Blad Fabrieksmeisjes krijgen „vorming gedurende werktijd Knap eens karweitjes voor jongeren op Heeft u trek in een cake? In uw hand zijn zij gegeven ZONDAGSBLAD ZATERDAG 29 SEPTEMBER 1956 STAPELTJES VAN VIJF IN DE DOOS, DOOS DOORSCHUIVEN. Zo is Alie dan op ,,'t fabriek" gekomen. Ze zit in een grote zaal en ze pakt koekjes in blikken. Allemaal Brusselse kennisjes, onder links, naast de lange vingers en de chocoladebiscuitj es. Sta peltje van vijf in de doos, doos doorschuiven. Stapeltje van vijf in de doos, doos doorschuiven. Stapeltje van vijf.Soms schalt er muziek door de grote hal en dan zingen alle meisjes heel hard mee. Ze zingen veel op ,,'t fabriek", ze praten er ook veel en soms hebben ze een geweldige schik met elkaar. O nee, Alie vindt het er niet vervelend, in tegendeel. Het werk is gemakkelijk: stapeltje van vijfstapeltje van vijf Maar toch is ze 's avonds moe, ze weet eigenlijk niet hoe het komt. Haar moeder begrijpt het ook niet; die was voor haar trouwen in een dienstje en daar moest je pas aanpakken, Alie! Nou, jij hebt een leven als een prinses. Dat zit de hele dag maar en is 's avonds nog moe ook. Toe meid, schil die aardappelen eens even! Alie doet het dan wel, maar het gaat niet van harte. „Je handen staan verkeerd", bromt haar moeder. Ze bromt ook als Alie meehelpt het was goed te verstellen. „Dat is toch geen knopen aan zetten!" Stapeltje van vijf in de doos, doos doorschuivenAlie en Annie en al die andere duizenden Alie's en Annie's, die de fabrieken van ons ge ïndustrialiseerd land bevolken, zijn de toekomstige moeders van een nieu we generatie". Mag een land alleen maar eisen van deze meisjes, alleen maar werkkracht eisen en er verder niets voor in de plaats stellen? ien Zonnebloemwerk, Klimop- werk, Mater Amabilisscholen (deze laatste zijn de r.k. scholen), is gegroeid uit de gedachte, dat men de fabrieksmeisjes door ze haast ^spelen derwijs iets te leren, enige compen satie verschaft voor het werk, dat in het algemeen gesproken vrij eento nig is en niet «appelleert aan typisch vrouwelijke eigenschappen. Iets meegeven „Vormingswerk" begrip en het laat zich odk moeilijk het centrum daarnaast (als het daartoe tenminste lokaliteiten heeft) ook nog de gelegenheid tot goede vrije tijdsbesteding biedt. In deze clubkamers kunnen ze lezen, handwerken, aan sport of mu ziek doen. De leiding organiseert feestjes, weekends, zomerkampen. De belangstelling van de zijde van de werkgevers is groèiende. Men be seft, dat het voor het werk op de fa briek zelf van niet te onderschatten belang is, wanneer het gedaan wordt door mensen, die niet neergedrukt worden, door de gedachte dat het werk op de fabriek „toch eigenlijk niks gedaan" is. Want dat is de moei lijk concreet uit te drukken, maar o zo positieve kant van het vormings werk: het helpt de meisjes zichzelf te zijn, haar uit te tillen boven een van buitenafaangewaaid gevoel van minderwaardigheid, het brengt haar een gevoel van verantwoordelijkheid bij voor zichzelf, haar naaste en haar werk. Dat klinkt allemaal even weinig .eenvoudig ais..het ook in-'werkelijk heid is. Hoeveel teleurstellingen zul len zij, die zich met overgave en waarlijk bezielende ijver voor dit werk inzetten, hebben moeten verwer ken? En hoeveel zullen zij er nog krijgen? Via de lessen wordt getracht de belangstelling van het fabrieksmeis je te trekken en blijven te boeien. De leraressen van het Nijverheidsonder wijs (de lessen worden volgens een vastgesteld kernprogramma gegeven) vrij vaag moeten zich in feite helemaal om- concreet omschrijven. Men is er niet mee klaar, door te zeggen dat het meisje door het volgen van cursus sen meer ontwikkeling krijgt of meer interesse en een bredere kijk op het leven. Het meisje zelf zal over zo'n omschrijving waarschijnlijk haar schouders ophalen. schakelen. Zij hebben niet te doen Het is al