CHRISTELIJK RODENT Vaandel, kruis, wasbekken en een handdoek Enige teruggang in het Geref. jeugdwerk VERDELG 4 b Het onderwijs moet zelf een visie ontwikkelen Wij in Nederland 2 KANTTEKENING Bondsdag in Haarlem (Van ten onzer verslaggever*) De b(J de Bond voor Gereformeerde Jeugdorganisatie aangesloten verenigin gen telden op 31 december jl. totaal 30.558 leden (clubs voor 12- tot 17-jari- gen) en 35.405 leden (clubs voor 8- tot 12-jarigen). Het aantal leden van de jongensclub voor 12 tot en met 16 jaar liep achteruit met 229, dat van de meis jesclubs met 121; een totale teruggang van 350 leden. Een aanwas van even roveel leden zou heel wat normaler z(jn De clubs voor jongere kinderen groei den evenwel zodanig dat het totaal aantal leden in 1955 vooruitging met 827. Gelukkig steeg het aantal leiders en leidsters van de clubs voor jongens en meisjes tpt ongeveer 17 jaar met 166. Dit constateerde de secretaris van de G.J.O.. de heer P. C. Monster (Voor burg) in zijn jaarverslag, dat aan de vooravond van de Bondsdag te Haarlem aan de orde kwam. Gebrek aan medewerking van de zijde van de ouders moet wel de oorzaak zijn van deze teruggang. In samenwerking met de bonden van J.V. en M.V. zullen in de komende win ter instructiesamenkomsten in alle de len van het land worden georganiseerd voor leiders en leidsters. Op de Bondsdag deed dr. J. L. P. Brants, directeur van de Chr. H.B.S. te Emmen. in een gedocumenteerd betoog over net onderwerp: School en jeugd werk. o.m. de suggestie de bonden van de J.V. en M.V. tot een fusie te brengen. De historische groei van het werk dezer organisaties mag het op moderne leest aanpakken van het jeugdwerk niet in de weg staan. Dit zou een onverantwoord historisme zijn. Het Geref. jeugdwerk moet in zijn geheel meer samenhang gaan vertonen, zo zei hij. In het bij zonder de leerlingen van het Chr. V.H.M.O. hebben allerlei motieven om zich aan het jeugdwerk te onthouden, als geen tijd. geen bevrediging in dat jeugdwerk en men hoort opmerkingen als: ,.Het was er zo'n ordeloze boel" Boek VAN DE DAG TN 1952 VERSCHEEN in de Triomf reeks 1 van Van Tuil te Antwerpen/Zaltbom- mel een zedenroman van Aart Romijn, welke in ons land weinig bekend werd. aangezien de boekenreeks van Jan van Tuil haar grootste debiet in België heeft. Thans geeft Bosch en Keuning een goedkope herdruk van „Wie zonder zon de is in de Victoriereeks, zodat het boek, dat dit zeker verdient, een welverdiende plaats in de Hollandse bi bliotheken zal vinden. Romijn heeft het in dit boek aange durfd een onderwijzer het verhaal van een licht meisje te laten vertellen. Nu' kennen wij een bepaald genre christelijke boeken waarin bij voorkeur over de zelfkant van het leven werd ge schreven en dan op een tamelijk schijn heilige manier. Het preekje moest dan de lading dekken. Gelukkig zijn we dat genre te boven. In dat opzicht is er ten minste wel een en ander veranderd en zijn we eerlijker geworden. Een zekere objectiviteit heeft Romijn er voor be hoed dat wij aan de schoolmeester die het verhaal vertelt, een grondige hekel krijgen. Het is een der beste verhalen van Romijn geworden, dat. ondanks een zekere kroniekmatigheid, op meer dan een bladzijde ontroert door een hartver warmend christelijk meedogen. en „we hebben onze schoolclubs". De eerste argumenten kon spr. zich begrijpen. Hij adviseerde verder speciale nieuwe clubs op te richten voor jongens en meisjes van 15 tot 17 jaar. Kritiek richtte dr. Brants aan het adres kerkeraden, die goede jeugdleiders het jeugdwerk onttrekken als ze kandi daat worden gesteld voor ouderling en diaiken. Spr. zei een tegenstander te zijn' het organiseren van jeugdclubs H. v. d. Mast, directrice van 'het Evi gelisatiecentrum De Nyervburgh over verschillende taken van het jeugdwerk en de jeugdzorg. Bijzonder feestelijk was wel het cert ten besluite van de Bondsdag de muzikale familie Engel uit Reutte (Tirol). Het défilé van de jongens meisjes 's morgens om 9 uur met de