Vlees hooit eririj
staï
Prof. Van Arkel droeg rectoraat
De Boer
prof.
over aan
Afscheid ds. Kleermaker
in Pieterskerk
Eenffezinswoning-met-tuin voor
vier vulden in de week...
American
S >«Brna*+
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
3
MAANDAG 17 SEPTEMBER 1956
Nieuwe cursusjaar begonnen
Wij moeten niet wachten tot het
onheil aan ons wordt voltrokken
T~\E TRADITIE WIL, dat de aftredende rector magnificus der Rijks-
universiteit te Leiden bij zijn rectoraatsoverdracht een rede houdt,
waarin hij allereerst een min of meer uitvoerig overzicht geeft van het wel
en wee der academie in het voorbije cursusjaar. Daarnaast schenkt hij dan
ook nog aandacht aan desiderata en, indien nodig, kritiek. Deze traditie nu
schijnt langzaam te veranderen, in dien zin, dat het historisch overzicht
weliswaar nog steeds het begin van de rede vormt, doch dat de
de kritiek een zó belangrijke plaats innemen en zulk een ernstig karakter
krijgen, dat het tweede deel van de rede in feite als het belangrijkste be
schouwd dient te worden. Want wanneer een rector magnificus zich ge
drongen voelt te spreken van een „crisissituatie", waarin de universiteit
verkeert, moet het interessante van het verleden wijken voor de bittere
nood van het heden en de toekomst. Welnu, zeer ernstige en alarmerende
woorden zijn hedenmiddag gesproken, toen prof. dr. A. E. van Arkel in het
groot-auditorium der Universiteit het rectoraat overdroeg aan prof. dr. P.
A. H. de Boer.
Met het wijzigen van de inhoud der
oraties bij de rectoraats-overdracht, dient
logischerwijze 'het overzicht der redevoe
ringen in de courant te veranderen.
Schonken wij in andere jaren ruime aan
dacht aan het eerste deel van de rede,
dit jaar zullen wij dit in sterke mate die
nen te bekorten, willen wij voldoende
ruimte beschikbaar hebben voor het
tweede deel, dat naar ons inzien van een
dergelijke importantie is. dat ruime aan
dacht hiervoor niet alleen als verant
woord doch veelmeer als dringend ge
boden geacht mag worden.
Prof. Van Arkel noemde allereerst de
docenten en anderen, die bij de Univer
siteit betrokken waren en door de dood
werden weggerukt (Boeke, Haantjes,
Keesom, e.a.) en gaf een opsomming van
de gouden en andere doctoraten, aftre
dingen, jubilea, benoemingen en muta
ties, nieuwe leerstoelen (westerse econo
mie, toegepaste sociologie.' geschiedenis
van het Christendom en van de leer
stellingen van de christelijke godsdienst
gedurende de Middeleeuwen, toegepaste
wiskunde, actuele internationale staat
kunde, Boeddhisme en het Tibetaans,
penologie en criminele sociologie en ten
slotte toegepaste enzymonologie), onder
scheidingen, representaties, studiereizen,
voordrachten en bezoeken.
Het aantal ingeschreven studerften be
draagt dit jaar 4367 (vorig jaar 4266),
waarvan 274 buitenlanders.
evenwel de huisvesting eindelijk de
aandacht van de overheid te krijgen,
hoewel de bereidheid tot financiële
steun aarzelend blijft. Gerekend mag
worden op steun van Den Haag voor
een studentenhuis voor 200 personen,
waardoor de helft van het tekort te
niet zou zijn gedaan. Gehoopt wordt
thans, dat de gemeente Leiden haar
gewaardeerde steun zal omschakelen
in een financiële. De bouw van een
aantal barakken, die op korte termijn
kan worden uitgevoerd, zal 40 stu
denten aan onderdak helpen. Ook het
bedrijfsleven is genegen financiële
En ten slotte: de plannen voor een uni-
ersitaire assistentenwoonwijk met on
geveer 140 woningen, waarvoor het ini
tiatief is uitgegaan van de medische fa
culteit, zijn thans in een vergevorderd
stadium.
