NOORDZEE overbevist? Wallstreet ing Size Denen zouden Engelse wal- en Kanaalvisserij schaden Nog geen beslissing over de loonvorming Tweede Kamer ongerust over economische gevolgen (U|c 7 DONDERDAG 22 NOVEMBER 1956 (Van een onzer verslaggevert) "Y^ORDT DE HARINGVISSERIJ in het zuidelijk deel van de Noordzee na delig beïnvloed door de Deense visserij in de Duitse bocht? Wordt de haringstand bedreigd door overbevissing? Dit zijn vragen, die vissers en biologen reeds lange tijd bezighouden, maar waarop nog steeds geen bevredigend antwoord is gevonden, Met ongerustheid constateert men nu al enige jaren achtereen, dat de vangsten in dit gedeelte van de Noordzee het gebied onder de Engelse wal, de Sandetti en het Kanaal voortdurend afnemen, de oor zaak daarvan beeft men tot nu toe echter niet precies kunnen vaststellen. De reden, waarom men verband zoekt tussen de Deense visserij en deze steeds geringer wordende ha ringvangsten is het feit, dat de ha ring in de zuidelijke Noordzee afkomstig is van de Duitse bocht. Op deze plaats groeit het jonge broed op tot volwassen haring om dan later naar het Kanaal te trek ken, waar zij de laatste maanden van het jaar wordt gevangen. De Denen nu, oefenen in dit gebied een zeer intensieve haringvisserij uit, de zgn. Blodenvisserij, waarvan het grootste gedeelte naar de vismeel- fabrieken gaat voor de fabricage van grondstoffen voor margarine en vee voeder. Ieder jaar worden grotere hoeveelheden boven water gehaald en in 1955 liepen de vangsten zelfs op tot honderdduizend ton. Merkwaardig is dat juist na deie gi gantische vangsten van verleden jaar de haringvisserij in oktober onder de Engel se wal bepaald teleurstellend is verlopen Men zou menen reeds een oplossing te hebben gevonden. Biologen zijn het over deze associatie echter nog niet ge heel eens. Uit een onderzoek is namelijk gebleken, dat de toevoer van jonge ha ring over het algemeen niet noemens waard is afgenomen. Alleen het vorig jaar (over cijfers van dit Jaar beschikt men nog niet) was zij opmerkelijk slecht Wat echter nog niet wil zeggen, dat de Blodenvisserij hiervan de oorzaak is. Er zijn tal van andere factoren, die een rol spelen, zoals temperatuur en voedsel. Internationaal onderzoek Om een oplossing voor dit vraagstuk te zoeken heeft de internationale raad voor het onderzoek van de zee besloten de zaak in studie te nemen. In de zomer van het volgend jaar zullen modern uitgeruste onderzoe kingsvaartuigen worden uitgezonden om door middel van merkproeven op grote schaal na te gaan welk ge deelte van de haringscholen in de Duitse bocht door de Denen wordt weggevangen en of deze visserij in derdaad nadelig werkt op de vang sten in het züidelijk gedeelte van de Noordzee. Men hoopt hiervoor de steun te krijgen van verschillende geïnteresseerde landen w.o. Nederland. Deskundigen zijn van oordeel, dat het onderzoek wellicht aanleiding sal wor den. dat er op den duur beperkingen voor de gewone en de Deense haringvis serij sullen worden ingevoerd. Volgens de voorzitter van de vergadering van de In ternationale raad. de Noorse professor H Sverdrup. zal een dergelijke beperking de inkomsten uit de haringvisserij niet doen verminderen, maar wel een meer efficiënte exploitatie van de haringvoor- raad mogelijk maken. Toenemende sterfte Behalve de visserij op jonge haring ln de Duitse bocht is ook de toeneming van de visserij op volwassen haring een be denkelijk verschijnsel. Het rijksinstituut voor de visserij te IJmuiden heeft in samenwerking met dc visserijinstanties van andere landen reeds uitgebreide onderzoekingen gedaan en men is daarbij tot de slotsom gekomen dat de totale sterfte onder de volwassen haring, de laatste elf Jaren met sprongen omhoog is gegaan. Om enkele cijfert te noemen: wan 1945 tot 7950 bedroeg de sterfte vijfentwintig tot dertig procent, wan 1950 tot 