten lezen bevorderen, maar niet om J het lezen zelf, wel om vorming door lezen. Vorming dan bedoeld in de ruimste zin van het woord, met de nadruk op zedelijke vor- mVróeger was men overtuigd van de invloed, die het boek en die lectuur in het algemeen zouden maken. Want daai wij met kunnen hebben op de lezer. Van dergelijk pogen weerhouden het kind steeds maar weer voor te houden, wat wij nu zo mooi, zo goed, zo nuttig vinden, d.w.z. dat we het kind niet op een beetje begrijpelijke manier aan zijn verstand moeten brengen, wat wij na diepe, langdurige worste die ling slechts tot het onze kunnen ontaardt een vaak, dat VIA NAALD SN HAAI men niet had geloofd dat men het kind door middel van lectuur „be ter zou kunnen maken" dan was men er beslist niet zo vroeg toe overgegaan om te trachten kin derboeken te schrijven in enigs zins kinderlijke stijl. Men gaf het kind boeken, niet omdat het een kind was, maar om er een goede volwassene van te kunnen maken. En die kinderboeken bevatten dan Alkmaar zijn ook. om met Annie M. G. Schmidt en e 1 d e rs". een boek dat. rij kelijk verlucht door verschillende van zijn schilderende vrienden, direct als een meesterwerk werd In verband met het huidige ver toningsverbod van de film. is het zeker vermeldenswaard dat reeds van het oude volksboek in de 16e eeuw een protestantse en een roomse uitgave bestond. De pro testantse editie werd in 1579 op de Index geplaatst! De schrijver W7TE was Charles De Coster0 VV Hij werd te München geboren op 20 augustus 1627. als zoon van Augustin de Coster, intendant van de pauselijke Nuntius bij het Beierse Hof, Graaf Charles Mer cy d'Argenteau. Boze tongen heb ben beweerd dat Charles een on echt kind van de Graaf zou zijn. Als kind in weelde opgevoed, verloor Oharles vroeg zijn vader. Na de kostschool te Etterbeek hield het er niet uit en stortte zich al vroeg in het wisselvallige kun stenaarsleven, hoewel hij meerma len probeerde door ambtelijk werk in zijn onderhoud te voorzien. Er zijn 500 brieven bewaard van Charles aan zijn geliefde Elisa. Hun liefde duurde van 18511858 en de oorzaak van hun uiteindelij ke breuk is niet bekend. De Cos- ter had vele vrienden onder de schilders van zijn tijd. Eén van hen bezorgde hem het oude boek je over Uilenspiegel en bereisde met hem de Zeeuwse eilanden, het terrein waar zich vele van de avonturen van De Coster's Uilen spiegel als held in de Spaanse oorlog zouden afspelen. In deze jaren brak hij met de R.K. kerk en trad hij toe tot de Vrije Gedachte. De Coster's leven was één bittere strijd om het ve ge bestaan en eerst in zijn laatste levensjaren bekende hij: ..Hoewel ik veel heb gewerkt uit lust en liefde, begrijp i.k sedert minder dan drie jaar de schrikwekkende waarde van het geld en de nood wendigheid van een arbeid, die. genoegzaam betaald, de mens mét de welstand, ook vrijheid en vreugde schenkt." Leraar In 1870 kreeg hij eindelijk een leraarsbetrekking aan de militaire academie als repetitor der fraaie letteren. Zijn schuldeisers kwamen als aasgieren op zijn salaris af De Coster's biograaf. Lode Mon- teyne. aan wiens ..Charles De Cos- ter. De Mensch en de Kunstenaar" (Antwerpen. 