Bestuur
Sprekend over het bestuur der Univer-
iiieit oefende prof. Van Arkel kritiek op
'et feit, dat dit tweehoofdig is: Curato-
ïum en senaatsbestuur. Aant
Ruimtegebrek
Wat het nog steeds nijpende ruimtege
brek betreft, zei prof. Van Arkel: „On
danks volledige medewerking van alle
betrokkenen ontkomen wij niet aan de
indruk, dat het tot stand komen van
rijksgebouwen een uitermate gecompli
ceerd, weinig effectief proces is, dat ver
moedelijk zeer vereenvoudigd zou kun
nen worden, wanneer de Universiteit na
het verkrijgen van rechtspersoonlijkheid
.verk i
i behee
ren. Wij vragen ons af, welke redelijke
gronden er kunnen zijn om aan de Uni
versiteit de rechtspersoonlijkheid te ont
houden, (die als de bakermat van dit idee
beschouwd mag worden), wat de Tech
nische Hogeschool in de schoot gewor
pen werd. Het argument, dat de T.H. de
industrialisatie beter dient, is uitermate
aanvechtbaar; immers de universiteiten
kunnen nog steeds niet voldoen aan de
vraag naar afgestudeerden van allerlei
richtingen, die van het zakenleven en de
industrie uitgaan."
Sprekend over de Civitasgedachte, zei
spr., dat deze nog niet in al haar geledin
gen verwezenlijkt is. Zo wensen de stu
denten bijvoorbeeld een nauwer contact
met de docenten, terwijl de Senaat en de
wetenschappelijke staf ieder huns weegs
gaan. Ook is het te betreuren, dat het
probleem der ongeorganiseerden nog
steeds niet is opgelost.
Doch daartegenover staan feiten, die
moedgevend zijn. De vergaderingen van
het Consilium zijn hiervan het sprekende
bewijs. Immers, hier komen alle groepen
van de Civitas bijeen, ter bespreking van
allerlei problemen, die de Universiteit
Ook v
t de huis
aangaat zijn
er nog talrijke desiderata. En wel' wat
betreft studenten zowel als hooglera
ren en leden van de wetenschappe
lijke staf. Het gevolg hiervan is het
verschijnsel „spoorstudent" en „hoog
leraar-forens". Gelukkig schijnt thans
Opera Tosca van Pnccine
(VARA 20.05 uur)
De schilder Cavaradossi heeft een lief
desverhouding met de jaloerse zangeres
Tosca. Hü heeft zijn nieuwe schilderjj
„Maria Magdalena" voor de kerk S. An
drea della Vallatrekken gegeven van
geliefde en in zijn aria Recondita a
nia" verzekert hij trouw aan Tosca.
Tosca de kerk binnenkomt ziet ze op het
schilderij ook trekken van de mark
Attavanti en ze wordt jaloers. Maar
varadossi zingt „Welke ogen ter wi
zijn te vergelijken met de jouwe". In
dels helpt hij de politieke gevangene
gelotti ontvluchten, hetgeen ontdekt u
door de politie-chef Scarpia. Die Scarpia
voelt erg veel voor Tosca en om hao
waarheid over de vlucht te doen zei
laat hij Cavaradossi folteren. Scarpic
Tosca voor zich winnen, door haar te
gen dat hij Cavaradossi maar in schijn
laat onthoofden. Als Scarpia denkt zijn
doel bereikt te hebben, doorsteekt Tosca
hem. Vlak voor de terechtstelling schrijft
Cavadarossi een afscheidsbrief aan 1
en geeft hij zich aan mijmeringen ov
de aria „E lucevan le stelle". Tosca gelooft
nog steeds aan een schijnexecutie,
komt plotseling tot de ontdekking dat
Cavadarossi werkelijk gedood wordt. Dan
stort z\j zich in de afgrond voor de politie
haar kan arresteren. Een weinig verhef,
fend gegeven dus. echt Italiaans melo
dramatisch uit de vorige eeuw. Melodisch
heeft Puccini er echter heel wat van ge
maakt en het gegeven was geheel geba
seerd op de smaak wan het Italiaanse pu
bliek uit die tijd. De uitvoering geschiedt
door leden van de Scala te Milaan o
leiding van Victor de Sabata.
een zeer bekwaam chemicus, die zich
grote faam verworven had door zijn on
derzoekingen op het gebied van kanker
verwekkende stoffen. Toen ik hem vroeg
welke soorten van tumoren de/.e stoffen
bij proefdieren opwekten, was zijn ant
woord: „Daar weet ik niets van; ik ben
geen medicus."
Studieprogram ma
Daar de Universiteit naast algemene
vorming ook een goede vakopleiding
nastreeft, krijgt zij te maken met een
moeilijk conflict. „Behalve een brede ba
sis willen wij ook specialisatie. Wij wil
len het één, zonder het ander te laten
vallen," aldus prof. Van Arkel. „En daar
mee komen wij tot een der ergsce euvelen
van ons universitaire bestel: het over
laden programma, dat zich wreekt in
het onhoudbare verlengde stu
dieduur. De oorzaken hiervan zijn: on
toereikende voorbereiding op de middel
bare school en de ontwikkeling van de
wetenschap. Zo moest bijvoorbeeld voor
je natuurkunde in nauwelijks meer dan
40 jaar aan het programma worden toe
gevoegd: de relativiteitstheorie, de quan-
lentheorie, de atoomtheorie, het gehele
gebied der röntgenstraling en zijn toe-
•ingen en de kernfysica,
et is ondenkbaar één van deze van
programma te schrappen; geen van
nieuwe onderwerpen komt in de
its van andere. Men kan eenvoudig
geen fysicus worden zonder althans van
grondbeginselen van al deze gebieden
op de hoogte te zijn. Maar het wordt
ooral bedenkelijk, wanneer deze specia-
isten niet alleen hun onderzoektaak
naar ook hun onderwijstaak verdelen.
