De jeugd van vandaag is practisch en vraagtwat is het nut ZONDAGSBLAD Verloopt de vrije jeugdbeweging of vernieuwt zij zich De jeugdverenigingen onldelden dat jongens jongens, en meisjes meisjes zijn ZATERDAG 29 SEPTEMBER 1956 Na laatste wereldoorlog ontstond geheel nieuwe vorm Christus is nooit oud geworden. Zijn werk op aarde verrichtte Hij als een jonge man en om Zhn werk voort te zetten koos Hij twaalf jonge vrienden uit, die ^e eerste kern vormden van de christelijke kerk. Ook de apostelen hechtten veel waarde aan jonge mensen. Johannes schrijft m zijn eerste brief aan kinderen omdat zij de Vader kennen, en aan vaders, omdat zij Hem die van den beginne is'kennen, maar hij schrijft aan jonge mensen omdat zij sterk zijn, het Woord Gods in hen blijft en zij de boze overwonnen hebben. Ziet Johannes dat in principe de consoliderende taak van de kerk bij de ouderen ligt, maar de evangeliserende (het apostolaat heet dat tegenwoordig) bij de jeugd? HOE het ook zij, door de t hebben jonge gelovigen gelovigen altijd weer contact gezocht met elkaar. Zoals de discipelen zich soms afzonderden van de massa om meer van Gods Woord te horen, zo zijn jonge mensen door de eeuwen heen steeds bij elkaar geweest voor gezamenlijk gebed en bezinning. Augustinus reeds kwam kort na zijn be kering met anderen jongelui samen en ook in de synode van Edam, die op 2 juni 1586 werd gehouden, werd ge sproken over de beweging van jonge mannen en meisjes. Men was met zo erg over deze kringen te spreken, want men schreef zelfs: ,,daer uyt groote des- ordre in vele plaatsen gevolge, (zo)dat het stichtelijker waere dieselfde gans te onderlaten" (na te laten). HET BEGIN De vrije jeugdbeweging, die wij van daag kennen in de vorm van CJMV, CJVF, JV's en MV's, is ontstaan in de dagen van het Reveil. De eerste jeugdvereniging van ons land werd in oktober 1851 gesticht onder de naam van ,,De Vereniging ter bevordering der Evangelisatie." Het was geen mas sale organisatie. Vijf jonge mannen za ten rond een tafel bijeen en waren de eerste leden. De activiteit was werkelijk overweldigend. De zondagavond werd voor vrije bespreking gelaten, de dins dagavond werd aan de bestudering van de H. Schrift gewijd. Woensdagavond was de eigenlijke verenigingsavond, waar besluiten werden genomen en men een bepaald onderwerp bestudeerde. Donderdags werden lezingen genouden door de jonge mannen zelf of door iemand van buiten, en 's zaterdags avonds werd zang bestudeerd. Een hele waslijst dus voor een klein groepje jon ge mensen. Het karakter van de beweging is wel enigszins veranderd! Uit die eerste da gen, toen de tweede helft van de ne gentiende eeuw net begonnen was, lezen VORMING De beweging heeft zich niet alleen op de evangeliserende kant van het werk geworpen. Het nazorgwerk. de vorming was een automatisch gevolg. Al gauw echter ontstond er een stroming. die meende dat de nadruk op de vorming niet voldoende was. Rond de tachtiger jaren van de vorige eeuw ontstond dan ook een nieuwe groep van verenigingen, die veel meer aandacht aan deze vor ming wilden gaan besteden. De Neder landse Bond van Jongelingsverenigingen op Gereformeerde Grondslag ontstond, waarvan de voorzitter, J. E. Vonken- berg het doel omschreef als: ..mede te werken aan vorming van de jongeling voor de taak, die aanvankelijk op hem rust en straks in haar volle zwaarte op hem zal rusten als belijdend lid de Kerk. als burger van de Staat