vaandels en fleurige uniformen trok veel bekijks in de Spaarnestad. Vermeld zij nog dat in de vakatui Jac. Hoogendam ds. G. Dugtigheid (Zwolle) in het bestuur werd gekozen. De oud-voorzitter van de afdeling Zuid- Holland-Zuid. de heer H. Jacobs (Rot terdam), alsmede de heer G. Hogeweg uit Achterveld, die meer dan een kwart eeuw zich met veel toewijding gaven aan het jeugdwerk, werden tot ereleden benoemd. Een voorstel om voortaan om de twee jaar een bondsvergadering te houden vond weinig weerklank. Volgend jaar gaat het naar Arnhem- Viering 60-jarig bestaan N.C.S.V. Zaterdag 14 april zal in de Domkerk te Utrecht het 60-jarig bestaan van de Neder. Christen Studenten Vereniging worden herdacht. Voor deze samen komst verwacht het bestuur der N.C. S.V. ongeveer 800 gasten, die na de bijeenkomst in de Domkerk voor de viering van het jubileumweekend naar het conferentieoord „Woudschoten" te Zeist zullen gaan. In de Utrechtse bijeenkomst zal het woord worden gevoerd door dr. W. A. Visser 't Hooft, secretaris-generaal van de Wereldraad van Kerken te Genève en oud-lid van de N.C.S.V. De N.C.S.V. werd op 27 februari 1896 opgericht en bestond aanvankelijk uit mannelijke studenten. Al spoedie sloot zii zich aan bij de Wereldfederatie van Christen-studenten verenigingen. Ge durende d« tweede wereldoorlog werd de N.C.S.V. ontbonden, omdat zij haar joodse leden niet wilde ooofferen aan de bezetter. Op 6 en 7 Juni zal de Nederlandse Zon dagsschool verenlering haar negentig- Jarig bestaan vieren in Amsterdam. Er zal OA. een snel wordfen opgevoerd, getiteld: „De bijbelse boodschap'' en er zal worden gesproken over: „De kunst van het vertellen". Beroepingstverk NED. HERV. KERK Beroepen: te Harderwijk (3e pred.pl.) G. Wassenaar voorganger Hervormde Evangelisatie aldaar; tot predikant voor bijzondere werkzaamheden met binding van zijn standplaats aan de kerk in haar geheel H. Prak, legerpredikant te Amers foort. Benoemd: tot directeur van de Ned Centrale Ver. voor Gebrekkigenzorg te Amsterdam C. D. Moulijn te Leeuwarden. Bedankt: voor Tietjerk T. D. van Soest te Rijnsaterswoude. GEREF. KERKEN Tweetal: te Amsterdam-W. (6e pred.pl.) W. Baas te Urk en H. Sweepe te Leide CHR. GEREF. KERKEN 's-Gravenhage O. B. van REMONSTRANTSE BROEDERSCHAP Advertentie rat en muis met 4,1 MELODIE en WOORD der Ethergolven DINSDAG 10 APRIL. weerber; 8.15 Gi "5 Waterst; 9.4 rs; 10.15 Gram; 10.30 Pianorecital; meded; 12.33 Amus N 17 y icr il i'i T i it> >7 1 ly ULi 5T~ 2,'i üio i PUZZLE no. 384 Horizontaal: 1 uitheems dier, 5 deel van de hand, 8 vrucht, 9 kompasstreek, reeds, 14 veldgod, 15 levenslucht, 16 10 zoutbak, 11 gezinslid, 12 steen, 13 veelkleurig, 17 vruchtvliesje, 18 ge waad, 19 muurholte, 21 maat. 22 nevel achtige damp, 24 telwoord, 25 toestand van algehele schrik en verwarring, 27 geluld, 28 manier. Vertikaal: 1 metaal, 2 dierenroep. 3 vreemde munt. 4 dier. 5 kern, 6 pers. voornaamwoord. 7 snuiter, 8 rashond, 10 deel van het schip, 11 iemand met een of andere afwijking, 13 maanstand. 14 overzet. 15 duidelijk. 16 insekt, 18 oude vochtmaat, 20 burcht, 22 persoon. 23 titel. 25 rivier in Italië, 26 en andere. OPLOSSING PUZZEL 883 Horizontaal: 1 zilvervos. 2 Oder/ze/ ale. 3 een/eerlijk, 4 tegel/elft. 5 ele ment/Po. 6 kind/toorn. 7 astrant/is, 8 uk/la/gek/ma, 9 wandelaar. Vertikaal: 1 zoetekauw. 2 idee/lis/ka, 3 lengen/tin, 4 vreemd/rad, 5 ezel/etage, 6 re/Reno/nel. 7 va/U;/tot/ka, 8 olijf/ prima, 9 sek/toa/sar. d jeugd; 17.45 Regeringsul tz; Rijk Overzee. „De functie van het onderwijs ir Nederlands Nieuw.Guinea" door W.A.L. var Doorenmaalen; 18.00 V d jeugd: 18 20 Sport- graatje; **«•"- 18.30 R.V.U.: „Prehistorisch i Spanje" door Dr. P Gla; „Uit het Boek 20.20 Act; 20.35 De t 21.35 „Om 19.10 Gra i": 19.30 Gram nan; 20.40 Gram Nederland" klankb: 21.55 Radio Phllharm ork; 22.45 Hilversum II 298 m AVRO: 7.00 Nws; 7.1 Gym; 7.20 Gram VPRO: 7.50 Dagopenln AVRO: 8.00 Nws; 8.15 Gram; 9.00 Gym d vrouw; 9.10 V d hulsvr; 9.15 Gram; 9.4 Morgenwijding; 10.00 Gram; 10.50 V d klei bergbewi 13.20 Tl rooi se Beursber; 18.40 Prijsvrs Vereniging Volksonderw parle; 19.00 V d kleut- 19.45 Filmpraatje: 20.0< progr; 22.