ZONDAGS BLAD J-ilm van een vluclxt Zijn naam is meer. 'v\:i'y 'f BRIEVEN AAN DE Hieuui» Ccitisrlic (fioiirant ZATERDAG 5 JANUARI 1957 de bladeren in het herflstbos, de uit de donkere wolkenlucht. Zo ontvangt u dan hierbij het eerste zondagsblad van het jaar 1957, het eerste zondagsblad ook, dat het geheel zonder de mede werking van de heer J. Snoep heeft moeten stellen. U weet het: de vorige week ging hij met pensioen. Dit correspondentie hoekje zal echter nog een poosje blijven, hopen we en daarom ste ken we maar van wal. KIINDEIIBURKI, Mevrouw W. II. van der Vossen Outman, Kniisbrklaan 11, Den Haag, zou heel graag in het bezit komen van een geïllustreerde Kin derbijbel met de bekende tekenin gen van Gustaaf Doré. Wie van onze lezers of lezeressen kan en wil baar helpe ding te stellen met eer op schrijfmachinegebii woonplaats. end malei nbtenai per dug verricht ichter het loket de erkingei bankboekje, en duizend keer is de. klant een interessant getal. Het arme mensje, dat guldentje voor guldentje spaart, de jonge vrouw, die steeds maar weer moet opne men, de vader, die zijn zoontje aan de hand deze weg naar het loket leert kennen.... Vier en een half miljoen boekjes SITtULENTA Dank zij de beer J. P. Smit uit Leiden kunnen w\j de heer Korlaar uit Nükerk aan bet adres beipen van „Suceulenta". Dit blad is een uitgave van de Nederlands Belgi sche Vereniging van Liefhebbers i Cactussen en andere Vetplan- Kinderklompen stommelen in liet houten portaaltje van het landelijke postkantoor, huisje temidden van de rij aan de wang van de dijk gevlijd. De bureauhouder opent het loketje en zet dat met een pen vast. Het is Aartje van Piet Ongena en ze kan maar voor twee dingen komenwisselgeld voor de kasla van vaders melkiiering, of postzegels voor de indrukwekkende correspondentie van moeder met haar Zo gaat het duizenden en nog eens duizenden Nederlan ders. De modem geklede typiste trippelt de trappen van het Amsterdamse hoofdpostkantoor op, Aartje van Piet Ongena stommelt met haar klompen in het houten portaaltje van het kantoortje langs de dijk, de huisvader in de provinciestad wordt een trouwe klant van het postkantoor aan de singel. Vier en een half miljoen spaar bankboekjes van de Rijkspost spaarbank staan uit onder de bevolking van ons land, bij Boerenleenbanken en andere spaarinstellingen berusten dui zenden en nog eens duizenden guldens van spaarzame Neder landers. Ja, van elke vijf Nederlan ders hebben er twee een spaarbankboekje, dat is iets, wat je in deze tijd van afbeta ling en huurkoop makkelijk zou ver geten. En die 41'/z miljoen spaarders hebben tezamen een bedrag van 1,7 mil jard guldens aan de spaarbanken toever trouwd. De RPS met alle kantoren over het gehele land (2025 vestigingen!) zag er in 1955 maar even 200.000 rekeningen bijkomen, waarvan 40.000 geopend wer den voor pasgebore nen. Het aantal jeugdspaarders is ook enorm, ongeveer 450.000 verdeeld over 4000 scholen, waar ongeveer 60 pet. van de leerlingen „mee- grote Groningse familie. Maar Aartje van Piet Ongena komt dit keer voor iets anders. Aartje gaat sparen en Aar tje moet daarvoor een boekje hebben. Drie en twintig vlijtig bijeengespaarde guldens zijn haar eerste inleg. Trots verlaat ze klompen stommelend even later het postkantoortje. Aartje is met haar zeventien jaren een bezitster van een spaarbankboekje. en vruchten wekt voor dé winter, zo spaart vader geld voor kwade dagen, voor een voorgénomen aankoop of vacantie. Wat dat betreft staat sparen lijnrecht tegenover het af be talingssysteem. Als u spaart voor een bromfiets, en u treffen onverwachts financiële narig heden, wel. dan duurt het alleen wat langer voor die bromfiets er komt. Koopt u het ding op afbetaling, dan kan de tèrmijnbetalingsplicht in tijden van financiële tegenslag wel eens de das zijn, die u in het bekende gezegde zo schilder achtig wordt omgedaan Voor Neerlands spaarzaam heid hoeven we niet te