)an immers gaan de onderwijsprogram-
na's uiteenvallen in een aantal micro-
akken. Dit proces is hier en daar al zo
er voortgeschreden, dat er in Neder
land examens worden afgenomen, waar-
•i; in meer dan 20 vakken wordt geëxa-
Spr. wees er in dit verband op, dat hier
•nhoudbare toestanden voor de studen
ten geschapen worden. Temeer, wan
de studenten bepaalde data
vastgesteld, zodat
hij volgens een precies schema examen
doen. en slagen. Het gevolg is,
ook al in verband met teveel afleiding,
it ze hun studie vaak afroffelen.
Daarbjj komt het bezwaar, dat dc
Universiteit te perfectionistisch is.
W(j zjjn allemaal bang. dat wij niet
volledig zullen zjjn. Als oplossing
wordt vaak genoemd het baccalau
reaat, een opleiding, op eenvoudiger
leest geschoeid. Maar dit zou een vol-
dige capitulatie voor de verlangens
der maatschappij zijn. Dan zou dit
baccalaureaat de kweekplaats zijn
voor cultuurloze vakspecialisten. Als
er geen uitweg mogelijk blijkt, als de
behoefte van de maatschappij aan
vakspecialisten zo groot wordt, dat
deze niet meer een universitaire op
leiding kunnen genieten, dan dienen
naast de Universiteiten vakscholen te
worden opgericht. Want aan het op
leiden en afleveren van niet-universi-
tair gevormden aan de Universiteit
zijn twee gevaren verbonden: aan de
ene kant zou de Universiteit deze
mensen een onverdiend gezag toeken
nen, aan de andere kant heeft een
grote toeloop van aanstaande vak
specialisten een slechte invloed op het
peil van de Universiteit. Alleen een
baccalaureaat, dat algemeen vormend
zou zijn, dat geen effectus civilis zou
hebben, zou op het ogenblik genade
in onze ogen kunnen vinden.
deeltelijke versmelting plaats had tussen
deze beide, hetzij door overleg tussen
'ertegenwoordigers, hetzij door één of
reer leden van het ene college aan de
beraadslagingen van het andere te laten
delenemen. Spr. richtte enkele woorden
lof aan het adres van de secretaris
curatoren, de heer Hofstee, die steeds
bpreid is als contactfiguur tussen beide
colleges op te treden.
Toch is er nog veel
re r. De vlotte samenwerking wordt
bemoeilijkt door het gebrek
continuïteit in het senaatsbestuui
oplossing zou zijn het aanstellen vj
pro-secretaris en de instelling v;
meerjarig rectoraat. Iets dat inmiddellijk
gebeuren kan.
Massaproduktie
In zijn met grote aandacht aangehoorde
ïde was prof. Van Arkel, zoals ge;
niet karig met zijn kritiek en de daarbij
behorende wensen tot verandering. Hij
citeerde hierbij Polaks „De toekom:
verleden tijd" en zei, dat, hoewel ei
jen is tot tevredenheid over het afgelo
pen jaar, er toch nog grote problemen
blijven. O.a.: of de Universiteit er in
aagt om aan de studerende nog iets
ieer mee te geven dan een vakopleiding.
In zekere zin onderschreef hij wat Po-
k in zijn zo juist genoemd boek zegt: „De
niuersiteit is een instelling van massa-
roduktie aan de lopende band, vooruit
lopend op verwachte bestellingen. Lever
bare produkten stelt zij als in een waren
huis naast elkaar op. De vragen naar het
goede produkt luiden: 1. hoe maak ik een
atoombom?' 2. hoe beboet ik mijn perso
neel?' 3. hoe richt ik mijn kostprijscalcu-
latie in?, 4. hoe moet ik het Evangelie
prediken?, 5. hoe word ik mij bewust van
het onderbewuste?". Alleen de litteraire
jaculteit gaat blijkbaar vrijuit. En prof.
