ÜUM Om een foto hield men mij een uur vast REIS DOOR 1 door iv Negenentwintig mensenlioofden rollen voor mijn voeten Parlementsleden treden af bij optreden nieuwe Kamers mi DONDERDAG 12 JULI 1956 RESIDENT BOENDERMAKER wiel precies wal liem te doen elond na het vernemen van de gebeurtenissen in kampong Ajam uit de mond controleur Seheele. Hij had een plan gereed. De enige zwakke scha- ;el in dat plan was, dat de schuldige Asmatters de henen zouden kunnen eniaeinen. Voorgoed. Het is uitgesloten Asmatters te vangen i enbestaande uit honderden kreken en sluipwegen. J. De enige kans hen te bereiken zou zijn rustig naar Ajan lerJaar door middel van een list gedaan zien te krijgen, dat fepilderais onderduiken. De prauwen brachten ons terug i aTilina vlicgbool en een kwartier later hingen w -''"(laar Ajam zou voor ons geen zes uur dure enüsmatters, die voor de navigatie zorgden gebied, te gaan e niet in ar de Cata- weer in de lucht. De reis i evenmin En het i ";Tien minuten iater daalt het vliegtuig. jnder ons zien we Ajam. Het is een inggerekte kampong, gelegen langs de ivier. Opvallend zijn de grote, langwer- ige mannenhuizen. Daarin was dus het lan beraamd. En daarin was dus de [oord begonnen. Het is opvallend stil als wè voor Ajam het water neerstrijken. Er zit iets in lucht, dat haast onheilspellend aan- >et. We ontwaren maar weinig mensen, me niet bedwingen steeds een slaan op de talloze kreekji iniatuur-baaitje die de jungle binnen dringen. Een ideaal oord om je schuil te houden. Geen macht ter wereld en land opsporen die daar geen prijs op stelt. En geen er prijs op stellen. tr schuldigen it was bekend. Een paar prauwen brengen ons' na de landing" op de rivier naar de oever, gewone beeld: dikke, zuigende mod- Ik zak bijna tot de heupen in de maar let daar nauwelijks op. Ik té zeer vervuld van de gedachte, it ik de plaats van het drama heb be- jikt. Hier brak dus een paar dagen ge iden de hel los. Hier- baanden zich dus ieest primitieve hartstochten een eg. Zo ooit. dan zouden we hier der- •e kennis kunnen maken met de ho- primitivus de primitieve mens! Om te rillen Een groep Asmatters staat op de wal |n kiikt bedrukt verlegen haast —ons lan. Ze weten, dat er iets zal gaan ge- leuren. Alleen ze weten niet wat. En lat wordt dan ook angstvallig voor hen jerborgen gehouden. men de situatie van de kampong ns op en dan vraagt resident indermaker. waar eigenlijk die 29 in- 1 koppen zijn gebleven. Deze in ieder geval worden meegeno- nnt het bezitten van die koppen de Asmatters van groot belang. Controleur Seheele zwijgt aanvankelijk. Dan zegt hij iets tegen een der Papoea- tolitie-agenten. De man loopt een paar heter weg en ik houd hem in het vizier. !k heb namelijk zo het gevoel, dat ik ian m'n stokje zal gaan De man komt terug met een jute jak. Die zak is dichtgebonden met ten stuk touw. De Papoea maakt het |ouw los en grijpt de zak van on deren vast. Hij tilt hem op en draait hem om. Wat er dan volgt, is opnieuw Schokkend en verbijsterend. Op het zelfde ogenblik, dat de man die zak bmdraait, verliest deze z'n inhoud Er rollen 29 koppen voor m'n voe ten Ik hoop dit soort dingen niet nóg eens mee te maken. Het is drukkend heet en de atmosfeer in Ajam is vol vocht- Ik sta te transpireren als een paard. Maar bij het zien van die 29 koppen, die daar op de korstige mod- fler uit elkaar rollen, voel ik me ijs koud worden. Dit is werkelijk een Ondraaglijk schouwspel. Ik kan me jniet voorstellen ooit iets ellendigers, pnmenselijkers en afzichtelijkers te jhebben aanschouwd. Allen zwijgen. Iedereen tracht oelens voor de ander te verbergi mijn gezelschap minder moeilijk :ijn gevallen dan mij- Omdat dit soort lingen In Zuid-Nieuw Guinea niet zeld- :aam is. Omdat er nog dagelijks gesneld gemoord wordt in dit gebied. Omdat, ik herhaal het. snellen en moord alles maken hebben met de adat 'olk. Voor hen is het nauwelijks jdaad. j De koppen zijn bruin. Controleur IScheele heeft ze n.l. met petroleum 1. ten overgieten en vervolgens laten af