vrezen. Want de Nationale Spaarraad, die in 1947 werd opgericht om deze eigenschap bij ons volk aan te kweken, kon in 1953, zijnde overbodig, worden op- De boerderij van Stokman ligt als met zwarte inkt tegen de winteravondhemel gepenseeld. Nu is het hier nog stil en rustig D Bij ons in de polder is de tijd zo omstreeks zonsondergang de dagelijkse ommekeer, het ogenblik om over te schakelen van de dagtaak op de avondrust. Een melkkarretje boldert met rammelende bussen over de bonkige Zwartewcg, bet pad dat van de hoge ringdijk naar beneden, de polder in leidt. De mollen- vanger, die de hele dag over de weilanden beeft gezworven, rijdt op zijn krakende knerpfiets# huiswaarts. Zijn hond rent naast hem door de grasberm, amechtig hijgend, alsof bet hem moeite kost zijn traag voorttrappende baas bij te houden. In het dorp floepen de straat lantaarns aan, die als vreemd heldere sterren tegen de nog lichtende avondhemel glanzen. Kinderen reppen zich joelend en juichend op kleppende klom pen over de klinkers naar dc warme kamer. Dit alles is elke avond bijna op de minuut af eender. Op het zelfde tijdstip kun je dc auto verwachten, die de glimmende bussen met dc schuimende, nog warme melk bij de boerderijen komt ophalen om ze naar dc fabriek te brepgen. En je kunt de klok gelijkzetten op het ..Tot morgen" van de naar moeder- de-vrouw terugkerende arbei ders, die bij de wegkruising af scheid nemen. de zich ter ruste begevende die renwereld. Het roodborstje tikt gejaagd in de kale doornhaag en een merel tjakkert nijdig zijn alarmroep als de kat van de melk boer onder de hulstbomen bij het dorpskerkje rondsluipt. Bonte en zwarte kraaien roeien hoog door de avondlucht op hun brede wie ken naar het westen om in de duinen te gaan slapen. Dit alles ademt de vrede en de rust die je terugkomend uit de stad in spitsuurdrukte weldadig aandoet. Maar tóch kennen wij in het dorp ook het verkeer in de spitsuren. En het knooppunt hier van is de boerderij van Stokman, die. een kilometer buiten de be bouwde kom. tussen de vlakke weilanden ligt. DRUKTE strijkt neer in de hoge populieren bij het schoolplein om er de scheidende dag een afscheid toe te fluiten. Opeens vliegen ze op en. fladderen weg. Maar née, sla pen gaan ze nog niet, want de iepen om de stolpboerderij van Duinhoven zijn veel te verleide lijk om ook daar niet even in neer te zakken en he* avondconcert voort te zetten. WERKDAG TEN EINDE Doch ook aan zo'n spreeuwen werkdag komt een einde. Dit ge schiedt met een massale slotzang in de bomen en struiken van de de zangers en zangeressen die tezamen een oorverdovend geluid voortbrengen, dat in de verre om trek hoorbaar is. Tenslotte valt toch de betrek kelijke rust van de nacht, hoewel het er nooit geheel stil wordt. Bij die honderdduizenden vogels is er altijd wel één die niet helemaal geluidloos slaapt. En in de vroege morgen vertrekken ze weer om met groepjes uit te zwermen teneinde in de polders voedsel te zoeken. Maar soms fladderen ze, als de ochtendschemering nog maar nau welijks de komst van een nieuwe winterdag aankondigt, met uit over de omgeving. Op zo'n morgen staan we weer voor het peilloze raadsel van de vogeltrek: het leger heft zich als één gesloten formatie op uit de bomen en rept zch als een don kere wolk naar het zuiden, waar mildere streken de spreeuwen meer voedsel bieden. ORDE Alles geschiedt in vpLmaakte orde. alsof het vele malen werd gerepeteerd. Hoe kan dit? Heb ben ze het uur van vertrek afge sproken? Wie heeft de leiding van deze zich voorthaastende schare? Hoe weet ieder zijn plaats? Wij. mensen, kunnen dit wonder niet omvatten. De Schepper, Die zo veel onbegrijpelijks in Zijn maak sel heeft gelegd, is hun Comman- In de avond van zo'n massale trekdag, kan het vreemd stil zijn in ons dorp, als het gebruikelijke spitsuur tegen zonsondergang heeft geslagen. Maar soms komt er spoedig een nieuw spreeuwenle gioen aan uit oostelijke