Vlees hooit eririj staï Prof. Van Arkel droeg rectoraat De Boer prof. over aan Afscheid ds. Kleermaker in Pieterskerk Eenffezinswoning-met-tuin voor vier vulden in de week... American S >«Brna*+ NIEUWE LEIDSCHE COURANT 3 MAANDAG 17 SEPTEMBER 1956 Nieuwe cursusjaar begonnen Wij moeten niet wachten tot het onheil aan ons wordt voltrokken T~\E TRADITIE WIL, dat de aftredende rector magnificus der Rijks- universiteit te Leiden bij zijn rectoraatsoverdracht een rede houdt, waarin hij allereerst een min of meer uitvoerig overzicht geeft van het wel en wee der academie in het voorbije cursusjaar. Daarnaast schenkt hij dan ook nog aandacht aan desiderata en, indien nodig, kritiek. Deze traditie nu schijnt langzaam te veranderen, in dien zin, dat het historisch overzicht weliswaar nog steeds het begin van de rede vormt, doch dat de de kritiek een zó belangrijke plaats innemen en zulk een ernstig karakter krijgen, dat het tweede deel van de rede in feite als het belangrijkste be schouwd dient te worden. Want wanneer een rector magnificus zich ge drongen voelt te spreken van een „crisissituatie", waarin de universiteit verkeert, moet het interessante van het verleden wijken voor de bittere nood van het heden en de toekomst. Welnu, zeer ernstige en alarmerende woorden zijn hedenmiddag gesproken, toen prof. dr. A. E. van Arkel in het groot-auditorium der Universiteit het rectoraat overdroeg aan prof. dr. P. A. H. de Boer. Met het wijzigen van de inhoud der oraties bij de rectoraats-overdracht, dient logischerwijze 'het overzicht der redevoe ringen in de courant te veranderen. Schonken wij in andere jaren ruime aan dacht aan het eerste deel van de rede, dit jaar zullen wij dit in sterke mate die nen te bekorten, willen wij voldoende ruimte beschikbaar hebben voor het tweede deel, dat naar ons inzien van een dergelijke importantie is. dat ruime aan dacht hiervoor niet alleen als verant woord doch veelmeer als dringend ge boden geacht mag worden. Prof. Van Arkel noemde allereerst de docenten en anderen, die bij de Univer siteit betrokken waren en door de dood werden weggerukt (Boeke, Haantjes, Keesom, e.a.) en gaf een opsomming van de gouden en andere doctoraten, aftre dingen, jubilea, benoemingen en muta ties, nieuwe leerstoelen (westerse econo mie, toegepaste sociologie.' geschiedenis van het Christendom en van de leer stellingen van de christelijke godsdienst gedurende de Middeleeuwen, toegepaste wiskunde, actuele internationale staat kunde, Boeddhisme en het Tibetaans, penologie en criminele sociologie en ten slotte toegepaste enzymonologie), onder scheidingen, representaties, studiereizen, voordrachten en bezoeken. Het aantal ingeschreven studerften be draagt dit jaar 4367 (vorig jaar 4266), waarvan 274 buitenlanders. evenwel de huisvesting eindelijk de aandacht van de overheid te krijgen, hoewel de bereidheid tot financiële steun aarzelend blijft. Gerekend mag worden op steun van Den Haag voor een studentenhuis voor 200 personen, waardoor de helft van het tekort te niet zou zijn gedaan. Gehoopt wordt thans, dat de gemeente Leiden haar gewaardeerde steun zal omschakelen in een financiële. De bouw van een aantal barakken, die op korte termijn kan worden uitgevoerd, zal 40 stu denten aan onderdak helpen. Ook het bedrijfsleven is genegen financiële En ten slotte: de plannen voor een uni- ersitaire assistentenwoonwijk met on geveer 140 woningen, waarvoor het ini tiatief is uitgegaan van de medische fa culteit, zijn thans in een vergevorderd stadium. Bestuur Sprekend over het bestuur der Univer- iiieit oefende prof. Van Arkel kritiek op 'et feit, dat dit tweehoofdig is: Curato- ïum en senaatsbestuur. Aant Ruimtegebrek Wat het nog steeds nijpende ruimtege brek betreft, zei prof. Van Arkel: „On danks volledige medewerking van alle betrokkenen ontkomen wij niet aan de indruk, dat het tot stand komen van