branden. Maar toch daalt er een wolk vliegen op neer. Daarom worden de trieste overblijfselen van de Jipajcrs weer gauw in de zak gedaan. Het is een opluchting als ze niet mee: zijn en ik denk dat ik de enige niet ben. die nu weer vrijer kan ademen. Dan begint er een gesprek tussen re sident Boendermaker en de op de oever staande mannen. Een gesprek dat slechts mogelijk is met behulp van een tolk. De taal der Asmatters is iets wanhopigs. Men moet jaren onder hen geleefd hebben om zich verstaanbaar te kunnen maken. Loerende ogen De man van de „kompenie" spreekt langzaam en duidelijk. Hij wqst er de Asmatters op, dat degenen, die de vlucht namen, er verstandig aan zullen doen. spoedig terug te keren. Reeds mor gen! „Want morgen zullen wij hier weer zijn! Morgen moet er gesproken worden! Zo gaat het niet langer! Het is tc gek dat men aldus gasten ontvangt!! De Asmattters luisteren toe. Schichtig. Ernstig. Ze loeren ons aan en het is nu maar de vraag, of zc ons vertrouwen. Het is ook de vraag, of ze dc list dóór hebben. Ten slotte zijn het sluwe duivels, die men niet zo veel kan wjjs maken. Heel hun leven is immers ingesteld op list. De resident spreekt door. Met klem be looft hij, dat ze niets ergs hebben te vre- Niemand zal worden gedood. Geen enkele man van Ajam zal er het leven bij inschieten. Maar het is wèl nodig dat er wordt gepraat. En dat moet morgen ge beuren. Morgen! Zullen de anderen x werkelijk ver schijnen? wordt onder drukt gegromd. Er wordt onderling ge fluisterd. Dan horen we dat die anderen inderdaad wel zullen komen opdagen. Als ze tenminste bereik baar zijn. Na het gesprek blijven we nog even staan en lopen dan door de verlaten kampong, wat maar een sinistere wandeling is. Je hebt het gevoel door dodenhuis te gaan. Ik heb dan ook werkelijk geen behoefte, langer dan strikt noodzakelijk is, in Ajam te blijven- Een half uur later worden we met de prauwen teruggebracht naar het vlieg.- tuig. De Asmatters zijn onder de indruk. Commandant Van der Wel taxiet over de !i en zoekt een plaats om de lucht in gaan. Het is maar een gevaarlijke si tuatie. met al da» drijfhout. Maar ook dit maal lukt het. En zijn we los van de op weg naar Agats, waar we de nacht zullen doorbrengen. Noch dc sagobosscn onder me, noch de opfladdercndc kakatoe's uit dc groene wil dernis zijn in staat dc ellendige viziocnen, die ik van Ajam meeneem, te verdrijven. Dp een gegeven ogenblik merkt de bis- ichop daar blijkbaar ook iets van. Hij zit icn beetje ironisch tegen me te glim- achcn, buigt zich dan naar mc toe en zegt: „Wel, u wilde het toch zien niet- In de verte gaat een haan kraaien. Waarom kraait die haan op dit uur? Het gesprek verstomt nogal eens een keer. Ieder van ons heeft z'n eigen ge dachten. Ik ben nog steeds bezig dit soort dingen „Gewoon" te vinden. Of onaf wendbaar. Ze zijn hier onafwendbaar. Ze zijn onverbrekelijk verbonden met de beslui dat iking met de vereld van buiten vormde. En dit had log maar een enkel jaar geleden plaats. Vroeg zoek ik m'n slaapplaats op. Het een primitieve bedoening: een klein eldbed op een van die wiebelende vloer- ies. Ik vraag me eerst nog af hoe groot de kans is tussen de stammetjes van zo'n door te zakken Een kans. die me rijkelijk groot lijkt. Dan trek ik de klam- aeen Zo snel mogelijk, om de escadrilles muskieten geen gelegenheid inder het groene net te komen. Ofschoon de lantaarn maar een mager bundeltje licht produceert gaat een aan tal muskieten mee onder de klamboe. Als straaljagers storten ze zich op me -Het duurt geruime tijd eer ik ze heb gedood. uitputtende bezigheid Agats. Ik slaap in in slaap, doch het duurt niet lang. Door ons huis klinken vreemde geluiden. Ik krijg de indruk, dat zich nacht. Om 5 uur beginnen er overal hanen te kraaien. Ze kraaien de stilte nacht aan stukken. Nu is er geen kans meer opnieuw in slaap te vallen. Het is niet zo erg. Ik zit onder de muskietenbeten en het lijkt me wen selijk de opengekrabde beten eens te gaan behandelen. Daarom sluip ik naar buiten. Het eerste