1917» ik deze gege vens ontleende, vertelt dat De Cos- QIROLAMO FRESCO BALDI mag zonder twijfel het grote histo rische hoogtepunt in de Italiaanse orgelmu ziek worden genoemd. Men kan van Fresco baldi via Sweelinck een rechte lijn naar Bach trekken. Lag Sweelinck's betekenis vooral in de ontwikke ling van de fuga, die bij Bach het hoogste punt zou bereiken, Frescobaldi's betekenis lag in de kunst der variatie, voornamelijk uitkomend in zijn ri ce rear en ook in zijn t Een ta s en capriccio i bepaalde melodie werd in ae handen van Fres cobaldi een steeds wis selend iets en opende een scala aan ritmische mogelijkheden. Frescobaldi werd op 9 septem ber 1583 in Ferrara gedoopt en is dus wellicht die dag of één dag er voor geboren. Heel jong werd hij door zijn vader al op de orgelbank gezet en misschien ook wel wat over het paard getild. Maar zijn leermeester Luzzasco Luzzaschi (15451606i heeft hem streng in de hand gehouden en als de paro chianen bij het mooie orgelspel en de prachtige zang van de kleine Girolamo zeiden, dat er een engel bezig was, antwoordde Luzzaschi: „Hij is geen engel maar een jon gen die het vak grondig moet le- Frescobaldi heeft als organist een enorme naam gemaakt en werd in 1607 al organist van de Santa Maria-kerk te Trastevere. Daarna maakte hij een uitstapje naar dc Zuidelijke Nederlanden (Nederland had toen een grote naam op muziekgebied en elke vorst van betekenis wilde bij voor keur een toonkunstenaar uit Ne derland aan zijn hof hebben), be zocht o.m. Brussel. Antwerpen en Mechelen en keerde in 1606 naar Italië terug om benoemd te wor den als organist van de St Pieter te Rome. welke functie hij tot zijn dood op 1 maart 1643 vervulde. In de St. Pieter gaf hij het eerste or gelconcert op een orgel met 14 stemmen. Niet minder dan 30 000 20 sprekende stemmen), verdeeld over 3 klavieren en pedaal. De in tonatie is zodanig, dat men abso luut een oud. helder en doorzichtig effect kan krijgen bij een goede registratie En dat is Sandro dal- la Libera dan ook volkomen ge lukt Ondanks een enkele zweving in de opname is hier een voor Frescobaldi werkelijk unieke or gelklank verkregen Een groot or ganist speelt hier werken van een groot orgelcomponist; technisch en stylistisch volmaakt spel. Een aan winst voor de vele orgellief hebbers in ons land. De foto op de fraaie hoes Is niet de foto van dit orgel. bezoekers kwamen naar de 25-ja- rige organist luisteren, die tijdens dit concert ook zelf zong. Ten aan zien van zijn kunst zou men kun nen zeggen, dat het rubato in de orgelkunst (dus een vrije ritmiek' bij Frescobaldi is begonnen Hij heeft tal van orgelwerken nagela- TELEFUNKEN heeft niet minder dan 8 orgelwerken van Fres cobaldi op de plaat vastgelegd (4 toccata's, een recercare. een ca priccio. een gagliarda en La Fres- cobalda. een aria met variaties. (25 cm langspeelplaat TW 30ft5fi> Deze werken worden gespeeld op het Tamburini-orgel in het Armen- instituut (Pia Casa dei Poverii te Triëst door Maestro Sandro dalla Libera, professor voor orgelspel aan het Staatsconservatorium Be nedetto Marcello te Venetië, com ponist van tal van orgelwerken en tevens verzorger van de uitgaven van oude Italiaanse orgelmuziek Dit orgel van de bekende orgelfa- briek Tamburini in Crema werd op 29 november 1948 ingewijd er. heeft 61 registers (waarvan slechts Giovanni battista pergo lesi is een andere belangrij ke figuur uit het zonnige Zuiden, uit het land van Frescobaldi. Hij werd op 4 januari 1710 te Jesi (prov. Ancona) geboren en over leed op 26-jarige leeftijd (16 maart 1736) te Pozzuoli (bij Napels). Hij was een der geniaalste componis ten uit de Napolitaanse school. Zijn vader was schoenmaker en stamde uit Pergola. Vandaar de naam Pergolesi. Giovanni was een wonderkind en werd opgeleid op het Conservatorium „Dei Poveri di Gesu Cristo" te Napels, de stad die toen als het middelpunt van de Italiaanse opera gold. Geen won der dat Pergelesi al vroeg met het theater in aanraking kwam. Alvo rens hij echter tot de opera-com positie kwam, schreef hij kerkmu ziek, o.m. Salve Regina", het oratorium „La morte di San Gi useppe" en het