(5 plano: 22.45 Ac Nws; 20.05 Gevar 22.15 Cello geloof, dat. t: 22.55 3.15 No\ 23.30—14.00 Gram. 330 m. 12.00 12.45 Voordr; 3.25 V d arb; 4.10 Discussie; 19.25 Sport; 19.30 Orki 2 22.15 22.45 Recital; 23.15 Klankb; 23.45 Pari 24.00 Nws; 0.08-0.13 Koersen, ld. BBC Licht Pi 17.15 Mrs Dale' EEN WOORD VOOR VAN DAAG Mensen en feiten BU het bereiken van de 65-jarige leef tijd heeft ds. J. J. Ploos van Amstel, Ned. Herv. predikant te Rekken, eer vol emeritaat ontvangen. Ds. Ploos van Amstel, die in 1920 predikant werd, vond in Rekken zijn eerste en enige gemeente. Een vijftienjarig Baptisten-meisje Renee Martz, uit Amerika, houdt predikaties in Londen, zy wordt door haar ouders vergezeld. Wie bemerkt ze In de binnenkamer gaan, de deur sluiten, alleen zijn met God...., dat zijn zo van die uit drukkingen, waarover we wel eens spreken, maar we komen er maar zelden toe die woorden ook in practijk te brengen. Want we houden er niet zo erg van al- leen te zyn, om dat we inaar al te dikwijls bang zijn voor onze eigen gedachten. In psalm 19 zit David ken nelijk alleen. Hij heeft de deur achter zich dichtgetrokken en denkt na. Over de heerlijkheid van Gods natuur, over de schoon heid van Gods weten over zichzelf. Hij gaat die wet van God- op zichzélf toepassen en dan komt hij tot allerlei ontdekkin gen. „Afdwalingen wie. be merkt ze?" zo vraagt hij zich af. Hij weet het antwoord wel: al zullen de mensen niet vlug de fouten van hun koning kunnen ontdekken, God ziet ze wel. En daarom buigt hij ootmoedig het hoofd en bidt: „Spreek van de verborgen afdwalingen mij vrij!" A.R.P. over onderwijsvernieuwing De overheid kan alleen zorgen voor een organisatorisch jasje OP het. onderwijscongrcs van de Anti-Revolutionaire Partij vandaag in zaal Tivoli te Utrecht gehouden hebben prof. mr. A. M. Donnêr, hoogleraar aan de Vrije Universiteit, en de heer H. Algra, lid van de Eerste Kamer der Staten Generaal, het woord gevoerd. Prof. Donner sprak over „Onderwijsplan, onderwijswet, onderwijsvrijheid" en belichtte in het bijzonder de verhouding tussen onderwijs en overheid. De heer Algra hield een betoog over „Ere zaak, zegen en roeping". Na de redevoeringen volgde een. geani meerde bespreking, waaraan verschillende aanwezigen deelnamen. Daar gaat hij dan verder over nadenken. Hij beziet zichzelf in de spiegel van Gods wet en speurt naar die verborgen zonden. En hij weet het: „Behoed ook uw knecht voor overmoed!" zo bidt Prof. Doruior had grote beswaren tegen de vele onderwysplannen en -nota's, waarmee de regering de laatste jaren de Staten-Generaal heeft overvoerd. Naar de ervaring heeft geleerd wordt hierdoor het accent verkeerd gelegd, als of het In de eerste plaats de taak van de overheid zou zijn om de ontwikkeling van het Nederlandse onderwys te bepalen. De overheid als wetgevér heeft zorg te dragen voor de ordening de "deugdelijkheid en de betaling van het onderwijs. De ordenende taak bestaat hierin, dat de overheid een goed ineen sluitend stelsel van scholen moet schep- hij. Dat is een nuttig uur ge weest in Davids binnenkamer. Hij is er blij en gelukkig uitgekomen. Het gesprek met zijn God is voor hem vruchtbaarder geweest dan duizend gesprekken met ménsen! Goed voorbeeld (Van i W" |J MOETEN hei grote gebod God to eren en de mensen te dienen bekend maken, dit voor on- se jongens en meisjes doen leven. Dan ligt de hele we reld voor hen open als het werkterrein, dat God ons heeft gewezen. Als mede arbeiders van God moeten zU straks dié hele wereld het gebied van Gods wer ken. maken tot hun opera- tieterrein. Dat was de opdracht, dié de voorzitter van de Bond voor Geref Jeugdorganisa tie, ds. J. C,J- Kuiper (Den Haag), de honderden'jeugd- leldèrs(stèrs) zaterdag op de Bondsdag in Haarlem voorhield. De bondsvoorzitter, die op de huishoudelijke