jarenlang zo, dat verant woordelijke mensen zich bezighouden met de vraag, of de bedrijfsjeugd in het algemeen niet méér meegegeven moet worden. Men gaat naar een fa briek, men werkt er enige jaren, men. trouwt, sticht een gezinPlomp verloren staat die jeugd, en dan de meisjes vooral, in een totaal veran derde omgeving. Eerst was het het tamelijk beschutte leventje op de la gere school, daarna de volslagen „on derdompeling" in het bedrijfsleven, dan het huishouden. Die ontwikkeling gaat schoksgewijs, niet harmonisch of logisch. Er moet wat worden aan gevuld. Maar hóe? Het is een vraag, waar over velen nu al jaren het hoofd bre ken. Het is nl. geen probleem, dat afgedaan kan worden met de ogen- lït'dan° eennc2rsdiifevolgm!SIdln Voor haar is het concreet, dat ze een middag of morgen in de week tijdens haar werktijd, met behoud van loon, op een nijverheidsschool voor meisjes komt en daar allerlei leuke dingen doet, zoals koken, naaien, han denarbeid, woninginrichting, zieken verpleging. Ze vindt die lessen, als ze er een paar maal geweest is, hoog tepunten van de week, ze hoeft er niet veel te luisteren, ze mag er des te meer dóen. En vaak is het zo, dat met „gewone" leerlingen, die bestraft worden als ze te luid praten of een standje krijgen als ze niet opschie ten met haar werk. Déze meisjes zijn heel anders, zij vinden zo'n morgen of middag heer lijk óm er eens even .,uit" te zijn en ze ontladen zich op bijna explo sieve wijze. Luisteren en stilzitten is er niet bij, ze willen dóen! Zo was in een van onze grote ste den een lerares, die haar cursisten inzicht gaf in het inrichten van een woonkamer. Ze had plattegrondjes gemaakt, en van karton meubeltjes geknipt, en de bedoeling was nu dat de meisjes een zo praktisch mogelij ke indeling gaven van de woonruimte. Ze waren enthousiast, ze vonden het een enig werkje en het werd dan ook NOG EENS Het artikel in Blad Zij van de vorige week, waarin wij de suggestie deden, dat dames met veel vrije tijd wat tijd rovende werkjes voor werkende vrouwen zouden opknappen, heeft, zoals te be grijpen, veel reacties gewekt. Een studentje uit Leiden vond het een vrij naïef idee van ons. „Boodschappen afgeven en telefoontjes opvangen kun je toch alleen maar laten doen door iemand, die zeer vertrouwd met je is", meende zij. Wij zijn dat van harte me! haar eens, maar het was, dunkt ons, uit het artikel toch al wel duidelijk ge worden, dat het hier ging om vrienden diensten, en van vrienden mag men toch wel enig vertrouwen verwachten. Uit Voorburg schreef ons een lezeres, die huisvrouw is én drie grote kinde ren heeft. Haar oudste dochter werkt ir Amsterdam. „Wat zou ik het fijn vin den", zo schrijft zij letterlijk, „als ik verzekerd kon zijn van het feit, dat mijn dochter daar een vertrouwd adresje had, waar ik haar wasgoed naar toe kon sturen. Het is al ettelijke malen ge béurd, dat de postbode voor niets bij haar aan de deur kwam en dan moet mijn dochter het pak zelf van het post kantoor halen".' Een dergelijke verzuch ting kregen wij ook uit Gouda, Zwijn- drecht en enkele lezeressen uit Den Haag en Rotterdam. Een secretaresse uit Barendrecht, die iédere dag op en neer moet reizen naar Dordrecht, vraagt óf het geen aanbeve ling zou verdienen om iets dergelijks op meer commerciële basis te brengen. Zij stelt voor, degene die de boodschap jes doet enz. een kleine vergoeding tt geven in onkosten van bijvoorbeeld bu: en tram. Ons lijkt het echter niet aan lokkelijk; het spreekt uiteraard vanzelf, dat die onkosten toch vergoed moeten worden. Ten slotte een lezeres uit Vlaardin- gen. Uit haar brief citeren wij: gezellig uur. Maar de week daar op was het enthousiasme volkomen eg, de meisjes wilden er niet meer ïee bezig zijn, ze mopperden of lachten schamper. De lerares begreep er niets van, maar liet het maar zo en probeerde het een paar weken