KUNST en INDUSTRIE
DE OUDE WERELD
na honderd jaren^
Cultureel
venster
Fernando Corena (subliem)
Hans Kaart (te vroeg)
en
CHINEES VOLKSLIEDJE-
„De vrijwilliger'
m.
ZONDAGSBLAD
ZATERDAG 20 OKTOBER 1956
Dichter van
„Wien Neêrlandsch bloed"
„Een hartverheffend fee»t wordt heden gesierd.
Te midden van dit liefelijk oord, bevallige luet-
plaata onzer bloeijende Gemeente, staat een om-
•luijerd beeld opgerigt. Met brandend verlangen wordt
het teeken verbeid, dat dien tluijer zal doen vallen,
en het edel marmer onthullen voor ons bewonderend
oog.
Dit beeld i« een nationaal gedenkteeken! De
geheele Natie, van den aanzienlijke tot den geringe,
van ons doorluchtig Vorstenhui» tot den nederigsten
burger, heeft tot de oprigting van dat beeld hare bij
dragen geschonken. Uit geheel Nederland, uit Oost
en West, waar ook „Neêrlandsch bloed in de aders
vloeit", zijn de gaven toegestroomd, om blijk te geven
van de liefde, van den eerbied, waarmede Nederland
de herinnering wil vieren van TOLLENS, van den
dichter, dien ons volk bemint."
Aldus sprak mr. W. Siewertsz op zijn Belgisch bloed
van Reesema op 24 september horen beroemen
1860 bij de onthulling van Tol
lens' standbeeld in het Rotter
damse Park. in tegenwoordigheid
van koning Willem lil, prinsen
van het koninklijk huis, ..aanzien
lijke toehoorders" en ..feestgeno
ten", met welke laatste uitdruk
king voor deze gelegenheid het
gewone volk werd aangeduid. Een
verslag van Tollens' begrafenis
(op 25 oktober 1856; hij was de
21ste te Rijswijk op zijn buiten
verblijf Ottoburg gestorven), uit
gegeven bij Lange te Co. te Bata
via :n 1857, was in Nederlands-
Indië verspreid om in de Oost din'rekenen'
gelden voor het op te richten
..Gedenkteeken" bijeen te bren-
„Vaarwel en breng
des naneefs groet
Aan 't wijdberoemde
en grijze Gent.
Daar is myn voor
zaat* naam bekend:
Ik heb in de aadren
belgisch bloed."
Maar dat behoefde, tot 1831.
zelfs geen schijn van tegenspraak
in te houden en ook heden kan
Vlaanderen tot de Nederlan-
is het 100 jaar geleden,
dichter Hendrik Tollens
ie Rysuijk overleed.
"F f" icracni, in ae nanaei voor ae win a neim ui
il - .ia™ Suie hee.r Prentt,e de kleuie H,en" gegaan- Zijn dichterschap liet zich met hun
in Nederland en elder» gedaan drJt veel Wlj2e lessen m liet chen" ui
logie. die neerkwam op een niet
eens zo heel uitgebreide verzame
ling schabionen. Men kon er bij
en dies werd Tollens zeer gepre
zen. zodat men 's mans nuchter
heid moet bewonderen, die hem
ervan heeft weerhouden mate
loos hoogmoedig te worden.
Misschien is dit zijn grootste
verdienste geweest Door de
tijdgenoten is Tollens op één lijn
gesteld met figuren als Bilderdijk.
Feith en Van der Palm. maar
vandaag lezen we in Buddingh's
Encyclopedie voor de Wereldlite
ratuur het ijzige zinnetje: zijn
naam (isi thans een symbool ge
worden voor alles wat poëzie niet
moet zijn". Zo gaat de roem van
de wereld voorbij. En een her
nieuwde populariteit is wel uiter
mate onwaarschijnlijk!
C. RIJNSDORP.
SPROOKJES VAN GRIMM
IN TWEE POCKETS
Kent u ze nog. de sprookjes
Hans en Grietje". „Sneeuwwit-
e", ..Doornroosje". ..Tafeltje dek
Je". ..Roodkapje". .Assepoester",
..Klein Duimpje", enz. Wat heb
ben we er altijd van genoten en
wat doen we dat eigenlijk nog.
