ALLES willen ze zien en proberen en proeven PREDIKANTSVROUWEN: feite de CRISIS VAN HET WOORD Overhemdjurkje ZONDAGSBLAD ZATERDAG 2 MAART 1957 En zo krijgen 60.000 Nederlandse kleuters per jaar een ongeluk Het gebeurde in een oogwenk. Moeder had water opgezet om eieren te koken en net toen ze de eitjes één voor één in het steelpannetje liet glijden, werd er gebeld. „Nergens aankomen, hoor", zei ze tegen Marieke en ze liep naar de voordeur. Het was de man van het ziekenfonds. O ja, de bonnetjes en het geld voor de aanvullende verzekering. Moeder zocht in de map waar de verzekerings papieren bewaard werden, ze haalde het geld en liep naar de voordeur, om dan versteend van schrik te blijven, staan. Uit de keuken klonk het hóóg-opklinkende gegil van Marieke een geschreeuw van angst, pijn en schrik. „Uw dochtertje?" vroeg de ziekenfondsman nog en in een impuls om te helpen liep hij mee naar de keuken. tensvragen stellen, die u tot uw schrik waarschijnlijk niet eens allemaal bevredigend kunt beantwoorden. Zitten alle wandcontactdo zen en schakelaars goed vast? Zijn de stopcontacten, voor al die. dicht by de vloerplin ten, beveiligd of afge schermd? Leert u uw kinde ren dat ze aan de stop zelf moeten trekken en niet aan het snoer? Uw voorbeeld doet er zoveel toe: u neemt toch geen elektrisch kachel tje mee in de badkamer? En u behoort toch ook niet tot de dwazen, die lucht blazen door de wasketel met de stof zuiger? ITal helpt het, of er om het gasfornuis zo'n keur houten scherm is getimmerd? Als ze op haar teentj staat, kan ze nog net bij die steelpan komenMoedt maakt er een gewoonte van, de steel eerste maatschappelijke werksters „Maatschappelijk werkster", zeilden zij, weliswaar anders dan thans. de rechte manier vinden om te trach- het meisje ,,dat lijkt me een mooi Geen wonder, want twee wereldoorlo- len alles in goede banen terug te bren- beroeD gen bebben alles grondig gewijzigd: an-1 gen. De oplossingen waren toen even ui dere onderlinge verhoudingen, anderemoeilijk te vinden als nu. De eerste eis „Als je maarmet denkt, dat net een- normen andere eisen. andere metho- was: vertrouwen winnen en er vooral voudig is, zei de vriendin van naar den Maar toch. ze deden het." i -'oo o a;?-n dat men van de dommees moeder. „Je bent er maar niet zo „Hoe bedoelt u. oma?", vroeg het, vrouw niet de indruk kreeg, dat zij ee twee, drie mee klaar, 't Is een meisje. i bemoeial was. v,\ GEEN NIEUWSBUREAU studie van ruim drie jaar. weet je „Wel", zei de oude domineesi dat wel? En je moet van alles op de I ..als zo'n jonge predikantsvrouw vroe- hooste zijn; je moet de mensen OP ier de pastorie binnentrok1M haar taak alle mogelijke manieren kunnen hel- i" pen, zowel in gezinsmoeilijkheden als del.en van de huishouding maar al heelI'i.',"" ln "Tk,Tnne.1s'|Sp0e1,dls weid .msesehakeld in het: ™J5wsbu??'au. "èlkwfjV'we'rden' dëze'l moeilijkheden bij de sociale aanpas- l werk van de dominee. avonden in de pastorie gehouden, met smg.Helvergt de inzet van je I lalle drukte daaraan verbonden. Èn in- hele persoonlijkheid." Dit werd trouwens van haar ver- tussen ging de eigen huishouding natuur- „Het is zwaar werk", zei de moe- wacht en bijna zonder uitzondering; lijk do? Alloc nmest a! v.o? ?t m de der van het meisje, „je moet er sterk jwerd aan deze verwachting voldaan, puntjes in orde zijn. want de pastorie-j voor zijn, lichamelijk én geestelijk, terwijl zij toch geen opleiding hadden deuren stonden open en op alle tijden Je komt al zo jong in aanraking met gehad voor maatschappelijk werk. moest F 1 allerlei moeilijkheden en narigheden