en al deel uitmakend van de Maatschappij Deze verenigingen zijn dus geheel voor de ..belijdende leden" en daarme? wordt een op dracht die men voelde voor de ongelovige (evangeliseren» vervan gen door een opdracht voor de gelovige (vor- Deze ontwikkeling was van groot belang, omdat daardoor de kerkelijk of beter confessioneel georienteerdc vereniging ontstond De CJMV heeft door de jaren heen altijd haar evangeliserende tendens willen vasthouden, maar in grote lijnen is dit ook niet gelukt, en ook bij haar is de ..vorming' meer op de voorgrond gekomen. De beweging heeft in de tachtiger jaren haar „oecu menisch" karakter verloren. Dit was een heel natuurlijke ontwikkeling Zo lang het gaat om het winnen van de bui tenkerkelijken voor Christus, kan men heel goed oecumenisch samenwerken, maar als men gaat spreken over de op bouw van jonge gelovigen en belijdende leden in het algemeen, komen de pro blemen eerst recht los. Aan de ene kant heeft het ,,vormings"-element de beweging voor de ondergang behoed, want een beweging die slechts evange liseert verzandt te allen tijde. Aan de andere kant heeft de nieuwe weg ge leid tot een scheiden van wegen. De gevolgen zien we in onze tijd. Het CJMV en de CJVF, die nog wel interkerkelijk van karakter zijn. oriënteren zich toch in hoofdzaak op de midden-orthodokie in de Hervormde Kerk. Links van her staat de vrijzinnige VCJC. rechts de bond van Hervormde Jongelingsvereni gingen op Gereformeerde grondslag. In de tachtiger jaren van de vorige eeuw ontstond de „bond van Vonkenberg" de Gereformeerde JV's en wat later ont stond de meisjesvereniging. Na de schei ding gingen ook in de jeugdbeweging de .wegen uiteen en een groep nieuwe JV's en MV's ontstonden onderhouden de artikel 31 KO. Ook de Christelijk Ge- refprmeerde Kerken hebben hun eigen jeugdbeweging, de Vrije Evangelische Gemeenten hebben de Vejo, en de Bap tisten de NBJB De tegenwoordige „vrije" jeugdbeweging is dus wel zeer sterk kerkelijk of confessioneel georiën teerd. Het kon niet uitblijven of onder de Nederlandse jeugd zou een reactie ko men op de sterke nadruk, die sedert de tachtiger jaren werd gelegd op „vormingselement". Deze reactie echter lang op zich wachten. Pas sinds de laatste wereldoorlog is er een geheel nieuwe vorm van vrije jeugdbeweging ontstaan. Soms kerkelijk geleid, zoals de beweging van jonge lidmaten Hervormde kerk. die wil dienen „Jonge Kerk" naar buiten treedt. Soms is de beweging confessioneel gebonden aan de drie formulieren van enigheid zoals Jeugd en Evangelie, soms vrijer zoals Youth for Christ en bv. de IJE in Rotterdam Charlois. Deze laatste drie bewegingen zijn vrijwel allemaal eenzijdig evangeliserend ingesteld, niet omdat men het vormingselement GESPREK MET AD KUIPER lijk grote consequenties, omdat vaak geheel nieuwe onderwerpen aan de orde moeten komen. Deze nieuwste ont wikkeling vindt vooral in het westen plaats in de grotere dorpen en de steden. CRISIS De vrije jeugdbeweging bevindt zich dje sterven voorafgaat Zou de vrije jeugdbeweging tot overlijden komen, dan zouden de afzonderlijke kerken haar onmiddellijk weef in net leven roepen. De kerken immers bezitten voor de jeugd cathechisaties, maar een ieder weet dat deze alleen niet voldoende zijn voor de geestelijke ontwikkeling van jonge mensen. Er moet een vorm van zelfactiviteit zijn. .en daarom zullen er altijd verenigingen nodig zijn, opdat - daar de dogmatiek van de