streken, waar de kou hen verdreef. Dan blijven ze hier „passagieren" tot de kille adem van Koning Winter ook hen naar het zoele zuiden FREEK VAN DER MEER. STIMULANS Het Bezit van een spaarbankboekje is een enorme stimulans tot verder sparen. Vraag het Aartje van Piet Ongena boekje in de hand naar vaders melkwin- kel aan de dijk te rugloopt. Ze maakt al ma»» plannen, voor ze-thuis zakgeld iedere week zo-en-zoveel naar de spaarbank, en als ik dan drie-en-twintig ben, en ik zou wil len trouwen, dan heb ik, es even kijken Oh vergeet dé rente niet, die er jaar na jaar zomaar wordt bijgeschreven. Aartje On gena is in haai eigen gevoel een rijk meisje Zo vergaat het ook dc meeste spaarders: als ze het boekje, dat gloednieuwe boekje, thuis eens goed bekeken hebben, inclusief de kleine lettertjes, die venellen, hoe veel er minimum ingelegd kan worden, hoeveel je maximum kunt opnemen en zomeer, denken ze er telkens aan. Iedere rijksdaalder, ieder tientje, dat ze nu niet direct nodig hebben, gaat over de mar meren plaat van het loketje naar de stille man met de routinege- baren. die achter het loket in stofjas troont. EERSTE SCHOOL In het kleine Engelse Wen- dover staat een school, waar de kinderen uit het dorp en de omgeving iedere dag hun onder richt komen halen. Die school is al oud, en de historie van die oude school heeft gezorgd voor een belangrijk jaartal in de wereld van het sparen. Het was 1798 toen de Engelse geestelijke, die er in die tijd de kinderonderwees, begon met ze te laten sparen. Het ging heel gemoedelijk: hij nam een grote kist, verdeeld in kleine vakjes, en de kinderen, die regelmatig kleine bedragen van hun zakgeld en snoepcenten afstonden, kregen een eigen vakje. Eens per week ging de kist open, droegen de kinderen hun bijdragen af en dan ging het grote hangslot aan het deksel weer hermetisch dicht. Dat was allemaal misschien heel gewoon: een simpel idee van een actieve onderwijzer. Maar de school van Wendover is de pionier bij het schoolsparen geweest. In 1834 kwam de dorpsonderwijzer van Le Mans in midden-Frankrijk op hetzelfde idee. Hij hield het geld echter zelf bij zich en gaf de kinderen een kaart, waarop hun tegoed stond vermeld. En in 1846 volgde de „School voor On- vermogenden der Nederduits Her vormde Gemeente" met een der gelijk systeem. Meer scholen gingen sparen, meer onderwijzers wakkerden de ze spaarzin bij hun leerlingen aan. Maar het ging allemaal nog wat onbeholpen: met grote, on overzichtelijke kisten, met groe zelige en beduimelde kaarten, met lijstjes en papiertjes, tot in 1866 i Belgische onderwijzer op het orden. Dat soaarzcgel- systcem is langzamerhand in de gehele wereld bij de jeugd inge- Aartje Ongena stomnlëlt klompen in hel houten tan het postkantoor aan de dijk de typiste trippelt de trappen vai het hoofdpostkantoor in Amster dam op. Zij doen beiden h de: zij sparen. It je Veelal regelen de leerlingen van de scholen het sparen in de klas onderling. En als de lijst dan op tafel komt, de zegels uorden ge kocht en geplakt, tja, wonder, dat er dan ernstige gezichten get rok- HOEVEEL SPAARBANKEN Geen stad, geen dorp, of er staat wel een spaarbank. Is Nederland dan zo spaarzaam? Op deze vraag kunt u met ge rust hart een bevestigend ant woord geven, want we zei den het al van elke vijf Nederlanders hebben er twee een spaarbankboekje. Ook aan het aantal spaarbanken kan men de spaarzin van ons volk afmeten. Van de Nutsspaar- banken, opgericht met. sociale doelen voor ogen, tellen we er 281 in ons land, van de ban ken, die een spaar-afdeling op richtten, zijn er 35. Dan kunt u 1350 Boerenleenbanken vin den (verdeeld in de groep, ver enigd in de Coöperatieve Cen trale te Eindhoven, en een, verenigd in de Raiffeisenbank te Utrecht) en de Rijkspost spaarbank heeft 2025 vesti gingen in ons land. Alles en alles bij elkaar dus 3691 spaar banken, dat is er voor elke 2700 Nederlanders één. De eerste spaarbank werd al