I Later gingen vele a.s. predikantsvrou- kind, zou je het wel doen?" wen enkele maanden in een pastorie „En ik dan?" vroeg de grootmoeder.] werken, om zo op de hoogte te ko men van hetgeen er alzo in een ge- 'a„?s meente te doen was en van haar ver- och geen geweest, 'v"h( wert. In het vertrek, waar de Indische kruiden gemengd worden, ruikt het wel bijzonder „pittig". En welluidend zijn de namen van de ingrediënten laos, godok, bebotok, djintan, djahè, ketoem bar, petjil, sesaté, sereh, besegnek VERENIGINGEN De drie anderen keken verbaasd het meisje zei: „Maar u bent toch geen'T maatschappelijk werkster „Ik heb er niet voor gestudeerd." gaf de oude dame toe. „Maar als predikants vrouw werd je vroeger eigenlijk zomaar; Na de intrede begon dus ook haar taak. midden in de praktijk gezet van het Er waren altijd in elke gemeente vere- maatschappelijfc werk Men kan wel nigingen. en het duurde gewoonlijk niet zeggen dat de predikantsvrouwen tot de|iang_ 0f er kwamen een paar afgevaar i—i i digden van een meisjesvereniging of Me- eerste sociale werksters behoorden. Veel van hetgeen nu door een maat schappelijk werkster gedaan wordt, de- de leiding hiervan op zich wilde nemen. Vanzelfsprekend werd een toe stemmend antwoord verwacht, dat dan ook gegeven werd. Veel geduld en tact was er vaak nodig om alles in goede ba nen te leiden op zo'n avond, Want waarmee kon men hen boeien"' Hun belangstelling moest men trachten op te wekken voor dingen, die tot dus ver buiten hun gezichtskring lagen, en zo mogelijk moest men hen wijzen op en bekend maken met velerlei zaken, zouden ze later goede huisvrouwen zijn. En dat, terwijl m?n zelf nog jong was en pas begon." „Ja, dat waren de verenigingen, maar het maatschappelijk werk dan?" vroeg de vriendin. JDoor de meisjes kwam zo'n pre dikantsvrouw vanzelf in contact met de gezinnen. Daardoor ontdekte zij, dait de verhoudingen daarin vaak scheef waren. Ja, dat kwam toen ook al voor. Een ontspoorde jongen of meisje, een moeder die de huishou ding niet aankon of slordig was en niet met geld kon omgaanSoms ook een huishouding, waar alles keu rig in orde was, maar de vader zijn vertier buiten de deur zocht of maar een gedeelte van zijn weekloon af droeg, enzovoorts." „En dat moest u dan opknappen", constateerde de dochter. „Ja", zei haar moeder. „Je moest dan houden daar toch marcheerde. Menige pan soep of ander eten verliet de pas-i „Ja, ik herinner het me nog wel", de dochter, „u was altijd maar ir eer, of voor de gemeente, of voor In er was bij ons toch ook wel i iekté, en dan de vele logees, die graag ens voor een paar weken buiten wil den zijnEn dat moest dan allemaal laar kunnen." „Och", zei haar moeder glimlachend, er werd niet over gepraat. Zulke din gen gebeurden geruisloos." „Hoor je het?" vroeg de vriendin des huizes lachend aan het meisje, dat aan dachtig had zitten luisteren. „Ze deden het geruisloos, die voorgangsters van je. Zij vroegen niet om een beloning." „Het is ook heel iets anders of je het als een beroep uitoefent of dat je het, zoals ik, deed om dat je nu een maal de vrouw van de dominee was," verdedigde de grootmoeder haar klein dochter. „Ik wilde er maar mee zeg gen, dat het maatschappelijk werk al vroeg door nog jonge predikants vrouwen werd uitgeoefend, ook al had den ze er geen opleiding voor gehad". EMERITUS PREDIKANTSVROUW KLEDING DR06EN bij een brandende kachel VEILIGHEIDSINSTITUUT A11-120 Imitaties Pas op Kleine kinderen doen alles na weet u. „Bah. dat mag je niet mond stoppen, dat uit. roept u „„„..WW, 'het kind een knikker of blokje hl zijn mond