Het zijn heus niet alleen kinderen
die van sprookjes genieten. De
kinderen geloven er in, wij niet
meer. Maar wij ontdekken de
waarheid in de meeste sprookjes,
wij begrijpen de zin er. van. Ja
cob Grimm (1785—1863" en Wil
helm Grimm (17861859' hebben
Geen kritiek, maar bevorderen van goede smaak
De literair criticus of recensent heeft de gewoonte zich
direct te werpen op de jongste uitgave van een auteur en
dan zijn goed- of afkeuring in een geschrift te publiceren
om het lezerspubliek voor te lichten en de auteur zelf zijn
sterke en zw?kke kanten te laten zien. Op deze wijze zal
hij ook invloed uitoefenen op de verkoop van een goed of
minder goed boek.
uit de vele goede artikelen een
harmonisch en aantrekkelijk in
terieur samen te stellen, dus zich
rekenschap wil geven van het hoe
en waarom, dan beseft men pas
wat er voor de ontwerper komt
kijken om deze op zichzelf een
voudige produkten in hun samen
hang tot elkaar tot een goed ge
heel te maken.
ARIE VERMEER
„Muze des lieds, die de onsterf-
iijken huldigt, sier met uw
citeerde Bakhuizen van den Brink
bij de onthulling van het monu
ment op het graf van Tollens te
Rijswijk in I860. Het door beeld
houwer A. Lacomble uit zandsteen
tand des tijds danig aangetast. Er
zijn plannen tot restauratie.
Bij de boekenliefhebber, die zich
zo geen tientallen, dan toch ver
scheidene boeken per jaar aan
schaft. zal de kritiek een belang
rijke rol spelen. Hij zal zich op
deze wijze op de hoogte houden
van wat er uitgegeven wordt en
datgene aanschaffen, wat hem
van zijn lievelingsauteur als goed
wordt aanbevolen. De kritiek is
ook belangrijk, omdat de adspi-
rant-koper moeilijk aan de buiten
kant kan zien of de inhoud van
het boek goed is. terwijl het even
min mogelijk is. om. in de win
kel staande, een boek eerst te le
zen alvorens tot kopen over te
gaan.
gestorven dichter werd ge
dacht en wat men in hem bewon
derde. Hij gaf uitdrukking aan de
geest van zijn tyd. de geest van
braafheid, burgerlijke en maat
schappelijke deugden, zelfgenoeg-
middelmatigheid. De
geest
mm <1781
„Kinder- und Hausmar-
zijn koopma'nsbestaan chen" uit 1812 een Europees be
verenigen. Na zijn sentimentele zit gegeven en generatie na ge-
itie binnengeleid in de wereld
wijsheid, humor en schoon
gevoel, welke het sprookje ont-
Met de.hulpe van hierboven.''
beloven. Gedichten <18081815' de dichter
Nu. Hendrik heeft woord gehou-
maat- den Van huis uit waren de
Tollensen rooms-katholiek.
onze dichter is later aan
verdraagzaamheid Je- geworden van een christendom bo-
die er ook zo over ven geloofsverdeeldheid. In 1827
is de familie Tollens overgegaan
tot de Remonstrants-Gereformeer
de Gemeente. Tollens is zijn
huiselijkheid en vaderlands
liefde. Zijn in 1815 bekroond
volkslied ..Wien Neêrl
Bloed" is in 1817 uitgegei
door Wilms op muziek gezi
later aanhanger lukkl8 IS d,t onbenullig stuk reto-
later aannanger riek omstreeks de wending der
sluit
Jacob Grimm
dacht. Een geest van incidentele
liefdadigheid, waaraan men het
eigen hart verwarmde, zooder
heid over de gehele linie.
TOT TOLLENS' EER
Het moet tot Tol
lens' eer worden ge
zegd. dat hij. als een
Johan Bodegraven
ava-nt la lettre. de
publieke liefdadigheid
met zijn dichterlijke
bedelbrieven heeft ge
stimuleerd. Maar men
krijgt toch een eig«i-
aardig gevoel, wan
neer men b.v. zijn
Winteravond-liedje
leest, ,.A1 zijn de
bomen wit als dons.
De grachten hard als
lood.