wéér in Engeland, alweer door een geestelijke gesticht: reverend Duncan richtte in 1810 de eerste „echte" spaarbank op, om zijn gelovigen te stimuleren hun spaar zaamheid te ontwikkelen. Niet lang daarna, in 1817, kreeg Neder land twee spaarbanken. Ons land heeft in dc internationale spaar- wereld een goede naam; dat is waarschijnlijk ook een van de re denen, waarom de hoofdzetel van het Internationale Instituut voor het Spaarwezen naar Amsterdam is gekomen. WEREIDSPAARDAG Op de dag, dat tot de oprich ting van dit Instituut werd beslo ten (in 1924 in Milaan), nam men ook het initiatief, die dag, de 31ste oktober, tot Wereldspaar- dag te maken. Voor ons, in West en Noord Europa is dat niet zo'n gelukkige dag, want de 31ste ok tober wijden wij aan de nage dachtenis van de kerkhervorming. Daarom zijn er hier al stemmen opgegaan, om die Wereldspaardag te verzetten. In de praktijk komt iet er echter op neer. dat dc ge hele laatste week van oktober door de spaarbanken voor propaganda wordt gebruikt, en dat dus het wel wat dubieuze hervormingsdag v Men kan op heel sparen. Men kan het doen op de manier van Aartje van Piet On gena. men kan het doen als de trotse vader, die gelijk een be drag op zijn jonggeboren kind vastzet. Men kan deelnemen aan het Spaarkassysteem, contractuegl sparen, De kaart met. de geplakte zt in de. hand. verschijnt hij ges nen voor het loket: de jongen, op school zegeltje voor zeg kocht en nu een volle kaart, aardii bedrag in handen h om dat op^ zijn hoekje te I horende eendenkooi die met het dichte struikgewas en de hoog opgaande bomen, de oorzaak is van al die drukte. Want deze kooi is sedert mensenheugenis de slaapplaats van vele duizenden spreeuwen. Zo tegen zonsondergang, als de eeuwenoude hofstede als een zwart silhouet afsteekt tegen de avond hemel, begint de drukte. Van alle zijden komen de spreeuwen aanvliegen. Hier zie je ze alleen of met een paar fa milieleden op hun spitse vleugels naar de kooi haasten. Ginds ko men ze met een groep van enke le tientallen of een paar honderd. En daar nadert een wolk van dui zenden vogels, die met hun snel le wiekslag de lucht doen zoeven. GEWOONTEN Het is interessant om de aan- vlieggewoonten bij verschillende weersomstandigheden op te mer ken. Is het koud met veel wind, dan doen ze als de mensen, die vlug de sjeutel in het slot steken om bij de warme kachel te ko men: ze vliegen snel op de een denkooi toe en laten zich met de- zclfae vaart in de bomen en strui ken neer om in de beschutting hiervan de nacht door te brengen. Maar je hebt in het barre jaar getijde ook van die dagen waar op je gelijk thuiskomend met je buurman de sleutel even in de zak laat om eerst een praatje te maken. „Wat 'n weertje, hè!" zeg je dan, „er zou al sneeuw kunnen liggen en het zou stenen- dik kunnen vriezen en nou... en dan volgt een verhaal over het milde winterweer, dat op een beschutte plaats in de zon haast lenite-achtig aandoet. Op zulke dagen hebben ook de spreeuwen weinig haast en zin gen ze hun „vogelliedje van ver langen". alvorens naar bed te gaan. Dan is de kooi wel het eindpunt, maar hebben ze o zo veel tussenstations vóór ze gaan slapen. De ene groep blijft daar nog wat rondhangen. De andere sparen, koopsparen Zijn naam is meer dan onze laatste wóórden. Mijn liefste stierf en heeft niets vrooms gezegd. Maar niettemin is zij in 't graf gelegd als één, wier ziel en lichaam Hem behoorden. Terwijl de pijnen vlijmden en doorboorden haar kranke leden in het laatst gevecht, brak er een kreunen los: Ik kan zo slecht geloven in Gods liefde.. Deze woorden begreep de hemel en ze zijn herkend als zuchten van het schepsel uit ellend' en pijn en als het hijgende verlangen. dat Abraham reeds kende naar het land, waar alle dingen nieuw zijn en Gods hand de laatste tranen afwist van de wangen. G. BOOGAARD i plaatsje op de takken zoekt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1957 | | pagina 9