steekt. Maar als 's Avonds kon hij aan zijn vrouw het trieste relaas uitvoerig vertellen. Ja, dat kleine ding, ze had de steelpan met het kokende water te pakken gekregen en de hele inhoud kreeg ze over zich heen: haar gezichtje, armpjes, beentjes Hij had gauw een dokter gehaald en 't kind moest direkt naar een ziekenhuis. Misschien zou 't nog terecht komen, maar je wist maar nooit, 't Kind was natuurlijk overdekt met brandwonden En de vrouw van de ziekenfondsman zei hoofdschuddend: „Dat zulke moeders nou toch ook niet beter opletten Per jaar krijgen gemiddeld 60.000 kleuters in Nederland een ongeluk. Vierhonderd daarvan zijn dodelijk, en 1250 kleuters per jaar worden voor hun leven min of meer verminkt. Bijna de helft van de verongelukte jonge kleuters, tot de leeftijd van twee jaar wordt het slachtoffer van en ongeluk in huis. Van iedere twee honderd kinderen is er één invalide tengevolge van een ongeluk. Om van te schrikken Cijfers om van te schrikken, vindt u ook niet? Ondanks de vele sociale en hygiënische verbeteringen van de laat ste dertig jaar, waardoor het kind steeds meer zorg en aandacht kreeg, treft nog een derde deel van de ongelukken de kleine kinderen. Die ongelukken veroor zaken meer sterfgevallen dan diphterie, mazelen, roodvonk, kinkhoest, dysenterie en kinderverlamming samen. Ongeluk ken zijn de voornaamste doodsoorzaak voor kleuters. Ja. een ongeluk zit nu eenmaal in een klein hoekje. Moeder kan haar ogen niet overal tegelijk hebben, die kleine drib belaars zitten dan hier, dan daar. Ze moeten leren, wat wel mag en wat niet, maar dat is niet altijd voldoende. Juist dat, wat niet mag en waar je niet mag aankomen, is zo spannend en zo leuk die lucifers bijvoorbeeld: als je met zo'n houtje langs het doosje strijkt, komt er zomaar een vlammetje uit. Hup! en dan moet je 't weggooien, anders doet 't pijn aan je vingers. Waar die bran dende lucifer tereclttkomt, och, daar denkt zo'n peuter niet aan. Het móet veiliger in het verkeer, le zen we zo vaak maar het moet ook veiliger in huis. En denkt u niet, dat het zo'n vaart wel niet zal lopen. Het Veiligheidsinstituut in Amsterdam, Hob- bemastraat 22, kan u aan de hand van een paar foldertjes (die u voor een paar kwartjes kunt kopen) heel wat gewe- hetzelfde kind ziet, dat moeder bij het naaiwerk een hele serie spelden in haar mond gestoken heeft, inplaats van zo n handig pols-speldenkussentje te gebrui- - ken wat dan? Het slechte voorbeeld doet zoveel! Hoe veel kroonkurken werden er niet met een mes van een fles gepeuterd? Het gaat een paar keer goed, maar opeens schiet zo'n mes uit en wee degene, die er te dicht met zijn neus boven op stond. Hoe vaak per week gebruikt u een trapleertje, waarvan het steunpunt geen stevige dwarslat, maar een iel touwtje is. het echt wel zo veilig is in huis als u altijd dacht. Het valt u tegen, heus waar. U doet in het dagelijks leven vaak domme dingen! Uw kinderen moet u het goede leren, maar u zelf zult u nog een heleboel doms moeten afleren. illustraties bij dit artikel in welwillend afgestaan het Veiligheidsinstituut Achter slot Heeft u wel alles achter slot en gren del. waar kinderen niet bij mogen ko men? Pilletjes, poeders, tabletjes, fles sen met zoutzuur, ammonia, benzine? Is de kelderdeur altijd op slot en is er voor het trappegat een hekje aangebracht? En ligt de traploper vast, kunnen de roeden niet verschuiven? Gaat i bij i zelf i mocht, maar het is ook zo'n leuk laag kastje en je kunt er zo gemak kelijk bijichter Gezinsverzorgsters waren er in oi dagen niet. Wanneer dus ergens een] huisvrouw ziek