vergade ring de avond tevoren met grote meerderheid van stem men was herkozen, vroeg zich af of met dit grote ge bod wel allereerst rekening wordt gehouden. In allerlei actie wordt tegenwoordig zozeer de mens en het men selijke op de voorgrond ge plaatst, dat het nodig is d ogen open te houden voor een dreigende omkering van de orde. De laatste jaren neemt het gesprek over de naastenliefde in uitvoerig heid toe met aandringende ernst, maar de grote fout is. dat men het grote gebod de liefde tot Goa praktisch heeft losgemaakt van het door God zelf gelegde ver band met de liefde tot de Op grond van de naasten liefde moeten steeds beter sociale maatregelen worden genomen, moeten we strij den voor de handhaving van de rechten van de mens moeten maatregelen worden genomen ter voorkoming van oorlog. En zo verwacht men dan een betere wereld. Is hier, zo vroeg ds. Kui per zich af, sprake, van wat Nietzsche noemde een Um- wertung der Werte. zelfs onder Christenen? Wanneer in zeer officiële geschriften heel sterk de nadruk wordt gelegd op aller mensen so lidariteit. omdat wij alle- Ds. J. C. J. Kuiper sprak tot Geref. jeugdleidersfsters) overHet grote gebod maal gelijk zijn in schuld en genade voor God bete kent dat dan niet een anders waarderen van de godde lijke genadige verkiezing in Christus dan de Bijbel doet? En de consequentie werd tegelijk, dat de waarde van de organisatie van Christe nen voor eén bepaald doel van twijfelachtige betekenis is. Men schrijft zelfs, dat de kerk een functie is-van het apostolaat, terwijl toch het apostolaat een functie van de kerk moet zijn? Hier ziet men iets van een dreigendé omkering der orde, die Je zus in dè hoofdsom der wet heeft gesteld. De naasten liefde, de zorg voor de medemens wordt losigemaakt van de wortel aller liefde: dat God Jezus Christus zond in deze wereld tot verzoe ning der zonde, tot herstel van het leven, ook in de verhouding van mens tot 0OK BIJ HET JEUGD WERK is het eenvou diger in het menselijk vlak te spreken en te handelen. Maar het woord, dat we spreken en de drang tot ons handelen moeten van Bo ven, van God komen. Voort durend zullen we moeten vragen: Here wat wilt Gij dat ik zeggen zal en doen In deze overtuiging is ook gegrond het eigene van een christelijke organisatie en daarmee haar bestaan ge vorderd als een eis van God. Met het grote gebod in het hart opent zich een onmeetbaar terrein voor werk. Tot in kleine en on aanzienlijke dingen toe. Wanneer ik alleen maar 'n soort voetwassersdienst wil doen voor myn naaste, dan heb ik nog niet gehan deld in de geest van Chris tus. Ik moet het doen. met het gezicht naar het kruis. En wanneer ik dan voor het christelijk leven een wapen of een vaandel of een vlag zou willen maken, waarmee we de wereld doorgaan, dan moet dat zijh vlag of vaandel waarop voorkomt een kruis, met een wasbekken en een handdoek. Niet een kruis alleen, en ook niet een wasbekken van naastenliefde alleen. Maar allebei. Wat Christus samen gevoegd heeft scheide de s niet! En we zullen ons goed moeten indenken, dat de leerling altijd verder gaat dan de meester. En onze leerlingen, onze clubleden, leven langer dan wij in een wereld waar het grote gebod minder aandacht krijgt dan wat erop volgt. Daarom zullen we deze óerwaarheid van het chris tendom, de eer van God en de liefde tot Hem bovenal ais de grondidee van al ons werk moeten voor ogen hou den. En aan onze jongens en meisjes doorgeven. Dan kom ik niet mee naastenliefde tot liefde voor tvt ANrNrTnrri Pini,e God. Maar in het:licht vm W -5? hét kmii yari Christuf, waar. in God Zijn lioldé openbaart, lees ik pas goed de opróép tot liefdebetoon voor de naaste, wat ik moet doen. hóe ik het moet doen. Nu ga ik niet eerst over solidariteit-met-de-mensen spreken, maar ik zal mij eerst solidair met het kruis van Christus moeten weten. En ik zal het apostolaat pas goed verspan en volbrengen wanneer mij, met de kerk, eerst lu end gezet heb aan de v van het