1955 ge middeld vijfenveertig tot vijftig procent en in 1954. toen vooral de Engelse wal- visserij zulke gunstige resultaten ople verde, noteerde men zelfs een percentage van bijna zestig. Daar de natuurlijke sterfte vrij constant is gebleven ongeveer twintig procent is het duidelijk dat de oorzaak van deze stijging moet worden gezocht in de vis serij. Het is te begrijpen, dat een grotere vangst van haring een afname van de voorraad veroorzaakt. Het gevolg hier van is, dat de vangsten dalen. Conclusie ook de toeneming Van de visserij op vol wassen haring kan oorzaak zijn van af neming van de vangsten. Trek Hoe komt het, dat visserijen in ver schillende delen van de zee uitgeoefend, elkaar kunnen beïnvloeden? Dat is het gevolg van de trek. Het gehele ja&'r door doorkruisen grote haringscholen de zee, steeds dezelfde route kiezend. Het begint bij de paaiplaatsen op de harde steen- gronden van de zuidelijke Noordzee, bij de Sandettie en in het Kanaal. De jonge haringen, larven nog, zien daar in het be gin van het jaar het levenslicht en zodra zij de „eerste stappen in het zilte nat" hebben gezet, worden zij door de stroom langs de Franse, Belgische en Nederland se kust naar het noorden gevoerd. Is de haring eenmaal groot genoeg om te zwemmen, dan verlaat hij de kust en komt zo in de Duitse bocht terecht, waar hij blijft tot hij na De haringvloot van Esbjerg, die ieder jaar gigantischer vangsten boren water haalt. ruim twee jaar volwassen is. Aan het einde van de zomer zet het jonge volwassen zeebanket koers naar het zuiden en arriveert in oktober bij de Engelse wal, waar het wordt opge wacht door de vissers. Wat er van de scholen is overgebleven, gaat dan verder naar de paaiplaatsen. De oudere haring in leeftijd variërend van vier tot zestien Jaar bereikt een maand later de Engelse wal en veroor zaakt daar de Engelse wal-visserij, die op het ogenblik in volle gang is. Eind november begin december komt deze haring, die evenals de jonge haring kuit- ziek is, via de Sandettie in het Kanaal. Mét de haring verplaatst zich in deze pe- otters WYNAND FOCKINK SUPERIOR (40'li) ptr lit,, 8.7} EXTRA ()7,}%J p* lil* 7,60 Minister Suurhoff in de Kamer (Van onze parlementsredactie) Het nieuwe kabinet heeft nog geen gelegenheid gehad zich in de proble matiek van de vrijere loonvorming te verdiepen. Minister Suurhoff is voornemens zo spoedig mogelijk de nodige beslissingen uit te lokken. Daarna zal uitvoerig overleg met de Sociaal-Economische Raad en de Stichting van de Arbeid nodig zijn. Aldus wordt meegedeeld in de me morie van antwoord aan de Tweede Kamer over de begroting 1957 van sociale zaken en volksgezondheid. De minister beschouwt het echter wel als vanzelsprekend, dat in de naaste toe komst niet tot verdergaande differen tiatie in de lonen kan worden overgegaan. Indien men uitgaat van de noodzaak van bestedingsbeperking, dan is voorlopig alle beschikbare „ruimte" nodig om in twee algemene loonmaatregelen zoveel moge lijk compensatie te bieden voor de twee belangrijkste stijgingen van het levens onderhoud de op 1 januari a.s. ingaande premiebetaling voor de Algemene Ouder domswet en de huurverhoging In de loop van 1957 Daarnaast Is de minister echter van me ning. dat van het terugdraaien van de differcntiatieklok. d w z. van het wenigje differentiatie, d.w.a- van het weinlgjc sprake behoeft te »Un zodat de vraag of de In november 1955 uitgestippelde loon- koers niet opnieuw In overweging geno men dient te worden, niet actueel Is. Handarbeiders Of er aanleiding en mogelijkheid be staat ten aanzien van de landarbeiders- lonen die met andere arbeidsvoorwaarden (die een achterstand van ruim 5* hebben opgelopen) iets te doen kan onder do huidige omstandigheden slechts in nauw verband met het garantieprijs- beleid en met het vraagstuk van de con sumentensubsidies bezien worden. Het