lag, moest de predikants hulp van buren, voor hetl eten zorgen en bovendien, dat het huis-|U herinnert het zich wel van de vorige is niet scherp week: zo scherp en kruiderig als r goreng is. zo vet en zoet behoort ba mi te zijn. Voor een bamischotel heeft u om te beginnen natuurlijk mie no dig, de bekende Chinese spaghetti. Denkt u er wel om, dat mie beslist niet gekookt mag worden. Het mag al leen gedurende ruim een kwartier in heet water worden geweekt, daarna moet het uitlekken en nagespoeld met koud water. Mie wordt klaargemaakt met sajoeran kering (gedroogde groenten met krui» den) dan wel met verse kool of peul tjes. Er hoort oedang kering (gedroog de garnalen) bij, maar inplaats daar van kunt u varkensvlees, kip of rest jes koud vlees nemen. Het vlees of de oedang kering (dat eerst voorgeweekt moet worden) zet u met een beetje water op, kookt het bijna gaar en snijdt het dan een kleine stuk jes. De sajoeran kering moet eerst een uur van te voren geweekt worden en daarna in de bouillon gekookt. U neemt een mespunt knoflookpoeder of een teentje knoflook en wat uien en fruit dit in wat boter of vet. Daarna voegt men de groenten toe. ten slotte het vlees, of de garnalen, peper, zout en een scheutje ketjap isojasaus) Dit alles moet op een matig vuur even doorkoken. Ten slotte doet men er de geweekte mie bij en laat het geheel SgS doorwarmen. U begrijpt, dat diepe pan te het het beste Men kan er nog reepjes omelet, bruin gebakken uien en tafelzuur overheen strooien. Kroepoek smaakt ook hierbij heerlijk. Wie er van houdt, toch wat pittigs te proeven, kan wat sambal of lombok rawit (kleine pepertjes) ne men. Mango chutney, (zoet zuur van de mangavrucht) is lekkerder! wenst warme omgeving en lauwwarm water Als men in deze tijd van het jaar i begint geve men dagelijks een beetje (het kan ook nog in begin aprilI lauwwarm water, waarin een tikkeltje bol van een Gloxinia de 1 VEILIGHEIDSINSTITUUT ALS wij ons nog eens één dag zouden kunnen terug verplaatsen in de antieke beschaving van Griekenland, Rome of het Hellenisme, zou een van onze meest verbazingwek kende ervaringen -zijn: de ontdekking der voorname op het lezen functie van het gesproken TI" woord. Het goed kunnen spreken gold als hoogte punt van beschaving. Voor zover de ouden lazen, 'azen zij hardop. Wie doet dit nog in onze tijd met z'n stromen van „praat" waarmee niets ge zegd wordt? Het orato rische woord is onttroond. Dat is al begonnen in de tijd toen de mensen ieder voor Achzelf begonnen te lezen. Daarna kwam de radio. De geluiden werden bijna ononderbroken over ons uitgestort, waardoor wij sfi.eds minder gingen luisteren. Heel langzaam verleerden wij het spreken en het luisteren tijd door illustratie, film en televisie het oor bovendien nog geduchte concurrentie gekregen van het oog. Onze cultuur wordt steeds meer een visuele cultuur. Verrij king? M i. een ontstellende verar ming. Let alleen sproken woord bewust zijn opwekking geworden, is de kerk. Hoeveel klachten hier en gincjs en overal over de he dendaagse prediking! treedt in dit stuk op. die het historisch gebeu- dit grote Wonder dat Christus verrichtte. weer intensief leren luisteren. Want hoe verschrikkelijk ver is het cultuurklimaat van engel de moderne beschaving met haar plaatjes en praatjes Niet het geloof en de liefde ogen der kerkgangers zich de de bijbel ontstond. Zoals onlangs een Gerefor meerd predikant die in een volksbuurt van één onzer grote steden werkt, ons ver telde. Hij was bij een vrouw op huisbezoek, maar werd in zijn pogingen tot een gesprek geheim^ erg gehinderd door de luid