rijksgebouwen een uitermate gecompli ceerd, weinig effectief proces is, dat ver moedelijk zeer vereenvoudigd zou kun nen worden, wanneer de Universiteit na het verkrijgen van rechtspersoonlijkheid .verk i i behee ren. Wij vragen ons af, welke redelijke gronden er kunnen zijn om aan de Uni versiteit de rechtspersoonlijkheid te ont houden, (die als de bakermat van dit idee beschouwd mag worden), wat de Tech nische Hogeschool in de schoot gewor pen werd. Het argument, dat de T.H. de industrialisatie beter dient, is uitermate aanvechtbaar; immers de universiteiten kunnen nog steeds niet voldoen aan de vraag naar afgestudeerden van allerlei richtingen, die van het zakenleven en de industrie uitgaan." Sprekend over de Civitasgedachte, zei spr., dat deze nog niet in al haar geledin gen verwezenlijkt is. Zo wensen de stu denten bijvoorbeeld een nauwer contact met de docenten, terwijl de Senaat en de wetenschappelijke staf ieder huns weegs gaan. Ook is het te betreuren, dat het probleem der ongeorganiseerden nog steeds niet is opgelost. Doch daartegenover staan feiten, die moedgevend zijn. De vergaderingen van het Consilium zijn hiervan het sprekende bewijs. Immers, hier komen alle groepen van de Civitas bijeen, ter bespreking van allerlei problemen, die de Universiteit Ook v t de huis aangaat zijn er nog talrijke desiderata. En wel' wat betreft studenten zowel als hooglera ren en leden van de wetenschappe lijke staf. Het gevolg hiervan is het verschijnsel „spoorstudent" en „hoog leraar-forens". Gelukkig schijnt thans Opera Tosca van Pnccine (VARA 20.05 uur) De schilder Cavaradossi heeft een lief desverhouding met de jaloerse zangeres Tosca. Hü heeft zijn nieuwe schilderjj „Maria Magdalena" voor de kerk S. An drea della Vallatrekken gegeven van geliefde en in zijn aria Recondita a nia" verzekert hij trouw aan Tosca. Tosca de kerk binnenkomt ziet ze op het schilderij ook trekken van de mark Attavanti en ze wordt jaloers. Maar varadossi zingt „Welke ogen ter wi zijn te vergelijken met de jouwe". In dels helpt hij de politieke gevangene gelotti ontvluchten, hetgeen ontdekt u door de politie-chef Scarpia. Die Scarpia voelt erg veel voor Tosca en om hao waarheid over de vlucht te doen zei laat hij Cavaradossi folteren. Scarpic Tosca voor zich winnen, door haar te gen dat hij Cavaradossi maar in schijn laat onthoofden. Als Scarpia denkt zijn doel bereikt te hebben, doorsteekt Tosca hem. Vlak voor de terechtstelling schrijft Cavadarossi een afscheidsbrief aan 1 en geeft hij zich aan mijmeringen ov de aria „E lucevan le stelle". Tosca gelooft nog steeds aan een schijnexecutie, komt plotseling tot de ontdekking dat Cavadarossi werkelijk gedood wordt. Dan stort z\j zich in de afgrond voor de politie haar kan arresteren. Een weinig verhef, fend gegeven dus. echt Italiaans melo dramatisch uit de vorige eeuw. Melodisch heeft Puccini er echter heel wat van ge maakt en het gegeven was geheel geba seerd op de smaak wan het Italiaanse pu bliek uit die tijd. De uitvoering geschiedt door leden van de Scala te Milaan o leiding van Victor de Sabata. een zeer bekwaam chemicus, die zich grote faam verworven had door zijn on derzoekingen op het gebied van kanker verwekkende stoffen. Toen ik hem vroeg welke soorten van tumoren de/.e stoffen bij proefdieren opwekten, was zijn ant woord: „Daar weet ik niets van; ik ben geen medicus." Studieprogram ma Daar de Universiteit naast algemene vorming ook een goede vakopleiding nastreeft, krijgt zij te maken met een moeilijk conflict. „Behalve een brede ba sis willen wij ook specialisatie. Wij wil len het één, zonder het ander te laten vallen," aldus prof. Van Arkel. „En daar mee komen wij tot een der ergsce euvelen van ons universitaire bestel: het over laden programma, dat zich wreekt in het onhoudbare verlengde stu dieduur. De oorzaken hiervan zijn: on toereikende voorbereiding op de middel