Polak gaat verder: „De huidige gemid
delde universiteit is een min of meer toe
voltige ongelijksoortige verzameling, eer
welhaast amorfe massa van losse vak
ken, losse hogescholen, losse docenten
en losse studenten".
In dit verband wees prof. Van Arkel
op de ver doorgevoerde specialisatie,
zou," aldus spr., „in Leiden gemakkelijk
een anatal voorbeelden kunnen vinden,
waarin één hoogleraar door drie andere
vervangen werd, en de oorspronkelijke
leeropdracht in drie mootjes geknipt." Nu
is specialisatie, vooral in de experimen
tele wetenschappen, noodzakelijk om
onderdeel grondig te onderzoeken, doch
dn specialist dient nooit te vergeten, dat
hij te maken heeft met een onderdeel
van een geheel. Het wordt bedenkelijk
wanneer hij dit laatste uit het oog gaat
verliezen.
Werk in groepen, „teamwork", wordt
aangeprezen als tegengif tegen speciali
satie. Met alle waardering voor hetgei
docr eerf goed team bereikt wordt, is h
als alle medicijn, volgens prof. Van A
kei, een gevaarlijk middel, daar het
dikwijls toe leidt, dat de deelnemers zi<
ontslagen achten van hun plicht buiten
hun eigen specialisme te treden. „Ik her
inner mij," aldus spr., „een gesprek met
Andere wegen
Om uit al deze moeilijkheden te gera
ken, zag prof. Van Arkel de volgende
iplossing:
„In de praktijk is het nog steeds zo,"
ildus spr., „dat iedere hoogleraar zelf
bepaalt wat hij als exameneis zal stellen,
systeem zullen wij grondig moeten
ien: de overbelasting op de examens
niet kunnen worden opgeheven, wan-
niet in de toekomst de vakgroep als
geheel zal uitmaken welke onderdelen
geëxamineerd zullen worden en wa
omvc. ig Van de stof en de hoeveelheden
van de onderdelen zal zijn. En ver:
deüjk zal men nog verder moeten gaan
en in iedere vakgroep een man met
Nu: HEERLIJKE RODE BIETJES MET SPEK
llkatle vin de verenigde jligen In Lelden en omitreken
ker gezag bekleden, waardoor hij een
belangrijke stem in de beslissingen zal
krijgen. De kern van het leerplan zal dan
gevormd moeten worden uit datgene,
wat als basis voor ieder der onderdelen
onmisbaar is.
Daarna zal er een grotere vrijheid moe
ten komen van keuzevakken; in zekere
zin een sterkere specialisatie dus, maar
een specialisatie, geplant op een alge
mene onderbouw. Een opleiding, waar
aan een examen met 20 onderdelen ver
bonden is, ontaardt in een losse bundel
specialisaties, zonder fundament. Hier
voor in de plaats moet komen een stevig
fundament, met daarop slechts één of
een zeer klein aatal specialisaties als
keuzevakken. Het onderwijs in de keuze
vakken kan aan de specialisten worden
overgelaten. Deze zullen niet een belang
rijk deel van hun tijd aan hun onderwijs
taak behoeven te geven. Van de .basis
vakken daarentegen zal het onderwijs
veel meer van de docenten vergen Hier
toe dient wil men deze groep kunnen
aantrekken hun positie aantrekkelijker
te worden gemaakt. Of tenminste even
aantrekkelijk als van de hoogleraar, die
zich geheel aan onderzoek kan wijden.
Zal de Universiteit, zoals zij nu is, een
erzameling van meer dan honderd bij
kans volkomen onafhankelijke hooglera-
met hun staf, in de toekomst zich op
meest efficiënte wijze van haar taak
men kwijten, of zullen in de grote
groep kleinere eenheden vakgroepen
oeten gevormd worden, waarin één of
kele leidende figuren met een groter
gezag bekleed zijn? Er is al gesproken
•professoren te
benoemen. Deze benoeming van toege
voegde professoren zou inderdaad leiden
tot bovengenoemde groepsvorming. Deze
zou echter ook te bereiken zijn door niet
aan één man een ander toe te voegen
doch door boven een vakgroep een lei—
aan te trekken. Een „head of depart-
t". Hij zou, zelf ook een afdeling be
nd bij gespecialiseerde vakken, in
de onderwijskwesties een leidende positie
noeten innemen en verantwoordelijk ge
teld moeten worden voor de onderwijs-
Voorts zou hij het contact met de an
dere afdelingen moeten onderhouden,
omdat in het basisprogramma vakken uit
andere afdelingen moeten worden opge-
:n (bijvoorbeeld wiskunde voor fy-
chemici en biologen) en omdat wij
hopen dat aan ieder basisprogramma een
Studium Generale wordt toegevoegd, ter
wijl hij tevens de studenten, die in het
specialistisch deel van hun studie zijn
aangeland, zoveel mogelijk in teamver
band moet laten werken".