cathechisa- tie de toepassing zal vinden in het leven. De cathechisatie is het les lokaal. de vereniging het laboratorium der kerk. Be(de zijn nodig en beide zullen er altijd móeten zijn onder welke najun zc zich ook mogen Heel wat ouderen zuchten' wel eens dat de JV en de MV lang niet meer zijn wat ze vroeger waren. Vroeger deed men daar aan beginsélstudie, maar nu doen xe er spelletjes] .Althans sommigen denken dat, vertelde -A0 Kui per ons In een gesprek. Ook hem had den we gevraagd naar de achteruitgang in het verenigingswerk, en ;ook hij gaf toe dat jjle achteruitgang er wel ter dege geweest is. 1950 had zij zich inge- !ie tijd was het nog be trekkelijk gemakkelijk om samenkom sten te houden, maar na die tijd begon zich een veel grotere geestelijke ver vlakking door te zetten. Toch behoeven I we de toestand helemaal niet donker in te zien Het lijkt alsof de achteruitgang tot stilstand is gekomen. Vorig jaar werd voor het eerst geen ledenverlies geleden in de verenigingen voor jonge mensen boven de .16 en men hoopt dat nu weer vooruitgang mogelijk zal j zijn. De jongensclubs (1216hebben van die zogenaamde achteruitgang ech ter helemaal 'niets gevoeld. Zij zijn in de periode van 1946'56 met maar liefst 50 pet. gegroeid, terwijl er boven dien nog een groot aantal clubs voor jongens van 8—12 bij zijn gekomen, een nieuw werk dat Coof de oorlog helemaal niet bestond. Recht van klagen tijd. Een nieuwe ontwikkeling doet zich op het ogenblik voor. Oorspronkelijk waren de jongens en de meisjes' apart georga niseerd. Nog is dit zo, maar de dit jaar gehouden gezamenlijke bondsdag van Gereformeerde MV's en JV's toont aan. dat er grote veranderingen op til zijn Bij het CJMV en de CJVF is dit reeds iets langer aan de gang. en van de 800 aangesloten jonge mannen-verenigingen zijn er in enkele jaren reeds 200 tot ge mengde verenigingen geworden. ter wijl ook de Gereformeerden reeds 2001 het yrije door ^onge: verdvynjr e.r dat kerk ei omtrekken, aandienen. Het orik te verwachten, dat de kerk. naarmate zij deze dingen meer gaat zien. ook meer verant woordelijkheid za', gaan «•rugingawerk Dan zal nvloed moeten krijgen en lement van een beweging danken aan dc achteruitgang getallen. Velen klagen ook dat de geest achteruit gaat. Of men recht van kla gen heeft? Oordeelt u zelf. De grootste ontdekking van de laat ste tijd noemde Ad Kuiper de ontdek king dat jongens, jongens zijn en meis jes meisjes. Ik moet wel eveiv. een ver baasd gezicht getrokken hebben, want onmiddellijk zei hij ter verduidelijking: „Wij hebben in vroeger jaren de jon gens eigenlijk altijd wals mannen in het klein, en de meisjes als - vrouwen De sociale, economische en iralitieke vormfag geschiedt meer en meer' door zg. standorganisaties, Intellectuele vor ming la er te kust en te keur. geeste lijke vorming echter blijft een opdracht van de kerk, en de kerk zal daarbij (van de 12001 gemengde verenigingen j dc vereniging niet kunnen missen. Daar- hebben. Dit plaatst de bonden voor gro te organisatorische moeilijkheden. Ook voor de methodiek en de leidraden voor de Bijbelbèsprefcmgeri hééft dit rtitri(ir-1 hebben. het klein behandeld In-de dertiger ja ren van deze eeuw begon het idee ech ter baan te breken, dat hun mentali teit en opbouw totaal anders zijn, dat jonge mensen, een heel aparte aanpak vereisen in het werk. Iedere leeftijd heeft zijn eigen karaktertrekken het jeugdwerk-moet daar rekening gehouden