bare school en de ontwikkeling van de wetenschap. Zo moest bijvoorbeeld voor je natuurkunde in nauwelijks meer dan 40 jaar aan het programma worden toe gevoegd: de relativiteitstheorie, de quan- lentheorie, de atoomtheorie, het gehele gebied der röntgenstraling en zijn toe- •ingen en de kernfysica, et is ondenkbaar één van deze van programma te schrappen; geen van nieuwe onderwerpen komt in de its van andere. Men kan eenvoudig geen fysicus worden zonder althans van grondbeginselen van al deze gebieden op de hoogte te zijn. Maar het wordt ooral bedenkelijk, wanneer deze specia- isten niet alleen hun onderzoektaak naar ook hun onderwijstaak verdelen. )an immers gaan de onderwijsprogram- na's uiteenvallen in een aantal micro- akken. Dit proces is hier en daar al zo er voortgeschreden, dat er in Neder land examens worden afgenomen, waar- •i; in meer dan 20 vakken wordt geëxa- Spr. wees er in dit verband op, dat hier •nhoudbare toestanden voor de studen ten geschapen worden. Temeer, wan de studenten bepaalde data vastgesteld, zodat hij volgens een precies schema examen doen. en slagen. Het gevolg is, ook al in verband met teveel afleiding, it ze hun studie vaak afroffelen. Daarbjj komt het bezwaar, dat dc Universiteit te perfectionistisch is. W(j zjjn allemaal bang. dat wij niet volledig zullen zjjn. Als oplossing wordt vaak genoemd het baccalau reaat, een opleiding, op eenvoudiger leest geschoeid. Maar dit zou een vol- dige capitulatie voor de verlangens der maatschappij zijn. Dan zou dit baccalaureaat de kweekplaats zijn voor cultuurloze vakspecialisten. Als er geen uitweg mogelijk blijkt, als de behoefte van de maatschappij aan vakspecialisten zo groot wordt, dat deze niet meer een universitaire op leiding kunnen genieten, dan dienen naast de Universiteiten vakscholen te worden opgericht. Want aan het op leiden en afleveren van niet-universi- tair gevormden aan de Universiteit zijn twee gevaren verbonden: aan de ene kant zou de Universiteit deze mensen een onverdiend gezag toeken nen, aan de andere kant heeft een grote toeloop van aanstaande vak specialisten een slechte invloed op het peil van de Universiteit. Alleen een baccalaureaat, dat algemeen vormend zou zijn, dat geen effectus civilis zou hebben, zou op het ogenblik genade in onze ogen kunnen vinden. deeltelijke versmelting plaats had tussen deze beide, hetzij door overleg tussen 'ertegenwoordigers, hetzij door één of reer leden van het ene college aan de beraadslagingen van het andere te laten delenemen. Spr. richtte enkele woorden lof aan het adres van de secretaris curatoren, de heer Hofstee, die steeds bpreid is als contactfiguur tussen beide colleges op te treden. Toch is er nog veel re r. De vlotte samenwerking wordt bemoeilijkt door het gebrek continuïteit in het senaatsbestuui oplossing zou zijn het aanstellen vj pro-secretaris en de instelling v; meerjarig rectoraat. Iets dat inmiddellijk gebeuren kan. Massaproduktie In zijn met grote aandacht aangehoorde ïde was prof. Van Arkel, zoals ge; niet karig met zijn kritiek en de daarbij behorende wensen tot verandering. Hij citeerde hierbij Polaks „De toekom: verleden tijd" en zei, dat, hoewel ei jen is tot tevredenheid over het afgelo pen jaar, er toch nog grote problemen blijven. O.a.: of de Universiteit er in aagt om aan de studerende nog iets ieer mee te geven dan een vakopleiding. In zekere zin onderschreef hij wat Po- k in zijn zo juist genoemd boek zegt: „De niuersiteit is een instelling van massa- roduktie aan de lopende band, vooruit lopend op verwachte bestellingen. Lever bare produkten stelt zij als in een waren huis naast elkaar op. De vragen naar het goede produkt luiden: 1. hoe maak ik een atoombom?' 