wat ik zie zijn drie Asmatters. Ze zitten naast elkaar. Met z'n drieën worden weer gauw in de jutezak gedaan.... Dan begint er een ge sprek tussen resident Boenderma ker en hel dorpshoofd van Asmat en de ondere Asmatters op de oever. Hij wijst er de Asmatters op. dat degenen, die de vlucht namen, er verstandig aan zullen doen terug te keren. En reeds morgen! „Want morgen zullen wij hier wéér zijn'. Morgen moet er gesproken worden.' Zó gaat het niet langer! Het is te gek, dat men aldus gasten ontvangt De Asmatters luisteren toe. Schichtig. En ernstigZullen ze de list dóór hebben en onder ons bivak bevinden. Zijn iu die gevluchte Asmatters? Ik houd de adem in. Naast me. twee meter ver der. ligt resident Boendermaker. Hij snurkt zwaar. Dus moet ik wel aannemen, dat hij reeds in diepe slaap verzonken is. Ik probeer ook in slaap te komen. Ein delijk lukt het. Maar het is een korte ia! toi rgen tc strijden is mede onze landen in Agats is het donker geworden. Slechts enkele petromax-toe- stellen werpen wat schijnsel in het huis ontroleur Seheele. Er komt koffie en rijst. En zo zitten we dan bij elkaar op wiebelende deinende stammetjes, die sa- de vloer vormen. Al gauw melden nu de muskieten, bij honderden te gelijk. Ten slotte worden het er duizen den. En muskietenolie helpt er nauwelijks tegen. Het wordt niet koeler. Klam en vochtig is de atmosfeer. Je ruikt het bos. dat rondom ons oprijst. Een bos vol primitieve mensen. Onzichtbaar, en toch haast voel baar aanwezig. De haan kraait Een stuk of tien Asmatters zitten ons aan te staren Het is of ze ons biologeren. Ze zwijgen als het graf. Het enige wat ze doen is spuwen. En soms komt er een naar voren kruipen om wat tabak te vragen. De sigaretenpeukjes, die we over de wand van het huis wegwerpen, wor den steeds door hen nagesprongen. Ze zijn eenvoudig wild op tabak. Ik word slaperig. Bulten tiert het bos en vlak voor me kijk ik tegen fonkelen de, glanzende ogen op. Het zijn felle kop pen. die uit het duister opdoemen. QtEJ.&ad* DAG-CREME Zelf* voor de gevoeligste boid Ti*/#- im XfNE- lANOlfNECREME zwarte beeldengroep. Ze slapen ken nelijk nog. De hele nacht hebben zc daar gezeten. Zij zijn het, die ik heb gehoord Grondwetswijziging aan vaard (Van onze pa riem entsr edacti e) De Tweede Kamer heeft gistermiddag met algemene stemmen he! initiatief voorstel van prof. Oud (lib.) c.s. tot ver andering van de Grondwet aangenomen. Zoals bekend beoogt dit voorstel, dat door de Kamers in eerste lezing was aanvaard, d'e parlementsleden te doen aftreden op het tijdstip, dat de nieuwe Kamera voor lerst bijeen komen. De heer Oud en de zijnen achten dtt noodzakelijk, omdat hierdoor een parlementair vacuum, zoals dat tijdens de bezetting gehad heb ben, wordt voorkomen, In de Grondwet leen het aftreden als zodanig voor geschreven, maar er staat niets over het tijdstip, waarop dit moet geschieden. De bedoeling is: duidelijk te bepalen, dat het aftreden van gaande parlementsleden achterwege blijf!, indien het optreden van komende niet mogelijk is. gelijk in 1943 het geval was. De demissionaire minister-president dr Drees heeft tijdens de discussie (die een „mer a boire" was voor liefhebber* staatsrecht) he'. standpunt van de regering ten opzichte van dit wetsontwerp uiteengezet. De regering voel! geen be hoefte aan deze regeling, maar wenst de beslissing geheel aan de Kamers over te laten. Ze wenst uitsluitend od te '.reden Is intermediair. Toen het op stemmen aankwam verliet Ir. Drees, die op het ogenblik als lid ■an de P.v.d.A.