nieuwe kabinet heeft nog geen gelegen heid gehad dit gecompliceerde vraagstuk tot een beslissing te brengen. Overigens ziet de minister de achter stand van de landarbeiderslonen als een logisch gevolg van de vrijere loonvor ming. De minister wijat er in dit verband nog maals op, dat de differentiatiemogelijk heid voor de grote meerderheid der werk nemers voor wat de lonen betreft „tot aan het plafond is benut". De stijging van het loonpeil is daardoor ruimer uitge vallen, dan aanvankelijk kon worden ge raamd. Met vele Kamerleden heeft de minister de indruk, dat in de verschillen de bedrijfstakken in het overleg tussen werkgevers en werknemers de drie cri teria werkgelegenheid, productiviteit en rentabiliteit soms nauwelijks of in het ge heel geen rol hebben gespeeld. Het ligt voorts in de bedoeling van de minister het looncontrolebeleid, waar dit nodig is, te verscherpen door meer dan tevoren tot het maken van processen- verbaal over te gaan. ln Amsterdam is dit onlangs reeds gebeurd. Verschillende za ken wachten thans op berechting. Sociale arbeid Het beleid van minister Suurhof aal ge durende de komende vier jaar gericht zijn op verdere uitbouw van de sociale zekerheid en het verschaffen van een zo groot mogelijke werkgelegenheid. Deze punten nopen echter tot een voorzichtig loonbeleiu. Dc minister tal, als het nodig is, niet nalaten beperkingen voor te stellen, waardoor het tempo van de uit bouw der sociale zekerheid, de loonont wikkeling en zelfs de ontwikkeling van de volksgezondheid Hjdcltjk kan worden Uiteraard mag. aldus minister Suurhoff. bij het toepassen van de beperkingen de sociale rechtvaardigheid niet uit het oog worden verloren en zullen „de sterkste schouders de zwaarste lasten moeten dra- riode ook de visserij en zo krijgt men aan het eind van het jaar de rgn. Kanaalvis serij. waaraan vrijwel de gehele Neder landse vloot deelneemt. Als thuishaven gebruikt men deze laatste weken van het jaar het Franse vissersplaatsje Dieppe aan de Normandische kust, omdat de Ne derlandse havens te ver weg liggen. Zijn de eieren eenmaal op de paaiplaat sen gedeponeerd, dan koerst de nu ijle haring weer langs de kust naar het noorden. Men ziet dan de Breskensvisse- rij, uitgeoefend door kotters (spanvisse- rij) die hun lading in Breskens. Ostende en ook wel ln Vlisslngen aan wal bren gen. IJle haring treft men eveneens zij het in geringere mate aan bij de Sil- verpit. visgronden tussen de 53ste en 54ste breedtegraad, waar loggers, trawlloggers en trawlers in het voorjaar soms nog wel eens aardige vangsten doen. Haring blijft in Noordzee Men ziet dus, dat de haring de Noord zee niet verlaat. Dit in tegenstelling tot de opvattingdie men vroeger huldigde. namelijk dat de harinp rond Engeland zou trekken en dan ln het begin tian het jaar btf de Shetland-eilanden weer terug zou komen. Er zijn uisserj, die dit nop uiel geloven. Als reden voeren zij don onder meer aan, dat ten oosten van deze eilanden in het voorjaar grote haring scholen voorkomen. Thans is echter vast gesteld, dat deze haring niets met de Noordzeeharing heeft te maken. Dat men thans reeds over zovele gegevens van het leven onder de zeespiegel beschikt is voor een groot deel te danken aan het intensieve werk van de biologen. Weer of geen weer, zij trekken er met inspectie schepen op uit om proeven te nemen. Zij doorvorsen de zee en leggen ge heimen, die zij reeds vele eeuwen in haar donkere kluisters gevangen hield, bloot. Dit dlles ten bate van de visserij. Hopelijk zal ook het voor de vissers wel zeer nijpende pro bleem van de overbevissing spoedig worden opgelost. Nederland en de Antillen Nieuwe rechtsorde komt niet in gevaar De regering der Nederlandse Antillen is 'an mening, dat er in de nieuwe rechts orde geen plaats is voor een Nederlands ministerie van overzeese rijksdelen, voor r het