la ter nóg eens. Weer geen medewer king, en eindelijk kwam het hoge woord er uit: we doen. zulke kinde- achtige dingen niet meer. Het bleek, dat ze na terugkomst op de fa briek er met andere collega's over hadden gepraat, en die hadden haar uitgelachen Dat^is nu maar een klein voor beeld van een teleurstelling, die men in dit werk kan meema ken. Er zijn er meer, en dat maakt dat er wél eens van ont moediging sprake is. Maar over het algemeen wórden de lessen met veel animo" gegeven en gevolgd. En echte voldoening kan het de leraressen geven, als ze mérken dat de meisjes zich na afloop van de cursus (één a twee jaar) hebben aangesloten bij een clubje van het vormingscen trum. Want dat is de bedoeling: blijvende interesse kweken voor de zaken, die op de cursussen werden geleerd. Dan komen ze ook vrijwillig en dan hebben ze er best een avond in de week voor over. Of ze komen zomaar eens aanwippen om wat té pra ten met deze of gene. Psychologisch bekeken is het méér an een „handige zet" om via de werkgever de meisjes zover te krij gen. Uit zichzelf zouden ze er waar schijnlijk nooit toe over zijn gegaan, kooklessen te nemen, maar dit: tijdens het werk naar school, trekt de meesten wel. Het werk is nog steeds in een ont wikkelingsstadium, er wordt voortdu rend geëxperimenteerd en nieuwe methoden worden onderzocht. In Rot terdam heeft het meisjescentrum De Zonnebloem de beschikking gekregen over een eigen gebouw, dat daarmee dan de eerste school is waar geëxpe rimenteerd kan worden t.a.v. het werkprogramma. Een lokaal waar kooklessen worden gegeven is uitstekend geoutilleerd, evenals het lokaal waar de naai- en kniplessen zullen zijn. En een uitste kend staaltje van binnenhuisarchitec tuur is de clubkamer waar het na een vermoeiende dagtaak goed toeven moet zijn. zelf ben ik bij het onderwijs, zodat ik dus veel vrije tijd heb. Niettemin heb ik een vriendin, die veel kleine werkjes voor mij opknapt. Ik zou niet weten 'at ik zonder haar moest beginnen! Als er kleine veranderingen aan mijn kle ren moeten worden aangebracht zij doet 't voor me. Moet er aan mijn adres iets worden bezorgd en ben ik er niet men kan bij mijn vriendin terecht. Zo zou ik nog lang door kunnen gaan! Ik gun iedere werkende vrouw zó'n vriendin! Zij heeft n.b. vier kinderen, doet alles zelf en naait ook alles vooi haar gezin. Is dat geen voorbeeld vooi véél getrouwde vrouwen, die iedere ge legenheid aangrijpen (m'n oudste zoor is jarig, kom je koffiedrinken?) om t« koffie-leuteren?? Laten zulken eens iets voor een ander doen! Cake bakken is een kunst, daar valt niet aan te tornen. Er zijn niet zo heel veel dames, die er in slagen een prachtig gerezen, goud-glan zende cake op tafel te zetten Eén abonnee uit Den Haag heeft ons een recept toegezonden voor zo'n baksel, waarmee zijzelf sinds enige tijd veel succes heeft géoogst. Mogelijk zijn er anderen, die hier hun voordeel mee kunnen dóen. U heeft nódig: 250 gr zelfrijzend bakmeel, 200 gr suiker, 250 gr krenten en rozijnen, 50 gr sucade, een grote goudreinet of twee andere kléine appels wat kaneel, 200 gr boter of margarine, twee èieren. Was de krenten en rozijnen en laat ze goed uitlekken. Snipper de sucade, snijd de appel klein en be strooi déze mei kaneel. Roer de boter of margarine tot „room", voeg suiker bij, roeren, voeg bak meel bij, wéér roeren. Daarna de krenten, rozijnen, sucade en appel al roerend bij het beslag voegen, daarna pas hét éigeel, en tenslotte het met een ietsje zout stijfgeklopte eiwit. Alles nog eens flink, roeren. Het bakblik invetten en zo nodig met paneermeel bestrooien, en het beslag er in doen. In een voorver warmde oven laten we de cake een uur in matige warmte bakken. Cape jasje van een cirkel rok wordt op den duur mooie hangplant Evenmin als voor sommige andere kamerplanten, kennen wij voor de Pha- langium een Nederlandse