-fracte stemrecht heeft, de vergaderzaalDe andere ministers- Kamerleden stemden, voor zover aan- Aan het einde van de middag werd (zonder hoofdelijke stemming) een wets voorstel aangenomen om een bijdrage van f 200.000 te verlenen aan de F.A.O ten behoeve van een internationale ac'.ie ter vergroting van de afzet van magere melk- produkten in India en Pakistan. Voorzit ter Kortenhorst sloot de vergadering mei de mededeling, dat standigheden voorbehouden hij niet voornemens is de Kamer nog in deze bui tengewone zitting bijeen te roepen. De Johan van OldenbarnevcH van de Mij. Nederland zal morgen met 1440 emi granten van Amsterdam naar Australië vertrekken. Een speciale boottrein ver- riekt om 9.43 uur uit Den Haag en om 9.56 uur uit Leiden. Als journalist in Algerije Leve de persvrijheid (en allen die haar om willen brengen O (Van onze reiscorrespondent Link van Bruggen) ALGIERS, 11 juli M DEZE FOTO WERD MIJN TOESTEL twee uur in beslag genomen, ederom betreurenswaardige incident ik ben wel eens meer voor het nemen van volkomen onschuldige plaatjes op het plaveisel van deze stad in m'n kraag gepakt speelde zich op het middaguur voor een gebouw van de politie af, een prefectuur, waar dagelijks tientallen Arabieren wor den opgebracht. Toen ik de foto aan de overzijde van de straat nam, sprong er ijlings een politie-agent op me af, die een vervaarlijke mitraillette onder de arm droeg. „Hebt u toestemming om militairen of gemilitariseerde formaties te fo tograferen?" vroeg de man op bepaald onaangename toon. „Natuurlijk", zei ik, zo aangenaam mogelijk, „anders had ik 't zeker niet gedaan Ik toonde hemmijn werkelijk onvervalste papieren, drie stuks in totaal, waaruit hij echter onmiddellijk constateerde, dat ik zwaar in overtreding was. bouw rondzwierven, werd ik ten slotte naar boven gedirigeerd, waar ik door twee rechercheurs in burger en met een groot pistool aan de riem aan een streng verhoor werd onderworpen. Voor de zo veelste keer werd me verteld hoe zwaar ik wel in overtreding was geweest en of ik nu al aanvoerde dat ik bij de „Service psychoflogique de l'Armée" als een be trouwbaar persoon te boek stond en dat ,Mee naar het bureau!" luidde het toen gewillig volgde ik het onvriendelijke zen naar de hal van de prefectuur, welke gevuld was met op de grond zit tende Arabieren, die ter identiteitscon- van de straat waren opgepikt. Ik nog net in de gelegenheid onder hen het leuke schoenpoetsertje te ontdekken. kind nog, dat elke morgen voor het hotel om m'n klandizie bedelt, hoewel ik goed als onpoetsbare sandalen draag. Opdringerig T/OOR IK HEM evcntoel zo iets als „Ook gij, Brutus?" kon toevoegen, zag ik me omringd door een tiental gehelmde en vrij zenuwachtig doende politie-beambten. Het duurde niet lang, of de ene had m'n paspoort, de andere m'n perskaart en de derde m'n vergun ning om Algerije te betreden in handen. Een vierde en een vijfde begonnen me meteen zorgvuldig te fouilleren de aanblik van de groezelige kleren der Arabieren en m'n eigen schone hem- metje ontlokte me bijna een: ,,'k Fouil leer goed, meneer" en een zesde en zevende schreeuwden luid door elkaar welke misdrijven ik zo al niet begaan had. Een achtste man nam vervolgens m'n toestel in beslag, een negende ging er met m'n perskaart vandoor en een tien de de laagste in rang, maar de groot ste dictator probeerde met alle ge weld de twee privé brieven, welke ik bij me droeg, in handen te krijgen. Ik pro testeerde met alle Franse scheldwoor den die tot mijn beschikking staan, maar ik was ze waarschijnlijk kwijt geraakt, als de wachtcommandant niet beslist had. dat ik mijn particuliere corres pondentie op zak kon houden. Merkwaardige conclusie Dit is de bewuste plaat die zo veel geharrewar veroorzaakte. Het grimmige Frankrijk J-JET VALT als buitenlander niet mee om in Algerije het beroep van journalist uit te oefenen. Men verdenkt je, waar je ook vandaan komt, van sympathie met de Ara bische bevolking, of boordevol kri tiek te zijn jegens het voor velen onaantastbare Frankrijk. Zowel het ene als het andere schijnt bijna als een misdaad te worden aangere kend. Voor de inheemsen kan je geen sympathie opbrengen, omdat ze. niet beseffend hoe goed ze 't onder de Fransen hebben, eigen lijk maar ondankbare schepselen zijn. En kritiek op Frankrijk is he lemaal uit den boze, wan* de trico lore is al ticel te lang in het buiten land naar beneden gehaald. ten waardig wordt bevonden, als journalist een kijkje in Algerije te nemen. Ten eerste