rijksaangelegenheden betreft r voor de Nederlandse betrekkingen met Suriname en de Nederlandse Antillen n dergelijk ministerie nodig is. is echter in inwendige aangelegenheid van Neder land. doch dit moet dan een essentieel ander karakter hebben, dat het ministerie tot dusverre had, aldus heeft de Antil liaanse regering geantwoord op vragen het Statenlid J. Geerman. vens verklaart zij in antwoord het Statenlid J A O Bikker, het te be treuren, dat bij de wijziging van de s kundige verhoudingen niet tegelijkertijd de persoon van de gouverneur veranderd werd. Zij betreurt dit omdat dit on lerlei redenen telkens is uitgesteld, doch zij wil niet terugkomen op de door dit uitstel veroorzaakte tegenstellingen. Zij st echter niet. dat door de benoeming gouverneur mr. A. A. M. Struycken tot Nederlands minister van binnenlandse zaken de verwezenlijking van het statuut voor het Koninkrijk gevaar loont. Zij acht thans bepaalde stappen niet nodig. De ge volmachtigd minister van de Nederlandse Antillen in Nederland was niet in de be noeming van mr. Struycken gekend. Minister-resident Lacoste Opstand in Algerije loopt ten einde Frankrijk zal In Algerije de nationalis tische opstandelingen spoedig vernietigd hebben, aldus rapporteerde minister-re sident Lacoste gisteren aan de regering in Parijs. Franse troepen zouden aan „het laatste kwartier" bezig zijn. FULL-FLAVORED Door lengte filtrerend Vakantiebesteding van Rijksambtenaren (Van onze parlementsredactie) Ligt het wel op de weg van dc over heid voor haar eigen personeel een goed- Kope vakantiegelegenheid te scheppen? Deze vraag stelt een aantal leden van de Tweede Kamercommissie voor financiën i in het voorlopig verslag over een wets- voorstel tot beschikking over het saldo I an de N V. Nederlandsche Uitvoermaat- J «chappij 1.1. ter bevordering van een goed- Wope vukantiebesteding van Rijksambte naren in speciale vakantieoorden (o.a. de Besthmenerberg). Zondagsdienst P.T.T. geldt ook op nieuwjaarsdag De PTT zal 1 Januari zondagsdienst houden, althans wat de postbestelling be- f treft. Er wordt dus niet bezorgd. Ook zal in de nacht van 1 op 2 Januari geen nacht- posttrein rijden. De telegraaf- en tele- foonkantoren zullen van acht tot negen en van twaalf tot één uur open zijn- LANDMACHT SURINAME HERKRIJGT VAANDEL De Koninklijke Landmacht in Suriname 1 herkrijgt het vaandel, zoals dat in 1P25 was uitgevoerd .aldus is bij K B. bekend- gemaakt. Het huidige vaandel, dat in 1955 werd vastgesteld, wijkt iets af van het vroegere. De nieuwe uitvoering is j een veld van oranje zijde, omzoomd door groen loof en gouden franje met een ge kroonde J. in goud. Tevens zijn vermeld de naam van het korps en de wapenfeiten, j Op de keerzijde staat het rijktrwapen, eveneena omzoomd door groen loof langs de rand van het vaandel. Smartegelduilkeringeu Van kwart voor zes tot zes uur zullen vanavond over de zender Hilversum II mededelingen wórden gedaan over Ja- 1 pansc smartegeldultkeringen aan ex-bur- gergeïnterneerdeo uit Neder lands-Indië en Azië. De tijd is weer aangebroken, dat de kleuters hun schoentjes des avonds bij de kachel zetten en een Sinterklaasliedje zingen. Prijsstabilisatiebeleid ontmoet kritiek bij Pv.d.A. en Y.V.D. (Van onze parlementaire redacteur) DE JONGSTE gebeurtenissen in het Midden-Oosten hebben gisteren voor een belangrijk deel de debatten in de Tweede Kamer over de be groting van Economische Zaken beheerst. De vraag in welke mate en ii welke vorm de bestedingen beperkt moeten worden om het hoofd te kun nen bieden aan het tekort op de betalingsbalans, dreigt door de internatio nale situatie naar de achtergrond te geraken. Staan wij thans niet voor het probleem dat onze nationale economie verstoord dreigt te geraken door de kostenstijging van de grondstoffen? Vrijwel alle fracties hebben gisteren aan minister Zijlstra gevraagd om