oratorium „La conversione die San Guglielmo, Duca d'Aquitania". Zijn leven be sloot hij ook met een geestelijk werk. nl. het nog steeds zeer po pulaire „Stabat Mater" voor so praan. alt, strijkers en orgel. Zijn vermaardste werk is wel het zangspel (bedoeld als inter mezzo) „La Serva Pedrona" (De meid de baas). Er treden slechts twee personen op in dit zangspel: de oude vrijgezel Uberto en zijn jonge dienstmeid Serpina. De der de persoon, de huisknecht Vespo- ne, is stom. Serpina krijgt het ge daan, met echt vrouwelijke list, eindelijk de echtgenote van Uberto te worden. Het geheel is een echt vrolijk toneel, een echte vrolijke opera oftewel een opera buffa. Dit komische geval heeft in 1750 heel muzikaal Parijs in opschudding ge bracht. Toen een Italiaanse groep daar „La Serva Padrona" kwam opvoeren kwam het tot een open lijke strijd tussen de buffonisten, die wel gevoelig waren voor deze vrolijke natuurlijkheid en onge kunsteldheid, en de anti-buffonis- ten. die de muziektragedies van Rameau en Gluck hoger stelden. Men zou „La Serva Padrona" eigenlijk als de eerste volgroeide opera .buffa kunnen beschouwen, een stuk dat aanvankelijk diende als intermezzo tussen de bedrijven van een opera seria (ernstige ope ra). En men kan hier al de eerste overgang zien van barok naar ro mantiek. Pergolesi's muziek is voor de luisteraar van één doorlo pende verrukking niet alleen, maar ook van een fantastische karakter kunst. In het heerlijke parlando van de recitatieven en in de zang- rijkheid van de aria's heeft Pergo lesi het dramatische effect van de handeling in het woord, geniaal en kostelijk weten te verbeelden en uit te werken in de muziek. DE DEUTSCHE GRAMMOPHON GESELLSCHAFT heeft in haar befaamde Arohiv-Produktion „La Serva Padrona" in een unieke uit voering uitgebracht. (30 cm lang speelplaat APM 14064' Giuditta Mazzoleni en Marcello Cortis zin gen de partijen van resp. Serpina en Uberto zo geniaal, dat men ze als het ware ziet spelen En met welk verrukkelijk stemmateriaal! Ferdinant Leitner leidt het Würt- tembergisches Staatsorchester Stuttgart volkomen in de opera buffa-stijl van de Napolitaanse school. Licht en sprankelend is de ze vertolking en van begin tot ein de één genoegen. Technisch de Archiv-Produktion is hierom al leen al beroemd is alles weer formidabel. Tot de lichtste klanken van het clavecymbel (knap be speeld door Fritz Neumeyeri is al les hoorbaar en er is werkelijk niet één moment van zweving of ver troebeling. CORN. BASOSKI. KLEINE BOEKJES met veel inhoud In de Beeld-encyclopedie vi Uitgeverij Arti te Alkmaar drie waardevolle boekjes versche nen van elk 64 bladzijden. Aan de hand van talrijke foto's en teke ningen gaf Ad Heerkens in „Mu ziekinstrumenten" een prachtig verklarende toelichting bij de ver schillende instrumenten, waarmee muziek wordt gemaakt. Strijk-, tje kon hebben, in onze tijd zien tokkel-, slag-en blaasinstrumenten juist het tegenovergestelde: m worden besproken en afgebeeld gelooft eerder in zowel de bekende als de exotische. Onmisbaar voor de concertbezoe- Was het geloof ln die dagen achttiende- en negentiende eeuw groot in de goede invloed die lectuur op de lezer, op het lei kort bestek, in de vorm van een verhaaltje des noods, even gauw aan de kinderen willen leren. Op deze manier „gun nen" wij het kind in kennis te komen met onze volwassenheid. Met de kinderen moeten we het wat minder hebben over hoe ze la ter kunnen zijn en wat meer over hoe ze nu zijn. We moeten hen wat minder de toekomst opdringen en wat meer hhn heden laten be leven. Daarom zal het nodig zijn het kind te leren kennen in al zijn uitingen, in al zijn