2. hoe beboet ik mijn perso neel?' 3. hoe richt ik mijn kostprijscalcu- latie in?, 4. hoe moet ik het Evangelie prediken?, 5. hoe word ik mij bewust van het onderbewuste?". Alleen de litteraire jaculteit gaat blijkbaar vrijuit. En prof. Polak gaat verder: „De huidige gemid delde universiteit is een min of meer toe voltige ongelijksoortige verzameling, eer welhaast amorfe massa van losse vak ken, losse hogescholen, losse docenten en losse studenten". In dit verband wees prof. Van Arkel op de ver doorgevoerde specialisatie, zou," aldus spr., „in Leiden gemakkelijk een anatal voorbeelden kunnen vinden, waarin één hoogleraar door drie andere vervangen werd, en de oorspronkelijke leeropdracht in drie mootjes geknipt." Nu is specialisatie, vooral in de experimen tele wetenschappen, noodzakelijk om onderdeel grondig te onderzoeken, doch dn specialist dient nooit te vergeten, dat hij te maken heeft met een onderdeel van een geheel. Het wordt bedenkelijk wanneer hij dit laatste uit het oog gaat verliezen. Werk in groepen, „teamwork", wordt aangeprezen als tegengif tegen speciali satie. Met alle waardering voor hetgei docr eerf goed team bereikt wordt, is h als alle medicijn, volgens prof. Van A kei, een gevaarlijk middel, daar het dikwijls toe leidt, dat de deelnemers zi< ontslagen achten van hun plicht buiten hun eigen specialisme te treden. „Ik her inner mij," aldus spr., „een gesprek met Andere wegen Om uit al deze moeilijkheden te gera ken, zag prof. Van Arkel de volgende iplossing: „In de praktijk is het nog steeds zo," ildus spr., „dat iedere hoogleraar zelf bepaalt wat hij als exameneis zal stellen, systeem zullen wij grondig moeten ien: de overbelasting op de examens niet kunnen worden opgeheven, wan- niet in de toekomst de vakgroep als geheel zal uitmaken welke onderdelen geëxamineerd zullen worden en wa omvc. ig Van de stof en de hoeveelheden van de onderdelen zal zijn. En ver: deüjk zal men nog verder moeten gaan en in iedere vakgroep een man met Nu: HEERLIJKE RODE BIETJES MET SPEK llkatle vin de verenigde jligen In Lelden en omitreken ker gezag bekleden, waardoor hij een belangrijke stem in de beslissingen zal krijgen. De kern van het leerplan zal dan gevormd moeten worden uit datgene, wat als basis voor ieder der onderdelen onmisbaar is. Daarna zal er een grotere vrijheid moe ten komen van keuzevakken; in zekere zin een sterkere specialisatie dus, maar een specialisatie, geplant op een alge mene onderbouw. Een opleiding, waar aan een examen met 20 onderdelen ver bonden is, ontaardt in een losse bundel specialisaties, zonder fundament. Hier voor in de plaats moet komen een stevig fundament, met daarop slechts één of een zeer klein aatal specialisaties als keuzevakken. Het onderwijs in de keuze vakken kan aan de specialisten worden overgelaten. Deze zullen niet een belang rijk deel van hun tijd aan hun onderwijs taak behoeven te geven. Van de .basis vakken daarentegen zal het onderwijs veel meer van de docenten vergen Hier toe dient wil men deze groep kunnen aantrekken hun positie aantrekkelijker te worden gemaakt. Of tenminste even aantrekkelijk als van de hoogleraar, die zich geheel aan onderzoek kan wijden. Zal de Universiteit, zoals zij nu is, een erzameling van meer dan honderd bij kans volkomen onafhankelijke hooglera- met hun staf, in de toekomst zich op meest efficiënte wijze van haar taak men kwijten, of zullen in de grote groep kleinere eenheden vakgroepen oeten gevormd worden, waarin één of kele leidende figuren met een groter gezag bekleed zijn? Er is al gesproken •professoren te benoemen. Deze benoeming van toege voegde professoren zou inderdaad leiden tot bovengenoemde groepsvorming. Deze zou echter ook te bereiken zijn door niet aan één man een ander toe te voegen doch door boven een vakgroep een lei— aan te trekken. Een „head of depart- t". Hij zou, zelf ook een afdeling be nd bij gespecialiseerde vakken, in de onderwijskwesties een leidende positie noeten innemen en verantwoordelijk ge teld moeten worden voor de onderwijs- Voorts zou hij het