Kruis, en aanbidc end buig voor de opgestane Heer. Wij stellen aldus ds. Kuiper deze dingen zo na drukkelijk, omdat daarmee het eigen karakter van ons gereformeerd jeugdwerk is bepaald en het bestaansrecht daarvan moet worden ge handhaafd. zolang niet aller wegen het grote gebod in deze Bijbelse zin wordt ver staan. Wanneer wU met onze clubleden ons hoofdzakeiyk zouden gaan beyveren in een goed leven met elkaar en voor anderen, wanneer onze aandacht hoofdzakeiyk ge trokken wordt door zaken, die de jonge mens tot een prettig en bruikbaar lid voor de samenleving maken, wan- groot deel van onze^tyd'be- steden aan al die dingen, die het leven veraangenamen kunnen, dan kon het wel eens zlln, dat we onbedoeld en ongemerkt komen te staan by de mensen, die de hoofdsom der wet hebben omgekeerd, met de hoon, dat een goed bnrger vanzelf ook zijn,1 die tér wille spel en handenarbeid op hun- samenkomsten -de Bijbelbe spreking maar uitstellen, die menen, dat door de jongelui een middag of gedeelte van, de avond genoeglijk bezig te houden een minstens even belangrijke bUdrage voor hun vorming geleverd wordt als door kerkgeschiedenis te bespreken, dan moet ik vre zen, dat er enige infectie is van de kwaal, die ik in het voorafgaande heb pogen aan te duiden. Wat zyn we dan meer, dan iedere andere jeugdbeweging, die de vor ming van de jonge mens tot een eerbaar medemens zich ten doel heeft gesteld? Maar eigenlijk zijn we dan huichelaars, omdat we een andere grondslag en doel stelling hebben, maar er niet Omdat Christus werkt tot nu toe en altijd, ook door de historie heen. daarom zullen wij met onze kinderen wer ken, altijd door, én ons in spannen moeten om onze Jongeren die historie te doen zien als het drama Gods, het drama, waarin zij in deze eeuw zijn opgenomen. Dit is onze leiderstaak. En de taak van de ouders om daaraan alle mogelijke steun te geven. En de taak der kerk. om daarin de helpende hand te bieden, geestelijk en stoffelijk. Het is ons een taak van- liefde voor God en van be wogenheid voor de wereld, een taak ook van warme ge negenheid voor de jongens en meisjes, die naar we hooen na ons nog sterker getuigen voor God in kerk en wereld 'zullen zUn. pen. In de eerste plaats moeten de scho len voldoende Over het hele grondgebied dés lands zijn gespreid, zodat geen streek en geen volksgroep achterblijft bij de ailderen. Prof. Donner bepleitte voorts een meer verantwoorde ordening vai onderscheiden schooltypen. Hij wees in dit verband o.tn. op het lyceum, dat tussen de wettélijke typen gymnasium en H.B.S. in valt en bui ten de wet is opgegroeid. Hier is grote behoefte aan verbetering. Er zal moe ten worden gestreefd naar een grotere openheid Van het bestaande stelselt zodat niet slechts volwassen gewor den schooltypen worden erkend, maar ook de ruimte wordt geschapen, dat de bestaande typen zich allengs aai de veranderende omstandigheden kum nen aanpassen zonder een omslachtige en tijdrovende wetswijziging. Rotterdammer Deugdelijkheid De deugdelijkheid van het onder wijs is door verschillende omstandig heden verhoudingsgewijs achteruit gegaan, zo constateerde prof. Donner. Het onderwys is niet mindei goed dan voorheen, maar het heeft onvol doende van de nieuwere inzichten mogelijkheden gebruik gemaakt. De overheid kan een verhoging van hef peil bevorderen door het scheppen var stimulansen en het openen van moge- lijkheden. Eea van de belangrijkste middelen is de verheffing van het onderwijs- en leraarsambt. die de laatste vyftig jaar n|et onbelangrijk in aanzien zijn achteruitgegaan. Het afschaffen van de toelagè voor akten- bezit is een grote fout geweest, die zich wreekt in de drooglegging van het u.l.o. op het punt van bevoegde leerkrachten. Niet alléén dit moet hersteld worden, maar men moet ook zoeken naar toelagen voor hen. die zich voor de verbetering van onderwijs praktisch zeer verdienste lijk maken. Zou men de onderwijzer, die zich door ijver, toewijding en fan tasie onderscheidt, aldus