Wat. wijfjelief. wat
ik volg nu een andere lezing van
ditzelfde lied) laat het vuur opsto
ken en schuift dicht bij de haard
bijeen. Het ..middagtaaflcn" wordt
gerekt. Straks wordt de pons-
kom gebracht. Maar, tegen dat
de kinderen naar bed moeten,
klopt er een arme vrouw aan de
deur. Ga. knaap! en zie eens uit
op straat Bewaar ons 't is een
arme vrouw. Wat staat gij. suk
kel! daar te wenen in zulk een
bittre kou? De arme sloof doet
haar verhaal van ziekte
i verfwinkel. Het is hem.
PBL--JÜS. groot
..Wien Neêrlandsch Duits taalgeleerde en Wilhelm
1817 uitgegeven _en Grimm gaf werken uit over de
Duitse heldensage en de runen.
Werkten zij in de Sprookjes sa
men. aan het einde van hun leven
voorgoed door het onvolpre- zouden zij weer samenwerken en
T.,u_i verdrongen. wel bij de uitgave van het Deut-
sches Wörterbuch. Beiden wer
den hoogleraar in Berlijn, maar in
wier» de wereld hebben ze niet als
Taïe_ hoogleraren hun
l Wilhelmus
De zg. „pocket books" staan voor niets. De Uitgeverij
Het Spectrum te Utrecht en Antwerpen heeft in haar
Prisma-reeks het tweedelige, geschiedkundige werk van de
Amerikaanse Rus M. Rostovzeff „De Oude Wereld" opge
nomen. Het eerste deel handelt over Griekenland en het
nabije Ooster, het tweede over Rome. Michail Rostovzeff
is geboren in Kiew (1870). Tot ongeveer zijn vijfstigste jaar
leefde hij in Rusland, waar hij zich reeds naam verwierf
als kenner van de antieke beschavingsgeschiedenis. Na de
revolutie van 1917 verliet hij zijn vaderland en ging naar
de Verenigde Staten, waar hij professoraten bekleedde aan
de universiteit van Wiscontin en later aan de vermaarde
Yale-universiteit in Connecticut.
TWEEDE CATS
Grote vermaardheid verwierf
Tollens zich ook door
reel van de overwintering der
Hollanders op Nova Zembla in
1596 en 1597" (1819' Vooral in
de jaren 1831-32 was hij onge-
populair. Hij had zelf
e wapenen en volgde
de krijgsverrichtin-
gekregen.
doch als schrijvers van de vele
sprookjes, die zij optekenden uit
de volksmond, o.a. van een boerin
in het bij Kassei gelegen dorp
Niederzwehrn.
..Zij had de oude sagen vast
in het geheugen bewaard
zoon onder de
de van
gen met spanning en zorg. Door- vendien vertelde zij met
dat Tollens' dichtwerk, op zijn
best genoi
kennen eenvoud en natuurlijkheid gen",
scheidt van de volstrekte bom
bast, die zoveel ander werk uit
die tijd kenmerkt, is het te be-
berichtten de gebroeders
Grimm. Zelf hebben ze er nog het
een en ander aan toegevoegd en
zijn aldus tot een verrukkelijke
verzameling van sprookjes ge-
H^Hze ouders als kind
verslonden en die ook door onze
achterkleinkinderen nog zullen
morden gelezen. In een uitsteken-
Het huis te Rijswijk, ui
dichter lange tijd tmondt
zijn sterfhuis werd. Thans
eerste verdieping het mus
Rijswijk
Cats werd beschouwd.
Gevallen meisjes, trouwe hon
den. grijze bedelaars, oude zee-
lieden, vissersweduwen, de Geu- de Ned. vertaling van Nico Rost
- en met de oorspronkelijke illus
traties van Ludwig Richter en
Moritz von Schwind heeft de Uit
geverij Het Spectrum te Utrecht
de sprookjes van Grimm nu in
twee handige pocketboekjes uit
gegeven. waardooor ze dus onder
Prof. Rostovzeff nam
deel aan de opgravingen
in Doura-Europos. die in
1922 onder Franse lei
ding begonnen waren.