Prof. Van Arkel eindigde zijn rede
met de woorden: „Ik zie mijn fraaie
plan niet in tien jaar in vervulling
gaan, maar ik heb het u willen voor
leggen als een uitermate ruwe schets
van wat er zou kunnen worden ge
daan om van de 100-koppige Univer
siteit een meer georganiseerd wezen
te maken met hechte, contacten in
eigen vakgroepen en tussen die vak
groepen onderling. Dit zal een zekere
beperking van vrijheid medebrengen,
maar een beperking in deze zal nog
maar niet ineens een volkomen on
gebonden systeem tot een star school
se onderwijsinstelling maken. Ik ge
loof dat Polak gelijk heeft, waar hij
zegt dat wij ons te weinig bewust,
de ernstige crisissituatie.
De nieuwe rector
magnificus
Prof. dr. P. A. H. de Boer.
Pieter Arie Hendrik de Boer werd op
juni 1910 te Woubrugge geboren. Hij
doorliep het gymnasium te Leiden en liet
,ich hierna als student in de theologie
:n semietische letteren inschrijven aan de
Rijksuniversiteit. In 1936 werd hij Ned.
Herv. predikant te Berkenwoude, doch
inmiddels zijn studiën voort, die
.vee jaar later bekroond zag met een
promotie op een proefschrift getiteld:
.Research into the text of I Sam. I-XVI".
In datzelfde jaar werd hij benoemd tot
hoogleraar aan de Leidse Universiteit,
met als leeropdracht: de uitlegging van
het Oude Testament, de geschiedenis van
de Israëlitische godsdienst en van de
Israëlitische letterkunde.
ids 1942 is prof. De Boer redacteur
.Oud-Testamentische Studiën" en van
1951 af redacteur van het internationale
tijdschrift „Vetus Testamentum". In „Oud-
Testamentische Studiën" schreef priof.
De Boer een vervolg op zijn onderzoe
kingen omtrent het boek Samuel. Voorts
verschenen van zijn hand „De boodschap
van het Oude Testament" (1940), „De vc
bede in het Oude Testament" (1943),
godsdienst van het Jodendom" (1951)
„Vreugde en verdriet" (1953).
Wegens vertrek naar Nunspeet
In Jezus Christus gaan wij de eeuwige
toekomst tegemoet
EN NU, KINDERKENS, blijft in Hem, opdat, wanneer Hij zal geopen
baard zijn, wij vrijmoedigheid hebben en wij van Hem niet be
schaamd gemaakt worden in Zijn toekomst". 1 Johannes 2 vers 28 was
de tekst voor de afscheidsprediking van ds. N. Kleermaker, Hervormd
predikant, gisteren in de Pieterskerk.
Tn een Grieks spreekwoord wordt ge
zegd. dat alles in voortdurende beweging
is. Daarvan getuigt ook dit afscheid „Vijf
jaar heb ik in de wijkgemeente Centrum
pastorale arbeid mogen verrichten. Vijf
jaar lang heb ik u, centrale Gemeente,
bijna zondag aan zondag het Woord van
God mogen verkondigen. En ik meen te
mogen zeggen, dat we b?t goed hebben
gehad. Dit zijn onvergetelijke jaren,
•voor wij God danken, dat Hij ze ons
heeft gegeven. Maar ze zijn voorbij en wij
kunnen er geen minuut van overdoen."
De predikant merkte op, dat het feit
van het afscheid ons zegt. dat wij hier
geen blijvende stad hebben, maar dat we
alleen een zekere toekomst tegengaan.
De toekomst is niet alleen verborgen;
wij gaan die toekomst tegemoet, die door
de tekst genoemd wordt „Zijn toekomst",
de toekomst van Jezus Christus, de dag
dat Hij komt op de wolken des hemels.
Naar die grote dag wijst ook dit afscheid
heen als een uitgestoken vinger. Die dag
zal zijn een dag van het gericht. Dan
worden wij in de weegschaal van Gods
recht geworpen, herder en leraar en Ge-
ieente. Wie druft dan zien op zichzelf?
Tussen het nu en die dag ligt een weg.
Hoe lang die afstand is. weten wij niet.
Die weg moeten wij allen persoonlijk en
als Gemeente bewandelen. Op de weg
wandelt ook een grote vijand, namelijk de
antichrist. Hij is de verpersoonlijking van
het kwaad en van de vijandschap tegen
God. De satan is in beginsel op Golgotha
wonnen, maar hem is nog vpel kracht
gelaten. Velen zullen het veldteken van
het kindschap Gods verwaarlozen. In het
uur van beproeving, verzoeking en loute
ring zullen ze bezwijken. En op de dag
van Jezus Christus zullen zij aan de kaak
gesteld worden als zijnde in wezen vijan
den van het kruis en de genade. Ze zul
len ten antwoord krijgen: „Ik ken u niet".