naam. Maar dat is niet zo erg, want de naam Pha- Iangium is al vrij goed ingeburgerd en gemakkelijker te onthouden dan de of ficiële naam Chlorophytum elatum va- riëgatum. We hebben haar wel eens horen be noemen met üe naam Sprietenplant of Spriet, maar dat vinden wij geen mooie naam voor zo'n mooie, elegante blad plant. Ze verdient wel een Ietwat def tige naam. QAPES zijn over heersend in het modebeeld dat wist u toch? U kunt heel gemakkelijk zelf zo'n cape-jasje ma ken, want dat gaat volgens het patroon van een cirkelrok. Dé taillewijdtein dit geval dus de hals wijdte, is berekend op 48 cm en met de hieraan te bevestigen „rokband" ontstaat de kraag. De schetsjes laten u enige variaties zien op dit thema. De kraag van het jasje linksonder is gemaakt van een enigszins cirkelvormig uitge sneden reep Stof. De mouwlengte komt vrijwel overeen met de roklengte. U kunt het cape jasje eerst van pa troonpapier knippen en vastspelden, daarna aanpassen en dan de nodige afmetingen bepalen. tenminste iets. Jawel maar die avonduren zijn zo kostbaar voor die meisjes; ze le ven zo fel en intens. En dan zouden zij juist vrijwillig „op les" gaan? Oh Toch heeft men het via die cursus sen geprobeerd. Het „vormingwerk", zoals wij dat nu kennen ondèr de Gehoord dat het laten ombouwen van ko lenhaard tot oliehaard in het al gemeen moet worden afgeraden. Meestal zal de verbrandingsruim te te klein zijn, terwijl bovendien de bakbranders die hiervoor ge bruikt worden, niet de capaciteit van de oorspronkelijke kolen haard kunnen evenaren. Het ge volg is dat men in de kou komt te zitten! Gezien gehaakte pannelappen van wit ka toen, waarin met blauw katoen de omtrekken van ««en nan, een een emmer, een pollepel en een fornuis was gehaakt. Gelezen in de „International Labour Re- view" dat in Frankrijk en in Aus tralië het principe van „gelijk loon voor gelijke arbeid" het meeste heeft veld gewonnen. Het gemiddelde loon van de Franse vrouw bedroeg in 1954 86,6 pet. van dat van de mannen (55,3 pet. in 1938) en van de Australische vrouwen 69,5 pet. in 1954 tegen F1 pet. in 1938. WAT moet het voor Adam toch een buitengewoon boeiende, heerlijke taak geweest zijn, de dieren hun namen te geven, ter wijl God met liefdevolle interesse toezag, hoe de mens de dieren noemen zou. (Gen. 2 19). Maar... de ontzetting toen hij ge waar werd, dat hij in Zijn val ook de dieren meege sleept had! Plotseling zag hij een wolf met vals loe rende ogen op een lam toesluipen, verstard van schrik zag hij de sprong, de uitgestrekte klauw, de noodkreet van het arme lam deed hem tot op het bot verkillen! In ogen don ker- en goudbruine, die hem met een diepe, vredi ge glans hadden aangeke ken en waarin hij het ka rakter dezer dieren had afgelezen, loerde plotseling een geel of groen vals licht, het gesis van slang en ad der beangstigde hem Het zuchten van het gan se schepsel had een aan vang genomen. Met ons en door onze schuld zucht ook het dier als in barensnood. i de Noach met de zijnen èn de dieren voet zetten op de schoongespoelde aarde, zei God: „De vrees en de schrik voor u zij over al het ge dierte der aarde, in uw hand zijn zij gegeven." Hij heeft ze in onze hand gegeven, ze ons toever trouwd. En wij? Hoe schro melijk hebben wij onze macht misbruikt. Het mooie werk van de Dierenbescher ming is in feite één felle aan klacht tegen de mens. Dat wij op 4 oktober een Wereld dierendag hebben, moest óók niet nodig zijn. Iedere dag moest het dier ons inspireren tot aanbidding van zijn Schepper en beseffend on ze schuld ook ten opzichte van het dier zouden we de ons toevertrouwde dieren altijd met liefde moeten ver zorgen. Er wordt in dit op zicht veel gezondigd. Niet al leen wat betreft mishande ling en verwaarlozing, maar ook in het tegengestelde, nl. in een te grote toewijding. Zo sprak ik onlangs een al leenwonende