een betei positie verschaffen, dan heeft me., meer kans hem voor het onderwijs te behouden en prikkelt men anderen tot wedijver. Hier zou, meer nog dan voor ministerie en inspectie, een taak liggen voor de pedagogische centra, waarin men de motor moet zien de verfrissing en .verbetering van onderwijs. Déze centra zijn 'uit het onderwijs zelf voortgekomen en plaat sen zich op 'dezelfde grondslag als de scholen en maken daardoor een ver trouwensband mogelijk. Zo wordt de sfeer geschapen, waarin leiding ge geven en leiding aanvaard kan wor den. Deze sfeer missen ministerie en inspectie. De wetgever zal dit moeten erkennen. Wonder „Wat op schoolgebied in Nederland tot stand kwam. is, vooral als wU ver- geiyken met andere landen, een won der. Nergens is misschien in de vorige eeuw de neutraliteit zo radicaal gepre dikt en in praktyk gebracht. Maar gens ook is met zulk een stuwende kracht het antwoord van de ouders ge komen. tot verwondering en bUna tot beschaming. Dat is een wonder van Gods genade, een rijke nationale zegen." Deze woorden sprak de heer Algra aan het slot van zyn rede, waarin hü o.m. een overzicht gaf van de theologische en politieke agitatie in heden en leden tegen de christelijke school. In de theologie wordt de opvatting gehuldigd, dat de school er niet is, om' de kinderen op te voeden tot christenen, maar om goede mensen van ze te ma ken. Het gaat niet in de school om het Evangelie, maar om de cultuur. De christenouders echter begeren voor hun kinderen geen chrlslelyke school vanwege die veiligheid en geringe risico's. Zy vragen zo'n school, Omdat zy de Here Jezus Christus hebben ontmoet In hun leven, een ontmoeting, die heel hun leven doortrekt en het hen en hue kinderen onmogeiyk maakt uit neutrali- tcitso ver we gingen over Hem te zwygen. De heer Algra hekelde In dit verband het geLcuik van de term verzuiling, waar achter een denigrerende gevoelswaarde steekt ten opzichte van een grote groep van ons volk, die erkent, dat Christus, komst op deze aarde allesbeheersend is. o'; 21.00 Dansmuz; 21.30 smuz; 23.00 Nws; 23.15 Act 24.00 Voordr: 0.15 Orgel, v Brussel. 324 m. 12.00 Rltm r ber: 12 34 Gram: 13 00 Nws; en solist: 14.00. 14.30. 15 30 16.00 Koersen: 16.02 Lichte r muz; 17 00 Nws; 17.10 Kaï lankb; 22.00 i 23.20 Gevar 1 ol en tenor: I r: 0.55-1.00' ,uz: 12.30 Weer- 13.15 Symf ork :n 15.45 Gram: uz; 16.30 Ork ermuz; 17.45 izlek; 18 30 V 22.15 Ork MHHHm Brussel. 484 m. 12.00 Gram: 13.00 Nws; 1315 en 14.00 Gram; 15.00 Ork conc: 15.45 Gram. 17.00 Nws: 19 30 Nws: 20.00 Gevar progr: 22.00 Nws; 22.15 Ork conc: 22.55 Nws i spel; 22.15 Dagsluiting. 104. ,,Het is het weer," opperde ik, ofschoon het niets van die aard was. ,,Ja. Ja, het moet het weer zijn. Een voortdu rende opeenvolging van bewolkte, regenachtige dagen, zoals wij nu hebben gehad, is slecht voor de zenuwen. Ik hoop, dat dit de laatste regendag is." Zijn ongeruste ogen gingen langs mij heen in de richting van het raam aan het eind van de gang. „Men vraagt zich af, waar dit allemaal van daan komt," merkte ik op. „Ik geloof ook, dat d-e patiënten de eh atmosfeer van het zie kenhuis aanvoelen. De verpleegsters zijn slecht op haar gemak en zenuwachtig, springen op bij elk geluid en daar leeft heel duidelijk een zeke- ademloos gespannen afwachten in de luchl." Dokter Balman knikte. Zijn ogen zagen ver moeid en droefgeestig onder zijn dunne wenk brauwen. „Ik begrijp wat u bedoelt. Er is hier een psy chische onderstroming van onrust en angst, die zich wel aan de zieken moet mededelen." ,,U ziet er niet goed uit, dokter Balman," zei ik. „U moest die buil laten verzorgen." En ik was van mening, ofschoon ik het niet zei. dat eni ge leverpilletjes hem goed zouden doen. „Ik heb er geen tijd voor gehad ving hij aan; een verpleegster, die bedrijvig ritselend in haar frisse japon op ons toe kwam, onderbrak hem met een vraag en ik ging naar beneden. Een brief lag op mij te wachten op het rek in de gang. Ik herkende het