uitvoerige uiteenzetting van de toestand, want zij waren er voor overtuigd, dat juist die kostenstijging, waardoor de ruil voet verslechterd wordt, een verminde ring van onze welvaart kan betekenen. Het was waarlijk niet alleen de spreker van de oppositie, de heer Van Leeuwen (lib die dat standpunt innam. Ministei partijgenoot, de heer Hazenbosch. was mogelijk nog duidelijker. De gevolgen van de internationale situatie kon hij nief bekijken, maar als de grondstoffen- prijzen stijgen dan is dat een reële tasting ran onze welvaart. Hoe ei ons volk van de gewijzigde situatie op de hoogte wordt oebracht hoe beter het is, zo zeide de heer Hazenbosch. Ook de heer Schmal (c.h.) was niet zonder be denkingen: de jongste stormachtige beurtenissen kunnen een streep halen door onze verwachtingen en doelstellin gen. Hij vond het Juist dat de regering direct maatregelen heeft genomen, zoals het zondagsrijverbod, en de heer Schmal hoopte dan ook dat ons volk de nodige zelfbeperking aan de dag zal leggen. De heer Blaisse (kath. v.) verklaarde dat hef olietekort voor het Westen catastrofaal kan worden. Alleen eer zamenlijke actie kan, naar z(Jn me uitkomst brengen. Zo zal de behoefte de verschillende landen gepeild moeten worden, terwijl tevens een gemeenschap pelijke verdeling tot stand gebracht dieni te worden. Evenals de andere sprekers vroeg de heer Blaisse hoe het met de internationale samenwerking op dii bied op gang is. Ook de heer Ncderhorst had begrip voor de regeringsmaatregel. Pr ij s stabilisatie Het is duidelijk dat met spanning wordt uitgezien naar het betoog van minister Zijlstra. We zijn langzamerhand zo ge wend geraakt aan de overspannen hoog conjunctuur. Dat deze echter ook zijn zoj-gen meebrengt is gisteren weer eens duidelijk gebleken. Zo is het prijsstabili satiebeleid van minister Zijlstra heftig aangevallen door de heer Van Leeuwen (lib t en de heer Nederhorst (soc.) De liberale afgevaardigde kon geen eenheid ontdekken in het regeringsbeleid op financieel-economisch gebied. En ook zag hij een tegenstelling tussen het be leid van minister ZIJlstna in 1955 i 1956. In 1955 was het parool: rust ln de lonen en de prijzen, nu zegt dc bewinds man dat alleen de prijzen in de hand ge houden moeten worden. De heer Van Leeuwen noemde de regerlngspolitiek camouflage van de werkelijke toestand. Noodzakelijke prijsverhogingen worden tot later uitgesrteld. Dat is misleiding het voNc, omdat daardoor het onmogelijke als mogelijk wordt voorgehouden. Het is een feit, aldus de heer Van Leeuwen, dat de lonen meer zijn verhoogd dan de ar- beldsproduktiviteit toelaat. F.r zal een nieuwe politiek opgebouwd moeten worden, aldus dhr. Van Leeuwen Tegen deze redenering heeft de heer Hazenboech (a r.) zich met kracht verzet. Voorop stelde hij dat de a r. het prijssla- blliaatiebeleid steunen, omdat deze sociaal en economisch van het grootste belang 1*. De heer Hazenbosch zag geen verschil ln het beleid van minister Zijlstra. Het is nimmer zo geweest, dat de lonen n:H mochten stijgen. Zonder he- prijsrtabiliaatiebedeid gaat niet alleen het prijspeil maar ook het loonpeil omhoog. De exportpositie zal daardoor worden ondermijnd en het volk zou het slachtoffer worden van een infla toire ontwikkeling. Socialistische kritiek Ook de heer Nederhorst (aoc.) had kri- tiek op het prijeetabilisatiebeleld. De netaire autoriteiten, zo relde hij, hebben te laat ingegrepen om aan de overspan nen hoogconjunctuur het hoofd te bieden. Tot nu toe heeft minister Zijlstra. aldus de socialistische afgevaardigde, de wind gehad, maar hst prU«stahili«stlrbe- leid kan nu wel eens uit de hand lopen, 'en eerste omdat de loonsverhogingen ilet doorberekend mogen worden Het Is de vraag of dat kan en In vele gevallen gebeurt bet ook. Ten tweede s(Jn de prU- mocllük te handhaven, omdat de grondstoffen nu eenmaal In