Door een militaire maat
regel van de Romeinen
was deze stad. gelegen
aan de boven-Eufraat,
op een snijpunt van cul
turen. bijna intact be
waard gebleven. Doura-
Europos was gesticht
omstreeks 300 v Chr.
tijdens de bloeitijd van
het Hellenisme. Men vond
daar o.a. een christelijk kerkje,
een Joodse synagoge (merkwaar
dig versierd met wandschilderin
gen). en talloze voorwerpen
inscripties
de oudheidkunde
•At.
te Gouda, een gestor-
kamermeisje, mannenkuis-
heid, landvermaak, het waren on
derwerpen, die ieder toespraken.
Tollens gaf uitdrukking
de gemiddelde man en
zijn of haar beste ogenblikkt..
voelde en dacht. En hij deed dit ieders bereik zijn gekomen. Koop
in
in de geijkte dichterlijke termino-
i belang. Juist omdat Rostovzeff
zich altijd bijzonder had geïnte
resseerd voor de onderlinge be
ïnvloeding der culturen, was het
gemengde karakter van de vond
sten in Doura-Europos voor hem
zo buitengewoon aantrekkelijk.
Men heeft hier dus te doen met
werk van wetenschappelijke waar
de. De stijl is wel niet briljant,
maar toch helder en nergens droog
en de auteur laat zich niet op
zijpaden voeren, zodat hij een
evenwichtig geheel heeft verkre
gen. wat bij zulk een enorm om
vangrijke stof geen geringe ver
dienste mag heten.
In werken als deze dienen óf
zeer vele afbeeldingen, óf geen
enkele illustratie te staan. Een
goedkope uitgave als de bnder-
havige had natuurlijk geen keus.
Maar de lezer zal bij de lectuur
toch omvangrijk platenmateriaal
moeten gebruiken, dat overigens
niet zo moeilijk te verkrijgen is.
Heel anders ligt de situatie bij
artikelen of produkten. die be
doeld zijn voor dagelijks gebruik,
dus die een direkt nut afwerpen
of alleen visueel beleefd worden.
Hierbij dringt zich dadelijk het
hele beeld aan de beschouwer
(koper) en deze zal zich, waarbij
we de invloed van de verkoper
niet moeten onderschatten. ter
plaatse een oordeel vormen over
het produkt en het tegelijk als wel
of niet praktisch, mooi of lelijk
merken.
Minder dan bij een boek of an
der geschrift, zal hij zich laten
leiden door een goede of slechte
kritiek over dit produkt. Doorslag
gevend voor de koop is hier dus
de invloed van de verkoper en zijn
direkt inzicht omtrent kwaliteit
en schoonheid, dus zijn eigen vi-
Ongetwijfeld is er verschil van
smaak, doch hoe vaak spelen niet
een zeer slecht smaakgevoel of
een teveel hechten aan traditie
een rol. hetgeen wel bewezen
wordt door de gretige aftrek, die
een massa wanstaltige produkten
nog steeds vinden.
In deze rubriek bedoel ik niet
de nieuwste creaties uit de indus
triële vormgeving te recenseren,
opdat u zich per jaar hiervan
enige tientallen zult aanschaffen,
doch ik wil u aan de hand van
meestal reeds (soms zelfs allang)
in handel zijnde voorbeelden la
ten zien. hoeveel schoons er in de
tegenwoordige vormgeving te
krijgen is. hoe praktisch deze
vormen zijn in het gebruik en hoe
ze tezamen met andere produkten
van deze tijd een prachtig spel
van lijn en kleur aan
het interieur kunnen
"I geven.
Als we het op de foto
afgebeelde ledikant be
kijken, dan horen of
stellen we misschien zelf
reeds de vraag: ..Wat
heeft dit als ontwerp nu
te betekenen?" of „Wat
kan er voor bijzonders
schuilen in een paar me
talen platen en buizen,
die op de meest simpele
wijze met elkaar zijn
verbonden". Het ant
woord hierop is dan ook
onveranderlijk, dat het
juist .deze eenvoudige doch dik
wijls vernuftige vondsten bevat
tende constructiemethoden. ge
paard aan een zuiver gevoel voor
kleur en proportie zijn, die deze
en dergelijke produkten het stem
pel van smaak en distinctie geven.