Gemeenschap
Om de Karashoeve
De Gastspelers vierden
tweede lustrumfeest
het
zijn
waarin de Universiteit zich bevindt.
De spiegel die Polak ons voorhoudt,
vertekent misschien het beeld; het is
misschien niet zo erg met ons gesteld
als hij ons zou willen laten geloven,
maar als er ook maar een kern van
waarheid schuilt in wat hij zegt,
wordt het hoog tijd dat wij tot daden
overgaan. Alle kracht aanwendend
om de ontwikkelingsgang om te bui
gen en niet in Olympische rust af te
wachten, dat het onheil aan ons vol
trokken wordt."
Met de traditionele woorden „Vale,
Rector, iterumque vale!" droeg prof. Van
Arkel hierna het rectoraat voor het nieu
we cursusjaar over aan zijn opvolger.
„Eigen Haard" 65 jaar
Eigen Haard" is in tweeërlei
opzicht een echt buitenbeentje. Be
heert de grootste woningbouwvereni
ging in onze stad wel meer dan dui
zend woningen en kunnen de zusters
verder allemaal op een bezit van
honderden bogen, zij doet het daar
tegenover wel heel bescheiden door
slechts over één straat de zeggen
schap te hebben. Dat is de Gerrit
Doustraat aan de Witte Singel. De
bewoners wonen er prettig en voelen
zich eigenlijk allen lid van een fa
milie; dat bleek zaterdagavond in de
feestzaal van Oud-Hortuszicht, waar
feest werd gevierd ter gelegenheid
van het 65-jarig bestaan.
De andere bijzonderheid spreekt wel
licht nog méér tot de verbeelding van hen,
die dit lezen. En dat is. dat de meeste
mensen er wonen voor zegge en schrij
ve vier gulden in de week. Wèór vindt
men nog goede eengezinswoningen-met-
tuintje voor zo'n huur' Terecht noemde
de voorzitter, de heer A. C. van der
Woerd, die in de f eestbij eenkomst een
summier historisch overzicht gaf, dit een
unicum in de stad, ja, in het land, ja
zelfs in de wereld.
De meeste huizen zijn bovendien nog
gemoderniseerd, waarbij de zolder van
slaapkamers werd voorzien, terwijl het
bestuur kan zeggen, dat het niet zo lang
meer zal duren, of alle woningen hebben
het gewenste peil bereikt. Het woning-
bezit van deze op dood spoor gerangeerde
vereniging breidt zich niet uit; vandaar
dat er ook haast geen nieuwe leden
worden aangenomen en de nieuwe leden
alleen kunnen komen uit de families.
„Eigen Haard" werd in 1891 opgericht.
Het doel was, een rij woningen voor beter
gesitueerde arbeiders neer te zetten. Het
initiatief ging uit van typografen en
P.T.T.-ers. De arbeiderswoningen waren
in die tijd heel slecht; de meeste waren
krotten. Toen de huizen er eenmaal ston
den, leken ze voor die tijd eigenlijk te
mooi. Een huurprijs van f 2 per week
was destijds niet laag. Spoedig meldden
zich beter gesitueerden arbeiders aan. De
huur van f 2 heeft men lange tijd kunnen
volhouden.
De heer Van der Woerd zei in het slot
van zijn toespraak nog, dat het van be
lang is. dat de bewoners hun huis goed
onderhouden.
Het Zaanse kleinkunstensemble onder
leiding van Wim Theewis ontwikkelde de
ze avond de revue „Zet de bloemetjes eens
buiten". Het bestond uil muziek, liedjes,
schetsen en voordracht. Een orkestje van
Leidse politiemannen zorgde voor popu
laire muziek. Het stond onder leiding van
de verkeersagent Voerman. De mensen
hebben zich de ganse avond goed geamu-
Burgerlijke stand van
Leiden
GEBOREN: Abraham zn v R J Florijn
en J v d Burg; Catharina Helena dr v C
van Helden en E T Meijer; Dirkje dr v
G Vermeer en C G P de Kruijff; Johan
nes Nicolaas zn v J B Smits en C G Gijs
man; Renë Wilhelmus Martinus zn v C
Opdam en E M J Verkuijlen; Cornelis zn
v C de Jong en J van Arkel.
GETROUWD: L J Bosch en H M C
Foks.
OVERLEDEN: W M Effert huisvr. v.