contact met de an dere afdelingen moeten onderhouden, omdat in het basisprogramma vakken uit andere afdelingen moeten worden opge- :n (bijvoorbeeld wiskunde voor fy- chemici en biologen) en omdat wij hopen dat aan ieder basisprogramma een Studium Generale wordt toegevoegd, ter wijl hij tevens de studenten, die in het specialistisch deel van hun studie zijn aangeland, zoveel mogelijk in teamver band moet laten werken". Prof. Van Arkel eindigde zijn rede met de woorden: „Ik zie mijn fraaie plan niet in tien jaar in vervulling gaan, maar ik heb het u willen voor leggen als een uitermate ruwe schets van wat er zou kunnen worden ge daan om van de 100-koppige Univer siteit een meer georganiseerd wezen te maken met hechte, contacten in eigen vakgroepen en tussen die vak groepen onderling. Dit zal een zekere beperking van vrijheid medebrengen, maar een beperking in deze zal nog maar niet ineens een volkomen on gebonden systeem tot een star school se onderwijsinstelling maken. Ik ge loof dat Polak gelijk heeft, waar hij zegt dat wij ons te weinig bewust, de ernstige crisissituatie. De nieuwe rector magnificus Prof. dr. P. A. H. de Boer. Pieter Arie Hendrik de Boer werd op juni 1910 te Woubrugge geboren. Hij doorliep het gymnasium te Leiden en liet ,ich hierna als student in de theologie :n semietische letteren inschrijven aan de Rijksuniversiteit. In 1936 werd hij Ned. Herv. predikant te Berkenwoude, doch inmiddels zijn studiën voort, die .vee jaar later bekroond zag met een promotie op een proefschrift getiteld: .Research into the text of I Sam. I-XVI". In datzelfde jaar werd hij benoemd tot hoogleraar aan de Leidse Universiteit, met als leeropdracht: de uitlegging van het Oude Testament, de geschiedenis van de Israëlitische godsdienst en van de Israëlitische letterkunde. ids 1942 is prof. De Boer redacteur .Oud-Testamentische Studiën" en van 1951 af redacteur van het internationale tijdschrift „Vetus Testamentum". In „Oud- Testamentische Studiën" schreef priof. De Boer een vervolg op zijn onderzoe kingen omtrent het boek Samuel. Voorts verschenen van zijn hand „De boodschap van het Oude Testament" (1940), „De vc bede in het Oude Testament" (1943), godsdienst van het Jodendom" (1951) „Vreugde en verdriet" (1953). Wegens vertrek naar Nunspeet In Jezus Christus gaan wij de eeuwige toekomst tegemoet EN NU, KINDERKENS, blijft in Hem, opdat, wanneer Hij zal geopen baard zijn, wij vrijmoedigheid hebben en wij van Hem niet be schaamd gemaakt worden in Zijn toekomst". 1 Johannes 2 vers 28 was de tekst voor de afscheidsprediking van ds. N. Kleermaker, Hervormd predikant, gisteren in de Pieterskerk. Tn een Grieks spreekwoord wordt ge zegd. dat alles in voortdurende beweging is. Daarvan getuigt ook dit afscheid „Vijf jaar heb ik in de wijkgemeente Centrum pastorale arbeid mogen verrichten. Vijf jaar lang heb ik u, centrale Gemeente, bijna zondag aan zondag het Woord van God mogen verkondigen. En ik meen te mogen zeggen, dat we b?t goed hebben gehad. Dit zijn onvergetelijke jaren, •voor wij God danken, dat Hij ze ons heeft gegeven. Maar ze zijn voorbij en wij kunnen er geen minuut van overdoen." De predikant merkte op, dat het feit van het afscheid ons zegt. dat wij hier geen blijvende stad hebben, maar dat we alleen een zekere toekomst tegengaan. De toekomst is niet alleen verborgen; wij gaan die toekomst tegemoet, die door de tekst genoemd wordt „Zijn toekomst", de toekomst van Jezus Christus, de dag dat Hij komt op de wolken des hemels. Naar die grote dag wijst ook dit afscheid heen als een uitgestoken vinger. Die dag zal zijn een dag van het gericht. Dan worden wij in de weegschaal van Gods recht geworpen, herder en leraar en Ge- ieente. Wie druft dan zien op zichzelf? Tussen het nu en die dag ligt een weg. Hoe lang die afstand is. weten wij niet. Die weg moeten wij allen persoonlijk en als Gemeente