D>is een samengaan van intellect
eri estetisch voelen. Juist wanneer
men zelf tracht door een keuze
plaat
haar verhaal van ziekte «i ml- HOME NICO Cimaro.
sérc. Ze krijgt brandstof, wat lin- \J
nen en een deken en de filan- 1 "'"l
troop zegt gul: ..Daar. neem een
achotel van den disch De
..knaap" moet meelopen, helpen coni
dragen en vooral niet vergeten tijd
morgen te gaan vragen ..hoe 't
met den kranken is". 11
Maar nu komt het fraais. De mi*
slotstrofe luidt: ..Nu. kindren.
gaat! neemt elk uw licht,
stappen we opgeruimd naar
v.n Wil h.bb.n daar w.t fotd. h,,f| dr Srala If M
verrigt: Verzuimt niet God er
voor te loven. Wit lenigden des Het geheime huwelijk),
naasten smart; Wij deden naar 't i -■
bevel des HeerenDe kou zal
boven ons niet deren: Het is ons
warm om 't hart".
Onderzoek wonderbare
VIA NAA1D
£N l»l.AAf
velen wellicht
volkomen onbekende
ponist. Maar in zijn
was hij een groot
i, die niet minder dan 75 opera's schreef, benevens tal van
»en, oratoria, cantates cn clavecymbcl-sonates. En bovendien
hij van 17871791 hofeomponist van Catharina II van
bo- Rusland in Petersburg. Als een der vaste repertoirenummers
zijn opera „II Matrimonio segreto"
BELGISCH BLOED
aanzienlijke afkomst
»r Napels en
wegens deelne-
1 de Napolitaanse opstand
1»'ttklric>
Die Cimarosa erd op 17 de- ging hij terug
eember 1749 uit heel arme ouders werd daar
in Aversa geboren. Heel jong ming WM
werd hij wees. Op 11-jarige leef
tijd ging hij naar het Conservato-
rium Santa Maria di Loreto. waar
schreef hij muziekles kreeg van de be-
rik Tol- faamdste Italiaanse n
lens Cxn. De familie Tollens was tijd: Antonio Sacchini cn Nicola januari 1801
meer komische opera's.
BW- i-buffa. toonde Cimarosa
grap- ganze del Conté" in Napels Toen veei charme en humor. Maar ook
Ichter verdween hij naar Rusland, kon veei kundigheid; Cimarosa was
ter dood veroordeeld. Gelukkig
kreeg hij op het laatste moment
nog gratie en hij besloot toch
Rusland terug
geslachtsnaam luidde oorspronke- hij zijn eerste opera „Le Strava
lijk Tollin. Het doet even grap
pig aan. wanneer we de dichter
het ..Wien Neêrlandsch het klimaat daar moeilijk verdra-
Bloed",
vrijheid
zich bij
r bekwaam vakman. Naast
die zo was gesteld op gen en vestigde zich in 1792 dan de opera's schreef hij ook nog
i vreemde smetten, maar in Wenen, waar hij „II Ma- meerdere zgn. ..Intermezzi". Eer
bepaalde gelegenheid trimonio segreto" schreef. In 1793 intermezzo was bedoeld als een
soort tussenspel in een opera-op-
voering. Een van zijn bekendste
en meest geniale intermezzi is
.,11 Maestro di Capella" (de Ka-
onbekende dichter (Shi-djing)
Mijn lieve Tsjoeng-tsi klim niet weer
over de dorpsmuur in de nacht
je trapt de jonge tuil gen neer
voor mij Tsjoeng, neem je toch in acht
uiat de ouders zeggen moet men eren
je weet hoe ik naar je verlang
en ook jouw hart brandt van begeren
maar voor myn ouders ben ik bang.
Mijn liere Tsjoeng-tsi klim niet uieer
over de hofwal in de nacht
je trapt de bessenstruiken neer
t>oor mij, o Tsjoeng. neem je in acht
wat broeders zeggen moet men eren
je weet hoe ik naar je verlang
en ook jouw hart brandt ran begeren
maar voor mijn broeders ben ik bang.
Mijn liere Tsjoeng-tsi klim niet weer
de huismuur over in de nacht
je trapt het spindel boompje neer
voor mij, Tsjoeng. neem je toch in acht
wat mensen zeggen moet men eren
je weet hoe ik naar je verlang
en ook jouw Hart brandt ran begeren
maar voor de mensen ben ik bang.
FRANK DAEN.