Ruis 54 jr; A M Ankerna huisvr. v F
Boeff 77 jr.
De r.k. toneelgroep „De Gast
spelers" heeft zaterdagavond haar
tweede lustrum gevierd met de op
voering, in de schouwburg, van het
toneelspel „Om de Karashoeve", ge
schreven door Ben Heuer.
Ergens in Macedonië ligt de hoeve
de familie Karas van geslacht op
geslacht gewoond en gewerkt heeft. De
bezittingen heeft men zien vermeerde
ren en de macht toenemen. Door strenge
tucht en discipline heeft men het ver
gebracht. Van jongsaf heeft men het ge
hoord: Er is maar één ding belangrijk en
daar is alles aan ondergeschikt: de fa
milietrots.
Dat het zolang goed gegaan is, is
wonderlijker, dan dat het tot een bot
sing komt tussen Mischko Karas, de
vader, en zijn' drie zoons. Het familie
belang is volgens de vader, dat hij be
paalt, met welke vrouw zijn oudste zoon
Tornar zal trouwe*. Dat gaat naar de
regel: wat is het meest wenselijke voor
de Karas-bezittingen. De zoon neemt dit
niet en zeker niet, wanneer hij weet,
dat zijn broer Andrej verliefd is op
Sophie Starnipol, het meisje dat zijn
vader voor hem bestemd heeft.
Het wordt hooglopende ruzie, waarbij
de bemiddelingspogingen van Djana, de
vrouw van Mischko, op niets uitlopen.
De zoons lopen weg en de vader blijft
eenzaam achter. Zoals het bij zulke ge
legenheden behoort te gaan, lopen de
zaken op de boerderij achteruit, Mischko
i aanvaardbare
Jac. Buis,
6
wordt ziek, de knechts kunnen het niet
en wanneer de baas wat hersteld is,
moet hij het toch kalm aan doen.
De schrijver houdt zich prachtig aan
het schema, dus duiken na anderhalf
de jongens weer op. Ze worden in
genade, maar niet met de blijdschap van
de vader in de bekende gelijkenis, weer
huis opgenomen en de zaak gaat ver-
rHoe? Misschien vertelt Heuer
s dat in een volgend stuk, maar dat
geloven we dan wel.
Dramatische werking
Eigenlijk tolereert de schrijver het ge
drag van de vader nog voor het grootste
gedeelte. We willen niet alles goed pra-
wat de jongens doen, en de manier
waarop het gebeurt, maar de schrijver
heeft verzuimd om het stuk een sterke
dramatische werking te geven door geen
rekening te houden met het feit, dat
Gods geboden ook de grenzen van het
ouderlijke gezag aangeven. Nu werd het
het tweede bedrijf de spanning van de
zweep en in het laatste die van het ge-
Het loopt allei
r dat brengt noo
oplossing.
We hebben waarde:
waarop men, onder
dit melo-dramatisch geval nog getracht
heeft aannemelijk te maken. Dat men er
niet volkomen in geslaagd is, kan men
De Gastspelers niet kwalijk nemen. Dat
vereist een routine en vaart, die ama
teurs niet kunnen opbrengen, het tempo
was soms te langzaam en te veel wit zat
er in de voorstelling.
Ieder heeft z'n best gedaan. N. Reize-
voort als de vader en Annie Kop als zijn
vrouw gaven aanvaardbare typen,
goed werden volgehouden. Ook de
speelden goed, waarbij vooral het spel
van Jac. Ouwerkerk, als Tornar, opviel
door een goede nuancering.
Een hartelijk applaus was
diende beloning voor het harde werken
voor deze opvoering. Men heeft gedaan
wat men kon, maar bij dit jubileum
hadden we liever een ander soort stuk
gezien. Voor de dames waren er bloemen
en de heren kregen een rokertje.
A. C. Boi
GEMEENTE LEIDEN
Officiële publikaties
GEMEENTEBEGROTING 1957
Burgemeester en Wethouders van Lei
den brengen ter openbare kennis, zulks
ter voldoening aan het bepaalde in de
artikelen 238 en 253 der gemeentewet, dat
de begroting der plaatselijke inkomsten
en uitgaven voor het dienstjaar 1957, als
mede de begrotingen voor dat jaar van
de takken van dienst, aangewezen krach
tens artikel 252 der gemeentewet, op de
secretarie der gemeente voor een ieder
ter lezing zijn nedergelegd en tegen be
taling der kosten algemeen verkrijgbaar
zijn gesteld.
Leiden, 17 september 1956.
Burgemeester en Wethouders voor-
wilde ds. Kleermaker deze avond de ver
maning laten horen: kinderen, blijft in
Hem, opdat wij bij Zijn openbaring vrij
moedigheid mogen hebben.