worden. - Het gevolg van dat inzicht was. dat het spelelement verder naar voren ii geleid,, zal nog wat meer gekomen in de samenkomsten Sommu Het voordeel echter zal zijn j ge ouderen zullen hun voorhoofd a •jeugd naAiwer samen zullen fronsen Spelelement brengt iet« m mm tot daadwerkelijke! ..luchts", menen velen. Dat is echter helemaal nietwaar Het doel blijft nog i do jeugd zal komen. j ajtijd hetzelfde. Wij gelogen alleen dat we voor jonge mensen een betere vorm gevondên hebben om dat doel te berei ken. Kuiper Vertelde- van een 24-jarige leider in een jongensclub. Hij had zijn jongens verteld dat hij de volgende week over de bekende ontdekkingsreizi ger en zendeling Stanley zou spreken, de man die donker Afrika heeft be reisd. Eén van de jongens vroeg hij een stallantaarn mee te brengen, eei andere'jongon'rirtoaajn-veatf. -e#n 'POtj1 gluton. zorgen, en een derde,voor rood papier. Iedereen Veel vroeg waarom, maar dat zei hij niet. i leider gevonden hebben, vliegt het werk Enfin ze brachten het allemaal netjes1 omhoog De leiders hroetcn mensen De leider begon de verenigings- zijn, die niet allcei. sterk zijn in de avond door de stoelen opzij te schuiven liefde voor de jeugd, want dat alleen in een kring moesten de jongens op de is niet voldoende. Ze moeten ook sterk grond zitten. De lamp ging uit, en in „situatief' zijn." Hier valt weer zo'n het midden stond de met rood papiernieuw modewoord in ons gesprek, dat beplakte stallantaarn. In het rode sche- zeker wel verklaring nodig heeft. „Men merlicht van de lantaarn vertelde hij1 bedoelt daarmede dat de leider de door donker Afrika verbeelding van de jongens ging mee. Hij had ze als nooit tevoren. „Dat be doel ik nu met spelelement", vertelde Kuiper. „Dat we alle mogelijke midde len gebruiken om niet alleen het ver haal of een Bijbelstudie te vertellen, maar te beleven, zodat het een deel wordt van de jonge levens." Wij maakten dit boek Hij vertelde va Allen hadden een en ieder kreeg et teksten moesten i een andere groep. Paulus bestudeerde, schrift meegebracht opdracht. Een paar het schrift geschre- kaart, die duidelijk liet uitkomen het stadje lag, een ander een beschrij ving van de tijd, en weer een derde iets anders. De studie staat nu opgete kend in de schriften, de schriften zijn ingebonden en staan in de boekenkast van de club tussen een werk van prof. Sizoo en één van een andere geleerde Als er een nieuweling komt laten de moet kennen, hij. moet kunnen beslissen wat de tfjd vraagt om te aanvaarden en wat om af te wijzen." Grote plannen Het gereformeerde jeugdwerk heeft grote plannen. Men voelt dat er iets nieuws nodig is. De nieuwe wegen die gezocht worden, moeten verduidelijkt worden aan de verschillende vereni gingsbesturen. Daarom heeft het Gere formeerd Jeugdcentrum het plan om zo mogelijk binnen' dc twee Jaar jeugdenn- sulenten aan te wijzen. Dit zijn jonge specialisten, die een speciale opleiding genoten hebben en op een bepaalde- plaats of in een bepaald district zullen worden ingezet als een soort organisa tor. coördinator en zoeker van nieuwe mogelijkheden. Zij zullen in overleg met de verenigingsbesturen de beste metho de moeten zoeken, die in die streek toe gepast kan worden. Hun werk zal geen permanent karakter dragen. Zij zullen slechts een paar jaar worden Ingezet in een bepaalde streek om een pro gram op te bouwen. Zij moeten een minimum krijgen aan administratief jongens steeds