De has Fernando Corena
Scala Ie Milaan, die voor Decca
een prachtige opname maakte van
Cimarosa's Jl Maestro di Capella".
goed bespeeld voice nu een plaat heeft uitge-
;1 of de orkest- bracht: Hans Kaart. Deze
waarbij de kapelmeester telkens
weer moet onderbreken, omdat de
instrumenten niet goed bespeeld voice
worden. Het lijkt v
leden zitten te slapen, ae Kapel
meester mankt zich kwaad en als _HKBVBBBBBBBBBBBHBIB
de repetitie-tijd is verstreken Op kosten van de AVRO ging de
J acteur Hans Kaart in Italië zang
studeren, waartoe ook de bekende
radio-operacommentator Leo Rie-
mens was geraadpleegd. In twee
jaar heeft hij zich nu zo ontwik
keld, dat His Master's Voice een
plaat van hem uitbracht en Leo
op de hoes hem verge-
de allergrootste zangers
•ereld. Een andere sup
porter van Hans Kaart schreef in
een der Ned. dagbladen: „Einde-
kunnen uik een Plaat van Hans Kaart"
M'n plicht zegt me eerlijk te
:ijn en noch de aanbeveling van
Leo Ricmens noch het woordje
.eindelijk" van de supporter te
oegrijpen. Waarom niet" Heel een
voudig omdat Hans Kaart nog
lang niet in staat is in het open-
Decca heeft dit werkje uitge
bracht in een ideale vertolking van
de Italiaanse bas Fernando Core- Klpn
na. in ons land bekend door zijn .y/*"
knappe weergave van de Falstaff- 1
partij tijdens het laatste Holland
Festival '25 cm langspeelplaat
LW 5112i. Men had zich werkelijk
geen betere vertolking kunnen
wensen: Corena zingt en speelt dc
partij van de kapelmeester su
bliem en het Orchestra dei Pomc
riggi Musicali di Milano o.l.v
Bruno Amaducci geeft voortreffe
lijk spel te horen. Het is alles
heel licht en heel speels gehou- 10„s JL
den. Fernando Corena toont zich baar (ook de grammofoonplaat is
openbaar) op te treden. Of hij
dat ooit zal bereiken wil ik niet
beoordelen. Dc twijfel er aan. Dat
His Master's Voice deze plaat uit
bracht is zakelijk gezien te begrij
pen. Het geval Hans Kaart is
artistieke, maar een zakelijke
gelegenheid geworden en daarom
zal die plaat het ook ..best doen".
Mijn oordeel aan de hand van
hierin niet alleen i
ger. maar ook een
drachtskunstenaar.
natuurlijk hetzelfde. En
lijk gezegd wil ik ook niet twij
felen aan de spelcapaciteiten van
de man van wie Hia Master's
deze plaat is: Hans Kaart mist
cultuur, mist zangtechniek en mist
muzikaliteit. Zijn vertolkingen van
aria's uit ..II Trovatore" en
..Othello" van Verdi doen me den
ken aan de uitspraak van een an
dere tenor: „Ik zing niet mooi.
maar ontzettend hard". Dat doet
Hans Kaart ook. Er is geen enke
le nuance in deze stem. die boven
dien de nodige ademsteun ont
beert. Tevens zijn er enkele mo
menten waarop Hans Kaart af
grijselijk vals zingt en technisch
staat hij nog ver onder de eisen,
die deze partijen ste'Jen. En Leo
Riemens en die supporter hebben
eens Mario Lanza „afgekraakt".
Ik houd ook niet van Mario Lan
za. maar met Kaart vergeleken is
Lanza een genie.
Profeteren is mijn hobby niet.
maar ik zie de toekomst van
Hans Kaart als zanger niet zo erg
rooskleurig. De leiding van de
Ned Opera is heel verstandig dat
ze Hans Kaart niet heeft geënga
geerd. Ik gun Hans Kaart een
bliksem-carrière, maar ik betwij
fel het. Dit in weerwil van alle
Riemens-verklaringen. suppor-
ters-enthousiasme of business-mo-
gelijkheden. De grammofoon-maat
schappij zou ik willen vragen nu
ook van de goede Ned. zangers
en zangeressen eens platen te ma
ken. mensen die al jaren op een
dergelijke kans wachten. En twij
felaars zou ik willen uitnodigen
eens bij mij die plaat van Hans
Kaart te komen beluisteren. Dat
kost niets.