bewandelen. Op de weg wandelt ook een grote vijand, namelijk de antichrist. Hij is de verpersoonlijking van het kwaad en van de vijandschap tegen God. De satan is in beginsel op Golgotha wonnen, maar hem is nog vpel kracht gelaten. Velen zullen het veldteken van het kindschap Gods verwaarlozen. In het uur van beproeving, verzoeking en loute ring zullen ze bezwijken. En op de dag van Jezus Christus zullen zij aan de kaak gesteld worden als zijnde in wezen vijan den van het kruis en de genade. Ze zul len ten antwoord krijgen: „Ik ken u niet". Gemeenschap Om de Karashoeve De Gastspelers vierden tweede lustrumfeest het zijn waarin de Universiteit zich bevindt. De spiegel die Polak ons voorhoudt, vertekent misschien het beeld; het is misschien niet zo erg met ons gesteld als hij ons zou willen laten geloven, maar als er ook maar een kern van waarheid schuilt in wat hij zegt, wordt het hoog tijd dat wij tot daden overgaan. Alle kracht aanwendend om de ontwikkelingsgang om te bui gen en niet in Olympische rust af te wachten, dat het onheil aan ons vol trokken wordt." Met de traditionele woorden „Vale, Rector, iterumque vale!" droeg prof. Van Arkel hierna het rectoraat voor het nieu we cursusjaar over aan zijn opvolger. „Eigen Haard" 65 jaar Eigen Haard" is in tweeërlei opzicht een echt buitenbeentje. Be heert de grootste woningbouwvereni ging in onze stad wel meer dan dui zend woningen en kunnen de zusters verder allemaal op een bezit van honderden bogen, zij doet het daar tegenover wel heel bescheiden door slechts over één straat de zeggen schap te hebben. Dat is de Gerrit Doustraat aan de Witte Singel. De bewoners wonen er prettig en voelen zich eigenlijk allen lid van een fa milie; dat bleek zaterdagavond in de feestzaal van Oud-Hortuszicht, waar feest werd gevierd ter gelegenheid van het 65-jarig bestaan. De andere bijzonderheid spreekt wel licht nog méér tot de verbeelding van hen, die dit lezen. En dat is. dat de meeste mensen er wonen voor zegge en schrij ve vier gulden in de week. Wèór vindt men nog goede eengezinswoningen-met- tuintje voor zo'n huur' Terecht noemde de voorzitter, de heer A. C. van der Woerd, die in de f eestbij eenkomst een summier historisch overzicht gaf, dit een unicum in de stad, ja, in het land, ja zelfs in de wereld. De meeste huizen zijn bovendien nog gemoderniseerd, waarbij de zolder van slaapkamers werd voorzien, terwijl het bestuur kan zeggen, dat het niet zo lang meer zal duren, of alle woningen hebben het gewenste peil bereikt. Het woning- bezit van deze op dood spoor gerangeerde vereniging breidt zich niet uit; vandaar dat er ook haast geen nieuwe leden worden aangenomen en de nieuwe leden alleen kunnen komen uit de families. „Eigen Haard" werd in 1891 opgericht. Het doel was, een rij woningen voor beter gesitueerde arbeiders neer te zetten. Het initiatief ging uit van typografen en P.T.T.-ers. De arbeiderswoningen waren in die tijd heel slecht; de meeste waren krotten. Toen de huizen er eenmaal ston den, leken ze voor die tijd eigenlijk te mooi. Een huurprijs van f 2 per week was destijds niet laag. Spoedig meldden zich beter gesitueerden arbeiders aan. De huur van f 2 heeft men lange tijd kunnen volhouden. De heer Van der Woerd zei in het slot van zijn toespraak nog, dat het van be lang is. dat de bewoners hun huis goed onderhouden. Het Zaanse kleinkunstensemble onder leiding van Wim Theewis ontwikkelde de ze avond de revue „Zet de bloemetjes eens buiten". Het bestond uil muziek, liedjes, schetsen en voordracht. Een orkestje van Leidse politiemannen zorgde voor popu laire muziek. Het stond onder leiding van de verkeersagent Voerman. De mensen hebben zich de ganse avond goed geamu- Burgerlijke stand van Leiden GEBOREN: Abraham zn v R J Florijn en J v d Burg; Catharina Helena dr v C van Helden en E T Meijer; Dirkje dr v G Vermeer en C G P de Kruijff; Johan nes Nicolaas