ruchtige radio. Een wenk de richting van h werd niet begrepen. „Mag die radio uit?", vroeg hij toen. „Hè?! Die radio uit?? Ik weet niet, hoe ik dat doen moet, dominee. Dat ding is geven Zoals bij zeer velen diende ook hier de radio als achter- fuisteren. Nu heeft de laatste Bij voorkeur tijdschrif- illustratie en een minimum aan tekst, 't Lezen moet vooral geen inspanning van de geest vergen. Hoe vreselijk vervlakkend dit werkt, beginnen ouders van grote kinderen zo zacht jes aan wel gewaar te wor den. Mijn buren hebben sinds twee jaren televisie. De vori ge week zei mijn buurvrouw zo terloops even: „Sinds wij televisie hebben, heb ik geen boek meer gelezen. Ik ben al blij als ik m'n krant en „de Margriet" nog lezen kan." Het gesproken woord is door dit alles stuk gedeva lueerd. Het is beroofd van zijn macht. Hoe slordig gaan wij ook in ons dagelijks ver keer met de woorden om. Let eens op de vocabulaue van onze ..lieve" jeugd! Wij heb ben geen tijd meer om het woord te „bewaren" Hel schijnt alleen bij de dichters nog veilig te zijn. En de jong- waarheid van het woord. Het kanselwoord dekt de werke lijkheid van de mensen en soms die van God niet meer. De religieuze taal, die wij uit laat herhalen. (De heer Ar de jen Miedema schreef hier- onlangs uitvoerig in ons blad). Zelf heb ik dit toneel stuk, dat helemaal ingevoegd heen, het r Luisterend naar de levende Verkondiging van dat oude, altijd nieuwe Woord zal van zelf dwars door de vervlak kende invloed onzer dagen e lied de vorige erfd. hebben ge- Iers optreden, nog niet afgesleten tot op de Wèl heb ik het toneel- uit een voorbij tijdperk. On- grijpt, ze religieuze taal zit vol met ergernis termen en zegswijzen, die zó din va: uit den treure herhaald zijn, voelde dat niemand er nog iets bij reactie óók velen Een goede v mij. die het wèl zag. Heer geboren worden. MARGARITHA Mej. E. v. d. P. te L. Het is heus heel eenvoudig meis je. Jij moet je voorlopig bij het orgelspel, als je de pa tiënten begeleidt, niet in eigen fantasieën begeven, je houden i - - - denkt zelfs. En er niet om kunstmatig we beelden en zegswijzen te vinden laten wij dat maar lit t?^ïht!lsineej,th Je schrijft zeil: „ik $ta de gedachte in zich d tr het opkomen: „Arme dit nodig heeft." Ja. ik zou liever zeggen: Verarmde kerk, waaruit de Overpeinzingen van Margaritha dichters krampachtige strijd om het /an het woord op- ontdekken. Het ge sproken woord is de meest het toestel adequate uitdrukking van de zelf. Onze diepste ge- gevoelen.' ontstaat vanzèlf de nieuwe gesprok taal. De mond vindt woorden spoedig voor datgene, waarmee het gouden appelen hart bezig is. En zó ontstaat dachten. beste bedoelingen blijven den. als wij" er haar onmacht wat het ge- an weten te sproken woord betreft. In Ons Amerika is het al geen zeld zaamheid meer dat de predi- nog op de laagste trap." Geen wonder dan dat er zul ke reacties op je orgelspel komen. Thuis, of als je al léén in de kerk zit, kan je je uitleven in je spel zo hard als je wilt, maar doe dit althans de eerste jaren niet tijdens een kerkdienst. Speel daar maar heel gewoon en in alle eenvoud de psalmen en ge zangen. Het is immers toch al fijn. dat je dit doen mag? Krasse 75 jarige, hartelijk .lank voor uw brief. Inder daad, er staat in de nieuwe vertaling bij 80 jaar niet Mochten toch meer zeer sterk, maar al- alle kansels dc léén: sterk. En 70 jaar wordt ook niet als de leeftijd der sterken aangeduid, evenmin als in de oude vertaling. Ik vond het aardig, dat u mij op deze zo ingeburgerde in- attent maakte de frisse, humoris tische wijze, waarop u