Wel enthousiast ben ik over de
mezzo-sopraan Caroline Raitt, die
op deze plaat in de duetten uit
de Verdi-opera ,.11 Trovatore"
meezingt. Dat is een uitstekende
stem. Het orkestspel van het Or-
chestre du Théatre National de
l'Opéra o.l.v. Robert Blot is ook
niet zo bijzonder fraai. (25 cm
langspeelplaat FBLP 1083). De
vele Kaart-bewonderaars zullen
niettemin van deze plaat genieten
en ik gun Kaart nog een heleboel
opnamen, al
om t.z.t. me
gen.
TOT slot geen plaat, maar een
boek en wel de nieuwe catalo
gus van de Deutsche Grammophon
Gesellschaft voor 1957. Dat is
veer een heel boekwerk gewor
den van 615 bladzijden, alle klas
sieke platen van de D.G.G. bevat
tend. ook de Archiv-Produktion
Alfabetisch gerangschikt naar
componisten, naar kunstenaars en
naar titels. Bovendien voorzien
van foto's en korte levensschetsen
van 49 voor de D.G.G. werkende
kunstenaars. Ter inleiding is op
genomen een uitstekend artikel
.Kleine Geschichte der neueren
MusikEen waardevolle en voor
elke platenbezitter onmisbare uit
gave. die opnieuw prachtig is ver-
Z°rgd CORN. BASOSKI.
genezingen
Wij steken de oceaan, terug,
weer over en komen in Engeland.
Daar heeft de commissie van 10
personen. 2 jaar geleden op ver
zoek van de aartsbisschop van
Canterbury (Engelse Staatskerk)
ingesteld door het Britse Medische
Genootschap, ter onderzoeking
van de wonderbaarlijke genezin
gen, in haar thans uitgebrachte
rapport uitgesproken, dat welis
waar grote waarde moet worden
gehecht aan de godsdienstige hulp
bij de medische behandeling,
maar zij heeft aan de andere kant
„slechts zeer weinig gevallen van
spontane en medische niet ver
klaarbare genezingen kunnen ont
dekken". De gevallen, die zij ont
dekte „kunnen niet als een be
wijs voor een rechtstreeks godde
lijk ingrijpen dienen". De com
missie wil evenwel niet bestrijden,
dat een godsdienstige bekering het
gemoedsleven van een zieke totaal
kan veranderen en dat hierdoor
verschillende ziektevormen. zoals
neurose, alcoholisme en bepaalde
functionele storingen kunnen wor
den opgeheven, wanneer zij een
godsdienstige achtergrond hebben
Ledikant in bi
waarvan de buis in de kleuren
zwart, grijs of lichtblauw en de
plaat in gebroken wit of groen.
Naar ontwerp van A. R. Corde-
meyer. Fabrikant: Auping. Foto
Archief Instituut voor Industriële
Vormgeving.)
Een leven in vogelvlucht
De uitgevers van de literaire
novellenreeks De Boekvink (Ar
beiderspers) delen mede, dat
Pszisko Jacobs met zijn novelle
„Theodoor Jonkheer" debuteert.
De stijl van Jacobs herinnert ech
ter aan die van vóór 1940, zodat
ik vermoed, dat deze auteur niet
meer tot de jongeren behoort. Zijn
proza is goed en wars van enig
gewild experiment. Origineel is
de opzet om de lezer in twaalf
korte episoden van tien minuten
het leven van Theodoor Jonkheer
(1876—1954) voor ogen te stellen.
Deze opzet verraadt zeker de in
vloed van de radio. Dezelfde stof
leverde enige tientallen jaren ge
leden steevast een dikke roman
op.
De opzet is niettemin geslaagd,
want na het lezen van deze 69
bladzijden heeft de lezer het be
sef een complete roman te heb
ben gelezen. Geen geringe ver
dienste, die de schrijver dankt
aan zijn scherpe observatie en
bewonderenswaardige, beheerste
beknoptheid.