zn v J B Smits en C G Gijs man; Renë Wilhelmus Martinus zn v C Opdam en E M J Verkuijlen; Cornelis zn v C de Jong en J van Arkel. GETROUWD: L J Bosch en H M C Foks. OVERLEDEN: W M Effert huisvr. v. Ruis 54 jr; A M Ankerna huisvr. v F Boeff 77 jr. De r.k. toneelgroep „De Gast spelers" heeft zaterdagavond haar tweede lustrum gevierd met de op voering, in de schouwburg, van het toneelspel „Om de Karashoeve", ge schreven door Ben Heuer. Ergens in Macedonië ligt de hoeve de familie Karas van geslacht op geslacht gewoond en gewerkt heeft. De bezittingen heeft men zien vermeerde ren en de macht toenemen. Door strenge tucht en discipline heeft men het ver gebracht. Van jongsaf heeft men het ge hoord: Er is maar één ding belangrijk en daar is alles aan ondergeschikt: de fa milietrots. Dat het zolang goed gegaan is, is wonderlijker, dan dat het tot een bot sing komt tussen Mischko Karas, de vader, en zijn' drie zoons. Het familie belang is volgens de vader, dat hij be paalt, met welke vrouw zijn oudste zoon Tornar zal trouwe*. Dat gaat naar de regel: wat is het meest wenselijke voor de Karas-bezittingen. De zoon neemt dit niet en zeker niet, wanneer hij weet, dat zijn broer Andrej verliefd is op Sophie Starnipol, het meisje dat zijn vader voor hem bestemd heeft. Het wordt hooglopende ruzie, waarbij de bemiddelingspogingen van Djana, de vrouw van Mischko, op niets uitlopen. De zoons lopen weg en de vader blijft eenzaam achter. Zoals het bij zulke ge legenheden behoort te gaan, lopen de zaken op de boerderij achteruit, Mischko i aanvaardbare Jac. Buis, 6 wordt ziek, de knechts kunnen het niet en wanneer de baas wat hersteld is, moet hij het toch kalm aan doen. De schrijver houdt zich prachtig aan het schema, dus duiken na anderhalf de jongens weer op. Ze worden in genade, maar niet met de blijdschap van de vader in de bekende gelijkenis, weer huis opgenomen en de zaak gaat ver- rHoe? Misschien vertelt Heuer s dat in een volgend stuk, maar dat geloven we dan wel. Dramatische werking Eigenlijk tolereert de schrijver het ge drag van de vader nog voor het grootste gedeelte. We willen niet alles goed pra- wat de jongens doen, en de manier waarop het gebeurt, maar de schrijver heeft verzuimd om het stuk een sterke dramatische werking te geven door geen rekening te houden met het feit, dat Gods geboden ook de grenzen van het ouderlijke gezag aangeven. Nu werd het het tweede bedrijf de spanning van de zweep en in het laatste die van het ge- Het loopt allei r dat brengt noo oplossing. We hebben waarde: waarop men, onder dit melo-dramatisch geval nog getracht heeft aannemelijk te maken. Dat men er niet volkomen in geslaagd is, kan men De Gastspelers niet kwalijk nemen. Dat vereist een routine en vaart, die ama teurs niet kunnen opbrengen, het tempo was soms te langzaam en te veel wit zat er in de voorstelling. Ieder heeft z'n best gedaan. N. Reize- voort als de vader en Annie Kop als zijn vrouw gaven aanvaardbare typen, goed werden volgehouden. Ook de speelden goed, waarbij vooral het spel van Jac. Ouwerkerk, als Tornar, opviel door een goede nuancering. Een hartelijk applaus was diende beloning voor het harde werken voor deze opvoering. Men heeft gedaan wat men kon, maar bij dit jubileum hadden we liever een ander soort stuk gezien. Voor de dames waren er bloemen en de heren kregen een rokertje. A. C. Boi GEMEENTE LEIDEN Officiële publikaties GEMEENTEBEGROTING 1957 Burgemeester en Wethouders van Lei den brengen ter openbare kennis, zulks ter voldoening aan het bepaalde in de artikelen 238 en 253 der gemeentewet, dat de begroting der plaatselijke inkomsten en uitgaven voor het dienstjaar 1957, als mede de begrotingen voor dat jaar van de takken van dienst, aangewezen krach tens artikel 252 der gemeentewet, op de secretarie der gemeente voor een ieder ter lezing zijn nedergelegd en tegen be taling der kosten