weer het „boek" zien en zeggen trots: „Dat hebben wij ge maakt". Op alle mogelijke manieren wordt nu geprobeerd om de zelfwerkzaamheid van de jonge mensen te bevorderen. „Onze jeugd moet met een eigen stem spreken", zegt de heer Kuiper, „en die «tem moet zijn de stem van de Bijbel. Daarom worden overal in het land ka dercursussen gehouden, opdat de lei ders steeds beter,getraind worden voor hw taak. Het werk zit meestal pp de werk, zodat zij een maximum aan tijd Als zij in grote lianen hun werk be: beschikbaar hebben voor praktisch v op. men leiders vast. Daar goede ertcijk Bruyn, pion ie jeugdbeueging gekomen. De allereerste 24 jaar oude voorzitter Willem van Oosterwijk Bruyn was zelf tot algehele verandering gekomen onder een preek van de Zwit serse Réveilman Gaussen. Men was in die dagen op „bekeringen" uit. Als men niet kon zeggen dat men bekeerd was. kon men alleen gastlid zijn. Slechts be keerde mensen werden als werkend lid toegelaten. Bekeerde mensen moeten echter geestelijk groeien. Naast beke- duurt een leven lang. Als mens zijn we geneigd om deze twee woorden als tegenstellingen te zien. Zij zijn echter twee kanten van de zelfde zaak. Ze zit ten aan elkaar vast, horen bij elkaar. Het plotselinge van de bekering wordt ineens het proces van God, waarin wij opgroeien tot de volle wasdom in Christus Jezus. Om zijn gelaat te zien De beroemde Deense beeldhouwer uit het begin van de negentiende eeuu\ Albert Thorwaldsen, is waarschijnlijk het meest bekend geworden door zijn „Leeuw, van LucernoEr is nog een ander beeld van hem: de Christus, dat nu in de Kathedraal van Kopen hagen staat. Toen de kunstenaar de plastische klei gemodelleerd had voor het beeld van de Christusfiguur, ging hij naar huis en gaf de klei tijd om te drogen en hard te worden. Die nacht daalde een dichte natte mist over de stad. Toen de beeld houwer in zijn studio terugkeerde de volgende ochtend, meende hij dat zijn embryonaal meesterstuk volkomen geruïneerd was. Het majesteitelijk hoofd dat ten hemel geheven was, zag nu naar de aarde, en de handen die zegenend waren opgeheven waren nu uitnodigend uitgestrekt. Toen Thorwaldsen naar zijn veranderd beeld keek, besefte hij plotseling dat zijn beeld zo gemaakt moest worden. „Als u het gelaat van Christus wilt zienriep de beeldhouwer uit, „•noet u op u knü.ën gaan.n GESPREK MET E. J. M. FABER We hebben een lang gesprek gehad met de algemene secre taris van Nederlands oudst° jeugdbeweging, de heer E. J. M. Faber, in het bondsbnreau aan de Singel in Amsterdam. Velen zeggen: het gaat met het verenigingswerk niet goed, en daarom hebben we zijn visie gevraagd op de achteruitgang die het ver enigingsleven moet doormaken. ER ZIJN verschillende oorzaken vertelde de heer Faber ons. In de eerste plaats beleven wij in onze tijd een tropische groei van het verenigingsleven. Als paddenstoelen schieten alle mogelijke clubs en groepen uit de grond zoals Hobby clubs. sportclubs. verenigingen waarin de vakbonden hun jeugd bij een proberen te roepen, de Christe lijke Jonge Boeren en Tuindersbond enz. In het algemeen spreken wij in dit opzioht van „standorganisatie's". In de beginperiode van het CJMV- werk, dat toen nog het Nederlands Jongelings Verbond heette, bestreek de vereniging vrijwel alle terreinen, maar dat is nu niet meer nodig, want het wordt door alle mogelijke groepen gedaan. Velen worden hier door dus uit het oude verenigings leven