Het gaat hier om een dichter
lijk aangelegd jongetje dat op
groeit in de tijd. dat de tachti
gers nog twintigers waren. Er
is een straffe vader, een bewon
derende moeder, een toegewijde
dienstbare en dan zijn er (na
tuurlijk) enige vrouwen. In „Theo
door Jonkheer" heeft de auteur
een scherp beeld getekend van
het type Nederlandse letterkun
dige van de tweede rang, de
man die zich „kunstenaar" voelt
en niettemin genoodzaakt is tegen
wil en dank zijn leven op een kan
toor te slijten. Eerst met snor en
baard, later alleen nog met een
klein snorretje; zo echt een artiest
die zich wat miskend voelt en
voor het feit dat hij zijn eigen
lijke carrière is misgelopen ver
goeding zoekt in de vrije liefde.
Hier is dan sprake van „een veeg
bestaan" waarover de dichter Jac.
Bloem onlangs in het tijdschrift
Maatstaf een opmerkelijk triest
vers schreef dat eindigt met:
„En wat blijft den machteloozen
tussen straks en nu en toen?
't Onaanvaardbare te aanvaarden
en het zwijgen ertoe te doen."
Ook Jacobs blijft, zonder cy
nisch te worden tot het einde
toe eerlijk. In het eerste hoofd
stukje is Theo nog een jongetje
dat in bed een gesprek heeft met
zijn gedroomd vriendje Belu. Op
de laatste bladzijde is Theodoor
Jonkheer een kindse man van
vierentachtig jaar, die in bed
ligt met een van zijn gedichten-
burideltjes, helemaal in de war
over het aantal vrouwen dat hij
heeft bemind. Wemig opwekken
de lectuür. Inderdaad. Maar het
spiegelbeeld liegt niet.
P. J. R.
i op het geloof in God.
J7EN bijzonder gegeven is ver
werkt in het boek van Aya
Zikken „De vrijwilliger". Een
andere vraag is of de schrijfster
dit gegeven ook beheerste. De
vrijwilliger in dit boek is een
jonge man, die zijn puberteit
nauwelijks is ontgroeid en die
de typische behoefte heeft, om
achter de uiterlijke verschijning
van de mensen hun werkelijke
gestalte te ontdekken. Hij doet
dat eigenlijk op de meest ordi-
naire manier, nl. door de figu
ren die hem belang inboezemen
te begluren uit donkere hoeken,
achter gordijnen en heggen.
Doch dit geeft de schrijfster
wel een prachtige gelegenheid
de mens te tekenen zonder front
naar buiten, zonder opmaak of
b&wuste houding. Typische te
genstellingen ontmoet men dan.
Dit gegeven is op zichzelf geniaal
gevonden. Zo hier en daar wordt
de goede en aandachtige lezer
een spiegel voorgehouden, waar
van hij zich misschien in schrik
afwendt om zoveel lelijkheid en
levende inconsequenties!
Overigens moeten we die
typische eigenschap van de vrij
williger maar laten voor wat zij
is. De schrijfster confronteert
ons er mede zonder enige ver
klaring of inleiding. Hij speelt
het „alziend oog" in dienst van
de almacht, zegt de flap. Dat
moet dan de - titel verklaren,
maar ik denk dat dit almacht,
hier zonder hoofdletter aange
duid, een brouwseltje van de
schrijfster zelf is en dat die al
macht dat oog van deze puber
niet nodig heeft.
het maakt van Richard, de
dominee in dit boek, een paskwil.
Wat de schrijfster hem laat den
ken en zeggen op de kansel bijv.
is baarlijke onzin. Zij vergrijpt
zich waarschijnlijk hier aan een
stof die zij niet beheerst. Voorts
zijn de resultaten die de vrij
williger boekt nogal onvrucht
baar. Wat weet hij met zijn
ontdekkingen te doen? Wat heb
je aan zulk constateren? Als
een mens het geluk heeft levens
wijs te worden weet hij toch
wel dat we met twee en meer
aangezichten rondlopen. Het
leidt allemaal tot niets als dit
weten niet medewerkt tot geeste
lijke opbouw.
De zgn. ironie van het slot,
door de uitgever hoog geroemd,
nl. de dood van de oude me
vrouw na een val van de trap
en dezelfde val later van de
vrijwilliger kunnen we niet an
ders dan als triest en bitter
aanduiden. Niettemin bevat dit
boek belangwekkende bladzij
den, die de bijzondere aandacht
waard zijn.
Het is een goed verzorgde
uitgave van de Arbeiderspers te
Amsterdam.
HERM. STEGGERDA