interessen. Als we op de hoogte zijn van zijn in nerlijk beleven, als we weten hoe de omgeving, de Duitsers zouden zeggen zijn „Umwelt", de wereld i hem heen, er voor hem uitziet. :n goede invloed, die kan uitgaan dan pas kunnen we schrijven c lectuur. En we zien dan ook zijn omgeving, of over de omge- ker. In „Ballet" gaf René Frank dat menig opvoeder waarschu- ving die hij zich het meest instructieve boekje de balletkunst dat tot heden in de Nederlandse taal is versche nen. Historie, techniek en dans kunstenaars worden (ook weer ver lucht met tal van foto's en teke ningen) op zeer deskundige wijze besproken In een kort bestek doet u heel Wat kennis op. En ten slot te is er het boekje .Mozart" van j. H W Kool, die ook aan de hand van foto's en reproducties een kort en gedegen overzicht van Mozart's leven geeft met veel aardige en interessante bijzonderheden. In een overzicht in telegramstijl wordt Mozart's leven van jaar tot jaar gegeven, waarbij opgaven van grammofoonplaten de waarde van het boekje verhogen. Alles kundig en onderhoudend geschreven, ook als tijdbeeld. wend zijn vinger opheft tegen het aan de jeugd toestaan van het le- diverse boeken, boekjes Dan kun nen we het hebben over moraal en over kennis, als we die eerst maar geplaatst hebben in het vlak. i blaadjes, die o, bittere Iro- dat hij met zijn e juist voor de jeugd geschre- geestelijke blik kan bestrijken. MONSTER DER MORAAL GENWOORDIG heeft m andere opvoedkundige gen dan in de tijd, hier boven aangeduid. De invloed van het kin derboek moest volgens achttiende redenen om het kind en het kin derboek vrienden van elkaar te doen zijn? En blijven er dan het boek bij de „De Gyldenlöve sage" van Rose Gronon is een roman die de lezer niet zo onmiddellijk aanspreekt. Vooral het begin is ietwat ver ward. De geschiedenis speelt zich af in de 18e eeuw rond Antwer pen. Een troep komedianten op weg naar het voorvaderlijk kas teel van hun leider Jean de Logne, om daar de winter door te bren gen, strandt door oorlogsrumoer in de Kempen. Uiteindelijk mag het gezelschap dan de winter door brengen in het jachthuis van het kasteel van Baron du Bois d'Ex- Eerst dan krijgt men enig hou vast aan het verhaal, want dan treedt de wonderlijke figuur van Arnd Gyldenlöve. de hoofdman, op de voorgrond, die later door woedende dorpelingen wordt ver moord. Daarnaast ontspint zich een schone liefde tussen de doch ter van de baron, Sylvia, en Clau dius. de komediant. Er omheen bewegen zich nog vele figuren, die allen min of meer spookachtig door het verhaal gaan, maar die niet uit de verf komen. Zij verdwijnen van het toneel voor men er achter komt welke rol zij spelen. meen zelfs, dat het boek een belangrijker taak heeft, een taak ook die meer bij het boek past en die het altijd al heeft ver vuld: deuren te openen naar ideeën, gedachten uit te lokken en op gang te brengen, vorm te dit boek waarschijnlijk de enige B^ven aan verlangens verklaring. Het zorgde uitgave N.V. te Zaltbommel. i Tuyl uitdrukking te helpen vormen idealen. (Slot volgt.) F. A. DE LEEUW. Kortom het is alles wonderlijk en verward overtuigend en toch komen boeiende bladzijden in dit b voor. Voor dit alles is de titel Er is een groot verdriet in zijn oogjes, een vosje vertrapt in zijn lach, o, dit is lelijk, dit is een open pijn om zijn mondje, zijn verdriet is als een regenboog in zijn traantjes, zo mooi aan zijn verschrikte wimpers ze hebben het hondje getrapt, en om zijn bange bruine oogjes gelachen zegt hij dan. E. BRENT BESEMER. (Uit „Ewout", zes verzen by een kind. Uitg. Bocher. Den Haag).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1957 | | pagina 18