weggetrokken. Dan is de enorm gegroeide vak studie een grote belemmering voor het werk. Op zichzelf is het natuur lijk fijn, dat een jongen, die vroe ger nooit verder kon komen dan landarbeider, nu alle mogelijke avondcursussen kan volgen. De vraag naar diploma's is evenwel zo ontstellend, dat velen alle vrije tijd nodig hebben om hun studie te kun nen volbrengen, en daardoor ont breekt vaak de lust voor de vereni ging. Vooral echter is de langdurige militaire dienst ondermijnend voor de vrije jeugdvorming. Vroeger was de dienst maar een maand of acht, dat was niet zo'n bezwaar. Boven dien bleef men toen veelal in één en hetzelfde garnizoen en kon men daar aan het verenigingsleven nog wat deelnemen. Dat is echter nu vrijwel uitgesloten. Het voortdurend overplaatsen maakt dat onmogelijk. Voor de tweede wereldoorlog lag de gemiddelde leeftijd van de leden tussen de 16 en 26. De militaire dienst heeft daar, waarschijnlijk voor goed. een einde aan gemaakt Nu ligt de gemiddelde leeftijd tus sen de 16 en 20. Deze ommezwaai brengt geweldige problemen mee in re kadervorming. Het is veel moei lijker om uit deze jongere leeftijds groep goede bestuursleden en jeugd leiders te vormen, en als ze zich een beetje ingewerkt hebben ver dwijnen ze in het leger en moeten we overnieuw beginnen Als deze jonge mensen dan na 1% 2 jaar uit de dienst komen, zijn ze zo ver achter geraakt in hun beroep, dat de vakstudie hen volkomen opeist. Bovendien zijn ze innerlijk zo ver anderd, dat terugkeer maar een zeldzaamheid is. Met iedere nieuwe Tijdens de hijhei bespreking. lichting verliezen we honderden be stuursleden en het gevolg is dat we heel wat jonggnsclubs eenvoudig hebben moeten opdoeken omdat er geen geschikte leiders meer te vïn- En dan is natuurlijk ook de ver- materialisering-van'het leven debet aan de achteruitgang van de getal len. In de oertijd \yéls de vereniging vaak de enige ontspanning, die dc jonge mensen werd geboden, nu is zij er te kust en té keur. In Am sterdam blijven bijvoorbeeld op woensdagmiddag veel jongens van de jongensclubs weg omdat er een televisie-uitzending is. Omschakelen Natuurlijk probeert men deze ge weldige veranderingen op te vangen. Het verenigingsleven zal zich moe ten omschakelen. We vroegen de heer Faber dan ook wat het CJMV in dat verband deed. Merkwaardig is de nieuwste ontwikkeling naar de gemengde groepen. Dit werd niet gezocht of van- bovenaf opgelegd, maar is als vanzelf gekomen. Oor spronkelijk kende men de jonge mannen-vereniging en de meisjes kring. nu zijn reeds van de 800 CJMV's 200 tot een gemengde ver- andere aanpak. Het verbond is dan ook bezig om een methodiek te ont werpen in de vorm van een kleine brochure, die iedere maand aan al le leiders wordt toegestuurd. Daar staan programma's in voor een zin- Volle opzet van de bijeenkomst. Men werkt met discussiegroepen om tot een gezamenlijke Bijbelbespreking te komen en men poogt ook te ko men tot een creatieve expressie door bepaalde problemen naar vo ren te brengen in de vorm van een In alle delen van het land worden ook kadercursussen gehouden. Vorig jjaar bijvoorbeeld werd in december een speciaal weekend gehouden voor voorzitters, wiar gesproken werd over de vaag: ..Hoe hanteer ik als voorzitter de Bijbel"" en waar ver der werd doorgesproken over „per soonlijke zielszorg" Voor het jon genswerk alleen al werden in het afgelopen seizoen tien weekend-cur sussen belegd, waar over heel