algemeen verkrijgbaar zijn gesteld. Leiden, 17 september 1956. Burgemeester en Wethouders voor- wilde ds. Kleermaker deze avond de ver maning laten horen: kinderen, blijft in Hem, opdat wij bij Zijn openbaring vrij moedigheid mogen hebben. Waar het op aan komt is dit. dat w« blijven in Hem, dat wij gemeen schap met Hem hebben, dat w(J met Maria aan Zijn voeten zitten en dat wij leven uit de evangeliewaarheid zoals ons die verkondigd is. Zonder Jezus Christus hebben wij geen God en geen Vader; bulten Hem hebben wö geen toekomst in de dag van het oor deel. „Houdt u ook in uw eigen gees telijk leven biddend en worstelend aan die ene Naam, Jezus Christus. En onderzoekt uzelf, of u waarlijk in Hem bent. Van nature zijn wij buiten Hem. Wjj zijn vijanden van de genade. Al leen door de zalving van de Heilige Geest, door bekering, geloof en de vlucht naar het kruis van Golgotha zijn wij in Hem. Volhardt in dc ge beden en In het geloof, want wie volharden zal, die zal zalig worden, wat de toekomst brengen moge, hoe Ds. N. Kleermaker groot de verdrukking van Gods Ge meente zal zijn en hoe wij onszelf ook moeten beschuldigen wegens onze In Christus hebben wij een barmhar tige Hogepriester en een Advocaat, Die wijst op Zichzelf: Ik heb voor hen be taald. In Jezus Christus gaan wij de eeuwige toekomst tegemoet." Met vrede Na de preek werd vers 11 van psalm 72 gezongen. Ds. Kleermaker richtte zich vervolgens met een kort woord tot de vertegenwoordiger van het gemeentebe stuur (de heer Van der Kwaak), de afge vaardigden van verschillende Kerken, de kerkeraad van Nunspeet, zijn nieuwe Ge meente, de classis Leiden en het college van kerkvoogden, de staf van het kerke lijke bureau. de collega's, de centrale ker keraad. de wijkkerkeraad, ds. De Ruiter, die in de wijkgemeente Centrum als con sulent zal werken, de medewerkers van de wijkgemeente, de catechisanten, de le den van de centrale jeugdcommissie, or ganisten, kosters, vrijwilligers en collec- Tot de Gemeente zei hij: „U bent veel voor mij gaan betekenen. Ik heb met veel plezier temidden van u gewerkt. Ik vond het een feest om temidden van u het Woord van God en de sacramenten te mogen bedienen. God riep mij naar een andere plaats. Velen begrijpen dit niet. Maar ik weet het: ik ga met vrede. De Leidse Gemeente zal ik niet kunnen ver geten. De vrede van Christus wone rij kelijk in uw harten." Vóór de zegenbede werden psalm 89 de verzen 1 en 8 gezongen. De Gemeente zong de vertrekkende herder en leraar psalm 141 vers 4 toe. Na de dienst heb ben velen ds. Kleermaker in de consis torie de hand ten afscheid gedrukt. Voor dat daarvoor gelegenheid was, sprak ds. J. de Wit namens de centrale kerkeraad een woord van dank en afscheid. AGENDA VOOR LEIDEN Maandag Pieterskerk. 8.30 uur: avondmuziek door Joop Brons, organist van de Kooikapel. Volkshuis, 8 uur: algemene voorlich tingsavond Leidse Jeugd-Actie (cursus programma 19561957). Dinsdag Wijkgebouw Bethel, .Stille Rijn, 8 uur. „Brommers of Juichere" door ds. T. D. van Soest te Rijnsaterwoude voor afd. Leiden Geref. bond. Haarlemmerstraat 56, 3 tot 5 uur: recep tie ter gelegenheid van het 300-jarig be staan van „De Hollandsche Boerin". Schouwburg, 8 uur: „Een huwelijk on der Lodewijk XV" door Ned. Cwnedie, eerste abonnementevoorstelling K. en O. O e g s t g e e s t. Het Witte Huis. 8 uur: modeshow van Eerste Oegstgeester Con- fectiehandel. Woensdag Pieterskerk, 7.30 uur: avondstilte. Oegstgeest. Het witte Huis, 8 uur: modeshow van Eerste Oeg6tgeeeter Con- fectiehandel. Federatiehuis. Gerecht 10, 8 uur: leden vergadering afdeling Leiden van Kon. Ned. Mij voor Tuinbouw en Plantkunde, lezing van D. Hogewoning te Lisse over „behandeling van bloembollen jn tuin en Tentoonstellingen Rijksmuseum voor volkenkunde. 108 ur: „Van klei tot pot" (tot 1 oktober).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1956 | | pagina 3