dame, die in geen acht jaar met vakantie was geweest, want ze kon Timmie, dat lieve, zoete beestje van de vrouw toch niet alleen laten? Bij kennis sen of in een dieren-pension? Timmie-tje zou van verlangen naar 't vrouwtje sterven hè? Nee hoor, ze liet haar schat- je nooit alleen. Daarom ging ze ook nooit naar de kerk. „Wie Timmie lief heeft boven Mij is Mijns niet waardig", schoot door mijn gedachten en ik zei ook iets in die geest. Maèr toen kreeg ik de wind van voren. God had haar dit dier toevertrouwd en eiste dat zij, die geen kin deren had, nu zich volkomen opofferde voor Timmie. Maar het lieve zoete beestje is een vies, vet, overvoerd mormel met een huidziekte door de verkeerde voeding. Timmie's vrouwtje heeft nichtjes en neefjes, voor wie er met hun verjaardagen nog géén kwartje overschiet, maar Timmie krijgt biefstuk. Mensen met inzamelings- lijsten voor de hongergebie- den of de ontheemden worden bij de deur weggestuurd, omdat Timmie de god is, die zij voor Zijn aangezicht heeft. pen voorjaar zaten er in on ze tuin twee nesten met jon ge vogels. In het éne: vier jonge merels, in het andere: twee mooie langstaart-mees jes. Op een morgen stonden we verslagen te kijken naar de kort tevoren aangerichte ravage. Twee lege, uit el- kaar getrokkén nesten, een hoopje veertjes.... anders „Als ik die r-t-kat zie, trap ik 'm in elkaar", mom- Overpeinzingen van Margaritha Arme Timmie, je buik sleept bijna over de grond, je bent ziek. Arm, ziekélijk vrouwtje van Timmie, wat zou jouw leven veel gelukki ger kunne zijn. als je niet in een haast voortdurend pa nische angst voor je hondje leefde. Hoe scheef trekken wij toch altijd de verhoudingen weer. Mishandeling van het dier is uit de duivel maar dit evenzeer. Overwaardering van dieren, ze bóven men sen of kinderen stellen is óók zonde. De Here Jezus heeft ons dit voor eens en voor goed willen leren door die tweeduizend kostbare varkens, dc zee in te laten tuimelen, om even ruimte te maken voor één mens. Denkt niet, dat het altijd even gemakkelijk is, de juis te houding tegenover het dier aan te nemen. In het afgelo- ik óók als eerste reactie mij opkomen. Direct daarop voel je als volwassene het onredelijke van zo'n wraak. ,,'t Is ónze schuld, dat die kat zo geworden is", zei ik wat timide. „Ja. morgen brengen, krijgt-ie zéker Het al De dierenwereld behelst nog zóveel raadselen, zóveel niét te verklaren wonderen Gods voor ons. Als wij daar oog en oor voor hebben zijn we gelukkige mensenkinde- Ik iste die ooit op aarde leefde, ko ning Salomo, gebogen staan over een mierennest en hij schaamde zich, dat hij zo ijverig niet was. Wie verklaart het wonder van een hond, die tientallen kilometers ver loopt en z'n oude baas weervindt, ook al woont die baas ergens, waar de hond nooit geweest is? Wie verklaart het wonder der postduiven? Wé kunnen dat wonder een naam geven, het instinkt of radar noe men, maar daarmee is het raadsel niet opgelost. Hét wonder blijft. Groot is Hij, die zó schiep. Duizend wonderen zijn er in de dierenwereld. Denk al leen maar eens aan de bijen. In hun trouw, hun ijver, hun zorg voor een kind bescha men de -dieren de mens zo dikwijls. En in de vreugde, die ze ons kunnen bereiden, mogen we al iets beleven van de herschapen wereld die komt, als de koe en de be rin samen zullen weiden, de leeuw stro staat te eten jIs een os. een zoogklnd blij zit te spelen bij het hol van een adder en een gespeend kind onbevreesd zijn handje uit steekt in de muil van een ba silisk. de dieren, berin en wolf en lam samen spelend de brui- loft van het Lam. MARGARITHA MeJ. D. C. F. te Den H.: :<unt u niet eens een adver tentie plaatsen of anders op een advertentie van zo'n meisje schrijven? Zeg het in ieder geval maar aan de He- re, die in uw eenzaamheid toch altijd bij u is. Hij zal ook in dit opzicht voor u zor gen. Hoor ik het