prac- tische problemen werd gesproken nieuwe vórmen en wegep. Op deze manier wil men dus konten tot een nieuw kader, dat het .plaatselijk werk kan leiden. In ZO. Drenthe heeft 'men zelfs gezocht in een geheel nieuwe rich- ing. In die streek vindt op dit ogenblik een geweldige sociale structuur-verandering plaats. De in dustrialisatie trekt honderden vreem delingen en er moest Iets gedaan worden voor de jeugd. Er is nu een stichting in het leven geroepen, waarin de CJMV samen met de vrouwelijke beweging de CJVF, en de vrijzinnige bond de VCJC. en de Hervormde kerk Zitting hebben ge- nomen. Men wil- daar een nieuw jeugdwerk opbouwen en de jonge mensen zelf aan het werk zetteh, maar men doet het met behulp van een specialist op het gebied van jeugdwerk. Hier gaat het dus niet zozeer om de vrije jeugdbeweging in haar geijkte vorm. maar om jeugdzorg Men meent evenwel dat het werk gedaan moet worden, hoe dan ook. en de drie bonden hebben samen met de Hervormde kerk het startkapitaal verschaft. Maar natuurlijk wordt het eigen werk ook niet vergelen. Het land is veelal naar provinciegrenzen in dis tricten verdeeld én ieder district heeft een eigen secretaris, terwijl bovendien de grote steden Amster dam. Rotterdam hn Den Haag een eigen secretaris hebben en in En- hede werkt iemand, speciaal onder vaste diensj óp-het bu reau. die als landelijke functiona rissen een samenbundelende taak hebben, of zich Hebben gespeciali seerd in een bepaalde tak van het Kadervorming We spraken nog even door over de kadervorming, Volgens mijnheer Faber is de jeugd van vandaag practisch. Zij vraagt al heel gauw: Wat is het nut, wal betekent het Evangelie voor mijn dagelijks le ven? De leiders moeten dus de jeugd vrrctaan en zelf een bood, schap hebben. Juist daarom is het moeilijk gevonden worden. Ik vroeg of cr geen medewerking was van studenten, theologische studenten bijvoorbeeld, die hun vrije tijd kun nen geven. Het gezicht van de heer Faber betrok een beetje toen hij zei ,,Het is bitter jammer dat de stu denten zich inkapselen in hun eigen leven. Het zou zo goéd zijn als ze meer contact hadden met de we reld, waarin zij straks leiding zul len moeten geven. Ze zouden dan veel beter de gewone mensen kun nen verstaan, want vooral voor de -mensen die een gymnasiale en theo logische opleiding hebben gevolgd, is dat vaak heel moeilijk." Ondanks de moeilijkheden gaat h^t werk door en er is zegen. Ieder •ejzoin mogen de heer Faber en zijn medewerkers terugkijken en zeggen: „Wat moeten we toch dank baar zijn, voor het werk dat nog steeds gebeurt." De woorden die de voorzitter sprak op de eerste Bondsdag na de be vrijding. waarin hij het verbond kenschetste, zijn nog steeds actueel. Het CJMV wil zijn: christelijk, een verbond van verenigingen rondom een geopende Bijbel en achter de ontplooide kruisvaan van Jezus Christus; missionair, jonge mannen helpend om als getuigen van Chris tus In de wereld te staan; kerkelijk In organisch verband met de kerk de opdracht vervullend; nationaal, één met andere jeugdorganisaties In die dingen, waarin eendracht moge lijk Is en oecumenisch, hunkerend naar de eenheid met allen die In Christus geloven." eindigd hebben, zullen ze weer uit dat district worden teruggetrokken of nahr een ander district worden overgeplaatst, zodat men geen binding krijgt aan be paalde figuren. Zij zuilen geen direc teuren worden, die zeggen ,.zo moet het!" maar raadgevers