handschrift niet, dat vierkant en duidelijk en heel scrupuleus was; de handtekening echter wekte mijn opmerkzaamheid en ik doorliep haastig het briefje, las het weer en nu aandachtiger en met onwillekeurig even een snelle blik om mij heen trok ik mij terug in een afgezonderde hj"K van de gang en las het nog eens. Het was kort en op de man af. Wie nam het „Lieve Juffrouw, Ik geloof dat het mijn pligt is van u iets te vertellen wat ik hoorde. Het gaat over mijnheer Geensee ik mogt hem wel maar hij is opligter. Hij denkt dat juffrouw C. van wie ik de naam niet wil noemen het radijum heeft; zij zij jij weet meer van de moorden dan je wil zeggen en hij zij wat gaat jou dat aan ik wil het radijum. Dan zij zij jij deet beter met te maken dat je hier wegkomt voor je in de gevangenis tereg komt en hij zij denk maar om je eige. En toen ging de keukendeur met een slag digt. U mag die kleine man met de grijze ogen vertellen als ■i dat wil. Die Geensee is een slegte man hij heef eer reevolver in zijn zak. Ik ben van juffrouw C ./oor goed vandaan. Met hoogagting Huldah Hansinge Veel moeite had ik niet om Huldah's wonder lijk epistel te begrijpen Het was ech* iets van laar en Huldah is eerlijk en ik had dus zelfs niet de twijfelachtige voldoening van aan haar woord te kunnen twijfelen. Het was mijn plicht, ook O'Leary met de zaak in kennis te stellen en ik zou aldus onmiddellijk hebben gedaan als ik in staat was geweest hem te vinden. Maar hij kon, niet ontdekt worden en tenslotte ging ik met een bezwaard hart naar beneden om koffie te drin ken. De namiddag ging even traag voorbij als de ochtend. O'Leary bleef onzichtbaar; ik hoorde geen nieuws over Corole of het '-adium briefje van Huldah brandde gewoonweg in mjjn zak. Ik probeerde O'Leary telefonisch"te bereiken maar kon zelfs van zijn knecht geen antwoord krijgen. Terwijl ik in de wachtkamer was, telefoneerde iemand om dokter Hajek. Zus ter Jones was aan de telefoon en vroeg mij om hem t* roepen, zeggende dat hij in de zuidelijke vleugel was. ..Het is een vrouw," zei zij knipogend tot mij. „Zij wilde haar naam of nummer niet geven." Ik trof dokter Hajek in kamer 17 bezig met een verband te veranderen. Hij liet zijn tang val len en trok zijn rubberhandschoenen zo haastig uit, dat zij aan de palm scheurden. „Raap die tang op en ontsmet haar," gaf hij de assistente last. „Ik zal onmiddellijk terug zijn." Ik veronderstel, dat hij de afkeuring op mijn 'elaat opmerkte, want toen wij weggingen mom pelde hij iets van een belangrijke boodschap te hebben verwacht en dat Zeventien heel goed kon wachten tot hij terugkeerde.. In de gang stond, 'egen een deur geleund, een politieagent te luie ren. Dokter Hajek bekeek hem onderzoekend maar zei niets over zijn aanwezigheid, die vol gens mij een buitengewoon domme regeling was. Het leek mij veel beter het radium onder bewa king naar een veilige bewaarplaats te brengen, maar het waren O'Leary's zaken. (Woidl vervolgd TT/IE wel eens een voet over dt grens heeft gezet, niet maar om vakantie te houden, maar met de be doeling om daar een gesprek te voe ren met de mensen, zal als regel ééi van beide ontdekken. Men weet weini| van de situatie in ons land af. Ei wanneer men er al iets van af weel draagt het beeld dat men van om land heeft vaak het karakter van eet karikatuur. Er blijkt in het buitenland over hel bestaan van christelijke organisatie! in ons land bijvoorbeeld dikwijls eet indruk gegeven te worden, die dit alle: sterk in het belachelijke trekt. Zij dit er een genoegen in hebben, dit te doen, hebben in verschillende opzich ten dé gelegenheid mee. Des te noodzakelijker, dat er ook it het buitenland een behoorlijke voor lichting gegeven wordt met betrekkin; tot de situatie hier te lande. Dit be hoeft niet te betekenen, dat wij het als een ideaal zien, zo het buitenland een kopie gaat vertonen van de toe stand bij ons. Er is ook nog zoiets als een historische gang der dingen. Aan de andere kant, zo is onze