moet de gouver neur-generaal in de moeilijke situatie van vandaag de minister resident geen bezwaren tegen je binnenkomst hebben. Ten twee de moet je uit het tentakelachtige, officiële'Parijs een door de minister van oorlog uitgereikte vargunning op zak hebben om iets van de pa cificatie te kunnen zien. Ten derde moet de zogenaamde Service psy- chologique de l'armee een voor- lichtings- annex inlichtingendienst alle mogelijke bijzonderheden van je weten, zoals de kranten, waarvoor je werkt, hun politieke kleur, je personalia en nog een heleboel meer. ALS JE DAN eindelijk als „ac- cepté" bent gekwalificeerd, sta je nog voor de moeilijkheid, dat je de feiten en hun verbanden uit de bekende, onuitputbare propaganda- pot krijgt opgelepeld. Bovendien zijn de lagere politie-beambten en militairen met een zo'n groot wantrouwen tegenover de buiten landse pers vervuld, dat je bijna de identiteitspapieren van premier Mollct op zak moet hebben, om on gestoord je gang te kunnen gaan. Dagelijks worden talrijke re bellen in Algerije gevangen ge nomen. De arrestanten worden door leden van de Algerijnse hulptroepen naar de wagens gebracht. clusie op zichzelf reeds een zeer merk waardige luidde, dat ik dit. door voor de pers te fotograferen, toch had gedaan en dat ik uit dien hoofde in overtreding O IJ DIT SOORT muggenzifterij, of. beter gezegd: stommiteiten, is het afltijd plezierig iemand uit de brand te helpen. Het was me dan ook een waar genoegen deze hoogst intelligente rechercheur de mededeling te kunnen doen, dat de zin. die hij zo bezwarend voor me vond, geen onderdeel van mijn visum voor Algerije vormde, maar tot dat van de Libanon be hoorde Ik weet niet precies wat de man zei en eerlijk gezegd interesseerde het me al niet meer. Mijn camera werd namelijk binnen gebracht, evenals mijn perskaart, die 'zich in handen van een inspecteur be vond. Deze gaf toen aan een van m'n treiteraars gelukkig de snuggerste opdracht mij naar het hoofdbureau van politie te vergezellen en me daar bl] een commissaris te brengen. Ik had het ge voel het hele Franse leger te moeten zien. alvorens m'n toestel weer in handen te kunnen krijgen, en begon de hele situatie vrij donker in te zien. /~\NDERWEG praatte mijn begeleider tot vervelens toe, over het onschuldige 'plaatje dat ik genomen had. Hij haalde Rusland er bij en de Arabische staten ik mocht het ding daar eens willen ver kopen en gaf een weinig interessante beschouwing over al datgene wat je zoal onder een foto kan zetten. Tegenover een overigens volkomen cor recte commissaris heb ik toen voor de laatste keer mijn geval uiteengezet. Hij tekende alles nauwkeurig op. zou die zelf de middag nog even de „Service psycho- logique de l'Armée bellen en als alles in orde was, zou ik m'n toestel over een uur kunnen halen. Alles was natuurlijk in orde, be halve m'n humeurIk kon weer roe pen: Leve de persvrijheid en allen, die haar om willen brengen. Zal ik morgen nog eens een plaatje voor u maken? Of zal ik het negatief nu eens naar Rusland of een van de Arabische landen sturen, waar met anti-Franse propaganda blijkbaar een hoop geld te verdienen is. ik voor de uitoefening van mijn beroep en niet voor toeristisch genoegen in Algerije vertoefde, niets vermocht de beide man nen van mijn onschuld te overutigen. Een van hen. die mijn paspoort in han den had, en die het zich daarin bevinden de visum voor Egypte met lede ogen had bekeken, meende het toen plotseling ge vonden te hebben. „Kijk eens. meneer," zei hij triomfan telijk. „lees nou zelf eens wat hier staat!" Hij wees op een bladzijde in mijn pas poort, die de in het Frans gestelde zin te zien geeft, dat ik geen betaald of onbe taald emplooi mag aannemen. Zijn con-, spuitbus van ORGANON beval 7 insectendoders Eén drukop de:knop, en-de Omyl-spuitbus Verspreidt een fijne onbrandbare nevel, die insecten, larven, eieren en poppen totaal verdelgt/ Verfrist de atmosfeer. OTG*oo«Te SPvrmre!«oo*

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1956 | | pagina 5