die gaan zeg gen: „Zouden jullie het niet veel beter zo kunnen doen!" Op nog hoger niveau is een raad van advies ontstaan, die zoekt naar dc principiële beginselen, naar nieuwe we gen én riSogelijkheden. Dezè rhad'is ge sticht door-het Gereformeerd Jeugdzorg- werk en de jeugdbewegingen en héét de Nederlandse' GeVeformeWdo Jeugdraad. Prof. dr. ir. H. van Riessen uit Delft heeft de leiding in handen. Deze raad dient voor overleg en beraad. Het is geen praktisch, actief lichaam, maar is een plaats waar een gezamenlijke stu die wordt gemaakt hoe men de gere formeerde beginselen liet beste kan toe- PaAÏemet al zit men dus niet stiL Men meent wel eens dat de Jeugdbewegin gen alleS maar over hun kant laten dat hun schouwd moeten worden en w« zaak ma ér moeten opgeven nieuws te zoeken. de hele die tot de hoogste leiding beho ren. ZIJ zien nieuwe perspectieven, nieuwe mogelijkheden en nieuwe verge zichten. ZIJ werken en maken plannen. Misschien wordt dat nu alle» nog niet direct zichtbaar, maar er ligt een tijd tusseh zaaien en oogsten. De tegen woordige leiding Is ervan overtuigd dat de toekomst nog wijd open ligt. De jeugd van vandaag Men zegt dat de Jeugd van vandaag op pervlakkig is. Toen de vrije Jeugdbe weging begon waren er vijf enthousi aste jonge mensen. Nu zijn er naast de historische jeugdverenigingen en bewegingen: De Jonge Kerk. Jeugd en Evangelie, Youth for Christ, de O.J.E allen ontstaan sinds de laatste oorlog, alle vol gebreken, maar alle met de wetenschap een taak te hebben. Men zegt dat de jeugd van vandaag zich niet interesseert voor geestlijke din gen. Maar ieder predikant die met een brandend hart en bevrijdend Evangelie heeft gepredikt weet wel beter. Als de jeugd niet spreekt, is dat omdat zij geen vertrouwen heeft. Waar het ver trouwen gewonnen wordt is het gesprek nog altijd mogelijk. Men zegt dat de jeugd niet warm tc krijgen is voor idealen. Men vergeet dat de vorige generatie, die jong was in de twintiger jaren wel eens de „verloren generatic" wordt genoemd. De jeugd van vandaag leeft in het licht van haar voorbeeld. Neen. de jeugd is niet warm te krijgen voor een gebroken geweer, omdat zij de voos heid van dit Ideaal heeft geproefd. Zij is niet warm te krijgen voor de Ver enigde Naties, omdat zij haar falen herft gezien. Zij is niet warm te krij gen voor «#e politiek, maar een kabi netscrisis van drie maanden is niet erg geschikt om het énthousiasme op te wekken. ZIJ is zelfs niet warm te krijgen voor een zes procent» loonsver hoging omdat, verwend als zij is. zij niets hoornodlg» en absoluut noodzake lijk» meer behoeft aan te schaffen Maar deze jeugd is oog wel warm t>- krijgen voor de werkelijkheid van het Evangelie, voor de Boodschap, die het hart aanraakt. Men zegt dat de Jeugd zich niet interes seert in dc dogmatiek. Inderdaad zou den dc hoofdartikelen van Kuyper. die in zijn dagen gespeld werden, waar schijnlijk niet mëer gelezen worden. Maar de jeugd heeft nog steeds be langstelling voor een dogmatiek die met de letters L, E. V. E en N ge speld wordt. De Jeugd van vandaag is practisch. ZIJ vraagt wat doet mij dat Evangëlie? Hoe word ik er beter De jeugd vraagt een dominee die zelf zijn preek gelooft, oudera die het Evan gelie beleven, en een Kerk, die jonge mensen een taak op de achoudcrs legt. Niets is zo actueel als het Evangelie voor de jeugd van 1956!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1956 | | pagina 17