d?n nog eens van u? Een hartelijke groet van M. De naden kunnen óf voor, óf opzij lopen. U kunt dan kiezen tussen een voorsluiting, knopen al of niet zicht baar, of een zijsluiting, met bijvoor beeld op de ene móuw een loze slui ting en aan de andere kant een kelijke sluiting met een rij knopen op de mouw. De mouw kan ook aan de onder kant worden omgeslagen. Deze om slag en de kraag kunnen in een af stekende kleur genomen worden. De mouw ontstaat, door aan de binnen zijde van de achterkant een gróte knoop te naaien en aan de voorkant een knoopsgat te maken. Eventueel kunt u hier de voor- en achterkant i elkaar bevestigen. omgebogen, smalle bladeren met een witte of gele rand. Het is een flinke groeier, maar ze heeft echter wel eens last van slap neerhangend blad, dat daarbij nog gele of bruine pun ten krijgt ook. Dit is een teken voor de bezitster, dat er iets niet in orde is! Het zegt haar, dat de plant In een te droge lucht staat en om een betere behandeling vraagt. Nu hebben wij al meermalen gewezen op de prakti sche rubberschoteltjes onder de pot ten. Door de nokken, die er in zijn aangebracht, kan men er voor zor gen, dat de plant altijd boven lang zaam verdampend water staat, zon der, gevaar te lopen, dat de pot in het water staat, waardoor de grond zou verzuren. Gebruik voor de Pha- langium deze schoteltjes! Men doet goed de lange bladeren zo nu en dan ook met een vochtige doek, zeem of spons af te nemen of te be sproeien met water, liefst met een fijne nevelspuit. De Phalangium heeft een hekel aan rechtstreekse zonneschijn en vindt het niet erg, dat ze wat ver van het raam *taat. Als aarde houdt ze veel van voedselrijke grond en graag heeft ze elk jaar verse aarde. De soort grond komt er niet zoveel op aan, als ze maar voedselrijk is. De bloempjes die soms te voorschijn komen betekenen niet zoveel, ze lij ken 'a-at op dc kleine lelies. De Pha langium is dan ook van dezelfde fa milie als de lelies. Men moet de bloemstengels na de bloei niet afsnijden, want zij vormen straks een van de mooiste gedeelten van de plant. Er komen nl. jonge plantjes aan, waardoor de bloemstengel een elegante buiging maakt, die nog ele ganter wordt als de jonge plantjes weer stengels vormen, met eerst bloempjes en daarna jonge plantjes. Zo ontstaat op den duur een zeer fraaie hangplant. Door dikwijls mest te geven krijgt men een weelderige groei, wat de schoon heid zeer bevordert. Men doet goed, Josje en Jaapje in de tunnel Twee kindertjes gaan verhuizen, ze mogen met de verhuiswagen meerijden en ze komen zelfs door de Rotterdam se tunnel! Een geweldig evenement in het leven van Josje en Jaapje, een eve nement dat Nel Verschoor-van der Vlis op een allerplezierigste wijze beschre ven heeft in het door Kok in Kampen uitgegeven boekje „Josje en Jaapje in de tunnel". De meerlettergrepige woorden zijn uiteen gedrukt, zodat het boekje zich door jonge kinderen heel gemakkelijk laat lezen, ook al door de vlotte vertel trant. Vele tekeningen van Hein Kray verluchtigen dit werkje. Te dragen bij koud feestje Zelf zijn ze welis waar niet bijzonder elegant gekleed, die vrouwelijke Lónden- se politieagenten; het uniform is een beetje stijfjes en die zwarte kousen zijn ook niet zo bekoorlijk. Maar blijkens hun gelaats uitdrukking kunnen ze toch ook maar bij zonder weinig waar dering opbrengen voor het avondtoilet, dat getoond werd op een show, georgani seerd door een Engels vrouwenweekblad in een Londens park. Digby Morton ont wierp dit model voor de show, die gehouden werd on-lover een onderjapon van zwart flu- der het motto: Mode in Wol. Een weel. Een zwart fluwelen strik hield Schotse ruit, als een soort gedrapeerd de stola bijeen. Het is kennelijk wel schortje met een plisséstrookje, hing I bedoeld voor een koud feestje

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1956 | | pagina 15