ervaring, wordt een behoorlijke voorlichting over de situatie in ons land in het buitenland meermalen met graagt* ontvangen als een middel om de toe stand daar beter te kunnen beoor delen en soms zelfs als een mogelijk heid om uit een ontstane impasse te geraken. J^JAAROM dan juichen wij elke po ging tot behoorlijke voorlichting van het buitenland over de situatie hier van harte toe. En daarom ook verheugen wij ons over een publikatie, die onlangs het licht zag en die aan- vankelijk beoogde een groep stude renden in Duitsland iets te vertellen over het christelijke organisatiewezen bij ons. Wij hebben het oog op een boekje van mr. K. Groen: „Christelijke Organisatie" met als ondertitel „Inlei ding tot het ontstaan en de ontwikke ling van het christelijk partijwezen en van het christelijk sociaal-economisch organisatiewezen in Nederland" (Pa trimoniumreeks no. 1, Uitgeverij J. C. Pcllicaan, Amsterdam). Het is stevige kost, die hiermee aan deze Duitse studenten is voorgezet, en wij willen hopen, dat zij alles in zich hebben kunnen opnemen. Wat hun in dit woord is voorgehouden, is eigenlijk teveel voor één voordracht, en beper king tot enkele hoofdzaken had mis schien voorkeur verdiend. Aan de an-1 dere kant nu zijn in deze voordracht een overzicht van de historische Wit- wikkeling en een principiële belichting op gelukkige wijze verenigd. pjET kan dus zijn we weten het niet dat deze voordracht voor onze vrienden in het buitenland wat zwaar is uitgevallen. Voor ons heeft dit intussen een voordeel. Want te ge schikter is ze nu voor onze eigen men sen, die van dit alles wel iets afweten, maar voor wie het zo bij uitstek goed is, nog iets meer hierover te lezen en eigen kennis op te frissen. Dit is te nuttiger, nu straks de verkiezingen gaan naderen en we weer geplaatst worden tegenover de problematiek van de doorbraak en dergelijke. Dan kan de lezing van deze voordracht voor ons allen, en niet het minst voor de jongeren onder ons, uiterst waar devol zijn. Zij lijkt ons een voortref felijke handleiding om bijvoorbeeld in een politieke of sociale club een diep gaande bespreking aan de gang te brengen. Voor onszelf hebben wij bij de le zing een wens voelen opkomen. Nu de schrijver toch tamelijk uitvoerig is in gegaan op het christelijk partijwezen en het christelijk sociaal-economisch organisatiewezen hier te lande, had hij wellicht ook iets kunnen vertellen over het christelijk perswezen. Wij zien deze drie als een trits en telkens wanneer wij in de gelegenheid waren, hierover in het buitenland van voor lichting te dienen, hebben wij het ook als een trits voorgedragen. J^EZE voorlichting is een nuttig werk, zij is bovendien een zeer dankbaar werk. Want, zo is weer onze ervaring, er zijn weinige woorden voor nodig om buitenlandse vrienden een begin van inzicht te geven in de toestand hier te lande. Daarvoor iigt de w~arde van een christelijk partijwezen an van I een christelijk sociaal-ec- nomische or ganisatiewezen trouv.-:ns ook te zeer voor de hand. Het kost als regel geen moeite, aan de buitenlandse vrienden de erkenning te ontlokken, dat zij tot dusver over ons land wel uiterst onvolledig en eenzijdig waren ingelicht. Een gesprek met hen kan onszelf de voldoening inscherpen over wat wij in eigen land aan christelijk organisatiewezen bezitten en de be geerte wekken, daarop wat meer dan tot dusver zuinig te zijn. Het kinderkoor van de Gereformeerde gemeente van Den Ham bracht een vriendschapsbezoek aan Osnabriick. >ong jaar juni vloog een autobus met kinderen van het koor op een vakan tiereis in Osnabriick in brand. Daarbü kwamen drie kinderen om het leven en werden er 21 gewond. Het koor zal nu in Osnabriick een concert geven ais dank voor het medeleven dat de inwoners van de stad met het ongeluk hebben betoond. De Ned. Chr. Studentenvereniging, af deling Wageningen, viert haar tiende lustrum. Het feit wordt op 17 april i

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1956 | | pagina 2