pr(js stijgen, vendien li er een prUastUs'nc van !n- iterlngsgoederen. Een krachtiger con trole en meer efficiënte middelen *Un nodig om te voorkomen dat het beleid in de minister niet uit i|)n hand loopt. Ook tegen deze redevoering heeft de heer Hazenbosch bezwaar gemaakt De conjunctuurpolltlek moet op de afbeta- lingsbalaru worden afgestemd. Als men de bestedingen zou afremmen bij een over schot op de betalingsbalans, dan zou de vraag naar onze prod uk ten op de export markt stijgen- De overspannen werkgele genheid zou daardoor niet worden opge heven. Zodra de binnenlandse consumptie wordt afgeremd neemt de export toe De nen diu niet als C.H. steun Het prijsstabilisatiebeleid zal ook door de c.h met kracht worden gesteund. Daar over heeft de heer Schmal geen twijfel laten bestaan. Dit is een terrein vol voet angels en klemmen. Gemakkelijk zal da minister het niet krijgen, aldus de c.h.- afgevaardigda, die echter hoopte dat da regering zal pogen bij dit beleid recht ta doen aan de producent en aan de consu ment. De c.h.-steun gold overigens niet alleen maar het prijsbeleid van prof. Zijlstra. De heer Schmal verklaarde ver heugd te zijn dat de minister weer was teruggekeerd op zijn departement. Dat wil echter niet zeggen dat hU ln hem de ver wezenlijking van het christelijk modern staatsmanschap zag. „In de ruigheid van de verkiezingsstrijd hebben mensen ln heilige ijver genteend dit devies te moe ten uitgeven", zo zeide de heer Schmal. In de mist De heer Hazenbosch typeerde deze be grotingsbehandeling als een oudejaars avond zonder oliebollen. Daar zat ieta in, want evenate bij de algemene finan ciële beschouwingen kon over verschil lende actuele zaken niet gesproken wor den. Daar ia de onwetendheid over da gevolgen van de internationale gebeur tenissen. waarmee het energieprobleem ten nauwste samenhangt Daar is de sa- De ring van de betalingsbalans, het wach ten ic op het S.E.R.advlee en daar is de economische Integratie, waarover nog ln Brussel onderhandeld wordt. Da Kamer leden verkeerden dus ln de mist. En eigenlijk konden zij niet veel anders doen dan vragen «tellen. Over de Europese problemen zijn echter waardevolle opmerkingen gemaakt. Zo vroeg de heer Blaisse (kattf. v.) of de re gering nog steeds vasthoudt aan de supra nationale opeet van de gemeenschappe lijke me-kt De meeste regeringen van „klein Europa" schijnen daar al van af te zijn. Voor een deel komt dat door het Engelse aanbod van een vrijhandelszone met de gemeenschappelijke markt. Da heer Blaisse wa< verrukt over dM aanbod omdat daardoor het vrij verkeer van vele goederen niet alleen maar wordt beperkt tot de zes K.S.G.-landen, maar zich kan ulrtrekken over de gemenebest en Scan dinavië. Het hogere buitentarief, voor de Nederlandse Industrie bijzonder nadelig, is dan niet zo bezwaarlijk meer. omdat er een groot vrIjhandelsgebled komt. De heer Hazenbosch daarentegen was be zorgd over het feit dat Engeland de pre ferentiepositie in het gemenebest wil be houden. Dat kan voor de Nederlandse ex port «eer schadelijk zijn. Engelands be reidheid tot een vrijhandelszone vond da heer Hazenbosch uitstekend, maar dit kan niet een alternatief zijn voor een supra nationale gemeenschappelijke markt. Juist het Engelse aanbod kan wel eens verwar ring en vertraging opleveren Zoals bij iedere begrotingsbehandeling zijn ook nu weer talloze andere onder werpen aan de orde gesteld, zoals dc in dustrialisatie, de Benelux, de automati sering. dc egalisatie van de, kolenprijzen verschillende middenstandsvraagstuk ken. Minister Ztjlsira zal nog de handen vol hebben aan deze problemen. PROMOTIKS T* l-KIDEN otrid „Nsnnen HmaOrilai iBijdfi oon, schoren ie Dia ls leiden De promous I ntfï e»£e theoretische fundering der Chro i Ven nej. M. D. de Vries ie HU-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1956 | | pagina 7