Waar het op aan komt is dit. dat
w« blijven in Hem, dat wij gemeen
schap met Hem hebben, dat w(J met
Maria aan Zijn voeten zitten en dat
wij leven uit de evangeliewaarheid
zoals ons die verkondigd is. Zonder
Jezus Christus hebben wij geen God
en geen Vader; bulten Hem hebben wö
geen toekomst in de dag van het oor
deel. „Houdt u ook in uw eigen gees
telijk leven biddend en worstelend
aan die ene Naam, Jezus Christus. En
onderzoekt uzelf, of u waarlijk in Hem
bent. Van nature zijn wij buiten Hem.
Wjj zijn vijanden van de genade. Al
leen door de zalving van de Heilige
Geest, door bekering, geloof en de
vlucht naar het kruis van Golgotha
zijn wij in Hem. Volhardt in dc ge
beden en In het geloof, want wie
volharden zal, die zal zalig worden,
wat de toekomst brengen moge, hoe
Ds. N. Kleermaker
groot de verdrukking van Gods Ge
meente zal zijn en hoe wij onszelf ook
moeten beschuldigen wegens onze
In Christus hebben wij een barmhar
tige Hogepriester en een Advocaat, Die
wijst op Zichzelf: Ik heb voor hen be
taald. In Jezus Christus gaan wij de
eeuwige toekomst tegemoet."
Met vrede
Na de preek werd vers 11 van psalm 72
gezongen. Ds. Kleermaker richtte zich
vervolgens met een kort woord tot de
vertegenwoordiger van het gemeentebe
stuur (de heer Van der Kwaak), de afge
vaardigden van verschillende Kerken, de
kerkeraad van Nunspeet, zijn nieuwe Ge
meente, de classis Leiden en het college
van kerkvoogden, de staf van het kerke
lijke bureau. de collega's, de centrale ker
keraad. de wijkkerkeraad, ds. De Ruiter,
die in de wijkgemeente Centrum als con
sulent zal werken, de medewerkers van
de wijkgemeente, de catechisanten, de le
den van de centrale jeugdcommissie, or
ganisten, kosters, vrijwilligers en collec-
Tot de Gemeente zei hij: „U bent veel
voor mij gaan betekenen. Ik heb met veel
plezier temidden van u gewerkt. Ik vond
het een feest om temidden van u het
Woord van God en de sacramenten te
mogen bedienen. God riep mij naar een
andere plaats. Velen begrijpen dit niet.
Maar ik weet het: ik ga met vrede. De
Leidse Gemeente zal ik niet kunnen ver
geten. De vrede van Christus wone rij
kelijk in uw harten."
Vóór de zegenbede werden psalm 89 de
verzen 1 en 8 gezongen. De Gemeente
zong de vertrekkende herder en leraar
psalm 141 vers 4 toe. Na de dienst heb
ben velen ds. Kleermaker in de consis
torie de hand ten afscheid gedrukt. Voor
dat daarvoor gelegenheid was, sprak ds.
J. de Wit namens de centrale kerkeraad
een woord van dank en afscheid.
AGENDA VOOR LEIDEN
Maandag
Pieterskerk. 8.30 uur: avondmuziek door
Joop Brons, organist van de Kooikapel.
Volkshuis, 8 uur: algemene voorlich
tingsavond Leidse Jeugd-Actie (cursus
programma 19561957).
Dinsdag
Wijkgebouw Bethel, .Stille Rijn, 8 uur.
„Brommers of Juichere" door ds. T. D. van
Soest te Rijnsaterwoude voor afd. Leiden
Geref. bond.
Haarlemmerstraat 56, 3 tot 5 uur: recep
tie ter gelegenheid van het 300-jarig be
staan van „De Hollandsche Boerin".
Schouwburg, 8 uur: „Een huwelijk on
der Lodewijk XV" door Ned. Cwnedie,
eerste abonnementevoorstelling K. en O.
O e g s t g e e s t. Het Witte Huis. 8 uur:
modeshow van Eerste Oegstgeester Con-
fectiehandel.
Woensdag
Pieterskerk, 7.30 uur: avondstilte.
Oegstgeest. Het witte Huis, 8 uur:
modeshow van Eerste Oeg6tgeeeter Con-
fectiehandel.
Federatiehuis. Gerecht 10, 8 uur: leden
vergadering afdeling Leiden van Kon.
Ned. Mij voor Tuinbouw en Plantkunde,
lezing van D. Hogewoning te Lisse over
„behandeling van bloembollen jn tuin en
Tentoonstellingen
Rijksmuseum voor volkenkunde. 108
ur: „Van klei tot pot" (tot 1 oktober).