dit doet. Uw handschrift is nog Sis dat van een goede vijfti ger. God doe u in Zijn gunst :n omringd van Zijn liefde, de leeftijd der sterken nog bereiken gebeeldhouwde schalen aangeboden worden! En beware God ons en /ooral onze kinderen vooi oen meegezogen worden op legkundi de stroom der vervlakkende Vooral visuele cultuur. Lere Hij ons voorzichtige- ?n aandachtiger met onz< goed of één bitter woord kan een mensenleven lang blijven haken. Eerbied voor het ge sproken woord zal in? onV M nieuwste naam -is -Sinningia planten om straks te genieten van de „deftige" bloemkelken dan doet men goed deze eerst in vochtig turf- strooisel op een diep schoteltje of kommetje te leggen en ze daarna met een omgekeerd bierglas te be dekken. Het hele geval zet men op een warme plaats in de zon. Dit doet men. omdat men moeilijk aan de bol kan zien. wat onder of boven is. Men zou ze anders omgekeerd in de grond kunnen zetten! Zodra de wortels zich ontwikkelen, en dat geschiedt in de regel vlug, kan men de bol in een 14 cm pot zetten. De Gloxinia vraagt een luchtige en voedselrijke grond. Daarom is het aan te bevelen hiervoor te nemen gelijke de len bladaarde, scherpzand, turfstrooisel en zuivere oude (beslist geen verse! 1 koemest. Dit mengsel moet men al een paar weken van te voren gereed maken. De pot zet men zó in het schoteltje, dat er water onder kan staan, zonder dat de onderkant van de pot het water raakt. De bekende rubberschoteltjes zijn hier zeer op hun plaats. Neemt u anders een om gekeerd kleiner schoteltje. Zorg er voor. dat er altijd water onder de pot De opgepotte bol (men moet de bol niet diep in de aar de zetten, maar de oppervlakte) zet men vlak voor het raam, maar niet in de volle zon. en plaats, dus in de huiskamer. Zodra de groei kamerplantenmest, een mespunt op liter, is opgelost. De aarde moet geregeld vochtig, blijven zonder dat ze kletsnat wordt. Nooit koud water geven. Tot de bloemknoppen opengaan is het ?oed elke dag de jonge plant met een ijne bloemenspuit iets te bestuiven, maar er mogen zich op de bladeren geen dikke waterdruppels vormen. Als de bladeren oud worden moet men er maar mee ophouden. Ze kunnen slecht tegen water en krijgen daardoor soms bruine vlekken. Na de bloei zet men de pot in de volle zon en geeft geleidelijk minder water, totdat de bladeren geheel verdord zijn. Men plukt .de dorre bladeren af en laat de bol in de zoon drogen. Als ze goed droog is, schudt men de aarde er af en de droge schone bol legge men in een doosje met kurkdroge turfmolm en be ware dit op een niet koude plaats. Niet in de kelder dus, maar in een kast in de huiskamer. En dan nog het liefst on der in de kast. omdat het bovenin wel eens te warm kan worden. Op deze wij ze kan men jarenlang plezier van de Gloxinia hebben. De vlotte overhemdblouses zijn nog ■steeds een onmisbaar onderdeel van elke garaerobe en misschien is hel daarom wel, dat de overhemdjurkjes dit jaar veel succes beloven te krijgen. Het leukst ts het om zo'n mo delletje te maken van een streep of een ruitje. De rok is wijd, en er behoort een brede ceintuur ov gedragen te wor den. Men heeft ongeveer 425 meter stof nodig. Patroon Pr. 237 is verkrijgbaar in de maten 42. 44 en 46 (maat 40 op bestellingDe patronen zijn a f 0,40 aan onze bureaux verkrijgbaar Ze kunnen ook per post worden toegezonden. In dat geval gelieve u aan de adreszijde van de briefkaart, waarop u uw bestelling doet, OJiO aan postzegels te plak ken. Na 9 maart kunnen geen bestellingen meer worden aan genomen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1957 | | pagina 15